RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD Een afdoend middel. Mijnheer Kwakkels verklaarde dat hij zich ernstig ziek gevoelde, 't Was hem moeilijk er een juiste definitie van te geven, wal hem eigenlijk scheelde; maar hij voelde wel, dat hij reeds met zijn ééne been in het graf stond, en dat, als het zoo door ging, er niet heel veel meer voor noodig was, om hem voor goed hot hoofd te doen neerleggen. Wat den toestand nog moeilijker maakte, was, dat de heer Kwakkels geen dokter wilde raadplegen, hij had nu eenmaal vreeselijk het land aan doktoren, en wei voornamelijk aan hun rekening. Er waren menschen die onvriendelijk genoeg waren om te be weren. dat mijnheer Kwakkels lijden de was aan een ingebeelde ziekte. Op zekeren dag, toen mevrouw Kwakkels op het punt was om uit te gaan, vond ze een klein boekje, dat blijkbaar onder de voordeur gescho ven was door een firma, die in aller lei medicijnen handelde en die de symptomen van verschillende ziekten in dat boekje beschreef. Nadat me vrouw het even ingekeken had, bracht zij het bi] naar écntgmoot met 'de woorden: Hier beb ik nu net iets voor jou; in dat boekje kun je vinden, wat Je eigenlijk scheelt Je schijnt geen flauw vermoeden te hebben van mijn ziekte, vrouw. WatI In dat kleine boekje, op die en kele bladzijden kan mijn ziekte onmo gelijk beschreven worden; daar zou een lijvig boekdeel mee gevuld kun nen worden. Maar. ging hij voort; je kunt wel thuis blijven en er mij wat uit voorlezen, vrouw, want ik voel mij op 't oogenblik niet wel genoeg om het zelf te doen; bij deze woorden zakte hij weer uchterover in zijn leunstoel, uitroepend. Ik ben toch zoo naar! o, ik ben toch zoo naar! Mevrouw Kwakkels was wel genood zaakt zich weer van hoed en mantel te ontdoen en bij haar man te gaan zitten. Zij sloeg het boekje open en be gon: Pijn in den rug en onder de schouderbladen; dikwijls hoofdpijn, voornamelijk boven de oogen. Och, dat is mijn kwaal, zuchtte de heer Kwakkels. Juist, dat is jouw kwaal, voegde mevrouw Kwakkels er bij, en zij ging voort met lezen: Voortdurend gedrukt gevoel, branden van de handpalmen en de voetzolen. Juist als bij mij, verklaarde de heer Kwakkels. Afkeer van eiken arbeid. Dat is Jcuw kwaal, Thomas, zei zijn vrouw, want onder ons gezegd, ben je vreeselijk lui. Neen. Femia, dat is het niet, zuchtte de zieke. Ik ben volstrekt niet lui, maar mijn arm, zwak, gefol terd lichaam staat mij geen enkelen arbeid toe. Maar ga voort, Femia. Zonder ook maar eenig-rins van haar stuk gebracht te worden, ging mevrouw Kwakkels voort: Onaan gename droomen! Juist, dat ia het, ik droom iederen nacht zoo vreeselijk, dr t ik geloof, dat het mij telkens eenige haren van liet hoofd kost, vandaar dat ik zoo kaal word, zei hij treurig. O. lieve, lieve, en mijnheer Kwakkels sprong plotse ling van zijn stoel op eu greep zich naar het hoofd. Mijn hemel, wat is er nu weer, Thomas? vroeg zijn vrouw verschrikt. Ik had daar een steek, die van mijn groote teenon tot aan het puntje van mijn hoofd liep. - Goede hemel, dat is dan wel een lange steek, plaagde mevrouw Kwak kels, want je bent minstens zes voet lang Thomas. Ja, en eigenlijk is hot nog niet over, het draait al maar in mijn hoofd rond. Kijk eens gauw, Femia, of daarvan niet iets in het boekje te vin den is? Neen. er staat heelemaal niets in vermeld van een zeeslang, glegelde mevrouw Kwakkels; want het zou mij niets verwonderen, als Je zoo iets in je binnenste hadt Femia, sprak haar echtgenoot, haar met verwijtenden blik aanziende: is het nu een tijd voor zulke groote gevoelloosheid, nu ik met het ééne been in het graf sta, en het andere er naast sleept? En wat is nu wel het re sultaat van al die symptomen? Zullen mijn longen uit elkaar barsten of mijn hart aan stukken gescheurd worden? Neen. Thomas, niets van dit al les. De lever, het is je lever, die niet in orde is, zoover ik kan nagaan. Juist, dat dacht ik wel. Dat is do reden, waarom ik niet kan eten; alles wordt ingenomen door mijn lever; die heeft, om het zoo maar eens uit te drukken, het geheelo huis in beslag genomen, terwijl zij toch maar recht had op één kamer. Ik heb het je wel 1 gezegd, IloVej Jé zult 'èens zien; hoe spoedig het met me gedaan zal zijn. Hoewel ik niet veel naiaat, zal het toch zaak zijn, dat ik den notaris laat komen en vlug mijn testament maak. Jij kondt alvast wel naar den bidder gaan, vrouw en toebereidselen maken voor mijn begrafenis, en Er werd aan de deur geklopt; op het binnen" van mevrouw kwam de meid de kamer in en bracht een brief voor mijnheer. Mijnheer Kwakkels nam hem luste loos aan, bekeek met zeer weinige be langstelling het adres; maar nauwe lijks had hij een paar regels gelezen of hij sprong van zijn stoel op en be gon een soort indianen-dans uit te voeren. Wat mankeert je nu, Thomas? Is dat die lange steek weer? vroeg me vrouw Femia, nu werkelijk met be zorgd gelaat. Neen, neen. stel je eens voor; mijn oude oom Jakob, je weet wel, de broer vaD mijn moeder is dood, en nu laat hij mij zestigduizend gulden na. Wat bedoel je? Hoe goed van hem om te sterven, ik wil zeggen om jo zestigduizend gulden na te laten. Maar Thomas, wat is het vreeselijk I jammer, dat ze te laat komen. Te Iaat komèn ?Wat bedoel jë daarmee, vrouw? Je zei immers zoo juist, dat je met het ééne been in hei graf stond en dat hei andere.... Dat zal misschien nog wel zoo'n vaart niet loopen, vie.1 hij haar in de rede. Maar hoe kan je toch zn" een onzin zeegen? 't Zal je immers niet mogelijk zijn, te leven met die vrees* lijke lever? Mijn lever kon voor mfjn part naar den duivel loopen. Als zpstieduf- zend gulden niet in staat zijn haar beter te maken, Is zij niet waard een lever genaamd lp worden. Stel Je toch eens voor, Femia. zestigduizend gul den. Hoepla. Zestigduizend gulden! En vreemd genoeg, mijnheer Kwak kels herstelde met buitengewone snel heid. ilij is nu een van de gezondste on gelukkigste menschen uit het heele land. Zelfs die lange steek is hij ge heel te boven gekomen. Raadsels (Deze raadsels zijn alle ingezonden 'door jongens en meisjes, die „Voor Onze 'Jeugd" lezen. De namen der kinderen, die mij vóór Donderdag morgen goede oplossingen zenden, worden in het volgend nummer be kend gemaakt) IEDERE MAAND WORDT ONDER DE BESTE OPLOSSERS EEN BOEK IN PRACHTBAND VERLOOT. Hierbij wordt gelet op den leeftijd la verband met het aantal oplossin gen en op de netheid van het werk. De prijs voor de raadsels in de maand Januari is ten deel gevallen aan NICO DRENT, 'die zijn prijs Woensdagmiddag tua- echen 1 en 2 uur mag komen halen. 1. (Ingezonden door Karei Heidweil- ler). Mijn geheel bestaat uit 12 letters en 6laat in iedere courant 12 6 4 is iemand, die niet dapper is. 1 11 10 is een afsluiting. 7 2 3 5 is een kieur. 2 3 7 is een lichaamsdeel. 8 9 12 is een verblijfplaats voor 'duiven. door Annie M. Rozen- 2. (Ingezonden hart.) Welke instelling leest ge hier uit sclie ere de ne —diet der bank land. 8. (Ingezonden door Hubertha Raas.) Van zeven broeders, denk eens aan, Ziet men er nooit twee samen gaan! Want komt er één. Dan groet U d'ander en gaat heen Van deze zeven Is één maar vrij I Kom, raad eens even, en zeg ze mijl 14. (Ingezonden door Aaltje Peters.) Ik ben een spreuk van 29 letters, een 6 15 21 14 16 is een insect, een 9 10 16 28 is een landbouw werktuig. 8 13 22 11 is een kantoorbehoefte. 27 21 2 29 is een deel van een wagen. 24 13 13 25 is een meisjesnaam, een 1 20 21 22 17 19 verricht gevaar tijk werk. 3 4 10 17 26 is een verscheurend dier. een 18 2 5 28 7 25 24 26 is gewoon lijk niet rijk. een 23 24 25 12 is een viervoetig dier. 5. (Ingezonden door Maarten West broek). Wat leest ge hieruit tr tr tr tr p tr tr tr tr 6. (Ingezonden door Betsy Ploeg.) X XXX X X X X X X X X X X X X X X X X X XXX X Zet op den lsten regel een klinker op den 2den den naam van een groen te op den 3en een voorwerp, waar men uit driuklop den 4den een plaats in Nederland; op den 5den een viervoetig dier op den 6den iets, waar kinderen mee spelen op den 7den een medeklinker. Nu leest men iu het midden van bo ven naar beneden hetzelfde als van links naar rechts. 7. (Ingezonden door Nelly Langerhui- zen.) Wat leest ge hieruit beide wie beide vindt iets leert mate 8. (Ingezonden door Arle de Vos). Mijn 1ste is dun en taaimijn 2de Is een maat, met een medeklinker er voor. Mijn geheel is een stad ln 9. (Ingezonden door Annie v. d. Lin den). Ik ben de naam van een vogel en besta uit 6 letters. 1 2 4 5 6 is een groote stad. 1 4 5 6 krijgt ieder graag. 4 5 6 3 is voedzaam. 1 5 is eeu kleediugstuk. 3 4 5 1 is een stof. 10. ;Ingezonden door Zet den naam van een wandel plaats achter een bekenden meisjes naam en ge krijgt een nieuwe wandel plaats bij Haarlem. 11. (Ingezonden door Wim Heijl). Ik ben iets, waar veel menschen Vrijs op stellen. Zet er één letter voor, on ik ben een .verscheurend dier. 12. (Ingezonden door Bernard Jan sen.) Mijn geheel bestaat uit 14 Letters en komt maar eens in het jaar. 12 3 wil iedereen graag worden. 10 8 ziet men *s winters. 5 7 13 is een jongensnaam. 14 12 is een noot. 3 6 9 is een kleedingstuk. 11 4 8 is niet dicht bij. Raadseloplossingen De oplossingen der raadsels van de vorige week zijn 1. Haarlemmer-Halletjes. 2. Venetië. Aken. Lena. Petersburg. Amsterdam. Rotterdam. ArchangeL Ierland. Samara. Oder. VALPARAISO. 3. De tijd. 4. Telegraaf Leert telt graait graat reef. 5. Papier. 6. Rust roest. Arbeid adelt. Oost West, thuis best. 7. Atlantische Oceaan, cacao chen Anna schoenen the© tin. 8. Zet onder de 1 een lies-end streep je en een 2, dan staat er 2 1/2. 9. Amersfoort. Maastricht. Scheveningen. Tilburg. Enkhuizen. Leeuwarden. AM STEL. 10. Henderina Hoekstra. Henk hen hoek eind Henri d1 - straat Kees. 11. Eigen haard, goud waard. Na regen komt zonneschijn. 12. Rijn Ob Robijn. Goede oplossingen ontving ik 'deze week van Frits Seuter 12 (en 12 van de vorige week). Alida Verhoeven 8. Joh. v. d. Brugge 9. Snnliia van Welsenes 11. Willem Klauwers 9. Bertha Clausing 12. Cath. Chr. Doing 10. Jan en Izaak Bos 12. Henderina Hoekstra 9 van de vori ge week. Theo Gr-'eneveld 9 en 9 van de vo rige week Alida van Paassen 11. Ans v. d Ban 12. Fenna Biemond 10. Anna de Liefde 10. Cath, Chr. Dome 11. Betsv Akersloot 10. Zus Duursma 12. Joh. W. Raatgever 10. Gerard Renzer 12. Betje de Vries 9. Christina Zwemmer 12. Gerrie Renger 12. Klaas Blauw 12. .Taantje Srhornagel 12. Dina en Bertus v. Putten 11. Elisabeth Wensink 10. Nanne Nauta 10. Jacob Wensink 10. Maria Duisterhof 12. Netje en Fietje Dusschoten 8. Corry Beekman 12. Bernard Reckman 12. Harry en Christina Kuijt 4. Clara en Aagje Bon 12. Alida Roeland 9. Maartje en Nico Verdel 12. Abraham v. Brussel 12. Cornells Snellens 8. Hendrik Brakel 12. Elis. Lodder 12. Willem Lodder 12. Arie de Vos 12. Jo Been 11. Willy Germeraad 11. Henderina Hoekstra 9. Willem Overmeer 12. Giljam Loket-se 12. Hendrik J. Tjaden 6. Anna van Nobelen 7. Marie en Bep Ruyzenaars 8. Dina en Nelly Mooren 9. Bèlsy de liaan 11. Pièr lieidweiller 10. Tine lieidweiller 10. s Jacob C. Stolwijk 12. Jansje van Dijk 12. Jacobus Misset 12. Jan Tames 5. Hubertha Raas 12. Margaretha Sehreur 9. Rika de Jong 10. Mientje de Jong 10. Henny Robin 12. Nico Drent 12. Jan Hendrik Bruijn 12. Nelly Langerhuizen 12. Bart Lietenberg 12. Mario Ruygrok v. d. Werve 8. Lodewiik C. Ballintijn 12. Cor Hun er 8. Jan Huïjer 8. Piet, Marie en Willem Extra 8. STRIKVRAGEN. Do antwoorden op de strikvragen der vorige week zijn 1. Vergift. 2. Volle tonnen. 3. De letter R. 4. In het water. 5. In het meer kunnen we visschen. 6. De oogappel. 7. 88. 8. Een treurspel. 9. Een theegezelschap. 10. b(at. 11. Door het. schaap niet te slachten. 12. Bij de kleinste. Goede antwoorden ontving ik deze week van Frits Seuter 12. Alida Verhoeven 7. Joh. v. d. Brugge 11. Willem Klauwers 11. Jan en Izaak Bos 9. Theo Groenevcld 9. Alida van Paassen 10. Ans v. d. Ban 12. Fenna Biemond 9. Anna de Liefde 9. Zus Duursma 12. Gerard Renger 11. Betje de Vries 12. Gerrie Renger 10. Dina en Bertus v. Putten 10. Elis. Wensing 9. Jacob Wensink 9. Maria Duisterhof 10. Corry Reckman 12. Maartje en Nico Verdel 12. Abraham v. Brussel 10. Elis. Lodder 12. Willem Lodder 12. Arie de Vos 8. «Jo Been 11. Willy Germeraad 11. Henderina Hoekstra 12. Willem Overmeer 12. Giljam Lokerse 10. Hendrik J. Tjaden 6. Anna van Nobelen 10. Marie en Bep Ruïjzenaars 8. Dina en Nelly Mooren 10. Pier Heidweiller 9. Tine Heidweiller 9. Jacob C. Stolwijk 9. Jansje van Dijk 12. Jacobus Misset 10. HTibértha Raas 10. Margaretha Sehreur 11. Nico Drent 7. Marie Ruijgrok v. d. Werve 6. Lodewiik C. Ballintijn 12. Piet. Marie en Willem Extra 8. EEN NEUZEN-VERHAAL. Te Dewitz, niet ver van Praag ln Bohcmen woonde in oude tijden eens een boer. Deze was schatrijk maar zeer eigenaardig en hij had een be koorlijke dochter, die op den leeftiid kwam, oni te kunnen trouwen. In dien tijd studeerden aan de Hoogo- school te Prang wel 25,000 studenten en dezen gingen dikwijls naar Dewitz. Menigeen onder hen had er gaarne zijn stndentenmnts voor over om den hoer achter de ploeg te volgen en zijn schoonzoon te worden. Maar dit ging tr zoo gemakkelijk niet, want tel kens nis do boer iemand aannam om op zijn boerderij te komen werken, stelde hii deze voorwaarde: ..Th neem u oen jaar op proef, tol de lente weer komt en de "koekoek roept; maar als gij in dien tijd ook maar één enkele keer klaagt, of ontevreden zijt, sla ik u het tonje van den neus af; maar, voegde hij er clan lachend bij, „ik ben eerlijk, en als ik ontevreden ben, hebt gij ook het recht het mijne er af te slaan!" En hij deed, zooals hij zeide. Al ltoel spoedig zag men overal in Praag studenten loopen, die het punt je van hun neus kwijt waren en dit ■erbeterd.fi hun uiterlijk niet, zoodat zij er heel wat grappen en plagerijen over aanhooren moesten. Nu was er één jonge man, Coranda crenaamd, die ook zijn geluk op de boerderij beproeven wilde. Hij zag er flink uit, en was koel van hoofd, scherp van geest en listig. De boer ontving hem goedsmoeds, maakte dezelfde overeenkomst met hem als met de overigen, en zond hem dc velden naar het werk. Toen het tijd was voor het middagmaal, wer den allen binnengeroepen, maar de nieuweling werd opzettelijk vergeten. Bij het avondmaal gebeurde hetzelfde. Maar Coranda was niet uit het veld geslagen .Hij ging naar de boerderij en terwijl de boerin bezig was de vo gels wat voeder te brengen, haakte hij een reusachtige ham van de zolde ring in de keuken los» nam een groot brood uit de broodmand en ging de velden weer in om zijn maal te doen. 's Avonds laat, toen hij weer binnen kwam. riep de boer hem bij zich en vroeg: „Zijt ge voldaan?" „Volkomen", antwoordde Coranda, „Ik heb smakelijker gegeten dan u Juist op dat oogenblik kwam de boerin binnenloopen en riep; „Die ven! Dieven! Er is een hom gestolen!" Coranda begon hartelijk te lachen, maar de boer werd bleek. „U bent ontevreden!" riep Coranda. „Een ham is maar een ham", ant woordde de boer, „over zoo'n kleinig heid, kan ik me niet druk maken. Maar sedert dat ooa-enhllk werd Coranda met de maaltijden niet weer vergeten. Het werd Zondag en de boer en zijn vröuw stapten in hun karretje om naar de kerk te rijden en zeiden te gen Coranda: „zorg in dien tijd voor het middagmaal; doe oen versch stuk je vleesch in den not met uien en wor telen en maak dat alles lilaar is, als wij thuis komen!" Nu was er op de boerderij een aar- die klein hondje, de lieveling van de boerin. Coranda doodde en vilde het en kookte het met de groente tot het gaar was. Toen de boerin thuis kwam riep zij haar hondje. Maar. helaas, er kwam niemand, maar zij vond zijn velletje bö het raam hangen. „Wat hebt ge gedaan, ongelukki ge?" vroeg zij Coranda. „Wat gij gezegd hebt", was het ant woord, een versch stukje vleesch met uien en wortelen in den pot". „Jou domme wreedaard!" riep de boer, „heb je werkelijk dat onschul dige dier. waar we allen zoo van hiel den, gekookt?!" „Gij zijt ontevreden!" riep Coranda, en hij greep zijn mes. „Nu, dat zeg ik niet", zei de boer. „Een doode hond is maar een doode hond!" en hij zuchtte. Eenige dagen later moesten de boer en zijn vrouw naar de markt. Maar zij vertrouwden hun knecht niet erg in hun afwezigheid en zeiden bij het weggaan: „Gij blijft thuis, maar raak niets aan dat ons toebehoort en doe wat de anderen doen!" Nu stond er in den hof een oude schuur, waarvan het dak bijna in zakte. De metselaars kwamen om het te vernieuwen en zij begonnen natuur lijk met het oude er af te halen. Nau welijks had Coranda dit gezien, of hij haalde een ladder, klom op het dak van de boerderij, dat nog geheel nieuw was en begon pannen, latwerk spij kers en haken naar beneden te gooien. Toen de boer thuiskwam was het huis van boven open. „Wat! Schelm!" riep hij uit, „welke poefs heh je me weer gebakken''" „Wel, gii hebt mo zelf gezegd, dat ik moestdoen. wat de anderen de den", antwoordde Coranda. „Zijt gij niet tevrodpne" en hij trok zijn m«». „Tevreden?" zei de boer. „Tevredpn. Ja, waarom zou ik niet tevreden zijn? Een paar spijkers en pannen zullen mij niet arm inakenl" Maar hij zuchtte. Dien avond kwamen de boer en zijn vrouw overeen, dat het hoog tijd werd om zich van zoo'n lastig en gevaarlijk heerschap nis Coranda was, te ont slaan. Maar zij waren verstandige menschen en raadpleegden ook hun dochter. „Vader", zei Helena, „morgenoch tend vroeg zal ik mij verstoppen in den gTooten pereboom en de koekoek nadoen. Dan moet gij tegen Coranda zeggen, dat liet jaar om is en dat de koekoek roept. Dan betaalt gij hem zijn loon en zendt hem weg". Zoo gebeurdel Vroeg in den morgen hoorde men duidelijk: „Koekoek! Koekoek!" De boer hield zich ver baasd! „Wel, mijn jongen, het ls al weer lente!" riep hij uit. „Ik hoor de koe koek in den perenboom. Ik zal je je loon geven eu laten we dan als goede vrienden scheiden" „Een koekoek!" riep Coranda. „Zoo'n beest heb ik nog nooit gezien!" en hij vloog tiaar den perenboom en begon er uit alle macht aan te schud den. Er klonk een gil en meteen viel het meisje uit den boom, gelukkig meer verschrikt datt bezeerd. „Schavuit!" riep de boer. „Gij zijt ontevreden!" riep Coranda, en greep al weer naar zijn mes. „Ellendeling!" riep de boer, „gij hebt bijna mijn dochter gedood en denk je. dat ik nu nog langer tevre den over je ben? Ik ben woedend op je en in staat je op staande voet te dooden!" „Ik zal gaan; maar eerst moet de top van uw neus er af", antwoordde Coranda. „Ik heb mijn woord gehou den; houd nu ook het uwer „Vader", sprak Helena, „het was mijn schuld eu ik zal het goed maken. Coranda, wilt gij mijn hand, in plaats mijn Vaders neus?" zei Coranda. „Dan op een voorwaarde", sprak het meisje. „Wie van ons hot eerste ontevreden is, moet de top van zijn neus missen!" „Dat is best", antwoordde Coranda „Ik had liever dat het de tong was, maar na den neus kunnen we de tong nemen! Nu was het spoedig bruiloft en in Dewitz was nooit zoo'n prachtige bruiloft gevierd! En het was een ge lukkig paar en het bleven gelukkige echtgenooten. Nooit had een van bei den iets te klagen of te mopperen en dank zij de eigenaardige voorwaarde behielden zij gedurende een lang, ge lukkig leven, hun liefde voor fiikaar en.... ook hun neus! Brievenbus (Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeli ug moeten gezonden worden aan Me vrouw Venema—v. Doorn, Wagenweg no. 88, Haar lem) Geweigerd werd een briefje uit Schoten, dat met een 1-cenls-post- zegel, inplaats van een 3-cents-post- zegel gefrankeerd was. FRITS S. Je brief kwam pas Donderdags, Frits! Het verbaasde mij al. omdat je altijd zoo precies op tijd was. Ik denk. dat de knecht zich ver gist heeft. Maar zooals je ziet, heb ik ze er nu deze week bijgeschréven. ALIDA V. Ja, je briefje kwam te laat. Maak maar, dat het 's Woens dags komt, zooals deze week. Dit was prachtig op tijd. CA TRIEN V. Of het opstel goed is. vertel ik je pas als de uitslag in d9 courant komt en dat duurt nog een paai- weken. SOPHIA VAN W. Ja, ik heb er dikwijls heel wal in voorraad, die eerst geplaatst worden, maar als je goed kijkt, vind je opeens je eigen raadsel weer. Ben je nu weer heele maal beter en ben je dikwijls ziek WILLEM K. Je uieuwe opgaven zijn goed. Ben je thuis geweest, of was het zoo erg niet Hoe is het met Henri 1 Heeft hij op school ailee nu al weer ingehaald JOH. CATH. S. Je opstel heb ik ontvangen en het is best, dat Je mee doet, hoor 1 ANS v. d. B. Heerlijk, dat je nu weer op bent, en vandaag misschien al weer naar school Met influenza moet je anders voorzichtig zijn, hoor! Het was gezellig voor je. dat Moeder jou. of liever Jij Moeder gezelschap kon houden. Gaat Moeder ook voor uit Neen, ik ken dat boek niet is het van jou En heb je er nog meer van dien schrijver in je bezit ALIDA R. Wel ja, dat is best, als je er twee maakt Dan zend je ze maar allebeiWat scheelt er aan je hand HERMAN B. Zou je nu ook goed kunnen onthouden, hoe van het mee! brood gemaakt wordt, en was die van dien kunstenmaker niet vreese lijk grappig Wat is het stil in huis, als zoo'n klein broertje zïok is, vind je niet Ik hoop, dat hij, als dit briefje komt, weer een heeleboel be ter is Is jou hoofdpijn ook weer hee lemaal over En ben je er nog voor thuisgebleven Ja, Wim en Anna houden zich best. Heeft Wim al ma zelen gehad, of mankeert die heele maal niets Hoe is het tegenwoordig met Jenuy Nog even druk ais altijd? Nu, dit is toch een lange brief, vind je niet Krijg ik van jou nu ook weer zoo'n lange ARIE DE V. Het nieuwe raadsel heb ik door een ander ook ingezon den gekregen. Bedenk nog maar eens een ander. HENDERINA H. Het nieuwe raadsel is goed. BERTHA C. Ik denk, dat je een prachtig opstel voor onzen wedstrijd kunt maken, met zoo'n cijfer voor NecL Was dat ook een opstel Wan neer krijgen jullie rapporten ALBERT a. JOHANNA M. H. en GRETHA V. De nieuwe strikvra gen zijn goed en het is best, als Gre- tha ook mee doet. JIB. Wel ja, dat vind ik best. Maar zet hem er dan iederen keer maai- bij. want anders mocht ik het eens vergeten. Nu, L heeft nog tijd genoeg om zich eens le bedenken, en er is keus genoeg I CATH. CHR. D. Het nieuwe raadsel is goed, maar Ik heb hetzelfde nog in voorraad van een ander meis je Bedenk dus nog maar eens een ander. Het laatste raadsel heb je gezonden, zonder het antwoord er bij te zetten. Krijg ik dat nog van je HENDERINA H. Bij begraves plaatsen is de naam van de plaats, die je zoeken moet, in den zin verbor gen. Je inoet dus twee of meer woor den, of gedeelten Yau woorden sa menvoegen maar de letters staan altijd in de goede volgorde. Vergelijk de antwoorden maar eens met de op gaven, dan begrijp Je het wel 1 THEO GR. Ja, hoe eer je begint, hoe beter, want anders komt er mis schien niets meer van. Je briefje was te laat. Ilad je het vergeten te be zorgen BETSY A. Het is wel prettig, dat je het borduren dan keurig leert; en dan heb je er ook veel meer plei- zier in. vind je niet Neen, dat was geen vroolijke verjaardag i Was dat onverwacht WILLEM O. De nieuwe raadsels zijn goed. Heerlijk, dat Vader weer beter is 1 Heeft hij je geholpen aan do nieuwe raadsels BETSY d. H. Heb je vroeger ook wel eens meegedaan, of was dit de eerste keer En ben je weer heele maal beter Het nieuwe raadsel is PIëR H. - goed. JACOBUS M. Ken Je ook merken, dat je hef. beter leert en doe je het ook wel eens met Vader of Moeder JAN T. Ik denk. dat jij erg groot i sterk wordt van al dat buiten spe len en werken. Je bent zeker nooit ziek. is 't wel FENNA B. Neen, daar wordteen klein klokje mee bedoeld, om op een kastje of scJioorsteen te zetten. Heb jij al een horloge, en maak je ook een opstel ANNA DE L. Jammer, dat je op »o'n tochtje ook nog slecht weer ge troffen hebten gaan jullie nu in 't voorjaar ook weer eens Wat voor soort teekeningen maken jullie meest al en worden ze ook gekleurd ELIS. en JACOB W. Het nieuwe raadsel is goed. Jac jb houdt zeker veel van aardrijkskunde, is 't niet MARIETJE D. Je hebt vergeten het antwoord er bij te zetten I Wil je dat nog even schrijven CORRY R. De nieuwe raadsels zijn goed. behalve één, dat er pas in gestaan heeft. HUBERTHA R. Ja, dan zullen die laatste vier weken wel erg druk zijn Heb je nogal goede moed En wat ga je dan doen RIKA en MIENTJE d. J. lk hoop dat jullie morgen erg veel pleizier 1 zulf hebben. Schrijf me maar eens, hoe het feest is afgeloopen MARIE v. d. W. Ja, maar schrijf er dan bij, waar je het verhaal gele zen hebt.Het boek. wat je opnoemt, bevat allemaal sprookjes, die ken ik wel en die zijn erg aardig J. C. S. Nu, de volgende week is ook nog vroes genoeg. Ik ben nieuwsgierig, of het aardig wordt. HENDRIK J. TJ. Het is best als je met ons meedoet. WILLY G. Ik ben erg nieuwsgie rig naar het grappige versje, hoor Wie is er nu weer het eerst jarig Of wat voor pretje komt er nu weer het eerst Zijn Moeder en Zus nu weer heelemaal beter ABRAHAM VAN B. 'Als Je m. Donderdags stuurt, komt het er een •eek later nog in. Er zijn meestal een paar kinderen, die achteraan ko- COR en JAN H. Het is te he-, pen. dat Moeder gauw weer heele maal opknapt. Maakt Jan ook een; opstel, of vindt hij het nog wat moei-' lijk PIET. WILLEM en MARIE E. Nu, dan zou ik maar goed mijn best doen, want iets maken wat je ge bruiken kunt, is nog veel prettiger, dan een proefplankje, vind je niet Bep en Marie R.. Giljam L., Jo B., Maartje en Nico V., Clara en Aagje B.. Netje en Fietje D.. Nanne N.. Bej M., Dina en Bertus van P., Gerrie R-, Christieti Z.. Betje d. V.. Gerard R., Joh. W. R., Jaantje S., Zus D.. Jansje van D.t Elsje H. Jullie brieven wor den de volgende week beantwoord. Mevr. VENEMA—v. DOORN. 11 Februari 1911

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 15