NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. DE GBUYERNANTE 2'9e jaargang. 'No. 3602 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. ZATERDAG 8 JULI 1011 C ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN: PER DR'E maaNDENj Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement voor Haarlem 1.2U Haarlem van 1—5 regels 1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regel. Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd Is (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat. F gemeente) Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels. 25 Cts. per plaatsing: Franco per post door Nederland1.65 50 Cts. voor 3 plaatsingen a contant K Afzonderlijke nummersO.Q2J^ 7 sLSf r j" j Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37 -%i Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53. de omstreken en franco per post 0.45 Intercommooaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drokkerij: Zuider Bniteospaarne 12. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. ë229. DERDE BLAD. Buitenlandsch Overzicht Europa au Marokko. Gaston Calmettc een bekend te genstander van Delcassé en bijgevolg van de ministeries, waarvan deze deel uitmaakt geeft in de „Figaro", wat hij noemt DE VOORGESCHIEDENIS VAN HET INCIDENT VAN AGADIR. Calmette zegt, dat de voortdurende ministericele crisis en vooral het voortdurend in andere handen over gaan van de portefeuille van Buiten- landsche Zaken, de voornaamste oor zaak is van het zenden van de „Pan ther" naar Agadir. Toen Pichon de portefeuille van Buitenlandsche Zn>™ aanvaardde zette hij de politiek van Rouvier voort, die zich ten doel gesteld had. de be trekkingen tusschen Duitschland en Frankrijk te verbeteren. In Februari 1909 werd tdientengevolge tusschen beide landen een overeenkomst geslo ten over de belangen van beide lan den in Marokko. Duitschland legde verscheidene plannen voor. om tot gemeenschappelijke ondernemingen in Marokko te komen. Tot nu toe werd echter geep van deze plannen ten uitvoer gelegd. Later teekenden Pichon en von Schoen, onder voorbehoud van de goedkeuring van het parlement een definitieve overeenkomst over de op richting van een „Société Fran^aise du Gabon", met een kapitaal, dat voor de helft door Berlijn en voor de helft door Frankrijk volteekend zou wor den. Toen de onderhandelingen zich in dat stadium bevonden, trad het ka- binet-Monis op en nam Cruppi, de plaats in van Pichon. Cruppi, die het belang dezer onderhandelingen niet begreep, en die onder pressie handel de van den minister van Koloniën. Messimy, weigerde verder met von Schoen de besprekingen voort te zet ten. Cruppi bemerkte eerst maanden la ter ziin fout, toep de Fransche gezant to Berlijn hem mede deelde, dat men in Berlijn zeer ontstemd was, vooral nadat bekend werd, dat Delcassé met Spanje een geheim verdrag had aan- Niettemin slaagde de Fransche ge zant te Londen er in, niet den Duit- schen minister van buitenlandsche za ken, von Kiderlen WAchter, te Vlis- singen een bijeenkomst te verkrijgen. Hij en von Kiderlen Wfichtor waren het spoedicr eens de gezant was zoo voldaan over de tegemoetkomende houding van den Duitschen minister, dat hij zich naar Parijs begaf, om on- midelliik de tenuitvoerlegging der met Duitschland gemaakte plannen te bewerken. Den dag echter, dat Cambon te Parijs aankwam, werd het knbinet-Monis omver geworpen. Cruppi werd vervangen door de Sel ves, terwijl de ministeries van Oorlog en Marine bekende anti-Duitsche titu larissen ontvingen, n.L Messimy en Delcassé. Twee da "en later werd gemeld, dat Duitschland de kanonneerboot „Pan ther" naar Agadir gedirigeerd had. Dit was zoo besluit Calmette een hardhandige aanmaning van een te genstander, die vertoornd was over do voortdurende verwisseling van pro- grammu's en personen. Tot zoover deze ONTHULLING, waarvan we de juistheid moeilijk kunnen beoordeelen, maar die toch niet onaannemelijk schijnt Nu weten we althans als m'nheer Calmette de waarheid verteld heeftl hoe deze Marokko-moeilijkheden ontstaan zijn. Wisten we nu ook maar hoe we er af kunnen komen.. Steeds duidelijker blijkt 1. dat T ERNSTIGE VERWIKKELINGEN betreft Naar aanleiding van de verklaring van den Engelschen minister-presi dent in het Lagerhuis over de Marok kaansche «roaestie (zie vorig over zicht) schrijft de (Duitsche) Vossische Zeitung De verklaring is in den vorm voor zichtig. doch duidelijk is, dat Enge land voor Frankrijk partij trekt, het geen geen verwondering kan wekken ii' verband met het op den 8sten ApriJ 1904 tusschen beide mogendheden ge sloten verdrag over het beslechten van koloniale twistvragen. Engeland verplicht zich in dat verdrag, de Fransche politiek in Marokko te on dersteunen, en Engeland zal dus bij de onderhandelinegn, die te verwach ten zijn, deze verplichting nakomen, zooals het ook deed in Algeciras. Wat de minister-president gezegd heeft omtrent de moeel<:kheid, dat in de toekomst de Engelsche belangen meer direct ter sprake gebracht zuilen worden, vindt 't Duitsche blad niet zeer duidelijk. „De hoop mag echter uitgesprokep wordea. dat bij de diplomatieke dis cussie die overeenstemming bij alle partijen verkregen wordt, die Asquith wenscht, en waartoe ook Duitschland met al zijn krachten vrijwillig zal me dewerken zoo besluit 't blad. Het „Berliner Tageblatt" vindt As- quith's toon juist en zakelijk. De En gelsche premier heeft de eerste offi- cieele en positieve verklaring gegeven, dat de gerezen quaestie door DIRECTE ONDERHANDELINGEN TUSSCHEN DE MEEST BELANG, HEBBENDE MOGENDHEDEN uit den weg geruimd zal worden, dat deze conferenties reeds aan den gang i ziin, en dat ook de Engelsche regee ring het volle vertrouwen heeft ln den goeden afloop. Het voornaamste in Asquith's mededeeling is evenwel, dat door de jongste gebeurtenissen in Marokko EEN NIEUWE TOESTAND ontstaan is. Dus zullen de mogendhe den ofschoon aan een nieuwe Al- geciras-conferentie niet gedacht wordt bij d a regeling van dc gerezen vra- gen niet uitgaan van den toestand, veroorzaakt door de Algeciras-acte, j maar van den toestand zooals die nu werkelijk is. Dit is een gezonde, sue- ces-belovende wijze van onderhande len, waarbij alle partijen het best tot haar recht kunnen komen. at de Engelsche belangen in Marokko be treft. schrijft het ..Berliner Tage blatt" „Iedereen weet. dat de quintessence van de Britsche Marokko-belangen in 1 het woord „Tanger" ligt opgesloten, dat deze Britsche belangen niet te zoeken zijn aan den Atlantischen Oceaan, doch aan de Middeilandscue Zee. In het sterk op den voorgrond stellen van dit punt door Asquith kan men geen oppositie zien tegen het Duitsche standpunt, geen argument, dat geplaatst kan worden tegenover het doel, door de Duitsche politiek na gestreefd: definitieve regeling van de geheele Marokkaansche quaestie." De G er mam a is PESSIMISTISCH eersten minister en van den minister van buitenlandsche zaken aandachtig doorleest, moet men erkennen, dat de Marokkozaak in een geheel nieuw sta dium is getreden en dat die zaak niet zoo van stapel zal loopen als men nog twee dagen geleden hoopte. Ten eer ste legde de zeer voorzichtige minis ter er nadruk op, dat de toestand te ernstig is, om een uitvoerig antwoord te geven. Het ernstige van den toe stand ziet het Engelsche kabinet blijk baar niet in het optreden van Frank rijk, dat de acte van Algeciras feitelijk heeft opgeheven, maar in het zenden van een Duitschen kruiser tot bescher ming der Duitsche belangen. Daarover kan geen twijfel bestaan, want As quith legde er zeer den nadruk op in zijn verklaring, en zijn woorden droe gen een zeer scherp karakter, dat er in Marokko een geheel nieuwe toe stand is geschapen en dat Engeland de tegenover Frankrijk aangegane verplichtingen geheel en al wil nale ven. De optimisten hebben dus volko men ongelijk gehad, toen zij aanna men dat Engeland zich volkomen on zijdig zou houden en, zoover het ging. Duitschland welgezind zou zijn. Al deze hoop fs met één slag vernietigd cn ook Duitschland staat tegenover een nieuwen toestand, waartegen v. Kiderlen-Wacnter, naar wij hopen en ook verwachten, opgewassen zal zijn, daar hij er zeker rekening mee heeft gehouden. EEN ANDER MIDDEL. 't Duitsche socialistenblad „Vor- wfirts" bevat een hoofdartikel van den leider der Fransche socialisten, Jau- rés, waarin deze het Européesche pro letariaat aanspoort, gemeenschappen lijk de gelijktijdige ontruiming van Marokko door Frankrijk, Spanje en Duitschland te elsclien. SPANJE EN MAROKKO. De Spaansche ministerraad' hield zich bezig met de Marokkaansche quaestie. Na afloop sprak de minister-presi dent beslist tegen, dat Spanje, zooals beweerd was. o.p veroveringen uit is. Het optreden van Spanjo blijft be perkt tot operaties in verband met do politie te Larrasj en te El Ksar. terwijl hij wederom de quaestie van vertrouwen stelde. Beauregard diende daarop een an dere motie in met de strekking orn te weten te komen, of de regeering zou ophouden bezwaren op te wei-pen te gen de wederindienststelling. Ook deze motie werd door Caillaux niet aanvaard. Do prioriteit voor de motie-Vincent werd verworpen met 385 tegen 13 stemmen. De mot ie-Beau regard werd verwor pen met 365 tegen 171 stemmen. Een motie van Pechadre, door de regeering aanyaaird, waarbij de ver klaringen van de regeering werden goedgekeurd en vertrouwen ln haar werd uitgesproken, werd aangenomen met 361 tegen 81 stemmen. Alzoo een moeilijke, maar toch suc cesvolle dag voor 't nieuwe ministe rie. TURKIJE EN MONTENEGRO. Verschillende ambassadeurs hebben van gezaghebbende Turken de plech tige belofte gekregen, dat de Porte besloten heeft, elke complicatie te voorkomen, die een oorlog ten gevolge zou kunnen hebben. gestemd. Dit Duitsche blad schrijft Als men de verklaringen van denverklaarde zich minister Caillaux, HET ENGELSCHE HOOGERHUIS. heeft de uitvoerige besnreking van het veto-ontwerp voorloopig beëin digd. De verdere beraadslaging zal weer aanvangen op 13 Juli. Een paar dagen vacantia dus I Een, naar het schijnt gezaghebben de, mededeeling van de Pal! Mall Ga- zette verzekert, dat de Lords vastbe sloten zijn, hun amendementen op de vetowet, onverbiddelijk te handhaven en in geenerlei vergelijk te treden, zelfs al zou dat een nieuwe verkie zing of een peersbenoeming op groote schaal ten gevolge hebben. 'T FRANSCHE MINISTERIE hoeft al eenige krachtproeven moeten doorstaan. I De afgevaardigde Coly lichtte een voorstel toe, omtrent de wederin dienststelling van de spqorwegurbei- ders en diende een desbetreffende mo-1 Ue in. De minister-presidc-nt Ciulluux wenschte <ue moue met te aanvaar- den en stelue de quaestie van vertrou- wen. Do motie werd ilaarop met 409 tegen 90 stemmen verwoipen. V meent vroeg daarop aringend'ver klaring van een anuere motie ten gunste van de wederaauueimug van j 't spoorwegpersoneel. Uok duui legen I vprkiiiftiivlrt yirh „„nicl^r Pnill ,uv Amsterdamsche Kout Wederom hoog bezoek. Het Amsterdamsche Muabit. De hoofdstad des Rijks beeft weder eo'n veelbewogen week achter den rug, een week zoo blij beginnend en .zoo In-droef eindigend. De stad was versierd ter eere van do komst van don president der Fran sche Republiek. Of gesproken mag worden van een fraaie vers.ering laat ik nu maar- in het midden; in elk geval kunnen we spreken van een feestelijke ver siering. /Van den Dokkumer steiger was een elegant paviljoen gebouwd. Op de brug voor het Centiaai-Statiou waren rechts en links groote bogen verrezen, d.e 'a avonds een bijna verblindende illuminatie te aanschouwen gaven. indruKwekkend-raooi was de illumi natie van de beurs, een gebouw waar van men juist niet veel verwachting had gekoesterd. Hel groote mass.eve gebouw teekende zich af in vur.ge lij non en was toen werkelijk van een sublieme schoonheid: dat gaven zelfs grif lieden toe, die altijd sceptisch o\er Bermges bouwproduct zich had den uitgelaten. Voorts prijkte net ge bouw aan den kop van de Handels kade .n een schitterenden lichttooi. Naatje had den versierders weder heel wat hoofdbreken bezorgd, en ge slaagd waren dezen allerminst. De vraag rijst, of het nu juist niet zeer smaakvolle monument, opgericht ter eere van den strijd tegen de Zuidelij ke provinciën (het tegenwoord.ge Beï- gie) wei dragelijk te vers-eren is. Over dag deed deze versiering onwil lekeurig denken aan die van een draaimolen; 's avonds voldeed ze al thans iets heter. Trouwens tut alle versier.ugeu sprak du.deiijk de bedoe ling van den vervaardiger, die hiijk- buar in de eerste plaats aan oen avondfeest had gedacht. Von de particuliere gebouwen wa ren er slechts zeer weinige versierd. Tienduizende Amsterdammers heb ben Dinsdag- en Woensdagavond ge bruik gemaakt van de gelegenheid om naar de lichtjes te gaan kijken. Merkwaardig is het, dat op zulke da gen de lieden, die het verst weg wo nen er juist het best aan toe zijn ten aanzien van het tramverkeer. Aan de eindpunten der tramlijnen maakte men qeue, doch met eenig geduld was het nog wel mogelijk een plaatsje in den wagen te bemachtigen. Niet ech ter aah de verdere haltes. Daar zag men wagens vol feestgangers, die in hun vroolijke stemming de wachten den nog onbarmhartig uitlachten, tel kens voorbij snorren, tot men ten slotte tot het practisch inzicht kwam, dat de vlugste methode om stad waarts te komen, bestond in... wan delen, beier gezegd schuifelen te mid den van een der constante menschen- stroomen, die een ster op den Am- sterdamsche'n plattegrond afteeke- nend, zich in de richting van t hart der stad bewogen. Maar laat ik naar den eisch van orde beginnen bij het begin. Dinsdagmiddag te 2 u. 58 min. be hoorde tl Ed.'s onderdanige dienaar, schrijver dezes, ondanks de tropische warmte, olllesbehalve op zijn 's zo-, mers gekleed zoo wil het nu een maal de etiquette tot de weinigen, die aan het C. S. op het pe'rron de aankomst van H. M. de Koningin Wilhelm,na bijwoonden. Aan het station werd niet gespeecht. H. M. de^ Koningin, die er weder zeer welvarend, friseh en blozend uitzag, begaf zich onmiddellijk naar den Dokkumer ste.ger ter begroeting van den hooge'n gast, die een zeer, ja een al te voorspoedige reis had gehad. Na Zondagmorgen nog den kroon prins van Bulgarije te hebben ontvan gen en Zondagavond zijn eerste gar-: den-partij te hebben gegeven, zoog©--] naaind aan zijn reisgenooten, doch er waren ook nog honderden ande ren, had de president zich Maandag middag met den minister van buiten landsche zaken De Selves te 3 uur aan het Gare du Nord te Parijs op den trein begeven, die hem naar den oorlogsbodem zou brengen. De Fransche vloot had blijkbaar wind en stroom mede, althans ze ar riveerde vroeger dan ze verwacht werd te lJmuiden, waaf op den wal do orde wel wat ie wenschen over liet. Ook verscheen de Edgar Quinet te Amsterdam vroeger dan waarop men gerekend had op het LI voor den wal. Men mag zoo hard anti-militai'rist zijn als men wil en kan toch zeer goed het naderen van een geweldi gen oorlogs-bodem als deze Fransche Dreadnought de 950 man beman ning, met de witte mutsen, alle op eenige meters afstand van elkander geposteerd, een hoogst indrukwek kend schouwspel vinden. We kunnen ons voorstellen dat de leden van „Onze Vloot" met de spijtige oegee- righeid, waarmede een arme kijkt naar de nioo.e equipage of de schit terende villa van den rijke, dat won- dersclnp hebben gadegeslagenl De officieeie begroeting en de ver- Onze Lachhock BESCHEIDEN. Kamerhuurder. O, juffrouw, dif jas hebt u werkelijk keurig gestopt. Wat beu ik u schuldig? Hospita. O, niets meneer, 't I» immers maar 'n kleinigheid! Kamerhuurder. Neen, juffrouw dat gaat niet, voor niets wil ik 't nie* gedaan hebben. Hospita. Geld neem ik er to géén geval voor aan trouwt u dan liever een van m'n dochters! ZOO'N LEUGENAAR. Eeiste boer. Mijn zoon verteld» me, dat hij schrijver wordt. Tweede boer. Wat is dat eigen lijk? Eerste boor. Wel, hij schrijf* hoeken. Tweede boer. En dat geloof jij nou alle hoeken gedrukt worden! VRIENDINNEN-LIEFHEID. Zeg, hoe vin Je 't ik heb in één week tijds twéé aanzoeken ge had! O, wat aardig! Je bent dus wer kelijk umverseelc erfgename van je oom geworden? Zij. Zeldzaam toch zoo'n Jull- dagl Hij. Nou, in Februari zijn die dagen toch nog zeldzamer, niet? EEN HISTORISCH DRAMA. Schouwburgdirecteur. Nou. nis t dan moet, lees me dan in vredes naam uw tooneelstuk voor. Schrijver. Vooreerst personen: Psammetich, koning van Egypte; ALa r.ch, koning' der VVestgothen; Dsjin- gis Khan, koning van Mongolië, Ti berius; keizer van Rome; Napoleon keizer van Frankrijk, Alboin, koning der Longobarden.... Schouwburgdirecteur. Bent u gek? Wanneer zou dat dan eigenlijk moeten spelen? Schrijver. 's Avonds om acht uur! dere feesten hebben de lezers natuur lijk in Haarlem "s Dagblad gevonden. Ik meld nog slechts, dat Faillières een buitengewoon krasse 70er is, sprekend gelijkend op de portretten, en meer den Indruk makend van een flink, so'-ed, braaf provinciaal, dan van een wuften Parijzenaar. De pre sident der Fransche republiek is in werkelijkheid minder dik, doch ook minder groot dan hij gelijkt op de portretten. 's Avonds heb ik mij nog een wei- nigje verd.enstelijk kunnen maken door geheele troepen verdwaalde Fransche Jantjes weder op den goe den weg te brengen, die aan 't Am sterdamsche straten-complex deerlijk verdwaald waren.Ze waren gaan pus sagieren. in verscheidene koffiehui zen werden ze gastvrij getracteerd door de bezoekers, ze hadden ge danst op de lonen van viool of orgel (als er geen dames waren dan maar met elkander) en heiaden met flinke PüUiLLJb 1 ON door Headon Hlli. 37) De voorzichtigheid eischte, dat Elislia Crowe zorgde niet herkend te worden, waardoor zijn verdere na sporingen te Beacon Audley bemoei lijkt zouden wordentoch was er veel voor te zeggen, om zijn slag te slaan, nu zijn tegenstander onder een of andoren tegenspoed leed. Hij aarzelde slechts een oogenblik, toen stuk hij de straat over en trad den winkel van Mr. Raphael binnen, den naam boven de deur in zich opne mend, terwijl hij haar opende. Hij stond tegenover een forsche, tamelijk oude vrouw, die bezig was, haar tranen weg te vegen. Elisha had altijd goede ondervin ding gehad van de gevolgen om iemand bij verrassing te nemen en daarvan maakte hij nu gebruik. Die mijnheer, die daar juist heenging, kwam hier om naar Miss Smith te vragen, nietwaar vroeg hij met zijn diep, sonoor geluid. Neem, mijnheer, neen I Volstrekt niet, zei de vrouw aarzelend, hem angstig aankijkend. Die blik en haar vreemd-angstige manier van doen moedigden Elisha aan. Wel, ik ben hier gekomen, om haar op te zoeken, ging hij voort Is zij thuis Neen, mijnheer. Een paai- dagen geleden is zij heengegaan, luidde het antwoord op denzelfdon. vreemd aarzelenden toon gegeven. En toen, als werd zij tegen heter weten in tol die vraag aangespoord, vroeg de vrouw Is u een vriend vvai haai-, mijnheer Dat ben ik, en ik tracht haar op te sporen ter wille van haar vader en andere vrienden, zei Elisha, nu overtuigd, dat hij op het rechte spoor was. Wil u mij als 't u blieft op de hoogte brengen van de omstandighe den, waaronder zij hier kwam, hoe lang zij hier ble«ef en waarom zij heenging Vóór alles, waar zij nu is heengegaan Daarover zou u mijn echtgenoot moeten spreken. Ik weet werkelijk niets, behalve dat zij hier den cata logus van de goederen in den winkel moest maken. Ik ik hield van het meisje als gezelschap, mijnheer, en ik maak mij ongerust over haar. W amieer komt Mr. Raphael weer thuis vroeg Elisha. Even over zes. Dat uitstel was vervelend, daar het hem zou verhinderen, om dien a\on«l nog naar Beacon Audley terug ie keereu, maar er was niets aan te doen. Hij voelde, dat hij Londen niet kon verlaten, zonder dit spoor verder te vervolgen. Snel overdenkend, hoe ver hij nu gevorderd was, somde hij het als volgt op. Eerst had Ravenscar zijn best gedaan, om een staaltje machtig te worden van ihrl handschrift van kapitein Vaughan, deuztifdeui avond nog gevolgd door het feit, dat hij lie ver een brief wilde posten op het postkantoor te Wroxford, dan het gevaar te loopen, dat het adres van dien brief aan het postkantoor te Beacon Audley gelezen werd. Daarop volgde de ontdekking van Yvonne Wenslade, dat de brief geadresseerd was aan zekere „Miss Smith". En nu was hij Ravenscar gevolgd naar een winkel tc Londen, waar ©en gchcitn zinnige Miss Smith nog onlangs ge weest was, en dat bleek een winkel te zijn, waar antieke wapens verkocht werden. En nu de zenuwachtigheid van Mrs. Raphaél, volgend op het bezoek van Ravenscar, en haar open lijke angst over het meisje, dat weg gegaan was, ipaar over wie zij zich zenuwachtig ongerust maakte. Elisha besloot, dat deze veelbeloven de verzameling omstandigheden wel de moeite waard waren, uitgezocht te worden. Hij schreef den moord 00 Mr. Wenslade met beslist aan uen secre taris van Lord Mouksiiver toe, omdat het aan geen twijfel onderhevig was, dat hij op hel oogenblik van den moord met zijn chef op het grasveld achter het huis was. Daaromtrent had hij dus nog geen besliste meening. Maar hij was overtuigd, dat Ru- venscar wist, hoe de moord eschied wasdut hij er iu betrokken was ge weest, out Pnyliis Vaughan uit liet dorp verdwenen was en dat het hem, om een of andere reden, die alleen nog maar in de verte vermoed kon worden, met spijten zou, als Dick Wenslade zijn straf niet zou ontgaan. Terwijl hij zoo den toestand over dacht, had hij ook niet vergelen, zijn schitterende, vogelachtige oogeu over al te laten rondwaren, zoodat hij iedere kleinigheid van het intérieur zoowel uls alle artikelen, die ter ver koop uitgestald waren, zoo goed als zij Ln do halve duisternis ie zien wa ren, in zich opnam. Plotseling kreeg hij een inspiratie. De gentleman, die zoo straks hier was, zal zeker terugkomen om uw echtgenoot op te zoeken vroeg hij kortaf. Dat kan ik niet zeggen, mijn heer, antwoordde Mrs. Raphaél, blijkbaar weinig op haar gemak. Nu, dan zal ik het doen, zei Elisha, zich afvragend, wat de schrik en aarzelende houding van deze on schuldig uitziende vrouw te bete©ke nen kon hebben. Ik zal even over zes weer terug komen. Als Mr. Raphaél terugkomt, breng hem dan als t n blieft op de hoogte van de reden van mijn bezoek. Voor 't oogenblik goedendag. AJsof zij blij was, dat hij heenging, ging Mrs. Raphael weer naar haar eigen terrein terug en Elisha wendde zich naar de deur. inplaats van naar buiten te gaan echter, sloop hij voor zichtig achter een Gobelin tapijt, dat tusschen-twee zware meubelstukken hing een antieke staaisklok en een ouderwetsch kabineL Nauwelijks was hij in zijn schuil plaats verdwenen, of hij zag mei vol doening, dat er gaten in het antieke weeiscl waren, die hem in staat zouden stellen te zien, wat er in den winkel gebeurde. Hij twijfelde niet, of Ravenscar zou terugkeeren, om den eigenaar te spreken, cn hij was van plan, zoo mogelijk te probeeren iets van dat onderhoud te weten te ko men. De geheimzinnige manier van doen der vrouw deed heul denken, dat er meer inlichtingen aan Ra venscar gegeven zouden worden, dan het hem gelukt was te weten te ko men. Hij moest bijna twee uur wachten, en toen even over zes gebeurde het onverwachte. Ravenscar en een oude man, die op twee krukken hinkte, kwamen samen van de straat af bin nen. Blijkbaar hadden zij elkaar een oogenblik te voren op straat ontmoet, want zij waren nog midden in hun eerste begroetingen. Hot is geen kleinigheid om je te vinden den ©ersteu dag. dat ik veilig uit kan gaan zei Ravenscar op een toon van onderdrukte woede. Plichten moeten in acht geno- .en worden, zei Mr. Raphael. Ik ben hier gekomen om de juiste bijzonderheden te vernemen omtrent het vertrek van het meisje, ging Ravenscar voort. Uw telegram was, wat trouwens ook moest, in te voorzichtige woorden gesteld, om duidelijk te zijn. Elisha kon van zijn schuilplaats uit zien, dat de oude man zijn bezoeker een listigen blik toewierp, terwijl hij vroeg: Ben je niet ln do gelegenheid ge- woest, do bijzonderheden van het meisje zelf te hoeren Dat doet er niet toe ik heb nu jouw lezing noodig, zei Ravenscar, een nechtstreeksch antwoord vermij dend. Mr. Raphaél liet bij de herinnering een scherp lachje hooren. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 9