NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
28e Jaargang. No. 8347
Verschijnt dagelijks3 behalve op Zon- en Feestdagen.
VRIJDAG 9 SEPTEMBER 1910 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENT IËN:
,,nnr PER DR,E MAANDEN: Van 1—5 resels 50 cts-; iedere reêel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
voor naariem f luu -4a;y--L/TijC? Haarlem van 1—5 regels/l.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per reee
Voor de dorpen m den omtrek waar een Agent gevestigd is (kont der Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
gemeente) Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing*
Franco per post door Mederland.-1.65 m Mi) JVfN 50 Cts. voor 3 plaatsingfn k contant. B v P S'
Afzonderlijke nummers0.02 H V RSTfc) /«TM V'
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37M Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53.
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Costër. Directeur J. C. PEEREBOOM.Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA~~~
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
OM ONS HEEN
No. 1202.
Tentoonstelling van het
Groene Kruis.
IL
Bij het doorwandelen van dc zalen
komt de vraag onwillekeurig bij den
toeschouwer op, welke soort van be
zoekers or verwacht worden. Docto
ren, hygiënisten, verpleegsters (ik zag
er een paar) zullen in allerlei trans
portmiddelen en hygiënische artike
len van verschillenden aard hun ga
ding vinden, maar verschillende af-
deelingen, die voor tuberculose, kwak
zalverij en drankbestrijding bijvoor
beeld, zijn van zuiver populaire strek
king. En nu is er, tot mijn verwonde
ring, niets gedaan om ook den minder
bemiddelde gelegenheid tot toegang te
geven. Dc laagste entreeprijs is een
kwartje, dat wil dus zeggen vijftig
cents voor den werkman, «lie zijn
vrouw meebrengt, (want de vroüw ls
nummer écn in huis, als het hygiëni
sche maatrogelen betreft) en dat is
veel te duur. Kostelooze toegaug op
verschillende dagen, vooral op den
Zondag, en als men dat niet wil uit
vrees voor ongewenschte elementen,
een entreeprijs van een stuiver per
persoon, zou allicht succes hebben 1
Nu zal de onbemiddelde buiten de
deur blijven.
Ik vind dat daarom zoo jammer,
omdat ik het denkbeeld zou willen op
peren, van deze tentoonstelling, ont
daan van plaatselijke inzendingen
zooals bijvoorbeeld het pracht-slaap-
kamer-ameublcment van een Utrecht-
8che firma, dat er niet behoort, een
soort reizende expositie te maken,
waarven dus ook andere sleden zou
den kunnen profiteeren. Uit den aard
van de zaak toch zal het bezoek van
de tentoonstelling te Utrecht zich tot
de inwoners van die stad en haar om
geving, hoogstens van de provincie,
bepalen.
Als van dit rondreizen dor tentoon
stelling iets zou kunnen komen, bren
gen we het misschien ook nog zoover,
dat er een index komt op den catalo
gus, nu is het daarin wanhopig zoe
ken.
Wat ik in mijn eerste artikel het
slagveld noemde is een verzameling
wassen beelden, voorstellende hoe
men verongelukten verwaarloozen en
hoe men hen daarentegen door gepas
te eerste hulp kan trachten te redden.
Als verwerkelijking van het eerste
dienen o. a. een paar kerels, die met
de vraag „wat moeten we nou be
ginnen duidelijk op de suffe gezich
ten geschreven, een man, die een on
geluk gekregen heeft, zoodat liet been
hem door de knie heensteckt, laten
liggen. Als beeld van nuttige hulp
fungeert een jong mensch, die bezig
is bij een paarsblauwen drenkeling de
levensgeesten weer op te wekken.
Dit is van de afdeeling Redding
wezen wel het meest prikkelende,
maar niet het belangrijkste. Het is
inderdaad merkwaardig, te zien hoe
op allerlei manier, door geïmprovi
seerde draagbaren, verbandkisten,
zuurstofapparaten en zoo m'eer, hulp
geboden kan worden aan medemen-
schen, die een ongeluk hebben gekre
gen of zichzelf toegebracht.. Bij 't be
kijken van wat hierin te zien is ver
geet de bezoeker haast, te vragen wat
ter wereld in de afdeelïng een snel-
blusscher te maken heeft.
Misschien heeft het ding een symbo-
lieke beteekenis, want er zijn meer
inzenders, die branden willen blus-
schen, de geheel onthouders-vereoni-
ging van Nederlandsche artsen bij
voorbeeld, zij het dan ook een inwen-
digen brand. In een uitvoerige verza
meling tabellen en vergelijkende op
gaven tracht deze vereeniging de na-
deelen van het alcoholgebruik aan te
toonen. Met den Volksbond, de Neder
landsche vereeniging tot afschaffing,
Rnkrateia, Sobrietas en den Alg. Ne-
derl. Onthoudersbond heeft deze art-
sen-vereeniging een plaatsje gekregen
op het podium van de eerezaal, een
bewijs van de waarde, die en te
recht aan deze betooging wordt ge
hecht. De verzameling van de artsen
is dan ook populair bij uitnemend
heid er worden o. a. brooden ver
toond, in verschillende grootten, aan
gevende hoeveel brood te verkrijgen
is voor den prijs van een borrel, een
maatje jenever, een flesch bier, een
flesch wijn. vergelijkingen zijn er van
de voedingswaarde van verschillende
zaken, een antwoord op de lang niet
gemakkelijke vraag „wat kan men
drinken in de plaats van alcoholhou
dende dranken en zoo meer.
Maar treffender nog is de afdeeling
van de kwakzalverij, die trouwens ook
gedeeltelijk met drankmisbruik ver
band houdt Wacht u voor den kwak
zalver staat er met groote letters te
lezen. En dan volgt ouder anderen
een opgaaf van de samenstelling van
verschillonde middelen, die worden
aangeprezen om menschen van hun
drankzucht af te helpen. „Anticola is
pepermuntwater, kost f 6.per
flesch", zoo lezen we, Retzlaf bestaat
uit gentiaan, kost f 5A0, ja zelfs van
het quasi vermaarde middel der we
duwe Abbring vernemen we, dat het
plantenpoeder is, waarschijnlijk
gentiaan. Om die geheimzinnigheid
kest het zeker vijf en twintig gulden I
En als apotheose van deze vertooning
wordt ons voorgehouden, dat drank
zucht niet door het innemen van mid
deltjes kan bestreden worden, maar
alleen door geheel-onthouding.
Wel mag de Vereeniging tegen do
Kwakzalverij wijzen op de spreuk, die
aan den wand geschilderd is
Gesontheyt edel dingh, van u is 't
dat wij schrijven,
Opdat uw soete lucht bij ons sou
mogen blijven.
Die „soete lucht" is wat onsmake
lijk, maar de bedoeling is goed. In 25
jaar hoeft de vereeniging niet minder
dan 466 middelen onderzocht en geeft
van verschillende de samenstelling op.
En om den Nederlander, die ziek is,
of zich verbeeldt dat te wezen, te tref
fen in zijn dierbaarst lichaamsdeel, de
portemonnaie, geeft de vereeniging
op cartons een heele verzameling ad
vertentiën, met de namen van de bla
den er bij, die in één .maand in die
couranten hebben gestaan.
Een geduchte verzameling 1 Zal het
pakkende opschrift„Wat de zieke
Nederlander den kwakzalver in een
maand voor reclame betaaltden
liefhebber van zulke middeltjes tot
andere, betere gedachten brengen
De mensch is nog altijd zoo, dat hij
over een werkvrouw, dio zijn huis
komt schoonmaken, informaties
vraagt en vlotweg vertrouwen schenkt
aan den eerste, die hom voorstelt zijn
veel kostbaarder, veel teerder lichaam
te genezen
Ik heb eens aan een kennis ge
vraagd „mag ik je schoenen lappen,
als ze kapot zijn?"
Hij keek doodverhaasd en zei toen
„dank je wel, jij verstaat toch het
schoenlappen niet
„Ileelemaal niet", zei ik. „maar me
dacht, dat je dat licht eerder kon wa
gen, dan je gezondheid aan een ge
wezen schoenlapper toe te vertrou
wen."
Dat had hij namelijk pas gedaan.
Toch ging, meende hij, de vergelijking
niet op. waarom niet vergat hij te zeg-,
gen, zoodat ik het argument nog niet
heb kunnen begrijpen.
Maar de vereeniging tegen do kwak
zalverij loopt in haar vaart het doel
wel eens voorbij. Ze slijt op de ten
toonstelling voor een cent wel een
bcotjo krenterig een prent, waarop
de geschiedenis staat afgebeeld van
Jan Kwak, versierd met dichtregelen
van laat lk zeggen populair gehalte.
Jan Kwak heeft op school niet willen
deugen, is uit den dienst wegge
jaagd, heeft vervolgens gestolen, is
voor boterknoeierij in de gevangenis
gekomen en wordt ten slotte rijk door
kwakzalversmiddelen. Moet hieruit
nu worden afgeleid, dat alle kwakzal
vers op school niet gedeugd, in dienst
valsch gespeeld, een koffer gekaapt
en in de doos gezeten hebben? Kom
aan I Wie te veel bewijzen wil
Voor zoodanige overdrijving is ook
al een spreuk in de zaal geschilderd -.
MisbruycR verkeert het soetste soet.
In walchclik en bitter roet.
Ergens in een hoek van de kleine
zaal heb ik zoo waarlijk nog een
staartje van huis-industrie gevonden.
Natuurlijk ter afschrikking 1 't Was
een Jcamortje. waarin het wasschen
van lijfgoed, inet de hand als ik het
zoo noemen mag, werd uitgeoefend,
midden in 't gezin, onhygiënisch dug.
Daartegenover stond, als de hygiëni
sche deugd, een inzending van den
Bond ter bevordering der waschin-
dustrie in Nederland, die natuurlijk
alles machinaal*doet. wasschen, wina-
droog maken en zoo meer.
Een heer, die daar blijkbaar mee te
maken had, bood mij inlichtingen
aan. „Jammer, dat de machines
's avonds niet in werking zijn", meen
de hij te moeten opmerken.
Jawel, dacht ik, machinerie staat
stil. entreeprijs is verdubbeld. Logica
der hygiëne
Toen sprak hij van de voordeelen
der machinale wasscherij, die vele
menscheu Diet inzien, omdat ze zeg-
;en, dat hun goed er zooveel meer
achteruit gaat, dan bij de wasch-
vrouw.
„Dat moet toch ook wel zoo wezen",
bracht ik in 't midden, versch onder
de herinnering van een huishoudelijk
gesprek.
„Dan ligt het", zei hij, „aan do be
handeling of aan dé stoffen, die ge
bruikt worden, maar zeker niet aan
de machines."
En deze uitspraak van iemand die
het weten kan, bied ik nu als pruc-
tisch resultaat van mijn bezoek, den
Haarlemschen huismoeders aan als
steun in haar eeuwigen strijd tegen
den bleèker.
Wat je op deze tentoonstelling bijna
niet ziet, dat zijn geneesmiddelen. I-Iet
Groene Kruis wil vooral ziekten voor
komen, een beginsel, dat beschamend
werken moet op de menschen ze
zijn er die den dokter vooral het
najagen van stoffelijke bedoelingen
toeschrijven.
Het tegendeel is waar. En de
Utrechtsche tentoonstelling, uitvlooi-
'an een vereeniging waarin tal vau
dokters arbeiden, georganiseerd door
een Comité, waarin zes artsen zitting
hebben, die tentoonstelling is een be
wijs van hun onbaatzuchtigheid. De
hygiëne voorkomt ziekten, krimpt dus
het aantal zieken in en benadeelt het
stoffelijk welvaren van den arts. Hij
weet dat natuurlijk, toch laat hij in
het tentoonstellingsgebouw de volgen
de gulden woorden schilderen
De beste dokters, ver in 't rond,
Die nooit betrapt zijn op een flater,
Zijn, in collegiaal verbond.
Dieet, beweging, lucht en water.
J. C. P.
Buitenlandsch Overzicht
"t Is nog altijd ln den komkommer
tijd althans wat de internationale
politiek betreft. Waarover zullen de
redacteurs der groote politieke cou
ranten schrijven Nu er niets bijzon
ders is, nioet er maar wat gezocht
worden
Een der bekende melkkoetjes voor
zulke in het nauw-zittende politiekers
is het gele gevaar. Dit bedenkt ook
de „Tagliche Rundschau", welk
Duitsch blad een artikel wijdt aan
JAPAN EN NEDERL.-INDIë.
De schrijver, Budi Utama, dio al3
specialiteit meermalen over Indische
aangelegenheden schrijft, haalt een
artikel van het Bata\iansch Nieuws
blad aan als bewijs voor liet gevaar,
dat do Nederlandsche koloniën van
Japan uit bedreigt
IIij besluit aldus
Zoo uit zich de N'edorlniidsch-Indi-
sche pers. Ik geloof daaraan te kun
nen toevoegen Zou het don ook voor
de groote Europecsche mogendheden
geen tijd worden, wat meer hunne
oogen ie richten naar die, door de
natuur zoo rijk gezegende, eilanden
"n het Verre Oosten Daar zal een
wak Europeesch volk. dat het inder
daad aan het noodige initiatief ont
breekt, om het groote Maleische eilan
denrijk tot hooger ontwikkeling te
brengen, misschien eerder dan men
denkt voor den aandrang van het
gele ras moeten wijken en daardoor
zou dan het gele gevaar een heel stuk
dichter bij Europa komen.
Tot zoover deze beweerde Indische
specialiteit. Wat zou hij eigenlijk be
doelen Zijn schrijven is tweeledig
•oip te vatten le. dat het noodig is,
dat de sterkere Europecsche mogend
heden Nederland in den strijd iegen
het gele ras zullen steunen 2e. dat
het beter is. dot. deze mogendheden
Nederlandsch-Indië inpalmen, want
anders zou Japan het toch doen.
We gelooven, dat m'nheer Utama
de zaak voor Nederland te zwart in
ziet. Voorloopïg is hel gevaar niet zoo
dreigen en we hopen, dat we de
hulp of tussrhenkonist der groote mo
gendheden in 't geheel niét noodig
zullen hebben
Toch kan men niet onverschillig
blijven voor de moderniseering en
machtsuitbreiding van Japan, getui
ge nu pas weer de annexatie van Ko
rea.
ONGERUSTHEID IN CHINA
gekomen. De Chineeschc pers wijs*,
op hei gevaar, dat het llcinelsche ruk
bedreigt, indien de regeering zich niet
opmaakt om de noodige hervormin
gen in te voeren, door de meest ener
gieke mannen in den staat aan het
bewind te roepen.
De verwijzing daarbij naar Japan
als de zijde, vanwaar het gevaar het
meest te dichten is, heeft den Japan-
scher- gezant te Peking aanleiding
gegeven, om bij de Chineesche regc-e-
ring verzet aan te teekenen tegen de
houding der pers.
Men ziet hierin een poging van Ja
pan, om den prins-regent te in timi
deeren, en daardoor te voorkomen,
dat Yoean Sji Kai weder aan het be
wind wordt geroepen.
In den tijd van nieuws-schaarschte
komt er natuurlijk ook een verhaal
over
EEN AANSLAG OP DEN TSAAR
VAN RUSLAND,
natuurlijk een mislukten aanslag.
De Tsaar is met familie ilians te
Eriedberg, naar het heet om gezond
heidsredenen. Nu wordt van daar ge
meld, dat twee mannen in de uniform
van officieren vau liet 88ste regiment
het kasteel, waar de Tsaar verblijf
houdt, hebben trachten binnen ie
dringen. Zij waren de wacht aan de
poort al voorbij, maar aan de deur
van het kasteel lieten de schildwach
ten hen niet door, omdat zij geen pas
konden vertonnen. De twee geheim
zinnige bezoekers gingen daarna, zon
der dat men hen herkend had, terug.
Het merkwaardige van de zaak is,
dat het 88ste regiment op manoeuvre
is en er dus geene officieren van dat
regiment in Friedberg konden zijn.
Te Friedberg zijn uitgebreide
maatregelen genomen voor de veilig
heid van den Tsaar.
De twee bekende po!:! -spionnen
Onze Lachhoek
VERKLAARBAAR.
Het verwondert mij, waarom
drievierde van de machineschrijvers
vrouwen zijn.
Dat is toch heel begrijpelijk, om
dat dit de eenige vrouwen zijn, die
zich door mannen de les laten lezen
MENSCH EN GASMETER.
Twee vrienden ontmoetten elkaar
na lange afwezigheid. De een had een
uurrood gezicht. De ander zei
„Zeg «eens, Jan, ik geloof, dat
j'j
Maar Jan, hem in de rede vallende,
verzekerde «lat hij maar één glaasje
bier daags dronk.
„Dan is je gezicht", zei de ander,
.precies als mijn gasmeter, die meer
aanwijst, dan hij gebruikt."
EEN GETUIGSCHRIFT.
Een dienstbode kreeg het volgende
getuigschrift mee „Hierbij vorklaar
ik, dat houder dezes op elf maanden
na een jaar in mijn dienst Ls ge
weest. Gedurende dien tijd vond ik
haar vlug bij de deur. matig in haar
werk, snel met uitvluchten, vriende
lijk tegenover jongelui, getrouw aan
haar vrijers en eerlijk, wanneer alles
achter slot was."
Azof en Harting-Landesen zouden,
volgens een gerucht, onder een ande
ren naam daar zijn, om mede voor de
persoonlijke veiligheid van Z. M. te
waken.
DE KRETENSER QUAESTIE
blijft zich hardnekkig handhaven.
We hebben in het vorig Overzicht
reeds opgemerkt, dat Turkije niet
tevreden is over het antwoord der be
schermende mogendheden op de
Turksche nota. De mogendheden ver
klaarden, zooals men weet, in dat
antwoord, dat Griekenland's houding
steeds correct is geweest. Verder
schreven ze, dat er, wat de verkiezing
der Kretensers voor de Grieksche Na
tionale Vergadering betreft, voor de
mogendheden weinig anders te doen
viel dan de gekozen Kretenseis, die
tevens Grieksche onderdanen zijn, te
verzoeken hun functies op Kreta neer
te loggen, terwijl de Kretensers, die
geen Grieksche onderdanen zijn, hun
mandaten zouden moeten weigeren.
Met een dergelijke regeling nu kan
Turkije het niet vinden. Hei kan er
niet dc billijkheid van ontkennon,
maar vindt, dat oj) die maiuei een
gevaarlijk precedent zuu zijn gescha
pen, voor verdere verkiezing van
Kretensers tot lid van een vertegen
woordigend lichaam ill Griekenlund.
Met het Grieksche onderdaauschap
kim zoo gemakkelijk de hand gelicht
worden. Als men nu de verkiezingen
van eenige Kretensers tol lui der
Grieksche nationale vergadering
goedkeurt op grond van hun Grieksch
onderdaanschap, welken waarborg
heeft men dan, dat er niet eensklaps
op Kreta tal van Grieksche onderda
nen zullen verrijzen Griekenland
krijgt op die manier een prachtige
kans, om zijn invloed op Kreta uit te
breiden en Turkije wil de grenslijn
juist zoo scherp mogelijk stellen. Kre
ta hoort bij Turkije en Kretensers be-
hooren zich Ottomanen te voelen, en
goon Grieken. Tegelijkertijd Kreten-
ser en Griek te zijn, is volgens het
standpunt der Turksche autoriteiten
feilelijk iets onbestaanbaars.
Geheel ongelijk kan men de Turken
niet geven. Uit de ge heele geschiede
nis blijkt weer, <lat de Turksche di
plomaten slimme vogels zijn, die zich
FEUILLETON
MT O 3E®.
Naar het Engelsch
door
CHARLES GARVICE.
71)
En waarom ter wereld, vroeg
hij zichzelf ongeduldig af, zou hij bij
dit tooneel van \roolijke schittering
aaa dien jongen Cyryl moeten deuken?
Hij zuchtte ongeduldig, besloot het
verleden van zich af te zetten en het
genoegen vau het oogenblik aan te
grijpen. Zi, hadden een tocrljo door de
zaal gemaakt. Eliot hield in cn ging
een oogenblik ter zijde staan.
U verdient een beter danseur, zei
bij rmuir ik ben het dansen niet ge
woon. Ik heb in langen tijd niet ge
danst. Hierbij dacht hij aan de een
voudige danspartijen, waaraan hij zoo
nu en dan in Australië had deelgeno
men.
Ik hoop, dat u er niet al te warm
of vermoeid van is geworden.
Nora was verplicht te spreken,
maar haar „Neen" was nauwelijks
hoorbaar, en Ellot moest zich voor
over bulgen om het te verstaan. Zij
wandelden verder cn Nora kon nu
weer op adem komen, ofschoon haar
hart nog steeds heftig klopte. Zij pas
seerden ten iweedenmale de rij van
oudere dames op de sofa's en juffrouw
Deborah keek op, glimlachte en knik
te voldaan tegen Nora.
Is die dame uw moeder vroeg
Eliot.
Neen, antwoordde Nora.
Eliot glimlachte.
Ik vraag u excuus, zei hij. Ik-
vergat voor 't oogenblik, dat u gemas
kerd en incognito is. en dat het slech
te vormen verraadt om vragen te
doen ten minste dat komt mij zoo
voor, want dit is het eerste gemasker
de bal, waaraan ik deelneem. U is ze
ker met alle regols goed op de hoogte?
Neen, zei Nora, dat is mijn eerste
bal.
Zij had nu wat duidelijker gespro
ken, cn zij begreep uit den plotselin-
gen druk van zijn hand, dat haar
stem hem had getroffen. Plotseling
keek hij aandachtiger op haar neer,
en hield zijn adem in, alsof hij geen
letter van hetgeen zij zeide, wilde ver
liepen.
Och neen, dat meent u toch niet
zei hij vol verbazing. U danst uitste
kend ten minste, dat schijnt mij zoo
tuoik ben natuurlijk niet de ware
beoordeelaar. En is dit dus uw eerste
bal Ik hoop. dat u er van geniet
Ja, zei Nora. U ook
Hij lachte kortaf, de lach. dien zij
zoo goed kende.
Dat weet ik niet zeker, antwoord
de hij. Ten minste een poosje geleden
wist ik het niet en vroeg ik mij af.
waarom ik hier was gekomen. Derge
lijke dingen liggen gewoonlijk niet in
mijn lijn. Maar nu geniet ik er wel
van.
Wat ligt dan wei in uw lijn
vroeg Nora met.de vrijmoedigheid,
die haar nooit zou verlaten.
Eliot lachte weer.
Wel, ik geloof werken, zei hij.
Mijn verblijf hier is maar zeer tijde
lijk. Ik wacht in Londen totdat ik
mijn zaken af kan doen.
Waar gaat u heen, als zij zijn af-
geloopen vroeg Nora.
Hij keek haar aan met een glim
lach over haar vrouwelijke nieuws
gierigheid.
Dat weet ik uiet, zei hij. Bui
tenlandsch. misschien wel naar
Australië. U veronderstelt zeker, dat
u het recht heeft mij vragen te doen,
omdat ik "een masker draag. Dat be
hoort eigenlijk niet zoo, is 't wel Ik
moet zorgen, dat ik een inkomen
krijg.
Zeker, dat moet u, stemde Nora
toe. Ik ben eigenlijk ook uit mijn
sfeer. Voor mij is het leven ook wer
ken. Ik ben de gezelschapsjuffrouw
van de oude dame, die zoo straks le-
gcu mij knikte en glimlachte.
Zij schijnt een vriendelijke, oude
dame te ziin, zei Eliot.
Dat is zij ook, zei Nora, met een
warmen toon in haar stem. U kent
Sir Joseph natuurlijk, anders zou u
niet hier zijn
O, ja. Ik ken hem, zei Eliot,
maar mijn aanwezigheid hier geeft
daarvan nog niet het bewijs er zijn
hier honderden menschen, dio hem
alleen maar bij naam kennen.
Hij is een heel groot man, die
Sir Joseph? fluisterde Nora.
O ja, ik geloof het wel, stemue
Eliot toe. Ilij is een der groote won
deren op de aarde, en staal op het
punt een nog veel grooter te worden,
geloof ik. kent hem, natuurlijk
Een beetje, zei Nora, maar ik
ben hier alleen als gezelschapsjuf
frouw van mijn meesteres.
Er volgde een oogenblik van stilte,
toen zei Eliot ernstig
Ik vraag mij af of u mij uw naam
zou zeggen als ik u met den mijnen
bekend maak Mijn naam is Eliot
Graham.
En mijn naam is Nacht, zei
Nora.
Hij had met een vreemden angst op
haar antwoord gewacht, en lachte nu
kort met iets als teleurstelling in zijn
stem.
Ik besrijp niet, waarom u mij uw
naam niet wil zeggen, zei hij maar
natuurlijk, ik mag u daartoe niet
trachten over te halen. Wil u een
glas wijn of een portie ijs. Nacht
Eeti portie ijs. alstublieft, zei
Nora.
Zij gingen naar het buffet. Eliot
haalde een portie ijs voor haar en een
glas champagne voor zichzelf. Terwijl
Nora langzaam haar ijs opat, stond
Eliot tegen de tafel geleund en keek
peinzend op haar neer. De gewaar
wording, dat hij haar meer gezien,
haar stem meer gehoord had, was
heel sterk in hein wakker geworden
maar zij hield haar hoofd" voorover
gebogen en hij kon niets van haar ge
laat zien en ofschoon hij zich ieder
een trachtte te herinneren, die hij den
laafsten tijd in Londen ontmoet had,
kon hij haar niet herkennen of zich
herinneren.
Langzaam at zij haar ijs op, treu
zelde er mee. omdat zij de kostbare
oogenblikken van zijn gezelschap wil
de rekken. Te weten, dat hij naast
haar stond, was een genoegen, te
groot, om ouder woordcu te brengen.
De muziek van het beroemde orkest
kwam naar hen toe, vermengd met
het lachen, het licht en vroolijke go-
babbel van 'dc schitterende menigte.
Het was als een droom voor Nora,
een droom, waaruil zij wist spoedig
te moeten ontwaken om te scheiden
van den man, dien zij beminde met
een gevoel, dat haar deed beven en
bijna beangstigde. Plotseling ginger
een dame voorbij aan den arm van
een heer, en onder het voorbij gaan
likte zij Eliot op den arm.
HOOFDSTUK XXXIII.
Een ontdekking.
Vergeet niet, dat wij den volgen
den dans samen hebben, zei ze op
zuchten, bijna liefkoozenden toon.
Eliot keek op en knikte.
Dat is Miss Florence Hartley, zei
Nora.
Eliot keek nieuwsgierig op haar
neer.
Kent u haar zei hij.
lk heb haar meer gezien, zei
Nora.
Dan moet u scherpe oogen heb
ben, merkie Eliot op.
Ik kan een dame met een mas
ker aan nauwelijks herkennen.
Is zij een vriendin van u, een
groote vriendin zei Nora op zuchten
toon.
Eliot maakte een ongeduldigo bewe
ging. Zij is zeker een vriendin, zei hij.
Zij is heel vriendelijk tegen mij ge
weest. Zooals ik u al vertelde, ligt
dit alles heelemaal niet in mijn hjn.
Ik ben een nieuweling in Londen
zoo groen, eu Miss Bartlev....
Hij zweeg eu keek in zijn leeg glas.
Zij is heel mooi, zei Nora.
O, ja, stemde Eliot toe. Zij staat
bekend als een van dc mooiste vrou
wen in Londen.
fWordt varvolffdi.