RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
Het geheime vakje.
Twee weken woon ik in de groote,
Vroom de stad en richt langzamerhand
mijn kamer in. Zoo kocht ik de vorige
week bij een uitdrager eene merk
waardige, oude schrijftafel. Toen ik
mijn schat nog denzelfden avond on-
deiv.ocht, vond ik daarin een geheim
vakje, waarin een manuscript lag
Het papier was dicht beschreven en
door midden gescheurd.
Natuurlijk ontwaakte mijn nleuws-
gïeigheid, zorgvuldig legde lk beide
doelen bij elkaar en las daarna het
Volgende
„Wat was het, dat mij voor de
eerste maal heeft gezegd, dat ik niet
was zoo als andere knapen Was het
de groote spiegel in de kamer van
mijn moeder, die mij de bittere waar
heid verleide, dat ik een stumperige
kleine jongen was, wiens gebogen
hoofd op hooge spitse schouders zat
ea wiens rug zich onder den nek tot
een grooten bochel vormde Een
eaam was ik, steeds eenzaam in de
dagen van mijn jeugd. Slechts tijdens
de schooluren onderscheidde ik mij.
Later wijdde ik mij aan de rechten,
en werkte van den vroegen morgen
tot den laten avond. Titans is mijn
eenige afwisseling een wandeling,
's middags om vier uur in het park-
En op de wandeling zag ik vanmid
dag Helena. Zij zat alleen op eene
bank, en ik stond op eenigen afstand
en keek naar haar. Heur bruin haar
glansde als goud in den zonneschijn.
Een oogenblikje later kwam er een
jong meisje op haar toe en reide
Koen ik te laat? Heb je al lang
gewacht, Leentje
In mijn werkkamer ben lk nu terug
en het is me, alsof het hier somber-
dor en eenzamer is dan ooit te voren.
Het is nu een maand geleden, dat
ik haar voor het eerst heb gezien, en
eiken middag ben ik in die vier weken
nabij deze bank in het park geweest
Dikwijls zie ik haar. Ik wacht, totdat
haar vriendin komt en haar haalt, en
als ze weg is, neem ik een oogenblik
plaats op de bank, waarop zij gezeten
en gedroomd heeft. Voor niets ter
wereld zou ik me daarlieen begeven,
als zij er zich nog bevond, dan toch
zou ik mueten zien, hoe hare heldere
oogen zich met afschuw en medelij
den op mij zouden richten. Neen, voor
niets ter wereld
Mijn hoofd gloeit, mijn handen
beven, ik kan nauwelijks ademe;
maar ik moet 3chrijven, hoewel lk
gedwopgen ben de linkerhand te ge
bruiken ik heb vandaag mijn rech
terpols gebroken.
Toen ik vandaag in het park kwam
was Helena er al en speelde met een
jong katje. Plotseling pakte 't beestje
haar kluwen garen met de tanden
beet en liep daar mede over het pad
en het gras naar den hoofdweg.
Helena stond op en liep het lachend
achterna terwijl zij het garen om
haar hond wikkelde, beraikuj zij den
kleinen misdadiger spoedig en boog
zich, om Let kluwen op te rapen.
Op hetzelfde oogenblik boorde lk
klakkende paardenhoeven en zag
een woest paard voor een leegen wa
gen hollen. Helena slaakte een kreet
van angst.
Da kat rende de boschjes in, het
jonge meisje echter bleef aarzelend
staan.
In één kort maar moeilijk oogen
blik overzie ik den toestand, lk ren
over het gras het paard tegemoet.
Maar Ik had even goed kunnen pro-
beeren een orkaan tot stilstaud te
brengen als dit razende paard. Het
schudde mij van zich af, alsof ik een
lastige mug geweest was cn holde
woest door. Maar deze hindernis, hoe
kort zij ook geduurd had, had het
beest genoodzaakt toch een l>eetje
uit den koers te wijken en slechts de
wagenraderen raakten eventjes nog
in het voorbijgaan Heiena's jurk.
liet is goed afgeloopen, hoop
ik vroeg ik angstig.
Met verschrikte, wijd opengesperde
oogen wendde zij zich tot mij.
Best, dank u, mij scheelt niets,
begon zij met bevende stem. Ik
had hier niet moeten komen eu moet
nu maar gauw naar mijn oud plaats
je terugkeeren, zeide ze, en strekte
beide handjes voor zich uit, langzaam
stapje voor stapje onzeker voort
gaand.
Ik zag hotHelena is blind.
Wat ik toen zeide en deed, weet ik
niet meer, wel weet ik, dat mijn hart
geweldig klopte en dat mijn hoofd
warm was als vuur. Toen ik haar
naar de bank terugbracht, haar
troostte en kalmeerde, liad ik een
gevoel, alsof ik niot meer op de aarde
was.
Voor hot eerst van mijn leven ver
gat ik w\,: misvormd lichaam, adem
de en 1 owoog me als een vrij man.
Voor het eerst liet ik mijn vorstand
eu mijn fantasie den vrijen loop, en
hield haar zoo goed bezig, dat zij het
gebeurde geheel vergat.
Toen kwam Helena's vriendin, en
toen merkte ik plotseling, dat mijn
kleeren stoffig cn stuk waren, mijn
hoed gedeukt was en, waaraan ik
in mijn vreugde heelcmaal niet had
gedacht, dat mijn hand slap naar l*y
neden hing en verbazend pijnlijk
was.
De vriendin legde beschermend haar
arm om Helen a's schouders.
Leentje, Teentje, zeide zij ver
baasd en verwijtend, tevens, terwijl
ze mij wantrouwend aankeek.
0, Marie, het is maar goed, dat
je er bent 1 Hier is iets ernstigs ge
beurd. Een hollend paard heeft me
doen schrikken, toen ik het katje na
liep, en deze heer heeft me naar de
bark 4eruggebracht.
Het jonge meisje kwam naar me
toe. Al liaar wantrouwen was ver
dwenen, slechts medelijden lag er In
haar blik.
Maar uw hand is gekwetst,
zeide zij.
GekwetstEn daarvan zegt u
mij geen woord riep Helena op
zóó vriendelijken toon, dat het bloed
mij naar hot hoofd sloeg.
Ik kalmeerde haar zoo goed ik kon
en zeide de beide dames goeden dag.
Maar mijn harte klepte nog steeds
van louter vreugde, ondanks den pijn
lijken pols.
Nu is bet winter. Het park is stil
en kaai. lk behoef nu niet meer er
naar toe te gaan om de bank te zien.
Nu is er een mooie, warme kamer
met een gezellig knappend vuur, waar
ik altijd welkom ben en dagelijks
Helena kan zien.
Ik heb veel van haar geleerd. En ik
ben kalm en tevreden, want Helena
wordt mijn vrouw. Ik wil haar leven
gelukkig maken, eiken steen zal ik
baar uit den weg mimen. Haar lieve,
blinde oogen zien immers niet den
armen misvormde, die haar bij den
dag meer lief krijgt.
En nu ben ik blij, dat ik geestelijk
goed ontwikkeld ben en gezond ver
stand bezit, want dit zal Heiena's le
ven verinooien. In Juli zal ons huwe
lijk plaats hebben.
Het is nu Juni. Helena is sinds
eenige weken óp reis. Vandaag ont
ving ik dezen brief
„Lieveling t
Ik heb heel belangrijk nieuws
voor je. Ik ben hier onder behan
deling van een beroemd oogarts
en ik krijg mijn gezicht weer.
Kun je je voorstellen, wat dit
voor mij beteekent Denk eens,
dat lk weer den blauwen hemel
zal kunnen zien, en alles rondom
mij, en vooral jou lieve oogen.
Morgen kom ik thuis, kom bij
me, zoo gauw je maar kunt,
want jij moet het wezen, die me
het verband van de oogen af
neemt. Mijn eerste blik zal de
blijdschap en de liefde in jou
oogen lezen.
Je LEE."
0. o IIs mijn liefde voor haar
zoo klein, dat ik zou kunnen wen-
schen, dat haar oogen blind bleven
en zij zelf uitgesloten blr^el van de
schoonheid dier wereld alleen
maar, omdat zij niet zou kunnen
zien hoe misvormd ik ben
Alles is voorhij.
Hier eindigde het manuscript. Ik
vond ni6ts meer. Ik legde hei weer in
het geheime vakje en trachtte het te
vergelen. Maar de gedachte aan don
gebochelde en zijn lot hield mij dag
en nacht bezig, stoorde mij bij het
werk en in deu slaap.
Ten slotte heb ik den uitdrager
maar opgezocht, bij wien ik de
schrijftafel gekocht had, om te weten
te komen, wie do vorige eigenaar van
dit meubelstuk geweest was.
Ik beschreef hem het voorwerp, hij
herinnerde het zich dadelijk en ver
telde me het volgende
Die schrijftafel behoorde vroege»
aan mr. Schuin, een advocaat met
een bochel, die eenigen tijd geleden
zijn bureau heeft laten meubilecren,
en mij zijn ouae spullen verkocht
heeft. Hij is een zonder.'ing, die zijn
tijd en zijn werkkracht het liefst aan
de armen geeft.
Hij moet een flinke kerel wezen,
merkte ik op.
Dat is hij. maar dat heeft hij
grootendeels te danken aan zijne
vrouw, een lief mensch.
Dus hij is getrouwd
Ja zeker en hij heeft wat een
aardig wijfje, dat kan lk gerust zeg
gen, want ik heb haar zien op
groeien
De oude koopman zweeg een oogen
blik en vervolgd9 toen
Er is haast geen romantische*
liefdesgeschiedenis denkbaar als die
var den advocaat met den bocheL
Helena, zijn vrouw, was blind, toen
hij haar leerde kennen. Toen zij het
gezicht terug kreeg eu hij, omdat zij
het wilde, het verband van haar
oogen moest neineu, dat de dokter
had gelegd, die haar wist te genezen,
was mijn vrouw, die bij haar ouders
diende, juist in de kamer. En zij heeft
me vaak verteld, dat ze nog nooit
iemand zoo'n wanhopig gezicht had
zien trekken als mr. Schum op dat
oogenblik. Maar In juffrouw Heiena's
blik lag slechts vriendelijkheid en
liefde. En hij Hij nam haar in zijn
armen en weende van pleizier.
En toen vroeg ik snel.
De koopman zag mij zacht verwij
tend aan.
Toen Toen ging mijn vrouw de
kamer uit, zeide hij zacht.
Kaaaseis
(Deze raadsels zijn alle Ingezonden
<3oor jongens en meisjes, die „Voor
Onze Jeugd" lezen. De nomen der
kinderen, die mij vóór Donderdag
morgen oplossingen zenden, worden
in het volgend nummer bekend ge
maakt).
Voor de raadsels in de maand No
vember is de prijs, n.l. een boek ui
prachtband, ten deel gevallen aan
ZUS BAAIJ,
die haar prijs Woensdag tusschen 1 en
2 uur mag komen halen.
1. (Ingezonden door Cor en Jan
Hu ij er).
Mijn 1ste is een vervoermiddeL
Mijn 2de draagt iedere jongen.
Mijn geheel ligt op den vloer.
2. (Ingezonden door Joh Raatgever).
leed o
deed hem
ten niet
mis van
Ver
die zelfs
ver heug
L) niet
's naas U
Welk bekend rijmpje van twee re
gels leest gij hieruit
8. (Ingezonden door Jo Tijssen).
't ls in de kroes, niet In de kan,
't ls in de vrouw, niet in den man,
't Is in 't varken en niet in 't spek,
't ls in de droppel, niet in 't lek.
4. (Ingezonden door Johanna Kater).
Kent ge een dier, wiens naam te
vens een kleedingstuk aanduidt
5. (Ingezonden door Nanne Nautö).
dan
dge
ter
and
zen
be
rdge
mon
ha
de
br
bla
Welk spreekwoord leest gij hieruit
6. (Ingezonden door Jan van Vende-
loo).
Ik besta uit 9 letters en ben een
vrucht.
1 2 3 Is een nuttig man.
4 5 is een dier.
6 7 8 9 is een vrucht.
7. (Ingezonden door Corrie Vreugden-
bil).
Mijn geheel is een spreekwoord en
bestaat uit 7 woorden of 32 letters.
10, 15, 6, 31, 14 is een bewoner van
de duinen.
17, 26, 28 is een viervoetig dier.
4 12 2 is een maand.
7 13 22 16 5 32 28 is een edelge
steente.
21 3 11 20 is een plaats in Gelder
land.
9 30 29 19 is een viervoetig dier.
Door een 24 18 2 8 kan men kijken.
25 23 27 is een tijdsbepaling.
1 5 24 is een grappenmaker.
8. (Ingezonden door Piet Akkerman).
Mijn 1ste wordt op school gebruikt.
Mijn 2de is de naam van een boom.
Mijn geheel is een plaats in Neder
land.
9. (Ingezonden door A. en C Er-
brink).
Vervang van de volgende woorden
de eerste letters door andere, zoodat
het goede woorden blijven. De begin
letters vormen dan don naam van een
koning, die eenige eeuwen vroeger
voor een goede zaak stierf.
Held Ei Fabel Kroon En
gel Edel Hout Idem Rauw
Franje Kommer Kluit.
10. (JngAz/inden door Piër Heidweil-
lw.)
Ik besta uit 10 letters en ben een
mooie bloem.
,1 2 3 is een afsluiting.
4563689 10 is een meisjesnaam.
10 4 1 6 7 6 is een plaats in Grie
kenland.
11. (Ingezonden door Hendrika de No
bel).
Mijn 1ste geeft men wel eens en is,
als het goed is, veel waard. Mijn 2de
is iets, waarin we wonen.
Mijn geheel is een gebouw.
12. (Ingezonden door Georg Haase).
Zet onder elkaar
Een waterval in Noord-Amerika.
Een vrucht.
Een hemellichaam.
i£en plaats in Noord-Holland.
Eeu plaats in de Waal.
De beginletters vormen een stad in
België.
Kaadselopiossingen
De oplossingen der raadsels van de
vorige week zijn
1. Motorrijwiel. Mier mijl oor
wol tor.
2. Mier Ier.
3. Eiken morgen
Nieuwe zorgen.
4. Juliana. Lui Jan Na Lie-
na.
5. Zoo de waard is, vertrouwt hij
ziju gasten.
6. Scheurkalender. Deur neus
schurk leder slak.
7. Ever Bever
hand bltaud
schim schüim
Marie mariNe
baar baarS
akker Wakker
ver IJver
heer beKer
BR UNS WIJK.
8. Geran I urn.
heliot R ope.
fuchs I a.
ja S mijn.
9. Water.
10. W olf Dolf.
11. Wie zich aau een ander spiegelt,
spie,geit zich zacht.
12. Tooverlautaaru. taart oor
vel An Leen.
Goede oplossingen ontvangen van
Mary Meeuwig 12.
Abraham van Brussel 9.
HencLrika de Nohel 12.
Wilh. Al. Ileijl 11.
Hettie en Jaaatje Lams 9.
Willem de Kamper 9.
D. C. Kooiman 12.
Coruelis Sueilens 11.
Paulina Feijen 7.
Jansje eu Auua Wijkhuizen 10.
Aieinoudje Kroonsbérg 10.
Aaltje van der Ploeg 9.
Albert Wiegant 11.
Gasiua Basuaan 10.
Jan van der Aleïj 12,
Jo Aarts 12.
Ruurtje Aarts 12.
Ernst Moolenaars 5.
Aaltje eu Siebe Huizinga 12.
Nico Tvtisterling 10.
Corrie van der Kolk 10.
Betsy Bouwmeester 12.
Nanne Nauta 12.
Joh. Raatgever 12.
Johan Koch 11.
Hendrik Rees 12.
BEGRAVEN DIEREN.
Antwoorden.
1.
Paard.
2.
Koe.
3.
Kat.
4.
Ooievaar.
5.
Vos.
6.
Rijger.
7.
Bij.
8.
Eend.
9.
Zeehond.
10.
Schaap.
11.
Ooi lam.
12.
Wolf.
Goede oplossingen ontvangen van
Jansje en Anna Wijkhuizen 12.
Wilh. eu M. Heijl 12.
Hettie en Jaantje Lams 12.
B. C. Kooiman 12.
Cornelis Snellens 12.
Paulina Feijen 12.
Meinoudje Kroonsbérg 12.
Aaltje v. d. Ploeg 12.
Albert Wiegant 12.
Clasina Bastiaan 12.
Jan van der Meij 11.
Aaltie en Siebo Huizinga 12.
Nico Twisterling 12.
J. Rieden 12.
Corrie van der Kolk 12.
Betsy Bouwmeester 12.
Nauue Nauta 12.
Job. Raatgever 12.
Johan Koch 12.
BEGRAVEN PLAATSENP.
(Ingezonden door Ernst Moolenaars).
1. Die man ging zijn dorst les-
schen.
2. Ik zal het nieuwe pak gau v pas
sen.
3. Die man in gindschen winkel doet
in chemicaliën.
4. Wies bad en smeekte om toch bij
tante te mogen blijven.
5. O, zie toch eens, hoe het buiten
regent.
6. Die visscher had voor negenen al
veel gevangen.
(Ingezonden door Zus Duursma).
7. Hebt gij veel voorwerpen van
goud, Anna
8. De oproerlingen dringen steeds
brutaler op de politie in.
9. Breng het vaandel den kolonel
terug.
10. Een vrouw, die men dikwijls op
straat ziet, is uithuizig.
De nieuwe Wedstrijd
Deze wedstrijd bestaat uit
HET AARDIG VERSIE
REN VAN EEN NIEUW
JAARSKAART.
Je neemt dus een stukje wit carbon,
of een velletje papier, ter grootte van
eeu nieuwjaarskaart of kaartje (je
kunt dit papier dan, ais het af is,
netjes op een briefkaart, of visite
kaartje plakken), en dan probeer je
hier zoo nvooi als je kunt, een nieuw
jaarskaartje van te maken.
Je kunt er b.v. je nieuwjaarswensen
met sierletters, ot groote geteekende
hoofdletters opzetten iu zwarten of
xoodeu mktof je kunt er een pot-
loodteekeniug bij maken ook kan je
zelf een randje bedenken van door-
elkaar gevlochten vlechtreepen, of
naast elkaar gezette blaadjes of
bloemen of vlaggetjes, en dat kleuren
met waterverf of kleurkrijt.
Je kuut je kaart ook versieren met
gedroogde bloemen, met uitgeknipte
pia.Ajes, met postzegels, met figuren
\an gedroogd zand (je bedekt de
kaart dan eerst met lijm of stijfsel on
strooit er dau het zand in figuren
op) dit laatste heb ik ook wel eens
gezien met rijst- of gerstkorrels.
Ook kan je een kaart heel aardig
varsieren door er met nen scherp
mesje figuren, of bloemen in te kras
sen, of te snijden.
Probeer nu maar eens wat je er van
maken kunt.
Als prijs stel ik beschikbaar
EEN TUBEVERFDOOS,
EEN WERKDOOS, of
EEN TIMMERDOOS,
en als premie
EEN BOEK IN PRACHTBAND.
Nu verwacht ik alle kaarten en
kaartjes vóór of op Nieuwjaarsdag,
voorzien van je naam, je leeftijd, je
adres en een mededeeling of het werk
met of zonder hulp gemaakt is.
Ik let op de uitvoering iu verband
met den leeftijd en hoop heel wat
mooie of grappige kaartjes te krijgen.
Het huisje van den wind
Een sprookje uit Ierland.
Er was eens een arme weduwe, die
in een armoedig hutje woonde met
haar eenigen zoon Jack.
Zij bezat behalve haar huisje niets
dan een klein stukje land, waar zij
koren op verbouwde. Als zij het ko
ren gemaaid en verkocht had, moest
zij van dat geld leven tot den volgen
den oogsttijd.
lederen morgen ging Jack kijken,
hoe het koren stond en hij wou geen
lepel-vol pap eten, tóór hij gezien
had, dat alles in orde was.
Maar eens op een nacht brak er
een hevige storm los en toen Jack
den volgenden morgen ging kijken,
zag hii. dat al het koren vernield
was.
Toen werd Jack woedend op den
storm en liep weer in het hutje, waar
ziju moeder de pap juist klaar had
haar hij wou er niets van eten.
Hij gromde en bromde en zei, dat
hij geen bap meer in zijn mond ste
ken zou, vóór hij naar het huisje van
den wind geweest was, om al het
koren terug te halen.
Hij luisterde niet naar wat zijne
moeder zei, want hij was niet heele-
rnaal goed bij zijn verstand.
Eindelijk haaide zijn moeder hem
over, om tenminste een kleiu stukje
brood te eten, vóór hij op weg ging,
maar 1oen ging hij ook dadelijk de
deur uit.
Jack liep verder en verder, en ieder
dien bij tegenkwam, vroeg hij, waar
de wind woonde. Maar ieder lachte
hem uit.
Toen het avond werd, zag hij een
wit huis op den top van een heuvel
vóór zich.
De hooge boo men om het huisje
•heen waaiden heen en weer, en toen
dacht Jack dat moet het huis zijn,
waar de wind woont.
Hij beklom den heuvel, die heel
steil was, on klopte aan de deur.
„Kom binnen en wees welkom 1"
riep een stenï.
Jack lichtte de klink op en stapte
naar binnen.
Daar zat een oude vrouw voor het
vuur te breien.
„Goeden avond", zei Jack, want bij
was altijd beleefd, ook al was hij
boos.
„Zijt gij de moeder van den wind?"
„De wind heeft geen moeder", zeide
de oude vrouw (maar het was geen
vrouw het was een heks).
Maar toen zij zag, wat voor een
armen dwaas zij voor zich had, liet ze
hem gaan zitten en van zijn verdriet
vertel le o
Toen hij hiermee klaar was, zei zij,
dat hij wat avondeten moest hebben,
en dan moest hij gaan slapen, dan
zou zij hem den volgenden ochtend
een prosent geven, dat meer waard
W3s, dan drie velden met koren.
Jack dankte haar. En toen hij den
volgenden morgen vertrekken zou, liet
zij hem op een mooien schimmel stij
gen en gaf hem een zweep in de
hand.
„Dat is een tooverpaard, Jack", zei.
de ze, „als je het dier maar even met
de zweep slaat, zullen do goudstukken
hem uit den bek vallen."
Jack was verrukt en reed weg, zoo
trotscli als een koning.
Hij kwam een bedelaar legen, die
hem om een kleinigheid smeekte.
„Houd je hoed onder den bek van
het pa-nrd", zei Jack.
De bedelaar deed het en Jack gaf
het paard een tikje met d9 zweep.
Dadelijk rolden de goudstukken in
den iioed en over de straat. De bede
laar bleef stokstijf midden op den
weg staan, met den mond wijd open
en Jack reed lachende weg.
„De hemel zal je ioonen", zeide de
bedelaar, toen hij genoeg bekomen
was om zijn mond weer dicht te
doen.
V'roolijk en trotsch reed Jack ver
der, maar het begon al donker te wor
den en hij begreep, dat hij dien avond
niet meer thuis zou komen. Recht
voor zich uit zag hij een herberg en
het licht voor het raam scheen hem
toe te lacheu.
„Hier zal ik vannacht maar blij
ven", zei Jack, want het onderste ge
deelte van zijn rug was zeer pijnlijk
van het rijden, wat hij niet gewend
was.
Hij belde aan de herberg aan, gaf
zijn paard aan den waard en stapte
zoo trotsch als een pauw naar bin
nen.
(Wordt vervolgd).
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van
de Ivinder-Afdeeling moeten
gezonden worden aan mevr.
VenemaVan Doorn, Wa
genweg no. 88, Haarlem)
MARY M. Neen, als je alleen de
raadsels inzendt, is dat ook goed en
dan schrijf je maar een briefje als je
lust of tijd hebt. Kom maar eens op
een Woensdagmiddag tusschen 1 en 2
uur, dan zal ik eens zien, of ik wat
voor je te leen heb. Ja, je moogt na
tuurlijk ook raadsels inzenden. Be
denk maar eens een paar mooie I
WÏM H. Ik zal je je wcDsch in
een postpakket sturen, Wim I Wat
heerlijk, dat je zoo'n groote spoor ge
kregen hebt. Ja, het is aardig om er
dan telkens weer iets bij te krijgen.
Op het laatst heb je de geheele "ka
mer noodig om te spelen, geloof je
ook niet
HERMAN S. Kom dan Woensdag
a.s. tusschen 1 en 2 uur je stoon.-
machine maar halen. Herman, dan
kunnen we meteen eens kennis ma
ken.
WILLEM DE Iv. Kom dan ook
Woensdagmiddag tusschen 1 en 2 uur
je prijs maar halen, Wim.
JO en RUURTJE A. Valt de nieu
we wedstrijd nogal in jullie smaak
En is Jo blij, dat het alweer haast
Kerstvacantie is
AALTJE en SIEBE II. Ik ben
nieuwsgierig wat je me de volgende
week schrijven zal, Aaltje. In ieder
geval ligt je prijs Zaterdag klaar.
NICO T. Het nieuwe raadsel is
goed. Kom ook Woensdag tusschen
1 en 2 uur je prijs maar halen, Nico i
CORRIE v. d. IC. De nieuwe raad
sels zijn goed.
BETSY B. Wat ben jij op Sint
Nicolaas bedorven I En zulke prettige
cadeaux allemaal I Nu krijg ik zeker
ook nog een brief op een velletje uit
de andere doozen, is 't niet. En is dit
het mooiste
NANNE N. Ik ben er ook wel
eens geweest en ik geloof, dat jij erg
goed opgelet hebt Het is heel interes
sant, vindt je niet Ik vind het aar
dig, dat je me er zoo'n flinke beschrij
ving'van geeft.
TREES. Ik kan zóó niet zeggen, of
ik het verhaal goed vind. Dan moet
ik eerst het 2de gedeelte ook gelezen
hebben. Hebben jullie ook ©en gezel-
ligen Sint. gehad? Doe Stien en An
nie mijn groeten maar terug.
HENDRIKA DE N. Wat heb jij het
druk gehad de vorige week Is het
feest ook prettig nfgeloonen en heeft
Sint jou ook goed bedacht
JAANTJE L. Je prijs staat al klaar
voor je. Jaantje. Kom je hem Woens
dagmiddag halen
HERMAN en THOMAS A. De nieu
we raadsels zijn goed. Gaan jullie met
het oplossen nu ook meedoen
ANNIE D. Ja, je mag je boek Woens
dagmiddag tusschen 1 en 2 uur komen
halen.
JOHANNES R. Nu, het was ook wel
een fèlicitatie waard, vind ik. Maar Je
had er dan ook eeu heel werk aau ge
had en alles zat zoo gezellig stevig in
elkander. Ik zul maken, dat je prijs
den volgenden Woensdag klaar ligt.
AAGJE en CLARA B. Ja, lk vond
vroeger Sint-Nicolaas zoowat den
preiügsten tijd van 't heele jaar Heb
ben jullie thuis ook een gezelligen
avond gehad
ZUS D. Het hoek, dat je gekregen
hebt, ken ik. Het is erg aardig vind
Lk. Jullie hebt zeker een heel vroolij-
ken avond gehad met veel surprises,
is 't niet Heb je het andere boek ook
al uit?
JAN en COR H. Wat heerlijk, jon
gens, dat Moeder weer thuis is I Blijft
ze nu weer een poosje bij jullie en
was kleine Jopie niet blij Hebben
jullie ook gegrabbeld Maandagavond
en was het groot feest
MIENTJE R- De nieuwe raadsels
zijn goed. Is jou Sint weer even goed
geweest als je laatste verjaardag? en
heh je weer zulke mooie cadeaux ge
kregen
TINUS B. Jullie hebt ook nog een
briefje van de vorige week te goed,
Tin us, maar we hebben elkaar al
weer gesproken en deze week hebben
jullie zeker meer met de cadeautjes
gespeeld, dau over de raadsels ge
dacht. Staan de tollen nog goed?
HERMAN B. Zijn je kleurplaten al
af, Herman, en gaven de krijtjes nog
goed af? of zijn ze al gebroken? De
volgende week meet je me maar eens
schrijven, wat je thuis nog gekregen
liebt.
CORRIE V. Je mag Woensdag het
boek komen halen. Cor. De nieuwe
raadsels eu begraven namen zijn
goed. Wat een goeden avond heb jij
ook gehad I Ken je de boekeu, die je
opnoemt nog n'et.
GEORGE II. De nieuwe begraven
plaatsen zijn goed. Ja, ik heb zoo'n
jongen in de Kulverstraat ook ge
zien. Iloe is 't mogelijk, hè I Hij kon
het zeker erg. goed 1
HARRY en J. A. d. W. De nieuwe
raadsels zijn goed.
JO en FRANS v. E. Wat een heer
lijke maand hebben jullie f Zijn de
feesten tot nu toe allemaal prettig af
geloopen Ja. 't Is jammer, dat het
niet afkwam, maar berg het dan maat
goed op, dan ben je t.och de eerste
voor een volgenden keer.
BEP M. Zijn de kleintjes alweer heé-
lemaal beter en is al het lekkers van
Sint al op?
JAN eu ROELAND v. V. Ja. jullie
gaan nu zoo langzamerhand tot de
grooten behooren. Ik hoop ook, dat
het nieuwe jaar wat geluk voor jullio
zal meebrengen, hoor 1
JO P. Kom je ook Woensdag tus
schen 1 cn 2 uur je premie halen,
Jo
MARGARETHA H. Ik heb vandaag
jo vriendinnetje nog niet bij de raad
selsinzenders gezien. Hadden jullie 't
te druk met de Sint-Nicolaas-cadeau-
tjes? De nieuwe raadsels zijn "oed.
K. F. M. He tnleuwe raadsel is goed
WILHELM IN A V. De nieuwe raad
sels zijn goed.
GILJAM L. Wel. jongen, wat eet»
heerlijken 5 December heb jij gehad I
En wat heerlijk om nu alle daren een
horloge op zak tc hebben, hè Je kunt
keurig stempelen met* je drukdoos.
Wat druk je daar nu mee Hoe kwam
het wel, dat de B. zoo goed op je was?
DIRKJE C. K. Met wien domineer jo
nu 's avonds? Ken je het goed? Wat
is het gezellig als Sint ons weer iets
nieuws gebracht heeft, vindt je niet?
CATO C. B. Eindelijk heb ik het
boek ontvangen, wat je altijd nog als
prijs te goed hebt. Je moogt het dus
Woensdag komen halen als je wilt.
PAULINA F. Wat gezellig, dat M.
IC. jullie nog zoo verraste op 5 Dec.,
hè Wist je liet vooruit, of was het
heelemaal oen surprise voor je
MEINQUDJE K. Ja, ik vind ook
eerlijk duurt het langst, dan blijf je
de beste vrienden. Wat zal jij een
prettigen avond gehad hebben, met al
die pakjes, die je natuurlijk zelf weg
ging brengen 5 Hoe vindt je het boek
AALTJE v. d. P. Ja. je ma<r het boek
natuurlijk nog wat houden. Lees het
maar op je gemak uitIk zal maken,
dat je prijs Woensdagmiddag klaar
ligt.
ZUS B. Het nieuwe raadsel is goed.
Zijn de acdeautjes allemaal af geko
men en waren Vader en Moeder er
blij mee Wat leuk, dat Sint zelf
kwam bij jullie, hè? Heeft Jacob ook
versjes voor hepi gezongen?
- CORNELIS S Het is best, als je
eens een boek komt halen. Ik blijf or
altijd Woensdagsmiddags tusschen 1
en 2 uur voor thuis.
JAN v. d. M. Ik viud, dat je eerste
briefje keurig was uitgevallen, hoor l
Was Moeder er ook niet tovreden
over? Op welke school ben je en in
welko klas? Ga je nu voortaan gere
geld met ons meedoen en hoe vindt
Je den wedstrijd
Mevr. VENEMA—t. DOORN.
11 December 1909.