NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
V8ETBALVERSLAGEN.
28e Jaargang. No. 8467 Verschijnt dagelijks, behatve op Zon- en Feestdagen. zaterdag 28 januari i9ii a
HAARLEM'S D
ABONNEMENTEN AD VERTENTIËN:
PER drie MAANDEN: ^an regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor Haarlem i v.' Haarlem van 1—5 regels ƒ1.—elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regel.
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kotn der B'j Abonnement aanzienlijk rabat
gemeente) J-30 sAV Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing:
Franco per post door Nederland„1.65 (WAF J3& ffc 50 Cts. voor 3 plaatsingen a contant.
Afzonderlijke nummers 0.02 H Tf SSiP^J fts-feifetsfl*=aM v* n -
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem t 0.37H Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53.
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Cosfer. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA
Warmoesstraat 76—78, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
ZESTIEN BLADZIJDEN.
EERSTE BLAD.
Aan onzo Sport-medewer-
kers verzoeken wij dringend,
de verstagen van op Zondag
ochtend ot Zondagmiddag ge
houden wedstrijden, DBEN.
ZELFDEN avond nog te be
zorgen in de brievenbus van
ons bureau GrtOOTc HOUT
STRAAT 53, volgens over-
eenkomst.
AGENDA
ZONDAG 29 JANUARI.
Schouwburg: Opvoering van do
Operette „Prinses Witje", 2 uur.
Schouwburg: „De big vah het 168-
ete8 uur.
Soc. Vereeniging Matinée Haart.
Muziekkorps, 3 uur.
De Kroon: Bioscoopvoorstellingen,
2 en 8 uur.
Soc. Vereeniging: Vleugels' Specia-
liteitengezelschap, 8 uur.
KI. Voreoniging: Concert, 8 uur.
Overvoen: BloemboUeiitentoonst-el-
llng, 10—5 uur.
MAANDAG 30 JANUARI.
De Kroon: Alg. Verg. Vacanticko-
Kl. Vereeniging: Concert, 8 uur.
lonies, 8 1/2 uur.
Bouwmesstsr's gouden
itunsienaarsfeest.
In
alle groeiende steden is bij de
i de neiging merkbaar, om
bij voorkeur te gaan wonen aan de
randen der stad. Haarlem plaatste
zijn „Kleverpark" en zijn ,,Boseh-eu-
Vaart" de weilanden in Den Haag
groef „Duinoord" in het zand; Rotter
dam blokte de huizen reeksen van ,,'t
Noorden" op het polderland uit, en
Amsterdam schoot do massale huizen
complexen als een rusachügen stee-
nen kogel ver in de Watergraafs
meer.
Werd het menschdom. in de eeuwen,
toen de steden ontstónden, als het
ware, aangegrepen door een middel
punt-zoekende kracht, wijl het zijn
woningen rondom dc burchten der
edelen bouwen ging, thans schijnen
de stedelingen onderhevig te zijn aan
een tegengestelde kracht een mid-
delpuntvllèdende-kracht zou 'k haar
willen noemen, wanneer 'k niet bang
was, dat alle natuurkunde-leeraren
mij op de vingers zouden tikken met 'n
afkeurend die middelpunt-vlieding
bestaat niet. "t Is traagheid, inertie,
leidelijkheid, volhardingsvermogen,
wat je maar wilt. maar kom als-je-
blieft niet meer aan met die middel
puntvliedende ketterij.
Hoo dit zij, een trek-naar-den-rand-
beweging valt niet te ontkennen. Als
we oio kracht gaan ontbinden, vinden
wij als componenten meer licht en
lucht in de buitenwijken, meer gerief
in de nieuworwetsche woningen en,
als de stadswijken tot over de grens
weggeschoven zijn wat ook in Am
sterdam gebéurde mindering van
belasting.
Zoo snel heeft soms die uittocht der
midden-stads-bowonera plaats, dat de 1 pon is geweest, dat hij aan 't Nederl.
kunnen laten voorkomen als zij de
stad in willen.
Ik schreef do Inleiding echter alleen
ter wille van dat bakje. Dit was nl.
de oorzaak, dat m'n Interview bijna
mislukte. „Want het rijtuig zou om
acht uur voorkomen en mijnheer
moest zich gaan kleedenkreeg
ten antwoord.
Tot mijn excuus moet 'k vertellen,
dat ik niet eigener beweging op
ongezetten tijd van zeven uur in den
avond in de Paul Krugerstraat aan
belde. 'n Telefoontje van
had mij omstreeks dien tijd beschei
den. Evenwel daar bleek de heer
Bouwmeester onkundig van.
Toen 'k daar met het dienst
meisje aan 't onderhandelen was, zag
'k den grooten man, in een costuum,
waarin ik hem nog nooit op de plan
ken had gezien.
De heer Bouwmeester had 't zich
blijkbaar de uren te voren gemakke
lijk gemaakt. Want ik zag liem door
de glazen deur in een blauw over
hemd u weet welblauw met
te streepjes waarop de grijslintige
bretels een sober sierraad vormden.
Laat 'k er aan toevoegen, dat 'u afwe
zig boordje z'11 ldeeding on-voltooide.
II n'y a point de héros pour les va
lets de chambre, mompelde 'k Mada
me Cornuel na, toen 'k de lichamelijk-
kleine figuur zoo voor mij zag.
Gelukkig, grootheid schuilt niet in
de kleeding. (Laat af. gij lezer, van
de woordspeling, die zich bij u
dringt
Ik ben er in 't minst niet bevreesd
voor, dat de hoer Bouwmeester er mij
boos om zal aanzien, dat ik deze inti
miteiten van zijn after-dinner-toilet
vermeld hij is or te joviaal voor. Dat
bewees ook z'n ontvangst.
„Ja, een praatje..., zeker..., graag...,
maar 'k sta net klaar om'naar boven
te gaan, om mij te kleeden. Als u mij
exciiseeren wil, dat 'k u zoo ontvang
en een onnavolgbuar toon eel gebaar
wees met één hnndbeweeg dc onvol
tooide kleeding aan, kom u dan
maar binnen", klonk de zwaar-ge-
timbreerde slem al uit den salon,
waar hij een vlammetje in de glazen
licht-kooi van het gnsornament liet
op-ploffen. En dadelijk zaten we te
genover elkaar in den blauwen salon,
waarvan 'k niet bepaald-merkwaar
digs kan vertellen.
De groote tooneelspeler zat te luis
teren naar de nadere ontvouwing
van het doel mijner komst. &ijn lin
kerbeen had hij als het ware wegge
zet de kamer in en zijn rechter bleef
gebogen, zoodat zijn houding mij den
ken deed aan een soort zittenden uit-
valsstand, als dat „stand" niet met
't „zittenden" in lijnrechte tegen
spraak was. Zijn rechterhand hield
een lange sigaar met den grijzigen
aschkegel op 't al-verder weggloeien-
do vuur-bandje tusschen de lippen en
zijn linker met een vreemden zwar
ten armband om den pols en zwaar-
gouden ringen, waaruit vloeiende-
wijn-roodo en zacht smaragd-groeni
ge steenen de tintelige lichtflltsjes te
rugketsten, lag op de tafel. Het korte,
ferme hoofd niet. de In-dringen de vas
te grijze oogen en den typisch-Bouw-
meesterige lok op 't voorhoofd, stond
met zijn in-tropischen-zonnebrand
bruin-geblakerde expressieve trekken,
sterk op den romp gedrongen.
Ik zei het hem. dat ik niet gekomen
was, om een breedvoerig interview,
want dat hebben honderd collega's
vóór mij al gedaan en wie van Bouw
meesters leven iets sveten wil, vindt in
elke enrvclopuedie genoeg biografi
sche ge fwena dat hij op 5 September
1842 te Middelharnis geboren Is en
dus vu ton G8 jaar is, dat hij na ln on
dergeschikte rollen te zijn opgetreden,
hij Bpvs en Judels op 19 December
1861 debuteerde als Fridolln In „De
gang naar de Ijzersmelterij", dat hij
erschillende tooneelgezelschap-
toestanden zich niet gauw genoeg
wijzigen kunnen, om bij den nieuwen
stand van zaken aan te passen.
In Amsterdam bijv. zijn de stads
wijken het tramnet ontgroeid, mee
hierdoor, dat 'n stad zich precies aan
haar grenzen moet houden en zich
met haar bevolking daarbuiten niet
mag bemoeien. Wie dan ook in de
„Meer" zoo noemt een Amsterdam
mer tegenwoordig do stadswijk inde
Watergraafsmeer moet zijn, moet
van 't eindpunt van lijn 9 nog een
flinke wandeling maken.
Bij Bouwmeester.
In dit niet-makkolijk-bereikbare
oord woont, sedert zijn terugkomst
uit lijdié, Louis Bouwmeester, die 'k
gisteravond eens ben gaan opzoeken,
om wat kopy uit hem te slaan, nu hij
op 3 Februari hier ter stede zijn gou
den jubileum als tooneel speler komt - - - -
vieren. Ik heb op de afgelegenheid bttdden- »En 't zal voor u toch wel
van 't Amsterdamsche forensen-kwar- 8oen verrassing zijn I"
tier niet den nadruk gelegd, om
„Neörland's eersten tooneelspeler"
door de lezers te doen beklagen. Dit
laatste hoeft in geenen deele Want
Bouwmeester behoort tot de fortuin
lijke stervelingen, die een „bakje"
Tooneel verbondon was.... Ja, het
„Nederlandse!»" 1
't Nederlnndsch Tooneel".
„Ook over uw verhouding tot het
„NedaHandsch Tooneel" zal 'k u niets
vragen", stelde ik den heer Bouw
meester gerust.
Z'n rechterhand ging afwerend de
hoogte in met oen Neen-alsjeblieft-
niet-gebaar. Eu hij zei er met z'n diep
ste stem bij „Neen, met dat „Neêr-
landsch", dat is treurig I"
Maar, of hij al gehoord had, dat
men te Haarlem groote plannen
had
„Neen, dat heb 'k nog niet gehoord.
Zoo, zoo... willen zij mij in Haarlem
ook huldigen I"
'k Zeide dat 'k niet uit do school
klapte door hem dat te zoggen, want
dat wij 't Vrijdagavond in de courant
Wat hem 't meest ln de hu
diglngen treft
„Och neen, met die verrassingen,
hoe gaat dat, hé Maar 'k vind het
toch waarachtig wel aardig. Ook hier
in Amsterdam. Vooral die ovatie van
't volk buiten, dat deed me goed. Die
menschen. die daar verdorie van half
negen tot half één op me hadden
staan te wachten, dat was vreeselijk
aardig, dat was zoo geheel spontaan,
zoo hartelijk. Dat dee' me goed. 't Deo'
me denken aan 'n voorval toen 'k naar
lndie ging. De „Koningin Regentes"
had van IJmuiden koers gezet naar
Southampton. Daar onder onze kust
lag een visschersboot. 'k Was bij den
kapitein op de brug en daar staat in
eens een oude visscher op en zwaait
met z'n zuidwester hoog op en roept
„Dag Bouwmeester; God zegen je;
't ga je wel, hoor 1" Zie je, dat deed
me nou 200 echt goed, daar van zoo'n
eenvoudigen kerel. Zoo'n eigenaardig,
maai' toch weemoedig gevoel heb 'k
ook eens gehad in 't Suezkanaal.
Daar zijn ze aan 't verbreeden en dat
doen voor 't grootste deel werklui van
een Dordtsche firma. Nu, je vaart
daar heel langzaam In stil water. Br
waren veel Hollanders bezig. Nou zag
'k die kerels wel, en dat ze keken en
keken, maar 'k had er geen erg in,
dat 't voor mij was. Toen ineens
schreeuwden ze uit alle macht„Le
ve Louis Bouwmeester I" Zie je, dat
lijk geen tijd voor die dingen", waag
de "k daartegen ln te brengen.
„Ja, geen tijd en ook geen lust. Ik
hou' er niet van. Want als je later
dood bent, dan gaan familieleden er
in wijzigen en leggen roso-verfjes,
waar het zwart gekleurd had moeten
zijn", zei Bouwmeester met iets van
mismoedigheid in z'n stem. „Neen",
zei hij 'k geloof meer tot zichzelf,
dan tot mij „dat doen we niet." En
't nog eens herhalend „Dat doen we
niet 1"
Als om over wat anders te praten,
bracht Bouwmeester 't gesprek op de
kunst„Ik heb altijd zoo moeten la
chen, om dat geschetter over kunst,
dot je zooveel moet studeeren en die
dingen meer. 'k Heb van mijn leven
nog nooit één minuut gestudeerd.
Zeg dan ook altijd tot de jongeren
..Kinderen, 't Is geen kunst, 't is
een gaaf. En heb je die, wees er dan
blij om en wees er een beetje zuinig
mee 1" Maar al dat gepraat over ern
stig nadenken over Je rol en dat ac-
teeren binnenskamers voor den spie-'
gel, daar heb 'k altijd om gelachen.
vond 'k verduiveld aardig." En de
glinsteringen in z'n oogen-grijs bewe
zen. dat hij nu géén komedie speelde.
Heeft u nog bijzondere herinnerin
gen aan Haarlem informeerde 'k er
eens tusscnen door.
S p on t a a n-H aarlem
ln 19 01.
„Mijn aangenaamste herinnering
aan Haarlem", vertelde Bouwmees
ter, „was die huidigiug bij mijn veer
tig-jarig jubilé. Die was eenig, die
was uniek, die was onvergetelijk. Ja,
die ovatie van het volk zal 'k nooit
van mijn leven vergelen. Toen heb
ben ze in Haarlem gedaan, wat ze nu
tien jaren later iu Amsterdam heb
ben nagedaan. Ja, ja, <le Haarlem
mers hegben dat aan de Amsterdam
mers geleerd.
„En heeft u er nog andere merk
waardige dingen beleefd
„Neen, bijzondere dingen herinner
ik mij niet meer. Maar ik heb ook",
zei Louis met 'n spotziek lachje in
de kele, snorlooze lippen, „in tegen
stelling mot veel andere acteurs, geen
dagboek bijgehouden I"
,'t Wag misschien toch wel interes
sant geweest, ma er u had waarschljn-
Neen. natuur moet het zijn, natuur
getrouw moet Je ln het kunstvak blij-
Ên vraag je nou, wat ik het mooi
ste vind, dan zeg 'k de dramatische
school Dat is 't ware. Ja, niet waar,
hoeveel verschillende karakters moet
je niet uitbeelden. Er is geen gemoeds
toestand van het menschel ijk wezen
te bedenken, of ik heb dien in die vijf
tig jaren uitgebeeld. Ja, dat is juist 't
mooie
Wat ik ln Haarlem poef? „De wel
doeners der Menschheid" van Philip-
pL Ja, je hebt zooveel kous. Eerst was
ik van plan met „Hoog Spel" van
Van Riemsdijk te komen. Maar dat
is zoo sterk bezet. En ik ruoel er eeu
tournee van 30 dagen door het heele
land mee maken. Daarvoor is l»et te I
sterk bezet I"
„Nu hoor ik", ging Bouwmeester
voort, „dat Jonker Van Riemsdijk j
stilletjes bezig is om mij te verrassou.
Hij moet nu, naar ik hoor, aan een
tooneelstuk voor mij bezig zijn. Tot- 1
nu heeft hij altijd de hoofdrol ge-
schreven voor een vrouw, maar nou j
gaat-ie, geloof 'k, van batterij veran- j
deren en nou schrijft-ie wat voor mij. j
Daar beu 'k wel verlangend naar.
Want zijn stukken doen 't 'in toch
maar. „Mea Culna". dat is eeu coed
stuk, dat vind ik zijn mooiste stuk.
Ik had er een kleine rol in, u weet
nog wel, toen met 't „Haarlernscli
Tooneel", die rol van den Baron. Die
was klein, maar ik heb haar met
voorliefde gespeeld. En als Van
Riejnsdijk het er op gezet heeft, dan
wordt het wel iets goeds."
Wat h ij doen gaat
„En wat denkt u in de toekomst te
doen Denkt u over Indié
„Och", antwoordde de heer Bouw
meester, met een gebaar van wat
moet ik er van zeggen. „Dat hangt
nog alles zoo in de lucht. Nu speel ik
in het Bioscoop-theater tot den lsteu.
Dan ga ik naar den HoLlandschen
Schouwburg en maak dan een tour-
née van 60 dagen door het geheele
land."
„Zestig dagen heen-en-weer-lrek-
ken vroeg ik met bewondering voor
zulk een krachügen man vftn bij de
zeventig.
„Vermoeienis Och ja, we trekken
naar Antwerpen, Brussel, Mechelen
en de provincie in. En het is bijua
zoo goed ais vast, dat 'k van den zo
mer naar Londen ga
Waar ik speel Waar Sarah Ber
nard en Ré jane gespeeld hebben, in
Music llalL Daar speel ik „De
Greep" en het laatste bedrijf van den
„Koopman". Alleen liet laatste be
drijf want ik mag niet langer dan
20 minuten spelen. Dat zit zoo. zei
de acteur, toen ik hem verwonderd
aankeek over zulk een tijdsbeperking,
aan een artist opgelegd. In Music
Hall komen de builcnlandsche ster
ren. Laat men die nu geheele stukken
opvoeren, dan is de concurrentie
voor de Engelsche gezelschappen te
groot. Nu speleu we een fragment,
dat is dus geen tooneelstuk, maar
net zoo iets als zang."
Ik meende, dat Bouwmeester „De
Greep" wol heel snel moest spelen,
om die in 20 minuten af te krijgen.
Maar dat bleek niet zoo.
„Al die stukken van De Grandguig-
nol dureu maar n 20 minuten, net
als „De Blinde", dien ik nu in het
Bioscoop-theater speel zei de lieer
Bouwmeester. „Doch al duurt „De
Greep" maar twiulig minuten, ik
word er moe van, maar mijn ver
moeidheid duurt nooit langer dan vijf
minuten. Als er ooit van inspanning
sprake is. dan is het bij „De Greep".
Ik ben er altijd veel moeier van, dan
van den heelen „Koopman". Wat
daar in 3 uur geconcentreerd is, moet
ik in „De Groep". In 5 minuten doen.
Je bent er geen oogenblik Je-zelf ln,
niet één oogenblik heb je om te pau-
seeren.
Dat is dus voor Londen. En op Lon
den zal Amerika wel volgen, tenmin
ste mijn impressario, die mij voor
Londen heeft, wil ook naar Amerika.
Daar speel ik den „Koopman" in z'n
geheel, waarschijnlijk met een Engcl-
schen of Duitschen troep, dat kan
mij niet schelen. In Amerika zijn er
zooveel van den oud-HolIandschen
stam. Die zullen misschien wel eens
naar mij komen kijken."
„is u over Nederland nogal tevre
den, ua uw terugkomst
„ik ben best tevreden, ja, ja, best.
Hier. m'n jubilé iu Amsterdam, dat
was vreeselijk mooi, en ook iu het
Bioscoop-theater, heel goed.
in lndie hebben zij mij eveneens
heel. heel goed onlvuugen. In Bata
via, dal wiis groot, dat was mooi, en
in Bandoeng Ook. Iu Batavia is ge
beurd, wat daar zelden gebeurt. Toen
ik weg ging, rees het heele publiek
op. Oude Batavianen hebben mij ge
zegd „Dèt hebben we nog nooit ge
zien, hier in Batavia".
„Nou is 't kwaad in Indië met die
koléra", de menschcu gaan niet naar
deu schouwburg. Maar ik zeg altijd
maar „Geen moed verloren 1"
"Ve hadden nu een half uurtje zit
ten praten, maar de heer Bouwmees
ter had al veel verteld. Ik mocht hem
geen slachtoffer laten worden van
zijn welwillendheid. Immers, straks
zóu het onvermurwbare „bakje" ko
men, om den acteur naar het Bios
coop-theater te rijden, waar hij te
half lü moest optreden.
Bovendien had de verteller al met
een huivering gezegd
,,'t ls maar een koud landje. Hol
land, 't bevalt mij hier niet, want je
raakt zoo aan warmte gewend, en
sinds Genua is 't al zoo als nu I"
Daarom wilde lk afscheid gaan
nemen, maar deed vooraf de stereo
type vraag, om z'n portret voor de
krant Met 'n kwasi-waohopig ge
baar naar een groot portret, salon-
formaat, aan den muur
„Dat heb 'k alleen nog maar over.
Ze hebben mij geplunderd", voeg
de hij er lachend aan toe.
Maar de heer Bouwmeester kon
mij toch helpen. W ant Lex Post, in
kunstbroeder, had or nog een en L.èx
Post woonde vlak Bij ln de Paarden-
kraal9truat, ook uJ aan het uiterste
raudje van Amsterdam. Of ik dan
maar even in de huiskamer wilde ko
men, daar zat 'k makkelijker.
Terwijl lk het Saksisch porcelain
aan den wand en een thee-servies
van dezelfde fiiue steensoort or> bat
fraai bewerkte eiken buffet bekeek,
en bij me zelf de opmerking maakte,
dat het hekje om de kachel en de kin
derstoel in den hoek wezen op kleine
kleuters ln den huize-Bouwmeester,
schreef mijn welwillende gastheer,
in het vriendelijk-gele lamplicht aan
ziin groot bureau in de serre het ver
zoek om het portret op een visite
kaartje. Dat de heer Post hes corner
feilsel afstond, bewijst de afbeelding
op deze pagina.
Om het handschrift van den groe
ten tooneelkunstenaar onder de oogen
onzer lezers te brengen, heeft onze
teekenaar de opdracht, aan de omme
zijde van 't portret, onder de teeke-
ning overgenomen.
In de vestibule wees de heer Bouw
meester mij een kolossale wajang-pop,
zoo'n grillig, leikleurig met veel goud
en rood opgelegd, houten beeld.
„Dat heb ik van de inlanders ca
deau gekregen".
En met gerechten trots vertelde de
eenvoudige, groote man. dat de in
landers hem ter eere een wajang
vertooning hadden gegeven.
Dat deden inlanders, wat zullen de
Haarlemmers Vrijdag doen
JAC. C. M. Jr.
Stadsnieuws
BOUW'MEESTER-JUBILé.
Tegen Maaudag zijn vertegenwoor
digers van muziek-, zang- en tooneel-
vereenigingen bijeengeroepen tot een
vrgadering, om nadere bijzonderhe
den vast te stellen voor de aan Bouw
meester te brengen hulde
Het plan is, de betoog mg ln en bui
ten den Schouwburg zoo te regelen,
dal zij die de voorstelling hebben bij
gewoond, na de huldiging op het too
neel buiten komende, daar gelegen
heid zullen hebben om de hulde mee
te maken, die Bouwmeester te beurt
valt, zoodra hij op het balcon ver
schijnt,
BESLAG OPGEHEVEN.
Het door Jhr. Mr. van Styrum ge
legd beslag ln zake de ultkeerlug in
het faillissement Schmier, Ls opgehe
ven.
Goed afgeloopen.
Gistermiddag omstreeks 2 uur had
de draaier J. M. uit draaierij II van
de Centr. W erkplaats het ongeluk
met zijn kiel door de machine gegre
pen te worden. De man werd over de
bank geslingerd, zijn kleederen wer
den in flarden gescheurd en zeer ze
ker zou hij door de machine vermor
zeld zijn, had niet de werkman J. D.
de behendigheid gehad de machine tot
stilstand te brengen. Toch was de
man zoo door den schrik overmees
terd, dat hij niet met zijn werkzaam
heden door kon gaan.
Jubilé.
Gisterenavond op de repetitie der
Typo- en Lithografische zangvereni
ging „Kunst na Arbeid'' werd het feit
herdacht, dat de heer M. Kwantes
voor 12 1/2 jaar werd benoemd tot
secretaris der vereeniging.
Na eerst door den voorzitter te zijn
toegesproken, werd het woord geno
men door-een der werkende leden,
die den Jubilaris namens do leden
een fraai inktstel aanbood en den
wensch uitsprak, dat de heer K. nog
Jaren lang in het belang van K. N. A.
zou blijven medewerken.
Dr. DE HARTOG EN DE GERE
FORMEERDEN.
W'ij vonden gister in de „N. R. Ct."-
een bericht, dut een aantal ortho
doxen zich uiet vereenigeu kunnen
met hetgeen Dr. De Harlog in zijn re
de over „Orthodox en Modern" heeft
gezegd. Zij zouden daarom Dr. De
Hartog hebben uitgenoodigd, om een
debat aan te gaan met eeu der lei
ders der Amsteiviaiusclie Gereformeer
len, maar Dr. De H. zou dut gewei
gerd hebben, meldde dit bericht.
W'ij hebben Dr. De Hartog naar de
al of niet juistheid van dit bericht ge
vraagd.
W'ii ontvingen van hem de mede-
deeling, dat hem niet du-.delijk is, hoe
zulk een bericht kan zijn ontstaan,
aangezien hij geen officieole uitnoo-
diging van of namens een der lei
ders der Gereformeerden lieeft ont
vangen, terwijl hij ln zulk een geval
zeer zeker bereid zou zijn om van
gedachten te wisselen.