luidt, dat «m ter dood veroordeeld» Muniddclliik voox bet voltrekken van fret vonnis, iner dus onder de galg. mag gratie ban krijgen. In dit geval ,kan geèti' andere straf over hem wor den uitgesproken, daar bij den ^odeaikgst reeds uitgestaan heeft Vervolg Gemeenteraad De VOORZITTER deelt xnede a. dat zijn gestold ln banden van (B. en W. om advies le. een verzoekschrift van liet Be- feiuur der Vereenigiug Groene ICruis .Jubileums-tentoonstelling en congres 'om toekenning van eenig susidle 2de do 2e suppletoir© begrooting, 'dienst 1909. van het St. Elisabeths- of jGroota Gasthuis 3e. een verzoekschrift van het Be stuur der Vereeniging tot bestrijding der Tuberculose, om voor het jaar 1911 weder subsidie te verleeneu •le. eeu verzoekschrift van het Hoofdbestuur van den Nederland- schen Schildersgezellenbond in zake verbod van gebruik van loodhouden de verfstoffen. 5». een verzoekschrift van Mej. C- A. Weaselmann, overste der „Maria- 6tichting", om een laantje en een gedeelte sloot nabij dat gesticht van de gemeente te mogen koopen 6e. een verzoekschrift van de Direc tie der Maatschappij tot exploitatie van Staaiwaterbronnen, om wijziging Van de vergunning tot het plaatsen van getimmerten in den tuin van het Brongebouw, zullende de tentoonstel ling, waarvoor die getimmerten moe ten worden opgericht, worden gehou den van 20 Augustus tot 18 September a. s. in plaats van 15 Juni tot 31 Juli aanst. f. dat zijn ingekomen le. een schrijven van Ged. Staten der provincie Noord-Holland, ten ge leide van het door hen goedgekeurde Raadsbesluit van 20 April j.l. No. 6 tot aankoop van grond aan den Har- rnenjansweg 2e. een schrijven van dezelfden, ten geleide van het door hen goedgekeur de Raadsbesluit van 20 April jl. No. 19 tot overdracht van de Aerdenhouts- laan j 3e. een schrijven van dezelfden ten geleide van het door hen goedgekeur de Raadsbesluit van 20 April jL No. 20 tot aankoop van pluntsoenterrein in het Wilhelminapark 4e, een schrijven van dezelfden ten geleide van het door hen goedgekeur de .Raadsbesluit van 20 April jl. No. 22 tot verhuring van een gedeelte berm van de Leidsche Vaart onder Ilillegom 5e. een schrijven van dezelfden, ten geleide van het door hen goedgekeur de Raadsbesluit van 20 April jl. No. 23 tot verhuring van grond aan de Amsterdamsche Vaart; 6e. een schrijven van dezelfden, ten geleide van het door hen goedgekeur de Raadsbesluit van 20 April jL No. 2-1 tot wijziging van de voorwaarden van Iret Raadsbesluit van 9 Maart ji. No. 19. b. dat zijn ingekomen le. een schrijven van H. M. Hu- brc-gtse, hoofd der Opleidingsschool voor jongens, houdende dankbetui ging voor de verhooging zijner jaar wedde 2e. een schrijven van 1L van der TYeerd, houdende bericht van aanne ming van en dankbetuiging voor zij ne benoeming tot onderwijzer aan de school voor meer uitgebreid lager on derwijs No. 2 3e. een schrijven van de afd. Haar lem van den Nederlandschen R. K. Volksbond houdende instemmingbe- t ui ging met het verzoekschrift inzake inwisseling van 2 1/2-centstukken ten behoeve van muntgasverbruikers c. dat door de Commissie van bij stand in het beheer der gemeentebe drijven is benoemd tot le lid der Sub commissie van bijstand in het beheer der gemeentelijke duinwaterleiding de heer E. Levert; d. dat voor <le leden ter lezing is nedergelegd een schrijven van den Directeur van het Openbaar Slacht huis, betreffende gedane afkeuringen van vee en vleesch, enz. e. dat B. en W. voorstellen in hun ne handen te stellen ter afdoening verzoekschriften van W. A. Pull en V. F. Jongbloed, in zake betaling van wegens lekkage in de waterlei ding verloren gegaan water. PÜNT 6. B. en W. stellen voor dc reeds door den Raad der gemeente Velsen aange nomen en door ons medegedeelde overeenkomst, inzake gaslevering door Haarlem aan Velsen, goed te keuren. De heer BREGONJE hoopt, dat de blijde toon, die uit de schrifturen van den Directeur der gasfabriek spreekt, bewaarheid zal worden. Hij vindt het niet juist, dat aan Velsen gas geleverd wordt voor een lageren prijs, dan aan de Haorlemsche inge zetenen. De Directeur spreekt van de noodzakelijkheid om het debiet uit te breiden, nu door het watergas meer gas bereid kan worden. Dio vermeer dering van debiet zal men verkrijgen, wanneer do gasprijs wordt verlaagd. Thans 13 gas duurder dan petro leum. Spreker verzoekt hem de verzekering to willen geven, dat binnen korten tijd, voorstellen zullen gedaan wor den, om den gasprijs te verlagen. De heer HULSWIT zegt, dat die verlaging van gasprijs niet toe te zeggen is. Verlaging van den prijs voor gas voor verwarming zou wel sprekers sympathie hebben. Velsen zal geen goedkooper gas hebben, dan Haarlem's burgers, waarschijnlijk even duur of iets duurder. De prijs van 11/2 ct. is niet de distributieprijs. De heer VAN STYRUM bespreekt een redactie-wijzigiug van artikel 1 'der verordening. Het amendement, door hem inge diend, strekt om den aanhef te doen luiden De gemeente Haarlem ver bindt zich onder voorbehoud dat o p Aannemelijke voorwaar den door de betreffende autoriteiten •toestemming zal worden verleend lot bet leggen en onderhouden van de in art. 2 bedoelde persleiding, enz. De VOORZITTER deelt mede, dat p. en W. dit amendement overne men. De heer LASSCHUIT wil in art 4 Scherper vaststellen, dat Velsen al leen gas van Haarlem ral mogen ne- mDe VOORZITTER u*t, dat de heer Blom die quaestie onder de oogen heeft gezien. Er is dus geen bezwaar te vreezen. De heer THIEL wil in art. 10 duide lijker vastleggen, hoe de prijsrege ling zal zijn. Spreker wil uitdrukke lijk bepaald zien, dat die prijs op 4 1/2 cent gesteld wordt. De heer HULSWIT deelt mee, dat B. en W. dit voorstel overnemen. De heer Schreudora komt ter verga dering. De heer TH!Kt., zet zijn meaning uiteen omtrent do retributie-regeling en stelt voor, om te bepalen, dat de retributie voor het leggen en hebben van buizen in den Rijksstraatweg moet betaald worden door Velsen. De prijs wil hij bepalen op 1. Da heer HULSWIT meent, dat dit overbodig is, waar liet hier zulk een klein bedrag geldt. De heer THIEL merkt op, dat de gemeente Haarlem op hei gebied van retributies een verleden en ook een zekerheden heeft Wij laten ons eigen bedrijf ook retributie betalen. Met het oog op de mogelijkheid, dat de eigenaars van den Rijksstraatweg een booge retributie kunnen heffen, wat spr. zelf niet gelooft, moet de ri sico van Haarlem op Velsen worden afgewenteld. Daarom wil spr. een prijs van 1 vaststellen. De heer SPOOR acht liet denkbeeld van den heer Thiol niet juist. Want als Haarlem bang is voor een hooge retributie, dan zal Velsen dat ook zijn. Spr. wil daarom de beide ge meenten elk de helft doen betalen. De heer THIEL is liet daarmee niet eens. Onze kostenberekening voor de ze overeenkomst heeft geen rekening gehouden met een hooge retributie. Wordt die geheven, dan geraakt de geheele Tekening in de war. Om dit to voorkomen, diende spr.'s amendement Hij wil dit echter wel terugnemen, wanneer de Voorzitter verklaart de overeenkomst met Vel sen niet te zullen sluiten, voor hij zich op de hoogte heeft gesteld van de te heffen retributie. De VOORZITTER zegt dit toe. De heer THIEL trekt zijn amende ment in. De heer VAN STYRUM stelt een aanvulling voor van art 10 in dien zin, dat bij de berekening van den gasprijs telkenjare de minimumprijs wordt in acht genomen. B. en W. nemen dit amendement over. De heer MODOO begrijpt de betee- kenis van art. 10 niet, wat betreft de kolenprijzen van het vorig jaar ais grondslag voor den gasprijs voor een volgend jaar. De heer HULSWIT verduidelijkt het artikel en zegt. dat de verschil lende commissies dit artikel hebben goedgekeurd. De heer MODOO zegt alle respect te hebben voor verschillende com missies, maar dat is nog geen bewijs, dat er geen fout in zit, wanneer die commissies de redactie hebben goed gekeurd. Uit dit artikel leest spr. niets anders, dan dat men twee ma nieren heeft om den nieuwen prijs vast te stellen. De heer SPOOR gelooft met den heer Modoo, dat do zaak niet in orde is. Er moet een vergissing plaats ge had hebben bij 't overnemen van het artikeL Spr. leest het oorspronkelijk stuk voor en constateert een afwij king. De VOORZITTER merkt op, dat de vergissing ontstaan kan zijn door de wijziging door Velsen aangebracht- De heer HULSWIT meent, dat de oorspronkelijke redactie nu hersteld kan worden. De heer SPOOR acht dit gevaarlijk daar de heer Blom en het Gemeen tebestuur van Velsen deze zaak reeds onder de oogen gezien hebben en wijziging nu zonder hen zou worden aangebracht. De VOORZITTER stelt nu aanhou ding van dit artikel voor, in de ver onderstelling, dat do oorspronkelijke lezing door den Raad goedgekeurd wordt. Aldus wordt besloten. Art. 12. De heer LASSCHUIT wil do om- schrijvin dat Velsen „in gelijke mate' zal profiteeren van verlaging van den gasprijs in Haarlem, ten gevol ge van de verlaging van de kosten der bereidingswijze, omzetten in cij fers. De heer HULSWIT acht dit niet noodig. De lieer KLEIJNENBERG eveneens niet, daar de gasprijzen ln Haarlem en Velsen geen venband met elkaar houden. De heer SPOOR meent, dat dit niet-met-elkaar-In-verband staan v de prijzen nog niet vaststaat. Spr. kan echter zoo ln eens de zaak niet overzien. Daarom stelt hij ook aanhouding van dit artikel voor. De heer LASSCHUIT stelt nu v te lezen, dat Velsen voor 9/14 genie ten zal van de verlaging van den gasprijs. De heer KLEIJNENBERG zegt, dat het verband tusschen gasprijs en ko- lenprijs onomstooteüjk Is vastgelegd. Daaraan kan niet getornd worden. De kwestie van verlaging geldt alleen de verlaging van bereklingskosteu. De bear VAN STYRUM aoht het be ter om te spreken van „in gelijke verhouding" dan van „ln gelijke ma te". De heer HULSWIT merkt op, dat in de Haarlemsche berekening tv.ee factoren gelden de bereiding en distributie. In de Velsar rekening geldt alleen de distributie. De heer VAN STYRUM meent toch, dat het wenschelijk is te spreken van verhouding in plaats van mate. Spr. maakt daarvan een voorstel De heer SPOOR betoogt <le wen- schelijkheid van aanhouding. De heer TIMMER begrijpt de zaak nog niet. (Gelach). Spr. heeft het zich zoo gedacht, dat Velsen ook 1 ct. ver mindering zou krijgen, wanneer de bereiding Haarlem één cent minder gaat kosten. De hoer KLEIJNENBERG sluit zich aan bij het betoog van den heer Tim mer; alleen zullen do sprongen min der zijn, dan één cent, maar b.v. één tiende cent. Airt. 13. De heer VAN DE KAMP vraagt of het gas voor Velsen zal zijn behoor lijk gemengd gas. Spr. heeft de erva ring opgedaan, dat de menging van watergas en cokesgas niet altijd de zelfde is. De hear HULSWIT antwoordt op de gestelde vraag bevestigend. De heer Blom kan die verzekering geven. De heer KLEIJNENBERG wil be palen, dat Velsen ook verplicht is op den termijn, dat Haarlem gas gaat leveren, klaar te zijn dat gas te ont- angen. De beer HULSWIT zegt, dat dit in de bepaling omtrent de levering ligt opgesloten. De heer MODOO is het daarmee niet eens: Velsen zou kunnen vol staan met maar 'n paar pitjes aan te sluiten; in elk geval bestaat do mo gelijkheid, dat het gebruik van Vel sen niet de aanlegkosten voor Haar lem zal dekken. Velsen moet die dek king garandeeren. Dit eischt men ook van muntgasgebruiker3 in Haar lem. De heer HULSWIT zegt, dat dit niet aangaat. Een dergelijk contract moet berusten op goede trouw. Van Vel sen kan geen garantie worden ge vergd. De heer Blom heeft een onder zoek ingesteld en ervaren, dat het een groot afzetgebied zal zijn. De heer MODOO zegt, dat die ga rantie evengoed gevergd kan worden van een gemeente, als van eigen in- oners. De heer KLEYNENBERG meent, dat men bij een dergelijke zaak van koopmanschap geen struikelblokken in den weg moet leggen. Men rekent op een afzet van 500 000 kub. M. Dan zijn de kosten er geheel uitmaar als men dat cijfer niet bereikt, kan men er toch niets aan doen. Lukt 't, dan is het een goed zaakjemislukt het, nu dan mislukt het. (Gelach). De heer SPOOR verklaart, dat het amendement van den heer Kleynen- berg niets is. Men kan niet bepalen, dat iemand gereed moet zijn, om iets te ontvangen. Laat de heer Kicynen- berg omschrijven, wat hij bedoelt, ui. dat de gasleiding van Velsen gereed zal zijn.. De resumptie van de geheele over eenkomst wordt aangehouden. PUNT 7. Door den heer E. Walig alhier, is een aanbieding gedaan, om het hem toebehoorende perceel aan de Hage- straat no. 17 aan de gemeente te ver- koopen.- Aan twee zijden wordt dit perceel begrensd door gemeente-eigendom men, aangekocht om de speelplaats, beh o arende bij school no. 7. aan de Spaarnwouderstraat, te kunnen ver- grooten. Deze omstandigheid, alsme de de wenschelijkheid,om bij even- tueele behoefte de gymnastiek-zaal van genoemde school te kunnen ver- grooten en eene bewaarderswoning daarbij te- kunnen voegen, geven B. en W. aanleiding den Raad voor ie stellen om van de aanbieding ge bruik te maken en hen te machtigen het perceel voor den prijs van f 3590 voor de gemeente aan te koopen. Aldus werrdt besloten. PUNT 8. B. en W. stellen voor hen te mach tigen van de Maatscb. „Metselmate rialen", alhier voor f 8200 aan te koopen een perceel Harmenjansweg kad. sectie E no. 2856. Het perceel is 928 vierk. M. groot. Met het reeds aangekochte perceel van de Gebr. Jacobson, vormt dit terrein een op pervlakte van 2300 vierk. M., waarop dan een opslagplaats van bestratings- materialen wordt gemaakt. Het terrein aan de Parklaan be hoeft dan niet meer daarvoor ge bruikt te worden. De nieuwe opslagplaats ligt aan *t Spaarne en den Harmenjansweg ten westen van de spoorbaan. Wordt goedgekeurd. PUNT 0. B. en W. stellen nader voor: I. B. en W. te machtigen tegen 1 Januari 1911 aan J. B. Koster de huur op te zeggen van de perceclen aan de Leidsche Vaart, kad. sectie I, nos. 761, 973, 974, 764, 913, 911, 922 en 760. II. Aan den Staat om niet af te staan een terrein van 5300 vierk. M. aan de Leidschevaart, hoek Schreve- liusstraat ten behoeve van een Rijks- kweek- en leerschool, op voorwaarde, dat het gebouw der leerschool aan de Ged. Voldersgracht weder aan de Gemeente worde teruggegeven. De heer VAN STYRUM verzoekt B. en W. zich bijtijds op de hoogte te 6tellen van het tijdstip, waarop de Leerschool vrij komt Dan kan men daarmee rekening houden bij de ont werping van plannen voor die ge bouw. De VOORZITTER zegt dit toe. Het voorstel wordt aangenomen. PUNT 10. Doordat een der eigenaren van een perceel in de Tempeliersstraat, de heer J. Mooy, ecu ongeêvenredigd hoogen prijs vraagt voor een opper vlakte tuin en schuur, kan de E. S. M. niet nakomen de voorwaarde, om binnen vijf Jaren na de opening van de lijn Amsterdam—Zandvoort de ge heele Tempeliersstraat op een breedte van 16 M. te brengen. B. en W. stellen nu voor. om dit perceel len name van de gemeente te doen onteigenen. Deze oplossing schijnt in overeenstemming, meenen B. en W., met de zienswijze van den Minister van Waterstraat De E. S. M. zal de kosten der ont- eigenings-procedure moeten dragen. De heer THIEL merkt op, dat de vaste practijk, ook door de Holl. Spoor steeds gevolgd, is, dat jiiet ge- deelten van porceelen worden ont eigend maar altijd geheele porcee- j len. Dat komt voordeeliger uit. De VOORZITTER vreest voor te groote kosten. De heer RINKBMA zegt, dat rnen de tram niet tot meer mag verplichten, dan is vastgesfeld. De heer THIEL merkt op, dat hij dit laatste niet wil. Haarlem heeft al leen belang bij het straatgedeelte. In het belang der train zou 't echter zijn, r het geheele perceel wordt onteigend. De VOORZITTER zal doen, wat in deze mogelijk is. De heer VAN' STYRUM merkt op. dat niet nu reeds vastgesteld kan wor den, dat een procedure gevoerd wordt. Is de onteigeningswet aangenomen, dan moet men eerst trachten eeu min nelijke schikking te treffen. De VOORZITTER meent, dat deze zinsnede alleen een machtiging in houdt, waarvan gebruik wordt ge maakt als het nooditr is. De heer VAN STYRUM merkt op, dat veelmaals hardnekkige lieden mak worden, als de wet eenmaal is aangenomen. De VOORZITTER zegt, dit wel te wetenmaar hij handhaaft zijn op- attins van de zinsnede. De heer TIMMER zegt. dat de moei lijkheden voorkomen worden als men spreekt van liet voeren van de proce dure „zoo noodig". De heer SPOOR acht de geheele zinsnede praematuur. Die zaak be hoeft pas geregeld te worden, als de wet tot stand is gekomen. De VOORZITTER wil de uitspraak aan den Raad overlaten. De desbetreffende zlnssiede van het voorstel van B. en W. wordt aange nomen met 21 tegen 7 stemmen, die van de heeren Seignetle, Krelage, Timmer, Van Styrum, Spoor, Van den Berg en Schreuders. Het geheele voorstel wordt aange nomen. PUNT II. Naar aanleiding van het voorstel ot wijziging van art. 1 der ..Voor vaarden waarop voor straat bestem de gronden door de gemeente Haar lem in eigendom zullen worden aan vaard", op 30 Januari 1.1. ingediend door den heer L. Modoo, deelen B. en W. mede dal een meerderheid van hun college mèt den heer Mndoo van oordeel is, dat de eigenaar van voor straal bestemden grond bij over dracht aan de gemeente moet vergoe den een zeker bedrag, waaruit de kosten van rioleering en bestraling gedekt worden, en waaruit bovendien de instandhouding gedurende zeke ren tijd zal kunnen worden betaald. Het voorstel van den heer Modoo beoogt, bij overdracht van voor straat bestemde gronden het te stor ten bedrag in dier voege vast te stel len, dat, ongeacht welk materiaal ge bruikt wordt, de gemeente eerst na 60 jaar zelve de instandhoudingskosten der bestrating Le betalen heeft. De minderheid van het college van B. en W. is van afwijkende meening. Zij stelt daarbij op den voorgrond, dat tot heden aan de verhouding der gemeente tot voor straat bestemde gronden overdragende particulieren len grondslag lag de volkomeu ge zonde regel, dat bij den grond, voor straten bestemd, wordt overgedragen een bedrag benoodigd voor openbare werken, vermeerderd met een percen tage van dat bedrag voor onderhond. De gemeente ontvangt alzoo den waarborg, dat de stralen deugdelijk aangelegd worden, zij voort dien aan leg uit als het ware voor rekening van de overdragende pari ij en men is verzekerd van goed onderhoud. In het thans geldende stelsel is een vereischte. dat telkens vaststaat welk beslratingsmateriaal zal worden ge bruikt, in de voorgestelde regeling is het onverschillig, welk materiaal ge bruikt wordt, doch geèischt wordt be taling van het hoogste bedrag, dat noodig zou kunnen zijn. Tot het vra gen van zoodanige bijdrage acht de minderheid do gemeente niet gerech tigd. De heer LASSCHUIT is 't wel met het voorstel eens, maar acht den priis van f 6.60 voor keien te hoog. Hij wil daarom een Commissie benoemen en de zaak aanhouden. De heer MODOO is tegen aanhou ding, want dit voorstel is als een spoed-voorstol bedoeld, om de men- schen, die reeds lang wachten, te helpen. De heer DE BREUK bestrijdt aan houding. Laat de heer Lasschult zijn voorstel bewaren tot de geheele zaak wordt geregeld. De heer LASSCHUIT zal thans in de zaak berusten. De VOORZITTER verklaart de min derheid in B. en VV. geweest te zijn. Hij is dus niet voor de voorge stelde regeling. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. PUNT 12. De heer J .C. E. L. Schönhuth al hier, heeft tot B. en W. het verzoek gericht, aan hem ln koop af te staan een stuk grond ter grootte van onge veer 70 vierk. M. aan de Juliana- straat, ten Oosten van een reeds aan hem verkocht terrein. De thans in koop gevraagde grond Is bestemd tot vergrooting van den tuin van het woonhuis, dat op den reeds verkoch ten grond is gesticht, doch zal later mo noodig gedeeltelijk worden be bouwd. Tegen de inwilliging van het ver zoek bestaan bij B. en W. geen be denkingen, zoodat het college den Raad voorstelt tot den verkoop op ee nig voorwaarden te besluiten. Bij elke overdracht van den grond moeten deze voorwaarden opnieuw aan den kooper worden opgelegd en in elke akte van overdracht worden opgenomen. Bij niet nakoming van deze bepa ling wordt door de overdragende partij een boete van f 5000 aan de ge meente betaald. Wordt aangenomen. PUNT 13. B. en W. achten bet wenschelijk om de nog over een lengte van 80 M. in de Dubbele Buurt liggende klin- kerbesirating, met het oog op het drukke verkeer met wagens aldaar, te doen vervangen door keien, in aansluiting met de daag- gedeeltelijk reeds bestands keibesürating. B. en W. stellen den Raad voor, hen te machtigen tot het veranderen dier bestrating te doen overgaan. Aldus wordt besloten. PUNT 14. B. en W. stellen den Raad voor, met intrekking van het Raadsbesluit 9 Maart 1910, no. 12, te bepalen dat van de commissie van deskundi gen, bedoeld in Raadsbesluit van 29 December 1909 no. 12, twee leden zul len worden aangewezen door B. on W., welke beide leden een derde lid zullen benoemen. Zooals men weet bad de Raad be sloten een der leden te doen benoe men door het Gemeentebestuur van Bloemendaal. Die benoeming is ge schied onder voorwaarden, die B. en W. van Haarlem niet aannemelijk achten. De heer VAN STYRUM meent, dat u de medewerking van Bloemen daal is buitengesloten, het niet noo dig is, dat de twee benoemden een derde 'aanwijzen- B. en W. kunnen nu evengoed drie perSonen benoe men. De VOORZITTER zegt, dat dit voor stel gedaan Is, om het onderzoek zoo onpartijdig mogelijk te doen geschie den. De heer VAN STYRUM ziet niet in, dat der onpartijdigheid te kort go- daan wordt, wanneer B. en W. alle drie in plaats van twee leden benoe men. De VOORZITTER handhaaft zijn meening, dat de door B. en W. voorge stelde wijze van handelen, iucer waarborg voor onpartijdigheid geeft, dan de door den heer Van Styrum ge huldigde. Het is een kwestie van gevoel en van smaak. Het amendement van den heer Van Styrum wordt aangenomen met 15 tegen 14 stemmen, die van de heeren Thiel, De Breuk, Kleynenberg, Loos- es, De Braai, Van den Berg, Van -ynden. Middelkoop, Kruseman. Laa- schuit, Schram, Winkler, Hulswit en Van de Kamp. PUNT 15. B. en W. stellen voor een commis sie ad hoe te benoemen om den Raad advies te geven over de levensvatbaar heid van een overdekte zwem- en bad inrichting naar het plan Graichen. De heer THIEL stelt voor, te lezen, dat de Commissie eenvoudig zal heb ben te onderzoeken de levensvatbaar heid der zaak, zonder te spreken over de gegevens. Dit amendement wordt door B. en W. overgenomen. Het voorstel wordt goedgekeurd. PNT 16. B. en VV. stellen voor een i ge loka len in de school voor u. 1. o.. lett. A., Klein Heiligland, een lokaal in de opgeheven school voor 1. o. no. 11 (Ged. Oude Gracht) ter beschikking te stellen voor het ouderwijs aan de Rijksnormaallessen en f300 beschik baar te stellen voor Haarlemsche leerlingen, die getrouw en met goed gevolg die lessen hebben bijgewoond. Wordt goedgekeurd. Te kwart voor vier gaat de vergade ring in geheime zitting over. De openbare zitting wordt te 10 mi nuten voor half 5 heropend. PÜNT 17.- Benoeming van stembureau* voor de Gemeenteraadsverkiezing. A- Voor de eventueel© stemming en herstemming voor één lid van den Ge meenteraad, te houden op Donder dag, 30 Juni 1910, en" Vrijdag, 8 Juli d. a. v. (Vacature Dr. J. Nieuwenhuijzen Kruseman jaar van aftreding 1915). 3e Kiesdistrict Stemdi strict A. (School Leidsche- plein no. 36). VoorzitterJ. Winkler le lidJ. Schreuders ;2e lid O. D. Emrik. Plaatsvervangende leden H. J. Ge ijl, N. Groustra, G. van der Most van Spijk S. K. Sijbrandl en J. A. Wil kens. Stemdistrïct B. Hoofdsternbureau. (School Tempeliersstraat no. 1). Voorzitter Mr. J. H. Thielle lid Dr. J. Timmer 2e lid F. C. Dufour. Plaatsvervangende leden A. Wink ler, B. Davidson, W. G. H. Jacobs, Dr. A. A. G. Land eu A. Ratelband. Stemdistrict C. (School Klein Hei ligland no. 12). VoorzitterJhr. Mr. F. W. van Sty rum le lid Mr. J. N. J. E. Thijssen; 2e lid: J. C. Burkens. Plaatsvervangende ledenJ. W. Daudeij, P. van de Water, J. C. Pee reboom, Mr. A. A. Stheeman en A. R. Ritsema. B. Voor de eventueele stemming en herstemming voor één lid van den Gemeenteraad, te houden op Donder dag 30 Juni 1910, en Vrijdag 8 Juli daaraanvolgende. (Vacature J. J. Sneltjesjaar van aftreding 1915). le Kiesdistrict. Slemdistrict A. Hoofdsternbureau. (Raadhuis), (waarvan de Burgemees ter Voorzitter is), le lidMr. P. Tjeenk Willink. 2e lid F. M. Baron Van Lynden. Plaatsvervangende leden S. C. J. Bertram, P. F. de Bordes. A. Rosse, A. A. Ris en J. H. C. Th. Limperg. Stemdistrict B. (School Spaarnwou derstraat No. 12). VoorzitterB. E. C. Seignetle. le lid J. H. Visser. 2e lid H. D. Tjeenk Willink Jr. Plaatsvervangende leden J. C. Cra mer, H. Franken Jr., W. B. GusLcha H. M. Hassink en F. H. Smit Stemdistrict C. (School Haarlem merliedestraat no. 29). Voorzatter: Mr. VV. N. J. M. Smitj le lid VV. A. J. an de Kamp2e. JidN. van der Sleen. Plaatsvervangende leden Th. H. A. J. Lohman, J. C. Caderius van Veen, E. Voet Jr., J. C. A. Croin en J. de Breuk Lzn. PUNT 18. B. en W. stellen voor een directeuf >or het schilderijen-museum aan te stellen op een jaarwedde van f 1000. Ter vervulling dezer botiekking ij het volgend tweetal van aanbeveling opgemaaktTo. de heer J. O. Krouig te 's-Gravenhage en 2o. de heer W. J. G. van Mcurs te Haarlem. De VOORZITTER deelt mede, dal 3. en W. de aanbeveling voor de ver ruiling van de betrekking van direc teur van het Schilderijen-museum terugnemen. PUNT 19. B. en W. stellen voor, den beer J„ J. Smits, die op 1 Juli periodiek mooi aftreden, als lid van het Burgerlijk Armbestuur weer als zoodanig te be noemen. De heer J. J. Smits wordt herbe noemd. PUNT 20. B. en VV. hebben de volgende voor» drachten opgemaakt voor de benoe ming van twee onderwijzers aan de school voor L o. no. 8, noodig wegenj ermeerdering van hei aantal klas sen. Eerste voordracht 1. J. H. Peper, Gorinchem. 2. W. IL Tick, Amersfoort. 3. S. Sieswerda, Zaandam. Tweede voordracht 1. W. 11. Tick, Amersfoort, 2. S. Sieswerda, Zaandam. 3. S .D. le Fèbre, Lisse. Benoemd worden de heeren J. H. Peper en W. H. Tick. Daarna wordt de vergadering te half 5 gesloten. Pers-Overzicht DE HOUDING VAN DR. KUi'PER. In een Haagschen Brief van „De Tijd" Is o. a. te lezen Er is gebleken, dat de rechterzijde even beslist als de linkerzijde de on voorzichtigheden laakt, waaraan dr. Kuyper zich schuldig bekent en even teleurgesteld is geweest door de ver schrijvingen en vergissingen, welke in de November-verklaring niet ont braken. Er is niemand, die na het ge beurde den terugkeer van dr. Kuyper aan het bewind nog mogelijk acht. Welke de verzachtende omstandighe den ziin, die men Iaat gelden, de on voorzichtigheden in confessie en mis schien meer nog de karaktereigen schappen, waaraan zij door zija vrienden werden toegeschreven, ma ken den terugkeer onmogelijk en on denkbaar. En verder Het lijkt mij intusschen, dat dr. Ivuyper en „De Standaard" go»*! zou den doen in kalme rust de uitspraak van den eereraad af te wachten. De grootere of kleinere beschouwingen, door het blad aan de discussie iu da Kamer gewijd, maken geen verheffen- den indruk. De luchthartigheid, waarmede iu het stukje over de rede van den heer De Jong gesproken wordt van de ver schrijvingen in de November-verkla ring, ergert waarlijk niet alleen zijn tegenstanders. Over de rede van den lieer De Stuers kan men denken, zoo- als men wil, het komt mij in alle b«- scheidenheid voor. dat liet niet aan het blad van dr. Kuyper is, om daar op een zekeren nadruk te leggen. Ja, ronduit gezegd, wil het mij voorko men, dat, zoo dr. Kuyper den heer Lehmann een ©ogenblik als man van. rechts heeft geaccepteerd, hij hem nog niet heeft op te dringen aan de rechterzijde. DE KUYPER-ENQUêTE. ..Het Vaderland" schrijft Men heeft, na de exceptie, dat het hier een persoonlijke wraakneming gold, een andere opgeworpen, name lijk dat het te doen was, om dc auU- revolutionnaJre partij te treffen, om eeu bres in de coalitie te schieten, ja zelfs het Kabinet-Heemskerk te tref fen. Hoe ter wereld net ministerie- li»: ems kerk getroffen zou kunnen worden door ten votum vóór de en quête, is al evenmin duidelijk, als wat de in de minderheid verkeerende en ouderling verdeelde liberale partij, die om béide redenen voor het oogen- blik buiten staat is de regeering te aanvaarden, met eene aldus bevoch* ten overwinning zou moeten doen» Zij zelf zou er het meest verlegen mee zitten. Maar blijkt uit het aanvoeren van dit argument door de rechterzijde niet zonneklaar, dat bij haar de mo raliteit moet wijken voor da politiek De leiders der Christelijke partijen hebben de coalitie in gevaar gezien, en dit heeft hun oordeel over de af dwalingen van dr. Kuyper bepaald. Ziedaar de zaak. Intusschen - indien het do vrijzinni gen inderdaad te döen ware geweest, om de antï-revolutionnaire partij en de coalitie te treffen, zij zouden zich de houding van beide niet anders hebben kunnen wenschcn. Eene anti- revolutionnaire partij en eene coali tie, die het enquête--morslel hadden aangenomen, zouden bewijs van po litieke eerlijkheid en betamelijkheid hebben gegeven, en daardoor dien boozen toeleg grootendeels hebben verijdeld. De dingen, die de enquête aan het licht zou hebben gebracht, ronden al bijzonder' erg hebben moe ten geweest zijn, wilden zij haar meer in de kaart spelen dan de weigering der enquête door de geheele coalit'e. blijkbaar onder den Invloed van <le anti-revolutionnaire partij en het Kuyperiaansche eere-legloen. Wij zijn dan ook overtuigd iat ook in dit opricht de met geen rog- redenen goed te praten numiiim der rechterzijde 5n dc toekomst blij ken. voor haar noodlottig te zijn. DE STEM VAN DEN HEER THOMSON Deu heer Thomson, afgevaardigde voor Leeuwarden, het eenigc Kamer lid van links, dat tegen het enquête-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 7