NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD. RAPHAEL DECRÖIX 29e Jaargang No. 3716 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. ZATERDAG 18 NOVEMBFR 1911 C HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN: ,r pep drie maanden: Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Voor Haarlem - - - <Cr:'Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regeL Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat. gemeente) AdvertentiGn van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; Franco per post door Nederlandl.fo W;-, W TV 50 Cts. voor 3 plaatsingen a contant v Afzonderlijke nummers0.02H V 3«f> wkl£i££iË2 2&\ 5T n„.« 4 j - n Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37J4 Redactie en Administratie: Groote Hoofstraat 53. de omstreken en franco per post '0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALT A Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. DERDE BLAD. OM ONS HEEN No. 1444 De zaak Tan der Brsggen Over het droevig geval van den zoon van den heer Van der Breggen te Blocmendaal hebben wij in dit blad zoo uitvoerige mededeelingen gedaan, dat ieder nu wel weet hoe deze jonge man. als milicien in het kamp te Nun- speet, in de maand September daar appendicitis (ontsteking van den blin den darm) gekregen heeft, en dat hij eenige dagen later in het militair hospitaal te Utrecht aan die ziekte is overleden. Binnen een week. namelijk van 19 tot 25 September, is het gan- sche ziekteproces ontstaan, voortge schreden en geëindigd. Do droefheid van do familie, die al dus een jongen, gezonden zoon en broeder missen moest, is evenzeer te verklaren, als de schrik die in geheel Nederland ontstond, toen als van zelf de vraag werd gedaan is de verple ging in het leger van dien aard, dat men veilig zijn zonen daaraan kan toevertrouwen? En het Kamerlid, de heer Ter Laan. heeft daarom een nut tig werk verricht, toen hij aan den Minister van Oorlog daarover inlich tingen vroeg. Do Minister heeft die ampel verstrekt en onze lezers hebben een en ander in ons vorig nummer aangetroffen. Het is van groot belang voor allen, die in ons land voor korter o£ langer tijd de wapens moeten dragen, aa te gaan wat uit de mededeelingen van den Minister te leeren valt. Van der Breggen meldt zich den ISden September ziek. klaagt over buikpijn en diarrhee evenals ande re miliciens dien dag deden, krijgt twee opiumpoeders en de medcdec- linffi „<lat hij moest trachten zijn dienst te doen." Deze aansporing schijnt ons vreemd. Wanneer in de burgermaatschappij een lid van een gezin ingewandsklach ten heeft, zal hem in den regel rust worden aanbevolen en niet het doen vaa zijn dienst, die uit den aard van de zaak moest bestaan uit beweging, dat wil zeggen het mee uitrukken met den troep. Van der Breggen brengt het dien dag dan ook niet ver. Dezelf de officier van gezondheid, die hem op het ziekenrapport had gehad, vindt hem één kilometer van het kamp aan den weg zittend terug en staal hem op ziin verzoek toe, daarheen te rug te keeren. „De omstandigheden deden het ne- „men van bijzondere maatregelen „toen geenszins noodzakelijk schij- „n en." Een nader onderzoek werd dus niet noodig gevonden met de omstan digheden" wordt vermoedelijk bo- dceld. dut er wel veertien personen mei hem over dezelfde of soortgelijke verschijnselen klaagden, zoodat aan een algemeene buikaandoening ge dacht werd. En ook toen hij den vol genden dag zich weer met gelijke klachten op het ziekenrapport meld de, werd „patiënt niet nauwkeuriger onderzocht, dan door ondervraging, waarneming van zijn uitzicht en voe len van den pols", een hoogst opper vlakkig onderzoek derhalve. Zou in dit geval, nu de klachten aanhielden, een burgermedicus in een burgerfamilie den patiënt niet nauw keuriger hebben onderzocht Mij dunkt vau ja, vooral daar het buik klachten gold en reeds sedert jaren de aandacht der geneeskundigen zeer spoedig op de mogelijkheid van appen dicitis gevestigd is. Dienzelfden dag stelt, naar aanleiding van een tele gram von patients vader, de oud ste officier een, naar wij mogen aan nemen grondiger, onderzoek in en komt tol de conclusie„algemeene darmaandoening van niet ernstigen aard." Dien zelfden avond nog komt do broeder van den zieke, doctorandus in de medicijnen, dezen bezoeken en constateert appendicitis, waarmee de oudst© officier van gezondheid zich niet kan vereenigen. Maar Woensdag morgen wordt de patiënt naar Btrecht vervoerd en daar dadelijk appendici tis geconstateerd. Operatie wordt toen niet noodig geacht, den volgenden dag is de toestand belangrijk verer gerd en alsnog wordt operatief inge grepen, maar zonder heil. De 25ste September is de sterfdag. Het is een bekend feit, dat de tegen zin, die velen voor den militairen dienst gevoelen, hen leidt tot het voor geven van niet bestaande pijnen en kwalen, eerst om voor den dienst te worden afgekeurd en later, wanneer zij eenmaal zijn ingelijfd, ora van on aangename corvee of vermoeiende marschen ontslagen te worden. Offi cieren van gezondheid denken dus spoedig aan simulatie, vooral bij klachten, die niet kunnen worden ge controleerd. T e spoedig allicht, om- dut ten slotte niet van iedereen mag worden verondersteld, dat hij den arts tracht te bedriegen. Daarbij dient de persoon in aanmerking te worden genomep. En daar het hier gold een beschaafd en ernstig jong- mensch, van wien eerder verwacht kon worden, dat hij zijn dienst, zelfs al vond hij dien onaangenaam of misschien juist wel omdat hij dien onaangenaam vond, zoo stipt mogelijk zou vervullen, had het tweede onder zoek naar mijn meening grondiger moeten zijn. Er is reeds uiterlijk iets vreemds Ln den mjlitair-medischen dienst, name lijk dal doctoren en apothekers hun vreedzaam talent bergen onder een kleurige jas met glimmende knoopen en zeifs nu en dan den sabel, het tee- ken van gewgld, hebben om te hangen. Daardoor ontstaat, meen ik, zekere tweeslachtigheid de militaire'dokter is arts en officier. Terwijl hij als arts neigiug hebben moet om de patiënten, die hem onder het oog komen, zuiver individueel te behandelen, ziet hij als officier om zich heen meer gewicht hechten aan de massa. Bij oefenin gen, marschen, manoeuvres is de troep alles, de enkeling niets of wei nig. Is het wonder, dat zijns ondanks en onbewust dezelfde indruk over hem komt en hij, bij bijzondere gelegenhe den vooral, zooals de manoeuvres, neiging heeft meer acht te slaan op wat den troep, dan wat den milicien als individu overkomt Vooral wan neer hij en niet geheel ten onrech te overtuigd is. dat men dagelijks pogingen doet om hem te verschal ken door nijn en ziekte voor te wen den, die niet bestaan en dat wel vaak bij onderlinge afspraak Intusschen komt men met dergelij ke algemeene opmerkingen over de zaak nog niet tol een eindconclusie en zeker niet tol deze, dat den medi- echen diecast achteloosheid of yer- waarloozing kan worden aangewre ven. Er is nog een ander element in het geval, dat onze aandacht-vraagt wat is appendicitis voor ziekte, kan zij altijd gemakkelijk worden herkend, is het mogelijk, dat de verschijnselen zich plotseling voordoen Ik heb daarover om inlichting ge vraagd aan een ervaren medicus, die meermalen zieken op vermoeden van appendicitis onderzocht en verschil lende gevallen vóór zich gehad heeft. Hij deelde mij mede. dat in de eerste plaats diarrhee geen verschijnsel is van appendicitis, integendeel dat die ziekte gewoonlijk vergezeld gaat van verstopping, zoodat de diarrhee op zichzelf geen ernstig verschijnsel mocht heeten. Bovendien dat meerma len appendicitis zeer moeilijk is te herkennen soms kan de pijnlijke plek met de hand worden gevoeld, maar bij jonge menschen, vooral wan neer zij aan sport hebben gedaan, kan de buikwand zeer hard zijn en.de diagnose op d i e wijze onmogelijk ma- kon. En eindelijk kan het voorkomen, dat zich zeer snel verschijnselen voor doen, die dus kort le voren niet aan wezig waren. Zoo achtte deze medi cus het volstrekt niet onmogelijk, dat de broeder van den patiënt dien het hier geldt verschijnselen heeft waar genomen, die enkele uren te voren nog niet aanwezig waren. In dat geval zou getwijfeld kunnen worden aan het medisch inzicht van den oudsten offficier van gezondheid, die immers tegelijk met den broeder van patiënt dezen onderzocht en toch diens diagnose van appendicitis be streed. Toen ik mijn zegsman deze vraag stelde, antwoordde hij met een verhaal uit zijn eigen studententijd. „We moesten vóórdat de professor kwam, onderzoeken wat een patiënt scheelde. Hadden we een uitgangspunt gevonden, dan waren we blij en trok ken daaruit conclusies, die dikwijls... geheel en al faliekant bloken te we zen. Toch meenden we dan het ware gevonden te hebben. Juist in de jeugd komt men tot het stellen van een be sliste diagnose, naderhand gaat men voorzichtiger te werk. wetende hoe on juist het waarschijnlijke wezen kan." i De toepassing van deze opmerking voor dit geval was „het is mogelijk, dat de doctorandus, de heer Van der Breggen, in bezorgdheid voor zijn broeder, de diagnose appendicitis heeft gesteld op onvoldoende gronden, hoewel de loop dor ziekte hem latei- in 't gelijk heeft gesteld." Men moet de bedoeling van doze be schouwing wel begrijpen. Het is aller minst medische corpsgeest, die onzo zegsman zoo deed spreken integen deel van het instituut der officieren van gezondheid is hij allerminst een bewonderaar. Nog minder is het er om to doen, de bekwaamheid van den doctorandus in twijfel te trekken. Maar in gevallen als deze. met een wetcnschanpelijken achtergrond, be hoort men zeer voorzichtig te werk te gaan en niet dan op zeer goeden en onomstootelijken basis te oordeelen of te veroordeelen. Mijn zegsman was van oordeel, dat indien hier werkelijk van ach teloosheid of nalatigheid gesproken zou mogen worden, een veel die per gaand ^nderzook dan nu heeft plaats gehad, van den medischen loop der gebeurtenis, daaraan vooraf zou moeten gaan. Wat den leek kan treffen is dit, dat de behandeling in het leger, al thans bij de manoeuvres, niet zoo sterk op het individu gericht is. als in de burgermaatschappij. Toch wen- schen wij dat voor onze zonen. En ook de militaire dienst moet zich niet meer impopulair maken, dan zij bij velen reeds is. Indien dus het aantal der officieren van gezondheid bij ma noeuvres voor nauwkeurige persoon lijke behandeling te gering is, behoort hun aantal te worden uitgebreid of de hulp van burger-doctoren ingeroepen. J. C. P. Buitenlandsch Overzicht De oorlog tusschen Italië enTurklje Er Is weinig oorlogsnieuws, dus wordt er gelukkig weinig gevochten. De omstandigheden voor den krijg zlfn dan ook ongunstig. Een godeslti van 't oorlogsveld Is door den aan houdenden regen geheel onder water gezet. De Turken en Arabieren bereiden evenwel een aanval voor. Steeds komen er meer Arabieren naar 't oorlogsveld. Nu 300 Turkscho officieren aangekomen. Vredesgeruchten. Bemiddeling op den volgenden grondslag: Tripolis voor Italië, maar Cyranalka aan Turkije. De vredeskansen. Nadat reeds uit Parijs berichten kwamen van een wapenstilstand tus schen Italië en Turkije, nadat uit Rome goseind was, d-at Turkije stap pen had gedaan bij de mogendheden, die binnenkort zouden leiden tot vre desonderhandelingen, verluidt thans, dat de Turksche ministerraad zich Donderdag ernstig bezig gehouden heeft met BF.M IDDEI.INGS VOORSTELLEN VAN DE MOGENDHEDEN. Uit Konstantinopel wordt geseind „De ministerraad heeft beraad slaagd over de voorstellen van de verschillende mogendheden tot het vinden van een grondslag, waarop viedesonderhunUelLiigeii gevoerd zou den kunnen worden. Hierbij werd overwogen, of het mogelijk zou zijn, Tripolis te laten aan de Italianen, Cyrenaika ech ter te behouden voor do Turken. Ofschoon de ministerraad nog geen definitief besluit nam, schijnt de meerderheid te zijn voor het voort zetten van den oorlog." Bovendien is het twijfelachtig, of Italië na de annexatie-verklaring van geheel Tripolis genoegen zou nemen met een gedeelte van deze provincie. Maar de zaken staan or voor Italië ruinder gunstig voor dan enkele maanden geleden ln Itaiiè twijfelt men blijkbaar aan de waarheid van dit gerucht, dat er weer bemiddeld zou worden. Integen deel wordt verklaard, dat de regee ring de militaire operaties in Tripolis krachtig zal voortzetten en ook niet zal afzien van een v loot-actie buiten Tripolis. Maar met deze vloot-actie zou gewacht worden tot het vaststaat, dat Turkije den oorlog pertinent wenscht voori te zetten. De bladen in Itaiiè van verschillen de riabtiug beginnen krachtig critiek te oefenen op het regceringsboleid. De nationalistisch© Giornale d11 u- 1 i a schrijft Nu de regeering eenmaal heeft aan gekondigd, dat oen vlootdemonstratie zou gehouden worden, had zij dit ook moeten doorzetten, voordat diploma tieke verwikkelingen tusschenbeide hadden kunnen komen. De verovering" vau de oase van Tripolis eischt go weldige opofferingen aan menschen- leveus en geld, zonder dat bij slagen de Turksche regeering tot toegeven gedwongen wordt. Als Italië zijne vlootactie hoeft opgegeven, heeft het daarmede een bewijs gegeven van zwakte en onvastheid in zijn beleid, en begaat liet daarmede eene groote fout. Nog scherper laat de socialistische A v a n t i zich uit, waar het betoogt, dat de moeilijkheden van thans slechts het gevolg zijn van het gebrek aan doorzicht en van de lichtzinnig heid der rogeering. ONRUST IN DEN BALKAN. De Oostenrijkach-Hongaarsche ro geering hoeft, omdat een actie van Itulie in de Aegeischc Zee op den Balkan een terugslag zou kunnen hebben, militaire maatregelen geno men aan de grens van Bosnië en Herzegowina. De garnizoenen aan Je grens van Servië, Turkije en Monte negro zijn versterkt De gendarmerie in die garnizoenen is verdubbeld en krijgsbehoeften zijn naar de grens gestuurd. De regeerïng houdt de marine-lichting 1908, die den eersten October zou worden ontslagen, onder de wapenen en wel niet alleen .1e manschappen van deze lichting, die bij het reservekader waren inge deeld, maar ook nog zooveel andere manschappen van de lichting 1908, dat daardoor het reservekader op oorlogssterkte komt. Waar DE ITALIAANSCHE VLOOT op het oogenblik is, moet een raadsel heeten. Geruchten verzekeren, dat 18 oorlogsschepen bij de Dardanolleu zijn aangekomen, maar officieel is niets bekend. Bovendien zijn deze ge ruchten in tegenspraak met de offi- cieele verzekering, dat van een vloot actie in Europeesch Turkije voorloo- pig is afgezien. Verzekerd wordt, dat de mogendhe den daar achter gezeten hebben. Uit Konstantinopel wordt nu althans ge seind, dat de mogendheden niet wil den toelaten, dat Italië een aanval deed op alle zwakke punten van Tur kije, zoodat het zich zal moeten be palen tot een aanval op de eilanden in den Archipel. Maar daarvan ver wacht Italië weinig heil. zoodat het deze vloot actie nog heeft uitgesteld. Van 't oorlogsveld op Tripolls. Het bombardement, van de oase Ain Zara (ongeveer 13 K.M. zuidelijk van Tripolis gelegen) door het zware maxim-geschut moet beschouwd wor den als een VOORBEREIDING VOOR EEN ITA LIA ANSCHEN AANVAL in die richting, daar de commandant zou besloten hebben, het rechter ge deelte van de Italiaansehe stelling vooruit te brengen. Dit. besluit zal ze ker voor een groot gedeelte het ge volg zijn van den langzamerhand on houdbaar wordenden toestand bin nen de Tripolitaansche stelling. De soldaten staan in de loopgraven tot de knieën in het water, daar de regen maar voortdurend bij stroomen neer valt, hetgeen natuurlijk den gezond heidstoestand niet beter zal maken, ook in verband met de vreeselijk heerschende cholera. De minister van oorlog, door den bevelhebber op de hoogte gehouden van hetgeen de troepen te verduren hebben van Je weersgesteldheid, heeft onmiddellijk 100.000 WATERDICHTE REGEN JASSEN gezonden. DE TAKT1F.K VAN DE TURKEN EN DE ARABIEREN. Het trekt de aandacht, dat de tut voor korten tijd nog zoo actieve Tur ken en Arabieren de laatste dagen zich zoo rustig houden, welke hou ding onmogelijk geheel en al het ge volg kan zijn van den regenval. Een spion, die te Ain Zara is geweest, kwam met hel bericht terug, dat zich aldaar sterke Turksche en Arabische troepenafdeelingen samentrekken. De mogelijkheid schijnt niet uitgesloten, dat de Turken, inziende dat thans DE KANS VERKEKEN IS OM HET ITALIAANSCHE LEGER IN ZEE TE WERPEN, zich schijnbaar terugtrekken, omde Italianen 't binnenland in te lokken. Gedurende deze an derhalve maand, dat zij de Italianen ojjgesloten hebben gehouden aan de kust, zullen de Turksche officieren FEUILLETON Naar liet Engelscb door Max Peuiberton. Hij verliet de kamer en sloot de deur achter zich. Op hetzelfde oogen blik kwam de gewonde man overeind in zijn bed en Dolores bij den arrn grijpend, trok hij haar gelaat naaf zich toe, alsof hij bang was om zijn stem hoven fluisteren te verheffen. Ik ben een Fransclunan In He melsnaam, bewaar mijn geheim zei bij Kapitein Collingwood, zooals hij zichzelf noemde, had gebluft oji de Pure, die hij en zijn kameraden geno ten, terwijl geheel Parijs zelf op den rand van hongersnood stoud. 's Mid dags uau hel diner, een uur nadat zij liet huis van Graaf Drachclli was binnengekomen, had Dolores gelegen heid om die blufferijen <>p de proef te stellen en toe te stemmen, dut er re den voor bestond. Een beier diner had haar moeilijk kunnen worden aange boden. zelfs niet in het Café Anglais. De kamer, waarin liet werd opge diend was het boudoir der gravin ge weest. een prachlig gemeubileerd ver trek mei. het uitzicht op de faubourg. Er waren nu echter zware luiken voor dc hooge venstersen haar schijnbare vrijheid bracht zoo n ver standig© vrouw als Dolores Morizon geen ©ogenblik van do wijs. Zij was overtuigd, dat mannen haar bewaak ten, terwijl zij zal te eten. Zich bewust van de tegenwoordig heid van iemand, dien zij niet zag, kon zij toch niet gezegd hebben De man is hier, de man is daar. En in derdaad, het afschrikwekkende van het geheim van dat huls en de groote vermetelheid daarvan, vormden ex cuus genoeg voor baar verwarring en verslagenheid Zij w ist niet, wat te doen. waarheen en hoe hulo te zoeken. Niet alleen haar eer, maar het leven van den jongen Franschman boven hing misschien wol van haar scherpzinnigheid en vin dingrijkheid op dit wanhopig oogen blik af. Want zij had de geschiedenis van den jongen rnan geraden, en zij wist zonder dat het haar niet zooveel woorden gezegd werd, dut bij een spion was onder de spionnen, een landgenoot in gevaar, een dienaar van Frankrijk. En zij zou hem redden rds 't eenigszins in haar macht lag. Dit idéé gaf haar de kracht, om de hoffelijkheid, waarmee de Duitschers haar behandelden, te aanvaarden, en alleen te blijven zitten aan deetensta- fel in het boudoir van Gravin Bra- clielli. De vermetelheid van deze man nen ,hun stoutmoedige durf. kon niet anders dan haar eerbied afdwingen. Hier woonden zij eu wie wist, hoeveel er eigenlijk waren in dit groote, veriaten huis. leidden een w eelderig leven en bespionneerden da gelijks alles, wat de Fransclie gene raals deden, zouden het nieuws van de moeilijkheden in de stad aan Moltke, en voelden zich blijkbaar zoo veilig alsof zij in bun eigen huis in Duitschland waren. Wie zou vermoe den. dat zij hier verblijf hielden? De adel van de Faubourg St. Germain was hoofdzakelijk vóór den oorlog ge vlucht Het was niets bijzonders, dot hun huizen gesloten waren. Parijs had le vee! met zichzelf to doen, een feit. dat deze listige mannen moesten hebben begrepen, toen zij zichzelf als gasten van Graai Brachelli installeer den. Hier konden zij zich werkelijk veilig rekenen en hun coup de thea tre om haar te dwingen in dit huis te komen, was volkomen met die weergo- loozo vermetelheid in harmonie. Zij dacht aan deze dingen, terwijl een onnoozel Duitsch soldaat, die zijn best deed over allerlei beuzelachtige nieuw tjes met haar in gesprek te ko men, haar bediende. Als zij hem met ongeduld aanhoorde, dan was het, omdat haar vernuftige geest zich mol ernst aan. de taak harer bevrijding wijdde, en dat vele idéés zich aan haar ter overweging opdrongen, die even spoedig weer verworpen werden. Van tijd tot tijd, als de deur van de kamer openging, hoorde zij voeU stappen en den marineren vluor van de halen zoo raakte zij overtuigd, dat haar vijanden niet twee of drie ln aantal waren, maar dat het er wel twintig of dertig konden zijn. Het huis was blijkbaar bet toevluchtsoord van een kleine kolonie Duitscbe sol daten geworden. Him vermommingen hadden allerlei vormen aangenomen, zooals zij spoe dig zou merken. Sommigen hunner droegen kalmweg de uniformen van Franscbo soldaten. Anderen weer droegen werkmanskleeren of boeze roens. Zij zag een dandy gekleed als een boulevardier, die blijkbaar werk had te verrichten in de deftige wij ken. Maar allen waren zonder onder scheid gehoorzaam aan de orders van den zoogenaaniden Kapitein Colling wood, en Dolores hoorde herhaalde lijk hoe hli zijn stem verhief tot een krakend commando, of soms luchthar tiger met kinderlijken spot. Niet Ka pitein Collingwood echter maar een ander, een jonger man gekleed ln den uniform van een Franscben caval- lerie-officier, ontmoette zij op het por: taal, toen zij de eetkamer verliet en herinnerde haar dadelijk aan haar toestand. Mademoiselle Morizon, begrijp ik? Zij boog en was van plan hein voor bij te looped. Dat verheugt mij. ging hij eenigs zins links voort. Natuurlijk is u de vriendin van ons volk? Dat heb ik Kapitein Muller ook al gezegd. Zij redde het leven van Albert Muntz, zei ik, en nu zal zij hetzelfde doen met den jongen Eberhart. Geef hun uw woord, dat gij niets /uit zeggen, made moiselle, en men zal het u niet moei lijk maken u kan dan gaan en ko men zooals bet u behaagt. Dat heb ik Kapitein Müller al gezegd.... Zij muakte een wanhopig gebaar. Uw gesprekken met kapitein Muller interes^oeren mij niet riep zij plotseling uit Laat mij alsublieft p3sseeren, mijnheer Hij week niet van zijn plaats. Och. kom! riep hij uit, u moet niet boos worden. Zoo'n mooi vrouw tje nog we! I Wacht tot de oude Mul ler heengaat voor de fourage en wij zullen het ons allen eens prettig ma ken. Bemerkt u niet, dat wij allen bang voor den .ouden Müller zijn Hij knipoogde onaangenaam, eu log de zijn hand vaderlijk en tegelijkertijd familiaar op haar schoudermaar snel als het licht, wist zij langs hem h©en te komen en trad de slaapkamer binnen, waar de zieke lag. De gevaren van liet huis konden niet langer ontkend worden. Als deze Kapitein Müller haar alleen liet met zulke mannen, als zij daar juist ont moet had. dan zou het huis werkelijk verschrikkelijk worden. Het gevaar zelf prikkelde haar verstand, totdat zich allerlei denkbeelden in haar her sens verdrongen. Zij moest zichzelf en den jongen, wiens leven aan de ge nade van deze menschen was overge leverd, redden. De ©ogenblikken wa ren maar enkele en heel kostbaar. Zij mocht er niets van verliezen. Zij deed de slaapkamerdeur op slot en naderde voorzichtig den slaper. Hij had liegen dommelen, maar het geluid van haar voetstappen maakte hem wakker en bij haar nadering kwam hij dadelijk overeind. Geen van de Duitschers was haar naar de ka mer gevolgd, maar zij begreep, dat de oogenblik keu heel kostbaar waren. En zij moest de geschiedenis van dien jongen te weten komen, vóórdat er iemand terugkeerde. Wie is u Hoe is uw naam vroeg zij fluisterend. Hij antwoordde heel haastig als in doodsangst ge hoord te zullen worden. Raphael Decroix in den dienst van Frankrijk. Ik ontdekte dezen val mijn papieren werden vervalscht ik ben zes jaar in Keulen geweest. Wat ben ik nu hulpeloos De jonge V'on Taun is gisteren naar Versailles gegaan hij kan ieder oogenblik te- rugkeeren. Begrijpt u mij. lieve made moiselle. Hij kan vanavond nog terug» keeren en dan zullen zij mij ver moorden .want hij zal hun vertellen, dat mijn napieren valsch ziin. Als ik liier niet vandaan kan komen, róor- dat hij komt .mademoiselle.... (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 9