BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD Me jMrfug. ZATERDAG 11 FEBRUARI 1911 No. 8479 HAARLEM'S DAGBLAD KOST f 1.20 PER 3 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 5ö. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM S DAGBLAD ZUN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Rubriek voor Vrouwen DE VROUW EN DE KEUKEN. Groot is de vooruitgang, dien de moderne vrouw, op allerlei sociaal gebied in de laatste tientallen jaren verkregen heeft. Maar haar eigenlijke plaats is en blijft toch in het familie leven. Zij is de ziel van het gezin, van haar moet zegen uitgaan, door heel het liuis. Eens was de haard het middelpunt van het huisgezin; tegenwoordig is het de tafel, met alles, wat daarop en daarom staat. Daarom behoort de zorg voor het lichamelijk welzijn der ha ren, nog tut de eerste en voornaamste plichten oer moderne vrouw! Gelukkig het huisgezin, waar de vrouw zich van deze taak bewust is en er zich ook aan wijdt, hoe pro zaïsch haar af en toe al die voortdu rende, steeds voorkomende zorgen ook lijken, liet hoofdstuk der voeding, is van liet grootste belang; dat lijdt ook geen twijfel meer. sinds allerlei autoriteiten op medisch gebied zich met dit vraagstuk bemoeid hebben. Vele traditioneele begrippen heeft de wetenschap.dus gewijzigd; wanbe grippen over boord gegooid. Verder is de chemie ook een handje komen helpen en heeft extracten en essences in het leven geroepen, die voor weinig jaren nog onbekend waren. Het is dus duidelijk, dat de vrouw in de keuken nog veel nieuws te leeren heeft, liet zou immers een totale on mogelijkheid zijn, om nu nog te wer ken volgens de recepten onzer groot moeders. De levensmiddelen zijn meer dan dubbel zoo duur geworden, in dien tijd! Een vijftig jaar geleden kostte een liter melk vijf centen, een pond boter niet veel meer dan vier dubbeltjes; een mud aardappelen, 'n rijksdaalder, een prachtige» kabel jauw had rnen voor een daalder; een mud fijne tafelappeleu deed op zijn hoogst vier gulden! enz. zoodat men toen met dozijnen eieren en pon den boter werkte, waar men tegen woordig met veel minder hoeveelhe den dikwijls toch hetzelfde effect heeft leeren bereiken. Het vleesch, dat wij vroeger veel te zeer in waarde over schatten, hebben wij aanmerkelijk 'meer naar den achtergrond gedron gen, om plaats te maken voor aller lei visch- en groelitengerechten. Ook in de keuken spreken wij van: „Tijd is geld!" en wij koken niet meer uren lang, maar stoken gasstellen of gas fornuizen, gebruiken vleeschmolens, bd allerlei eigenaardig ingerichte pan nen, zoodat het eten in een minimum van tijd klaar is. Verder hooikisten, voor gerechten die langer tijd van toebereiding vorderen, enz. Wat zou den onze betovergrootmoeders vreemd opkijken als ze zoo'n modern ingerich te keuken zagen! Wij echter niet min der als wij den ouderwetschen open haard zagen, met zijn gebrekkige kookgelegenheid! En toch werd er ook boel wat lekkers gezoden en ge braden in dien goeden, ouden tijd, waar we overigens niet overdreven, sentimenteel mee zullen dwepen. Al dat inzouten en inmaken is nu ook overbodig geworden, want de fabrie ken voor verduurzaamde levensmid delen zorgen voor prima ingemaakte groenten, visch en vleesch tegen waarlijk billijke prijzen. De moderne huizen zijn er ook niet meer op inge richt met de veel minder ruime kel ders en provisiekasten. Bij onver wachte gelegenheden kunnen we haast alles kant en klaar uit den comestibleswiukel laten komen; zoo wel gehakt als soep; zelfs gebraden haas en plumpudding kunnen we in bussen krijgen; verder mayonnaises en allerlei pikante sausen; sardien tjes, zalm, ja wat al niet ineeri Ook het keukengerei zelve is veel gemakkelijker te onderhouden; de mooi gecmailleerde en nikkelen pan nen zijn lang niet zoo lastig schoon te houden, als al dat koperen en tin nen gerei. Het smakelijk bereiden van het maal is evenwel een heele slag; niet minder echter het netjes dekken en tafeldienen. Fijn tafellinnen, blank zilver, glinsterend kristal en mooi porselein zijn de factoren waarmede men rekening heeft te houden. De tafelserviezen zijn tegenwoordig prachtig gedécoreerd en daarom toch nog niet zoo bijzonder duur. Ook de kristallen voorwerpen, de fijn getin te en ge-slepen glazen, zijn soms mees terwerken yan uitvoering. De kunst van voorsnijden en aan richten is ook van het grootste be lang bij het feostelijk dekken der tafel en dit alles komt in den laat- sten tijd, nu er weer meer werk Wordt gemaakt van de gezelligheid in kleinen kring— veel beter tot zijp recht. Geheel nieuwe vrouwenberoe pen zijn daardoor ontstaan, die van diner-arrangeerster en keuken-in- spectrice, natuurlijk voor heel groo- te, feestelijke gelegenheden en Piet in gewone burger gezinnen. Maar, dan kan de vrouwelijke smaak haar grootste triomfen vieren en zal het voorkomen, dut de gasten nog tientallen jaren later zich het luisterrijke diner herinneren, waar alles even stijlvol was ingericht, zon der de minste lompe overdaadl MARIE VAN AMSTEL. Het Rijke Natuurleven ZONNEKINDEREN. Er wordt opruiming gehouden in bijna alle winkels. Een verblijdend teeken voor allen, die op dit tijdstip hebben gewacht, maar ook buiten wordt het oude wat op zij gezet om plaats te maken voor het nieuwe en hierover verheugt zich de vriend van planten en diereu veel meer. Het is een heerlijk gezicht, die tuin ders, gewapend met snoeimes en schaar, vroolijk stappend uaair hun oude knoestige of jong getwijgde kweekelingen, om de wild opschieten de takken wat te belemmeren in Pun jongen, spontanen groei, om weer vorm te geven aan heesters en hoo rnen en af te snijden wat overbodig is. Ook in de stad is men weer druk bezig met het kleiueeren onzer iepen die, hoewel ontkomen aan het dood vonnis dat over velen van hen wordt uitgesproken, toch niet hun jeugdi- digen overmoed mogen bot vieren. Ze worden gehakt, geknipt en gesnoeid volgens het vaste plan van „dokter" Springer, wiens systeem streng wordt doorgevoerd. Deze week was de Koninginneweg aan de beurt, beginnende bij de Wil- sonsbrug. De eerste oogopslag bewijst ons reeds, dat er volgens vaste wetten wordt gewerkt. Die naakte dunne uit- looper, die ten slotte uit iedere kruin omhoog steekt, zegt ons, dat de boom naar boven moet streven en dat dan na enkele jaren weer een flink be groeide eP kranig gevormde iep onze grachten en straten overschaduwt, hebben wij aan deze snoeiwoede te danken. Als straat en trottoir bedekt zijn met takken en twijgen, alle gezond en vol groeikracht, dan zien wij met een, hoe flink de iepen reeds begin nen te werken. Dikke knoppen, zwellend van inge houden bloemenweelde, zijn langs ie der takje verspreid. Bruine, nu over bodige, schilfertjes dwarrelen bij ie dere beweging omlaag en als de zon nog maar enkelo dagen haar reeds vrij krachtige stralenbundels over de boomen uitgiet, staan de iepen in hun rodobruin lentekleed, zijn zij ge tooid met de duizeride bloemenbun- deltjes, die hun paarse wolkjes naar alle kanten doen verstuiven. Buiten behoeven wij niet meer te zoeken naar nieuw leven. Voor enkele weken waren wij al over gelukkig met de bloeiende haze laars en sneeuwklokjes, nu zijn het elzen, wilgen en iepen, die in vollen bloei staan of zich gaan ontwikkelen. Jonge, dappere grassprietjes wagen het, overal boven den zwart vochti- gen bodem uit te kijken en tusschen hen in staan hier eo daar de vleezige bladsprieten van de vogelmelk. Wat moet er op sommige plaatsen worden gewerkt, 0111 oude bladeren, die nog maar half zijn vergaan, opzij te duwen. Krachtig 011 vaak vereend treden de jeugdige baanbrekers dan op en als de zwaar drukkende ver schoppelingen van liet vorige jaar niet. willen wijken, dan worden zij doorboord en doorpriemd en als om hun zwakheid beter te doen uitko men, worden zij nog een eind mee omboog genomen 0111 na enkele we ken, versleurd en verwrongen, als lastige aanhangsels te worden ver- stooten. Verder en verder gaan zij op den weg der vernietiging en dit houdt niet op, vóór zij zijn veranderd in voedende bodemdeeltjes, waaruit de jonge plant, die zoo brutaal 'n plaats veroverde, kracht put voor verderen strijd. De duinen liggen oogenschijnlijk nog dor en naakt daar voor ons, maar in werkelijkheid, een kleine wandeling bewijst liet, is ook daar de lentegroei reeds lang geleden be gonnen. Dat zien wij aan de zwellende knop pen der witte populieren, aan den meer en meer afschilferenden bast der berken, aan jonge grijze katjes der kruipwilgen, die hier en daar al voor zichtig uit den knopschub komen glu ren. Vooral de duinbewoner bij uitne mendheid, de schilderachtige berk, maakt aanstalten voor den naderen den bloei. De meeldraadkatjes, die vooreerst nog niet mogen stuiven, be ginnen toch reeds geel te kleuren en de kleine knoppen, waarin de fijn ge bouwde vrouwelijke bloemkaarsjcs nu nog zijn verscholen, zetten al wat uit, Als die zijn ontplooid en de glim mend geelgroene berkendriehoekjes zich buiten hebben gewaagd, is het volop lente, dan hebben veel duinbe woners al hun voorjaarspakje aan. De zon brengt er in dezen tijd heel wat in de war. Zij schijnt soms met Maartsche mildheid en vaak gebeurt het, dan dat de planten- of dieren wereld zich vergist. Dat was 00 khet geval met de ha gedis, dié mij veertien dagen geleden werd gebracht. Het dier had de lek kere zonnestralen, opgemerkt en als of het midden Juni was, zat het nu stil te genieten op een warm zandig plekje. Verlangend heeft onze groene lang staart daar natuurlijk uitgekeken naar een vliegje, maar geen tweevleu- Lea liefde in de Bergen (Uit het Engelsch) J. C. FORSITH. Ergens in een dal in Savoye, waar komt er zoo precies niet op aan, was men bezig met een electrischen spoor weg aan te leggen. Eenmaal de lijn geopend, zoo was dit niet voor het ge mak der bewoners van Savoye, doch voor de beschuafde wereld voor de reizigers en de zieken. Wanneer dit wezen zou. wist de Fransche repu bliek alleen. Doch wat komt dit al les er op aan de vrede van het dal was nu eenmaal verstoord door de ingenieurs en hun werklieden en geen druk verkeer ken dit iveer goed ma- n,inach,e„.le gericiiten en ke?L- - slordig gekleede dames, zoo in tegen- Ts^i is Savoye een eigenaardig land: op staatkundig gebied is het Fransch, volgens zijn ligging Zwitsersch en vol gens zijn geaardheid Italiaansch bode bracht de boodschappen niet verder dan Orvallières, een dorpje onderaan het dal aan den grooten weg en vandaar haalde Frangois ze. Dit dorpje was in opkomsthet be stond al uit vier hotels, even zooveel winkels met allerlei souvenirs, een kerk en een postkantoor. Een nicht van Josephine, Marie, was kamermeisje in dc Couronne d'Or en het was een van Josephine's grootste genoegens zomers, als zij klaar was met haar werk, de wande ling bergaf te maken, en iets van de wereld te zien, zooals zij hel noemde, bi| nicht Marie. Zij had heel wat ge leerd op die uitstapjes en wist de ver schillende nationaliteiten, die haar te voet of per diligence passeerden, da delijk te onderscheiden. De lange Engelschcn met hunne 'stelling met die keurige, levendige ïkaansche vrouwen, eoms verge zeld van een mini, die voor hen be- tevergeefs zocht te verbannen. Zouden die bloemen voor haar bestemd zijn? Doch zij liep door zonder terug te kee- ren .Verderop zag zij den Italiaan weer. die haar weer ernstig en lang aanzag en zij huiverde bij de gedach te hoe zü zich verraden zou hebben als zij dat kleine ruikertje opgenomen had. En toch, toen zij naar huis ging, nan; zij de bloemen en gaf ze aan Henri. Weken gingen voorbij en van Augus tus was het September geworden. Dc groote toevloed van zomergasten werd minder. Het werk aan den spoorweg naderde steeds meer en meer het dorp en de buigende hotelier van de Covi- Tonne d'Or beloofde zijn gasten, dat het volgende seizoen de spoor gereed zou zijn. Nog steeds ging Joséphino verscheidene kceren langs het rotspad en nog nooit had zij iemand van den Italiaan verteld. Zij wist, dat er eens een einde aan moest komen, doch daar dacht zij liever niet aan. Nog nooit had hij iets tegen haar gezegd. taalde dan had je nog Duitschers, z00 die bloemen van hem waren moest hij wel denken, dat zij die gift gewei gerd had. Soms kon zij er onzeduldig over worden, dat er niets meer ge beurde en don weer was zij er bang voor, want dan zou Frangois het Im mers moeten weten en zouden er er een eind hoewel elke Savoyanrd dit laatste zal dle altij<i dik en warm waren en ontkennen. Nu gebeurde het, dat de j ye€(j ajs vogelverschrikkers, en heele !ran§che maatschappij slechts Ita- j^usslSche families, kenbaar aan hun- lianen volbloed Italianen van over ne mciailcholieke gezichten, de grens in dienst had zoodat het F,.aru.0iv s,.inhere nver- dal wemelde van troepen gespierde i£?óphh.e met den hrirTen eénnihd?t n^ttdamhaar^hS 1 kleine" H®nri "ft;'r Orvallières. De booze woorden vallen temperament. Zi, werkto W e| h°ZoZSÏÏS „sonde, gn„s. „aar e.u vliegje maar geen weevlem J££toK|k en 'ondanks rSs" mS.^swhmcVhart' gel.g uohtacr-ibaatje meldde !,rh I hun overoude stamverwantschap ont- Moktol JUnrofc, ,„cl donderend ge-angst; de huisjes stonden zoo dicht aan. Juist wilde onze hagedis weer stond er een felle antipathie tus- wejd de gletscher-stroom naar het bij elkaar dat het een stapje was schen hen en de bavoynards I laagste gedeelte van het dal. Aan de eene zijde van het dal, half j Tusschen deze steenen en rotsblok- tegen de bergen aan, als klemde het jcen waren een menigte Italianen aan" er zich aan vast, ligt een gehucht, jle( Werk, die de rotsen deden sprin- Het bestaat uit ongeveer een twaalf- gen en er vierkante blokken tal huizen en een kerk. Een van die houwden 0m te gebruiken bij huisjes behoort aan Frangois Mar- Sp0orwegdam naar zijn donker hoekje kruipen, toen een vlugge jongenshand hem kwam straffen voor zijn overrnoed. W'as het zomer geweest, ons koud bloedig duinslangetje had zich dan nog wel vlugger uit de voeten kunnen maken, daar de warmte het bloedteau, den timmerman en wagenma- i het eene einde van het gehucht, naar het andere en zoo men geen Engelsche tc-erist was, wiens excentriciteit over de geheele wereld bekend is, kon men er zeker van zijn nageroepen te wor- den den .Doch de Italiaan verstond niet hetgeen men hem toeriep en had al- sneller doet werken, maar nu, bij die Ja'nuaritemperatuur was 't lot gauw beslist. Een Blookersbusje was de voorloopige cel, maar weldra werd die verwisseld voor een ruimer wo ning. Nu moet het dier bij mij de warmere dagen maar afwachten, zich vergenoegende met de mierenpoppen, die het, ik zeg het tot uw geruststel ling gevoelige lezer, in ruime mate krijgt. Als de leeuwerik over enkele dage'n zijn lied vol uitschaterende jubeltonen over de duinen laat weer klinken, mag ook de kleine gevange- ne zijn nuttig leventje weer buiten gaan slijten. Zijn jachtgebied wordt intusschen door de lentezon al In ge reedheid gebracht. Vreemd zal deze week ook het kool- hat a- en zij wist zelve niet r dit srenoegen of verdriet deel. 1 Zij woonden dicht bij hun werk in leen zijn hoed afgenomen en gc-zegd: KeI- eigen gebouwde loodsen. Met hun I Ruona sera!" met zoo'n ernstipen Toen hu cons op een mooien avond helderblauwe kielen en vuurroode 1 glimlach, dat dit aller vïjandelijklieid het vvas m Juli voor zijn huisje wollen ceintuurs staken z:- levendig ontwapehde. Joséphine had hij niet zat, kwam er plotseling een gedachte r,f tegen al het griize rondom hen. 1 -•• bij hem on. Sommigen onder hen hadden hunne Joséphine 1 huisgezinnen meegebrachtslonzige Ja, wat is er? vrouwen met verwaarloosde, vuile Vaar ben je? kindoren. Doch zoo men hen met rust. vo,-. Frnnroïs s Binnen, ik breng den kleinen jiet. waren zij niet te vieezen en ge- j - ces man dit Italiens'" jongen naar bed. droegen zicli ordentelijk, zoodat Jo- <»ar „ces man au Jtanens. Dat is goed als je klaar bent, séphine het niet noodig vond, on- kom dan oven hier. danks de pas ontvangen waarschu- Na een paar minuten kwam zij. 1 wing, den langeren weg te nemen. Joséphine, denk er om, dat je je Vroolijk en opgewekt liep zij langs Zij ha dn et gedaan of zij druk bezig as met Henri en had geen notitie Frangois gemompel Zij vermeed het zooveel mogelijk na te denken uit instinctmatigen angst dal. dan de rozcroode mist waarin zij leefde, vaneen scheuren zou en het. - wv.... -w. - j J, yiuuilia Gil UJJgV IÏCIM iiu„ 1.1 uuipO I niet bemoeit inet die Italianen. Het is het rotsachtige pad, terwijl de kleine haar duidelijk zou worden, a at dit slecht volk. Henri vooruit holde. Josépliine slak minachtend haar Van ,outer yrenfede «ons zij uit km vooruit. I volle borst een aardig liedje, toen zij Hoe kom je er bij Ik kan hen plotseling, voorl)i> een rotsblok, tegen- immers niet eens verstaan, ik ken over een man kw!un (c staan. Een geen Italiaansch. En denk je soms, jon2<> Italiaan. die bezie was een dat ik niets te duen heb'? 'groot stuk rotsblok vierkant te hou- witje, waarvan onze courant melding Frangois was voorzichtig hij wist wen TIj, stond onbeweeglijk Ie luis- us. kaki,dai ^el kRine zusje van zijn vroeg teron. met zijn hoofd een weinig op gestorven vrouw toch gelijk wist te z,jde en zün gereedschap in de opge- krijgtjn. Waarom zou hij zeggen, dat pcvpn hand druk werk voor een vrouw geen be- j Hij had 2,-^aCht, dat de zan- letsel was eeres zoo dichtbü was en verwachtte Hij dacht altijd aan haar als klein 1 haar niet. toen zii zoo opeens voor kind en dat was zij ook wat postuur j hem stond. betrof. Doch nu en dan kwam hij j?;.n oogenblik staarden zij elkaar tot het hesc-f^dat zij geen kind meer nan. alsof zi" twee eenzame aardsclie maakte, hebben opgekeken. Bloemen genoeg, in het begin van dit artikel noemden wij ze al op, maar helaas, de zoete godendrank, de geurige nectar is niet bij deze windbloemen te vinden. Slechts droog stuifmeel en dorre schubben, maar wat moet zoo'n epi curist daarmee aanvangen. De sier lijke rol tong kan er niets binnen werken en als ons vlindertje niet is beland bij enkele vroegere aco- nieten of een groepje sneeuwklokjes, is het den hongerdood gestorven. Wat zijn er alweer veel spreeuwen teruggekeerd. Heele troepen komen weer naar ons koude landje om hun voorjaarsplichten te vervullen. Droe- vas dat zij al achttien was en een han 1 waren, ''ie elkaar ont- eigen meening er op nahield. Dit was moffen Eén oogenblik slechts toen an naar één van die oogeublikken van hel- j 70ide de ir)nn ,-n het, Italiaansch. derziendheid en haar ernstige donke- dnt :n het Fransch zon befeckend re oogen en sierlijk gevormd kopje hebben „La belle chanson 1", en gadesla and, kwam de gedachte bij m'nsr dadel Uk daaent) door mpt zün hem op, dat het niet lang meer duren I werk. ferwiil Tosénbine. hevig blo- zou of er kon sprake zijn van een I 7pWl. Henri bij dc hand nam en haar huwelijk en dat zou hem al heel slecht j weg vervolgde. Marie vertelde zij schikken. niets van dit voorval, evenmin Frari- Vier jaar geleden, eenige maanden ^ois. na de geboorte van het kind, was zijn Joséphine passeerde 11a dien éénen itr worden 7ij aanizestaard door de vrouw gestorven. Hij was veel ouder keer hel reispad niet uwer oi miuder g J s -dan zij en het zusje was jonger, zoo- malen, docli zingen ueed zij niet koperwieken op liet Bolwerk en ae dat het verschil in leeftijd tusschen meer zij kon eens gehoord worden bonte kraaien. Voor hen is het einde Joséphine en hem nog al belangrijk en du verkeerd uitgelegu worden nabij. Weldra moeten zij de groote reis weer aapvaarden en als de eersten hun Pesten in Oost-Europa weer in gereedheid hebben gebracht, hebben i hun neven, de grauwe lijsters, hier hun plaats ingenomen. H. PEUSENS, VRAGENBUS. Den Heer M. J. K. te II. De Ole ander, een plant die voorkomt in het floragebied der Middellandsche zee, behoort tot de olijfachtigen, dezelfde familie, waartoe ook de escli en de sering bchoore'n. De plant, met haar altijd groene bladeren staat aan de oevers der kleine stroomen en beek jes en moet dus ook bij ons flink vochtig worden gehouden. Verder moet ze in een vrij grooten houten bak staan en veel zon hebben. De wild uitschietende takken moeten wat worden ingesnoeid. Voldoet u aan deze cischen, vee! zon en goede vochthoudende aarde dan zal dc plant, als ze in den win ter 'niet teveel heeft geleden wellicht met enkele mooie bloemen worden ge tooid. Den Heer A. E. H. te H. In aansluiting met het antwoord van verleden week bericht ik u, dat bij mij tegen vergoeding van transport kosten nog eitjes van de takken zijn te verkrijgen. H. PEUSENS. toch dwaasheid was hoe toch kon ervan liefde sproke zijn tusschen twee menschen, die elkaar niet eens ver stonden! Niet denken: zij was nu im mers volmaakt gelukkig en wensyhte r.ïefs meer dan dat het zoo bliiven mochï: bewust als zij was van de lief de. die haar wachtte, als zij langs het rctsnnd a'daalde. T'jen gebeurde het. dat kleine Henri oncesfeld werd, zoe'n lichte Vinder ziekte, die baar echter een weck aan huis gebonden bipld Eindelijk was hiï wel genoeg om hem aan de zoreen van eene buurvrouw toe te vertrouwen en kon weer eens naaT bet dnrn gaan Dp Italianen waren niet z.oo druk aan het werk als gewoonlijk en hier en daar stond een groepje druk t.e redeneeren. En het geheele pad liep zij af zonder het. gelant te zien, waar naar zij had loeren uitkijken. Met een steek in het hart bedacht zij, dat eene week een heele tijd is en dat hem mis schien verderop werk was opgedra gen. Machinaal liep zij door, totdat zij den straatweg bereikte. Hier bemerkte zij weer verscheidene groepen druk gesticuleerend en blijk baar op iets wachtend. Zou misschien het lang verwachte bezoek van de spoorwegdirecteuren eiudelijk op han den ziju. Doch wat kon het haar sche- was. Zij was dadelijk bij hem geko-Ei- toch zou het verkeoid zijn, zoo len! Voor de Couronne d Or sl< aden men om voor zijn huishouden en den hei begrepen werd Zn kun hier zelf 'de gasten en de bediendeu, ook ai te kleine te zorgen en beide posten had geen antwoord op geven, wel wist zij, wachten op iets en hadden geen oog zij uitstekend vervuld. Wat mc.est er uat zij nu nooit langs hét rotspad af van het postkantoor, een leelljk van hem worden, als zij eens zijn huis kwam, of zij zag den jongen Italiaan, 1 vierkant gebouw, dat in belangrijk© mocht verlaten voor een eigen te- j en dat, als zij hem niet gezien zou I gevallen de Republiek diende als Mai- huis 1 I hebben, dit haar minder gelukkig j rie. Marie, die in levendig gesprek Die ramp moest zoolang mogelijk j zou gemaakt hebben. Hij logde heter) was met de andere bedienden van het voorkomen worden. Als hij zoover nooit op toe was met zijn godrchtc, kreeg zijn fleg matische aard weer do bovenhand, stak hij een pijp aan on docht weer aan iets anders. ebnen. llij iogue net er was met ae anaere oeaienuen van net 1 haar tegen te komen, I hotel, verwelkomde Joséphine luid- die nog alken zorgde hij werk in de nabij- J ruchtig, blij iemand te beid te hebben, zoodat hij het pad in j niets van de zaak afwist, het oog kon houden. Nooit glimlachte Ah, voilal Joséphine! Kwam jc hij tegen haai- en zelfs de strengste langs het rotspad? Nu, je bent ook Joséphine kwam naast hem zitten, duenna zou geen onbeschaamdheid 1 niet bang uitgevallen hoor. Heb je er Zij rookte n'et, doch breide en dat j in zijn blik kunnen ontdekken, lang nüg niets van gehoord? Ah, mon Dieu komt op hetzelfde neer. Geen van bei- en ernstig keek hij haar alleen maar er i9 een moord gepleegd door die den dacht or aan even op te zien en aan. vervloekte Italianen! Onder hen zelf! zich te verlustigen in dat glorieus g-> Eens. toen zij weer dienzelfden weg Doch je kunt nooit weten die volgt zicht de ondergaande zou tegen die ging, stuitte zij op een groepje jonge kan éen der onzen zijn! W ij hebben er besneeuwde bergtoppen! Het behoor- j Lugèlsciie toeristen, llet was juist de hier alles van gehoord, doordat één de zoo tot hun dugelijksche omge- -.vaar zij den pingen Italiaan van do gasten Italiaansch spreekt en ving. En zoo zij het al opgemerkt heb-VjJor ho: eerst gezien had, zij kende het hun gevraagd heeft. Nu moet jc ben woorden zijn nu eenmaal nietpi0fv maar ai ie goed. j goed luisteren: er was een jonge man bij machte, die wonderschoon© na- j L)c Engelscneu amuseerden zich en een oude Marie sprak steeds iuurverschijnsoLs weer te geven, en blijkbaar over iets over een bosje j sneller en sneller, hoe meer ze opgo- dlt is misschien de reden, waarom blwemeu geen bloemen, zuoals in I wonden raakte door haar verhaal een bergvolk doorgaans zoo zwijg- het dal groeiden, docli die alleen te j de jonge man hield zich heel rus- vinden waren 111 den zoogenaaindén j tig en sprak niet veel met de anderen „Alpcntum eene vruchtbare rots- vodat ze een hekel aan hem kregen laag boven de sneouwlijn. Zij herken-en hem trotsch noemden. Nu hadden de ze dadelijk, doordat de gidsen ze - zij opgemerkt, dat hij eiken dag nu ar wel eens meenamen. een meisje uitkeek en de oude man Zij verstond niet wat dc Engelschen plaagde hem er mee. Hij gaf daar zeiden, doch z<tg wel, dat één van hen geen antwoord op, toen noemde de Er was geen enkele winkel in heter grappen over maakte en ze spot- oude man het meisje bij een heel loe- gehucht, zoo 111011 iets noodig had, be- tend in zijn knoopsgat wilde steken lijken naam en de jonge man sloeg zaam is. Zoo zaten ook deze twee zwijgend bij elkaar, alleen nu c-n dan den gToet van een buurman of voor- bijkomenden kennis beantwoordend, totdat de zon geheel onder was en met de duisternis een koele wind van de bergen k\yam. halve 't geen bot land of de boerderij opbrachten, bracht de bode het meo uit de stad St- Chevrasses tien ki lometer verder waaraan het dal zijn prestige Ie danken had een stadje, waar 's zomers de toeristen kwamen bergen beklimmen of zich vermaken in het kleine casino. De en dat een jong meisje ze hem weer hem in zijn gezicht, en - afnam en voorzichtig in de spleet leg- Zoo zie je. als gewoonlijk is er de, waar zij ze gevonden hadden. Dit oen vrouw in het spel, viel een jonge was juist onder den kolossalen steen, j stalknecht haar in de rede. waar weken geleden, dc Italiaan aan Houdt je mond. George! Wat weet het werk was en die nu klaar lag om jij van vrouwen af, behalve, dat ze ja weggehaald te worden. Een gedachte straffen kunnen, riep Marie boos. flitste door Joséphinc's brein, die zij i Zooals ik gezegd heb, hij sloeg den

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 13