Roina Cacao DE VOLKSDRANK het pekton vuur gaf en de beaarding had door prelaat Starink. Door ki lonel Koolemans Beynen, cr :v.-<i:i>idant der genie, werd vervol gens het woord gevoerd, die do over ledenen herdacht als goede soldaten; die opgewekt hun dienst deden en die het slachtoffer van hun beroep worden. Spr. bracht een woord van hulde voor den heldenmoed, betoond hij do redding der drenkelingen. Spreker hoopt dat de aanwezige mi litairen door nog grooter plichtsbc- betrachting een goeden band zullen vormen tusschen hoogero en lagere militairen. Door kolonel Klerk de Reus uit 's-IJosch werden de overledenen eveneens herdacht als goede solda ten, terwijl spr. ten slotte eenige troostwoorden tot de familiolcdon richtte. Nadat bloemen waren gestrooid ln het graf, was de plechtigheid ge ëindigd. Te 's-IIertogenbosch had do be grafenis plaats van den soldaot J. Courts. Tiet stoffelijk overschot was per trein vervoerd. Allo garnizoens troepen volgden den lijkstoet. Over ste Fraser voerde aan do groeve eerst het woord, daarna kolonel Froeling. 1 Kransen dekten de baar. DE MINISTER VAN KOLONIüN zal <>p lö dezer te Deventer de inwij ding van de Koloniale Landbouw school bijwonen. AANVARING. Zondagmiddag is tengevolge van een aanvaring met de Belgische stoom boot „Vlanclria" in het Kanaal nabij Sa- van Geut gezonken de Belgische spits „Utile Dulci". De opvarenden, schipper J. van Kessel en diens knecht A. Demaesschalk, beiden van Sas van Gent, konden zich in een roeiboot redden. BEDRTEGELIJKE VOORWENDSE- XEN. Onder voorwendsel een horloge met ketting te willen koopen, ver voegden zich gisterennamiddag in een goudsmids winkel aan den Haar lemmerdijk twee personen, die zich" in een onbewaakt oogenblik een aantal fantasiebroches en armban den wisten toe te eigenen. Toen de winkelier hen bij het verlaten van den u.nkel wilde tegenhouden, ga ven zij dezen een slag in het aan gezicht en bedreigden hem met een mes. Een hunner werd echter op de Korte Prinsengracht door een bur ger gegrepen en aan een agent van politie overgeleverd. Bij fouillcering werden 16 broches en 13 armbanden op hem bevonden. De tweede per soon heeft zich dien zelfden dag uit eigen beweging bij de politie aange meld. EEN NIEUWE BANKIERSZAAK. Men meldt ons uit Amsterdam: Naar wij vernemen zal de heer L. B. van Nierop algemeen procuratie houder bij do Amsterdamscho Bank de volgonde maand deze bankinstel ling verlaten en als hoofd optreden van een nieuw op te richten ban kierszaak. 1IET BOSCH OVER HET U BIJ AMSTERDAM. 't Hbld. meldt: Het -is nu zoo ver dat, na eenige goed geslaagde proeven, met den bosch- en parkaanleg in den Nieu- wendammerham voortgang gemaakt kan worden. Reeds in de volgende maand zal worden begonnen; technisch noemt men dat zeer eigenaardig ,,de eer ste steek". Het geheele werk wordt uitgevoerd door de firma Groenewe- gen te De Bildt bij Utrecht en moet met April 1913 gereed zijn. Er moeten niet minder dan 235,000 stuks ge plant word ent MILITAIRE OEFENINGEN UITGESTELD Wegens den ongunstigen toestand van de terreinen zullen de oefeningen in het Zuidfront der stelling van Am sterdam zeer waarschijnlijk niet door gaan. (..N. R. Ct"). HOOG WATER. Langs de rivier de Eem zijn tus- schen Haar» en Amersfoort eenige pokiers onder water geloopen. BRANDWONDEN.' De 37-jarige B. B. is ten huize van I. T., in de Hillestraat te Rotterdam met een emmer heet water van de trap gevallen, waardoor zij brand wonden aan den linkerarm, eeu hoofdwond en een gebroken linker onderbeen kreeg. Per raderbrancard van do Vereenlging Eerste hulp bij ongelukken is zij naar het Ziekenhuis gehracht BOND 'VAN ORANJE-VEREENI- GINGEN. Woensdag 2 October wordt to Zeist een vergadering gehouden, ten einde te geraken tot oprichting van een Boud van Oranjevereenigingeu. BRAND IN SPOORWAGENS. Gisteren-werd brand ontdekt in twee waggons met pakken stroo, staande op het rangeerterrein van" do Hol- landsche Spoor aan den Loosduin- scheweg te 3-Gravenhage. Toen de brandweer ter plaatse kwam, sbnideu dc boidc waggons, de eene bevattende 863Ó K.G. stroo, de andere 5400 K G-, reeds in lichtelaaie. Het vuur was echter weidra gebluscht, hoewel de krachtige wind telkens do vlammen in het zeer brandbare materiaal weer aanwakkerde. De pakken stroo wer den van de waggons getrokken en in de dichtbij liggende vaart gedompeld. Een der waggons had nogal schade van het vuur geleden, de andere na genoeg niet DE LANDWEER IN 19». Onze lezers herinneren zich het Dagboek van een Landweerman, door den gep. luit-generaal W. G. F. Snijders gepubliceerd in De Tijd spiegel van September 1911 waarin de schrijver opzienbarende mede- deelingen deed over bij de landweer- oefeningen van 1910 voorgekomen wantoestanden, welko mededeelin- gen hij later, in een artikel in de Nieuwe Courant, tegenover de ge deeltelijke tegenspraak in de be- gTootingsstukkon van oorlog, met bewijzen staafde. In de Kamervergadering van 22 December 1911 noemde de minister van oorlog, na een overzicht te heb ben gegeven van door hem bekomen inlichtingen en ontvangen rapporten, de waarheid der feiten, door gene raal Snijders gepubliceerd, aan twij fel onderhevig, die feiten zelfs als maatstaf ter beoordeeling van den toestand bij de landweer absoluut waardeloos en het daarop berustend oordeel van generaal Snijders over de landweer buitengewoon afkeu renswaardig en op niets gegrond. Na de nadere mededeelingen van gen. Snijders werd echter een com missie ingesteld, welke opdracht had een nauwkeurig onderzoek in te stellen naar do waarheid van do openbaar gemankte feiten. Deze com missie was samengesteld uit: gene- raal-majfoor Iiisohoff van ILeems- kerek, inspecteur der infanterie, als voorzitter, luit.-kot. van het regt. grenadiers en jagers jhr. Yon Schmid en luit-kol. Bodemeyer, comman dant in het 31ste landweerdistrict als leden, met den kapt. van den gen. staf P. Iluizer, als secretaris, later als lid. Op uitnoodiging van den minister van oorlog nam ook generaal Snij ders daarin zitting. Den Ssten Juli berichtte de minis ter van oorlog bij in de Kamerstuk ken afgedrukt schrijven, dat de com missie een rapport had uitgebracht, onderteekend door den voorzitter en de leden Bodemeyer en Iluizer, niet door de leden Snijders en Von Schmid. .Beide laatstgenoemde le den hebben zoo schreef do mi nister van hun afwijkende, doch onderling volkomen tegenovergestel de zienswijze doen blijken in afzon derlijke nota's". Van elk dezer no ta's, zoomede van een nota van het Lid Bodemeyer, werden door den minister vijf exemplaren aan de Ka mer toegezonden, alleen ter inzage voor de leden; zij-zijn ter griffie van de Kamer nedergelegd. Wat het rapport van de (meerder heid der) commissieg betreft, ook daarvan werd de openbaarheid door den minister in zooverre beperkt, dat hij er honderdvijf exemplaren van aan den voorzitter der Kamer zond, bestemd om aan de leden te worden rondgedeeld. Het werd niet met de gewone Kamerstukken gepubliceerd, maar bevindt zich in handen van alle leden der Kamer. De Nieuwe Courant is in de gele genheid geweest van den inhoud van het rapport kennis te nemen en deelt daaromtrent nu het volgende mede: Het rapport gaat van dag tot dag Maandag 9 tot en met Zaterdag 14 Mei en van ochtend tot avond de feiten na, in het Dagboek van den Landweerman vermeid. Van die fei ten worden verscheidene als waar aangenomen, eenige als niet of niet voldoende bewezen, andere als over dreven gekenschetst, zeer enkele on juist genoemd. De (meerderheid der) commissie be ëindigt haar rapport aldus: „Resumeerende is liet oordeel der commissie, dat de oefening dor land weer bij de... compagnie van het... Landweerdistrict 1) den indruk heeft gegeven van slapheid in de leiding, zwak. optreden van officieren en ka der, onvoldoende houden van ap pèls en inspectiën, onvoldoende toe zicht in het algemeen, en dat de ver schillende misstanden, welke zich hebben voorgedaan, in de allereer ste plaats daaraan moeten worden toegeschreven, maar ook aan den slechten invloed, door enkele bij do compagnie aanwezige raddraaiers uitgeoefend, zcodat zelis ontwikkelde menschen, die reeds een positie in de maatschappij bekleeden, zich ge makkelijk hebben laten verleiden om zich aan de tucht te onttrekken. De N. Ct. voegt hieraan nog het volgende toe: Bij de lezing van het oordeel der commissie vraagt men zich af, wat generaal Snijders, die zijn gezag aan de openbaarmaking der feiten en ge tuigenissen verleende, kan bewogen hebben, zijn mede-onderteekening te onthouden aan het rapport, dat im mers èn die feiten èn zijn eigen in krasse bewoordingen uitgesproken oordeel in hoofdzaak bevestigt Do eenige veronderstelling, welke wij dienaangaande uit het rapport kunnen afleiden, is dat de heer Snij ders zich wellicht niet heeft willen vereenigingen met het onbewezen noemen of in twijfel trekken van eenige der door hem gepubliceerde feiten, of wel met het niet onderzoe ken van feiten, voorgekomen bij an- 1) De weglating van de nadere aanduiding van compagnie en dis trict in het stuk is een overbodige voorzichtigheidsmaatregel, daar bei de door minister Colijn op 22 Decem ber in de Kamer worden genoemd. Het was de 1ste compagne van het 31ste landweerbataUon. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN A 30 Cts. per regeL VAN HOÜTEN'S by uitnemendheid. GOED en GOEDKOOP, dere compagnieën dan de in het Dagboek bedoelde, van welker waarheid hij zelf zeker meende te zijn en waarover misschien een voortgezet of uitgebreid onderzoek van de commissie het volle licht zou hebben ontstoken. Zekerheid omtrent de redenen van het ontbreken der onderteekening van generaal Snijders en van overste Von Schmid zou echter slechts te verkri.igen zijn door de kennisneming van de (van een „onderling volko men tegenovergestelde zienswijze" getuigende) nota's van elk dezer hee- ren, die uitdrukkelijk als alleen voor de leden bestemd in slechts vijf oxemplaren ter griffie van de Kamer zijn gedeponeerd. Ons kwam ter oore, dat enkele le den der commissie van meening wa ren dat laakbare feiten als In hot „Dagboek" vermeld, haddon behoo- ren te worden verzwegen en niet ge publiceerd en dut deze meening op de onbevangenheid en onpartijdig heid van het onderzoek herhaalde lijk een ongunstigen invloed dreig de te oefenen, wat dan anderzijds protesten uitlokte, en tot heftige woordenwisseling aanleiding gaf. CHOLERA TE BATAVIA. De "„Ilbld."-correspondent (e Bata via seint d-d. 9 September „Batavia is besmet verklaard door cholera". DOOR HET KANTELEN VAN EEN LIER. Toen eenige werklieden aan de scheepsbouwwerf van den heer J. Th. Wilmink te Gideon bij Groningen be zig waren met het transportecren van een zware ijzeren lier por praam over het Winschoterdiep, kantelde deze machine. Twee mannen geraak ten er onder de 25-jarige Koes van VlissiiuXn was direct dood, de 18-ja- rige W. Ploeg van Groningen werd zwaar gewond >?r auto naar ihet zie kenhuis a ldaar vervoerd. LOTING EN DRANK. We lezen in het „Hbld." Dat. verbodsbepalingen in zake al coholgebruik niets uitrichten, is gis teren te Eindhoven gebleken, waar ter gelegenheid der loting de herber gen voor geruimen tijd moesten geslo ten zijn, evenals in de omliggende gemeenten. Geen nood echter voor de pruvers: dezen hadden reeds gisteren den noo- digen voorraad opgedaan, en toonden de burgerij thans triomfantelijk de fleschjes, gevuld met het onontbeer lijke „vuurwater" I STAKING TE VEENENDAAL. In den stand der staking is geen verandering gekomen. De directie blijft bij haar meening, dat zij tel kens geen partieels staking in haar bedrijf kon dulden en daarom voor alsnog niet bereid is tot onderhande len. De voorgenomen collecte langs de huizen der ingezetenen is voorloopig dcor den burgemeester geweigerd. Van den kant der arbeiders is be sloten het geschil in handen van den Raad van Arbeid te stellen. OM HET KIESRECHT. Verschillende ongehuwde, bij hun ouders inwonende jongelieden te Heer Hugowaard, die bij den gemeen teraad hadden aangevraagd, in den hoofdei ij ken omslag te worden opge nomen, om zoodoende op de kiezers lijst te komen, welk verzoek werd af gewezen, zijn van deze beslissing bij Gedeputeerde Staten in hooger be roep gegaan. DOCTOR A. KUYPER's BEDANKEN ALS KAMERLID. In De Standaard van gisteravond komt de mededeeling vooi', dat door dr. Kuyper, Kamerlid voor Ommen, ontslag als zoodanig is genomen, en bericht hiervan aan Binnenlandsche Zaken ingezonden. Aan den Voorzitter van de Centrale Anti-revolutionnaire Kiesvereenlging ifi het district zond hij hiervan mede deeling in het hier volgende schrij ven: 's-Gravenhage. September 1912. Hooggeachte Heer Voorzitter, Ingevolge mijn laatste schrijven zou ik in do eerste woken van Sep- itember in het district zijn opgetro- iden, om het zoo gowenschte contact met mijn district levendig te houden. IThans echter moot ik U tot mijn leed- Iwezen mededoolen, dat een schrijven aan den Minister van Binnenland sche Zaken, waarbij ik mijn ontslag nam als Kamerlid, dat op heden door inij is verzonden, deze toezegging vanzelf doet vervallen. Inzage van de twee medische advie zen, waarvan ik afschrift hierbij voeg zal het U duidelijk maken, waarom ik nu reeds tot dezen stap moest overgaan. Toen ik in April j.l. te Utrecht mijn jubileum als Standaard-redac teur vierde, was mijn gehoor, dank zij de goede hulp mij door dr. Ekker verleend, in die mate weer bijgeko men, dat ik den moed herkreeg, om althans tot de eerstvolgende stem bus in dienst te blijven, en misseliien zelfs mij nog voor de komende behan deling van de Grondwetsherziening beschikbaar te stellen. Sinds echter week die ingetreden beterschap bijna geheel, en uit dien hoofde mag ik niet langer een post blijven bezetten, dien ik niet meer naar behooren waarnemen kan. Vooral nu beide art- mij verzekerd hebben, dat de inspanning, dio het luisteren met een gebrekkig gehoor lcost, dit gehoor gaandeweg kan verslechteren, voel ik mij physiek onbekwaam om mijn mandaat ook maar eenigermate naar eisch te blijven waarnemen; en dit te meer bij het terugdenken aan het lot dat mijn vader trof, die op mijn leef tijd ten slotte stokdoof werd, en zich van allen omgang en verkeer zag uit gesloten. Van achteren bezien, gevoel ik zelfs, dat ik beter had gedaan, in 1909 het mandaat niet aan te nemen, [daar ik, van allen afdeelings- en com- [mïssorialen arbeid door mijn gehoor uitgesloten, slechts op zeer gebrekki ge wijze aan den arbeid der Kamer kon deelnemen, en bij de openbare be raadslaging, zoodra de debatten een eenigszins^acuut karakter aannamen, mij geheel buiten staat gevoelde ze te volgen of er aan deel te nemen. Ik bied aan de kiezers van Ommen hier voor mijn verontschuldiging aan, on gevoel juist daarom to meer behoef te, om bij het scheiden èn de liiesver- eenigingen èn do kiezers te hartelij ker dank te zeggen voor het vertrou wen, tot tweemalen toe bij de stem bus in mij gesteld. Ik mag u wel verzoeken, dit schrij ven ter kennisse van de kiezers te willen brengen, terwijl ik, niet het minst u persoonlijk dankzeggend voor uw steeds mij verleende genegenheid, met de meeste hoogachting blijf, enz. Bij dit schrijven zijn geneeskundi- 3 verklaringen overgelegd. Dr. Felix Pause te Dresden schrijft: De heer Staatsminister Kuyper is ter oorzake van zijn gehoorliiden door mij behandeld geworden. Dit lijden bestaat uit een zoogenaamde Middenoorsclerose, en heeft nu reeds aan de rechterzijde tot volsla gen doofheid en links tol vergevorde zwakhoorigheid geleid. Bij dezen nu reeds aanwezigen graad van gchoors verslechtering is het onmogelijk, dat deze patiënt eene in een openbare ergadering gehouden discussie zou kun^gn volgen. Hierbij is bovendien nog op te merken, dat een aanhou dend ingespannen luisteren veelal een voortgaanden achteruitgang van het gehoorvermogen ten gevolge heeft, die reeds onder het luisteren de gelioorcapaciteit zoo kan doen dalen, dat het soms schijnt of reeds geheele doofheid intrad. In elk geval is het m. i. buitenge sloten, dat Zijne Excellentie Kuyper nog verder als afgevaardigde werk zaam zou kunnen zijn, vooral niet in leidende positie als partijchef, overmits het hem volstrekt onmoge lijk is bewogen debatten te volgen. Een en ander zou niet alleen ongun stig op zijn gehoorlijden inwerken, maar ook verzeld gaan van een na- deeligen invloed op zijn geheelen toe- stand Prof. dr. Kraft van het Sanatorium Weisser Hirsch bij Dresden schreef aan dr. Kuyper het volgende: Uwe Excellentie komt nogmaals schriftelijk op de vraag terug, die ik bij de twee laatste consultatièn reeds mondeling mot u besprak, en waarop ik mijn antwoord, om de strekking der gevolgen, gaarne schriftelijk be vestig. Het komt voor U aan op de beslis sing, of Gij liet, bij den achteruitgang van Uw gehoor, die na een korte be terschap weer intrad, en die zelfs bij een gesprek onder vier oogen een zoo ingespannen oplettendheid van U vor dert, dat Gij meer dan eens merkt, hoe Ge of niet recht verstaat of mis verstaat, nog langer verantwoorden kunt, voor U zelf, voor Uwe familie eu voor Uw partijgenooten, Uw Ka merzetel en de daaraan verbonden verplichtingen van partijchef te blij ven waarnemen, aan de Commissie vergaderingen en openbare debatten deel te nemen en in beslissende oo-1 genbliklcen bij een stormachtig Ka- mergewoel moe in te grijpen. Ik heb met ingenomenheid de algemeens be terschap van Uw gestel sedert de kuur van het vorige jaar kunnen constateeren; ik moet echter tot mijn leedwezen erkennen, dat de achteruit gang in Uw gehoor niettegenstaan de de zorgvuldige behandeling, die U blijkbaar van specialisten ten deel viel, thans niet meer te verbloemen is. Hierin doet zich eene omstandigheid voor, die mij, In weerwil van uwe overigens bewonderenswaardige pro ductiviteit, noodzaakt met uw hoogen leeftijd van 75 jaar en niet minder met het erfelijk belast zijn van uw familie voor wat het gehoor betreft te rekenen, als metterdaad ernsti- gen twijfel wekkend, of er nog mo gelijkheid van beterschap voorhan den zou zijn, zoodat ik van mijn mon deling reeds herhaaldelijk gegeven raad, om zonder verder uitstel van uw parlementaire positie te scheiden, niets terugnemen kan. Uw gevoel van verantwoordelijk heid is te groot, om u het gebrek in uw gehoor, in zulk een positie als de uwe is, voortdurend te doen dragen, zonder dat een bang gevoel van twijfel in u opkomt, of gij nog het recht bezit om zulk een positie te blij ven innemen. Daar nu hieruit een strijd lusschen eigen plichten en den wunsch van uw partijgenooten ge boren wordt, moet de geneesheer u een categorisch „Tot hiertoe en niet verder!" gebiedend toeroepen. De groote inspanning van kracht, die de pogingen om het gehoordefect onschadelijk te maken, vordert, be dreigt uw gezondheid en mag niet vorder door U ten beste worden ge geven. Jlet beroep van Uw vrienden op Uw offervaardigheid ton algemee ne» nutte, mag er niet ton slotte toe luiden, dat hetgeen alleen een lang durig on aan actie rijk leven kro nen kan, verzaakt zou worden, t. het klare bewustzijn, geen oogenblik langer U aan zulk een parlementaire positie te hebben vastgeklemd, dan 't bezit voortduurde van alle die quali- teitcn, die alleen tot het innomen van zulk een positie recht geven. Gij zult ook buiten ii> Tweede Ka mer uit den schat van l.'w kennis en ervaring nog in zoo rijke mate de kunst verstaan om in woord eh schrift van het Uwe ten beste te ge ven, dat niemand van U vergen kan if mag, dat Gij de juiste waardij van Uw levenswerk in gevaar zoudt bren gen, door niet te rekenen met het on- omstootelijke feit, dat een toenemen de verzwakking van Uw gehoor U on- •erbiddellijk uitschakelt uit zulk een positie, waarvoor een goed gehoor ais conditio sin qua non gebiedend ge vorderd wordt. Verre staande van het politieke le- ■oii in Uw land, alleen als geneesheer ii wien Gij vertrouwen loondet te stellen, gaf ik U dezen raad, een raad waarvan Uw partijgenooten zei ven den louter humane» gedachten- gang zullen inzien, indien U het noo- dig keurt hem publiek te maken. Mo ge de verkwikkende berglucht van het Riesengebirge U zoo weldadig verkwikking geven, dat Ge, ontlast an een niet meer te dragen verant woordelijkheid, het otium laborosum cum dignitate nog recht lang en vreugdevol genieten moogt, wenscht U van harte Uw U hoogachtend dienaar (w. g.) Prof. dr. KRAFT, Chef-geneesheer van dr. Lahmann's Sanatorium Weisser Hirsch. AFSCHAFFING VAN NACHTARBEID IN HET BAKKERSBEDRIJF. Gisteravond is te Utrecht aangevan gen liet derde congres van het natio naal comité voor afschaffing van nachtarbeid in het bakkersbedrijf. In deze eerste zitting heeft het na tionaal comité met de afgevaardigden an de verschillende bij het comité aangesloten organisoties een bespre king gehouden, waarbij nog eens dui delijk in het licht werd gesteld, dat het standpunt van het comité van de oprichting af tot op dit oogenblik toe nog niet is veranderd, d. w. z., dat aan den eisch van absolute afschaf fing van den nachtarbeid wordt vast gehouden. Met dit standpunt bleken de afge vaardigden zich te kunnen vereenigen. De aanneming van het ontwerp-Aal- berse werd dientengevolge met wen- echelijk geacht Aan het comité werd opgedragen een regeling te treffen, waardoor de actie op een gezonder fiuaucieele ba sis zou komen te staan, en maatre gelen te beramen de organisatie nog hechter te maken. Heden is in Utrecht liet eigenlijke congres officieel geopend, en werd ge leid door den heer F. VV. Hutter, uit Amsterdam, voorzitter van dit Co mité. In zijn openingsrede heette hü allen hartelijk welkom, ae vertegenwoordigers van patroons en arbeidersbonden in het bakkersbe drijf, alsmede de vertegenwoordigers van sympathiseerende bonden en ver eenigingen in andere vakken. Spr. uil te zijn teleurstelling over de verwerping va», de bakkerswet, welk feit in alle klingen van ons volk groo- te beroering heef', gewekt De heer Hutter herinnerde er aan, dut na de indiening van Minister Tal ma's ontwerp van wet, in de parlemen taire wateren een worsteling gevolgd is, die verbazing afdwingt. Herhaalde malen werd door hot Comité aange drongen op spoedige behandeling de zer wet en de motie-Troelstra in 191(1 was oorzaak, dat nog twee jaar moest gewacht worden dat het ontwerp in de parlementaire haven voor behande- li ng aan de beurt kwam. De afloop is allen bekend terwijl toch algemeen werd verwacht, dat de goede wil des Ministers beloond zou worden door den steun van een groot deel der Tweede Kamerleden, liep al les geheel anders af. De 5de Juni was voor i ede ren bakker met zijn gezin een groote nederlaag, hetgeen zelfs ge voeld werd door menschen buiten het bakkersbedrijf staande en die daar over hun afkeuring uitspraken. liet Nationaal Comité stelde als zijn houding vast de actie voort te zetten, want het eens ingenomen standpunt werd in een motie belichaamd en in dc 6 Augustus gehouden vergadering opnieuw bestendigd. Met dit stand punt, aldus de voorzitter, treden wij heden weer in het front en wij houden dit Congres om, gezien de groote be langstelling ia de protestmoties tegen do verwerping van de bakkerswet, al le strijdende makkers uit patroons en gezellen bijeen te roepen, ten einde te beraden wat in de huidige omstandig heden te doen valt. Dit Congres staat dus opnieuw in het teeken van den strijd voor afschaffing van den nacht arbeid. Algeheele afschaffing van den nacht arbeid is ons parool en met deze leuze trekken wij weder voorwaarts. Er be staan dus geen redenen om dit stand punt te wijzigen. De verwerping der wet heeft nog in het geheel geen in vloed op de actie der bakkersbonden gehad. Integendeel, menigeen is ont waakt en tot het besef gekomen, dat er nog meer gedaan moet worden. Het Congres zal tot gevolg hebben, dat vele plaatselijke vereenigingen en comité's, die na de verwerping ont stonden, nu met elkander verband zoe ken en een actie kunnen ontwikkelen, zooals nooit te voren geschiedde. Co mité's, welke vroeger niet bestonden, zijn nu opgericht, om te ijveren voor het absoluut verbod van nachtarbeid. Het doel van liet Comité wordt met dit Congres bereikt, indien meer dan ooit de actie levendiger wordt. Spr. kwam op tegen de voorstelling als zen bet Comité in aidere banen zijn ge leid. Spr. wees daarna op het feit, dat de hoeren Kamerleden Mr. Aalberse on Passtoors pogingen hebben gedaan, om dc bakkers te hulp te komen. De heer lluttor bracht hulde aan deze mannen voor den arbeid door hen in dc Kamer tijdens dc behandeling der wot verricht en voor de moeite, rise zij zich nu weer geven, om de hakkers to helpen. Het ontwerp, van wet, dat de ze hoeren hebben ingediend, heeft ve le hoofden warm gemaakt en al kan spr. /ich voorstellen, dat men na de groote teleurstelling alles aangrijpt, toch zal ieder moeten toegeven, dat afschaffing van den nachtarbeid in volstrekte» zin in dit ontwerp van wet niet is te vinden. Vandaar kon het Nationaal Connté niet in dit spoor medegaan en sprak zich op C Augus tus duidelijk uit. Nadat spr. er nog op gewezen had, dat het doel niet is iemand in het be drijf te beiiadeelen en hij de punten had gomemoieerd, waarover de vier aangekondigde sprekers hel woord zullen voeren, verklaarde spr. het Congres voor geopend. Koloniën BESMETTELIJKE ZIEKTEN. Van 2—9 Augustus kwamen te Soe- rabaja 4 gevallen van cholera voor, waarvan 2 doodelijk. Goduren dc hetzelfde tijdvak kwa men 70 pokkengevallen voor, waar van 10 doodelijk. Gemengd Nieuws VERNIELZUCHT. In het museum te Versailles is ie mand bezig geweest met een mes de schilderijen te beschadigen. Niet minder dan vier doeken, waarop ia- fereclon uit de geschiedenis van Frankrijk zijn voorgesteld, werdep ernstig geschonden. TREURIG ONGELUK. Zondagochtend zijn zes leerlooiers- knechts te Luxemburg in een kuil gevallen. Vier kwamen er om, de twee anderen zijn gered. DE RAMP IN DE CLARENCE- MIJN. Zaterdagnamiddag had eene be raadslaging plaats van ingenieurs en mijnwerkers over de laatste beschik kingen voor een nieuwe poging om in de mijn door te dringen in dc rich ting van hel vuur. Er werd besloten alles in het werk te stellen om in het brandend gedeel te der mijn door te dringen en de lijken, die zich daar nog bevinden, te bergen. De heer Weill, directeur van het mijnwezen bij het departement van openbare werken, moet verklaard hebben, dat hoe ongelooflijk het ook klinken moge. er nog hoop is om le venden aan te treffen in de mijn, achter den wal van ingestorte aarde en metselwerk. SNEEUW IN DE RIVIERA. In heel het zuiden van Frankrijk ls het slecht weder. De „mistral" blaast voortdurend over het land en het is er bitter koud. In de Riviera is zelfs sneeuw gevallen. EEN DORP BEDREIGD. Het dorp Perarolo, gelegen aan de samenvloeiing van Piave en Boile. en vroeger de haven van Venetië gchce- ten, verkeert in het gevaar begraven te worden onder rotsblokken en van de liooge omringende bergen neer stortende aarde. Dinsdag jl. had een groote aard storting plaats \an een dier bergen, waarvan de hellingen door de aan houdende regens geheel doorweekt waren. Nu is men wel aan "t werk ge togen om het dorp voor de gevreesde ramp te bewaren, maar wellicht te vergeefs. De bewoners hebben reeds hun huizen moeten verlaten. Perarolo heeft reeds meer van aardstortingen te lijden gehad, zoo in 1708, toen het geheele dorp als het ware door de neerstortende rotsmas' sa's werd meegesleurd. Weinige ja ren geleden werden ook nog de kerk en vele huizen van het dorp door een aardstorting vernield van denzelfden berg, waarvan nu het gevaar dreigt, HET POLITIECOMPLOT. Uit Parijs wordt aan do Cour. go seind: Den commissaris de Bordes is een disciplinaire straf opgelegd. Hij werd nL veroordeeld tot inhouding van 15 dagen traktement en over plaatsing. Een aan de pers medegedeelde no a verklaart, dat de Bordes niet schuldig is aan T provoceeren van een misdaad, maar, dat htj zich on voorzichtig om den tuin heeft laten leiden. Bovendien heeft hij de fout begaan, om zijn chefs niet op de hoogte te stellen van de besprekin gen, die 'hij niet Verneuil voerde. EEN KRANKZINNIGE. In Berlijn heeft een krankzinnige eeu verschrikkelijk onheil aange richt. In de Barfusstrasse in het noorden der stad gooide de kleerma ker Gruhn eerst zijn vrouw en daar na zijn twee dochtertjes van 10 en 6 jaar uit een raam van de tweede verdieping. Toen smeet hij het grootste deel van het huisraad naar beneden om vervolgens zelf uit het raam te springen. Zwaar gewond bleef hij op straat liggen. Ook de vrouw ea de kinderen werden ernstig gewond. Allen werden naar een ziekenhuis vervoerd. De man was al langen tijd geheel in de war, zeer opgewonden en ru zieachtig. Dien avond was hij laat uit een drankhuis thuis gekomen en was toen erg gaan opspelen. Hij was 38 jaar oud en had zeer goede ver diensten. De kinderen waren uit zijn eerste huwelijk, de tegenwoordige vrouw was slechts 21 Jaar. Men heeft hier een ernstig geval van dronke-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1912 | | pagina 6