HAARLEM'S DAGBLAD.
DERDE BLAD.,
ZATERDAG 9 DECEMBtR 1911
Buiteniandsch Overzicht
De oorlog tusschen Italië enTurkije
Do Turken beweren, dat de Italianen in 't laatste gevecht bü
Tripolis niet 100, maar wel 500 man verloren. De Turksche
en Arabische vsrliezen bedragen volgens de Italianen meer
dan 1000 man.
Een gevecht by Homs; 40 dooden en 70 gewonden.
De oorlog is nog lang niet geëindigd.
Nieuwe gruwelen van Turken en Arabieren, zelfs vrouwen
deden aan deze gruwelen mee.
't Gescharrel om de Dardanelles Rusland tracht de toestemming
der mogendheden te krijgen, om daarna Turkije te
dwingen de Russische eiscben in te willigen.
Van 't oorlogsveld.
EEN TURK'CHE LEZING, OVER T
GROOTE GEVECHT VAN MAAN
DAG BIT TRIPOLIS.
De Turksche commandant Neschat
Dry, seinde aan liet ministerie van
oorlog te Konstantiuopel „Do Ita
lianen overvielen ons niet een
tienvoudige overmacht,
'waarvoor wij na oen strijd, die een
geheelen dag duurde, moesten wijken.
Wij moesten onze stellingen bij Ain
Zara opgeven. De ltaliaansoho devi-
sie verloor ongeveer 500 man. Onze
verliezen zijn betrekkelijk gering."
Dit telegram bewijst do Italiaansche
overwinning, maar... 't brengt nieu
we raadselen.
De Italianen beweerden slechts 100
dooden te hebben, terwijl zo volhiel
den, dat meer dan 1000 Turken en
Arabieren gesneuveld zijn. En, au
komt de Turksche commandant ver
tellen, dat zijn verliezen „betrekke
lijk gering" zijn en dat de Italianen
500 man verloren.
Ra, ra, wat is dat?
EEN GEVECHT BIJ IIOMS.
Do Arabieren overvielen <Ie Italia
nen in drie afdeelingeii. Do Italianen
vorloren 23 dooden en 50 gewonden,
tegen 1~ dooden en 20 gewonden aan
ïurksche zijde.
WAT DE TOEKOMST ZAL
BRENGEN
Een Duitsch oorlogscorrespondent
geeft 't volgende antwoord op deze
vraag
Door de bezetting van Ain Zara
hebben de Italianen zich voor de eer
ste maal moester gemaakt van oen
strategisch belangrijk punt Voor den
a. s. opmarsch naar het binnenland.
Voorioopig is het met <le belegering
van Tripolis door de Turken en Ara
bieren gedaan. En het is een quacstie
van enkele dagen slechts, dat ook de
gohoele oase van Arabieren gezuiverd
zal zijn. Maar... de conclusie,
die do Italianen trekken,
dat hu de werkelijke oor
log gedaan i s n de gueril
la beginnen zal, is volko-
m«n onjuist. De verovering van
het Dsjebel-gebcrgl.o, dat steij zich uit
do woestijn verheft en den, daarachter
gelegen vruchtbaren grond begrenst
zal nog heel wat moeito kost-en. De
groote moeilijkheden bestaan voor
namelijk in de transporten van am
munitie, drinkwater en proviand.
Hierdoor zullen ook de kosten van <1©
expeditie verschrikkelijk toenemen.
Volgens de laatste berichten zijn de
vooruitzichten voor d,én veldtocht in
Cyrenaika nog minder gunstig ('t ge
vocht bij Honjs bewijst dit weer.
red .11- D.). Hier worden de Italianen
in hun stellingen aan de kust nog
steeds in het nauw gedreven. Wel is
het gunstig voor den a. s. opmarsch,
dut Benghasi en Derna niet omgeven
zijn door een uitgestrekte woestijn,
maar voorioopig maliën de Turken
van dezo omstandigheden gebruik,
die huu in staat stellen veel moer
Arabieren te vcreenigen en bijeen te
houden dan voor Tripolis."
Ds bewoners van Tripolis en de
Italianen.
Verzekerd wordt, dat de Italiaan
sche overwinning een overweldigen
den indruk heeft gen raakt op.de in-
landscho bevolking van Tripolis. Men
was zoo gewend geraakt aan de Turk
sche zegepralen en zoo vast over
tuigd, dat de Italianen volkomen wa-
reu opgesloten, dat niemand dacht
aan een Italiaansche overwinning.
Daarom heeft do krachtige actio der
laatste dagen des te meer indruk ge
maakt en de eerbied voor de Italiaan
sche wapenen zeer verhoogd. Thans
verklaart een ieder de vriend te zijn
van Italië, zelfs zij, die nog tot kort
geleden het vijand.-lijkst gezind wa
ren. (Verdachte vriendschap Ook
heeft het bij de Arabieren sympathie
gewekt, dat de Italianen officieel
deel hebben genomen aan het drie-
daagséhe Baïramfeest. De gouverneur
heeft brood en schapen doen uitdee-
lón aan do Muzelmannen ;do moskee-
ou cai minaret© weiden geïllumineerd
en arüllerie-salco's afgegeven ter
eere van het Mohammedaansehc feest.
Do krijgsraden gaan voort op
strenge wijze de inlanders te straf
fen, die gegrepen worden met de wa
pens in de hand, of dio schuldig be
vonden zouden worden aan den op
stand.
Zij worden ter dood veroordeeld
opgehangen, een straf, welke bij de
Arabieren veel meer gevreesd wordt
dan de kogel.
De Turksche en Arabiscbe
gruwelen.
Do oorlogscorrespondent van
Vossische Zeitune die meermalen
niet gunstig gestemd voor Italië is
gebleken eikent nu ook de Turk
sche en Arabische gruwelen. Hij
schrijft o. a. „Dit alles is geschied
onder de oogen van ten dooie in
Europa gevormde Turksche officie
ren, W'on van den kant van het
Turksche ministerie van Oorlog liet
bevel gegeven was de Italiaansche
krijgsgevangenen good te behande
len. Men moet aannemen, dat deze
echt-Arabisi'lie wreedheden onder den
Indiuk der omstandigheden door
deze officieren toegelaten moesten
worden, om het faiialisnie der Ara
bieren Ie behouden, zonder hetwelk
de voortzetting van den oorlog niet
denkbaar ware."
Het Italiaansche gezantschap te
Berlijn publiceert een nieuw commu
piqué, dat aan weerzinwekkende bij
zonderheden niet minder rijk >s dan
liet eerste. Van een aantal tluchtof-
fers worden de namen genoemd en
wordt de wijze beschreven, waarop zij
om het leven gebracht werden. Een
typeerend stuultjo zij hier weergege
ven Do bvrsagiieri Pietro, die door
luitenant Napulitapo van het slag
veld gedragen werd, is de «enige
overlevende van
EEN SOLDATENTREIN, DIE GE
HEEL UITGEMOORD WERD.
De 17 lijken van den .trein weiden op
liet veld gevonden. Pietro redde zich,
doordat hij zich dood had gehouden.
Hij ze-gt, dut Trouwen t e g e n
de g c v.' o u d o ri en s t c r v e n-
d e n gruwzaam optraden.
Met groote steouon sloe
gen zij op het hoofd der
w e e r 1 o o z e n en vermink-
ten hcu op een o nbe s c li r ij
f e I ij k e w ij z e.
Zoo kwam ook een luitonaut om
het leven, dio geheel verminkt met
afgesneden hoofd gevonden weid.
't Dardenellen vraagstuk.
Do Turksche ministerraad hield
zich bezig met de quaestie van do
compensaties, van Rusland to ei
scben, voor 'het geval Turkije ingaat
op het voorstel van den Russischen
gezant, de Dardanellen >n vredestijd
let wel I invredestijd!
open te stellen voor do Russische oor
logsvloot.
Men rekent te Konsfautinopel met
de mogelijkheid, dat Turkije een be
langrijke invloedssfeer in Perzië
krijgt, wanneer aan Rusland de door
vaart der Dardanellen wordt toege
staan en aan Engeland concessies ge
geven weiden aan de Perzische golf.
Hiermede zou misschien ook een
grondslag gevonden zijn voor een
toenadering van Perzac tot do Triplo
Entente (Engeland, Frankrijk en
Rusland).
Men weet-in diplomatieke kringen
te Berlijn dat niettegenstaande de
Russische démenti's, die blijkbaar
iiergens geloof vinden de regce-
ringeii vuu do groote mogendheden
zich bezighouden met de Dardanel
len-! ju aostie Officieel lieeft Rus
land zich niet gewend tot welke re
geering ook, maar in niet-offieieelen
vorm hoeft Rusland in Iionstantino-
pel, Landen en Parijs getrucht, de
tegenspraak uit den weg to ruimen,
Rusland ontdekt in de bepalingen
liet Londensche verdrag van 1871
en liet sluiten van do Zwarte Zee.
Do Russische regeering beweert er
geen verklaring voor te kunnen vin
den, hoe het mogelijk is, dat Turkije
tijd van oorlog de Dardanellen
sluiten kan en toch do vrije door-
nart handhaven voor de handels
schepen van neutrale mogendheden.
Turkije liéeft op deze nïet-offtciee'e
vraag geantwoord, dat het op het
oogenblik 't tijdstip niet geschikt
acht, om op deze quaestie in te gaan.
Rusland laat evenwel niet los, en
hot staat vast, dut tusschen Poters-
burg, London en Berlijn, voortdurend
levendig van gedacht en gewisseld
Wordt over deze quaestie.
Verzekerd wordt, dat Engeland,
hoewel 't nog geen formeele goedkeu-,
ring hecht aan dc Russische ëisbhön,
inzake de openstelling der Dardanel
len, toch een minder ufwijzend ant
woord heeft gegeven, dan in 1908.
't Turksche antwoord aan Rusland
luidt „In overeenstemming met het
verdrag van 1871 is de regeering niet
in staat de doorvaart van de Russi
sche vloot door de Dardanellen toe te
slaan. Zij verklaart, dat alle rechten
op <lit vaarwater uitsluitend berusten
bij liet Turksche volk en zijn Soeve
rein."
Een beslist weigerend antwoord.
Maar... bezit Turkije ook de macht te
weigeren, als Rusland de toestem'
ining der mogendheden krijgt
Onrust in Turkije
Er hebben in Macedonië en ook
zelfs in Salonika en Konstantinopel
verschillende dynamietaanslagen
plaats gehad.
In Turksche kringen is 't denkbeeld
geopperd, dat... Italië hierin wel
licht (le hand heeft.
Do officieuze Tribuna verklaart na
mens de Italiaansche regeering
„Italië is Ie ver verheven ligven zulk
een verdachtmaking, dan dat het no
titie ?ou nemen van deze perfide en
absurde beschuldigingen. De Euro-
pcesche diplomatic weet wat Italië ge
daan hoeft .niet alleen om den vrede
op dcu Balkan n»et te verstoren,
maar ook om hem hechter te maken,
daar dezo vrede evenzeer in ons be
lang is, als in dat van geheel Euro
pa. Met het oog op het succes, dat wij
op het oorlogsterrein behalen .zijn
wij het niet, de overwinnaars, die er
belang bij kunnen hebben onrpst tc
stoken, maar wel het onherroepelijk
overwonnen Turkije."
TURKIJE EN MONTENEGRO.
Uit Belgrado wordt geseind, dat de
conflicten tusschen de Turksche en
Montencgrijnsche grensbevolking
steeds toenemen. Bijna dagelijks
komt bet tot een bloedig treffen. Niet
ver van Plawo werd twee dagen lang
GEVOCHTEN ;AAN BEIDE ZIJDEN
VIELEN VEEL GEWONDEN.
In verband met do militaire voorbe
reidingen in Montenegro richten do
Albaneezen het verzoek tot dc Turk
sche regeering om geweren tot hun
beschikking te stellen. Dan zonden
zij bereid zijn met 60,000 krijgslieden
tc helpen het Turksche vaderland to
verdedigen. Do Turksche minister
van oorlog gaf daarop dadelijk be
vel, dat 2500 soldaten vertrekken
moesten naar de Moirtenegrijnseh»
grens. In Turkije vreest men voor
EEN INVAL VAN MONTENE-
GRIJNEN.
Twee Turksche bataljons zijn op we;
naar 't onrustige grensgebied, welks
commandant had medegedeeld, dat
de bewoging een ernstig karakter a;i
neemt. Ook tegenover de Albaneesche
benden betoont de Turksche regceiing
grooter energie.
DE KRETENSER QUAESTIE.
Uit Athene wordt gemeld Het mi
nisterie van Bultenlandsche Zaken
heeft een quarantaine van 5 dagen
vastgesteld, voor schepen, dio uit Kre
tenser havens komen. Deze maatregel
heeft blijkbaar ten doel de aankomst
van de Kretenser afgevaardigden
voor die Grieksche Kamer te verhinde
ren on de Kamer gelegenheid te ge
ven haai' zittingen voort te zetten.
De bijeenkomst der Kretenser op
standelingen is tot Zaterdagavond
uitgesteld.
D> opstand In China.
Het aftreden van den bij do Cliince-
z©a gehaten Muialsjoe-prins Tejeen,
den regent, en de invoering van
verantwoordelijk kabinet, wordt in
China met vreugde begroet. Men ver
wacht veel van dezen vei anderden toe
stand. Men zal evenwel dienen af te
wachten, hoe zich het sedert korten
tijd geconstitueerde militaire bestuur
der opstandelingen in Nanking en de
bij llankau vereenigde opstandelin
gen, zullen gedragen.
Over de stemming in Peking geeft
liet v olgende telegram een beeld. Het
aftreden van den prins-regent heeft
overal een goeden indruk gemaakt.
Men hoopt thans op een spoedigen
vrede op grond van de onderhande
lingen in llunkau en het staken van
den opmurech van de opstandelingen
van Nanking. Een vredesconferentie
tc Shanghai is waarschijnlijk.
Van audorc zijde wordt evenwel ge
meld, dat do rervoiutkmnftiren nog
niet tevreden zijn met het afdanken
van .den ynpopukuren regent en zijn
vervanging door de keizerin-weduwe.
De wapenstilstand is met 15 dagen
verlengd, daar de leider der keizerlij
ke troepen en de opstandelingen hel
niet eens hebben kunnen worden.
EEN GEVECHT.
Sjang, de bevelhebber der keizer
lijke troepen. >"s met. de troenen uil
Nanking ontsnapt en heeft den revo-
lutionnairen, die zijn aftocht tracht
ten tc beletten, een zware nederlaag
toegebracht.
De revolutionnairen laten veie
bruggen door dynamiet in de lucht
vliegen, oin den tocht van Sjarig te
bemoeilijken.
Uit en over PerziS.
Men verneemt uit Teheran, dat de
Perzische regoering den wen soil koes
tert, door bemiddeling vun Engeland
te cu'-derhaudelen mei de Russische
regoering, teneinde le Kernen tot een
gemeenschappelijke regeling van de
hangende quaesiies. De Perzische re-
gceiiug Verklaart zich er van over
tuigd, dat do ambtenaar Sinister (de
zondebok van ganscher harte ltot
het vinden van een oplossing zal mee
werken.
In diplomatieke kringen betwijfelt
men evenwel do mogelijkheid, dat een
modus vivendi zal kunen worden ge-
•onden, zoolang Sinister aanblijft.
Perzië beeft zich bereid verklaard
tot vriendschappelijke en-icihandelin
gen met Rusland over andere aange
legenheden, maar kan den eisch. om
vervolg bij benoeming van bui-
teniand-sche adviseurs Engeland en
Rusland te raadplegen, niet inwilli
gen.
Dc Perzische regeering spreekt ver
der den wensch uit, dat aan den hui-
digcn onbevredigenden staal van za
ken een 'einde moge komen, doordat
Rusland op dit punt niet verder aan
dringt..
Allerlei.
EEN RUSSISCPI DIPLOMAAT
AAN 1" WOORD.
De Russische minister van buiten
landse he zaken, Sosouoff, vertoeft to
Parijs, blijkbaar voor dc Durdanel-
len-quaestie.
Z. Excellentie lieeft zich laten inter
viewen en verklaard, dat er in de
T r i p Te' Entente volkomen
overeenstemming heerscht.
Ook zei hij
„Het verdrag tusschen Engeland
en Rusland heeft aan het succes van
Rusland in Perzië alle bitterheid
voor Engeland ontnomen. Rusland
moet daar in allen gevalle voldoening
erlangen."
,De algemeene toestand in Europa
zoo verklaard© «le minister
geenszins onrustbarend."
'T FRANSCHE MINISTERIE.
In een vergadering van gedelegeer
den van allo groepen van de Kamers,
bijeengeroepen tot bespreking van
hot voorstel-Hubert, word besloten,
bij de behandeling vun liet Fransch-
Duitschc verdrag, do interpellaties
over do buitenlandse he polilick te la
ten rusten, en met doze te beginnen
onmiddellijk na de behandeling van
het verding, waarmede op li Decern
ber een aanvang zal worden ge
maakt.
Deze beslissing, die feitelijk neer
komt op het denkbeeld vail Humbert,
schijnt een slecht voorteeken te zijn
voor liet kabinet, dat men nu kan
doen vullen, zonder het verdrag
gevaar te brengen.
Volgons do l.ntransigoant loopt In
do wandelgangen der Kamer een
hardnekkig geril ht,' dat minister van
buitcnlandsclio zaken de Selves, zal
aftreden, daags na de stemming over
het verdrag.
UITBREIDING VAN VLOOT EN
LEGER VAN SPANJE.
De Spuanscho regeoriug schijnt
j groote plannen te koesteren tot uit-
j breiding van vloot en leger.
De minister vun marine heeft een
langdurig onderhoud gehad met ko
ning Alfonso, waarbij besloten is, do
afwerking van het vlootprogram in
sneller tempo te doen plaats hebben
en tevens grootoro pantserschepen
dan thans op stapel staan, te bouwen.
To gelijkertijd zullen belangrijke
ijzigingen gebracht worden in de le-
gerorganisatio.
UIT DE BELGISCHE KAMER.
De socialistisclie afgevaardigde
Royer interpelleerde de regeering
naar aanleiding van de beweringen
der advocaten van den staat in het
proces van prinses Louise, uit welke
gebleken zou zijn, dat de waarden,
waarover het geschil had geloopen,
nooit waren uitgegeven, maar door
deri schatmeester van den Congo-
Staat eenvoudig ter haml waren
gesteld aan den koning, die daar
voor geen andere waarden had gege
ven en over de dwaling, waarin de re
goering do Kamer heeft gebracht, ton
aanzien van het voorschot van 30 inil-
lioen, door den staat aan de kroon-
stichting verstrekt.
Royer verklaarde, dat de minister
van Justitie geholpen heeft 't volk om
den tuin te leiden.
De minister van koloniën antwoord
de, dat na den dood des konings uit
nieuwe feiten bleek, dat sommige za
ken aan de aandacht der regeering
en ontgaan en zij deed dus po
gingen, om den staat weder in het be
zit te stellen van hetgeen hem toe
kwam.
De minister eindigde zijn rede, met
de mededceling, dat de rechtbank had
verklaard, dal de Woelingen van de
oprichters der stichting NLederfüll-
bach «lel en vaderlandslievend wa
ren geweest
De minister van justitie zei, dat
<le aandeelen der Congoleesche rente,
die np de lijst der bezittingen der
stichting stonden, twee millloen be
droegen en dat hij eon afschrift had
gevraagd van de uitspraak in het pro
cos van prinses Louise, teneinde zon-
uitstel of vertraging in hooger
beroep të kunnen gaan.
Niemand", zoo vervolgde de nu-
nister, „kan de icgeoring wegens ha
re houding >n deze zaak iets verwij
ten."
Royer stelde n inotie voor, waar
in werd betreurd, dut de minister van
koloniën de Kamer had misleid.
Dezo motie weid verworpen
met 76 tegen 66 stemmen.
Van onzen Reizenden
Redacteur.
VRAAGGESPREK MET Dr. J.
DYSER1NCK.
Zoo maar, zonder te voren belet te
vragen, schollen wij aan voor het
bovenhuis 2o Sweelinckplein 25, den
Haag. De heer dos huizes opent ons
zelf, ontvangt ons heusch en vraagt
wat wij van hem verlangen.
„Ik zou u gaarne eens intervie
wen."
De oude lueor, van middelbare groot
te, een zwart mutsje op 't hoofd, 't
schrandere, open gelaat mot de fijne
trekken nog fr.sch gezond, van een
rustige blijmoediglield, kijkt ons eveai
met zijn goedig© oogen onderzoekend
ian.
„Komt u binnen", zegt hij dan
ricndeüjk. Wij komen in een deftig
gemeubolde achterkamer niet serre.
Aan do effen donkerrood© wanden
ingelijste reproducties, meest naar
Rembrandt. Een groote bruine boe
kenkast. staat als eon fort van geleerd
heid togen den lengtewand.
„Dat zal maar n et zoo op eens
gaan. Ziet eens hier in de kast er
.s zooveel..."
De reporter kijkt in de geopende
boekenkast. Daar staan, niet uiterste
ordelijkheid naast elkaar in 't geld,
boekdeel na boekdeel en op de ruggen
op witte etiquetien, leest de reporter
do 'namen van Nederlandsclie schrij
vdrs, geleerden, donkere, kunstenaars
„Iloe komt u er eigenlijk toe mij
te komen 'interviewen?
„Ik heb zoo menige bladzijde van
uw hand gelezen en heb uw speura n
leeren bewondere'n. U weet zoo merk
waardig veel van anderen. Kortelings
weder heeft u ons liet leven van mevr.
BosboomToussaint zooveel beter
loeren kennen. Hoe is het toch moge
lijk, dat u van al deze celebntoiton
te weten komt'? Welk een reusachti-
gen omvang moet uw correspondent!
alleen niet nemen?"
Lr glijdt een zachte glimlach va
voldoening over het open gelaat en
in de oogo'n blinkt een lichtje van on*
deugd en groote goedigheid.
Voor BosboomToussaint heb k
óók veel werk gehad. Ik begin altoos
irst met alles te verzamelen wat op
het leven van dengeen, dien ik ga
behandelen, betrekking heeft. Dat zi n
mijn bouwsteene'n. Fdrst daarna ga
ik aan het lezen Kijk «v s hier feen
portefeuille wordt uit do kast ge
haald, zorgvuldig op de t del gelegd,
opengeslagen alsot een'schrijn met
juweelen geopend werd; daar heb je
nu al de handschriften van de werken
en mevrouw Bosboom-Toussaint."
Tn netto omslagen liggen daar wer
kelijk de oorspronkelijke manuscrip-
van do vermaarde schrijfster der
historische romans.
,WiH u mij toestaan, dat ik edr«t
eens u 't een en ander over u 'zelf
raag?"
„Maar dat is al eens opgetoekcinT
en uitgegeven,"' antwoordde de be
scheiden geleerde.
,Hot zijn maai' een paar vragen.
Waar bent u geboren?
Schrijf dan maar op. Ik ben in
1835 op den 12en Maart te Haarlem
geboren, waar mijn vader architect
was en zou aanvankelijk tot schilder
opgeleid worden. Ik hel) de oprichters
van het. genootschap „Kunst zij ons
Doel dat nu jui"et Jubileert, goed ge
kend. Ik toekende van mijn twaalfde
tot mijn zestiende Jaar onder Savry
naar het naakt model. De schilders
Gabrië!, de Haas, C. Lieste, Slmon
van*dien Berg waren mijn oudere ka
meraden. Maar mijn vader vond toen,
dat schilderen geen bestaan oplever
de en wenschte, dat ik zou gaan stu-
dee'ren. Ik leerde toen Latijn en
Griekse!» bij den laleren prof. S. Na-
be'r te Haarlem, die maar eonige Jaren
mot mij in leeftijd verschilde en die
levenslang mijn vriend is gebleven.
La tor bij dr. P. Epfcema. In 1855 werd
k student, studeerde te Leiden en le
Amsterdam en werd .n 1861 Doopsge
zind feeraar to den Helder. Dat ben
k achttien Jaren, tot 1879 gebleven.
In dat tijdperk begon ik al met ver
zamelen en de studie van do levens-
bijzonderheden van merkwaardige
personen. Ik behoorde tot de eersten,
de moderne lichting waren toe
gedaan en schreef de „Godsdienstige
Overdenkingem". Dit boek, opgedrngc-n
aan den toen ma li gen minister van
Marine L. G. Brocx werd in 1871 bij
de Kon. Ned. Marine ngevoerd en is
twintig jaren aan boord het gods
dienstig ieeeboek van den zeeman ge
bleven. Juist als doopsgezinde, bui-
ton alle dogmatiek staande, meende
k tan deze nuttig werkzaam te kun
nen zijm en het heeft mij leed gedaan,
dat een boek, hetwelk toch ruim twin
tig jaren bleek to voldoen, door dr. A.
Iluypcr door andere boeken werd
vervangen
Da 76-jarige is even stil. Zijn toon
»s bedroefd, zelfs niet zonder bitter
heid geweest. Dan gaat hij voort,
maar nu in den derden persoon spre
kend, met een haast volkomen objec
tiviteit, alsof hij het ovör een ander
persoon heeft dan over zichzelf:
„Tn den Helder begon „hij" de eer
ste vruchten van zijn onderzoek te
publioceren. Het was een levensbericht
over prof. mr. Hugo Bcije'rmau, hoog
leeraar in de Nederlandsche lettoren
en de geschiedenis te Amsterdam,
dat bij de erven Loosjes te Haarlem
verschoen. In den Helder ving „hij"
tevens aan studie van *t Oude Tes
tament te maken en vertaalde, hij
den Jezus Sirach en do aprocrievo
boeken uit het GrLeksch. Vervolgens
wijdde hij zich aan de studie van 'i
Hebreouwsch en vertaalde de psal
men, 't boek ddr spreuken van Salo
mon en do klaagliederen u t die taal
in het Nederlandse!). Deze zijn uitge
geven. Hij heeft ook zitting gehad fil
de commisa e van de nieuwe bijbel
vertaling, dooh hij heeft zich later
daaruit teruggetrokken.
Intussclien had de senaat van de
Leidsclie universiteit hem tot eere
doctor in de godgeleerdheid benoemd.
In 1879 heb ik nnj te Vl.sangen ala
Doopsgezind leeraa'r gevestigd. Daar
heb ik de'u steen in 't huis, waar de
FEUILLETON
(Naar het Engelsch door Barones
Orciy.)
2)
Miiller trachtte. zoo vervolgde
'do man in den hoek over bet doel
van ziju bezoek te beginnen, maar
Kershaw weerde hein met wilde ge
baren af. en volgens zijn eigen
woorden bracht hem in verbazing
door hein op deu man af nog vijJ-cn-
twintïg gulden tor leea te vragen,
welke som zooals hij beweerde, Ijet
middel zijn zou cm voor zichzoTf en
voor den vriend, die hem in dezen
nood wilde bijstaan, fortuin te ma
ken. Na een kwartier lang allerlei
onduidelijke aanwijzingen gegeven te
hebben, besloot Kershaw, die met
den voorzichtigen Duitscher niet ver
der kwam, hem in het geheime plan
in te wijden, dat, naar hij beweerde,
hun duizenden in handen zou spelen.
Instinctmatig had John zijn cou
lant neergelegd do vriendelijke
[vroemdcling met zijn zenuwachtige
plainer van doen eu verlegen, wate
rige oogen, hud een eigenaardige pia-
nicr oni zijn verhaal te doen, die
Jii'ui ©enigszins mèesi^eofe-.
Ik weet niet, ging hij voort,
of u zich het verhaal herinnert.,
dat do Duitscher aan de politie ver
telde, en dat in ieder onderdeel dooi
de vrouw of weduwo onderschreven
werd. In 't kort verteld luidde het als
volgt: Dertig jaar geleden ongeveer
had Kershaw, die toen twintig jaar
oud was en als student in de medi
cijnen aan een der Londensche zie
kenhuizen verbonden was. een
vriend. Barker genaamd, niet wien
hij to zanten niet nog een ander de
zelfde kamer had. De laatste bracht,
naar het scheen, op zekeren a'vond
een heel aanzienlijke som gelds mee
naar huis. die hij bij do wedrennen
gewonnen luid, en den volgenden
morgen werd hij vermoord in zijn
bed gevonden. Kershaw was gelukkig
voor zichzelf in staat zijn alibi onom"
stootelijk to bewijzen bij had dien
nacht de wacht moeten houden in
het ziekenhuiswat Barker betrof,
hij was verdwenen, dat wil zeggen
voor zoover het de politie betrof,
niaar niet voor zoover do waakzame
oogen van zijn vriend Kershaw in
staat wuren te spionneeren, tenmin
ste zoo heette het uil den mond van
den laatste. Barker wist het heel
handig klaar te spelen, om uit het
land to komen, en vestigde zich, na
allerlei wederwaardigheden, eindelijk
te Vladi'wostok, in Siberië, waar hij
onder den aangenomen naam vun
SmeüiursL «?.tn vermogen
wist to verwerven door den handel
in pellerijen. Bedenk nu, dut ieder
een tegenwoordig Smethurst, don Si-
berischen millionair, kent. Het ver
haal van Kershaw, dat hij eens Bar
ker had gehceten, en dertig jaar ge
leden een moord had bedreven, werd
nooit bewezen, nietwaar? Ik vertol u
alleen maar wat Kershaw zei tot zijn
vriend den Duitscher en tot zijne
vrouw op dien gedenkwaardigen
middag van 10 December. Volgens het
verhaal van Kershaw had Smethurst
een reusachtige-fout in zijn schitte
rende carrière gemaakt hij had bij
vier gelegenheden aan zijn vroegeren
vriend, William Kershaw, geschre
ven. Twee vAn dezo brieven hadden
geen betrekking op do zaak, omdat
zij meer dali vijf-e-u-twintig jaar ge
leden geschreven waren, en Kershaw
ze bovendien naar hij vertelde
lang geleden verloren had. Volgens
hein echter was de eerste dier brie-
\eu geschreven, toen Smethurst, alias
Barker, al het geld, dat hij door de
misdaad gekregen had, had verteerd,
en geheel berooid alleen in New-York
stond. Kershaw, dio toon in heel goe
den doen was, zond hem ruim hon
derd gulden ter wille van liün oude
vriendschap. In den tweeden brief,
toen do bordjes verhangen waren en
Kershaw achteruit begon te gaan,
zond SmetJïuret, zooals hij zichzelf
toen al.noonide,, zijn vroeger en vriend
zeshonderd guidon. Daarno, zooaia
Müller booreep, had Kershaw her
haaldelijk een aanslag gedaan op do
steeds grootor wordende beurs van
Smethurst, en had dezo verzoeken
vergezeld <loen gaan van allerlei be
dreigingen, die, zelfs het veraf
gelegen land, waar de millionair
woonde, in aanmerking genomen,
niet licht opgevat konden worden.
Maar nu was de climax gekomen en
na een oogenblik van aarzeling over
handigde Kershaw aan zijn Duit-
schen vriend de twee laatste hrieven,
dio door Smethurst geschreven moes
ten zijn, en die, zooals u zich herin
nert, zoo'n belangrijke rol speelden
in liet geheimzinnige verhaal van de
ze buitengewone misdaad. Ik heb een
copie vun deze beide brieven hier.
voegde de man in den hoek er bij,
terwijl hij een stukjo papier uit een
zeer versleten zakboekje nam. en na
liet zeer bealist opengevouw en te heb
ben, begon bij te lezen
Mijnheer 1
Uw voortdurende verzoeken om
geld beginnen mij onuitsprekelijk
te vervelen. Ik heb u al veel meer
geholpen, dan u verdient. Toch
ben ik, ter wille van onze oude
vriendschap, en omdat u mij ook
eens lveeft geholpen, toen ik in
groote moeilijkheid verkeerde, be
reid u nog eenmaal van dienst te
z1]n. 'Eén vriend van mij, van
hier. een Russisch koopman, aan
wien ik mijn zaak verkocht heb,'
vertrekt over ©enige dagen, om in
zijn jacht een uitgebreid reis te
maken naar vele Lur«peescha en
Aziatische havens, en heeft mij
uitgenoodigd hem tot Engeland
to vergezellen. Omdat dc vreem
de landen mij beginnen le ver
velen, en ik erlangend ben om
liet oude land na dertig jaren uf-
wezigheid weer terug te zien,
heb ik besloten zijn uitnoodiging
aan to nemen. Ik weet niet, wan
neer wij precies in Europa zullen
zijn, maar ik beloof u dadelijk
weer to zullen schrijven, zoodra
wij een geschikte haven aandoen,
over ujd en plaats, waarop wij
elkaar in Londen kunnen ontmoe
ten. Maar bedenk, dat ik geen
oogenblik naar uw verzoeken wü
luisteren, als zij al te veel-
eischeud zijn. en dat ik de laatste
man in de wereld ben, die mij
aan voortdurende en onverant
woordelijke afdreigingen zou oi
derwerpen.
Ik toeken, mij, mijnheer,
FRANCIS SMETHURST.
De tweede was gedateerd u
Southampton, vervolgde de oude
man in den hoek bedaard, en
merkwaardig genoeg was do eenige
brief, waarvun Kershaw bekende, dat
hij hem van Smethurst ontvangen
Ivad, die wharvun hij de enveloppe
had bewaard en gedateerd was. Hij
was heel kort, voegde hij er bij,
nog eens zijn stukjo papier raadple
gend
Waarde Heer
Met verwijzing naar mijn brief
van enkele weken geleden,
wensch ik u te berichten, dat <le
„Tsai-sko© Selo' den volgenden
Dinsdag, den tienden, te Tilbury
zal komen.
Ik zal daar aan land gaan. en
onmiddellijk met den eersten «ton
besten trein naar Londen gaan.
Als u wenscht, kan u mij aan bet
station Fenchurchslreet in do
eerste klasse wachtkamer laat i p
den middag ontmoeten. Omdat ik
vermoed, dat na dertig jaar af
wezigheid mijn gelaat u mei zco
heel bekend moer zal zijn. mug ik
u wel vertellen, dat u mij zal
kunnen herkennen aan een zwa
re Astrakhan pelsjas, die ikdriu
gen zal. met een muts van do-
zelfde stof op het hoofd.
U kan zich dan aan mij voor
stellen en dan zal ik persoonlijk
kunnen luisteren naar hetgeen u
mij te zeggen hebt.
Uw vriend
FRANCIS SMETHURST.
(Wordt vervolgd).