HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. WOENSDAG 9 FEBRUARI 1910 OM ONS HEEN N«. 1088. Tegen bet mlshannelei van dieren. In een vorig nummer deeld, dat generaal van Tuerenhout wegens tlln leeftijd ia afgetreden als voorzitter van de verecniglng tegen Jiet mishandelen van dieren. Hebben we eigenlijk wel eens be dacht, hoe wonderlijk het is, dat zoo'n vereeniging in onzen tijd nog bestaan kan. ja bestaan moet en dik wijls heelw&t werk heeft? Wat een aanklacht tegen de zeden ligt daarin. Als het mishandelen van een beest een enkelen keer voorkwam, zon er geen vereeniging behoeven te wezen, die dat tegengaat, evenmin als er .vereeniging tot bescherming standbeelden wordt gesticht, omdat .wel eens een dronken jongen op voetstuk klimt en een bronzen neus verminkt. De vereeniging is er dus, omdat het mishandelen van dieren een dagelijksch voorkomende zaak is. Honderde menschen willen daar over liever maar niet hooren, ze zeg gen dan „tegen het mishandelen van dieren o, dat zijn die menschen Yan asyls voor honden en kattenneen, dank Je wel, dat is me te ziekelijk." Ik weet niet, of ze in dien geest ooit fe)t den heer Van Tuerenhout hebben gesproken, maar als het zoo is, heb ben ze vast den wind van voren ge kregen. Die was allesbehalve senti menteel aangelegd. Het zou bij hem niet opgekomen zijn, hondjes te ver troetelen en katjes in warme bedjes te laten leggen. Daarvoor had hij veel te gezonde begrippen. En die geest heerechte dan ook in het heele be stuur van de vereeniging, niet. Als een gedeelte van 't publiek, een veel te groot deel. nog zulke verkeerde denkbeelden heeft, dan komt dat door de overdrijving, die in andere steden wel is begaan door ja, "t spijt me, dat ik het zeggen moet door dames meestal. Gevoel is een goed ding, maar je moet het aan de ketting leggen, anders gaat het or van door en wéét je niet, waar het blijft I Maar een vereeniging tegen het mishande len van dieren wie kan daar nu eigenlijk tegen wezen? De grootste belacher van hondenjasjes en katten- asyls zal toch niet willen beweren, dat hij vóór hei mishandelen van die ren isl Welnu, de heer Van Tuerenhout, die in 1899 den heer A. van de Voort Azn. als voorzitter opvolgde, heeft de func tie altoos in den gezonden zin opge vat. Hij stelde belang in deze zaken, gaf er zijn tijd aan, had er aandacht voor. Wie een klacht meende te heb ben op 't gebied van dierenmishande ling, kon die mondeling of schriftelijk gerust by hem indienen en er zeker van wezen, dat hij er zelf op uittoog om die te onderzoeken, of wanneer hem de Gelegenheid ontbrak, zorgde, dat ze onderzocht werd. Zóo opgevat vordert het voorzittersambt niet al leen vrij wat tijd, maar ook een zekere beslistheid van optreden. Ik heb im mers al gezegd, dat veel menschen er nog zoo'n vreemd denkbeeld van heb ben, welnu dat bevordert vanzelf de medewerking niet Zelfs onder de autoriteiten komen er voor, die dat streven om dierenmishandeling tegen te gaan als een soort van goedige gek heid beschouwen. Dan behoort er een zeker moreel overwicht toe, om wat g&laan te krijgen. En hoeveel meer het noodiz wordt, als iemand op die renmishandeling betrapt wordt kan iedereen voor zichzelf ervaren, wan neer hij een voerman zijn paard on- noodiig on wreedelijk ziet afranselen of een trekhond mishandelen door zijn ruwen eigenaar. Wie dat met woorden wil tegengaan, loopt gevaar, dat hij van de klappen meekrijgt. Als 't er op aankwam telde de - fgctredon voorzitter die kans niet mee, maar be gon moedig den aanval, wel te ver staan met het vermanende woord lk heb er trouwens nooit van gehoord, dat hij ooit grof bejegend ia Dat be werkte de invloed van zijn persoon lijkheid, gepaard met het besef bij den overtreder, dat de man die hem zoo bestraffend toeBprok, in zijn recht was. Want er zit immers ln het mishan delen van dieren niets goeds, niets dat nuttig kon zijn voor de maat schappij. Wat kan er voor de samen leving voor voordeel in steken, dat iemand een paard kwelt of een kalf pijnigt Geen hoegenaamd. Wel groo ts schade. Als het waar is en dat zal niemand tegenspreken dat de st in een maatschappij de optel- line ia van de eigenschappen derge nen, die er deel van uitmakenals het Juist gezien is, dat ruwheid ru wer wordt naarmate ze wordt ge kweekt en onderhouden, evengoed als zachtheid en mededoogen door oefe ning worden bevorderd jdon is die renmishandeling anti-maatschappe lijk, een verschijnsel ln strijd met de belangen van de samenleving. WU nu iemand misschien nog een stap ver der gaan en zeggen, dat het tegen- n ven dierenmishandeling in 't be lang is van de menschen, <Tnn zal lk dat niet tegensprekeu. Zelfs in letter lijken zinde dierenbeul slaat met de eenmaal verkregen losse hand licht ook vrouw en kinderen. Maar in zulke ruwe vormen behoe- jn we ons niet eens te verdiepen. Er zijn er wel andere, die minder in 't oog vallen en waaraan toch de veree niging terecht haar aandacht hoeft gewijd. Het is een averechtsche dierenlief de, om honden of katten niet hinder lijke of ongeneeslijke ziekten door kunst en vliegwerk in 't leven te hou den daarom stichtte de vereeniging haar asphyxlat'e-inrichüng, waar zulke stumperige dieren pijnloos wor den gedood door gas. Daaraan is toch niets sentimenteels, zou ik meenen. Evenmin aan de nestkasten, die hier en daar voorde vogels zijn opgehan gen, of aan de drinkfonteinen. waar van de vereeniging er een paar aan de gemeente ten geschenke aangebo den heeft. Wie even de moeite wil ne men, op een lente- of zomerdag bij zoo'n fontein te staan kijken, wan neer een voerman zijn paard cr naar toe leidt, zal met plezier zien, hoe ge- noegelijk het dier van het frissche water slobbert. Feitelitk gaat de ver-1 eeniging bier verder dan haar naam. De drinkfonteinen gaan niet zoozeer mishandeling tegen, maar veraange namen het paardeleven. Daar mag men om lachen, maar men kan er toch niets tegen hebben. Voor zulke dingen nu heeft de heer Van Tuerenhout zijn moeite, zijn tijd en zijn belangstelling over gehad. Ook voor dat zoo dikwijls rampzalige schepsel, den trekhond. Hij liad op zijn vele reizen, ln België, in Zwitser land, in Italië heel wat gezien van de aanspanning van trekhonden en daar bij zijn oogen goed den kost gegeven, zoodat hü ais de man, die verre rei- j zen doet, thuiskomende ook heelwat wist te verhalen. Die mededeelingen stemden dikwijls tot nederigheid. Al zijn de toestanden niet van dien aard, dat een Nederlandsche srijfster in ziekelijke overdrijving hulp meende te moeten gaan zoeken in 't buiten land, de Nederlandsche trekhond heeft nog geen ideaal bestaan. Wij zijn nog niet zoover als de Zwitser, die toen zijn hond hem een vracht berg opwaarts had helpen brengen, het dier bergafwaarts i n den wagen zet te, om hem nu ook eens te laten rus ten. Zeg nu niet dadelijk, dat het sen timenteel istoen ik het hoorde ver tellen, vond ik het aardig, 't Teekent de gewoonte in een land, wil ik maar zeggen, want wie zou hier, zooiets durven doen Zou hij niet, o vloeu der vaische schaamte, bang zijn om te worden uitgelachen Het zal niet gemakkelijk heer Van Tuerenhout te Zelf ernstig werker verwachtte hij ook van een ander, dat dia zijn belof ten gestand zou doen en werd hij daarin teleurgesteld, dan gaf de heer Van Tuerenhout onomwonden rijn misnoegen te kennen. „Dat gaat nie", placht hij dan te zeggen met echt-Brabontecha varmof- feling van de letter h Ais 't niet zoo ongebruikelijk was, sera ik zeggen „wanneer iemand ©1 mis schien roeping voor gevoelt, kan hij zich aanmelden bij 1 bestuur." Intua- schen, op deze manier vindt men tot en uotr geen voorzitter», die i ten dikwijls met moe»te gezocht, inspanning overgehaald worden. Wie er neiging toe voelt, weet nu evenwei, dat hij nuttig kan zijn, maar gevoele tevens, dat hij met energie en belang stelling vervuld zal moeten wezen, om niet bij zijn voorganger af te steken. Op één ding kan hij gerust wezen overgevoeligheid bedrijft de vereeni ging niet j. a P. Suitenlanasch Overzicht Gisteren hebben de laatste VERKIEZINGEN IN ENGELAND plaats gehad. De universiteiten van Glasgow on Aberdeen verkozen een unionist, maar dit verandert niets aan de onlangs medegedeelde eind cijfers, omdat we toen met deze uit slagen (die met beslistheid te voor spellen waren) al rekening hebben ge- honden Eind Februari zal het Lagerhuis nu bijeen kunnen komen. Groot verschil van meening is' er. waar de heenen mee moeten beginnen de een meent 'net de nieuwe vaststelling der be grooting en de ander met de afreke ning met het Hoogerhuis. In verband met deze quaestie ls het wel van belang kennis tc nemen van een tweetal interviews. Allereerst met een vraaggesprek van Joe Chamber lain De Journalist begint te vertellen, dat deze staatsman er, ofschoon hij nu reeds drie jaar lijdende is geweest, niet slecht uitziet en nog zeer opge wekt is Over het geheel was hij niet door den uitslag van den politieken strijd teleurgesteld. Hij erkende, dat zijn zaak (die van de tarief-hervor ming) nog niet gewonnen heeft, doch dat zelfs zijn tegenstanders thans zien, dat die zaak winnen moet, en dot de overwinning zeker komen zal. De Unionisten hadden het er wol niet zoo goed afgebraoht ais Joe gehoopt had, doch er was een buitengewone vermeerdering te constateeren in het aantal stemmen voor tarief-narvor- ining uitgebracht, en de tarief-hervor mers in het Lagerhuis zouden nu sterker zijn dan ooit te voren. Ten aanzieu van het ministerie zei Chamberlain „De kiezers hebben minister As quith slecht behandeld. Zij hadden hem beloofd, dat ze liet land zouden winnen met het „budget" en nu is hij afhankelijk van de Ieren. Hij zal on dervinden, dat zij lastige heenen zijn, maar Home Rule zal hij hun niet geven, daar zal hij wel op een of andere wijze aan zien te ontkomen." Deze uitspraak toont, dat de Ieren ook niet voel zouden behoeven te ver wachten van de partij van Joe. Las tige heeren geen Home Rule.... Ook besprak Chamberlain de Hoo- gerhuis-quaestie, en meendo, dat de Unionisten maar eens moeten af wachten, wat het ministerie Asquith wil doen. Hij voor zich was niet te gen een hervorming van het Hooger huis, ofschoon hij betwijfelde, of bot volk ooit een hervormde Eerste Ka mer zou krijgen, die in de praktijk zoo goed zou werken als liet Hooger huis gedaan had horvorming zou het Hoogerhuis z. i. nog sterker ma ken. De Kroon moest men buiten deze quaestie zien te houden, en misschien dat de huidige toestand de gelegen heid gaf te overwegen, hoe dit door een soort referendum mogelijk kan worden gemaakt. Bijzonder duidelijk heeft Joe rich niet uitgelaten 1 Ten tweede een interview met mi nister Lloyd George, die nog op een vacantie-reisje is. Hoe hij over den uitslag der verkiezingen dacht zoo werd hem gevraagd. ,,'t Verbaast mij zei de minister - dat onze tegenstanders zich ver beelden gewonnen te hebben. De op- bladen, met name door die, welke bet felst tegen het budget wa ren gekant en het hardst tariff-reform aanprezen, heelt mij mat verbazing doen afvragen, of cijfers wel ©enige beteekenis hebben. Zooals de zaken thans staan, iiebben wij (dat Is de re geering) een flinke meerderheid van meer dan 120. Waren aan den kant der vooruitstrevenden geen „split- votes" geweest, wij zouden diclzt bij de 140 geweest eijn. Bovendien, had er geen meervoudig kiesrecht bestaan, onze positie zou zóó krachtig geweest zijn, dat wij vermoedelijk een liberale moederheid alleen zouden gehad heb ben van ongeveer 150, onafhankelijk van de Ieren." De minister meende, dat het duide lijk was, dat de regeering een betee ken isvolle overwinning had behaald. „Wij streden den strijd op duidelijke punten, en de kiezers hebben ons op die punten in het gelijk gesteld. En ik geloof, dat mijn ergste vijand en ik heb er velen het mij niet euvel zaJ nemen, als 11c straks hel budget als "ai eerste quaestie voorop stel." Wat het ministerie Asquith precies zal doen, zullen we wel binnen en kele dagen hooren, want morgen wordt ministerraad gehouden. Er is alle roden om aan te nemen, huis zich na de behan- adres op de troonrede, zal moeten bezighouden met de opnieuw ingediende bagroo- ting met het oog op de financieele 1» hoef ten- ar is aue ruoe. dat het Lagerhui deling van het at onmiddellijk zal DE CRISIS IN DEN BALKAN is, zooals men weet, voorloopig opge lost. De mogendheden zullen er voor zorgen, dat de K releasers geen afge vaardigden naar de Griekse he kamer of Nationale vergadering kan sturen, en andere dingen doen, die de Turken iu hun recht op bet eiland schaden Volgens berichten uit Ween en zou den de beschermende mogendheden het eens zijn geworden over een voor- van Engeland, om niet over te o tot een nieuwe blijvende inter nationale bezetting van Kreta, maar om, in geval de Kreleasers niet willen luisteren, de tolkantoren op het eiland tijdelijk te bezetten en op de douane-inkomsten beslag te leggen. Te Salonlk: is een commissie ge vormd, welke de vraag overweegt van het boycotten van Grieksche goe deren ln Turkije, in geval blijken mocht, dat Griekenland heimelijk met de Kretensers konkelt Voarloopig zijn we, hopen we, weer van de Kretenser quaestie af. Bepaald rustig is het niet fcn de Balkan-politiek. De laatste dagen wordt druk geschreven en gesproken over een mogelijke toenadering tus- schen RUSLAND EN OOSTENRIJK- HONGARIJE. Een half ambtelijk blad ln Weenen schrijft daaromtrent „Hoe onverwacht deze wending voor de Internationale politiek geko men ls en hoe weinig zij overeen stemt met de tot dusver gevolgde staatkunde namelijk die van nau we aansluiting bij Duitschland dat toanen de commentaren der interna lionale pers. De lofredenen op de thans aan den dag tredende Russische gezindheid komen uit die tanden, waar men de Donau-monarchie tij dens de crisis in het Oosten met de ergste aanklachten en verdachtmakin gen overstelpt heeft. Onze vijanden zijn in eens de bewonderaars onzer politiek geworden.... Daarom hopen wij, dat de steeds duidelijk aan den dag gelegde onwil van Rusland, om op het denkbeeld van een entente in te gaan, eindelij ook de officieele buitenlandsche staat kunde der monarchie dwingen zi, i, zulk een droombeeld niet langer na i - Jagen. De veldtocht ln de pers ten gunste van ©en Russisch-Oostenrljk- sche entente, heeft bet internationale gezag der Monarchie zeer geschaad, en zij hoeft het vertrouwen op de vast heid van deze politiek aan het wanke len gebracht." Dtj politiek van baron Van Aehren- thal wordt dus geducht afgekeurd, en dat nog wel in een half-ambtelijk blad. De andero regeerders zullen den minister van buitenlandsche zaken dus blijkbaar niet in zijn najaging van een „droombeeld" steunen, zoo- dat.... er ook wel niets van tal ko men. Ook Russischs bladen schijnen met de toenadering niets op te hebben. Toch toonen deze bladen nog meer belangstelling voor DE FINSCUE QUAESTIE. De Petersburgsche redacteurs toor nen over den oproep der buitenland sche professoren. Ook het protest der Nederlandsche hoogioeraren heeft ergernis gewekt Het „Nowojs Wre-nja" spreekt op meewarigen toon over verstandige menschen, die zich zoo in do war kun nen laten brengen door in 't buiten land verbreide vaische voorstellingen, en zich daardoor laten verleiden zich met zaken te bemoeien, die hen niets aangaan en die rij onmogelijk kannen beoordeelen. Een begrijpelijk excuus 1 De Russen hebben liever niet, dat men de knech ting der Finnen bespreekt en vreezen vooral er 1 tick I Ls nog steeds niet opgelost De minis ter-president Khuen Hedervary legde den Keizer het plan van Andrasey voor tot vorming van een coalitie- ministerie. waarvan Tlsza, Andrasey en Kossutn deel zouden uitmaken. Dit plan kon evenwel niet de goed keuring van den Keizer wegdragen, en deze verzocht Hedervary, de zaken verder te blijven leiden met zijn ka binet IN MAROKKO ls het weer niet pluis 1 Gemeld wordt, dat Abd-el-Malek, kleinzoon van Abd- el-Kader legen Moelay ilafid in op stand Is gekomen en ten noorden van Tsoel een kamp betrokken heeft Met behulp van verschillende sta: beeft hij een rooftocht gedaan het gebied der Beni-Boe-Iagt. Ook zou er een beweging bestaan om den ex-sultan Abd-el-Azis tot sul tan uit te roepen, die vooral onder de Zemmoer- en Gajata-stanimen aan hangers telt. Moelay-el-Keblr zou deze beweging steunen. Naar uit Fez gemeld wordt, zou Moulay-Hafid aan de SJawia-stam- men dringend om hulptroepen ge vraagd hebben. DE \f ATER-ELLENUE IN FRANKRIJK Een telegram uit Parijs mel&ie gis termiddag Men vreest, dat de Seine opnieuw zal gaan wassen, wegens den hoogen waterstand op alle zijrivieren. Zoo de regens aanhouden kan men den zelf den hoogen waterstand, verwachten als op hot meest kritische o ogenblik van de vorige week. Nadere berichten spreken dan ook van het opnieuw wassen der rivieren en eenige eerst drooggeloopen straten staan weer onder water. De Loire te Orleans is o. a. wear 1.70 M. gewas- En nog steeds is bet aan 't regenen! lok worden de rivieren overmatig ge voed, door de ameltend© sneeuw in de bergen. Frankrijk wordt wel bezochte. Stadsnieuws VELDDIENSTOEFENING. We ontvingen thans over deze veld dienstoefening een verslag in de spel ling van de Vries en te Winkel, en voorzien van den naam van den in- In de omstreken van Middenduin werd Zondag 6 Februari een veld dienstoefening gehouden door de af deelingen Haarlem van bet korps der Konlnkl. Nederl. Weerbaarheidsver- eefliging en van Volksweerbaarheid en door Bloemendaal's Commando, welke oefening stond onder leiding van een officier der infanterie. Des voormiddags hall tien werd ver zameld voor het hotel Zomerzorg te Bloeinendaal. De sergeant Stcffens kreeg de opdracht zich met een deta chement van 15 man te begeven naar den spoorwegovergang ten O. van Middenduin. De spoorlijn Haarlem Velsen werd verondersteld deel uitte maken van een étappelijn (<L L een lijn waarlangs vervoer van levensmid delen" enz. plaats vindt) van troepen, die zich bevonden in do lijn Noordwij- kerhout—Aalsmeer. Deze spoorlijn werd gedekt door zwakke detachemen ten, waarvan do ofdeeling van den sergeant Stellens er eeu was- De ove rige manschappen vormden een korp3 van partijgangers. Dit korps had zich verzameld in de duinen ten W. van het gesticht Meerenberg. Een spion bracht daar om 11 uur het bericht, dat do spoorbaan ten O. van Midden duin zwak was beveiligd en dat spoe dig door het dekkings-detechement het tweede ontbijt genuttigd zou wor den. De commandant besloot hierop van deze gunstige gelegenheid gebruik te maken, oin te trachten de spoorlijn daar op te blazen. Hij zond daartoe oen sterke pa trouille uit met de opdracht oin doar brutaal optreden de aandacht van de wacht tot rich te trekken. Hij zelf begaf rich door het bedekt terrein ten Z. van den weg eveueen» naar den overgang. Door dat echter de afdeeling, dio de aandacht tot zich moest trekken, te spoedig haar ware sterkte verried, was hot niet mogelijk den vijand zoo dicht onbe merkt te naderen, dat tot den storm- aanval kon worden overgegaan. Hij verspreidde zich aan weerszijde van de spoorbaan en rukte al vurende voorwaarts, zoodoende aan een pa trouille, die de spoorlijn moest op blazen gelegenheid gevende, ongehin derd hare werkzaamheden te verrich ten. Om 1 uur werd opnieuw verzameld lot het houtten van een tweede oefe ning. Veroado-zteld was, dat een convooi rich moo... i>egeven van Velsen over Santpoort, Middenduin naar Bloe mende. Het konvooi werd godekt door oen compagnie infanterie. Voor de hoeve Middenduin evenwol hrak de as van dan voorlaatsten wagen. Een sectie werd achter gelaten met de opdracht in Santpoort een nieu wen wagen te requJreeren en zoo spoedig .mogelijk de marsch voort te ratten. Deze sectio werd voorgesteld door een afdeeling van 15 man en twee markeer vlaggen, ieder voor stellende 20 man. De tegenpartij, partijgangers, luid de opdracht den marsch van liet convooi zooveel mo gelijk te belemmeren. Om 2 uur toen de wagen word verondersteld dorm den gerequireerden te zijn vervan gen, begaf het convooi zich op marsch. Een sterke patrouille werd als zelfstandige afdeeling 1 h 1 1/2 K M vooruit geschoven met do op dracht het terrein voor- en zijwaarts van den marschweg te doorzoeken, om zoodoende hel convooi in de gele genheid te sleilen ongestoord liaai' marsch voort te zetten. De partij gangers hadden zich over de ver schillende naar Bloerneodaal voeren de wegen verspreid. Door één van do- ze afdeelingen werd de dekking van het convooi onder vuur genomen, 'oordat de wagens het bedekte ter rein verlaten hadden, zoodat tijdig reien tot verdrijving van deze patrouille genomen konden worden. Daar het bericht van den opmarsch van het convooi te laai de overige afdeelingen van de partijgangers be reikte, was dit in de gelegenheid langs 't station Santpoort ongestoord zijn marsch te vervolgen. Om on ge- voer 3 uur deed de leider de oefening staken waarna een bespreking gehou den werd. Hierna keerde men naar huis terug. Hinderwet B. en W. van Haarlem doen weten dat op alle werkdagen van 9 tot 2 uur, tot 22 Februari e.k-, 's namid dags ten I 1/4 ure, ter gemeente-se cretarie (7de afdeeling) ter inzage ligt liet ingekomen verzoekschrift met d© bijlagen van C. A. Hardabelt, om vergunning tot oprichting van oen© smederij in hot perceel aan de Magdalenasteeg no. 11, en dat op 22 Februari ten 1 1/4 ure op bet Raad huisder gemeente de gelegenheid zal warden gegeven bezwaren logen het oprichten -Ier inrichting in tc bren IN HOOGER BEROER. Maandag is door den Hoogen Raad behandeld het cassatieberoep van den ambtenaar van het openb. ministerie bij het kantongerecht te Haarlem to gen hot ontslag van rechtsvei wiging van H. S. H., huisvrouw van C. R., zonder boroep te Üloemendaal-Ovcr- veen, vervolgd ter zako dat zij iu da gemeente Bloemen daal op 25 Sept. 1999 de vanwege den burgemeester van Bloemendaal buiten aui hare woning te Overveeu aangeplakte kon- nisgeving. dat in hare woning be smettelijke ziekte, n.l. roodvonk, heersehte. wederrechtelijk heeft afge scheurd. De kantonrechter had overwogen, dat de bekendmaking moet emaneeren van liet bevoegd gezag -n gedaan worden in het openbaar, wat in casu niet het geval was. Adv.-^en. rar. Ledeboer, conclu deerde op grond dat hei vonnis niet RriUiLLtriOf* Naar het Engelsch van GUY BOOTHBY, 36) Zij bleef echter positief in haar overtuiging, dat zij iets gehoord had. Niets zou haar in dit opzicht van ge dachte doen veranderen. Met de "edachte aan wat ik zelf ge hoord had. voelde ik mij niet sterk genoeg om verder op de zaak in te gaan en na een poosje lieten wij het onderwerp rusten. Eén ding was heel zeker, en dat was dit feit. dat ter wil le van iedereen die hierbij betrokken was, het geheim van dezen midder- nachtelijkéu bezoeker noodzakelijk ééns en vooral moest worden opgelost. Maar hoe moesten wij daarbij to werk gaan Omdat ik juffrouw Sylvia liever niet aan het schrikken wildo brengen, raadpleegde ik Alpbonse. Uit het feit, dat. zij iets gehoord had, begon hij nu ook te gelooven, dat er toch wel Iets van aan zou zijn. Zou Monsieur geen boodschap zenden aan den inspecteur van poli tie, die hier eergisteren was? Dat is een goed idée. antwoordde Monsieur. Ik zal er met mijnheer Grigson over spreken. Dat deed ik zonder tijd te verliezen. HOOFDSTUK XI. Het was bijna twee uur, vóórdat Grigson aan ons huis aanbelde en ln- tusschen was er iets anders merk waardigs -ebe'"" ■*°en ik ter wil le van miin verhaal, niet mag verzwij gen. In den morgen moest ik noodzake lijk even uit om een paar boodschap pen te doen voor juffrouw Sylvia. Ik deed mijn uiterste best haar te bewe gen met mij oiee te gaan, deukende dat die verandering haar goed zou doen, maar zij wilde er niet van hoo ren. Zij verklaarde, dat zij het huis niet kon \erlaten. Wie kon zeggen, zoo sprak zij Lol mij, of haar oom niet zou torugkeeren Hoe zou hij hel. wel vinden als zij er niet was, om hem te verwelkomen Toen ik zag, dat zij 't ernstig ineende, zei ik niets meer. Dat het geluid, dat zij dien nacht gehoord had, haar eeu schok had gegeven, daar was geen twijfel aan. Zij was een hoogst gevoelig meisje, en het was geen wonder, dat zoo'n onge woon. en om een woord te gebruiken. dat ik haat, zoo'n spookachtig geluid haar anrstisr gemaakt had. Wat ik zelf gehoord had, wilde ook maar niet uit mijn gedachten. Er bleef mij nu niets anders over dan af te wachten, wat Grigson er van denken zou, wan neer zijn ervaren hersenen zich ermee gingen bemoeien. Maar om op die merkwaardige omstandigheden terug te komen. Ik was hel plein overge gaan, en ging een smalle laan door ln da richting van de Floetstraat, toen ik toevallig rondkeek. Tot mijn ver- bazing Hen nauwelijks vijftig pas ach ter mji do Italiaansche jongen met de aap, die mij twee dagen geleden zoo aanhoudend gevolgd was. Dat hij zijn vak niet uitoefende, daarvan was lk zeker, ai was 't alleen maar omdat zijn harmonica op zijn rug hing en hij de aap in zijn armen droeg. Hij rook te een aigarelte en Rep zoo onver schillig acht® mij aan te slenteren aieof de tijd er bij hem niets op aan kwam. Toen ik ln de Fleetstraat was aange komen, stak ik de straat dwars over en bleef staan voor een wankel, in welks ruiten de ingang van de laan, die ik zoo pas veriaten had, weer kaatst werd. Ik had nog niet meer dan een halve minuut gewacht, vóór dat do jongen wat haastiger doorloo pend, verscheen. Ongetwijfeld was hij bang mij in de drukke straat uit het ooa te zullen verliezen. Midden op straat staande, keek hij snel om zich heen. Eindelijk echter, ontdekte hij mij en ging hij op zijn beurt voor een winkelruit staan kijken. Met versnel den pas zette ik nu mijn wandeling weer voort, totdat Ik bij den winkel aankwam waar lk mijn inkoopen moest doen. .Alvorens daar binnen te gaan, stond ik in het venstor te kij ken. De Italiaan was in ernstig ge sprek gewikkeld met een kleinen straatjoneen. Ik ZAg hem duidelijk oen stuk papier uit rijn zak halen en aan het kind geven, die een zijstraat insloeg en verdween. Mij afvragend, wat hij van plan was te doen. ging lk den winkel binnen en bestelde de ar tikelen, waarvoor ik was ultgegaan. De Winkel was vol menschen en zoo moest ik msduldig mijn beurt afwach ten, vóór ik bediend kon worden. Dit nam wat tijd iu beslag, maar verhin derde mij niet, mijn oog op den jon gen aan de overzijde van de straat gevestigd te houdenhij stond daax kalm tegen een lantaarnpaal zijn sl- garette te rooken, maar voortdurend was hij waakzaam, blijkbaar om ?e- ker te zijn, dat ik don winkel niet zou verlaten, zonder dat hij 't merkte. Toen mijn boodschap volbracht was, ging ik weer de straat op in wes telijke richting, om nog wat tabak te koopen in een winkel, waar ik klant was. Zooals ik wei verwachtte werd ik weer vervolgd door_den Jongen. Hadden de omstandigheden niet mee gebracht. dat ik gauw thuis moest zijn om het aanstaand bezoek van Grigson, dan zou lk eeu cab hebben aangeroepen en mij ui gestrekten draf door de stad hebben laten rijden, maar dat was nu onmogelijk. Daar om. toen ik mijn tabak gekocht had, keerde ik om en liep denzelfden weg terug, maar hoe vreemd dit ook scheen, do jongen was verdwenen. Ofschoon ik de straat heelemaal langs keek, kon ik niets meer van hem ont dekken Dit wekte mijn groot© verba zing op, want ik was er ln mijn ziel van overtuigd, dat hij mij gevolgd was Wat was er dan nu van hem ge weid en Was zijn werk als detective hem beginnen te vervelen en was hij naar huis gegaan of was hij mis schien afgelost door een ander, die door den straatjongen gehaald was Ik besloot mijn oogen nog wijder open te houden dan te voren. Door de Fleelstruat gaande bleef ik herhaal delijk staan om om mij heea te kijken, maar ik zag niemand, die ook maar eenige belangstelling in mij toonde. Of z.ivolgden nu een ander plan, óf zij waren liet spel moo geworden. De tijd zou spoedig leeren, welke van de ze twee verondorsteillngun de ware was, daarvan was ik overtuigd. Weer sloeg ik de smalle laan in, die naar hot plein leidde. Eerst was zij leeg, esr was geen levend wezen ln te zien. ik keek achter mij, maar da Italiaan was nergens meer te aan schouwen. Toen begon ik aan Justus te denben, en vroeg mij af. wat er van hem geworden zou zijn, toen lk mijn nanui hoorde noemen. Het geluid kwam van den linker kant der huizenrij in de laan. lk keek in die richting en zag niemand an ders dan mijn schurk van een neef, Gilbert Fevorsham. die tn do deur opening vlak tegenover mij stond. Hij trok langzaam zijn handschoenen aan en was te*elijki.rtfj<? bezie oen sigaret te rooken. Toen hij zag, dat hij mijn opmerkzaamheid tot zich getrokken had, kwam hij langzaam den stoep af en naar mij toe. Ik bleef staan, waar ik stond en keek hem rechtuit in 't ge laat Wat wil jo van mij 1 vroeg ik, terwijl mün bloed scheen te koken. Niets anders dan een kort onder» houd, waarde neef, klonk zijn ant woord. Je zult mij dat toch zeker niet weigeren. Het is toch immers niet te veel gevraagd? Dat is zeker wei veel van mij ge vergd en dat weet je ook wel, ant woordde ik, terwijl ik mijn uiterste best deed mijn drift te beteugelen, want ik was overtuigd, dat niets hem meer genoegen zou doen. dan dat iU mij als een dwaas aanstelde. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 5