DERDE BLAD,
ie Erfgenaam van Vering
ZATERDAG 17 DECEMBER 1910
LclitéiSSlf&Sii tlsch Overzicht
CARNEGIE EN DE WERELD
VREDE.
Zooals we reeds meiddon, heeft An
drew Carnegie aan een Board of
'['ruslees, samengesteld uit Ameri-
kaansche staatslieden, onder voorzit
terschap van mr. Elihu Root en on
der oere-voorzitterschup van presi
dent 'laft, een bedrag van tien mil-
lioen dollars geschonken, waarvan
de rente zal moeten dienen ter be
vordering van den wereldvrede en do
afschuifing van don oorlog.
Carnegie laat liet gohccl en al aan
de commissie Over, hoe zij mot haar
jaarlijksoh inkomen het gestelde doel
wil l ereiken.
De stichting is eeuwigdurend, en
als liet doel eenmaal is bereikt, zai
de rente van het fonds mes ten die
nen, om andere kwalen, waaraan do
menschheid lijdt, te bestrijden.
Jn de acto van schenking zegt Car
negie
Hoewel we niet langer onze mede-
menschen opeten, noch onze gevange
nen pijnigen, nocli steden plunderen
en haar inwoners vermoorden, doo-
den we elkander nog in den oorlog,
als barbaren. Alleen wilde beesten
kunnen in deze twintigste eeuw van
den Christelijken tijd, voor zoo iets
verontschuldigd worden, want de
misdaad van een oorlog is duidelijk,
daar hij niet beslist ten gunste vau de
rechtvaardigen, maar der sterksten.
De natie, die arbitrage weigert, is
misdadig.
Dan herinnert Carnegie aan de
motie, in 1890 door beide Huizen van
liet Amerikaansche Congres aangeno
men, waarin de president wordt uit-
genoodigd te gelegener tijd met de
verschillende mogendheden, waarmee
de Unie in diplomatieke betrekking
staat, onderhandelingen te openen
over verdragen, ten einde arbitil.le
behandeling van alle geschillen tus-
schen deze landen en de Unie te
waarborgen.
Deze motie werd aan het Britschc
parlement meegedeeld, en dit nam
daarop een motie aan, instemming
met dit denkbeeld betuigend (Juli
1893).
Ik had, zoo gaat Carnegie voort,
het voorrecht in 1897 een deputatie
van liritsehe parlementsleden voor
te stellen aan president Cleveland,
welke deputatie het sluiten van ccn
arbitrageverdrag met Groot-Brittan-
nió kwam bepleiten. Zulk een ver
til ag word dan ook gesloten tusschen
lord Pauncefote en minister Oluey
in 1897. Maar in den Senaat werd
het verworpen, omdat drie stemmen
aan de vereischle iwee-derdo meer
de, iieid ontbraken.
Men mag aannemen, dat de Brit-
sche regeering nog steeds verlangt,
dat dit verdrag of een soortgelijke
overeenkomst tot «tand komt, en pre
sident Tolt zal dus geen moeite hier
mee hebben.
Als de Engelsch-sprekende rassen
zulk een tractaat sluiten, zuilen wel
dra de andere natiën volgen, zoo oor-
deolt Carnegie,
Mot nieuwe door hem gestichte
fonds zal nu de propaganda voor dit
denkbeeld moeten bevorderen.
Tot zoover Carnegie.
Moge zijn streven nog eens met
goed succes beloond worden. Do go-
heele menschheid zal er dun wei bij
Als we over
ELZAS LOTHARINGEN
«brijven, moeten we onwillekeurig
na 11 den Fransch-Duitschen oorlog
denken. Veel is er na het jaar 1870—
1871 verloopen, maai- nog altijd zijn
do tegenstellingen in beide landen
niet geheel overwonnen. Wel wordt
door officieel Frankrijk beweerd, dat
er alleen in de hoofden van eenigen
wraakplannen tegenover Duitse lil and
bestaan, maar ©eu feit is toch, dat
mee door de oude feiten èn Duitsch-
land èn Frankrijk in een elkaar vij
andige combinatie van mogendheden
gedreven zijn.
Laten we ons evenwel heden niet
in deze vraagstukken verdiepen.
Thans trekt E1 zas-Lotharingen zelf
de aandacht. Duitschland wil aan de
bewoners van hot veroverde Fransen©
land eenige grootere voorrechten
schenken, om het niet langer achter
te stellen bij do andere deelen van
het rijk.
De bondsraad heeft liet grondwets
ontwerp voor Elzas-Lotharingeu goed
gekeurd.
De stadhouder zal door den keizer
worden benoemd, de benoeming moet
evenwel mede onderteekeud zijn door
den Rijkskanselier.
Bondsraad en Rijksdag worden in
net vervolg als factoren bij de wet
geving van het land uitgeschakeld.
Het ontwerp bepaalt, dat er twee
Kamers zullen zijn. De Eerste Kamer
bestaat uit 18 vertegenwoordigers, die
zitting hebben krachtens hun ambt
of gekozen zijn door hun beroepsge-
nooten, terwijl een zelfde aantal door
den keizer wordt benoemd op voor
stel van den Bondsraad.
De Tweede Kamer zal gekozen wor
den bij algemeene, directe verkiezin
gen met geheime stemming.
Kiesgerechtigd zijn burgers van
het rijk ouder dan 25 jaren, die in de
gemeente of het kiesdistrict drie ja
ren achtereen wonen, of, zoo zij daar
slechts een jaar gevestigd zijn, grond
eigendom bezitten, of zelfstandig ne
ring drijven, zich met landbouw be
zig houden, ©e.n openbaar ambt be-
kleeden, als advocaat gevestigd zijn
of een betrekking hebben bij kerk of
school.
Kiesgerechtigden, ouder dan 35
jaar, brengen twee stemmen uit, zij
die ouder zijn dan 45 jaar, drie stem
men. Het aantal afgevaardigden be
draagt 60.
Het zal intusschen nog wel een
poosje duren voor er in Elzos Lotha
ringen verkiezingen zullen plaats heb
ben.
Of ze dan even strijdlustig zullen
zijn, als de tegenwoordige
VERKIEZINGEN IN ENGELAND
moet afgewacht worden.
Nóg strijdlustiger kau bijna niet.
De stand van den steiilbus-ooriog
aan de overzijde van het Kanaal is
thans
264 unionisten.
259 liberalen.
42 leden der arbeiderspartij.
67 leien, Redmondisten.
9 Ieren, Obrienisten.
De unionisten winnen thans 26 ze
tels, maar de liberalen 22 en de ar
beiderspartij 4, zoodat de winsten en
de verliezen der regeeringspartij
weer precies tegen elkaar opwegen.
Gelijk een telegram in ons vorig
nummer reeds heeft gemeld. Meld
minister Lloyd George te Oost-Ham
een rede, waarin hij het van de unio
nisten belachelijk noemde, te zeggen,
dat de meerderheid van de regeering
niet groot genoeg is om haar politiek
door te zetten. De meerderheid is nu
reeds giooter dan die, welke de
graanrechten afschafte en Zaterdag
zou zij stellig reeds dubbel zoo groot
wezen als de meerderheid, die Dis
raeli zes jaar aan het bewind heeft
gehouden. En toch zeggen de Tory-
bladen, dat de regeering de neder
laag heeft geleden. De conservatieven
donken, dat een democratische over
winning nooit meetelt, tenzij zij den
wil van de aristocratie uitvoert. De
regeering is voornemens een eind te
maken aan deze uitlegging van de
grondwet De conservatieven doen
een poging, de grondwet te russifi-
ceeren, maar zij zullen over enkele
weken merken, dat de overwinning
van de regeering een feit. is. Het veto
wetsontwerp is niet het einde, maar
het begin van het regeeriugsprogram-
ma. De regecring is besloten, alle ge
varen to trotseeren en voorwaarts te
gaan, tot de hervormingen die het
volle verlangt, tot stand gekomen
zijn.
De unionisten takelen onze meer
derheid af, omdat zij ten deele uit
Ieren bestaat. Maar sedert wanneer
heeft het geld, dat Ieren betalen,
zijn waarde verloren Sedert wan
neer is men niet meer gesteld op de
Ieren, die in het leger dienen (Men
weet, dat de Ieren een groot deel van
het staande leger vormen). Waarom
tellen hun stemmen niet, tenzij voor
de conservatieven uitgebracht De
Engelsche unionisten toonen gedurig
minachting voor de Kelten. Maar
wie leidt tien Balfour, een Schot.
Van wie krijgen zij hun denkbeel
den Van Garvin (van de Observer;,
een Ier.
Barnes, de voorzitter van do arbei
derspartij, heeft te Croydon gespro
ken. Hij zei, dat de liberale regeering
nu een tweede duidelijke opdracht
van het volk had gekregen. Hij hoop
te, dat er daarom niet meer dwaes-
heden over het Hoogerhuis te berde
gebracht zullen worden. De arbeiders
partij ziet de noodzakelijkheid van
een Hoogerhuis niet in. De voortzet
ting van het bestaan er van is een be
leed i ging voor het verstand van een
vrij volk.
De bekende conservatief Sm5 Ut
hield een rede te Leighton Buzzard,
en verklaarde, dat de belofte, tarief-
hervormiug aan een referendum te
onderwerpen, slechts voor deze ver
kiezing gold. Hij was het eens met
Austen Chamberlain, die zich vrij
heeft gehouden bij een nieuw beroep
op de kiezers op het stok van tarief-
hervorming. Zoodra de unionisten
aan het bewind komen, zouden zij
zonder uitstel een begrooting met ta-
riefhervorming indienen.
Masterman, de onder-minister van
binnenlandsclio zaken, heeft te Leek
gezegd Ik ben gewoon mijn woorden
to wegen. Welnu, ik wed tien tegen
een, dat het volgende Parlement de
veto-wet zal aannemen, met of zonder
goedvinden van de lords.
In do zitting der Rijksdoema werd
met algemeene stemmen het houden
dehor interpellatie goedgekeurd, over
het optreden van den agent der ge
heime politie Choroiski in Jekateri-
nosiaw, die in een woning van een
werkman, tijdens diens afwezigheid,
bommen en ontplofbare stoffen had
neergelegd, en toen dien man ging
aangeven, mot hot gevolg, dat deze
tot dwangarbeid werd veroordeeld.
De Kadet Maklokol verklaarde, dat
Choroiski gedreven werd door de
laagste persoonlijke beweegredenen,
om als agent-provocateur op te tre
den. Maar dit geval staat niet alleen.
Hot goheole stelsel, om van staatswe
ge agenten to bezoldigen, die als
provocateurs optreden, moet worden
veroordeeld. Het optreden van dat
soort menschen is thans in Rusland
zoo algemeen, dat men gerust van
een stelsel mag spreken.
Maklakof haalde hot geval aan van
den provocateur Sankowski, die te
Warschau wegens deelneming aan
een moordaanslag ter dood werd ver
oordeeld, en die na afloop van het
rechtsgeding kalm naar huis ging, en
weder in politiedienst trad. Een an
dere ter dood veroordeelde provoca
teur, Wohlgemüt, is na zijn vonnis
herhaaldelijk als getuige in politieke
processen opgetreden.
Ten slotte nam dc Doema met 132
tegen 124 stemmen een motie aan,
waarin liet gebruik van agents-provo
cateurs onder alle omstandigheden
wordt afgekeurd. De geheele rechter
zijde, met uitzondering van eenige
Octobristen, stemde tegen de motie.
Amsterdamsche Kout
Wat een zacht weer voor den tijd
van het jaar! Waar blijven de dich
ters en schilders die geïnspireerd
moeten worden door de spiegelglad
de banen, en liet dikke sneeuwtapijt
dat over het aardirij"k is uitgespreid.
Zij kunnen rusten, mogen penseel en
pen gerust neerleggen, want van iets!
dat op winter gelijkt, is zelfs nu dat;
we reeds in <Tó donkere dagen voor i
Kerstmis zijn, nog niets te bespeu
ren. De besneeuwde kerktorens in
buitenlandse lie illustration, de En
gelsche feliei t u li e- ka arien met haair:
„I wish you a happy Christmas",
waar andara hot sneeuw- en ijscachet
dlk-op ligt, lijkeu dan ook wel eeai
parodie óf een sprookje.
Of het zachte weer gelukkig maakt?
Eonerzijids wel: de minder bedeelden
bobben niet zooveel van kou te lijden
en ook in de bouwvakken etc.
hoerscht veel minder werkloosheid
dan anders in dozen tijd van 't jaar
regel is. Maar de middenstand alt
weer vol met haar voorraad winter-
airlikelen, zonder dat er veel van af
gaat en dat sommige winkeliers de
toekomst pessimistisch tegemoet zien,
blijkt wel het best waar nu reeds uit-
verkoop tegen verlaagden prijs van l
bontwerken wordt gehouden.
De eenigen die nu goede zaken
maken, dat zijn de dokters en apo
thekers. Want het aantal zieken is
buitengewoon groot, men kan gerust
zeggen, dat er geen huisgezin is
waarvan niet een of meer leden aan
zware verkoudheid lijden, met koorts
hoofdpijn, hoesten, schorheid en al
les wat daarbij behoort. Daarbij
komt nog dat zoolang de winterkou
de harten niet warm maakt, de
hand angstvallig op de portemon-
naie wordt gehouden.
Het verschijnsel is eigenaardig,
maai' met een kvvakkelwinter koopt
men niet en geeft men nog minder.
Liefdadige instellingen kunnen
daar het beet over meespreken en
naar ik veronderstel zullen de potten
van het „Leger des Heils", de soep
ketels tusschen drie palen en om
kranst met sporregroen, tot nog tos
ook we] heel leeg gebleven zijn. Ik
kom in de laatste dagen wel in de
stad en op de drukste punten, maar
ik heb nog niet dit jaar gezien, dat
iemand een der vele, meestal knap
pe en jonge meisjes, „die het vuurtje
moeten aanhouden," door eon gift
werden verrast. De soep zal wel dun
zijn, als er ten minste geen verande
ring komt.
De winkeliers, die ook al vereenigd
zijn, als... ja., als wie niet, zijn niet
alleen op dadelijk stoffelijk voordeel
bedacht. De Algemeene Winkeliers-
vereen i ging hoeft het initiatief geno
men, om een lagere handelsschool op
te richten met driejarigen cursus,
waarvan dus naar menschel ij ko be
rekening eerst hun kleinzonen de
vruc.hten zullen kunnen plukken.
Een handelsschool is Amsterdam
reeds rijk. Doch dit is een „hoogere"
handelsschool, ze sluit aan op oen II.
B. S. mot driejarig© cursus en het
onderwijs is dan ook hoofdzakelijk
berekend goede on theoretisch on
derlegde groothandelaren te vor
men. Daar wordt gelegenheid gege
ven Spaanscli, Italiaansch, Zweedschl
en Maieisch te leeren, theoretische
begrippen ingeprent van export en
toestanden in overzeesch© gewesten
enz. De winkeliersvoroeniging wil
het echter niet zoo hoog zookon en
uitsluitend oen school stichten voor
detailhandelaren.
Natuurlijk blijft het slechts een
xwesLie van theorie. Koopman wordt
men geboren, net zoo goed als artist.
Voor con geboren koopman is het
een gemak, een weg-gelijkmaking
als hij de techniek van hel vak heeft
geleerd en zich dus later geheel aau-
de practijk zal kunnen wijden, zon
der tijd te moeten besteden aan de
romp-slomp van het bedrijf en bij
anderen zijn licht moet gaan opste
ken.
Is dit dus het onbetwistbaar voor
deel van deze winkeliers-vakschool,
zooals men de lagere handelsschool
in spe had kunnen noemen, aan don
anderen kant zal men toch goed doen
het nut niet te overdrijven. Ik stol
mij voor, dat een vakschool van een
handwerk, onverschillig welk, hoe
wel ook daarbij naast de opleiding
een zekere aanleg noodig is, meer
profijt oplevert dan voor het koop
manschap, waarbij de conditio sino
qua non ie, dat men uit alle om
standigheden, toevallen, enz. zooveel
mogeLjk voordeel ziet te kloppen.
Dat is mij niet volkomen identiek
met zakelijk zijn.
Een man v,au zaken is nog vol
strekt niet altijd een geboren koop
man. Een man van zaken zal bijv.
van tijd tot tijd een goede en groote
zaak weten af te sluiten, maai* hij
behoeft daarom volstrekt niet bij el
ke kleinigheid op een voordeeltje be
dacht te zijn. De man van zaken
heeft meestal een breeden kijk op de
dingen en zal bijv. koopen, w
negen gunstige tegen één ongunstige
kans staan. De koopman vraagt nooit
hij koopt en verkoopt alleen wanneer
hij overtuigd is, dat hij alleen win
nen kan nu of later. En het zuiverst
vinden wij dat begrip dan ook beli
chaamd In onze straatkooplieden,
die werken met een minimum kapi
taal, dat ze vaak nog moeten leenen,
waarmee ze zeker zijn een, zij het
dan ook kleine winst te zullen ma
ken. Zij verstaan daarbij de kunst
de tering naar de nering te kunnen
zetten en van faillissement is dan
ook nimmer bij hen sprake.
Stellen we de kwestie dus
dan gaat het er niet om, oïn winkel-
kooplieden te vormen, maar wel om
hen toe te rusten: lo. met practische
kennis van het gebruik der zinne
beeldige werktuigen van hun vak
(boekhouden, correspondentie, éta-
ieeren, enz.); 2o. om hun een breeden
kijk te geven op algemeene weten
schappen, waardoor zo dus wat alge
meene kennis verkrijgen en aan de
minimum-eischen van een gewoon
ontwikkeld mensch zullen voldoen.
Méér kan ook de gewone Hoogero
Burgerschool niet geven en daar deze
nieuwe school feitelijk daarvoor in
de plaats zou komen, moet men bei
de leerplannen eens met elkaar ver
gelijken.
Het ingediende leerplan voor die
vakschool vertoont zekere gelijkenis
met dat van de 4e Hoogere Burger
school met drie-jarigen cursus voor
jongens, welke met het oog op den
handel een eigen programma heeft.
Toch gaat deze gelijkenis niet zóo
ver, dat do beide scholen geneed of
bijna geheel met elkander overeen
komen. Integendeel, het verschil is
nogal belangrijk. Wei stelt de han
delsschool van do Algem. Winkoliers-
vereeaiigiug zich, blijkens de toelich
ting van het leerplan, evenals de 4e
Hoogere Burgerschool, ten doel den
leerlingen algemeene ontwikkeling
en algemeene kennis ten behoeve van
de practijk bij te brengen en dus
niet de practijk zelve te onderwijzen,
doch de aard van die kennis en
die ontwikkeling is verschillend.
Dit verschil is voornamelijk gelo
gen in die vakken Algemeene Handels
konnis, waarvoor aan de ontworpen
en aan de gemeentelijke inrichting
respectievelijk 4 en 0 uren zijn uitge
trokken, en Boekhouden (met Han
delsrecht) waarvoor respectievelijk
9 en 3 oren zijn uitgetrokken. Verder
wordt aan de gemeentelijke inrich
ting meer tijd besteed aan Fransch,
aan de ontworpen inrichting van
Engelsoh, waar bovendien het on
derwijs in steuographie niet faculta
tief doch verplicht is.
Hoewel met deze punten van ver
schil andere in verband staan, die
hei verschil iu aantal uren weder
vereffenen, achten wij het bovenver
melde voldoende, om aan te toonen,
dat ieder der scholen een eigen ka
rakter heeft.
De naam lagere handelsschool zou
ook kunnen doen denken aan school
voor meer uitgebreid lager onderwijs
voor jongens en meisjes, welke voor
namelijk voor aanstaande kantoor
bedienden is bestemd. Hier wordt
echter inderdaad lager onderwijs ge
geven, terwijl de Handelsschool van
de Algem. WLnkeliersvereeniging
middelbaar onderwijs zal verstrek
ken. Het woord „lager" dient hier
slechts om het verschil met de Open
bare Handelsschool aan te duiden.
De tijd kan maar eenmaal worden
besteed. In die uren die aan zuiver
handelsonderwijs worden gewijd,
kunnen geen talen, geschiedenis,
aardrijkskunde en staathuishoud
kunde gedoceerd worden, 't Zal er
dus op neerkomen dat de jongelui,
die deze lagere handelsschool met di
ploma verlaten eigenlijk nog minder
algemeene kennis bezatten dan onze
tegenwoardiger „Hoogere Burgers".
Dat er wat gewijzigd moet worden
iu het Middelbaar onderwijs zooals
dat in Amsterdam wordt gegeven,
gewijzigd met het oog op de eisckem
van de practijk is zoke<r. Maar bij
het werkelijk niet te hooge peil, waar
op ten opzichte van algemeene ont
wikkeling de Amsterdammer staat,
mag m.L niet geknabbeld worden
aan hetgeen hem thans aan lesuren
wordt geschonken om hem deze te
doen verkrijgen.
En nu de winkeliers-vereeniging
subsidie aanvraagt voor deze school
en er dus een algemeen belang van
maakt en B. en W. reeds gunstig
deze hebben geadviseerd, moet deze
zijde dier medaille eens onder de
oogen woorden
'OiiZC LaCziliGC
ALTIJD BELEEFD.
Kannibalen-opperhoofd. Hebt g«
nog een iaatsten wcusch 1
Aanstaand slachtoffer. Ik
wensch den lieeren smakelijk eten.
Jonge vrouw (in «leu trein, terug
van de huwelijksreis). Ja, maime--
tje, nu zijn do wittebroodsweken'
voorbij, nu begint de ernst des le
vens.
Man. Zeker, oin te beginnen
staat je moeder al op het perron ons
af te wachten.
Moedeloos hengelaar (zijn aas ia
het water gooiend). Ik ben een kip
als ik nog langer op jullie wacht
Daar, bedien je zelf 1
BIJ DE TEGENWOORDIGE
I-IOEDEN-MODE.
Wat doen ze nu met de ballon-
hal, wanneer het luchtschip toch nie*
moer daar is
B. ik neb gehooid, dat een mo
diste de hal gehuurd heelt voor éta-
lagekast.
Kerel, je hebt een mooie collectie
boekeu.
Ja, daar stel ik 'n eer in.
Alles ziet er zindelijk uit en goed
onderhouden. Eén buek evenwel is
erg vuil en beduimeld.
Ja, aat boek leen ik Zondags aan
de dienstbode.
En verveelt het haar niet altiji
hetzelfde werk te lezen
- O nee 1 ik heb eiken Zondag 'n
andere dienstbode, hyper-modern I
Directeur. Wut blioft u Li wilt
als degenslikker optredeu l
Maar dat is toch onmogelijk met
zoo'n ronden rug als u hebt
Artist. Dit is juist de _noviteit,
mijnbeer.... ik slik enkel Turkscha
sabels l
Smitee (dreigend;. Zeg eens, heb
jij tegen Beeks gezegd, dut ik een
leugenaar ben
Pietersz (koel). Dat hoeft Beeks
niet te vertellen 1
H. HENNING Jr.
Stadsnieuws
Rubriek voor Vragen
Gcabocneerden hebben het voorrecht,
Tm gen op vorschilleud gebied, mita voor
bountvroording vatbaar, in te zenden bij da
Redactie van Haarlem s Dagblad, Groote
Houtstraat 33.
Alle antwoorden worden geheel kostelooe
gegeven en zoo spoedig mogelijk.
Aan vragen, dio niet Tolledig neem"
woonplaats van den inzender vermelden
wordt g;en aandacht geschonken.
VRAAG. Kunt u mij ook
welke specialiteiten voor vrouwen
ziekten te Haarlem zijn en op welke
uren deze hoeren hun spreekuur heb
ben
ANTWOORD. Specialiteiten voor
de door u genoemde ziekten zijn de
hoeren M. Jcssurun (spreekuur
1—2, behalve Zondags;, Raamsingel
4 Jonges i.spreekuur 89 en
1 1/2—2 1/2 uur), Koninginneweg 59
Dr. Th. II. van de Velde (spreekuur
1 1/2—2 1/2 uur voor minvermogen
den Maandag en Vrijdag van 10 1/2—
111/2 uur), God. Raamgracht 75C.
W. J .Westerman (t—2 uur, uitge
zonderd Dinsdag, Vrijdag en Zondag)
Stolbergstraat 6.
VRAAG. Hoe moeten witte vilten
dameshoeden en wollen mutsen ge
reinigd worden
ANTW OORD. Die moeten che
misch worden uitgestoomd geef ze
bij een inrichting, dio zich met derge
lijken arbeid belast, lil lx-werking.
VRAAG. Kuïït u mij ook zc-ggen
of de toren van de Groote Kerk op
eiken veereu staat en als het waait
heen en weer beweegt
ANTWOORD. Neen, dat is eer
sprookje.
VRAAG. Kimt u mij ook zeggen
of op no. 8938 der 894sto Nederland-
sche Staatsloterij een prijs is geval
len
ANTWOORD. Dat kunt u bij een
Bankinstelling k 10 ets. iuformeeren.
VRAAG. Hoe haalt men inkt
vlekken uit een tafelkleed
ANTWOORD. Met wat verdund
zwavelzuur.
VRAAG. Kunt u mij ook zeggen,
waar de Sommer, Antoinette, Voisin,
Maurice Farman, Henriot en Grade
aeroplane-fab rieken zijn
ANTWOORD. U doet het best,
zich te wenden tot de redactie van
„De Luchtvaart", Ged. Oude Gracht
144, alhier, die u wei alle inlichtin
gen zal willen verschaffen.
VRAAG. Hoe kan ik kwik van
zilver en goud verwijderen
ANTWOORD. Dat weten wij
niet. Wend u tot een goudsmid.
VRAAG. - Hoeveel bednjfsbelas
ting is iemand verschuldigd, die
f 575 k 600 's jaars verdient
ANTWOORD. In 't geheel niets,
als hij niet in de vermogensbelasting
is aangeslagen.
FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
CHARLES GARVICE.
15)
In dit óeno ding kan ik tenmin
ste uw zin doen, mylord, zei Percy.
Als deze les geleerd moet worden,
dan is het beste, dat ik er dadelijk
werk van maak. Als u mij wil excu-
sceren, keer ik dadelijk naar Lon
den terug en stel de vrouw, die be
loofd heelt mijn echtgenoot© te zullen
vtorden, op do proef.
De graaf maakte een gebaar mot
zijn hand.
Je bent vrij te gaan of te blijven.
Mylord, niet uw verlof, zal ik
dadelijk afscheid nemen.
Ga dan en neem je proef. Als zij
blijkt oen vrouw to zijn dat is
alsch kom dan naar Vering te-
ii"_- volg mijn plan.
oit. Mylord riep Percy uit.
Ais do vrouw, die ik gevraagd heb,
mliu echteenoote te worden, bliikt
volsch te zijn, dan wil ik evenals u
niets moer met de wereld te maken
hebben en laat den naam Vering uit
sterven.
HOOFDSTUK VIIL
De oude graaf keek hem van ondeT
zijn zware wenkbrauwen aan, en
knikte ééns of tweemaal.
Goed gesproken, mompelde hij.
Op jouw leeftijd zou ik hetzelfde ge
zegd hebbenmaar ik ben nu oud,
en heb hot boek „de Wereld" geheeten
tot het laatste hoofdstuk toe uitgele
zen. Ik ken mannen en vrouwen. Het
is een bittere les, Percy een bitte
re les.
Percy boog zijn hoofd en keek den
ouden man peinzend bedi-oefd aan.
lleeft u mij verder nog iets op te
dragon, mylord Is er misschien iota,
dat ik voor u in Londen doen kan 7
De oude graaf schudde zijn hoofd,
en hield zijn magere hand weer voor
de koesterende vlammen.
Ik heb bijna geen behoefte meer
aan menschel» ken steun, Percy Ches
ter. Ik wacht hier op mijn einde. Tot
dat dat ©ogenblik komt, kan Stephen
Gringe doen, wat er noodig is.
Als u mij noodig mocht hebben
als u to eeniger tijd mocht voelen, dat
u mij gaarne zon zien als u mocht
denken, dat ik u. al is hot maar met
nojr zoo weinig, van dienst zou kuft-
nen zijn, zend dan ©en boodschap,
mylord. en Ik zal komen.
De oude graaf scheen bij die ernsti
ge woorden voor 't eerst geroerd te
zijn. Hij sloeg zijn oogen op en ves
tigde ze op het Jonge, knappe gelaat
tegenover hem.
Je hebt een goed hart, Percy
Chester, zei hij je voelt tegenover
don ouden man, die je zoo ruw en
onomwonden van alles op de hoogte
heeft gebracht, geen wrok.
Natuurlijk niet, sir, zei Percy
glimlachend u heeft het recht met
uw eigen bezittingen om te springen
zooals u verkiest, en ik begeer het
geld niet. 'Ik zal gelukkig zijn, my
lord, ook zonder het geld, waarvan
u spreekt ten minste als uw voor
spelling blijkt niet uit te komen.
De graaf schudde het hoofd.
Stel geen vertrouwen in vrou
wen, zei hij. Ik wou, dat ik het an
ders bad kunnen doen, dat ik jou het
gold kon "even en zoo bij mijn bezit
tingen laten maar het kan niet zijn.
Rechtvaardigheid en boetedoening,
rechtvaardigheid on boete
Die woorden telkens weer voor zioh
hoonmompelend, trok hij zijn hand
uit die van Percy, en verviel weer in
zijn ouden, verwezen toestand.
Percy stond eenige minuten lang
naar hom to kijken ea ging toerv lang
zaam heen. Toen bij bij de deur
kwam, waar Stephen Gringe was
heengesloft om haar voor hem te
openen, keek hij achterom en zag,
dat de graaf volkomen zijn bestaan
vergeten was, en iu elkaar gedoken
bij het vuur zat als iemand, die zijn
bewustzijn volkomen kwijt Is. Percy
zuchtte en giug verder. Stophen Grin
ge slofte achter hem aan en haalde
hem in, toen hij met zijn horloge in
de hand in de hal stond.
Mr. Percy, u gaat toch vandaag
zeker niet weg zei do oude man
aangedaan.
Percy wendde zich gliiuhxchend tot
hem.
Ja, dadelijk, Stephen.
Vandaag niet, sir. Blijf ten min
ste een dag in het oude huis. Het is
niet goed, dat de erfgenaam...
Noen, zei Percy. Waarom zou ik
blijven, Stephen Do graaf is niet er
ger dan gewoonlijk
Stephen Gringe schudde zijn hoofd.
Ik zou hem toch niet meer ziou.
Hij heeft mij dat zelf gezegd.
De graaf ziet niemand anders,
dan mij, Mr. Percy. Ik ben mot hem
samen geweest „sinds hij een jongen
was, zei de oude man.
Dat weet ik, Stophon, zei Percy,
terwijl hij zijn hand op den gebogen
schouder van den ouden man legde.
Ik weet, hoe trouw en gehecht Je ge
weest bent, en dat mijn oom geen an
deren beschermer en bewaker noodig
heeft, zoolang jij a^n zijn zijde bent,
daarom kan ik des te gemakkelijker
heen Ogaan. Zeg hu zelf, waarom zou
ik blijven
Stephen Gringe keek naar hem op
en toen naar de rij schilderijen de
mannen in wapenrusting, naar de
oude, verscheurde vlaggentoen
kwam hij wat dichterbij den longen
erfgenaam staan en legde met oen
verlegen, onderdanig en toch slim
air zijn rimpelige hand op den ster
ken, gespierden arm.
Mijnheer Percy, vergeef een
ouden dienaar 'die grijs geworden is
in dienst der familie Vering ik heb
u zoo dikwijls in mijn armen gehad,
Mr. Percy. Is het dan niet mogelijk
Bedoel Je, dat ik met M19S Har-
rup trouw, de dochter van den mijn
eigenaar, Stephen zei Percy onge
duldig glimlachend.
Ja, zei de oude man, terwijl zijn
kleine, scherpe oogen vol pijnlijke
verwachting naar het gelaat boven
hem keken. Jazij is geen kwaad
meisje, Mr. Percy. Niet goed genoeg
voor den erfgenaam van Vering
Wie is daar goed genoeg voor Maar
zij is een flinke, knappe jonge dome;
en de graaf heeft niet te veel gezegd
van het geld, Mr. Percy.
Percy schudde glimlachend zijn
hoofd.
Neen, Stephen, het is te laat. Als
je er mij 'n jaar geleden toe had wil
len verleiden, zou ik er moeilijk te:
genover gestaan hebben maar nu l
Wel, Stephen, ik ben zoo goed als
verloofd met de bekoorlijkste vrouw
op dc wereld, en ik zou haar niet wil
len verliezen, om Vering te redden
Do oude man keek hem een oogen-
blik onvriendelijk en boos aan en
keerde zich daarop zuchtend om.
Ik wist wel, dat het niet zou hel
pen, mompelde hij hoofdschuddend
maar weinig menschen kunnen een
Chester een duimbreed uit den weg
laten gaan. Toen werd hij weer be
daard. U blijft toch eten, Mr. Per
cy Er zal in de hofkamer worden
klaargezet. Ik ga dadelijk de keuken
meid waarschuwen..
Neen. Stephen, dank je, Ik wou
het liefst dwars door do velden het
oude voetpad, dat ik mij nog zoo
goed herinner naar het station
gaan. Wil jij mijn handkoffer daar
heen laten brengen Kom, kijk nu
niet zoo belocdigd, oudé vriend. Wer
kelijk, ik geloof, <lut jij het je meer
aantrekt, dat ik hot geld van den
graaf niet krijg, dan ikzelf! en hij
lachte vriendelijk. Eu nu ga «k
housch. Goeden dag en met eon ern
stige», open glimlach snelde hij he*
groote, breed's terras af.
(Wordt vervolgd).