NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD. 29e Jaargang. No. 8743 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. woensdag 20 december iqii b ABONNEMENTEN A D V E R T E N T I ËN: per drie maanden: ^an reêe's 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Voor Haarlem1-20 <igir3 Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regeL Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Biï Abonnement aanzienlijk rabat. gemeente)1-30 Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; Franco per post door Nederland1-65 (jo 50 Cts" v00r 3 PlaatsinÊen a contant. Afzonderlijke nummers S, Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53. Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem¥/i r. 9 de omstreken en franco per post 0.4o Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Uitgave derVennootschap LoureniT Coster.^Directeur J. C. PEEREBOOM.Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warrnoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. TW lib.DE BLAD. Stadsnieuws Bacli. Het tweedaagse!» muziekfeest door do Uaarlemscho pftchverec-niging ge organiseerd ter feestelijke herdenking van haar 40-jarig" bestaan is Maan dagavond op de waardigst denkbare wijze geopend. Deze avond was uitsluitend gewijd aan de uilvoering van eenige vocale en instrumentale werken van den grootmeester uit Eisenach, en om het welslagen van déze uitvoering te ver zekeren waren de beste krachten uit den lande ter medewerking opgeroe pen. Daar stond Mengelberg aan het' hoofd van zijn Concertgebouw-orkest en zijn Amsterdamse!) Toonkunst koor voor zoover dit op het podium van onze concertzaal plaats kon vin den. Daar waren als vocaal-solisten mevr. Noordewier en Joh. Messchaert; als instrumental 1-solisten mej. C. v. Lokhorst (piano); do heeren Louis Zimmerman (viool). Karei Willeke (fluit) en D. Speels (trompet) en ver-! schillende andere talentvolle, maar: op liet programma n:et met name ge noemde leden van het Amsterdaroscho orkest. Daar was in een woord alles bijéén om een uitvoering als deze aan de hoogste èischén te doen beantwoor den, Aangevangen werd met" het koor „Jauchzet, frohlocket", uit het Woih- nachts-oratoriUm. "Frisscho klank, groote zekerheid, pittige rhythm iok ziedaar e enige eigenschappendie den koorzang der dames en heeren uit do hoofdstad kenmerkten. Wat ongewoon en niet- direct aan genaam deed ons daarentegen de or kestklank aan met zijn overvloed aan sclirille trompeltonen. Die hooge trom petgeluiden schijnen trouwens voor Bach's tijdgencotcn nogal bekoring gehad te hebben. In den loop van den avond kregen wij nog een heel con certant voor sopraansulo en trompet n.in. de cantate „Jauchzet Golt in alten Landen." Ook hier deed de trompetpartij overigens door den heer Spcets voo'rtrèffölijk geblazen aan als iels storends dat bovendien bijwijlen een beletsol werd vooï het vuile genot van mevr. Noordewier's heerlijk zangen. Want juist in deze muziek immers is het dat onze eerste eopraanzaiigeres haar grootsch talent hi zijn volle breedte kan ontplooien. Van veel verhevener inspiratie dan do hier genoemde lijkt mij de andere op liet programma voorkomende cantate: „lek will den Kreuzstab ger- ne tragen" voor baryton-solo, klein koor en orkest. Wat Bach boer aan diepte en innigheid van muzikale uitdrukking heelt bereikt is, dunkt mij, nog door niemand onder de groote modernen overtroffen, ondanks de zooveel rijkere uitdrukkingsm i d- dolen van onzen tijd. Eu hoe liefde vol heelt Messchaert zich in deze mu ziek verdiept om zo zóó te kunnen weergeven. Ik weet niet waarin hij g rooter en bewonderenswaardiger was: in het verrukkelijk zingen der beide aria's zoo absoluut verschil lend van uitdrukking en stemming of in do prachtig ware diictie de'r reci tatieven. Dat weet ik wel: dat voor mij de indruk van zijn voord'racht de meest blijvende >un dezen lïach- avond zal zijn. Een compliment aan liet kleine kooi- achter het orkest, voor het bijzonder mooi gezongen slot- koruul. Aan instrumentale werken hoor den wij de Suite in B-mol voor strijk orkest en fluiten uiterst bekoorlijk van klank dn fijn van nuance en phroseeirtog en een Concert in D het 5e dor Brandenburgsche con certen voor klavier (Clavecïmbaal) fluit en viool met begeleiding van strijkorkest. Bij dit laatste werk werd gebruik gemaakt van eon door Pleyel gebouwd Clavecimbaal. De lda'nk van dit instrument ie veel dunner en na- saler dan dje van onzen mo dernen vleugel en contrasteerde hier; bijzonder mooi met de beide andere solo-instrumenten. Mej. v. Lokhorst toonde zich een hoogst bekwaam eai smaakvol bespeel ster van d!.t modern antieke klavier. Tot slot zong het koor niet be paald met veel wijding maar met des tc meer slagvaardigheid en opgewekt heid „Ehre sei dir. Gott" uit Het Wevlinaclits-oratorium. De tweede feestavond van Bacli" heeft in artistieke beteekeuis niet. voor den eersten ondergedaan. Ze ker niet wanneer men daarbij voor namelijk let op do uitvoering als zoo danig. Of het goed gezien was, bijna de geheele eerste acte plus do Char- freitags-Zuuber uit Parsifal als eer ste deel van dit concert-programma te geven, wil ik in 't midden laten. Ik voor niij had mij gaarne verge noegd met het laatstgenoemd© frag ment voor orkest en b.v. de scène van Amfortas „Wchvolles Elbe". Maar.... de menschen in mijn omgeving sche nen door den prachtigen orkestklank en de stommen van zichtbare en on zichtbare nu en dan zelfs bijna, on hoorbare zangers (want de plaat sing dei' „Knnben"- en „Junglings- stimmen aus dor Hühe" en „aus der miltleren Hühe" was beslist ongun stig) zeer geboeid en dus mug ik niet beweren, dat „men"" bet eerste deel van den avond te omvangrijk heeft gevonden. Voor de uitvoering hreug ik gaarne hulde op de eerste plaats aan Mengelberg en zijn voor treffelijk orkest en aan don meester zanger Messchaert, die de Amfortas- partij onovertrefbaar heeft gezongen. Lof dient ook gebracht aan de heeren Kuhbinga en Van Duinen voor hunne zeer verdienstelijke praestatie, respec tievelijk als Gurnemanz en l'iturel. Maar het hoofdmoment van dezen avond en wel van dit geheele Bacil- muziekfeest lag in de- gloricuse ver tolking van de Negende Symphonic. Dit grootsche slotnummer was een muziekfeest op zichzelf. En hel is weêr op de allereerste plaats de eminente dirigent Willem 'Mengelberg,' haar wien onze bewonde ring uitgaat om zijn frisscho, origi neel© opvatting van het diepzinnige werk en om de magistrale wijzo waarop liij zijn persoonlijke artistie ke bedoelingen tot die van zijn vocale en instrumentale uitvoerders weet to maken. Het Amsterdamsch Toonkunst-koor zong zijn buitengewoon veeleischende partij met oen zekerheid en een bezie ling, dlo misschien te evenaarden, maar zeer zeker niet te overtreffen is. Wat een geestdrift in dat „Laufet Briidcr ens© Baln, freudig wie ein Held zum Siegen'Wat een aangrij pende uitdrukking in dat ,,Ale Men schen werden Briidcr" (poco Adagio); wat oen veiTukking in het Prestissims „Seid uinsclilungen Millianen!'" Maar laat ik maar niet gaan de taille©- ren. Do geheele koorprestatie was een onovertrefbaar meesterstuk Solisten waren mevr. Noo'rdewier-Reddingius, niev'r. Do HaanManifarges en dc hoeren Dr. M. Romer en Joh. Mes schaert. Ilc behoef alleen te zeggen, dat de ons onbekende tenor zich zijn plaats in dit uitgelezen kwartet vol komen waardig toonde. Meer is niet noodig om te doen uitkomen hoe ook het solistisch gedeelte de'r uilvoering de hoogstgespannen verwachting be vredigd hoeft. Ook over de heerlijkhe den die het orkest ons te genieten gaf treed ik niet in bijzonderheden Ik zou niet weten waar te beginnen en nog minder: waar te eindigen. Wan neer wij oen lange heugenis zullen bewaren aan het tweedaagseh muziek feest ter gelegenheid van Bach's" 40- jarlg bestaan, zal dit zeke'r niet het 1 minst te danken zijn aan deze phc- nomenulo uitvoering va'n Beethoven's onsterfelijke Negendel PHILIP LOOTS. In do pauze van het concert kwam de lieer Mr. W. Jager Gerlings op het podium om, als eenig overgeblevene van de oprichters der Bach-verceni- gïng, namens de leden van Bach, dank tc brengen aan het bestuur voor do goede zorgen, waarmee het ook du muziekfeest weder tot stand gebracht heeft. Spr. bood daarbij een fraaien krans aan. Na afloop van het tweede feest- concert Dinsdagavond kwam het be stuur der Bach-Vereeniging met. eeni ge gasten nog eenige oogenblikkeu in een der bovenzalen bijeen, waar een souper wo3 aangericht. Daar waren verschillende solisten van den avond, leden van do besturen van het Concertgebouw, van de zangvereeni- ging van Toonkunst te Amsterdam, vertegenwoordigers van de Uaarlem scho afdeeling en bestuursleden van de Soc. Verceniging. De voorzitter van Bach, de lieer G B. Croinmelin, wijdde daar vriendelijke woorden van dank aan Mr. W. Jager Gerlings, een man, die in het muzikale leven te Haarlem voorgaat, aan den heer F. Smit Klei ne voor zijn geschiedenis der verce niging in het tekstboekje, aan de personen te Amsterdam, die de op richting van het orkest hebben door gezet en het, door alle moeilijkheden heen, in stand gehouden, waardoor Amsterdam nu staat aan de spits der muzikale wereld; Spreker eindig de met een leve de kunst! Na hem sprak de hoer C h. E. H. Boissevain als eenvoudig koor lid, om dank te zeggen voor de vrien delijke en aardige ontvangst van het koor door het bestuur der Bacli-Ver- ceniging. Met enthousiasme heeft dit meegewerkt aan het feest en het is bereid, opnieuw nice te werken aan dp herdenking van het 50-jarig be slaan. De volgende spreker was de heer Mengelberg zolf, die zijn dank betuigde voor het hom vereerde ge schenk en de vriendelijke woorden, die daarmee gepaard gingen. Hij maakte van de gelegenheid gebruik oiu dank te brengen aan solisten, or kest en koor, voor wat zij dien avond hadden doen hvoren. Voor liet koor was dat bijzonder moeilijk, het had bijna geen repetitie onder nenf gehad en heeft gezongen, alsof het allen groote artisten waren. Spreker dronk de gezondheid van allen, die zoo mooi hadden gezongen en gespeeld. M r. W. Jager Gerlings ein delijk knoopte aan een woord van hulde aan het bestuur der Bach-Ver eeniging voor de moeilijke 'en uit nemende voorbereiding, en een woord van lof voor den heer Mengelberg vast, met het verzoek op een der eerstvolgende concerten nog eens de verrukkelijke serenade van Tschui- kowsky te doen uitvoeren. Hebben wij wel gehoord, dan heeft do heer Mengelberg dat beloofd. Maar toen 'was, na den voor velen zoovcr- moeienden avond, ook weldra het uur van heengaan daar. Men scheid- do onder den indruk, dat hier een uitnemend geslaagd muziekfeest was gevierd. HET 50-JA RIG BESTAAN DER RIJKSKWEEKSCHOOL. Wij plaatsten reeds iets uit 't pro gramma van dit feest on zagen daar uit, dat er groote belangstelling voor dit feest was. Laten we nu den blik even terug slaan en dan zien we, dat de Kweek school eigenlijk veel ouder is. Ilce werden in vroeger jaren de onderwijzers ongeleid We kunnen kort en goed zeggen die opleiding bestond niet. We hebben meermalen hooren vertellen, dat in „dien goe den ouden tijd" de ambachtsheer vaak ©en ouden huisknecht of tuinman tot schoolmeester van zijn dorp promo veerde en dat Freilerik de Groote zijn oude sergeants tot meesters maakte, wat toen al een groote vooruitgang was. Professor Krom zei dan ook al in 1780 „Er moeten kweekscholen zijn voor de oplei ding." De Maatschappij tot Nut van 't Al gemeen richtte er dan ook later een op te Amsterdam. Haarlem. Leiden en Groningen en lwrcidde daarmee het werk van den Staat voor. Zoo baande 't ook den weg voor de be waarscholen. In 1796 werden door een Commissie een 15-tal vragen voorgelegd aan 't. bestuur van het Nut. Eén dezer was Hoe bekwame schoolmeesters te krijgen en in "t bij zonder hoe 't aan te leggen met de kweekscholen Uit de antwoorden bleek, dat men in 't algemeen meer verwachtte van een persoonlijke op leiding, dan van die aan een kweek school. De wet van 1806, de eerste on derwijswet van ons land, dte velen tot voorbeeld strekte, geeft dan ook nog geen gelegenheid tot opleiding. Evenwel ,,dc Monschenvriend" had in 17S8 reeds betoogd, dat er in elke provincie één kweekschool moest zijn Van der Palm, agent der nationale opvoeding (is Minister van Onder wijs) moest een plan opmaken voor een of meer kweekscholen. Toen do Franschc tijd dan ook goed en wel achter den rug was, werd er doorge werkt en in 1816 kwam er hij konink lijk besluit viui 31 Maart een kweek school te Haarlem, onder leiding van P. J. Prinsen en te Lier een onder leiding van B. Schreudor. De wet van 1857 stelde vast, dat er ten minste twee kweekscholen zouden zijn en dat van Rijksweg© ann voortreffelijke la gere scholen normaallessen zouden verbonden worden. Weldra kwamen er nu ook kweekscholen te Groningen en 's-IIertogenbosch. Aan die te Gro ningen werd ook een cursus voor de hoofdacte verbonden. Ook Haarlem heeft, langen tijd aan zijn kweek school een cursus verbonden gehad. Te Arnhem, Rotterdam, Amsterdam en Maastricht werden ook opleidings- in richtingen gevestigd niet rijks- steun. De wet van '78 gaat weer een stap verder en spreekt van opleiding aan kweekscholen, normaallessen, bijzondere kweekscholen en normaal lessen en door hoofden van scholen. Die óón-persooiisopleiding bestaat nog. Dat. do kweekscholen vrucht afwer pen blijkt uit de rogeea'ingscijfers. Zoo verwierven in 1902 van de 140 Rijkskweekeliiigen 137 de acte. Het aantal lesuren loopt van 25—47 1/2 in 't hoogste studie jaar (ni. 47 1/2 te Haarlem). Nauw met de geschiedenis der Haar lehische Kweekschool verbonden is de naam van zijn eersten directeur Pie- ter Jan Prinsen. In Juni 1777 te Stol wijk geboren, bezocht hij er eerst de dorpsschool om daarna het timmer vak te kiezen. Zijn lee'rlust vond er evenwel geen bevrediging bij en hij legde zich toe op 't onderwijzersexa men en vond kort daarna een plaats aan oen stadsschool te Schiedam. Na 3 jaar verzocht en verkreeg hij toe stemming in deze stad een eigen school op te richten, terwijl het de partement Haarlem van het Nut. hem be'ricp in 1801 als hoofd der departe mentale school. In 1S10 werd hem honoris causa de onderwijzers-akte to rang (bevoegdheid als hoofd cener M. U. L. O.-school) toegekend. In 1816 volgde aanstelling tot directeur der Kweekschool te Haarlem. Tot zijn dood 6 Juni 1854 bleef hij als zooda nig werkzaam. Vér droeg de faam de- zei- school. Vaak werd ze bezocht door mannen van aanzien uit Frankrijk. Engeland enz. Victor Cousin vertelt er veel goeds van in zijn werk. De l'instruction publique en Holland©Hoe aantrekkelijk 't ook is, we zullen niet uitweiden over zijn leesmethode, die nog ^eiiigo tientallen van jaren na zijn 'dood gebruikt werd. Vele onzer, lezers van om en over de 50 zullen zich levendig 't Spa-a, slee-ee, drie-ie herinneren. Voor tien jongelui aan de Ilaarlcm- Sche Kweekschool werden geheele! beurzen a f 250 en vijftien halve a f 125 's jaars van landswegc vérstrekt en wel gedurende 4 of 5 jaar, Boven- d.en ontvingen vijf andere evenzoo lang kosteloos onderwijs. Deze kweek school eerst aan de Raaks, kwam daarna in de Jacobijnestraat en is nu aan den Koudenhorn. Aan de Kweekschool werd verbon den een Lagere school ter oefening der kweokeliiigen in dc prachjk van t onderwijs. Gedurende do laatste jaren van hun ve'rblijf aan de school, waren zij mede als hulponderwijzers uun do Haarlonieehe scholen werk zaam: Onder de medewerkers van den ver dienstelijken directeur hebben zich vooral onderscheiden wijlen D. van Dapperen, voormalig kweekei ing van Pestalozzi, bekend door zijn vorm leer en zangl eerwij ze; Polman, de schrijver van 't Catechetisch onderwijs over dc gewijde geschiedenis en B. Schreudér, voormalig directeur dei- Kweekschool te Lie r. KWEEKSCHOOLFONDS. Naar de N. Ct. verneemt bestaat het voornemen, ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum der Rijkskweek school voor onderwijzers te Haarlem te stichten een Kweetschooifonds. Men beoogt daarmede het leven van de kweekei ingen gedurende liun verblijf aan de Kweekschool te ver aangenamen door in ruime opvat ting der woorden leed 1e verzach ten en genot te verhoogen. Men zal trachten dit fonds bijeen te brengen door schenkingen en legaten en door jaarlijksche bijdragen van oud-ltx-r- lingén, leeraren en oud-leeruren der school. Het bestuur zal bestaan uit den directeur der kweekschool, twee leeraren, één oud-leerling te Haarlem en één te Amsterdam woonachtig. G e v. Voorwerpen. Terug te bekomen bij A. Del lissen; Leidsehestraat 207, een ceintuur. J. Jonker, Nassauplein 5, een zilve ren broche. Mevr. WafelbakkerWijsman, Ruy- chaverstraat 24, een bankbiljet F. van Emmerik, Z. Polderstraat 52 een medailjon. D. IJlstra Brouwersstraat 52, een hondje. J. van Brero, Ged. Raamgracht 52, een dumëshandschoen. J. Zwetbroek, Teylerstraat 27, een ceintuur. A. C. Wijkhuizen, Leidsehestraat 14 f,, een damesbont. J. B, v. Zutphen, Potgieterslraat 17, een handtascJije. W. Mogielse, Kamperstraat 15 zvv., een llederenboekje. E, Klein, Gen. Joubertstraat 39, een kinderdas. J. M. Witterman, Klaren beekstraat 61, een handschoen. C. Bakker, Rofnolenstraat 4, een zilveren broche met portret. STUKKEN VAN DEN RAAD. Wegens plaatsgebrek moesten we tot heden de volgende raadsstukken laten liggen: Do Amsteï-damschc poort. Het bestuur der afd. Haarlem en Omstreken van de Mij. tot Bevorde ring der Bouw kunst deelt mee dat het kennis heeft genomen van de plan nen omtrent verkcersvei betering aan de Oostzijde der gemeente en dat het dén Raad verzoekt om welk plan ook lot uitvoering gekozen wordt de Amsterdamscho poort als doorgang in gebruik te laten, daar een derge lijk monument van liet verleden slechts dan zijn volle waarde behoudt wanneer het aan zijn oorspronkelijk doe! blijft beantwoorden. Benoeming leeraar in de Bouwkunde. Ter benoeming van een leeraar in burgerlijke bouwkunde aan den ver volgcursus van de Burgeravondschool alhier bevelen B en W. aan de heeren: 1. II. Evers te Haarlem, en 2. B. Bou- man -te Haarlem, terwijl de belooning bepaald zou worden op f 75 per weke lijkse!» lesuur en per cursus. Uit de Omstreken VELSEN. GEMEENTERAADSZITTING. De Raad is Dinsdagmorgen om tien uur m vergadering bijeengekomen, onder presidium van den burgemees ter. den heer inr. II. VER LOREN VAN THEMAAT. Afwezig zijn do hoeren v. Rhijn, de Boer en Poldermans. De agenda bevat 22 punten, waar onder vele belangrijke. De VOOR ZITTER deelt mede dat die agenda vandaag afgewerkt moet worden. Lukt het vóór zes utfr niet, dan moet er een avoudzitting plaats hebben. Spr. roept dc medewerking der leden in om dit te voorkomen. Besloten wordt, een toelage van f 100 aan de '.'©m een t e-v reed vr mej. De Boer uit te betalen. Goedgekeurd wordt een procesver baal van kasopneming. f 11070.29 bleek in kas te zijn, en de verschil lende boeken en bescheiden werden in orde bevonden. TOpSLAG AAN GEHUWD GEMEEN- TEPERSON'EEL. In de Raadszitting van 6 December werd het voorstel der duurtecomnus- sie om aan een bepaalde categorie van gehuwde ambtenaren en werk lieden der gemeente een tijdel ij ken toeslag op het loon te verleenen. in stemming gebracht. Toen staakten de stemmen, thans wordt het voorstel met 8-G stemmen verworpen. Met 8-6 stemmen wordt aange nomen liet amendenient-Polder- maits (om aan gehuwde ambtenaren en werklieden dio minder dan f 14 per week verdienen over dc drie eer ste maanden van 1912 een toeslag van 10 pCt. boven hun loon te geven. PROGRESSIE HOOFDELIJK OM SLAG F,N EIGEN AANGIFTE. Aan do orde konten de voorstellen inzake de wijze van invoering der progressie in den hoofdelijken om slag van den heer De Boer en van den heer Netschcr. Verder is er oen voorstel van den heer De Boer tot invoering van ver plichte eigen aangifte in den Hoof- delijkc-n omslag. B. en W. praeadvi- seeren hierop afwijzend, wijzen er op dat het stelsel in verschillende plaat sen is afgekeurd, en dat de instel ling bovendien groote kosten zal mee brengen. Eenige discussie ontstaat over cte vraag wolk voorstel als het meest vérstrekkende t eerst in stemming zal moeten worden gebracht. De heer NETSCHER meent dat het voorstel-De Boer niet in do lijn dei- wet ia, omdat de percentages der aoressen te hoog zijn. De heer SANT betoogt dat het voor- stel-Netscher do zwaarste lasten op den middenstander doet neerkomen. Spr. is voorstander van progressie, maar door aanneming ren ebt' voor stel zou de middenstand te veel wor den gedrukt. Het. voorstel-De Boer bevat weliswaar fouten van formee- len aard. maar het is in den geest van de wet en het lacht in zijn sa- menste ling spr. meer toe. Den heer DE BOER (juist ter ver gadcriug gekomen) spijt het dat de heer N'else her een voorstel blijkbaar ter bestrijding van dat van spr. heeft ingediend. Waren er fouten in dat laatste voorstel waarom hebben B. en W dan daar niet aanmerking op gemaakt? Dat zou spr. wel aange naam zijn geweest. Weihouder N'et- sclier maakt nu aanmerkingen, die naar spr.'s inzien niet juist zijn. Spr.'s acressen-pércentage is 4,244 en dus nog ongeveer 0,15 pCt. bone den hot bij de wet toegestane percen tage. zoodat spr. daarmee volkomen in overeenstemming is gebleven, en 't voorstel even wettig is als dat des heeren Netscher. Het is waar dat bij diens voorstel de allerkleinste inko mens iets meer ontlast worden, maar daarnevens worden dat de grootere ook de grootste druk komt neer op den middenstand. Bovendien is de opklimming in de klassen onregel matig, na de stijgingen met f 25 t©t de 22ste klasse komt er ineens een rijzing van f 500, dus 20 maal zoo groot. De lieer SLL'YTERS meent dat als men nu d© gemeente wil vermoorden (beweging) men progressie moet in voeren. Spr. is in principe voor pro gressie, maar thans acht hij invoe ring niet nuttig. Janmaat zal nu t gelag moeten betalen. Wethouder NETSCHER merkt op dat er veel van die prlncipieële voor standers zijn die, als zo lot de toe passing van hun beginsel moeten, ko men, zeggen: 'k ben niet thuis. Het absolutisme van den heer Dc Boer is lijnrecht in strijd met spr.'s overtuiging. Al praten we tot mor den door (aldus de Wethouder) dan zullen we "t nog niet eens zijn gewor den. Er is een quaestie van kous hier: waar zal de progressie beginnen, wat hooger of wat lager. Tot waar loopt de grens van den middens' n.d? De lieer Sant zal wel den winkel-miil- densfand bedoeld hebben, en waar is dan de grens precies to vinden? De vrees van den heer Sant dat de mid denstand zal lijden bij het stellen van de grens va'n f 1700, kan spr. op grond van zijn ervaring (bij het sa menstellen van kohieren en bij re- clanvecommissles) niet doelen. Op enkele uitzonderingen na behoort f 1700 wel tot het hoogste voor een winkeliers-inkomen. Wat het i-iet-waarschuwen van den heer De Boer inzake fouten in zijn voorstel betreft spr. meent dat liet moeilijk zou zijn hem van een fout te overtuigen, maar wil voortaan wel waarschuwen. Spr. zal evenwei dan zoo vrij zijn het resultaat aan den Raad mee te deelen. De beer SCHUITENMAKER: Dat moogt u niet doen! De heer DE BOER merkt op dat hij da gewoonte van den heer Netscher kent om zijn tegenstanders te klei- nceren. Het was ongepast dat de wet houder zoo sprak; hij had dat niet mogen doen. Er hebben aan zijn voorstel twee Net-schors gewerkt: de een© Netscher die do toelichting heeft geschreven en er niets van wist; de tweede die er wel van wist en liet ta rief heeft samengesteld. Wethouder NETSCHER ontkent, op eenige kleinee'rende wijze tot <len heer De Boer te hebben gesproken. De VOORZITTER merkt op dat de fout van het voorstel-De Boer hierin zit dat hij de percentages van liet in komen heeft berekend terwijl in de verordening de percentages dér toe nemingen moeten staan. Do heer DE BOER meent dat men van de bestuurstafel niet op do hoog te is van den norm der progressie. De Voorzatter heeft erkend dat zijn inricht daaromtrent niet juist was. Laten we daarom nu maar liever do beslissing tot na de pauze of tot een volgende vergadering uitstellen. Men moet van die zaken op de hoogte zijn. Do VOORZITTER erkent don heer De Boer een onjuist antwoord ten op zichte van den norm to hebben gege ven, hij is een ooge'nblik daarmee in den war geweest. Spr. merkt verder op dat het voorstel-Do Boer in den huidigen vorm niet is aan te nemen:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 5