HAARLEM'S DAGBLAD. t™eblad VOKSÏ EN VRIENDSCHAP dat alleen aan leden der Vereenlging informatiën door haar worden ver strekt, en dat voor information op hier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. Van onzen Refzenden Redacteur. BD KAARTLEGSTERS EN PLA- NEBTLEZERESSEN. H. Bij de kaartlegster, waar wij ons thans vervoegden, en die zich aanbe veelt als ,.de helderziende", was het, In tegenstelling van de anderen, zeer zindelijk- In het kleln-burgerlljk ge meubelde beneden huisje was alles frisch en netjes. Wij moesten in de achterkamer wachten, want er was ruist bezoek. Een dienstmeisje met haar moeder vroeg „opheldering in duistere zaken" en wij hoorden nu en dan uit 't voorkamertje de kaartleg ster snreken „Er ligt een sterfgeval op je huis." ..Nee, mensch, hij krijgt pensioen." „Verkeering met een zwart persoon enz." Wij waren vol gespannen verwach ting voor onze beurt. V» ant een mij ner kennissen, een bekend Ha&gsch kunstschilder, was zoo goed geweest mij met ziin echtgenoote te vergezel len. De kunstschilder wachtte een paar huizen verder in de straat. Me vrouw was met mij meegegaan en toen wij in t voorkamertje toegelaten werden, waar een vrouwtje in een zwarte japon met veel gitten en ouder- wetsche zilveren en gouden sieraden, ons wachtte, zeide mevrouw, volgens onzo afspraak„Juffrouw, mijn man heeft mij kwaadwillig verlaten. Se dert een maand heb ik niets van hem gehoord, kunt u mij ook raad en op heldering geven Het vrouwtje liet haar. juist als de andere kaartlegsters, zeven kaarten trekken en begon daarop do kaarten in rijtjes te leggen. Toen zei ze met overtuiging„Wel lieve mensch, die man komt weer gauw bij je terug. Hij is over zee. Heeft-ie niet dikwijls ge zegd. dat-ie naar Indië of naar Ame rika wou gaan Hij is over zee. maar ik zie geen vrouw bij hem. 'k Zal nog eens o ver-kruis en...." Zij legde de kaart opnieuw, nu in kruis- en radvorm. „Neem... ik zie geen andere vrouw bij hem. Die man heeft hou al be rouw. Hij komt bepaald terug... neen, daar kan je vast op gaan.... In welke maand bent u geboren Zoo.... in September. Dan zeit je planeet, dat je hem weer terug zal zien. Dat zal geen maand duren. Hij is nog al sikkeneu rig en erg driftig, nietwaar Een las tig persoon, waar je niet goed mee over weg kunt. Dan wil-ie zus en dan wil-ie zoo. Zie je. er is een blonde vrouw, die 't hem doet. Zijn kaart leit erg benauwdhartig... Hij heeft nu al spijt. En hij heeft geen blinkende voorwerpen meegenomen. Alleen geld... is 't niet zoo T' Telkens kijkt het vrouwtje van de kaarten op en onderzoekt de gelaats trekken van mijne vriendin, om te raden of haar verzinsels „pakken" en zij zoo een handleiding kan vinden om meer secuur op voort te gaan. „Er is veel faisiteit op je huis. Die mijnheer, die hier bij je zit, is niet valsch maar er zijn valsche perso nen om je heen. Waar je nu woont zal je niet lang blijven (u.b. mijn vriend beeft juist een nieuwe woning betrok-; ken d'r komt gauw een verandering1 in je leven door dien zwarten heer.... Eu je kind, je hebt een dochter, is 't' met, (zij heeft een zoon)je dochter is niet erg sterk...." Zoo gaat ze door. telkens de kaar ten ver legeend, en besluit ten laatste „Je man is in Engeland, maar hij komt weer over den korten weg bij je terug. Je kaart leit heel goed je krijgt veel geldEr is een sterfgeval over den korten weg in je famine ie wach-1 ten... en dan zal je veel erven..." „Van mij n^ schoonmoeder vraagt mijn vriendin schalks. „Jajuistvan je schoonmoe der.... zie je, daar leit ze.... (ze toont schoppe-vrouw), en je moet je met j6 schoonmoeder beter verdragen.... je moet haar lijmen en meer krispeden- ue met haar houden.... d'x meer scnrijven, zie je...." Drie minuten later, na twee kwartjes voor dit gebazel geofferd te hebben, lachen wij drieën, mijn vriendin, naar man en ik, hartelijk om de verzmseis van het sluwe vrouwtje. Vooral de erfenis van schoonmama geeft ons stof tot na denken.... want schoonmama zou zelve verwonderd zijn, als men haar mededeelde, dat zij wereidsche goede ren op deze aarde bezit 1 Het bezoek, dat wij daarna aan een andere kaartlegster brengen, die „40 Jaren werkt als mad. Leonard" (xij meent Lenormand, die keizer Napo leon's toekomst heeft voorspeld), is aanvankelijk zonder succes. Want het is er zoo druk, dat wij niet san de beurt komen. In het voorkamertje is de kaartlegster, een vrouw van in de vijftig jaren, van een zeer ongunstig type. opgedirkt met een heelen goud smidswinkel, bezig met twee Jonge meisjes van even in de twintig. In het gangetje wachten twee andere cliënten, van gelijken leeftijd, en In het achterkamertje, verlicht door een kaars, wachtel nog twee Juffrouwen. Het zaakje gaat hier blijkbaar voor den wind. Den volgenden avond komen wij (nu alléén) terug. Weer is er be zoek, maar in het achterkamertje wachten wij alleen. De kaartlegster komt evan uit de voorkamer naar achteren. Dadelijk herkent ze mij hoewel zo mij gisteravond toch maar even gezien heeft. „Ik moet even een kopje thee voor mijn zoon zeiten. De jongen moet lo ten en daar is-ie nu zoo ziek van." „Wel, juffrouw, dan zult u toch wel te-voren kunnen zeggen, of hij er in loot of vrij komt I" „Zeker ik weet, dat hij er in zal loten en dat hij er aan sterven zal. Dat weet ik al vast..." De kaartlegster begint een spel vieze speelkaarten uit te tellen en noodigt ons „Waarover wilt u opheldering „Zegt u maar eens wat van mijn verleden en mijn toekomst Ik zie daar de kaarten van mad. „Leonard". Werkt u daar ook mee „Neen, mijnheer.., ik kan het wel, maar die kaarten zijn niets waard.... ik werk met de gewone kaarten, maai- volgens de methode van mad. Leonard"Dat is het échte...." Zij kijkt in de kaarten en vraagt mij dan „Heeft u niet wat met rechters te doen „Ja, juffrouw mijn beide broers studeeren te I.ciden in de rechten...." Zij verstaat mijn antwoord maar half en meent dat ik „rechter" zeg. „Juist dat is hot hemziet u.... hier, deze kaart zegt het.... met dien jongen rechter zult u binnenkort veel moeite krijgen.... liet gaat om een groot proces van geldzaken. Daar moot u erg voorzichtig mee zijn. U zult eerst veel tegenspoeden hebben, een heel langen tijd, maar u moet maar volhouden, dan zal die rechter u wel helpen.... U bent niet getrouwd ?'-' „Neen. juffrouw." ,,Zio je., dat zeg lk nu maar zoo opeens. Dat doet geen mensch mij na dat zoo maa'r helder te zien. U gaat binnenkort een groote reis ma ken en dan zult u veel geld gaan ver dienen... maar te-voren zult u veel moeilijkheden hebben. Er is eeta don-; keno vrouw, die zeer verliefd op u is en die u m haar val tracht te lok ken. Dan is er nog oen andere blonde, I die ook veel moeite om u doet... cüe blonde moet het worden... waftt die andere is valscb... bij die blonde is een ander heer, niet zoo donker als u, en die spant met die zwarte tegen u samen... Iioe oud beht u?" Ik geef een veel jongeren leeftijd: op. „Dan moet u wachten tot u 85 jaar bent en dan zal er een groote omkee ring in uw leven plaats vinden... dat is uw planeet... Elk mensch heeft zijn eigen planeet. En alles wat een mensch gebeurt in zijn leven is al precies te-vo'ren bepaald. Elke zeven jaren gebeurt er in een mensch zijn leven een verandering." „Waarom juist zeven jaar, juf frouw?" „Omdat de week ook zeven dagen telt. Dat zit in de planeet." „lk dank u wel, juffrouw. En hoe bent u nu zoo aau die helderziendheid' gekomen?" Mijn titan was gc:torven en ik en mijn zoontje hadden gebrek. We gin gen naar een kaartlegster, en daar kwamen twee heer en binnen... die lieten mij en mijn zoon dadelijk te eten geven en toen ben ik eerst in die stad zelve kaartlegster geweeet, maar dat gaf niet veel en ik ben naar den Haag gegaan, omdat het hier eën publiek is, dat meer voor de hel derziendheid gevoelig ia. En het Is waar wij hebben geen gebrek meer gehad sedert dat oogenblik." „Werkt u ook met bet ei?' „Ja... wilt u dat ook...?" „Alstublieft" Zij neemt twee glazen met water, waarin eiwit is gegoten. 1 Eene glas ia opalig-vaa', In T andere hangt het eiwit in draden. „Zoo... houdt u dat glos nu maar een oogenblik vast." Ik houd het glas vast Zij voelt na eenlge oogcnblikken mijn hand en zegt dan: „Uw hand beeft Dan ls 't al goed. Begrijp je, dat is van de „sonnebule"- krucht. Daarop kijkt zij in het glas en gaat voort: Lahge draden en bo venin een ooievaarsnest... Je gaat binnenkort een groote Tets onderne men een heele verre reis, door een land, waar Je nog nooit geweest ben. En dan kom je over een lange brug, een heel lange brug, waar je nog hooit over geweest ben, een ijzeren brug, met bogen terzij... En dan ga je trouwen... „Leest u ook uit de hand?' „Geeft uw linkerband... Zoo... die lijn loopt door... je zult veel geld krijgen, véél geld... en je hebt ook wat met eeh rechter te doen..." Ze kijkt mij onderzoekend aan om na te speuren of mijn trekken ook verrassing of ontsteltenis toonen. Haar onderzoek valt blijkbaar niet bevredigend uit, „Je zult binnenkort van een sterf ge val hoor en... van een zelfmoord. Iemand zal zich in je naaste omge ving verdoen... Dat zie ik klaar in je „Dank u wel, juffrouw... hoeveel ben ik schuldig?" „Een gulden, mijnheer... want ik ben met alles voor je bezig geweest." Ik leg den gulden op tafel. „En komt u maar weer bij mij te rug dan zal ik u 't verdere vertellen. „Dat beloof ik u!" (Wordt vervolgd). Parijsche Brieven CCXCI. Heden, den 29sten Augustus, is, na do ontdekking (22t.v.) van den diefstal (21 t.v.) der Joconde, het Louvre voor het eerst weder voor het publiek toe gankelijk gesteld. Ik ben er zooeven een kfjkje gaan nemen. Het was er vol mcnschen van al lerlei slag, vooral in den „Salon Car ré", waar het portret van Monna Lisa, gemalin van den Florentijnschen edel man Francesco dl Bartolommeo di Zanobi del Giocorido, zoo glorierijk; hoeft gehangen. Men verdrong zich letterlijk om de plaats, waar Leonar do da Vinci's wereldberoemd meester werk mét meer hangt. Vooral Engel- schen en Duitschers zwermden er om lieen. Veel schik had ik in een Engelsch groepje, dat bestond uit papa, mama," twee dochters van, naar schatting 30, en 25 jaar, en een gouvernante. Pos teerden zil zich ergens voor, dan stonden zij in het gelid. Schreden zij voort, dan Liepen zij als eenden ach ter elkander. De gouvernante las af eu toe uit een reisgids voor, op een teeken van papa, die don telkens met het hoofd knikte, als wilde hij te ken nen geven, dat hij eigenlijk wel wist, wat er In stond. Een enkelen keer haalde papa een nummer van „The Times" uit ïijn zak en las er even in. Papa. Hadden ze hier, als in ons South Kensington Museum, tourni quets, dan had de diefstal niet kun nen plaatsvinden. Heb ik je dat giste ren al niet gezegd, Maud Maud. Ja, papa. Mama. En hadden ze hier, even als in de National Gallery en in het British Museum, slechts één ingang voor het publiek, dan had de diefstal niet kunnen plaatsvinden. Heb ik je dat eergisteren al niet gezegd. Helen? Helen. Ja, mama. Papa. Hadden ze hier aan elke beroemde schilderij een alarmschei bevestigd, dan had de diefstal niet kunnen plaatsvinden. Heb ik jk dat.... Maud. Vooreergisteren al niet gezegd, Maud? Ja, papa. Gouvernante, lezend. „Leonardo da Vinei schilderde dat portret om streeks hei jaar 1500, gedurende zijn verblijf ln Toscane. De echtgenoot van deze patricische, Francesco.... Maud. Waarom glimlachte Mon- na Lisa zoo lief tegen den schilder, als zij een man had Een getrouwde vrouw mag zóó alleen tegen haar man kïiken anders doet zij onbehoor lijk. Papa, gewichtig. Florerdiinsche zeden van den Renal3sance-tijd. Een bewaker van het museum schc-ot op dit Engelsche groepje ioe. dat zich sedert geruimen tijd schrap had gezet, als wilde het anderen ster velingen den weg versperren. Bewaker. CircuJez. messieurs, cir- culez 1 Mama. Wat zegt hij Gouvernante. Doorloopen, mijne- heeren. doorloopen. Papa. Denken ze soms, dat wij óók willen stelen? Bewaker. Mais circulez done Eindelijk, na een korte beraadsla ging, besloot het troepje verder to gaan. Als eendjes liepen zij achter el kander, pa, ma. Maud, Helen en de gouvernante, welke laatste den reis gids opengeslagen in de hand hield. Helen, loopend als no. 4. Papa, gaan wij nu de Venus van Milo zien? Papa, doorloopend zonder om te kijken. Op mijn program voor van daag staat„Kijken naar de plaats, waar de Joconde heeft gehangen." Daarna„Opgezetlen tijger koopen bij den naturalist Buisson. Place Saint- MicheL" Geen Venus van Milo ver meld. Volgen wij het program. Ik houd van orde. Time is so much lost which might be better employed. (Men verliest al den tijd, dien men beter had kunnen be6teden). Wie heeft dat ook alweer gezegd, miss Stephens Gouvernante. lk weet het niet, mijnheer. Papa. Dat moest u toch eigenlijk wei weten. Gouvernante. Ja, mijnheer. En het vijftal ging in de richting van den uitgang, noch naar rechts noch naar links kijkend. Dit stond immers evenmin op het program. Ik besloot de Angelsaksers onge merkt te volgen naar bove'ngenoern- den naturalist, dien ik, toevallig, per soonlijk ken. Terloops maak ik gewag van het feit, dat ik in een der zalen, waar wij langs gingen, den bekenden gra veur Laguillermie tegenkwam, die ook om min of meer persoonlijke re denen troosteloos is over de verdwij ning van de Joconde. Dit volijverige lid van de Académie des Beaux-Arts legt zich sedert ettelijke jaren toe op het reproduceereh, met de gra veerstift, van het portret van Monna Lisa. Ontev'reden over zijn eerste twee graveerplaten, had hij ze zon der de minste aarzeling vernietigd. En de derde, waaraan hij met liefde werkte, kan hij nu niet af krijgen, door den rampzaligen diefstal Jaren arbeids naar den... naar de maan geef toe, dat het voor een erhstig kunstenaar een ontzettende teleurstel ling is... Mais reven ons 5 nos... Anglais... Het troepje trad' op z'n Indiaansch of z'n Anglikaansch den winkel van den hee'r Buisson binnen, eeh goed- hartigen, doch kort aangeboden man. Toen zou de gouvernante, die, hoe wel met een arba'rmelijk accent, zicli vrij verdienstelijk in het Fransch kon uitdrukken, het woord voeren. Er waren drie opgezette tijge'rs in den winkel. Papa, die voor een opge zetten tijger kwam, scheen evenwel dat onderwerp niet dadelijk te willen aanroeren. Papa, mama, Maud en Helen stelden om de beurt, telkenma le" met een strak mtgestokên vinger wijzend, vragen, die de gouvernante den natu'ralist moest overbrengen. Gouvernante, namens papa. Wat is dat voor een beeet? Buisson. Een sperwer. Gouvernante, namens mama. En dat? Buisson. Een volk. Gouvernante, namens Maud. En dat? Buisson. Een nachtuil. Gouvernante, namens Helen. En dat? Buisson. Een damhert Nadat er op die wijze nog negen dieren aan waren, gegaan, sprong de heer Buisson eensklaps op en kreet Dat is genoeg. Denken jullie, stokstijve eilandbewoners soms, dat ik hier ben om jullie kostelooze les- Haariemsche flandeisvereeniging (Goedgekeurd bij Kon. Besl. van 12 Nov. 1899.) De Haariemsche Handelsvereeni- ging hier ter stede, opgericht 10 Mei 1892, heeft In den loop van den lijd wel haar recht van bestaan bewezen. In zee* vete gevallen, zaken van ver schillenden aard betreflende, ls zij opgetreden en dikwijls met groot succe3. Jammer echter, dat men alge meen niet meer blijk geeft, dit te waardeeren, door als lid der Vereeni- ging toe te treden. Er zijn wol meer dan 600 leden, maar dat is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen de, ja zelfs particulieren, moesten lid worden, om tea minste te laten ge- Voelen, dat men het werk op prijs Btelt, dat de Haariemsche Handels eer eeaiguig steeds cpneemt, als doen de, wat hare hand vindt om te doen. De voordeelen, die de Vereemgiiig buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan biedt, zijn zeer vete en zeer groote tegenover de geringe jaarlijksche contributie van f 3.50, die gevraagd wordt De Haariemsche Haadelsvereeni- ging bemoeit zich in de eerste plaats er mede, de belangen van hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en mlormatiën voor ben in te winnen. Bovendien hebben de leden het recht het him gratis te verstrek ken advies der Vereeniglng te vragen die ook Lu procedureu en faillisse menten grutis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den handel eu het beorijf der leden. Als proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2e halfjaar (van 1 November tot en met 30 April) ad f 1.75 de halve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver- eeuiging zijn de heeren Mrs. Th. de Haan Hugouhollz eu A H. J. Merens, Spaarne 94, alhier, die voor de leden eiken werkdag van 24 uur des na- middas zijn te spreken. Het bureau der Vereenlging is ge vestigd Jansweg 11. Voor incasso's door bemiddeling der Vereeniging wordt een vast recht van 5 pCt. der vordering bere kend. Bovendien moet 10 cent voor port steeds worden bijgevoegd, bij inzon ding van vorderingen door bemidde ling der advocaten te innen. De kosten van informatiën naar buiten de stad woonachtige personen bedragen (30 ets. per informatie, plus vijf cents porto-vergoeding. Informa tiën naar binnen de stad wonende personen worden gratis verstrekt Pretentien op buiten de stad wo nende personen worden niet behan deld, wanneer niet 10 ets. voor porto- vergoechng is toegevoegd. Ruim 1748 informatiën en rechts geleerde adviezen werden in het al- geloopen jaar gegeven. in de maanden Mei en Juni 1911 zijn 56 vorderingen tot een bedrag van f 1570.85 betaald; 14 vorderingen worden afbetaald, 11 vorderingen zijn uitgesteld. Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. in verband met de wijziging van art kei 11 van het huishoudelijk regle ment van den Nederlandschen Bend van Onderlinge informatie- en Schuldinvordering bureaux en Han- doisvereemg.ngen, gevestigd te Haar leui, moet in het vervolg voor elke informatie die op vertoon van leg.ti- inutieiiaarten wordt gegeven, 25 cent worden betaald. Alle brieven, aanvragen, reclames oi wat ook, moeten worden geadres- seert aan het Bureau, dat geopend is dagelijks van 9 tol 5 uur en waar ook verdere inlichtingen zijn te bekomen. Het Bestuur heeft bemerkt, dat men soms meent, dat men, hoewel geen lid der H. H. V., toen van haar infor matiën kan bekomen, en brengt nu nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis M-EUiLLc vis -t naar hoi cjigelscti. 12; De snelle verandering van onge voeligheid tot haar normale kalmte was merkwaardig en misschien be wonderenswaardig. Ook was mork- waordig liet totaal ontbreken van ©enige uiting van dankbaarheid, be halve do m;j toegevoegde woorden, dat ik niet gedaan had, wat natuur- -lijk was. Daar was iets teleurstellends in en toch voelde ik onwillekeurig, dat die uiting, hoe onbeteekenend zij ook scheen, inderdaad meer vleiend was dun de gebruikelijke gemoeds-uitin gen der meeste jonge vrouwen. Ik hoop, dat u niet al te zeer ge schokt is, zei ik, misschien d<>ed ik verstandig met een slede te halen, om u thuis te brengen - Ik ben weer volkomen hersteld, dank u. luidde beslist het ant woord. en het volgend oogenblik stond zij overeind en sloeg de sneeuw van haar wollen jersey en korten, blauwen rok. Wij wandelden zwijgend voort, de gouvernante weigerde mijn arm, en wij volgden het pad naar beneden naar Weissheiin. lk denk, dat ik nu bang zal zijn geworden voor Scylla, zeide mijn gezellin een weinig bittertot nu toe was ik er nooit bang voor. De eenige dealen van de baan, die ik altijd met een beetje angst nader, zijn de kruispunten. De kruispunten Ja, er zijn twee plaatsen, waar de baan gekruist wordt. De eeqe is vlak aan het begin, wat wij het ho- voukruispunt noemen, maar dat zel den gebruikt wordt Het voornaamste is hier vlak bij, waar de dorpsweg van Riefinsdorp de baan kruist U bedoelt, zei ik, dat u bang is, dat een slede uw weg zal kruiser-, als ge naar beneden gaat Juist Dat zou verschrikkelijk zijn, omdat, ofschoon men zijn snel heid kan verminderen door flink de spiikers der schoenen in het ijs te zetten, men evenmin geheo! kan stop pen, dan dat men een geweerkogel in een vlindernetje zou kunnen op vangen. Kan men zich dan niet van den toboggan af laten -vallen vroeg ik. Dat zou wel kunnen, maar het zou totaal nutteloos zijn. Men zou toch op dezelfde wijze voortgaan, al leen veel onaangenamer. Feitelijk is er niets te vreezen van dit kruispunt. G ziet ilul seintoestei Als het sein naar bovon staat, zooals nu, dan mag geen slede binnen 100 meters van de naun naderen Die man is daar ge- stationueerd, om dien regel te hand haven, voor het geval, dat een onge duldig voerman net sein. over het hoofd mocht zien. Nauwelijks had Miss Anchester de ze woorden geuit, of het geluid van rinkelenile sledebellen deed zich hoe ren. Een seconde later kwam uit de dennenhossehen een slede met twee paarden bespannen en gemend door een koetsder in livrei, en in weerwil van liet signaal holden zij roekeloos de honderd meters afstand vóór de baan over. Gelukkig was er geen tobogganger in het gezicht, maar de wachter, trouw aan zijn plicht, sprong vqpruil om de paarden bij de teugels te grijpen. Plotseling echter hield hij in, ging aau den kant van den weg ^aan, nam zijn hoed af en boog. Jlot rijtuig bevatte twee dames. De eene was Fréulein Helder, de andere H. M. de Koningin. HOOFDSTUK VL Wij gingen met ons vieren om de lunchtafel zitten en de stemming was gedrukt. Ten eerste ontbrak het vrou welijk element geheel, de Koningin was. weg en Miss Anchester lunchte boven bij de kinderen. Ten tweede vormden wij een ttloin gezelschap in een groote kamer, hetgeen nooit op wekkend is. Ten derde was mijn ge zelschap, namelijk de Koning, gene raal Meyer en do jonge Prins Max, blijkbaar niet in al te beste stemming. Wij zaten aan het eene eind van de groote eetkamer, een lang, smal ver trek. nog kort geleden gebouwd ami het Zuidelijk front van liet Paleis, met een mooi uitzicht over het dal, en met een overvloed van middelma tig snijwerk in zeer glad gepolijst pitch-pine. Prins Max. aan wien ik nu was voorgesteld, was een kleine jongen, die er bijzonder goed uitzag, met een kleinen krevel, en een bijzondeT bleek gelaat. Hij zag er verveeld en een Ketje verboemeld uit, maar zijn trek ken, die bijzonder welgevormd wa ren. droegen een sterke gelijkenis met die van zijn zuster. Zooals lk al heb opgemerkt, de stemming was gedrukt. De Koning )»ad 'blijkbaar verdriet en was ver strooid. en de onverholen wijze, waarop hij zijn plichten als gastheer verwaarloosde, maakte, dat ik mij nog meer tot hem voelde aangetrok ken. Ik wist dat hij verdriet had, en als hij mij met kleine attenties ver volgd had, of, nog erger, zijn best had gedaan mij gedwongen vroolijk te onderhouden, den zou ik mij oog veel minder op mijn gemak gevoeld hebben. De hoofd-commandant was zooais gewoonlijk critiscb zwijgend, zich ten koste van anderen vermakend. Van den jongen prins kreeg ik een ongunstigen indruk. Hij drank heel sterke whisky's en soda's, en rookte cigaretten (zonder daartoe permissie te vragen) tusschen de gangen van den lunch in. Conversatie had hij blijkbaar heelemaal niet, maar dat vergoedde hij door met tusschenpoo- z-en van iedere drie of vier minuten hevig te gapen. Na den lunch bracht een man op een blad brieven binnen. Er was er voor mij een bij van mijn moeder, en ook was er een voor den Koning. Vergeef mij, Saunders, zeide Zijne Majesteit, terwijl hij zijn brief open maakte. Ga je gang en lees je eigen brief als 1 u blieft. Ik maakte mijn brief open en las de eerste bladzijde toen ik daarna opkeek, zag ik, dat de door de zon verbrande trekken van Koning Karei een ernstiger uitdrukking droegen dan ooit. Hij gaf zijn brief aan gene raal Mever. die hem las zonder iets van zijn gewone kalmte te verliezen. Kom bij mij in mijn studeerka mer en laten wij daar alles eens kalm bespreken. hoorde ik den Ko ning zeggen met een stem, die niet veel meer dan fluisterend genoemd kon wonden. Het gevolg was. dat ik van aange- sen in Fransch en dierkunde te ge ven? D'ruitl (Truitl En gauwl En de verbolgen naturalist maak te aanstalten om de daad by hel woord te voegen. Toen veroorloofde ik mij, tusschen- beiden te treden. Ik legde den hoer Buisson uit, dat pa ©en opgezetten tijger mooet hebben. Maar waarom komt hij er dan niet dadelijk op? Wel, ik denk, dat die praktische Engelschen van de gelegenheid ge bruik wildon maken om naar de Bel- lits-rnethode te weten te komen, hoe al die vreemde beesten in het Fransch heeten. Laten ze daarvoor naar mijn concurrent gaan! Enfin, mijn tosschenkomst bracht de zaak in orde. Papa betaalde voor een der opgezette tijgers, di© in zijn hotel moest bezorgd worden nadut hij op de stopverven tong van het beest zijn stempel had afgedrukt! ©en behoorlijken prijs, dien hij den naturalist door de gouvernante ter hand deed stellen. Parijs zit nu vol van dergelijke overwalsche reizigers. Het is h u n seizoen. OTTO KNAAP. Tan de Residentie en haar hewoner8. CXXIV. Wanneer zal het publiek eindelijk ©ens genoc» krijgen van operetteu en zich na den overmaat van t© luchtig© kunst weer naar wat meer ernstigs wenden De toeloop, die thans Sein post te Scheveningen geniet, doet ver moeden. dat die omkeer ten goede niet zoo heel ver meer verwijderd is. Niet dat er .geen toeschouwers in do zaal zijn Integendeel, maar er is iels, dat wijst op een langzamerhand beu worden van een teveel aan grcipixw op muziek. Eerst bracht het operettegezelschap, dat den vorigen winter mei ,,die Keu- eche Susanne" furore maakte, aller hande operettes voor het voetlicht, di© nooit repertoire gehouden hadden. Het recept van „Lustige Wittwe" en „Dollarprinses" een ongelukkige liefde is na Lehar en Fall door zoo veel operettcgeniën bemuziekt, dat een zekere eenvormigheid aan die geestes kinderen niet te ontkennen vielWe wisten zoowat vooruit wat een nieuwe operette zou inhoudende voorstel ling als zoodanig moest daardoor red ding. d. i. succes, brengen en doordat, dit op den voorgrond geschoven werd, kwamen de spelers er meer en meer toe door platte komiekigheid te beha len, wat de componist niet bereiken kon. Een operette, die alleen door d© tooneelmatige gaven van de acteurs gered kan worden, neigt naar do kluchthaast alle producten van deze kunst bewijzen dit en waar nu een teveel aan grappigheid moordend werkt op de belangstelling vooi dom opvoeringen^ staat het te bezien, dat binnen afzlenbaren tijd met do operot- ten geen droog brood moor verdiend zal worden. Seinpost bewijst dat weer. Zoolang „Graf von Luxembourg", „Herbstmo- nover", ..Tidely Bauer" opgevoerd werden, was de zaal wel bezet, maar nooit geheel vol. Ook het succes steeg niet boven normaal. Nu kwam de directie met de „Wal- zertraum" en de zaal was uitverkocht. Ziedaar het bewijs, dat de opcrct- teltefhobberij ten grave neigt. Kous dal aan W alzertraiun, Dollarprinses en het Lustige Weeuwtje, het drietal dat componisten den kop op hol bracht, nog een vierde toegevoegd zal worden, is na alle mislukt-pro beersels van tien ilaatsten tijd niet goed aanneembaar. Eindelijk raken oudjes ook eons afgespeeld en zal het publiek genoeg hebben van het eeuwige ge vrij «n sen timen teele gehuil en zullen voor de meer degelijke kunst woer betere dagen aanbreken. De Walzartrauin-opvoering mocht er anders zijn. Het gezelschap bezit een merkwaardig aantal goede hce- renkrachten en weet the uitstekend te gebruiken. Actie gaat natuurlijk boven stem; we verlangen helaas geen mooie stemmen voor een ope rette, we zijn al tevreden als we maar lachen. Donderdag hebben de Hagenaars wat gemist. Ze hadden iuts kunnen zicht tot aangezicht zat tegenover den weinig mededeelzame» en levensmoe- den Max. Met een plotseling besluit, om aan de verveling van ons tête-a-téte een einde te maken, stak ik mijn half ge lezen brief in mijn zuk en wendde mij tot mijn zwijgenden metgezoJ. Wat heeft men hior ecu prachtig uitzicht, begon ik. Hij gaapte alvorens te antwoorden. Ja, heel mooi, zei hij. Ik zag u vanmorgen de Kas'.oel- baan afleggen, ging ik voort. Zoo. Het scheelde niet voel, of ik was bij den Duivelsolboog er uit gedraaid. Een leuk werk dat sleeljo- rijden. maar niet na een rumoerig en. nacht, waarin men veel gedronken heeft Gaat u vanmiddag weer naar beneden Neen, ik ga met ©enige lui, bridge spelen in liet Pariserhof. Kom, nu zal ik maar heengaan. Bonjour- Ik boog even en de jonge prins ver liet geeuwend do kamer. Zijn En gelsch was volmaakt, of liever g<v zegd, het was vloeiend, hetgeen niet juist hetze-lfd© is. Ik liet bij zijn vertrek oen zucht van verlichting hooren en stak mijn hand in den zak, om don brief vari mijn moeder weer op te zooken. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 5