BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD ADH^KTR^nE GROOTE HOUTSTRAAT 5.5. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. tie Jaugug. Ho. 8284 DE ZATERDAGAVOND HAARLEMT9 DAGBLAD KOST ruo PER t MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZUN ADVERTENnEN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Rubriek voor Vrouwen De Invloed de>r sport op do mode. Tollarmado-ooe- tuums. Huisjaponnen. De sport speelt in ouzo tegenwoor dige modo een grooteer rol dan menig eeui zou deuken, want de meeste derne wandeltoiletten zijn berekend op wedrennen voclbalmatches dergelijken. De tSjrl is voorbij,, dat de élégante vrouw zich in een mooi nierjapoiiuetje op straat vertoont; - al die gekleode toiletten worden slechts binnenshuis, in kur- en concertzaal gedragen, doch op de wandeling ziet men bijna uitsluitend het tailor-made costuum il zijn volmaaktsten vorm. Deze mode lieelt voor bescheiden beur zen 'een groot voordeel, want de tal- lor-mode mostuunis zijn weinig aan modeveranderingen onderhevig en wanneer men bij zoo'n costuum paar verse trillende blouses Iieeft, men voor de straat en het afleggen .van dagelijksche bezoeken, geheel „comrne il faut" gekleed. De laatste nouveauté, die zeer veel besproken werd, is do mode van de nauwe rokken. Er is om gelachen gespot, doch dat alles noemt niet weg, dat ze aangenomen zijn en voor het oogieohllfc gedragen worden, zij het dan ook min of me«r gewijzigd. Reeds vroeger heb ik er op gewe ten, dat de moderne rokken op ver schillende wijzen kunnen worden in gericht. Voor luxetoiletten, wordt de onderrand meestal van liberty, fou lard of duchesso genomen, doch voor de vrouw, d.ie over bescheiden midde len bos.'hi kt en «Ach niet kan veroor loven de modes op den voet te vol gen, is liet beter den nauwen rok te simuleeren, door over do plooien een biais aan te brengen, die indien nooaig wederom verwijderd kan warden, zonder schade te doen hot oorspronkelijk model. Vrouwen, dae veel uitgaan, zullen tóch voor het warme seizoen een tail- leur-cost-iuni van linnen, tussor of lawn-tennis flanel aanschaffen; deze costuums zijn zeer clnc en naar vi houding niet duur, doch men beden ke wel dat ze uitsluitend bij mooi, zonnig zomerweder gedragen kunnen worden. Daarom is het voor een eenvoudige, practiscbe vrouw meer aan te beve len een tailor-made costuum van don ker grijze fantasie-stof, of inuriue- blauwe serge te nemen, dat zij het grootste gedeelte van het jaar kan doordragen. Als zij voor de winter maanden een manteloostuum van zwart laken neemt met een mooi bontgarnituur, dan is liare garde-robe oompleet voor zoover het de wandel toiletten betreft. Voor gekleed, gaat or niets boven een zwarte japon, hetzij van fijne ca- chemire de soio, zijden voile of éolien- •ne. De nauwe rokken, waarover we foierbover. spraken, worden ook voor gokleede toiletten in toepassing go- bracht. doch voor gezette figuren ls do sleeprok veel meer aan te raden. Zeer zeker zijn ook do sleeprokken veel nauwer geworden dan vroeger het geval was, en de moderne soepele stoffen dragen er niet. weinig toe bij om den modernen indruk te veirhoo- gen; doch waar men do sleepjaponnen met sierlijke tuniques en draperieën garneert, kleoden ze do gezette vrouw meer flatteus dan de nauwe voetvrije rokken. De tailles zijn weinig veranderd, en men kan te dien opzichte zijn eigen fantasie den vri.en loop laten De mouwen wordvi lang en half lang gedragen, doch van pouffen is nog weinig of geen sprake. Een nieuw snufje, dat zich voar eeai gekleed toilet uitstekend leent, zag ik dezer- dagen in 'n le klas mode atelier tentoongesteld. -Het toilet was vervaardigd uit 4 meter donker blau we crêpe de chine van 12ü c.M. breed te. De eenvoudige gladde taille met aangesneden hall iauge mouwen, was van onderen met een weinig ruimte Ingericht; daaraan had men den drie hanen ;rok met korten sleep genaaid. Een zijdan galon in dezelfde kleur ge verfd, was op zóó eigenaardige wijze aangebracht, dat men een buitenge woon fraaie garneering kreeg. Dit galon liep van de taille uit over do schouders. kruiste zich in deu rug en liep van achter ongeveer 50 c.M. door op den rok, was dan in een rechten hoek gelegd en links naar voren over den rok gebracht, waardoor een mo derne tvmique gevormd werd. Te be ginnen waar de galons zich in den rug kruisten, was aan het galon een xJjden franie genaaid; vorder was het zelfde galon om het halsboord en die mouwen gewerkt Ten slotte wil ik mijn geachte leze ressen nog even opmerkzaam maken op de gekleeds huisjaponnen, die voor elke verstandige vrouw van onschat bare waarde zijn. Er zijn er hélaas velen onder ons, die aan haar straat toiletten do grootst mogelijke zorg be steden, doch in huis haar kleeding min of meer verwoarloozen; of beter gezegd, alles goed genoeg vinden om in huls ai te dragen. Men moet ech ter bedenken, dat men op straat 3lechts in het voorbijgaan wordt op gemerkt, terwijl wij In huis mee vran nabij gadegeslagen worden. Daarom moeten wij aan onze huisja ponnen de noodige zorg besteden, zo behooren er Iriach en eenvoudig uit te zien met weinig kostbare gar neersels, vooral ,,de robe princess©" van hot vorige jaar leent er zich bij zonder goed toe, om met weinig kos ten, als gokleede huisjapon te wor den Ingericht. MARIE VAN AMSTEL. Het Rijke Natuurleven EEN NUTTIGE EN EEN SCHADE LIJKE KEVER. Als in dezen tijd het weer wat mee werkt, dan worden wij 's avoiidi onzen tuin of op de wandeling vaak opgeschrikt dooi- eeoi zwaar zoemend geluid, veel gelijkend op dat, wat de meiikovetr maakt als hij in zijn korte leventje boven den grond een uitstap je maakt en dan plotseling te dicht hij ons komt. Het diertje, dat ons nu op dit m< toon gebrom trakteert is minder be kend, mimler gehaat en kleiner aantal dan de bruine vijand van het jonge groen, maar toch komt hij wel zoo menigvuldig voor, dat ieder hem wel eens heeft gezien. Ik bedoel de zwaarlijvige Juli kever. Het pakje dat het dier draagt is zoo bijzonder, dat wij hem dadelijk her kennen zonder dat wij moeilijk te vol- ge ndetermineerlijsten noodiig heb ben. De boveuvleugels zijn n.l. zwart bruin met witte onregelmatige vlek jes, zoodat het dier er eeaiigszins ge marmerd uitziet. Het borststuk heeft eon overlang- sche geelwitte streep en do lange bo venlip is eveneens licht getint. Men ziet het dadelijk, dat het dier tje heel gemoedelijk au weinig moord lustig is. Zijn licele model stempelt hom tot aan plauteneter. Hij is log, uik, lui en droouierig en hij laat het zich aan zien, dat inj niet hard hoeft te strij den om aan den kost te komen. Do vegetariërs ondeu- de menschen beweren vaak, dat zij geen last van gejaagdheid hebben en al zou ik de zooeven opgesomde kwaliteiten niet graag ook op hen laten slaan, dan komen zij toch met de plantenctonde dieren overeen in kalmte en rust. Vergelijk 6en suoek met een karper, een leeuw met een schaap, een inoike- met een poppenroover en gij zult in het oog loopande verschillen zien. Ook onze Julikevor hoort tot de vre- delievenden. Als larve reeds voedt hij zich mot wortels van verschalende grassen. Stevige kaken helpen het vuil-wltte dier dun hij het verwerken van het oedsel. Dit ondergrond6che leven Ls ook voor de Julikevers het belangrijkst. De volwassen dieren komen slechts boven don grond om uitstapjes te makon, trouwplannen ten uitvoer te brengen en weer te verdwijnen voor het leggen der witte eieren. Do mannetjes hebben in do sjirieten een sieraad meer dan de wijfjes, het geen hen bij het opsparen der klein- sprietige sekse waarschijnlijk te hulp komt. Geen enkele van onze lnland- he kovers heeft zulke groote voel horens. In rust hangen ze op den grond. Zij bereiken de respectabele lengte van 7 m.M., zijn gekromd en bruin gekleurd. De alarmkreet die de dieren bij de muist© aanraking laten hooa'en is op- allend. Zij doen dit met vleugels en ach terlijf, terwijl dit op en neer wordt bewogen en het geluid is zoo door dringend, dat wij onze handen direct terug trekken. Dit is eciiter het eenige verdedi gingsmiddel van het weeaiooze dier, ofsohbon heel wat kevers het mot nog minder moeten «tellen. Natuurlijk laten niet alle dieren er zich door afschrikken!, maar zeker ib het dut b.v. een musch, die overdag een rustenden kever ziet, niet veel lust tot aanvallen hoeft te toonen,.of hij wordt onmiddellijk door liet on heilspellend geblaas afgeschrikt. Veel wilder en rootzuchtiger zijn de loopkevers. Doze ontmoeten wij ook vaak Ln den tuin, als zij met de grootst mogelijke snelheid van het een© hoekje naar het andere over steken. De kleur dezer dieren is weinig op vallend. Alleen die van den gouden loopkever, dien wij hier ook nog al eens kunnen aantreffen ls wat leven- dig. Woester moordenaars treffen wij op liet Land ondea- de kevers niet aan en in het water worden zij in moerd en rooflust slechts overtroffen door de bekende iruggezwemmers en de be ruchte geelgoraude. De goedmoedigheid en de welgeda ne vormen van den Juli kever treffen wij bij deze dieren niet aan. Het lichaam is veel scherper van vorm, plat en beter tot den strijd in gericht. Een zestal krachtige pooten dragen het rank elichaam vlug over al heen. Do meest voorkomende is die soort, waarvan de dekschilden naast el kaar staande rijen van kleine etippel- kuiltjcs vartooncna Hebt gij deze die ren ib den tuin, dan doet gij goed als gij ze laat leven, want het zijn flinke bondgonooten m den strijd tegen slakken, wormen en insecten. Deze worden met groote woede door hen vervolgd en verwerkt en tot loon voor zooveel steunniootou do dieren in den regel lfcnnis maken met onze schoenzolen, welke kennismaking na tuurlijk in hun nadeel uitloopt. W ij zijn nog veel te gauw klaar o:u alles wat wij mei kennen en griezelig vinden, te dooden en vooral de loop- j kevers lijden daaronder, daar zij op enkele uitzonderingen na, bijna al tijd op den grond leven. Om een vliegend insect dood te trappen zijn er noodzakelijk drie han delingen noodig: vangen, op den gron dgooieu en verpletteren en moostal blijft dan dit laatste achter wege, omdat het een onzer eigen schappen is dat wij iets, dat met ee nige moeite is verkregen, willen be houden. Mot liet loopend gedierte gaat het in twee tempo's. „Daar loopt een groot beest, grieze lig, pats de zool er op." Óch, stel dat toch eens even uit als gij zoo'n vlug looportje ziet, bekijk het dier eerst eens goed, tien tegen een dat gij zult eindigen met het interes sant te vinden, al let gij alleen maar op de mooie overeenstemming tus- schon lichaamsvorm en levenswijze. De loopkevers hebben sterke kaken, die veel beter ontwikkeld zijn, dan die bij de Julikevers. Een enkele soort leeft vun zaden, maar deze komt bij ons alloon in Limburg voor, dus daarover behoeven wij ons niet ongerust te maken. Alles wat maar leeft op den grond wordt door deze dieren vervolgd. Het liefst gaan zij 's nachts op roof uit, overdag houden ze zich schuil tus sciien steenen, achter het klimop of onder dorre bladeren. De gotiden loop kever houdt echter veel van een zon netje. VLiogen doen ze maar heel weinig en er zijn zelfs soorten, die het vlieg- vernlogen totaal missen. Wel hebben gij zoo'n vlug loopertje ziet,' bekijk t zjj do stevige dekschilden, maar de vhesvleugels zijn of heel klein of in liet geheel niet ontwikkeld. Alleen in het voorjaar vliegen som mige soorten rond. De eitjes komen spoedig uit en do larven die donker der zijn gekleurd dan die dor pkinten- etar9 voeden zich bok reeds met dier lijk voedsel. Meestal loopt de geheele levenscyclus in een jaar af. In hetzelfde jaar dat de larven zijn gebaren, verpoppen ze zich en de ke ver die dan te voorschijn komt over wintert, om in het voorjaar eitjes te leggen. En larve èn volwassen Insect zijn onze bondgonooteii, die meer donk verdienen dan zij in den regel krij gen. Verdeigt gij Mei- of Julikevers dan ls dat te verklaren, maar de veraf schuwde loopkevers verdienen een be tere behandeling. H. PEUSENS. Meisje. Het was zomer. Lichtgroene berken stonden aan den rand van het bosch, aan deu oever van het meer boog liet riet zich fluis terend voorover en de hemel daarbo ven was helder biuuw. Het paleis van den prins lag als het kasteel van Doornroosje aan den rand van het bosch. De muren van het park waren dichtbezet rnet klim op, waartusschen zich ranken van wilde rozen slingerden. Waar de knoppen reeds de eerste lichtrood© bloesems lieten zien, was de ingang van het park, en daar bevond zich het schildwachthuisje, waarin de soldaat, die de wacht had, geleund stond. Hij scheen moe te zijn geworden van het staan en het kijken. Ook bracht wellicht de wind al te bonte en schoone droornen want de Jonge man staarde pcinzendglimlaehend naar de boschwegcn, welk© zich langs het park slingerden. Feestelijk gekleede menschen liepen daar. Hier hand in hand een meisje met haar jongen, daar een heel© familie. Gczung weer klonk, geroep, gelach... <ie heldere lach van de vrijheid en blijheid. De soldaat op wacht hoorde het niet alleen. Achter de muren van het park, daar waar boven het grooto, welver zorgde grasveld de witte vlier bloeide en de gouden regen, stond een lichte figuur. Jong was ze en slank als een den in het witte omhulsel vim kostba ren kant. Trots en nieuwsgierigheid lagen er in haar oogen. De blik tracht te door het dichte bladenverk voorde ijzeren poort te dringen, vond een smal openingetje en zag ten slotte hetzelfde als de soldaatfeestelijk ge kleede menschen, die daar buiten in vrijheid en blijheid leefden Maria Louise had vandaag' in het park een stuk courant gevonden. Zij wist niet of een tuinmansjongen het daar had verloren, dan wel of de wind het er heen gewaaid had. Lang ■dacht zij hierover trouwens ook niet na, toen z© het opraapte. Zij las en zag plaatjes öp dit blad, welke aan de prinses nooit werden getoond, ver halen over den heerlijken zomer, over do wijze, waarop de menschen dan hun Zondagen buiten doorbrengen. Dc geïllustreerde lectuur boeide ..aar. Rij deu lunch in de ridderzaal, waar het koel en donker was, werd Mei wijn geschonken. Zij moest wel te veel er urn gedronken hebben, want haar bloed stroomde alf vloeibaar vuur door do aderen en toen men baar herinnerde aan den afgesproken autotocht met haar ouders en broe ders. zeide zij, dat zij liever met de oude gravin Flox en de tweede hofda me iu het park zou willen wandelen. Gelukki" had de gravin hoofdpijn gekregen van den ongewoncn Mei- wijn Zij verzocht haar vertrekken te mogen houden, en liet alleen juffrouw van Gelderen met de prinses uit gaan, die steeds zoo angstig on .on derdanig was, dat Maria Louise slechts met de oogen behoefde te wenken om alleen te zijn. Alleen terwijl de witte vlier be dwelmend geurde en de menschen aan gene zijde van den muur vreug de in" het leven schepten. Eens een maal te mogen meedoen, vogelvrij, geen prinses te zijn en geen hoflucht in te ademen.... dat zou als in een sprookje wezen Maria Louise zag n&ar haar kostbaar toilet en de schitterende edelgesteenten, welke zij droeg. 7.ii maakte rechtsomkeert, wandelde snel naar het slot en was blij, dat zij geen der kameniers tegen kwam, die anders altijd op dc gangen liepen. Ze was weldra alleen in haar kleedkamer, zocht en vond eindelijk wat ze hebben moest. De witte tennis- blouse. dc blauw© lakenscho rok en bruine laarsjes, dan een eenvondig Engelsch hoedje.... ja, zoo wandelen ook wel die anderen aan gindschen kant van den muur. Meisje wezen, geen prinses.. - mei*, je, als duizenden, milliocneu ande ren Een kwartier daarna liep Maria Louise in den voetvrijen rok door het open parkdeurtj© in het bosch. Wat was dat heerlijk Hi-v en daar zaten hcele families onJer de booruen. Grappig, zij aten uit meegenomen groote zaïiken eieren en boterhammen, kleine kinderen lie pen op hun mollige naakte, beentjes op het mos tapijt. Maria Louise had zich wel willen bukken om de kleinen te pakken, lien in de lucht te heffen en hen dan in het gezicht toe te jui chen kijk mij nu eens aan, Ik ben even vrij als jullie. liet volgend© oogenblik schrok ze. Zij /air midden op den weg ©en paar tje staan, ©en Jongmensen en een meisje. Het meisje zag er waarlijk hij- na precies zoo uit als zij, droeg een zelfde witte blouse en voetvrijen rok De oogen waren gesloten, alsof hot Jonge meisje droomde Maria Louise draaide zich suel om. Zij wandelde denzelfden weg, welken zij gekomen was. Of was het niet de zelfde? Zij stond plotseling voor een meer, omzoomd door berken. Booten voeren over hot water en aan een daarvan was muziek aan boord... Ma- ila Louise had. als ©en kind. de ar men wel willen uitstrekken naar dat tooneel van ontwakende levenslust. Neen, neen, zij was geen prinses een meisje was zij.... ©en meisje Dat lied, wat was het voor een lied, dat over het meer klonk Zij had hel wel eens eerder gehoord. Haar lip pen neurieden het mee en met haar voeten sloeg ze de maat. Bravo, zeide een stem in haar nabijheid. Dut is heel goed Alleen het slot deugd© niet, Het had zóó moe ten 'Zijn.... En iemand achter haar floot het wijsje, floot, zooals zij nog nimmer in haar leven had hooren fluiten. Zij wendde zich om en keek den vreemdeling aan Hij was jong en rijzig, had eon bruin gelaat en een kort geknipt snorretje, droeg een eenvoudig blauw tricot eu een witte liet. Loop weg, dacht Maria Louise, toen ze zijn oogen zag. Zoo mag geen man je aanzien, zoo heeft nog nooit een man je aangezien. Maar het is slechts een man, geen prins, dacht ze hij zich zelf. En Je wou immers meis je wezen.... Zij liep niet weg en zei Wal fluit u prachtig I Hij lachte. ik ben kunstfluiter in een panop ticum geweest Panopticum Wat was dat Noou van gehoord. Hij lachto nog meer toen hij haar aankeek. Wees maar niet bang. juffrouw, kunstfluiter is lang niet zoo erg als leeuwentemmer of slaugenmensch. Blijft u maar gerust hier. Kijk, daar ginder zijn booten te huur. Zullen we ecu klein tochtje maken Ten minste als u kunt sturen... Zij stemde knikkend toe. Tijdens 't laatste bezoek bij haar oom den her tog had zij vaak aan het roer gezeten, toen zij met de prinsen op het meer roeide. Maar die droegen nog korte broeken en hadden matrozenhoeden op en dan wus er altijd een vervelen de huisonderwijzer of een zeurende hofdame dij geweest... Toen zij hij hel water kwamen, wendde hij zich tut haar - Val niet, zei- de hij, daar ligt een anker in liet zand. En voorzichtig zijn bij het in stappen.... hoppla.... Met één sprong stond zij' naast hem en vol be wondering koek hij haar aan. Zij was gaan zitten en wondde het hoofd terzij zoodat hij haar oogen niet. kon zien. Hij roeide goed De boot gleed als een pijl over hel stille water. - Bent u bang voor mo vroeg hij Ben korte pauze. Waarom Omdat u voortdurend den ande ren kant uitkijkt. Wie er zoo uit ziet ala u. behoert dat. niet te doen. Ik ben nooit bang voor men schen, zeide zij. Alleen voor een zaamheid en dwang, maar hier Is vrij heid. ZoiQer is het, zeide hij zachtjes. Licht in het leven van den dag. Is uw dagelijbsch loven moeilijk? Zij knikte. Iu ecu zaak Zij knikte weer. Het was immers hetzelfde, wat hij van haar dacht. Waar hebt u dan zoo uitstekend sturen geleerd U lijkt wel een er varen zeerot. Zij schrok niet eens van zijn driest -ptreden. liet kwam er immers van daag weinig op aan. O, zoo 's Zondags met mijn broers.' dio allen lid zijn van da rocl- vereeniging. Kijk.... daar is reeds do oever. Haar blik dwaalde naar het donke re bosch, waarboven torens van wit ten zandsteen met bronzen koepels uit staken. Ja, zcido hij onverschillig, datis een paleis van een prins of zoo iets. Zog, kleintje, beu jij blij, dat jij geen prinses bent. Ik weol het niet. Ik wel een prinses, die ziet er geheet anders uit dan jij, spreek; ou ders, beweegt zich anders. Ik ben blij, dat jij er geen bent.... Maria Louise stuurde met een snel len ruk de boot naar den valkant. Jij had dio vreemdeling tegen haar gezegd het werd dus tijd, dat er ©en "eind aan hot tochtje kwam. Zij begon te beven, werd angstig -— was zij niet reeds niet te ver gegaan niet haar vrijheidsgrief - Nu vroeg hij. Gij hebt er genoeg. Zijt ge boos op me? Zij schudde het hoofd. Dat niet, maar ik moet naar huis. Wat u daar van een prinses heeft gezeerd is echter niet, waar. Ik ben wel eens aan liet hof geweest... Een heldere lach weerklonk. Op een boerenhof zeker. Zijn spot wond haar op. Zij begon bijna te schreien. Wat was het toch Zoo zenuwachtig was zij bi haar hee- le leven nog nooit geweest. Zooals u wilt. Mijn grootvader was nnders tuinman op een kasteel en in de vacantie heb ik weleer,s bij hem gelogeerd en toen genoeg prin sen en prinsessen gezien, Maar dat zijn ook maar menschen van vleesch en bloed, Natuurlijk, zeide hij ironisch, van was zeker niet Anders waren zij immers in een panopticum en niet in een kasteel I Maar kom, beschrijf u ze ©ens. Hoe ziet bijvoorbeeld cec prins er wel uit Zij keek hem in zijn mooi bruin ge laat, hoorde zijn gulle lach en sloeg de oogen neer voor zijn blik. Een prins, dat is heel iets an ders dan u, spreekt anders, beweegt zicli anders, kleedt zich anders, heel inders.... toen stokte zij. D© bcot, die z© naar den oever had gestuurd, was tegen do landingsbrug gestoo- ten. Haltriep hij, toon zij dadelijk ip sprong en wilde wegloopen. Zo© zijn we niet getrouwd. Wacht eerst eens, totdat ik den man betaald heb. Zoo.... en nu gaan we samen. Zij schudde angstig het hoofd. Neen toch. Ja toch. Hij liep, alsof dat van zelf sprak, naast haar. Wees toch het verstandige meis je, waarvoor ik je houd. D© dag is nog zoo lang en de zon staat nog zoo hoog Nu weende zij werkelijk. Ik mag niet. ik wil niet... men wacht thuis op mij. Hij luisterde niet naar haar Aan den eenzamen boschweg, wel. ke naar het paleis leidde, bloeiden blauwe bloemen. Hij plukte een tuil tje en overhandigde dit Maria Louise. Wees nu niet dom, meisje, fluis terde hij. Zij wist niet wat er gebeurde, be gon plotseling heftig te weenen. Hij liep een paar passen achteruit. Ik heb u niets willen doen, zeid© hij lachend on nog nooit een nieisj© gedwongen lief voor mij te ziin. Als u wilt gaan, als 't u belieft... de weg is vrij. Hij boog ©ventjes en nam zijn pet af. Maria Louise vond het aangenaam, dat hij haar als ©en dame behandel de, Zij stak hem verlogen de hand to© en zeide Vergeet ine even snel als u mi) hebt loeren kennen. Denk slechts, dat het een stukje zomer-geluk was, wat ik zocht en anders niets En anders niet, fluisterde hij haar na. llij bleef nog even staan, zag hoe z© snel den weg afliep, schudde tiet hoofd en liep in tegengesteld© richting weg. Maria Louise sliep dien nacht niet Bij het ontklceden had de kamenier een paar verwelkte mat-blauwe bloe men van het tapijt opgeraapt, die d© prinses had laten vallen. Maria Loui se had ze woest uit haar handen ge rukt op een wijze, welke haar onder geschikten anders niet van haar ge- end waren. De kamenier haalde de schouders op, toen zij zich verwijderde. Den volgenden dag zou prms Max in het paleis komen, de jonge prins, van wien werd gefluisterd, dat hij zich een bruid ging zceken. 'sMiddags was er receptie op het kasteel. Op het kiezel rolden equipages en auto's, dc parterre-vertrekken waren in een bloemenzee veranderd. De met goud doorweven sleep ruisebte achter haar aan en de moe der, die rechts van haar schreed, st reelde rnet den waaier over het mat te jonge gelaat Kijk toch niet zoo strak, kind, Je weet, prins Max.... Ik weet het, zeide Maria Louise gehoorzaam, maar huiverend. Zij had maar één gelaat voor oogen. Ge bruind en jong, lachend en vroolijk.. En toen begon de ontvangst. Er werd gegroet en gebogen, voorgesteld en gebabbeld- Op het laatste oogenblik kwam er „nog een auto. Men hoorde het getoe ter en wist wie er kwam. Maria Loui se wankelde onwillekeurig. Zij wist ook, wat dat te betookonen had. Zij had prins Max nooit gezien. Hij was pas terug van een wereldreis. Maar zijn bezoek was sinds lang aangekon digd en men had over hem gespreken als over een toekomstig gemaal, had haar echter nimmer gevraagd, of zij hot ook seed vond. Zij luisterde naar d© haastige schreden op het parket. Zijne Hoogheid prins Max, Loui se, zeide haar vader. Zij keek op en zou gevallen zijn, als haar vader haar niet had ge steund. De gasten werden zenuwachtig, do moeder schrok, de hofdames ijlden toe. Het is niets, zeid© Maria Louise hijgend, de hitte in de zaal, pur- don Vóór haar boog de jonge, slank© prins met het gebruinde gelaat en do goedzittend© uniform, diep. Ben je 't of ben je 't niet, vroe gen zijn oogen. Heb jij gisteren mis schien ook voor een kort oogenblik]© measch willen zijn, op dezen heerlij ken Mei-dag slechts meisje willen we zen, zooals ik jonge man.... Maria Louise lachte. Zij stak hem de hand toe. Meisje, zeide zijn oogen. terwijl zijn lippen vol eerbied de hand dor prinses kusten. Bn naast elkaar en voor elkaar be stemd wandelden zo naar de eetzaal. (P. Nbr. CD

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 11