met een boe to van ten hoogste tien
gulden of 3 dagen hechtenis wordt
strafbotur gesteld degene, die eoxutar
vargunnlug van B. en W. reclame
borden aanbrengt, laat aanbrengen
•of toelaat dat deze op zijn grond go-
net worden op minder dan tien mo
tor van don opoubaren weg, met dien
.verstande, dat deze regel ndet door
gaat, wanneer de borden geplaatst
gijn op bet terrein der zaak waar
voor de reclame dient.
Ln art. 27 wcnschen B. en W. bij
voeging van de woorden „of vroeger
dan morgens zes uur" achter mid'
dernacht.
O VERVEEN.
Door burgemeester en wethouders
Ja besloten alhier op 26 Mei as. op do
apenbare school vacantie te geven.
BENNEBROEK.
Loonactie.
Aangaande de actie der Bloemist-
werklieden w ordt ons uit Bennebroek
bet volgende gemeld
Na de vorige opgaven hebben do
volgende patroons weder loonsvcr-
hooging en verkorting van arbeids
tijd toegestaan firma Nio. Roozcn
tn Zonen on Gebra. Bakker te Benne
broek, en G. Kramer en Zonen, J. N.
Kramer, Gebrs Kramer en Jos. Bra-
oier. te Heemstede.
haarlemmermeer.
Met groote plechtigheid wordt
thans te Hoofddorp herdacht de 50-
Jarige stichting van de R. K. kerk de
H. Johannes den Doopcr.
Gekozen.
Tot diaken bij de Gcrof. Kerk fe
Vijfhuizen is in een gehouden leden
vergadering gekozen de heer P. J.
Oostwouder, die zich de keuze heeft
laten welgevallen.
Te Hoofddorp is men begonnen met
de voorbereidende werkzaamhedon
vzior het afdammen der Hoofdvaairt
en het maken een er spoorbrug ln ver
binding inet die over de Ringvaart
■van Haarlemmermeer.
Gevaarlijke hond.
Een zoontje van den bakker Wolf-
fenhnttel is d-.-or zijn vaders honi,
dien bij eens wilde aanhalen, In den
wang en in den arm gebeten. Hel
kind bloedde hevig en de toegebrachte
wonden waren van dien aard, dat de
dokter het jongetje moest verbinden.
UMU1DEN.
Yi&chaanvoer en opbrengst.
In de maand April van dit jaar
zijn aan den Rijks-vischnfslag alhier
aongeuunien 201 siouiULrawlers, met
een opbrengst \au 196.444 gld., tegen
201 stoomtrawlers met 261.401 gld. op
brengst in April 1900. Dit jaar is er
dus in die maand 67.957 gld. besom
ming minder. In de eerste 4 maan
den van 1910 kwamen binnen 1190
Stoomtrawlers, met 1216353 gld.
Bumming tegen 1082 stoomtrawlers
niet 1197472 gld. besomming in het
zelfde tijdvak van 1909. In 1910 in
maanden dus 18881 gld. besomming
meer.
fn April 1910 kwamen 15 stoom-
beugeis binnen met 12364 gld. op
brengst, tegen 26 stoombeugers met
10251 gld. opbrengst in April 1909. In
April 1910 dus 3887 gld. opbrengst
mindur.
In de 4 maanden van 1910 kwamen
117 stoombeugers binnen met 140195
gld. besomming, tegen 130 stoombeu
gers met 112914 besomming in dat
tijdvak van 1909. In 1910 dus in die
4 maanden 27281 gld. opbrengst
meer.
tie maand April is dit jaar voor de
«tonmvisscherij niet gunstig
weest.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 30 Cts. per regel.
Ais gü uw kind
gezond, vroolijk eu friach
van geest wilt zien op
groeien, geeft het dan Dr.
HOMMEL'S Haem&togen.
WAARSCHUWING!
Men vrage uitdrukke
lijk den naam
Dr. HOMMEL.
Binnenland
TWEEDE KAMER
Het raqtSte-voorstil le de zaak
Kuyper.
Ter aanvulling van ons telegra
fisch verslag van het begin der zit
ting van Dinsdag zij nog gemold
over de rede van den heer Lobman
De heer DE SAVORNIN LOHMAN
heeft de vorige week, op zijn ziekbed
liggende, „een pijnlijke operatie on
dergaan", ofschoon hij niet zoo ziek
was. Het mes is gezet in zijn nota en
de kroon is op het werk gezet, door
dat zijn beroep op Groen van Prin-
gterer gewraakt werd. Onder die om
standigheden waardeert hij den moed
.vnn den heer Van Veen, die voer hem
opkwam. Met verschillende van diens
argumenten is spreker het eens, maar
hij wil toch nog het een en ander zeg
gen naar aanleiding van betgeen de
operateurs te berde hebben gebracht.
Spreker ls voorgesteld als een deur
waarder voor de deur van de en
quête. Men heeft hem verweten vrees
voor ecu onderzoek. Dit is onjuist.
l>e tegenwoordige gouverneur-gene
raai, dc heer Idenburg, had spreker
jx-eds voorgesteld door de benoeming
van een commissie een einde te ma
ken aan deze onaangename zaak.
Spreker heeft toen gezegd, dit goed
te keuree, mits dr. Kuyper de com
missie zelf niet benoemde, en de com-
missio alles zou kunnen onderzoeken.
De heer Idenburg vereenigde zich mot
dit denkbeeld. Spreker heeft daarbij
dc wenschelljkheid betoogd, dat do
commissio haar eindoordeel zou pu-
pliceoren zonder allerlei particuliere
briefjes of getuigenverklaringen daar-
bh. Hoo het verder met deze zaak i#
„bfgeloopon, weet spreker niet.
Zooals thans ld gJèfepfoBerf Over dr.
Kuyper, lieeft «preker nooit hooren
spreken in zijn eigen omgeving. Men
hoeft hora door hot «lijk gehaald.
Daarbij bi de eer van het land even
zeer betrokken. De heer Van Doorn
zinspeelde op het gebeurde aan hot
departement van Buitenlandsche Za
ken en deed het daarbij voorkomen,
alsof daar schandelijkheden gebeurd
zijn, die het licht niet mochten zien.
Dit is volmaakt onjuist. Dr. Kuyper
is en zal blijven, wat hij ook verder
wezen moge, een geestelijk voorgan
ger. Laagheden heeft hij niet lie
gaan. Daaraan mag volgens sprekers
overtuiging niet worden gedacht
Zeer zeker was het een groote fout
van hem, dat hij beheerder was van
de partijkas, maar die fout ging sa
men met zijn geheele optreden in de
maatscliappij. (Gelach).
Hij heeft die functie niet misbruikt.
(Geroep Dat weet gij nietHet U
een schande hem te verdenken zon
der bewijs. Of dat bewijs mag worden
gezocht, daarover zullen wij straks
spreken. Maar zonder bewijs moogt
gij niet zeggen GIJ zijt een schoelje
Als het echter dr. Kuyper geldt, durft
men alles zoggen. Dat acht spreker
grievend. Meer en meer dringt de
overtuiging door, dat zulke dingen
alleen gezegd worden, omdat dr. Kuy
per de man ls geweest, die de door
de liboralon a/gescheurde deelen der
natie weer bijeen heeft gebracht, en
die in 1903 de anarchie heeft beten
geld. (Gelach links. Geroep och,
och
Dat vergeten sommigen hier nooit.
Maar zeer wijselijk heeft do hoer
Troelstra vergeten, dit punt hier
noemen. Dit is een wraakneming Vvm
1903. (De beer KETELAAR Ook van
don heer De Beaufort Van den beer
Do Beaufort, omdat hij niet kan ver
geven, dat de opperheerschappij der
liberalen is te loor gegaan. (Geroep
Het Ls belachelijk
Het geldt hier een stervenden
leeuw. Do fabel daaromtrent is hier
volkomen toepasselijk. Toen spreker
lieeft geadviseerd, een ecre-raad in
te stelien, dacht hij niet aan de mo
gelijkheid van een enquête. Hij achtte
het absurd, tegen dr. Kuyper eeuo
enquête in te stellen. Wat zou bet
onderwerp van die enquête kunnen
zijn Evengoed zou men tegen den
heer Troelstra een enquête kunnen
instellen, of tegen den heer Duys, om
eens te zien. wat zijn arbeid is ge-
woest aan de Rijksverzekeringsbank.
Daar hoeft de Kamer niets te maken
Voor de vervulling van haar taak.
Spreker vervolgde Met welk recht
mag ik iemand onderzoeken, iemand
dagen voor de vierschaar der Kamer;
Slechts een oud-minister mag ik on
derzoeken, maar dan overeenkomstig
de wet op de ministerieele verant
woordelijkheid. Terecht zeide de hoer
Van Hamei, dat het hier geldt het
feit van corruptie, ook in den zin, dat
dr. Kuyper zou getracht hebben, zin
zak te spekken met decoratiegeld.
Welnu, dat feit behoort thuis on
der do wet op do ministerieele ver
antwoordelijkheid. Maar die wet ver
langt niet, dat er vragen worden ge
daan, maar dat een aanklacht wordt
ingediend. Aan die aanklacht gaat
geen enquête vooraf. Eerst moeten de
feiten precies zijn omschreven. Voor
dien tijd mag geen vervolging wor
den ingesteld.
Waar blijft dan hier de rechtszeker
heid voor dr. Kuyper Volgens de
wet van 1855 behoeft dr. Kuyper niet
to verschijnen, maar kan hij zich ver
dedigen volgens de enquête-wet
moet hij den eed doen als getuige.
Maar het heeft geen zin een dubbel
onderzoek in te stellen, om na het
eerste onderzoek de enquête nog eens
over te doen.
Het goheole land zeide de heer
Troelstra kende de „Lehmanne-
tjes" uit het Van Hall-proces. Alleen
de redacteur van „De Standaard'
niet Maar wat gaat ons dut aan? Zit
ten wij hier om ln iemands particu
lier leven te wroeten? Wij hebben
hier zaken te doen. Nog nooit is zoo
iets in deze Kamer vertoond. Spreker
wensctt zijn rede te eindigen met een
vraag aan zijn eigen vrienden: Wij
hebben gehoord dat deze zaak is op
touw gezet met geen ander doel dan
om dr. Kuyper te verwijderen, dat
stcldo de heer Tideman al dadelijk
op den voorgrond, dat sprak uit het
voorloopig verslag en uit de rede van
don heer Troelstra die van geweldige
baat getuigde. (Gelach). Wanneer nu
echter de enquête verworpen wordt,
dan zal een geweldig geschreeuw op
gaan van de overzijde dat de rech
terzijde deze dingen niet durft te on
derzoeken. Tecli ware het een gewel
dig slecht antecedent misbruik te ma
ken van de wet op de enquête door
oen persoonlijk onderzoek in te stel
len en dat nog wel naar een man,
die, al heeft hij zich veel vijanden
gemaakt, bijzonder groote verdien
sten heeft. Spr. zou zulk een man
niet willen grieven door een enquête.
Do hoor COLIJN begint met een
woord van verontschuldiging, dat bij
als jong lid aan deze debatten deel
neemt, maar er zijn momenten in
zulk een debat, die deze vrijmoedig
heid verontschuldigen. Zulk een mo
ment is de beschuldiging van de
overzijde, tot de anti-re
partij en kamerciuh gericht door de
hoeren Roodhuyzen en Troelstra, en
dat zonder de motieven dier kamer
club voor haar verklaringen te ken
nen.
De beide afgevaardigden hebben 't
voorgesteld, dat de houding der anti
revolutionairen wordt beheerecht
door do vrees, dat dr. Kuyper niet
vrij zou uitgaan. Die verklaring, met
name door den heer Roodhuyzen af
gelegd, wijst spr. ook namens zijn
vrienden terug. Wij erkennen dat dr.
Kuyper gefaald beeft; wij erkennen,
dat hij te kort geschoten is in beleid,
omzichtigheid en tact; wij hadden
liever gezien, dat dr. Kuyper bij het
schrijven over deze zaak meer zorg
vuldigheid had betracht. Die etrke li
ning behoeft ons niet afgeperst te
worden..
Dir. Kuyper heeft dit zelf erkend,
m&atr boven onze afkeuring stond
voor ods het vertrouwen in de goede
trtww tnti Ar. Kuyper, WIJ
overtuigd, dat er geen Innerlijk ver
bond bestond luasohea de aanvaar
ding van geld en het verleenen van
decoraties door dr. Kuyper. Een on
derzoek konden wij aanbevalen, maar
wij konden bet niet opdringen, zoo
lang wij zelf overtuigd waren van do
goede trouw van dr. Kuyper. Daar-
om waren svij noch yoct e.
raad, noch voor eon
quête. Het vorderen van een enquête
zou tegenstrijdigheid zijn geweest
in strijd zijn geweest met onze innige
overtuiging in dr. Kuyper's goede
trouw.
De heer Limburg verklaarde met
zijn vrienden voor de enquête
stemmen omdat wij het onderzoek
niet wilden aanvaarden. Maar zoo-
lan gons vertrouwen in de goede
trouw van dr. Kuyper niet was
schokt, was voor ons een enquête on
aannemelijk, zoolang door dr. Kuy
per die enquête niet werd gewenscht,
Indordaad zien wij in dr. Kuyper
niet alleen den voorzitter Yan onze
club onzer partij, niet alleen
staatsman, maai- den geestelijken lel
der van velen onder ons volk.
Hij heeft bewerkt, dat men in bree
ds kringen zich bewust ls geworden
van den ondergrond van wat wij ach
ten een wezenlijk goede politiek.
Daarom hebben wij voor tir. Kuyper
bijzondere waard eering, daarom
bood ons de kieschheid van hom een
enquête te vorderen. Al deze, on
ze motieven, al hetgeen wij dr. Kuy
per als verdienste aanrekenen, wordt
door mr. Troelstra in dr. Kuyper
laakt, evenals dien strijd tegen 't op
komend socialisme in arbeiderskrin
gen. Dit alles ia een motief voor het
voorstel van mr. Troelstra. Eerst
moet de voorgeschoven burcht val
len,, dan moet de coalitie springen en
dan hot Kabinet (Gelach links).
Voorshands blijft spr. dit beschou
wen als doel van de enquête. Wij mo
ren vorderen, dat men voor onze mo-
tieveu niet andere van de allerslecht
sto soort in de plaats zal stellen. So
berheid was voor ons in deze zaak
eisch vau politieke tact en politieke
vormen. Daarom Ls er geen uiting ge
geven aan onze onverzwakte sympa
thie en ons onverzwakt vertrouwen
i dr. Kuyper.
Do goede trouw van dr. Kuyper
blijft voor ons vaststaan; wij geloo-
von niet aan een direct verband tus-
schen het aannemen van geld en hel
verleenen decoratie. Daarom konden
ij geen enquête vorderen, noch aan
vaarden te minder, nu het voorstel
werd gedragen door politieken haal
tegen onze partij en tegen het stre
ven vnn dr. Kuyper.
De heer LOEFF heeft tot dusver
gezwegen. Zijn vroegere nauwere re
latie met d-r. Kuyper moest voor hem
geen roden tot onthouding zijn, maar
kon bot rationeel zijn. Daarbij kwam
de vrees, de schroom, of bij hem wel
voldoende objectiviteit bestond om
aan zijn oordeel gewicht te 1 tochten.
Beide overwegingen liet spr. vallen
vooreerst op Instigatie zijner vrien
den en ten tweede door innerlijken
drang.
Wat nu het enquètevoorsrtal aan
gaat, bij de bespreking daarvan
maakt spr. geen aanspraak op objec
tiviteit, maar hij zal het doen
goed en kwaad als hij kan en naar
zijn innige overtuiging. In een schit
terende rede heeft mr. Troelstra Vrij
dag gelegd, dat hij het beste, eerlijke
en ridderlijke in zich had verpand
de politiek. Spr. neemt die ver
klaring aan en het was Vrijdag niet
voor den eersten keer en niet voor
bet eerst bij deze zaak, dat de heer
Troelstra aldus optrad en aldus
sprak.
Do boor Troelstra heeft gezegd, dat
hij hot algemeen belang, 's lands wel
zijn en de publieke moraliteit wilde
bevorderen. Spr. herhaalt: zoo sprak
mr. Troelstra ook vroeger.
Ook in 1903 sprak de heer Troelstro
in het algemeen belang, in 's lands
welzijn eu als hoogleer aar in de poli
tieke moraliteit. Spr. verwijst naar 't
Voorloopig Verslag en de mondelinge
debatten bij de stakingsweiten.
Lil dl edagon ontving de heer Troel
stra rechtmatige hulde voor heigeen
hij heeft gedaan en juist van object
do tegenwoordige enquête, van
dat object ontving bij hulde in bcido
qualiteiten: als bevorderaar van 's
lands welzijn en als hoogleeraar van
de publieke moraliteit. De lieer Troel
stra heeft natuurlijk reeds lang uit
gezien om deze hulde ridderlijk te re-
ciproceoren.
De heer Troelstra: Dat heb ik ln
1905 al gedaan. (Gelacb).-
De heer LOEFF: Reeds vroeger was
daartoe een poging gedaan, maar die
is niet gereüsseerd. Kort na den
moord op von Plehwe, den Rus, heeft
mr. Treelstra te Amsterdam in een
vergadering gezegd: Wij hebben hier
wo lgeen Plehwe, maai- een Kuyper.
Maar gelijk gezegd toen ia de poging
om aan dr. Kuyper zijn hulde te re-
ciprocooren, mislukt; op een nieuwe
gelegenheid moest worden gewacht.
En dlo gelegenheid werd nu in de
zoogenaamde Kuyperz-aak gevonden.
Spr. wil niet alles goedpraten, maar
wat de heer Troelstra thans als con
tra partij op touw heeft gezet over
treft alles wat in 1903 tegenover hem
bon itch daaAij aangesloten. (Een
stem: En do heer Van Idsingal)
Dat is allerminst waar: de heer v.
Idslnga heeft zich aangesloten bij de
opvattingen van den heer De Beau
fort ln zake het enquêterecht. Dat
zou spr. ln menig opzicht ook kunnen
doen al had de heer De Beaufort het
enquête-recht voorzichtiger moeten
hantoeren.
De overige linksche fracties hadden
ook nog verplichtingen aan dr. Kuy
per uit vroeger tijden. Daarom slaton
zij zich bij do hulde van mr. Troel
stra aan
De heer TROELSTRA: Ik zou maar
zeggen, dat de heer De Beaufort ook
wraak neemt ener 19031
De heer LOEFF: Dat zeg ik niet,
maar dr. Kuyper heeft ook aan de
heorwchappij der hl>eralen een einde
gcm&akt en nu trekken socialisten en
liberalen samen op bij de hulde ai
dr. Kuyper.
De heer ROODHUYEN: Zooals
waard is, vertrouwt hij zijn gastcu!
Do heer L.OEFF: Ik zal rustig zog
gen, wut ik te zeggen heb.
De hoer ANKERMAN: Het schijnt
raak te zijn!
De heer LOEFF betoogt nader, dat
Kuyper-zaak moet worden be
schouwd in verband niet hetgeen is
voorafgegaan. Do heer Lobman hoeft
recxLs liet work van dr. Kuyper op
politiek terrein gedurende 40 jaren
geschetsthij hooft aangetoond, hoe
dr. Kuyper ten langen leste de libera
le partij heeft verjaagd uit het Re-
gcoringskasteel, misschien voor onaf-
zionbaren tijd. la bet niet logisch en
psychologisch, dat nu van de over
zijde verzet is ontstaan, vooral nu
dr. Kuyper niet altijd met zachtheid
optrad. Is het niet psychologisch, dat
bij de linkerzijde animositeit is ont
staan, nu zij verjaagd is van
f, dat zij haar erf noemde
Spreker verheugt zich nog steeds ln
di*. Kuyper's vriendschap, wat niot
wegneemt, dat hij volstrekt niet alles
goedkeurt wat deze heeft gedaan,
zelfs meer lieeft afgekeurd dan men
meent. Dr. Kuyper heeft het eerlijk
en ridderlijk erkend hij heeft gefau-
deerd in tact. Maar liet bewij\ is niot
geleverd, dat hij iets gedaan heeft,
dat ln strijd komt met zijn eer.
Do heer TROELSTRA Laat het
dan bewijzen 1
De heer LOEFF liet is mijn inni
ge overtuiging, dat zijn eer ongerept
is gebleven. Men moei in de gelegen
beid zijn geweest om het karakter
van dr. Kuyper te peilen, ora met
oordcol over deze zaak te spreken.
Nooit ontmoette spreker in zijn leven
een man met meer tegenstrijdigheden
in zijn karakter dan dr. Kuyper. Wij
teerden dr. Kuyper kennen als een
geniaal man, maai toen spreker hem
meer van nabij leerde kennen, zijn
hem kwaliteiten in het oog gevallen,
die hij nooit in hem had veronder
steld. Spreker bedoelt: kinderlijke,
groote naïveteit (Luid gelach links).
Spreker begrijpt dit lacher hij zou
dit vroeger ook hebben gedaan. Maar
1 niet meer.
Dr. Kuyper heeft oog voor de groo-
lijneu de kleine stippeltjes ziet
hij niet. Daarom behoeft liet niet te
verbazen, dat zijn verklaring in deze
Kamer niet strookte met de feiten.
Dat geschiedde onbewust; dat waren
kleine punten, nuances, waarvoor bij
geen oog beeft.
Dr. Kuyper heeft schuld bekend
niet bekend, dat er iets aan zijn eer
haperde, ln zijn consciëntie achtte hij
zich onschuldig in het feit, dat
Staatsrechtelijk van beteekenis is
het aanvaarden vau geld en het ver
kenen eener decoratie. Wij hebben
geen reden, die verklaring nio» te
accepteeren, tenzij bewezen werd,
dat die verklaring onwaar was. Dan
zou onze houding anders zijn. Waar
om zal spreker tegen stemmen, en
hoopt hij, dat al zijn vrienden tegen
dc enquête zullen stemmen Omdat
het voorstel, zooals het is toegelicht
schriftelijk en mondeling, in zich
sluit twijfel aan het eerewoord van
dr. Kuyper. Een toestemmend votum
zou insluiten de meening, dat dr.
Kuyper is een schurk. De verklaring.
Met geen woord heeft mr. Troelatra
vau 1903 gesproken, maar leder ter
reohterzijdc begreep, dat het eerste
en laatste woord door hem gesproken
hem word Ingegeven door het gebeur
de in dat jaar.
De overige linksch© fracties beb-
dr. Küypcr ln 'ons staatsleven zal blij
ven innemen, al is do waarschijnlijk
heid daarop niot grooter geworden
na de betoogen van de hoeren De
Jong en Loelf.
Zij beiden hebben toch gepleit voor
dr. Kuyper's onbewustheid of geniale
onbevangenheid, die noerkomt op on
toerekenbaarheid I
Do hoeren Lobman eu Loeit spre
ken thans van 1903 en de verloren
macht der liberale partij, tlians treedt
men offensief op, om af te leiden van
do hoofdzaak de corruptie. (De heer
TROELSTRA Juist Dat optreden
betreurt spreker cji lieeft hein dc
vrijheid benomen om tegen dit voor
del te stemmen.
De heer OOSTBRBAAN spreekt
voor zichzelf, lleeds veertien dagen
zijn wij bezig met voorbereidingen
voor de publieke begrafenis van den
grooten leider der anti-revolutionnai-
re partij. Dr. Kuyper heet thans
morsdoodmaai- dat heeft men
1905 ook reels gezegd.'
Spreker zal dr. Kuyper niet
dedlgen. Het is «uui de overzijde, om
dc schuld van dr. Kuyper te bewij
zen, niet aan ons om zijn onschuld
aan to tooncn. Wij achten noch eore-
raad noch enquête noodig, en gcloo-
'óii in het eorewoord van dr. Kuy
per. Do heeren van links verwachten
zelf ook niets van een enquêtever-
idorstollen de mogelijkheid, dat dr.
Kuyper vrij uit zal gaan. Spreker ont
moet hier den heer Prins Joris in de
Enkhuizer Courant(Luid gelach).
Dc lieer RÜODIIUYZEN Waarom
Ls u er dan zoo hang voor
Dc heer OOSTEIUJAAN Vóórdat
::t enquête-voorstel was aangekon
digd, wisten wij reeds van den eere-
aad 1
Dc lieer TROELSTRA Waar
vos dat aangekondigd
Do hoer OOSTERBAAN De quaes-
tic is, dat de heer Troelstra er zich
niet uit kan redden.
Dc heer TROELSTRA U staat tc
raaien en vertelt leugentjes
Do heer DUYSSybrandi redivi-
De hoer OOSTERBAAN: lk her
haal, dat wij reeds lang tc voron van
don oereraad wisten dat behoeft niet
in do groote pers te hebben gestaan.
Dc rode van den heer Troelstra waf
van groote welsprekendheid.
Dc heer ROODHUYZEN Nou, ik
vind de uwe mooier (Onbedaarlijk
gelach
Do heer OOSTERBAAN Die rede
>n groote welsprekendheid bevatte
echter weinig nieuwshet was het
oude liedje. Had men een enquête
gewenscht over het verleenen van
decoraties, de rechterzijde zou
bezwaar hebben gemaakt. Zij zou oen
vergelijking niet vreezen tusschen bet
geen is geschied onder liberale mi
nisteries en onder bet kabinei-Euy-
per. Door niets is bovendien aanne
melijk gemaakt het verband tus
schen het aannemen van geld en het
verleenen van decoraties. Veeleer is
aangetoond, dat de decoratie door R.
Lehmann was verdiend. Maar liet
geldt hier dr. Kuyper. „Barbertje
moet hangen" dr. Kuyper moet ln
stukjes worden gesneden en inge
maakt hij moet hangen Zoo is liet
steeds geweest en daarom kunnen wij
niet geïooven ia de zuiverheid van de
otieven onzer tegenstanders.
Uit innige overtuiging en ten volle
geloovende in de onschuld van dr.
Kuyper, zal spreker tegen stemmen.
De lieer DE BEAUFORT repliceer
de. llij komt tegen dr. Kuyper op, ora-
'at bij in hem mist do eigenschappen
•an een Staatsman, en omdat hij hem
niet bestand acht tegen de verleidin
gen van het ministersambt. Een man
met zoo groote naïveteit moet niet
aan het hoofd van een kabinet staan.
Men zegt, dat spreker niet had moe
ten gewagen van het vroeger gebeur
de aan Buitenlandsche Zaken, tij
dens het kabinet-Kuyper. Maar nooit
is in een constitutioneel land voorge
komen wat toen is geschied name
lijk, dal een onverantwoordelijk man,
zonder aanstelling, boven en bulten
den minister om, bevelen gaf aan de
ambtenaren,
lieden 11 uur voortzetting.
door dr. Kuyper liier uitgesproken,
acht. spreker zoo goed als een eed!
Spieker en geen van zijn politieke
vrienden wil dr. Kuyper geleiden
naar het schavot. Dit enquête-voorstel
is er bovendien één 1 n naam. Het
is niet waar, dat alles wat zich aan
dient als enquête, ook enquête is.
Vrees voor een onderzoek bestaat
bij spreker en zijn vrienden niet. Als
ons een voorstel werd voorgelegd, dat
formeel in arde was en beantwoordde
aan de enquête-wet, dan zouden we
ons daartegen niet verzetten.
De heer Troelstra beeft verklaard,
dat hot doel niet alleen was het ver
krijgen van meer licht, maar om de
coalitie te breken en dr. Kuyper van
de baan te krijgen. Wij hebben dat
wel geproefd en ons dan ook niet on
gerust gemaakt. Wij oordeelen, dat
do anti-revolutionnaire partij aller
minst is gekleineerd. De anti-revolu-
tionnaire vrienden hebben voortdu
rend gevoeld, dat de verhoudingen
volstrekt niet minder hartelijk zijn
geweest dun ooit te voren.
Do heer TYDEMAN wil zijn stem
motiveeren. Ofschoon hij, zoo Woens
dag de stemming plaats heeft, ln de
onmogelijkheid zal zijn feitelijk zijn
stem uit te brengen.
Dat dr. Kuyper door deze enquête
kan getroffen worden, is volkomen
waar, maar voor spreker is de eenige
vraag, of het Staatsbelang eene en
quête eischt. Volkomen Blootlegging
is het eenig juiste wat hier kan ge
schieden. Het is zeer goed mogelijk,
dat de cercraad geen uitspraak geeft
Wij kunnen met hot oog op deze even
tualiteit met het bestaan van dezen
eereraad geen rekening houden. Do
erkende feiten zijn zoo belangrijk en
zoo in flagranteu strijd met hetgeen
een minister en raadsman der Kroon
geoorloofd is cn gewoonte was, en
deze bekende feiten hebben zooveel
ontroering verwekt, dat zij eene en
quête wettigen. De eisch naar meer
licht is een eisch van publieke mora
liteit.
Kr ls ecu tipje van den sluier opge
licht de omvang van het gebeurde
«al veel grooter blijken te zijn dan
men meent, alleen reeds omdat de
verhouding met juffrouw Westmeyer
Jaren heeft geduurd. De enquête kan
practlsch resultaat hebben, in zoo-
Verre zij zal uitwijzen, welke plaat#
Süw zich do stand der werkzaam
heden laat aanzien, zal de Tweede
Kamer in de tweede helft van Juni
-p reces uiteengaan.
KONINGIN EMMA'.
Reuter seint uit Londen dat de Ko
ningin-Moeder der Nederlanden Don
derdagavond uit Londen naar het
•aderland zal terugkeeren.
OVERLEDEN AAN DE GEVOLGEN.
Mejuffrouw Dijkstra van Zaandam,
die Zondagmorgen ten gevolge van
het vlam vatten van baar kleeren,
terwijl zij bezig was een brandend
petroleums to lie vullen, zulke hevige
brandwonden bekwam, dat haar
overbrenging naar het ziekenhuis te
sterdam noodzakelijk was, is aan
de gevolgen overleden.
ONDER DEN TREIN.
Bij het aanhaken van een wagen
achter eon goederentrein is op het
station Fierden de wisselwachter C.
Schaildwocht overreden en gedood.
DE MISHANDELDE POLITIE
AGENTEN TE AMSTERDAM.
De politieagent Witte veen heeft
zich weer op straat kunnen begeven.
Hij is echter nog buiten dienst, even
als de agent Bilders, die op de De
Wittekade mishandeld werd.
DE BELEEDIGDE JOURNALIST.
In zake bet incident tusschen de
politie en den journalist Van Raalte
aan het Holl. Sporstation te 's-Gra-
enhage bij Roosevelt's aankomst,
orneemt het Hbld. dat de burgemees
ter na onderzoek der zaak en van
de door dc politic uitgebrachte rap
porten de wijze van handelen van den
inspecteur vun politie Van Rossen te
genover den in het bezit van een
porabewljg zijnden journalist heeft
afgekeurd, bij welk oordeel ook zou
hebben gegolden bet betoonen door
den inspecteur van gebrek aan ernst
bij het volbrengen van de hem op
gedragen taak.
Dientengevolge Is de Inspecteur
Van Raseen gestraft wegens zijn
„Hardhandig optreden". Het staat nu
aan den gestrafte om van de hem
opgelegde straf ln beroep te gaan bij
de commissie van advies, het ooi lege
dat met liet oog op de rechtspositie
van het politiepersoneel is ingesteld/
VAL8CHE BANKBILJETTEN.
Gieter werd voor de rechtbank te
'a-Hertogenbosch behandeld de zaait
tegen J. H. P. V., photograaf, te 's-
Hörtogenbosch, beklaagd ter zake dafl
hij in hot begin van het jaar 1910 of
ln bet laatst van 1909, althans om
streeks dien tijd te 'a-Hertogenljosch
heeft gemaakt een drietal valsche
bankbiljetten van zestig gulden ee-
morkt „Serte K. W. 2121" en een
vttlsch bankbiljet van honderd gul
den, gemerkt „Serie N. L 3218".
Het O. M. eisch te een gevangenis
stra f\an vier jaar, na aftrek der
preventieve hechtenis.
Financiëele Berichten
NATIONALE LEVENSVERZEKE
RING-BANK.
Aan het jaarverslag over 1909, ont-
leencn we, dat het verzekerd bedrag
eind 1909 bedroeg 50.825.733.98 en
dat dit ln vijf jaar is toegenomen met
16.779.617.06.
Do netto-toeneming over het laat
ste jaar was /4.874.950.98. Aan
kapitaals-verzekering werd voor
f 5.196.092.23 afgesloten; toekomstige
lijfronto tot een bedrag van ƒ190.654.16
Dadelijk ingaande lijfrente werden
afgesloten tot een bedrag van
41.810.14. Totaal werd in 1909 aan
verzekeringen afgesloten tot een be-
dra gvan 7.474.247.47, De onkosten
van het bedrijf daalden van 15,14 pet
van de ontvangsten in 1906 tot 10.8?
pet. in 1907.
De reserve bedraagt 15.801.282.68.
Wegens den ongemeen gunstigen uit
slag van het tijdvak 1907—1909 is
230.271.81 uit do winsten gereser
veerd voor oen nieuwe extra-reserve
oudorsterfte bij alle loopende lijf
rente.
Het extra-reserve-fonds is wederom
uitgetrokken op 250.000; het waar
borgfond» voor beleggingen is door
stijging der effecten koersen toegeno
men niet 21.780.69 en bedraagt thans
150.000. De reserve voor uitbreiding
is uitgetrokken op 155.000.
Het totaal effectenbezit bedraagt
3.043.618.90.
Belegging o phypotheek bezit de
bank voor 11 261.026.69.
Aan onroerende goederen bezit do
bank voor 'n bedrag van 1.034.067.05
Aan leeningen op polissen is nu
837.354.24 verstrekt. Na de stortin
gen in de reserve- en waarborgfond
sen blijft over een saldo van
291.961.71.
Het saldo verminderende mei
11.000 voor gratificaties, met 15.000
voor het pensioenfonds van het per
soneel enz., blijft voor de aandeel
houders, behalve een voorloopig divi
dend van 5000, eon extra-dividend
van 70.000, uitmakende 75 pet. over
hun stortingen. Het dividend is dus
vastgesteld op 75 per aandeel. Het
winstaandeel van de verzekerden be
draagt 152.727.27 tegen 132.000
or 1904—1906.
Marktnieuws
PURMEREND, 24 Mei 1910.
Kaas. Aanvoer 178 stapels kleine.
32 per 60 kg.
Boter. Aanvoer 1840 kg., prijs 1.25
1.30, gemiddeld 1.27 1/2 per kg.
Vee. 859 runderen, waaronder zijn
125 vette. 26 stieren.
61 paarden, ƒ90 a ƒ400 per stuk.
204 vette kalveren, ƒ0.80 a 0.95 per
kilogr.
631 nuchtere dito, 12 a 24 per sL
301 vette vaTkens, 50 en 54 cent per
kilogr.
90 magere dito, 16 a 26 per st.
321 biggen, 11 a 13 per stuk.
4543 schapen en lammeren.
Eieren. Kip- ƒ3.20 a ƒ3.70, eend-.
ƒ3.85 per 100 stuks.
Vette koelen prijshoudend, handel
matig, 60 a 78 cent per kg.
Gelden koeien prijshoudend, han
del matig, 150 a 220 per stuk.
Melkkoeien prijshoudend, handel
matig, 170 a 280 por stuk.
Nuchtere kalveren prijshoudend,
handel matig.
Vette varkens prijshoudend, handel
stug.
Magere varkens en biggen, prijs
houdend, haudel stug.
Vette schapen prijshoudend, han
del matig, 20 a ƒ32.
Over houders prijshoudend, handel
matig, ƒ9 a 16.
Onze Lachhoek
MERKWAARDIGE ADVERTENTIE.
Hier snijdt men het haar, twee
verdiepingen hoog.
TVVEEëRLEI BEGRIP.
Oppasser Compliment van den lui
tenant en lk moest u dezen ruiker
overhandigd I
Dame O wat prachtig. Wil je me
neer wel bedankenRozen om dezen
tijd.
OppasserNiet waar, juffrouw
eind van dc maand bijna, 't Is mooi,
zeg ik ooki
Geef eens een bewijs van de
valscliheld van de kat.
Dat zij zich soms uitgeeft.... voo®
haas 1
UITVLUCHT.
Maar vrouwtje, ik dacht giste-
dat je ontroostbaar waart over
liet verlies van je man, en nu betrap
ik Je bij het kaartspel.
Och, dokter, u moet weten, dat
ik geen portret van mijn Hannes heb,
maar hij lijkt precies op Hartenboer.
Kleine Willem Vader, wat konden
wij een plezierig leven hebben, als u
dat wrwlendo slaan kon afwennen.