HAARLEM'S DAGBLAD. ™S£S^ tlaarlemsche ilamdeSsvereenigiog (Goedgekeurd bij Kon. Besl. van 12 Nov. 1899.) De Haarleinsche Handelsvereeni- ging hier ter stede, opgericht 10 Mei 1892, heeft in den loop van den tijd wel haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver schillenden aard betreffende, is zij opgeLreden en dikwijls met groot succes. Jammer echter, dat men alge meen n'.et meer blijk geeft, dit te waardeeren, door als lid der Vereeni- ging toe te treden. Er zijn wel meer dan 600 leden, maar dat is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen de, ja zelfs particulieren, moesten lid worden, om ten minste te laten ge voelen, dat men het werk op prijs stelt, dat de Haarleinsche Handels- verecniging steeds opneemt, als doen de, wat bare hand vindt om te doen. Do voordeelen, die de Vereent ging buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan biedt, zijn zeer vele en zeer groote tegenover de geringe jaarlijksche contr.butie van f 3.50, die gevraagd wordt. De Haarlemscbe Handelsvereni ging bemoeit zich in de eerste plaats er mede, de belangen van hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en information voor ben in te winnen. Bovendien hebben de leden bet recht bet hun gratis te verstrek ken advies der Vereeuiging te vragen de ook in proceduren en faillisse menten gratis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den handel en het bedrijf der leden. Als proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2e halfjaar (van 1 November tot en met 30 April) ad f 1.75 de balve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver een.ging zijn de hoeren Mrs. Th. de Haan Hugenboltz en A. H. J. Merens, Spaarne 94, ulh.er, die voor de lejlen eiken werkdag van 24 uur des no- middas zijn te spreken. Het bureau der Vereeuiging is ge vestigd Jansweg 11. Voor incasso's door bemiddeling der Vereenig.ng wordt een vast recht van 5 pCt. der vordering bere kend. Bovendien moet 10 cent voor port stcods worden bijgevoegd, bij Inzen ding van vorderingen door bemddo- ling der advocaten to innen. De kosten van informatiën naar buiten de stad woonachtige personen bodragen 60 ets. per informatie, plus vijf cente porto-vergueding. Informa tiën naar binnen de stad wonende personen worden gratis verstrekt. Pretention op buiten de stad wo nende personen worden niet behan deld, wanneer niet 10 ets. voor porto- •ergoed.ng Ls toegevoegd. Ruim 1743 informatiën en rechts geleerde adviezeu weiden in het af- geloopen jaar gegeven. Aan het kantoor Jansweg 11, zijn thans coupons a 10 cent verkrijgbaar waarop men bij het Bureau van den Burgerlijken Stand op het Stadhuis inlichtingen kan bekomen over het adres vau hi er op het bevolkingsregis ter ingeschreven personen. In de maanden Juli en Augustus 1911 zijn 59 vorderingen tot een be drag vau f 1978.11 a, betaald; 13 vorde ringen worden afbetaald, 12 vorderin gen zijn uitgesteld. Oaarlemmer Halletjes EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE. Het onderwerp van de week is de exploitatie van het Br w bouw door d: Sociëteit Vereeniging en het ande re de duurte van de levensmiddelen. Deze twee zaken zijn min of meer met elkaar in strijd. Voor de exploitatie van de Bron is vermeerdering van het ledental noodig en de duurte der lO; vensmiddelén zou inkrimping van niet bepaald onmisbare uitgaven ten gevolge moeten hebben. Ik stel voor, dat wij ons met dio tegenstrijdigheid het hoofd maar niet breken, omdat het heel moet blijven tot kalme beschou wing van zooveel andere tegenstrijdig heden, die wij in de wereld aantref fen. Daar is bijvoorbeeld de tranicon-i cessie. We hebben een electrisclie tram gewenscht, omdat die beter en sneller zou loopen, dan de paarde- tram. En zie nu eens aan. hoe lang zaam het eaat met de voorbereiding van die plannen ze loopt niet snel, zo lóópt niet eens, ze sukkel! en kruip*, ja schijnt nu cn dan stil te staan. Als ik Mie of Matador, met al de opge wektheid die we van een trampaard kunnen verwachten, voor deu wagen door Haarlems straten zie draven, dan vraag ik mij af, of het heelc tram- plan eigenlijk geen droom is geweest en of we niet op een oogenblik uit dien soes zullen ontwaken, bemerkende, dat de werkelijkheid uit een paarden- tiom bestaat. In ieder geval zal Haar lem een dubbele glorie bezitten die van de Eerste Ncderlandsche Elcctrische Tram Maatschappij en die van de Laatste Nederlandsche Paardentram. Op dergelijken twee- voudïgen roem kan niet iedereen zich Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. In verband met de wijziging van art,kei 11 van het huishoudelijk regle ment van den Nederlandsclien Bond van Onderlinge Informatie- en Schuldinvorder.ng bureaux en Han- delsvereenig ngen, gevestigd te Haar lem, moet In het vervolg voor elke informatie die op vertoon van leg ti- matiekaarten wordt gegeven, 25 cent worden betaald. Alle brieven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres- seert aan het Bureau, dat geopend is dagelijks van 9 tot 5 our en waar ook verdere inlichtingen zijn te bekomen Het Bestuur heeft bemerkt, dat men soms meent, dat men, hoewel geen lid der H. H. V., toen van haar Infor matiën kan bekomen, en brengt nu nogmaals en uitdrukkelijk ter bennis dat alleen aan leden der Vereeniging informatiën door haar worden ver strekt, en dat voor informatiën op hier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. De stormramp te Brainlssa. Onze stadgenoot, de heer M. Ok- ke'rse, die uit het dorp Bruinisse af komstig ls, heeft ons de volgende be schrijving gezonden van de ramp, die Bruiriisse heeft getroffen. Dit verhaal ifc samengesteld, deelde do heer O. ons mee, ut de beschrijvin gen, die zijn te Bruiriisse wonende familie bem daarover heeft gegeven. Wij geven gaarne een plaats aan dit artikel, om daardoo'r misschien mede te werken, dat wanneer straks ook te Haarlem een comité voor hulp verleening wordt gesticht, de giften talrijk zullen zijn. - Red. Bru/nisse ligt in den Zuid-Oost hoek van het eiland Duivclond, aan de rivieren Grcvelineen en Zijpe. Het dorp is behoudens enkele hui zen, die op den dijk staan, gebouwd achter den dijk, zeedijk genoemd; deze loopt Noordwest en Zuid-Oost. De zeedijk is een reus met breedon voet, waarschijnlijk wel zestig me ter, de buitenzijde :s tot over de helft van de helling beglooid met zand of mergelsteen, daartusschen staan rijen palen (palisaden) om de golven te breken. Vlak voor het dorp is evenwijdig aa ml en dijk een dam gelegd, onge veer 300 Meter lang. deze heeft in 't Noordwesten den vorm van een stom pen hoek en is vereend gd met den zeedijk, dijk en dam vormen do ha ven die in 't Zuid-Oosten door een kleinen dam is i'gesloten, welko laatste zoo kort is gemaakt, dat een havenmond wordt gevormd. De dam is aan de buiten (de rivier zijde) tot aan de kruin beglooid. Aan de binnenzijde van den groo- ten dam en eigenlijk rondom de ha ven staan meerpalen, voorts zijn in 't midden van de 1-aven en over de geheele lengte twee rijen zware meer palen aangebracht. 't Is Zaterdag 30 September 1911, de vloot is thu s, op enkelen na, diio in Holland of België zijn. 't ?ijn c'r ongeveer 120. Ze liggen rondom do haven gemeerd en omdat.de ruimte voor de geheele vloot te klein is, lig gen ze ook achter elkander aan de middelste meerpalen vast. Het waait hard van 't westen, do wind komt dus uit den wal, namid dag half drie is 't laag water, maar in plaats dat de haven en do slikken daarbuiten d'roog komen, ebt het wa ter niet; er bl ft 'n klein getij water aan den wal, dat voorspelt niet veel goeds. Do wind komt breeder en wordt een storm, do meertouwen worden verdubbeld, men vertrouwt do lucht niet, het stórmt nu van het Noordwesten en waait nu nret meer uit, maar langs den wal. Er worden ankers over den grooten dam ge bracht, want het water vloeit wel tot halfr.egen, 't is geen springtij, maar cr kan toch een hooge vloed komen, dan kan men de schepen niet meer bereiken, de dam ls hoog ea sterk, hij zal 't wel houden. Om vijf uur is het donker, het kookt daar buiten, het water stormt uR het water, '1 lijkt wel slagregen, maar van zout water, dat uit de rivier midden In 't drfi-p vliegt. De vleugels krassen en kreunen in de toppen van de m-~'»n en de storm fluit door het want. De groote dam wordt aanhoudend ge beukt door de golven, 't zijn geen golven meer, maar brokken water die tot over de kruin slaan en terugloo- pen tot aan den voet. tegen zulk 'n geweld is niets bestand. De dorpsstraat die tot de haven toegang geeft wordt met vloeiplan ken dicht gemaakt en met zakken zand versterkt, 't lijkt maar steeds harder te stormen en donker te wor den, zulk weer herinnert zich de oud ste inwoner niet, allee bruist en gi ert en buldert, de vloot rukt on'rus- tig aan de reepen, ook' het onbewuste wantrouwt elkaar. Tegen halfzeven bespeurt men de eerste gaten in den grooten dam, ze wo'rden snel grooter, de grond wórdt onder de steenen weggezogen, de op- loopende zeeën nemen de steen en en palen van den onderkant, de afloo- pende van den bovenkant der bres mede. Soortelijk gewicht bestaat niet meer. palen drijven, maai- ook stee- nen schijnen te drijven, langzamer hand slaat de geheele kruin weg en spoelt in de haven, de meerpalen aan den binnenkant van den grooten darn 'raken los, de ankers gaan door of buieen recht. Enkelen schuiten geraken op drift en schuiven en knotsen legen of tnsschen anderen, die in *t midden van de haven en den vasten walkant liggen gemeerd, in, ze worden op den walkant (de los- kade) gedrongen, alles kraakt cn slingert, verschillende booten stor men los, 't wordt cim kluwen van schepen, de zeil- en fokke-vallen slaan los en slingeren om de masten van anderen, dat kluwen dringt op tegen de andere booten, de groote meerpalen breken, of worden een voudig weggedrongen. Wat stand houdt, breekt- en sj^intert vaneen. Het is nu in de haven, bij weggesla gen dam, vol zee. De angst bekruipt de vi.sschers, zij zijn niet zoo gauw- van streek, het water de onbewuste kracht, is hun makker, maar hun vriend niet. Zij weten het, ze staren met daaraan gewende oogen in die duistere woede en krimpen ineen. Dat gaat zoo woest! Men hoort mas ten kraken en vallen, de vleugels stormen over den dijk, dat aaneen- gesMngerd kluwen van schepen, mas ten en touwen dringt als e-en storm ram op en versplintert alles wat in zijn richting ligt. - Men houdt elkaar vast om niet weg te slaan. Men kan niet heen- en weer loopeu, maar staat, doornat tot op 't hemd, die verwoesting aan te zien en zwijgt. De geheele dijk is 'n hatgeslagen meriflchonmuur, een levende dijk, men is gewoon gevaar te trotseeren, aan te pakken, de zee te bekampen; hier helpt geen moed, de moed ver smoort in onmacht. Wat nooit is ge beurd, maar nu wordt govrceed, neemt een aanvang. Ongeveer zeven uur slaat de edrste boot over den kleinen (Zufd-Oostelij- ken) dam en vlucht voor den wind. De Bchepenwarreling dringt op, alles kraakt en breekt, en op een oogen blik zien de menschen in dc duister nis met ontzetting, dat verscliedden scheepjes het eerste volgen. Hun vaartuigen, htm kostwinners stor men weg, en velen zonder zwaarden, zonder roer, met gebroken, verspk.li ter do masten, waarheen? Do wind komt meer Noordelijk, de wegge drongen schuiten stranden, gedeelte lijk op den onde'rherm van don dijk, even buiten de haven en slaan door dubbclsteens-muren, van daar ge bouwde oester loodsen hoen. Wat er weer voor drijft is wrak en blijft vol wuter togen den dijk, zitten. Men ziet een rij gehavende vluchtelingen, beukende den zeedijk tot zij hoog in 't gras geworpen wo'rden. Ze ver splinteren op elkaar. De haven is leeggostormd op 'n enkele na, die in den nonrdwesthoek ligt. of tegen den vasten wal gedrongen, onbeweeg lijk vast Tit. De wanhoop maakt zich meester van die stoere mannen Het klemt huu in de keel, ze trachten 't weg te slikken en, herhalen vele kee t-en binnensmonds: ..De vaartuigen weg!" Enkelen gaan de weggejaagde schepen na, langs den zeedijk en pro- beeren met lantaarns iets te onder scheid on van al dat breken en bon zen. Vreeeeliik is het te zien, hoe de bij eon gedreven schepen aa- splin ters worden gebeukt; de stukken hout 6iaah hoog tegen de kruin van den dijk en storten neer aan deu voet. Men staut machteloos daartegen. De eerste acte van het drama is afgespeeld, de groote dam »s wegge slagen en do vloot op den wal ge drongen of gevlucht naar 't lager. Storm en zoo bleken de sterkste. Zij hebben 't gewonnen. Bij bewuste da ding zouden zij een vlag hebben ge plant op de plaats der verwoesting. Dat is zoo de manier! Maar hier ge beurde dit niet, want zij deden niet, maar werden gedaan. Men wenscht, dat het dog wordt, en 't is nog nauwelijks negen uur in den avond, 't Is riet mogelijk te be grijpen, dat in eenigo uren zooveel onheil is gebracht en beleefd. Een groot deel der mannen gaat naar huis, naar de beangrte gezinnen; ook om voor de zooveelste maal droge kleeiren aan te trekken en wat kal- meërenWant 't woelt daar van bin nen, 't is angst en koude; 't lijkt ook daar te orkanen. De storm giert door 't dorp heen eai de branding op de rest van den grooten dam wordt over al gehoord, er komt maar geen door zicht, de lichtzijde is, dat tot heden dfc haven geen menschen zijn omgekomen. Er wordt nu wat gedwongen rust genomen, de Gemeenteraad verga dert; er wordt gedelibereerd, wat gedaan moet wo'rden. Zoo kan 't niet lang duren; aan de aven is veel ver loren, maar als de dijk 't niet houdt, wat dan? Men schrikt terug voor de gedachte aan de gevolgen; er' is nog moer te verliezen. Om den bitteren nasmaak van de- zeu ietwat zwartgalligen volzin te ver drijven wil ik u gevraagd hebben, of gij aansprakelijk zijt voor het betalen van de doktersrekening, wanneer uw kat bij de beklimming van een dak, een pan heeft losgewerkt» die daarop naar beneden gevallen is en een voor bijganger een bloedneus bezorgd hoeft. Ik vraag dat maar niet zoo in het wilde weg, want er ls iets derge lijks gebeurd. Onlangs stak op een Zaterdagavond een storm op, die stonn ontwortelde een boom. die boom viel op een werkdraad van de E. N. E. T. en die werkdraad kwam op een paard terecht, dat daardoor bezweek. Nu vraagt de eigenaar van liet dier om een tegemoetkoming- in de schado aan het gemeentebestuur. Gaan we nu deze reeks van oorzaken na. dan komen we in de eerste plaats aan den storm, waarvoor het gemeen tebestuur toch zeker door den ergsten kritikastcr niet aansprakelijk kan worden gesteld. Volgt de boom. Inder daad was het een gemeentelijke boom, die viel. Maar hij zou het paard niet of niet zóo zwaar getroffen hebben, wanneer hij niet gevallen was op den diaad van de tram, welke draad in laatste instantie het onheil veroor zaakt heeft Zou dus niet ten slotte de tram maar ik mank den zin niet af, want de B. N. E. T. zou geen kwaad gesticht hebben, indien niet de boom daar gestaan had en de storm hem niet geveld had ko*tom, de zaak is zoo ingewikkeld, dai ik hier een anders veel misbruikte uitdruk king op haar plaats achtforce majeure, in 't Noderlandsch ver taald d e storm, is oorzaak van het onheil. En de natuurkrachten vergoe- 'hiQ niets De Raad laat door boden en een omroeper in 't dorp bekend maken, dat alle zeilen, zakken, palen, plan ken enz. moeten worden buiiten ge bracht voor versterking van den dijk. Daaraan moet onmiddellijk worden begonnen. Er zijn al vele en groote gaten in den dijk waargenomen, op sominigo plaatsen is reeds de kruin tot over de helft der breedte weggas slagen. Men moet daarbij gereed blij ven staen, om zoodra storm en ze* een oogenbl k verflauwen, te kunnen aanpakken Men brengt zeilen en zakken bij de bedroede punten. Tusschen twee en drie uur va- der. lste-i October, vermindert de sionn en het water begint te zakken. De noodklok wordt geluid en alle man nen boven 16 jaar naar den dijk op geroepen. Met de kracht dor wan hoop wordt gewerkt. Men dekt de gaten met zeilen en legt de-v> vast met zakken znnd. Weer is het treu rig om aan te zion, wat dr gebeurd is, maar voor beschouwingen os thans geen tijd, het gaat nu om hel leven van zoovelen en de mannen, die can paar uren geleden, ineen krompen bij het zien wegst or men en versplinteren hunner schui ~-n. Zij dragen ook hier zar.d aan, of staan ais levende golfbrekers in de bres sen, om die zakken doelmatig te rangschikken. Her staat men op 't oogenblik, naar T schijnt althans, niet machteloos, niet werkeloos. Men worstelt met een tegenstander en de ontwikkelde kracht van die een drachtige menechenmassa is verba zond: in een paar uren tijds heeft men honderdon zakken gevuld en de zwakste punten in den dijk versterkt. Door 't verminderen van den wind en het zakken van hot water verle vendigt de hoop, dat de dijk het, al thans in dezen nacht, zal kunnen houden en dat is veel gewonnen! Met de schemering van den dag, gaan velen, die bij de vaartuigen betrokken zijn, naar de ruïne van de haven en volgen als 't ware het spoor vnn de vluchtelineen, vort- zoo ver d o aan eigen eiland zijn gestrand In de haven aan den vaster, walkant begint het reeds. De schepen zitten op en naast elkaar, met verbrijzelde stevens en boegen. Ieder zoekt eigen schuit verder langs den dijk. Elk vaartuig heeft een nummer, maar dat hebben de visschers niet noodig zij kennen ieder onderdeel van bun schuitje afzonderlijk. Zij struikelen over WTangen en kromhouten en zoeken met huive ring in het hurt voort, zij vwat do vaartuigen hebben geleden. Iloe meer bet dag wordt, hoe duidelijker blijkt, dat zij zich op 't ergste moe ten voorbereiden. V. at tot nu toe is gezien, zijn genummerde wrakken, die aan den dijk hangen. Zwijgend strompelen en glibberen de mannefn elkaar voorbij, door een chaos van i lemen, boomen, manden en alle mogelijke gereedschap, dat u;t de vastzittende schepen tegen den dijk werd geslagen. Een deel beeft de vaartuigen gevonden. Zwijgend blij ven zij eï voor staan: het vaaituig spreekt hen aan. Zij begrijpen el kaar en een traan wordt door den schipper weggeveegd. Dat is het d epgevoeld antwoord De anderen gaan verder. Er ontbreekt nog een groot aantal schepen, maar het dag licht zal helpen. Ginds aan den over kant van 't Zijp© zit één derde van de vloot, hoog tegen den dijk. De wind vermindert merkbaar. De lieden kun'nen niet teruggaan, maar Of ik hiermee den stalhouder over tuigd heb. betwijfel ik bijzonder. Hem zou een flinke bijdrage in de geleden schade zeker aangenamer zijn ge weest. Die beweerden ook de koristen van 'le Nederlniulsche Opera te lijden, toen zij een loonactie begonnen aan de deur van den schouwburg, waar gespeeld zou worden. Wij voor het voetlicht denken niet graag en nief vaak aan de bezwaren, die daar ach ter worden gevoeld we zien liever de graven en gravinnen, helden en heldinnen, don de menschen. die wel mooie pakjes dragen, maar tobben moeten om het dagelijksch brood. En vooral wanneer ze zingen kom je niet zoo dadelijk op de gedachte van zorg en levensstrijd. Het is een soort van ideaal, eiken avond te zingen en dat nog wel in vereeniging met even opgewekt c-stemde lieden. Dit is evenwel maar van den buiten kant. De vraag is. of ƒ2,50 per avond voldoende is. om voor burgers, solda ten, voorbijgangers, buurvrouwen, hefdamee. hovelingen, edeUieden (Ik n- em ze maar door elkander op) te spelen. Toen admiraal Tromp aan 't Fransehe hof was. balde hij van onge woonte en wrevel over do spottende lachjes van de mooie jonkers om hem heen, de vuisten in zijn kostbare hand schoenen en had wel tienmaal 2,50 willen geven, wanneer hij met goed fatsoen ergens anders had kunnen wezen. En nog lieden ten dage zijn er duizenden, dip heclwat rijksdaalders zouden willen besteden, wanneer ze maar één avond apn 't hof mochten verkeeren. Maar 'a avonds edelman en edel vrouw vau boroen te wee en voor ƒ2,50, schijnt belanghebbenden te wei nig. moeten probeeren, hoe dan ook, bi) huu schuiten te komen. Kon stoom boot brengt hen over de rivier. In spanning vervolgen zij langs den lager wal (de A una JJ aooba p older) hun weg naar de schepen. Overal liggen stukken en onderdooien van de tuigage tegen den dijk geworpen. De ontmoet.ng, mag ik we! zeggen, daar, tusschen de schipper en zijn vaartuig is weer aangrijpend. De verwachting was niet groot, zij had den al zooveel wrakken gezien, maar de werkelijkheid is hun toch te mach tig. Meer dan 50 bco:cn liggen en bange» afgetakeld, enkele met den gebreken mast in den grond ge., ocld en het vlak naar boven gekehd. Ook hier spreekt weer de ruïne. Men overziet den toestand en begint de aangespoelde stukken over den dijk te dragen, om .e voorkomen, dat zij met deai Volgenden vloed wegdrij ven. Den geheel en Zondag is men aan 't work on verzamelt eigen goe deren. Tegen den avond gaat men naa'r t dorp terug. Ook daar heoft men zoo veel mogelijk geborgen, terwijl ver der, alles wat werken kon, onder lei ding van den Burgeer.coster is tjoz.g geweest, om den dijk te versterken, en teneinde eenigszins bevesiigd te zijn tegen hernieuwd opkomen van dén storm. Zondagavond wordt eindelijk rust genomen, maar in veie gezinnen de verzuchting geslaakt: „Wat zal de toekomst zijn?'' M. OKKERSE Haarlem. Parijsche Brieven CC.XCVIII. Sedert ongeveer twee maanden kan men bijkans geen onkel Parijsch dag blad inkijken, of men vindt ergens in een hoekje een verzuchting over „la vie chère". Het dure levenInderdaad zijn dan ook in den laatster, tijd de prij zen van sommige levensmiddelen graadsgewijze verhoogd. Vóórdien kon ik, wanneer ik zuini ge Hollandsche huisvrouwen stoc-n en been boorde klagen over de duurte der levensmiddelen te Parijs, met voorge wend oathes uitroeper. Maar. nujn schoone vrouwelijke loudgenooien. woest asjeblieft niet onbillijk, want dat is een ondeugd. Be denkt onder meer. dat de suiker, in het Latijn saccharum. in het Ara bisch: soekar, dat univcrseole voedza me, versterkende, aangename, stiniu- lcerende eu aphrodisiiurue levensmid del welk woord Vun Dale slechts in liet meervoud toelaat. te Parijs lieol veel goedkooper is dun in Hol land. Te Parijs 70 centimes, in Hol land 52 cent per kilo dat maakt een verschil uit van ongeveer 35 pCt., een woekerwinst-percentage I Daarop zwegen dan. onthutst, de Hollandsche vrouwtjes en dachten bij zichzelf „Wal een J.-n Hen iu de verste verie niet vermoedend, dat ik op huishoudelijk gebied al bitter wei nig bijzonders meer vermocht te ver teilen. Titans lachen zij mij uit Want de suiker is. helaas, a li engs opgeslagen tot 1.10 franc uer kilo. Eu ook de prijs vnn de melk is verhoogd. En nog en kele andere levensmiddelen zijn duur der geworden. W aaraan is die stijging der prijzen toe te schrijven Vraagt het den oecouomisten en den sociologen. Natuurlijk zijn de liecren het onder ling niet eens. Aan, beweren sommigen, de waarde vermindering van het goud. en dit tengevolge van de ontdekking van nieuwe goudmijnen. Aan de euidemiecn. die het Fra.n- Ik wil dat niet heoordeelen, ik heb er geen verstand van. De duurte zal ook hier wel niet vreemd zijn geweest aan de loonactie Langzamerhand kom ik we! tot de slotsom, dat de eenigen in ons vadetland. die daar onder niet lijden, de dieren zijn. Al thans paard en koe. schaap en varken, zullen er wel geen stukje minder om eten, of de baas het wat benauwd heeft. Misschien beleeft de trouwe makker van den mensch. dc hond. hier en daar ook wel booze dagen hij is het, wiens levens-diapason hoogei of lager daalt met die van zijn meester. En ik kan niet aan benauwde tijden denken, zonder daarbij even de siga renwinkeliers te noemen. Zij worden wel van alle kanten bestookt, voor eerst door de tegenstanders van de ta bak, die het rooken willen verminde ren, ja afschaffen nis het kan. dan door een Minister, die hen plagen wil met een debietreoht op tabak en siga ren en ten slotte door een strooming in de maatschappij voor verplichte winkelsluiting. Niemand zou zoo'n verordening zwaarder treffen, wani r.iemand was zoo ten allen tijde be schikbaar voor het Dubüok. In den vroegen morgen, in den laten avond, op den Zondag, altijd slaat de winke lier in sicaren achter zijn toonbank beperking zou dus voor hem de grootste moeilijkheid brengen cn ik kan mij daarom begrijpen, dat een aantal hunner, op dc vraag hoe zij over vervroegde winkelsluiting den ken, ten antwoord gaven „daar doen wij niet aan 1" Dat is een noodkreet van een veel geplaagd mensch. iets als „laat mij nu eindelijk eens met rust" Ik kan er voor voelen. FIDELIO. vc-rh oo vaardigen. Maar daarmee alléén behoeft Haar lem het zelfs niet te doen. Wij bezit ten binnen onze grenzen mannen met de eeuwige jeugd. Terwijl gemeente ambtenaren, die hun leven lang in de administratie zijn gewec-st, op hun 65ste jaar voor die administratie on geschikt worden geacht en hoogstens, druppelsgewijs, nog een of twee of drie jaar daarboven toegediend krij gen, heeft een kiesverecniging In Haarlem het voorrecht gehad, een in gezetene te vinden» die bereid was, de voor lieni fonkelnieuwe functie van Raadslid te aanvaarden, EoeweJ hij in zijn zeventigste levensjaar is. Ik noem dat levenslust. Waar blijven nu al die jonge kereltjes, die een betrek king aanvaarden omdater pensioen aan verbonden is, zoodat zij een rus- tigen ouden dag kunnen beleven? De ze medeburger wil geen rust, hij ver langt aan den arbeid to blijven eu de gelegenheid zou hem gegeven zijn, om tot de moeste Raadsleden te zeggen „mijnheer, let wel op mijn ervaring, ik ben tweemaal zoo oud als u". of „veertig procent ouder dan u". of wat cok. En wanneer één van do Raadsle den wat al te modern mocht willen optreden, had hij kunnen antwoorden: „dertig jaar vóórdat iemand aan u dacht, heb ik den toestand al meege maakt en die was zóó uw voor stel snijdt dus gc-en hout." Vreemd is het evenwel, dat terwijl deze ingezetene de rust van zijn ouden dag aan fijn medeburgers wilde opof feren, dezen van dat offer niet ge diend bleken le wezen. Heeft niet een van do kiosvoreenigingen het denk beeld om zijn candidatuur te steunen, met algomeene stemmen verworpen Hoewel ik niet in de vergaderiinr te genwoordig ben geweest, heb ik uit gcede bron vernomen wat van het be sluit de oorzaak was. Men vond de opoffering te groot en meende die niet te mogen aanvaarden. Hier is dus een ware combat de générosité, een strijd van edelmoedigheid ge voerd. waarin ten slotte overwinnaar bleef de gemeente Haarlem. „Het is één m ij n e r zonen", kan de gemeente met trots verklaren, „die dat offer voor het algemeen belang heeft veil gehad." Want het lidmaatschap van den Rand is een offer. Ik spreek nog niet eens van een raadsvergadering met ge sloten deuren, dio twee uur duurt en waarbij je komt te beven, omdat do verjaagde bode de kachel niet kan on derhouden. Het ergste is de criliek waaraan je blootstaat. Of werd er niet hartelijk gelachen, toen de voorzitter veronderstelde, dat de wethouder van openbare werken de ambtenaren van de lichtfabrieken, die bem hunne be zwaren kwamen overbrengen, van de onjuistheid daarvan zou kunnen beb- l>en overtuigd. OvertuigdWordt er inderdaad in dezen tijd nog iemand door een ander overtuigd Iedereen beeft geliik of wil het hebben. Wie neemt nog aan, dat een ander scher per verstand of grooter ontwikkeling of beter inzicht hebben zou S e 1 b s t i s t der Man», wat tegenwoor dig vertaald wordt met„ik weet het 't bestGezag heet maar dwaasheid, behalve iemands eigen gezag nie mand is overtuigd, dan wanneer hij alle mogelijke middelen om zijn zin te krijgen, gebruikt lioeft, zonder suc ces. Dan is hij er numelijk van over tuigd, dat hij toch gelijk had en dat de onderen het alleen maar niet heb ben willen erkennen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 5