HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
OM ONS HEEN
Umtenlandsch Overzicht
rHUILLETON
Mary's strijd voor
Vrouwenkiesrecht
WOENSDAG 22 DECEMBEB 1909
No. 1057.
D9 Kerstmisviering In andere
landen.
De bekoring, die door de géheele
wereld hoen, uitgaat van Kerstmis,
heeft ten allen tijde de menschan er
toe gebracht» om behalve aan eene
plechtige herdenking in de kerken,
sich ook te wijden aan gezelligheid In
huis en vriendenbezoek.
Kerstmlsetemming Is maar
niet enkel een woord, het is ook in
derdaad een gewaarwording, die bij
na lederen mensch in do beschaafde
landen doortrilt, meer dan in andere
dagen, yor eerbied voor het hoogere
en van zachtheid en vriendelijkheid
Toor den medemensch.
Het klinkt vreemd, te spreken van
hen Kerstmisviering in Konstanttno-
pel, maar men moet niet vergeten,
dat daar een groote Europeesche ko
lonie ts gevestigd. De omgeving is er
In de Kerstdagen niet altijd gelijk
soms ligt er sneeuw genoeg om slede
vaarten mogelijk te maken en oen an
deren koer kan de tafel voor het mid
dagmaal versierd worden met rozen,
geranium, heliotroop en andere bloe
men, afkomstig van den kouden
grond.
In de dorpen aan den Bosporus,
waar veel Engelschen wonen, vooral
te Moda, komen op den eersten Kerst
dag allen bijeen la de keurig versier
de kleine k#rk. Ran reusachtige
Kerstboom verheugt het hart van de
kinderen en 's avonds wordt in een
«aal een pantomime opgevoerd, om
dat een goede Engelschman zonder
soo'n vertoon'ng, die een Hollander
«naar matig bekoort, nu eenmaal niet
schijnt te kunnen leven. Het onder
werp Is natuurlijk Dick Whittlngton-
of een ander speuïaal Engelsch geval,
en de vertooaers bohooren tot de
zneest verschillende nationaliteiten.
Duitschland kent tal van eigenaar
dige overleveringen en gewoonten,
.vooral op het platteland. Daar «ion
de kinderen, die iets op hun kerfstok
meenen te hebben, met angst uit naar
de komst Yan Pelz Nickel, om
dat hij hen pleegt te tuchtigen met
een stevige berkenroe, terwijl hij aan
de brave Jeugd speelgoed en snoepe
rijen brongt, als bij ons St. Nloolaas.
Men zegt, dat do Duitsche Keizer zelf,
toen zijn kinderen jonger waren, zich
placht te kleeden alsPelzNickel,
lom zijn kinderen, die niet goed genoeg
hadden opgepast, naar verdienste te
bestraffen.
Zelf krijgt hij van sommigen zijner
Onderdanen eigenaardige geschenken.
Zoo komt een deputatie van de zout-
makers naar Berlijn, om er den Kei
zer, met een adres van hulde, eene
hoeveelheid eieren en een aantal groo
te worsten aan te bieden. Als tegen-
beleefdheid blijven zij in de hoofd
stad als des Keizers gasten en wor
den naar alles wat bezienswaardig ls
rondgeleid.
De bakkers schenken hun souvereln
Weihnachtstollen, het be
kende brood, dat tegenwoordig ook in
do Neder 1 an dsche steden tijdens
Kerstmis veel gegeten wordt.
In den Hurz hebben de bewoners
éen eigenaardige gewoonte, bet zoe
ken naar den sneeuwkoning. Wan
neer een zware sneeuwbui wordt ge
volgd door een mooien, helderen dag,
lan trek'teil jong en oud er op uit om
in de bossehen te zoeken naar takken
en twijgen, die met hun sneeuwlast
een gezicht en het lichaam van een
mensch schijnen te vormen.
In Denemarken ls de schotel van
den Kerstdag rijstenbrij, met een
opening in het midden, waarin een
reusachtige klomp boter is gelegd. De
gewoonte schrijft woor aldus
schrijfi althans Victor Pitt Kethley,
aan wiens artikel tk een en ander
ontleen dat na elke hap rijst een
teug wijn wordt genomen. Als dat
waar is kan menige Deen na den
rijstschotel do hoogte wel hebben
kregen. Gelukkig dus, dat daaruit
niet alleen het middagmaal bestaat,
na de rijstenbrij wordt nog gebraden
gans kastanjes opgediend, en
tan slotte nog een soort van rij sta
te aj*t gegeten.
In Zweden begint de Kerstdag niet
een schilderachtige plechtigheid. In
de kerken begint de dienst 's morgens
te zee uur, waaraan ledereen deel
neemt. Op dat uur is het natuurlijk
nog donker. Iedereen komt dan ook
naar de kerk met een brandenden
fakkel in de hand en al die toortsen
worden voor de kerkdeur op een hoop
geworpen, waar ze 'n reusachtig vuur
vormen. In de huizen branden kaar
een. Do koninklijke familie houdt zich
geheel de gebruiken, die mee
brengen, dat verschillende nationale
gerechten worden gegeten, waaron
der gezouten kabeljauw en ham.
Evenals in Denemarken wordt er ook
de g r o d of rijstenbrij opgediend en
natuurlijk ontbreekt het niet aan een
Kerstboom.
In Nieuw Zeeland valt Kerstmis, in
ons oog wel oneigenaardig, midden in
den zomer. Daar houden de Europea
nen dikwijls picnics, een open plek in
de bosschen wordt aangewezen voor
den gezamenlijken maaltijd en van
alle kanten komen de deelnemer»,
dikwijls Yan zeer ver, te paard of per
rijtuig er aan.
Afwezige vrienden en familieleden
worden er herdacht en op den voor
grond staan de echt Rngelsche lek
kernijen roastbeef en pluzn-
pudding, want het zijn meest
Engelschen, die daar wonen. Na het
maal spelen de kinderen op het gras
veld, de jongelieden wandelen door
de boschpaden en de ouderen spreken
over Kerstmisvieringen van jaren ge
leden in het geboorteland, wanneer
het buiten koud was en de sneeuw
soms dik op het land lag gestrooid.
Geen wonder, dat de Europeanen
zich daar haasten naar bosoh en zee
strand, want het kan in de Kerstda
gen heet zijn in de steden en duf in
de huizen. Negentig graden ln de
schaduw wijst er soms de thermo
meter.
Natuurlijk is de toestand In New
foundland weer geheel anders. Nadat
zij in hun ruwe, eigengemaakte sle
den naar de kerk zijn gegaan, hou
den zij een soort van parade met hun
visschersbooten. Eenzame menschen
als zij zijn, moeten ze wel scheeps
timmerman, smid, zeilmaker, kortom
Manusje van alles wezen. Hun boo
ten maken zij zelf, te land is hun goe
de vriend en helper de ruige poney,
die wel klein is en ongeschikt lijkt
voor zwaar werk, maar als het er op
aankoant veel beter bet ruwe klimaat
kan verdragen, dan onze paarden en
er op geoefend is om een sneeuw
storm te verdragen, waarin andere
paarden zouden bezwijken.
Een aardige gewoonte heerscht op
een Amerikaanscha spoorweglijn, de
Virginia'and South West
ern Railway. Op Kerstavond
rijdt een speciale trein de geheele lijn
af en stopt overal, om geld, kleede
ren en andere geschenken af te geven
aan het personeel.
Niet altijd zijn de feestelijkheden
op Kerstmis in overeenstemming met
da hooge beteekenis van den dag in
Christenlanden. Zoo bestaat in som
mige streken van Columbia de ge
woonte, dat stalknechts en bedienden
zich vermommen met maskers en
vrouwenkleeren en zingen en dansen
bij de muziek van trompetten en vio
len. Iets derhalve als op den Hartjes
dag te Amsterdam, die gelukkig hoe
langer hoe meer in onbruik, ge
raakt is.
In Paraguay houdt men op den
Kerstdag een bal in de open lucht,
met een orkest van een paar violen
en een guitaar. Dat ls een allesbehal
ve onschuldig vermaak, want er
wordt, zoowel door mannen als vrou
wen, druk gebruik gemaakt Yan
versche rum. Men is in dat land toch
al warm gebakerd en heeft tot over
maat van ramp de gewoonte, om al
tijd wapens te dragen, zoodat deze
danspartijen dikwijls eindigen in
vechtpartijen en doodslag.
In andere Zuid-Amerikaanscha re
publieken schijnt het niet beter te
zijn.
Op de Philippijnen wordt Kerstmis
gevierd met groote godsdienstige bij
eenkomsten, waartoe een avondpro-
oe&sio behoort. .Voorop gaan de pries
ters in plechtgewaad, kruisen en hei
ligenbeelden dragende, en gevolgd
door duizende inboorlingen, mannen
en vrouwen, zoowel als kinderen, eik
met een kaar», hetgeen zoo als men
denken kan een treffend schouwspel
oplevert.
Dat in onze eigen omgeving Kerst
mis, behalve een dag van buitenge
woon kerkelijke beteekenis, ook een
aanleiding is tot bijeenkomsten van
familieleden en vrienden, weten wij
allen. Er is een tijd geweest, toen het
scheen of vooral onder deftige lieden
de gewoonte, om op St. Nicolaas ca
deaus te geven, naar Kerstmis zou
worden overgebracht. Ik meen te we
ten, dat dit hier en daar nog gebeurt,
maar algemeen is deze Duitsche en
Engelsche gewoonte hier toch niet ge
worden en lk geloof ook niet, dat zij
kans heeft dat te worden.
Hoe hoog de Kerstviering ln Ne
derland ook gehouden wordt, de dag
der geschenken blijft 5 December, be
halve in een Jaar als dit, toen het SL
Nlcolaasfeest feitelijk over drie da
gen, 4. 5 en 6 December, verdeeld ts
geweest.
C. P.
DE POOLRUZIB
tusschen de lieeren Peary en Cook is
nog altijd niet uitgevochten. In de
eerste dagen stonden de kansen vrij
wel gelijk, maar allengs zijn de zon
derlinge onthullingen over Cook ge
komen. Cook heette, met de onver-
etoorbare kalmte van een echten Yan
kee, alle beschuldigingen valsch. Hij
had z'n papleren en bewijzen naar
Kopenhagen gezonden, waar de com
missie van de universiteit ze zou on
derzoeken hem (Cookj^n 't gelijk
stellen en dus uitspreken, 'dat hij wel
degelijk de Noordpool ontdekt heeft
Nu heeft de commissie, vroeger dan
verwacht werd, al uitspraak gedaan
en vastgesteld
Onder de ons ter onderzoek gege
ven papieren bevindt zich niet hei
bewijs, dat Cook de Noordpool be
reikt heeft
't Rapport der commissie begint met
de mededeeling, dat de oommissie
zich had verzekerd van de medewer-
king van den poolreiziger Knud Rass-
mussen
Ter beoordeeling waren ingezonden:
een met de machine geschreven reis-
verhaal, groot 61 foliobladzijden en1
16 foliobladzijden afschrift van Cook's
aanteekeningen van 18 Maart tot 13
Juni 1908. Cook had aun deze stukken
geen begeleidend schrijven toege
voegd.
Cook's secretaris Lonsdale, ver
klaarde, dat de oorspronkelijke aan-
teekenboeken binnen eonige dagen
overgelegd zouden worden. De nauw
keurige afschriften zijn voor do be
slissing, of Cook al of niet de pool
heeft bereikt, volkomen waardeloos,
zooals ult het onderzoek van de docu
menten door de leden dor commissie
is gebleken.
Daar Cook zelve niet te bereiken
was, noodigde de commissie den beer
Lonsdale u't, de stukkon nador toe
te lichten, maar deze toelichtingen
openden geen nieuwe gezichtspunten.
Het resultaat van de onderzoekin
gen der commissie was, dat genoemd
reisverhaal in hoofdzaak overeen
komt met het verslag ln de New-York
Herald (onzen lezers bekend) dat het
afschrift dor aanteekeningen geen
astronomisch waarneiningsuiaieriaal
bevat, maar slechts resultaten van
waarnemingen. Bijzonderheden, die
de waarnemingen aannemelijk zou
den kunnen maken, ontbreken trou
wens ten eenenmale cu ook wordt de
practische zijde van do sledere^ zoo
onvoldoende toegelicht, dat contróle
onmogelijk is.
De commissie en eveneens het uni-
ver8iteits-consistorie zijn derhalve tot
de slotsom gekomen, dat de ingezon
den documenten geen waarnemingen
of verklaringen bevatten, die bewij
zen, dat Cook do pool heeft bereikt.
Dit rapport is wel vernietigend voor
Cook I
Hoe zal hij nu nog aannemelijk ma
ken, dat hij aan de Pool is geweest
/Us hij er geweest is
Nu is t woord aan Peary, om aan
te toonen, dat hij nu de eenige echte
Pool-oiitdekker is.
Hem zij meer succes gewenscht,
want anders.... houden we geen een
Pooi-ontdekker ovarii
DE DUITSCiLLAND-VREES IN
ENGELAND
wordt voor de zooveelste maal ver
tolkt in de artikel-reeks, die de heer
Blatchford in de Daily Mail sciirijft
Hij meent aangetoond te hebben
1. Dat Duitschland naar de opper
heerschappij in Europa streeft
2. Dat het, om dit doei te bereiken,
Engelands macht moet knuiken.
3. Dat alle pogingen tot verzoening
en overeenstemming gedoemd zijn te
mislukken en niets Duitschland zal
weerhouden dan het ontplooien yan
een tegen-macht
4. Dat indien Frankrijk valt, wij
(Engeland) ons niet staande kunnen
houden.
6. Dat Frankrijk in het algemeen
geen partij voor Duitschland wordt
geacht
6. Dat wij niet la staat rijn Frank
rijk te helpen.
7. Dat, tenzij het Britsche volk zich
grootere opofferingen getroost, dan
waartoe het nu bereid is. wij ons rijk
en onze onafhankelijkheid zullen ver
liezen.
8. Dat onze ministers van belde par
tijen dit weten, maar de waarheid
niet durven zeggen tot het volk.
Tot bestrijding van dat gevaar be
veelt de Bchcijver aan
1. Onmiddellijke goedkeuring van
een crediet van vijftig millioen pond
sterling ten behoeve van de marine.
2. Onmiddellijke aanneming van
een wet tot Invoering van algemeen en
dienstplicht, welke wet dadelijk in
werking moet treden.
3. Een wet tot instelling van voor
bereidende militaire oefeningen voor
alle schooljongens Yan tien jaar en
ouder.
4. Onmiddellijke inrichting van een
generalen staf voor leger en vloot
5. Een belangrijke verhooging van
het crediet voor den geheimen inlich
tingsdienst (gezegd spionnendienst).
6. Een officieel verzoek aan alle
wetgevers, om slechts Britsche en
geen buitenlandse he werkkrachten ln
dienst te nemen.
M'nheer Blatchford ziet 't Duitsche
gevaar dus wel zwart in I Gelukkig,
dat niet al z'n landgenooten en ook
niet alle Duitschers er zoo over den
ken, anders
Toch zal zulk geschrijf wellicht nog
eenigen invloed nebben bij den
.VERKIEZINGSSTRIJD IN
ENGELAND,
want de partij der tariefhervormers
is ook voor versterking en uitbreiding
van de vloot.
Over den verkiezingsstrijd zelf is
met veel nieuws te meiden. Minister
Asquith heeft weer eens gesproken,
nu te Liverpool. De premier zei, dat
er overvloed van goede voorteekenen
voor do liberalen is. De taal, die de
lords en proconsuls in het land voe
ren, geven hem reden om te betwijfe
len, of zij daarmede wel een verstan
dige taktiek volgen. Met hun bewerin
gen over de vloot trachten zij te ver
geefs de aandacht af te leiden van de
begrooting en het Hoogerhuis. De
vloot is volkomen in staat de supre
matie van Groot-Britaun'ë te hand
haven en de veiligheid van de kusten,
den handel en het rijk te waarborgen.
D^ze verklaring van den minister
kou ook ars oen protest legen het ge
schrijf van Blatchford beschouwd
worden,.
HET ADRES AAN KONING ALBERT.
De parlementaire commissie, die be
last is met het opstellen van het
adres, dat aan koning Albert zal wor
den aangeboden bij zijn blijde in
komst, beeft vergaderd in de Kamer.
De sociaal-democraat Vandervelde
was afwezig. Het adres, dat met al
gemeens stemmen werd aangenomen
wijst op de noodzakelijkheid om te
rug te keeren tot de oude constitut'o-
neele tradities en voegt daaraan toe,
dat de geestelijke, artistieke en zede
lijke belangen van het land niet ver
waarloosd behooren te worden,
BEGRAFENIS VAN KONING
LEOPOLD.
Hedenmiddag bad te Brussel de
plechtige begrafenis van Koning Leo
pold plaats, 't Moet een indrukwek
kende plechtigheid geweest zijn, door
't groote statie-vertoon. Da buiten-
landsche hoven hadden alle vertegen
woordigers gezondenNederland was
vertegenwoordigd door Z. K. H. Prins
Hendrik.
UIT DE OOSTENRUKSCHE
KAMER.
De Kamer *s begonnen met de eer
ste lezing van het wetsontwerp waar
bij de regeering wordt gemachtigd
tot regehug van de handelsbetrekkin
gen met de Baikan-staten.
De Kamer bracht de eerste lezing
van dit wetsontwerp ook ten einde.
Eindelijk is dft Kamer dus weer
gaan werken.
Voor hoelang
UIT DE DOEMA*
De Yerdedigingscommissie uit de
Doema besloot het voorstel te doen om
do begrooting van uitgaven voor het
ministerie Van marine te verminderen
met 20.8 millioen Rbl. Tevens werd
voorgesteld de aangevraagde 12.4 mil
lioen voor den houw van nieuwe oor
logsschepen te schrappen, daar de
voor dit doel in de begrooting voor
1909 toegestane sommen nog niet uit
gegeven zijn.
AFTREDEN VAN DEN GRIEK-
SCHEN MINISTER VAN
OORLOG.
De minister Yan oorlog heeft z<jn
ontslag ingediend, teneinde de oplos
sing van bet parlementaire Incident
te vergemakkelijken.
BEN AANSLAG.
Een arbeider loste te Boekarest drie
revolverschoten op den eersten minis
ter Bratiano. Deze werd gewond. De
aanvaller werd gevangen genomen.
GOUVBRNEUR-GENERAAL VAN
ZU1D-AFRIKA.
De benoeming van den minister
van blnnenlandsche zaken H. J. Glad
stone tot eersten gouverneur-generaal
van Zuid-Afrika is thans officieel af
gekondigde
BRAND TB LONDEN*
Bij den grooten brand te Clapham
ln de magazijnen van Ardmg en
Hobbs zijn acht personen omgekomen
terwijl tien beambten worden ver
mist. Men vreest, dat een aantal be
zoekers onder ruinen is verpletterd.
Iets over Ondersteuningsfondsen.
Een onzer medewerkers schrijft
Onder „Ondersteuningsfondsen"
wordt in het dagelijksch leven ver
staan de vereenigingen, welke zich ten
doel stellen ln geval van ziekte of on
geval den getroffene geldelijke uitkee-
ring te doen, ten einde hem tegemoet
te komen in de loonderving door ziek-
to of ongeval veroorzaakt. Wel zijn
in deze beteekenis ook werkloozen-
uitkeering, overlijdingspremiën niet
anders dan ondersteuningen, teneinde
geldelijke schade te dekken, doch in
den volksmond hebben zij dan bun
naam behouden. Alleen bij ziekte en
ongeval spreekt men van ondersteu
ning en dit reeds ongeveer 5tK) Jaar,
want reeds de gilden, de vakvereeni-
gingon van vroeger eeuwen, hadden
onde r steuningsfondsen.
Tot op don huidigen dag is do toe
stand in Nederland gelijk aan die
van vroeger tijden, de uitkeeringen
zijn natuurlijk hooger, misschien is de
termijn van recht op uitkeering ver
anderd, doch het grondboginsel ls het-
zelfde. Opmerkelijk is ook, dat het
verzekeringswezen, dat voor allerlei
rampen de risico wil overnemen, de
geldelijke uitkeering bij ziekte niet
aandurft. In de laatste jaren zijn er
wel enkele maatschappijen die ook
deze branche als basis van hun werk
zaamheden hebben gekozen, doch zij
bewegen zich buiten de arbeiderskrin-
gen, zoo er al arbeiders op deze wijze
verzekerd zijn, b.v. door bet in wer
king treden van het z.g. Arbeidscon
tract, daar is dat door derden, door
de patroons. Bovendien hebben bedoel
de maatschappijen alle nog beperken
de bepalingen, zij keeren b.v. niet uit
bij ongeval op de fabriek opgeloopen,
of zij hebben enkele soorten ziekten
uitgesloten, zelfs zijn er maatschap
pijen, die enkel uitbetalen bij ziekte-
soorten door hen omschreven, dus bij
de andere soorten niet.
De reden, waarom de toestand zoo
is, ligt voor de hand, ondersteunings
fondsen worden m de meeste gevallen
gratis bestuurd, of slechts tegen zeer
kleine gratificatiën, dikwijls is één
10-cents cahier het grootboek. Jour
naal, enz. der vereeniging, de secreta
ris heeft twee van die „dure" boeken,
éen ais notulenboek en een ais leden
lijst, met een velletje postpapier voor
presentielijst is de „administratie"'
compleet 1
Lenigen tijd heeft er gevaar ge
dreigd, er was een ontwerp-ziöklever-
zekering, voor vele fondsen zou ont
heffing, ontbinding het eindvonnis ge-
geworden zijn als dit ontwerp wet was
geworden. Wel dreigt nog het gevaar,
ja, 't schijnt in do toekomst onafwend
baar te zyn, doch voor loep ig de
rustige rust weergekeerd. En toch ook
weer niet geheel, de tijdstroom laat
niets met rust, 't mag onmerkbaar
zijn, mag zelfs „standvastig 't zelfde
blijven" schijnen, vroeg of laat blijkt
uit een of ander feit, dat or verande
ring is. Enkele jaren bleek dit in vele
vereenigingen, toen er met het oog op
de Ongevallenwet, reglementswijzi
gingen aan de orde waren, in hoofd
zaak olie betreffende de vraag of,
waar een lid uit do Ongevallenwet
trok (die uitdrukking ls ingeburgerd)
't niet wensclielijk was de fondsuit-
keering te weigeren of wel te vermin
deren, hoewel reeds vele jaren door
particuliere verzekeringen arbeiders
bij ongeval uitkeering verkregen,
nooit was daar acht op geslagen. W el
werd zoo'n lid streng gecontroleerd,
daar men fraude, simulatie of aggra
vatie ('t voorwenden of overdrijven
van ziekte) vreesde, doch zijn „recht
op uitkeering" werd niet betwist, „hij
betaalde evenveel als een ander, dus
had evenveel recht", was een onfeil
bare wet.
Sedert de „Ongevallenwetmet over
tuigende stukken gewapend, heeft
aangetoond, dat de risico een overwe
gende factor is eu „evenveel betalen"
nu Juist niet zoo in den haak is wat
betreft ongevallen, zijn de zieken
fondsen de aandacht gaan vestigen op
het risico-vraagstuk ook op het gebied
van ziekteneen bepaalde verande
ring ls echter nog niet te constateeren,
deze zal wel niet eer komen dan als
de ziektewet er is.
Een ander te eken van den vooruit
gang is in de laatste dagen in 't dag
licht gekomen, of juister schemert
langzaam op. 't Is de vooruitgang,
welke Ln geneeskundige kringen te
bespeuren valt Ten eerste de vereeni
gingen van doctoren, zooals b.v. hier
ter stede „de Geneeskundige Kring",
de vakvereenlging der beoefenaars der
genees- en heelkunde. Een besluit van
genoemde vereeniging is het wat dfl
ondersteuningsfondsen heeft opga.
schrikt, n.l. het besluit om geen zie-
kenbriefjes meer af te teekenen, doch
alleen een verklaring van „ongesteld"
en „weder hersteld" zijn. Dit besluit
geeft groote stoornis in den sinds ja
ren gevolgden gang van zaken, zoo'n
„ziekenbnefje" was de basis van veis
vereenigingen, had men dit niet, geen
uitkeering! De conclusie ligt dus voor
de hand de dokters waren eigenlijk
controleurs der ondersteuningsfond
sen I Dank genoten zij allerminst voor
deze onbetaalde diensten, dikwijls als
't een zieke betrof, die gewantrouwd
werd door het bestuur van zijn veree
niging, was de betrokken geneesheer
al spoedig iemand „die maar raak
toekende", „die alles geloofde wat die
lijntrekker hem wijsmaakte", enz., de
ziekenbezoekers Liepen de „patiënten
op het le\en" en vroegen telkens:
„wat zegt de dokter nu"soms werd
het wantrouwen tegen de dokters zóo
erg, dat het bestuur besloot er eens op
uit te gaan, en dan werd per brief de
doktor gevraagd of de patiënt nog
niet boter was, of wel een „gladde"
commissaris ging met „een zware pijn
in 't lijf" even naar zijn dokter, dio
was dan dezelfde als van 't gewan-
trouwue lid, om consult, doch gooide
't gesprek al spoed'g op B., „die nog
maar niet opknapte".
Nu 't besluit gevallen is, tuiten ds
ooren der dokters weeir danig, er
wordt dan ook heel wat geboomd over
dat besluit. Toch is het onbeteeke-
nend, als de ziekenfondsen maar do
bepaling aan hunne leden willen
voorschrijven, dat zij de ongesteld-
verklaring mooten overleggen. Als nu
de dokters op dezelfde vorklairing
weer 't herstold teekenen, dan is do
contróle meteen waar zij behoort,
ui. bij den ziekenbezoeker, deze geeft
nu zijn briefjo dikwijls aan de voor
deur af; als hij de ongesteld ver kla
ring moet controleexen, moet hij
naar binnen om te zien of de dokter
't niet heeft ge teekend voor „her
steld." De vereenigingen kunnen dun
de ziekenbezoekers belasten met 't uf-
teekenen der wckelijksche kwitantie
of formule-biljet. Als deze wijze van
werken wordt ingevoerd zijn de ver
eenigingen door dit besluit Ln beter
conditie, daar zij daarin een middel
vinden tot oontroleering van hun
controleurs.
Deze kwestie vestigdo do aandacht
op een dieper ingrijpend vraagstuk,
waar de Gcneesk. Kring ook wel eens
zijn aandacht aan mag wijden, n.l.
„het waudeihriefjo". Ook dit is een
ingeroeste misstand. Als een patient
aan de beterende hand is, komt hij
op zekeren dag met de vraag „mag
ik er uit?" Jawel, zegt de dokter, do
patient vraagt een wandel bewijs en
de dokter toekent 't af.
Maar dan mag hij er nog niet uil
bij vele vereenigingen, eerst moet
de ziekenbezoeker, dikwijls nog een
ander bestuurslid dat ook teekenenl
De vooruitgang der geneeskunde
heeft geleerd, dat met pillen en poe
ders alleen de menschel ij ke kwalen
niet te genezen zijn. Frisscho lucht,
beweging, zon zijn wel zoo veel
waard, de oude bedsteö-thecvleën
zijn gelukkig uit don tijd. Vele ge-
noesheeren komen dus weieens voor
't feit dat de patient er uit moet, dik
wijls reeds in de eerste ziektedagen,
b.v. bij zenuwlijders. Groote opgewon
denheid bij T fondsbestuur, pas ziek
en dan al een wandelbriefje, dat is
verdacht! Enfiu, dan zal hij de vol
gende week zich wel weer afmelden.
Doch do volgende week zegt de pa
tient: de dokter zegt nog vier weken
2)
De jonge man ontwoordde niet, en
keek peinzend voor zich, alsof hij niet
•wist wat te zeggen. Maai- een luid
applaus in de zaal trok beider aan
dacht. De spreker, een zeer oud en
«wak-uitziend man met eenigszins
.vermoeid voorkomen, boog even tot
'antwoord op de toejuiching.
Wie is hij Yroeg Mary aan
den jongen man.
Y\ e;, Lord Kenton, was het
jantwoorc.
Mary ksek eenigszins verbluft. Zij
pad zich voorgesteld een groote, ro-
buste man te zullen ^t«n met eene
jluide stem en uitdagende manieren,
ten het zou beerlijft geweest zijn, zoo
Iemand aan te valleDMaar inplaats
daarvan zag ze een ouden, zwakken
man met grijze lokken, en ze kreeg
het gevoel, dat ze het prettig zou vin
den hem te verzorgen en te koestaren.
Lord Kenton begon met zwakke, be-
vende stem zijn redevoering, hij was
by na niet te verstaan in de zaai,
maar men luisterde met aandacht,
want hij was een geliefd spreker in
dien tijd.
Mary zat doodstil, met kloppend
hart, van tijd tot tijd angstig naar de
klok ziende. Er was bepaald, dat de
eerste interruptie precies te half acht
zou plaats hebben en de overige daar
na telkens met 5 minuten tusschen-
ruimte, Mary zelf was nummer zes.
Met ongeduld wachtte ze eindelijk
wees de groote klok achter in de zaal
half acht en bijna op hetzelfde mo
ment stond de eerste van de meisjes
boven op haar etosl. Maar eer ze nog
een woord had kunnen spreken, deed
een jonge man achter haar den stoel,
waarop ze stond, omkantelen, en ze
viel voorover in de armen van een
ander. Men hoorde een zachten kreet,
zag even een hand in de lucht, dan
een groepje mannen haastig naar de
deur loopen en de jonge dame beyond
zich plotseling tot haar groote verba
zing op de straat
Een dame flauw gevallen, zei er
een in de zaal en het nieuwtje ging
van mond tol mond en bereikte zelfs
den spmeker, die een oogenblik zijn
rede onderbrak.
lk hoor, zei hij met ziin zachte,
bevende stem, dat door de hitte in
de zaal een dame is flauw gevallen.
Zou het niet raadzaam zijn de ramen
te openen
En den vrouwen kiesrecht tie ge
ven, riep een jong meisje, de twee
de van de samengezworenen, vlak
voor den «preker.
Groote goedheid I riep lord
Kenton verschrikt uit,Wat zegt die
dame
De president fluisterde den spreker
iets ln ter verklaring een kleine
schermutseling en nummer twee ging
den weg van haar voorgangster.
Mary zat stil te kijken, ze was heel
bleek, haar handen wrong ze kramp
achtig in haar schoot nog enkele
o ogenblikken en het was haar beurt.
Haar hart klopte hoorbaar, de adem
stokte haar ln de keel en ze zag de
heele za*J als in éen neyeL Ze voelde
echter, dat de Jonge man naast haar,
haar meermalen van terzijde aanzag,
en trachtte zich te herstellen.
Zouden er nog meer dergelijke
storingen komen vroeg ze hem.
lk hoop van niet, was het ant
woord.
Maar op hetzelfde oogenblik sprong
de derde jonge dame op haar stoel,
doch was even spoedig verdwenen. De
vierde, vijf minuten later was een
meisje dicht bij Mary gezeten, zoodat
de jonge man naast haar er heen
snelde om te helpen.
Spoedig daarna kwam- hij terug
met een ernstig gelaat zijn hoofd
schuddende.
t Is zoo ongelukkig, zed hij.
Wat ts er dan gebeurd vroeg
Mary.
Wel, de linkerarm Van het jonge
meisje.....-
Bezeerd vroeg Mary.
Er af, antwoordde de jong®
man.
Verschrikkelijk, riep Mary uit,
ge meent toch niet..,,
Ja, aeide de Jonge man. Ik
was met nog twee anderen bezig haar
door de eene deur naar buiten te trek
ken, en de anderen duwden haar door
de andere deur de zaal uit.
En vroeg Mary angstig.
Nu, ik begreep-niet, waarom va
niet kwam, toep ik haar bij den arm
naai- buiten trok, daarom trok ik nog
harder en hield juist haar arm in de
hand, terwijl ze door do andere deur
verdween. Ik heb hem haar achterna
gezonden. Het spijt mij lteusch erg.
Mary keek liem met afgrijzen aan.
Er zal wel niets van uitlekken,
zei de jonge man, wij zullen er
tenminste niet van spreken, en de
Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht
zal het in haar eigen belang geheim
houden, uit vrees, dat ze geen vrij
willigers meer zal kunnen krijgen.
Mary zei niets. Haar gedachten
wanen zóó verward, dat ze bijna niet
meer denken kon.
Daar had de vijfde interruptie
plaats, en Mary hoorde, hoe hot pu
bliek verontwaardigd was over al de
ze storingen.
Hebt ge last van de warmte
fluisterde de jonge man haar toe,
ge rijt zoo bleek. Wil ik u naar buiten
lelden
Mary sloeg een wanhopige» blik op
hem. Het was nog precies haar tijd,
maar zij kon het zoo niet langer uit
houden cn met één sprong stond ze
op haar stoel. Ze opende den mond
om haar kreet om vrouwenkiesrecht
aan te heffen, maar geen woorfl kwam
over de lippen, geen geluid kon ze
voortbrengen. Zoo stond ze, bleek, on
beweeglijk, haar oogen wijd open, vol
wanhoop, dat ze geen woord kon
uiten.
Lord Kenton brak zijn rede af
hij was to beleefd om tegen een dame
te spreken en het publiek, al gereed
om zijn woede tegen Mary in luide
kreten lucht te goven, bleef zwijgen,
evenals «ij.
De lange Jonge man sprong op.
De dame wenscht te protesteeren,
zei hij, tegen de vele interrup
ties van hedenavond en haar hoop
uit te drukken, dat de vrouwen, die
nu nog tegenwoordig zijn, zich rustig
zullen houden.
Er volgden lulde toejuichingen.