HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
ZATERDAG 25 FEBRUARI J9li
oprechtheid. Er rest nog een gewich
tig ding het nuttigheidsbegrip. Het
nuttigheidsbegrip, dat in verband
staat met den tijd, waarin men leeft.
De mode moge in bijzonderheden gril
lig en luimig zijn, in de groote lijnen
richt ze zich, móét ze zich richten
naar wat de tijdsomstandigheden
haar onverbiddelijk voorschrijven.
Ik begrijp u niet goed.
Waarom draagt u geen rapier,
zooals vroeger de edellieden
Omdat er nu minder gevochten
wordt.
Niet alleen daarom. Ook omdat
u over uw rapier zoudt struikelen, in
dien u zoudt willen trachten, op een
hollende autobus te springen. Waar
om overleed indertijd de crinoline
zuliger nagedachtenis Omdat ze den
laatsten adem uitblies bij de inspan
ning om gelijken tred te houden met
den toen in aantocht zijndon tijd, die
de snelheid kwam brengen van wat
des stoomwezens was. Natuurlijk heb
ben te allen tijde ook aesthetische in
zichten het Hunne bijgedragen om de
eene of andere mode 111 liet leven te
roepen of ten doode te doemen. Voeg
er voor mijn part de vrouwelijke ca
prices aan toe. Doen wie de wisselen
de modes over alle eeuwen met eenig
nadenken overziet, zal moeten erken
nen, dat, lanzaam misschien, doch
zeker, de maatschappelijke omstan
digheden, nooden en behoeften steeds
invloed hebben uitgeoefend op de
dingen der mode.
U spreekt als Brugman.
Bruquemanne. Connais pas.
Komt er ook niet op aan.
Continuous. De fiets heeft het
ons al noodzakelijk gemaakt, een
soort van „jupe-culotte" in het leven
te roepen. Kunnen wij amazonisch op
een lichte bicyclette zitten? Dat gaat
niet. Nu het verkeer, met al de dingen
van electrotechniek, automobilisme,
aviatiek enz.., stee-ds sneller en sneller
wordt, brengt onze, der dames veilig
heid en vaardigheid onafwijsbaar
mede, dat wij ons een kostuum schep
pen, hetwelk© onz© vrijheid en vlug
heid van bewegingen bevordert. Merk
waardigerwijze heeft Juist de, reeds
bij haar geboorte ten doode gedoem
de, mode der „entravécs" van verle
den jaar ons ten deze des te sneller
de oogen doen openen. Eeuige navolg
sters dier uiterst malle, hoog^? on
praktische mode, struikelden op
straat, op 'n trap braken een boe»,
werden overreden... Arme slachtof
fers! Doch die slachtoffers zijn ons
van nut geweest bij het creèeren van
de „jupe-pantalon'.
Een voortreffelijk betoog, me
vrouw. Ik dank u zeer voor uw in
lichtingen.
Pardon, mijnheer, ik ben nog
niet uitgepraat. Wie zoo'u „jupe--
pantalon" nog niet met eigen oogen
heeft gezien, zou allicht denken:
..Zoo'n damesfietserige pantalon mo
ge heel aardig boven op een fiets
staan, maar op do wandeling of in
balzaal lijkt het ding mij een pas
kwil toe.'' Natuurlijk hebben we ook
aan de aesthetische zijde der kwestie
gedacht, hoe wisselvallig overigens
ook der menschen aethetische inzich
ten zijn. Ik bedoel maar, dat wij er
voor gezorgd hebben, er zoo min mo
gelijk mannerig of feministerig uit te
zien, bij analogie gedachtig aan:
„L'homme prend les ridicules de son
habit; mettez-lui des jupons, il sera
coquette ou prude..."
Kijk eens, u ziet mij nu gewoon
staan in mijn „jupe-pantalon". Lijkt
het ding zoo niet op een gewonen
vrouwenrok, door den val en de aan
sluiting der overlangsche slippen en
plooien? Slechts bij sommige expan
sieve bewegingen het opgaan van
een trap, het snel oversteken van een
straat, enz. ziet men het gedeelte
„pantalon" van de „jupe-pantalon
Voila! Zie ik er ook maar eeuïgenna-
te manwijverig uit?
Absoluut niet, mevrouw.
Welnu! Ziedaar een praktisch
kostuum, dat ons in staat stelt, ons
even vlug en gemakkelijk als de hee-
ren der schepping te bewegen en dat
tevens, hoe revolutionnair ook, niet
ridikuul is.
Denkt u, dat de „jupe-pantalon"
algemeen in zwang zal komen?
Dit jaar misschien nog niet,
maar eerlang zeker. In weerwil van
alle mogelijke conservatieven, wijst
de tijdgeest ons ten slotte den weg,
schrijft hij ons dien zelfs voor.
OTTO KNAAP.
Yan da Residentie en haar
bewoners.
lxxxxvii.
In de verslagen van de Marine-
vereenigin" werd opgenomen „Onze
kustverdediging in verband met een
oorlog op de Noordzee", beschouwin
gen van den luitenant t. z. Ie kl. ba
ron Van Asbeck, naar aanleiding van
bet kustverdedigingsontwerp.
Schrijver verklaart daarin tot de
uiteenzetting gekomen te zijn, omdat
niemand anders dit tot dusver gedaan
had en hij het wenschelijk oordeelde,
dat ook de marine-officieren zich
eens zouden uitspreken.
De vergadering, waarin de bewe
ringen en stellingen van baron Van
Asbeck besproaen werden, Is niet te
Nieuwediep, «naar hier ter stede ge
houden. om beter gelegenheid te ge
ien tot biiwoning. Deze bijeenkomst,
die de vorige week plaats had, is nu
om verschillende redenen merkwuar-
dig geweest.
liet is een bekend feit, dat de man
nen. die plannen maken ter verbete
ring van onze verdedigingslinie, 't zij
te land of te zee nog al eens van mee
lang verschillen over de wijze, waar
op dit moet gebeuren. We behoeven
maar naar de plannen van elkaar op
eigende ministers van Oorlog en
an Marine te zien. om haast even
zoovele bewijzen te hebben. De verga
dering toonde dat ooi aan, uiaar in
Uk een mate, dat het verbijsterend
erd.
Kou land kan nooit meer betalen
dan het kan, ook het onze niet, en
juist daarom, nu de plannen tot ver
betering alleen gemaakt zijn met het
oog op de beperkte geldmiddelen, was
meer eenstemmigheid te verwachten
geweest omtrent de beste middelen,
die konden worden aangewend.
Onder de sprekers waren geen adel
borsten of piepjonge luitenants ter
neen, mannen van naam, en be
kende handigheid gaven hun mee
ning ten beste, ook landsofficieren be
pleitten het sturen in een bepaalde
richting.
Geen van de 13 redenaars was het
echter met een ander eens.
De-meest uiteenloopende opinies
werden verkondigd, niet zoo maar
weg, losjes in een debat, maar gedo
cumenteerd, steunend op volle over
tuiging. Sommigen wilden de kust
verdediging opdragen aan zware
schepen, anderen aan forten, of aan
onderzeeërs. Een derde had groote
voorliefde voor torpedobooten, een
vierde vond, dat de suprematie ter
zee over het lot van de kusten be
sliste en alleen groote vloten konden
dus dienst doen. Zoo had ieder wat
anders en waren een paar het soms
eens over het stelsel van verdediging,
dan verschilden ze weer in beïang-
rijke onderdeelen.
Al die verscheidenheid geeft te den
ken.
Als leek oordeelen leidt vaak tol
dwaze conclusies, maar als vooraan
staande mannen op militair gebied
het hopeloos oneens blijken omtrent
hetgeen gedaan moet worden, dan
dringt zich de vraag op wat er ten
slotte van de marine en de kustver
dediging; worden moet.
Een groote lijn in de wijze van
verbetering is nooit te bekennen ge
weest; steeds waren hel ook alweer
om het geld betrekkelijk kleine
plannen, die haast nooit door gelijk-
gedachte gevolgd werden, omdat een
nieuwe minister de vorige richting
verkeerd vond.
Zou het daarom niet gewenscht zijn
eindelijk één groot plan uit te voe
ren, jaren achtereen? Geheel ver
keerd zal het toch wel nooit blijken
en we krijgen dan een richting, meer
gehéél in de geheele organisatie
Mocht deze zwakke onderdeelen ver-
toonen, en misschien zelfs vele, dan
zullen we toch nog beter uit zijn dan
met een tiental half afgemaakte plan
netjes, waar vaak alle verband tus-
schen ontbreekt
Voor alles moet eenheid komen, dat
Is wel het belangrijkste resultaat ge
weest van de urenlange besprekingen
in de Marinevereeniging, waar ook
bleek dat de officieren van land- en
zeemacht elkaar de millioenen niet
minnen. Elk vindt zijn eigen wapen
het belangrijkst.
Van de militairen van de ernst
naar die van het srel: van de mari
ne naar de padvinderij. De installatie
van de eerste vendels is aanleiding
geweest tot een vrij dwaze manifes
tatie van het Kamerlid Ter Laan.
De gelofte die de Jong© Verken
ners moeten afleggen houdt ook de
woorden in: „mijn plicht tegenover
de Koningin te zullen vervullen" en
dat was volgens ons Kamerlid contra
bande voor zijn zoons.
Misplaatste principevastheid!
Wat heeft, goed beschouwd, de
Koningin met de padvinderij te ma
ken, een beweging, die geheel huiten
het hof om begonnen en doorgezet is?
De genoemde woorden willen toch
niet meer dan aan de belofte een klein
weinig ernst bijbrengen; ze bedoelen
daarbij plichten jegens het koning
schap en niet jegens de Koningin als
persoon. Men had ze er evengoed uit
kunnen laten zonder de jonge verken
ners daarmee tot anti-koningsgezin-
den te bestempelen.
Dat de heer Ter Laan er over geval
len is, vind ik daarom nogal kinder
achtig. Hij heeft zelf, toen hij Kamer
lid werd, „trouw gezworen aan de
Grondwet'en dus ook aan het Ko
ningschap, dat in de Grondwet zijn
basis heeft. Die eed of misschien
was het wel een belofte was geen
frase en de heer Ter Laan heeft haar
afgelegd, omdat hij anders niet toe
gelaten zou zijn.
Zoo is het nu ook met de Padvin
ders. De belofte is voorgeschreven en
wie er hij wil komen moet haar af
lossen. Gaan we nu de kleine plech
tigheid van het trouw beloven be
schouwen als een gebeurtenis van
buitengewoon gewicht in een jongens
leven. dan geven we daarmee de ge-
beele beweging een duw naar achter,
omdat we haar ondergeschikt maken
aan de inzwering ais zoodanig.
Mogelijk krijgen we over eenigen
tijd socialistische padvinders; dat
zou een splitsing brengen die Natuur
lijk weer andere splitsing ten gevolge
zou hebben en als dan drie vertegen
woordigers van twee padvinders-
clubs, die op verschillende overtui
ging stooten, elkaar in de duinen ont
moeten, vrees ik het ergste. De jon
gens toch zijn met stokken gewapend: j
Het verbinden zou dan vermoede
lijk niet meer op gefingeerde gekwet
sten moeten worden geoefe'nd!
De Openbare Leeszaal, die, zooals
ik reeds meedeelde, haar iezerstal
achteruit zag gaan na de verplaat
sing. heeft verstandig gedaan. Ze
gaat reclame maken: in de trams
zijn borden gezet, waarop de naam
en de straat waar de zaal gevestigd
is. voorkomen.
Dat is een stap in de goede rich
ting; als nu in de volksbuurten ook
eens aangeplakt wordt, of desnoods
biljetten verspreid, dan zal het getal
bezoekers wel weer klimmen.
Bekendheid moet hier terugbren
gen wat de wat te degelijke inrichting
wegjoeg.
Waar ook menschen naar toe ge
haald moesten worden, dat is naar
de tentoonstelling van vervalschfe le
vensmiddelen door den keurings
dienst ingesteld- In het nieuwe ge
bouw aan de Prinsegracht zijn een
groot aantal lekkernijen en andere,
meer praktische eetbare waar, uitge
stald, die of grootendeels vervalscht
of vermengd met schadelijke stoffen
zijn.
Voor het publiek is deze tentoonstel
ling tot dusver gesloten. Alleen de
pers mocht een kijkje nemen, maar
de personen die al die lekkernij slik
ken, worden geweerd.
Waarom? Dat weet vermoedelijk al
leen de directeur. Het is evenwel
Jammer, dat een werkelijk interes
sante collectie slechte eetwaren al
leen verzameld zijn als archief-inven
taris en niet om het vervalschingseu-
vel te bestrijden.
SINTRAM.
Amsterdamsdie Kout
Weer staat een stukje oud-Amster
dam op 't punt te verdwijnen: liet
voormalige café-concert „Victoria" in
de Nes, waaraan voor hen die twin
tig Jaar geleden en liefst nog wat lan
ger jong en liefhebbers waren om op
hun tijd eens uit te gaan, allerlei lier
Inneringen zijn verbonden.
café-chantant behoorde de
zooals deze inrichting famil-
jaar genoemd werd, net als het Pa
nopticum de „Pan", al een jaar of
vijf tot het verleden, de laatste exploi
tant, de heer I'aerl, verkocht het ge
bouw toen aan den heer Wessels, een
sigarenfabrikant, die het hoofdzake
lijk inrichtte voor monsterzaal en
anueer hei voorkwam, de zaal ver
huurde aan liefhebberij- en 30 ceuts-
comedies in 't genre, zooals ik ze
reeds meer beschreef.
Doch ook de laatste periode van
haar aan de kunst gewijd bestaan
was voor de „Vic" niet schitterend.
Wel werden er nog geregeld revue-
tjes en parodies opgevoerd, die in al
le opzichten glansrijk den toets der
vergelijking konden doorstaan met
hetgeen thans in de variété's wordt
oorgezet alleen de costumes en
het aantal koristen was minder,
maar de rest was beter maar er
kwamen geen menschen meer. In dit
stadsgedeelte scheen men nu een
maal geen publieke vermakelijkhe
den meer te willen zoeken en faute
de combattanls moest le combat wor
den gestaakt.
Maar toen was de Nes de Nes ook
niet meer, in de dagen dat ze het wèl
was en dat Michel Solser, de eeuige
komiek van wien gezegd werd wat zou
Michel Solser zijn zonder de Vic, en
do Vic zonder Michel? nog leefde,
ging menig jongeman vele zijner Zon
dag- en in de weeksehe avonden in t
kleine zaaltje doorbrengen, waar 1000
keer de revue artislique voor een uit
verkocht huis werd opgevoerd.
Er wordt in deze dagen nog al
eens een vergelijking gemaakt tus-
schen het uitgaan van toen en nu en
niet ten onrechte is de opmerking ge
maakt, dat het huidige nachtleven
met zijn speelzalen en andere gele
genheden waarover niet te schrijven
is. eigenlijk heel wat gevaarlijker is
dan het studentenstreken uithalen
enz. uit het glorietijdperk van Vic
toria.
Haariemsche
Handelsvereenigïng
Ooedgek. bij Kon. Beal. t«u 13 Nov. 1899.
Da Haariemsche Handelsvereeni
ging hier ter stede, opgerichl 10 Mei
1802, heeft in den loop van den tijd
wel haar recht van beslaan bewezen.
In zeer vele gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreffende, is zij
opgetreden en dikwijls met groot
succes. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft, dit te
waardeeren, door als lid der Vereeni-
ging toe te treden. Er zijn wel aieer
dan ËOil leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoen
de, ja zelfs particulieren, moesten lid
worden, om ten minste te laten gevoe
len, dat men het werk up prijs steil,
dat de Haariemsche Handelsvereeni
ging steeds opneemt, als doende, wat
hare hand vmdt om te doen.
De voordeelen, die de Vereeniging
bulten hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren leden aau-
biedt, zijn zeer vele en zeer groote
tegenover de geringe jaarlijksche
contributie van 3.50, die gevraagd
.wordt.
De Haariemsche Handelsvereeni
ging bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige be ta
lera voor hen lot betaling aan te
mauen en information voor hen in te
.winnen. Bovendien hebben de leden
het recht, het hun gratis te verstrek
ken advies van den rechtsgeleerden
adviseur der Vereeniging te vragen,
die ook in proceduren en faillisse
menten gratis voor hen optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffeuue
den handel eu het bedrijf der leden.
Als proef kunnen voortaan nieuwe
ledeu voor een half jaar worden aan
genomen, docli slechts het 2e halfjaui
(von 1 November tot en met 30 April,
ad I 1 75 de halve contributie.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
eenig.ng zijn de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugenholtz en A. H. j. Merens,
Spaarne 94, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 24 uur des na
middags zijn te spreken.
Het bureau der Vereeniging is ge
vestigd Jausweg 11.
Voor incasso's door bemiddeling
der Vereeniging wordt een vast
recht van 5 pet, der vordering bere
kend.
Bovendien moet 10 cent voor port
steeds worden bijgevoegd, bij Inzen
ding van vorderingen door bemidde
ling der advocaten te innen.
De kosten van informatiën naar
buiten de stad woonachtige personen
bedragen GO ets. per informatie, plus
vijf cents puno-vergoeding. Julornia-
tien naar bmnen de stad wonende
personen worden gratis verstrekt.
Pretention op builen de stad wo
nende personen worden niet behan
deld, wanneer niet 10 ets. voor porto-
vergoeding is toegevoegd.
Ruim 1748 inlormalien en rechts
geleerde adviezen werden in het of-
geioupen jaar gegeven.
In October en November 1910 zijn
60 vorderingen tot een bedrag van
f 1184,14 betaald; 11 vorderingen wor
den afbetaald, 16 vorderingen zijn
uitgesteld.
Nieuwe Leden voor 1911/12 kunnen
nu reeds tot de Vereeniging toetreden
en genieten aisduu tot 1 Mei e.k. al
le voorrechten als een gewoon lid.
Volgens art. 7 dient hel geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
Alle brieven, aanvragen, reclames
of wat ook, moeten worden geadres
seert aan het Bureau, dat geopend ia
dagelijks van 9 tot 5 uur en waar ook
verdere inlichtingen zijn te bekomen.
Haarlemmer Halletjes
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE.
Mejuffrouw Oppenheimer, die de
kookkunst zoo knap in dc theorie en
in de pr act ijk verstaat, heeft haar
laatste redevoering in het huis in de
Kruisstraat gehouden. Het koken op
gas is nu, zooals we dat in bar-
goensch-Ilollandsch gewoon zijn te
noemen, (relanceerd en moet verder
zijn eigen weg maar vinden. Het huis
in de Kruisstraat evenwel gaat, na
een korte periode van nuttigheid,
.weer dicht, overgelaten aan diegenen
onzer Haariemsche mede-ingezetenen,
die tot het spinnen- en muizenras be-
hooren. Deze vrienden evenwel beta
len geen belasting, zoodat het hun
niet schelen kan, of het huis per jaar
drieduizend gulden te verrenten
staat. Ons wel en daarom zien we al
met verlangen het oogenblik tege
moet, waarop aan dit huis een defini
tieve bestemming zal worden gege
ven.
Langzamerhand komt, maar een
beetje laat. de vraag op, of het eigen
lijk wel goed is geweest, dat de ge
meente dit perceel aangekocht heeft.
De kunst van zuinigheid berust In de
"wereld hierop, dat je nooit koopt, wat
je niet noodig hebt. Blijkbaar had de
gemeente het nog niet noodig, daar
zij er tot dusver geen bestemming
voor gevonden heeft- Wouter beweert,
dat de gemeente het huis gekocht
heeft, omdat niemand anders het ge
bruiken kon. Je kunt je niemand
Het Bestuur heeft bemerkt, dal men
soms meent, dat men, hoewel geen
lid der H. H. V toch van haar iufor-
matiën kan bekomen, en brengt nu
nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis
dat alleen aan leden der Vereeniging
informatiën door haar worden ver
strekt, en dat voor informatiën op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
RET BESTUUR.
Parijsche Brieven
CCLXIV.
Geachte lezeressen, men maakt zich
sedert een paar weken te Parijs druk
met een revolutie, een gevaarlijke re
volutie, op het gebied der vrouwen-
kleedij. Het betreft niets meer of min
der dan het dragen van de „jupe-cu
lotte" of „jupe-pantalon", welk klee-
dingstuk men, in zuiver Ilollandsch
,,rok-broek" zou kunnen noemen.
Ik ben sterk vóór de rokbroeken.
Zegt dat u niets Kan u mijn oor
deel te dezer zake niets schelen
Omdat ik een man ben
Maar. lieve dames, do wezens, die
de damesmodes scheppen, met name
de „-grands couturiers" die wezens
zijn mannen en geen vrouwen. Weet
u voorts wel, dat indertijd de mode-
rubriek in „Het Weekblad do Amster
dammer" jaren achtereen, onder lk-
weet-niet-meer-welk pseudoniem, met
zorgelijke teederheid en verteederde
zorg geredigeerd is geworden door
den heer mr. Van Loghem, anders ge
zegd Fiore della Néve Ende gelooft
gij niet dat, te oordeelen naar som
mige détails in zijn romans, Louis
Couperus met groot succes een mode
zaak zou kunnen dirigeeren
Inlusschen geef ik u volkomen ge
lijk, indien gij beweert, dat uit dat al
les nog geenszins mijn persoonlijke
bevoegdheid in deze materie van „fal-
balas. fanfreluches et frivoliiés"
blijkt Daar ik er overigens nog geen
prijs op stel, te dien opzichte voor vol
aangezien te worden, zal lk ter zake
een der ongeveer vijftig dames aan
het woord laten, die op den laatsten
wedloop te Auteuil in di nieuwe klee
derdracht zijn verschenen en de be
wondering van dezen, do ontstel ling
van genen hebben gewekt. Ik inter
viewde de dame in kwestie, een „fem
me du monde".
U komt natuurlijk om uw afgrij
zen uit te drukken van de „jupe-pan
talon"
Neen, mevrouw. Ik ben er zoo
vaak getuige van geweest, dat men
de heengegane en de zoojuist aanko
mende modes in een bespottelijk licht
ziet, en slechts met de in zwang zijn
de instemt of er in berust, dat...
U is een der heel weinige ver
standige mannen.
Dank u. mevrouw. Te veel eer
overigens..:. Zoudt u me iets over dut
nieuwe kleedingstuk willen vertellen?
Weet u, waar het woord „jupe"
van afstamt
Neen, mevrouw.
Van „guippa", een Arabisch
woord, waarmede de Arabieren het
beenbedekkend vrouwelijk kleed aan
duiden. Welnu, die „guippa", welke
ook door Perzische en Turksche vrou
wen worden gedragen, en de „jupe-
pantalon" zijn zusters. Vindt u nu.
dat die Arabische, Perzische en Turk
sche vrouwen er in heur kleeder
dracht leelijk, bespottelijk uitzien
Integendeel. Zeer pittoresk.
Zou er dan één reden bestaan,
dat de Europeesche vrouwen in het
algemeen, de Parisiennes in het bij
zonder. zich met een gelijksoortig
kleedingstuk wèl bespottelijk zouden
toetakelen
Geen denken aan-
Dat is dus reeds één punt, waar
over wij het eens zijn. Vindt u, dat
bedoelde Oosiersche vrouwen indecent
gekleed gaan Vindt ge heur cos-
tuums onwelvoegelijk
Verre van dien.
Dat is dus het tweede punt,
waarop wij overeenstemmen. Wat
rest er
Niets. U is volkomen logisch.
Maar u niet, vergeef mij mijn
anders als kooper voorstellen. „Er
liggen", zegt hij, „zooveel lastige
servituten op, dat niemand an
ders er ooit een flinke som voor had
durven besteden. Moest döArom de
gemeentekas er voor worden aange
sproken Er staan overigons nog hui
zen genoeg te koop."
In dat laatste had hij gelijk. Voor
al de Zijlweg ziet'er uit, alsof er een
epidemie had gewoed. Overal bunge
len aan beide kanten de huurbordjes
en dat sommige perceelen aan twee
of drie kantoren van tusschenperso-
nen te bevragen zijn, schijnt de kan
sen van verhuring ook al niet grooter
te maken. De huizen die in trek zijn,
vinden ook, zonder zichtbaar teeken
van beschikbaarheid, overmaat van
liefhebbers, de andere komen met zt-s
huurbordjes nog niet aan den man.
Waar dat door komt Voor een ge
deelte natuurlijk door de gelegen
heid, om in Heemstede, vlak bij onze
grens, te wonen, maar waarschijnlijk
ook hierdoor, dat in den tegenwoordi-
gen tijd huizen, evengoed als men
schen, snel verouderen. Een tijdlang
zijn de sousterrains in de smaak ge
weest, nu is de h al 1 (vooral op zijn
Engelsch uitspreken, omdat als je
hal zegt op zijn Nederlandsch, het
net is of je geen Engelsch verstaat)
in de mode gekomen, de betimmering
is anders, de verf evenzoo, er zijn
veel gekleurde ruitjes, kortom de
menschen willen wel graag in een
modern huis wonen en loopen die
van een vroegere periode, al zijn ze
ook nog zoo ruim, voorbij. Een huis
van twintig Jaar Is op die manier
stokoud. Alle huizen van een en twee
jaar, die voor modern willen door
gaan, zullen binnenkort ook alweer
tot de oude garde behooren, want het
allernieuwste type heeft kamers van
drie meter hoog, dat is precies het mi
nimum, dat de wet toelaat voor werk
plaatsen. Let wel het minimum. De
ze laagbouwerij heeft tot motto 't
moet intiem wezen, 't Zal er denk ik
'8 zomers in de hondsdagen, of 's win
ters als flink de kachel brandt, meer
dan intiem "duf wezen.
Was ik huizenverhuurder, wat lk
gelukkig niet ben, dan wist ik wel
wat ik deed. Eerst zette ik vier flink©
muren, zoodat de heeren van de Wo
ningwet niets aan te merken hadden
en dan bouwde ik binnen die muren
een huis, dat uit elkaar genomen
kon worden. Kwam er dan een nieu
we huurder, natuurlijk met nieuwe
wenschen, dan kon het huis weer
overgebouwd worden 't zou wat
extra verf en arbeidsloon kosten,
maar geen huis zou ooit meer leeg
behoeven te staan. De onverander
lijkheid in dezen naar verandering
hakenden tijd is een groote fout. Het
denkbeeld van uit-elkaar-neembare
huizen sta lk kosteloos af aan eiken
energieken architect.
Toen ik onlangs voorspelde, dat op
den duur uitvoerende musici nog bij
de menschen aan huis zouden komen,
is daarom gelachen en wat is er nu
in den Hang gebeurd Toen <1© schil
der Mesdag tachtig jaar oud was,
heeft een Instrumentaal kwartet een
nummer in zijn woning ten beste ge
geven. Dit opent nieuwe vergezichten
van wijde strekking. Jubilarissen, die
veel kunstenaars onder hun familie
en bekenden tellen, zullen mettertijd
worden bezongen, gebeeldhouwd, ge
schilderd op den jubeldag, alles in
hun eigen woning.
En onze musici zijn, ik wil hen er
om prijzen, niet karig met hun ga
ven .Of hebben we niet vernomen, dut
in korten tijd eenige malen een mu-
ziek-uitvoering gegeven is in het dia
coniehuis aan de Jansstraat Het zal
zoover no? komen, dat 's avonds de
oudjes den slaap niet kunnen vatten,
wanneer zij geen snarenspel of
schoonen zang gehoord hebben, en
quaestie krijgeq over de vrang, wie
je beter tot kalme rust voorbereidt.
„Ik slaap het best na Beethoven",
hoor ik er al een zeggen „ik rust
zachter na Mozart", verklaart een
ander. Het is maar goed, dat over "t
algemeen de klankmassaas van Wag
ner en Strauss niet tot binnen de mu
ren van het rustige gebouw doordrin
gen.
En nu ik dan toch van kunstvak
ken spreek, denk ik van zelf ook aan
de vrouwenkieeding, die niet alleen
in Parijs, maar overal in de wereld,
in Haarlem dus ook, tegenwoordig
voor een kunstvak wordt gehouden.
Ik kom er daarom op, omdat juist de
zer dagen de Vereeniging tot verbete
ring van vrouwenkieeding weer
van zich heeft doen hooren. Zij
houdt hier een vergadering en het
doet me plezier, daaruit op te maken,
dat ze nog leeft en gezond is, want
we hadden in den laatsten tijd wei
nig van haar gehoord.
Maar wat een tijd beleeft de veree
niging, wat een prachtige stof om
over te vergaderen Terwijl de V. V.
V. V. aan haar oude beginsel, de re-
formkleeding, getrouw blijft, wcot
ginds in Parijs de kleedlngartist van
zotheid niet wat hij verzinnen zal.
Daar zouden ze wel een vereeniging
„Verergering van vrouwenkieeding''
kunnen stichten.
En toch, hoe onzinnig de strompel-
rok en de zouavenpantalon ook mo
gen wezen, er is in elk geval leven
en beweging in het vak van de vrou
wenkieeding. Wie bekommert zich om
de kleeding van ons mannen Geen
schepseL Zeker, wij hebben ook, er
gens in Londen, denk ik, onze mode
koningen, maar die kerels hebben
voor geen kwartje verstand of fanta
sie. Het eenige wat ze voor afwisse
ling in de mannenkleeding weten te
vinden, bestaat in een of twee rijen
knoopjes, een smalle of een breede
revers, de jas en het vest hoog of laag
gesloten, de pantalon nauwer of wij
der en dat is alles. Precies een har-
monika, die je nu eens uittrekt, dan
weer indrukt, maar als 't er op aan
komt precies dezelfde hannonika
blijft Waar is de vereeniging, die
voor de mannen een geheel andere
kleeding weet te ontwerpen, iets
nieuws, iets elegants en vlugs, dat in
verschillende kleuren kan worden ge
dragen, zoodat niet meer kan gebeu
ren, wat je nu op Zoudug herhaalde
lijk ziet, namelijk dat vijf vrienden,
op een rijtje hun Zondagsche wande
ling makende, dezelfde hoeden, boor
den. jassen, pantalons en schoenen
dragen, alsof ze een vijf ling waren,
die door mama, voor de aardigheid,
precies eender worden gekleed.
Wat ik wil is niet een beetje
anders, zus of zoo, maar een grondi
ge wijziging van de heele mannen
kleeding, een geheel nieuw systeem.
Ja, een nieuw systeem. En nu ik
deze woorden neerschrijf, denk ik aan
do opvoering van het vermakelijke
stuk van Dr. Nolst Trenité op Zater
dagavond in de Kroon. Het zou bijna
een vervólg gehad kunnen hebben.
Maandagochtend schoolden de jon
gens van een der klassen bijeen en
bespraken, dat één hunner quasi to
laat zou komen en dan tot den leeraar
het excuus zou maken, dat in het
tooneelstuk voorkomt„uimm mich
nicht kwalicli, mijnherr, das ich was
laasz bin en zoo voort.
Alles was goed voor elkaar, maai
toen de leeraar kwam, zag hij er zoo
streng uit, dat den bengels de moed in
de schoenen zonk en zij besloten,
rnaar liever de vertooning achterwe-;
ge te laten. De woorden zouden wel'
dezelfde geweest zijn, maar de om-,
standigheden, begrepen ze, waren
toch wel anders: Zaterdagsavonds
zoo in de Kroon of Maandagochtend'
op school.
De leeraar is dus aan deze proefne
ming ontkomen. Had hij die soms inl
den neus?
FIDELIO»