Haarlems Dm
GOUDEN VISIOENEN.
TWEEDE BLAD
Maandag 30 Jnnl 1913
Een uitstapje door den
Vulkaaischsn Elfnl.
in.
VAN EISENSChaiifT NAAR MAN
DERSCHEID.
Lit n.ijii vorigen brief bleek, dat
Eisenschnitt géén g'*-de geiegeanenl
aanbood voor verblijf als de slechtei da
gen komen. De kamers zijn laag en
somber, doordat men over "t algemeen
kleine ramen in de huizen maakt en
die van binnen nog met gordijnen be
hangt en, zoo als in mijn woning, van
buiten nog met afbangènde klimplan
ten bovendien verduisterde, zoodat
men bij rcgenvveder nauwlïjks licht
heeft.
II co wel de afstand naar Mander
scheid nog al groot is, maakten wij het
plan daar eens been ui gaan, om ie
zien, hoe 't daai met logies gesteld
was. wa.nl voor de dagen die wij in
den Eiftl dachten door te brengen, wil
den wij 's avoids of bij slecht weder
niet. in een donkere kamer zitten.
Wij hadden den geheelen dag voor
ons, dus 't een en ander bij ons gesto
ken.en teen den grootcn weg op. Even
buiten 't dorp heeft men eon zeldzaam
gezicht over '1 Salmtul. daar afgeslo
ten door de ruïne Himmevod, terwijl
bet geheel omlijst is door de zware
wonden der omliggende bergen. Van
Eisonsehmitt uit is de weg stijgende,
doch op enkele punten konden wij door
't volgen van een voetpad soms gehee-
le bochten afsnijden. Zoo onder ande
ren bij mijlpaal 31.2 een voetpad door
'bet bosch en wij kwamen bij 31.8 weer
op den weg, waar wij een bank von
den en gonoten van 't mooie uitzicht.
De gi >oie weg gaal. bijna geheel door
een woud, nu eens door sparren, dan
eens door beukenbosch, en is waarlijk
eenig in zijn soort. Een eind verdci
heeft men de z.g. Kaisergarten, een
groep sparren bij het splitsingspunt
van den weg, waartegenover, naar
men zegt, Napoleon I, ter herinnering
aan de geboorte van zijn zoon, een
groep dennen geplant, zou hebben,
't Zijn zoogenaamde zwarte- of Oosten
rijksche dennen, die echter volgens
hun grootte, nooit zon oud zijn.
In het midden der sparren heeft
men in 1S71 een lindenboom geplant
ter herinnering aan den oorlog van
1870-71. Een steei.enpaal voert dit jaar
tal, doch de lindenboom is dood. llier
biedt zich de gelegenheid aan om don
weg te bekorten. Links gaat een kar-
repnd naar benéden, hot Fischbachtal
in, om bij Meiftmhlen, bij den brug
over de Fischbach, zich met den groo-
len weg te verecnigon. IÏ6t is hier
waarlijk, heerlijk mooi.
Hier komen drie beken bij elkan
der: de Fischbach. de kleine Kyll en
de Licser, en 't' gezicht in het dal van
de twee andere beken met do ge
bouwtjes de Ne u-M hl de is eenig. Fris-
sche, bloemrijke weiden temidden
van donker groen woud. Een van
die opwekkende, landschappen, die
wjj in ons land missen en alleen hier
en daar in Twente zijn te vinden. Bij
de Neu-Mühle sloegen wij links het
voetpad in, dat ons brengen moest
door de. TTorngrabe. De Horngrabo
doet veel denken nan „de Klam" bij
Broden,haclv, doch op 't oogenblik was
de boek bijna droog, Volgens de. gid
sen over die omstreken, moet dit een
overblijfsel zijn van den lava-stroom,
die in de voortijden van de vulkaan,
die thans „Mosenburg" heet, hierheen
is gestroomd. Het is een imponcerend*
woud. ITooge baznltrotsen stijgen uit
het dal omhoog. Als men niet oppast
gaat men ze voorbij zonder ze te zien,
daar de dichte struiken ze grooten-
dcels verbergen. Gaal men echter
even van' hel pad af. dan ziet rnen ze
loodrecht boven zich verheffen.Defor
matie is door dc loodrechte groeven
duidelijk te onderscheiden van den
schuinen kop van de Schiifen der an
dere bergen in de omgeving.
Ik zal mij niet verdiepen in geolo
gische. beschouwingen men doet be
ter daarvoor de Düilsche literatuur
na tc slaan en om nu schoolmeester- j
achtig te wezen en te doen alsof
'tgeen uit een of ander boek is over
geschreven, resultaat van eigen stu-
die is, doe ik liever niet.
Mijn eenig doel is, hen, die dit
prachtige oord bezoeken, er op te wij
zen waar en hoe zij 't mooiste kunnen
vinden. De meeste bezoekers van dc-n
Eifcl vliegen er met rijwiel of auto
doorheen, doch om werkelijk 't mooie
te genieten, moc-t men wandelen. Ook I
voor liefhebbers van botaniseeren is
't hier een heerlijke streek, en zij die
zich met photographeeren onledig
houden, kunnen interessante kiekjes
verzamelen.
m dit jaargetijde is 't werkelijk
verrassend hoe bloemrijk de Eifelda-
len zijn, maar ook de berghellingen
zijn overrijk. Wat hier zoo verschilt
met onze streken, dat is dat de bo
dem vochtiger is. Wanneer men in
in onze Velüwe, duinstreek of 't Gooi
op de heide of in dennenbosch loopt,
brandt het gloeiende zand onder de
voeten of rolt weg, wat het loopen be
moeilijk.
Hier niet, de teemachtige bodom
mag hier of daar wat glibberig zijn,
als 't droog is, is het vast en stevig en
bieden stukken steen veelal goede
steunpunten.
De sterk hellende voetpaden of kar-
rewegen zijn daarom beter te beloo-
pen dan in onze duinen of op de Ve
luwe.
Van de Homgraben brengt een
prachtig voetpad u door 't woud langs
do kleine Kyll naai' de Heidsmühle
van daar langs een voetpad dat de
vele bochten in den rijweg afsnijdt
naar Mhndérseheïd.
Hier aan de Heidsmühle had ik ge
vonden wat ik zocht. Aan deze Mühle
(een meel- en houtzaagmolen) is e
hotel verbonden, dat voor een zom.
verblijf geknipt is. Eenvoudig, zinde
lijk en tamelijk ronfortable ingericht,
is het zeer aan te bevelen. Het ligt. in
een lief, bloeiend dal en is voor hen,
die 't eenvoudige voor lief nemen en
geen druk hotel zoeken als geknipt. Ik
besloot dan ook te Eisenschmitt onze
matten op te rollen en hier mijn
villi op te slaan en 't heeft mij niet
rouwd.
Het is een middelpunt van heerlijke
wandelingen in de omgeving. De weg
naar Manderscheid is niet lang berg
opwaarts, hoogstens een 20 minuten
en wie de mooie punten bij Mander
scheid wil zien, kan even goed hier
logeeren als in Manderscheid, Heids
mühle ligt in 't dal. Manderscheid
hoog en daar de mooiste punten juist
in de dalen gelegen zijn moet men in
Manderscheid wonende, na een dik
wijls moeilijken tocht naar boven
klimmen, terwijl men voor een ver
blijf in 't dal, na de wandelingen bij
na steeds een dalenden weg lieeft.
Wie echter de voorkeur geeft aan
druk hotelleven met veel medegasten
cm zich heen, doet beter, te Mander
scheid te logeeren, want het kan daar
in den echten toeristentijd erg druk
zijn. De stad Manderscheid biedt
tal van hotels aan en naar ik er van
zag, nu het reisseizoen feitelijk nog
niet begonnen is, kan ik mij dit best
voorstellen.
De eerste wandeling, die ik vin
Ilcids Mühle uit begon, was natuur
lijk voor een bezoek aan den Moscn-
berg, een der oude vulkanen van den
Ei fel De berg is 519 meter hoog en
heeft in den oertijd 4 kraters gehad,
die nog duidelijk zijn aan te wijzen.
Twee dezer vormen nu twee moer
tjes.
De eerste Wnnsenbergor of Mosi-n-
bergermeer is de grootste, is 4 meter
diep, d-e bodem ligt cp 467.5 boven zee.
De tweede, het Ilintclsmeer, is geheel
door moerasplanten dicht gegroeid.
Duidelijk vindt men de grenzen door
oud lava-zand aangegeven.
De randen rler laagste kraters zijn
ook zeer duidelijk aan te wijzen, en
zelfs is duidelijk de opening te zien,,
waardoor de lavastroom zich oen weg
had gebaand naar beneden. Op den
weg' van de Heidsmühle passeerde ik
een groove, waaruit men de zwarte
oudo lava brak, om voor bouwmate
riaal gebruikt te worden. De meeste
boeren- en burgerhuizen worden uit
dezen steen opgetrokken, niet alleen in
Manderscheid maar ooi? in Bcttefeld.
De Moscnberg is aan één zijde be
groeid, doch overigons- kaal. Op een
der hoogste punten heeft men een
Schütshütte gebouwd, vanwaar men
een prachtig uitzicht heeft' over de
omgeving. De Mosehberg beheerscht
do gelieeïe omgeving, doch voor een
wandeling moet men een niet te zon-
nigen dag kiezen, want veel schaduw
heeft men er niet,.
Wie van de wilde flora 'horadt, kan
hier genieten. Dc zag hier bloemen
weiden, die men op den vulkanischen
bodem niet zou denken te vinden.
Bij onzen tocht gingen wij langs een
klaverweide, bestaande uit onze
gewone rootte klaver, bovendien nog
uit do groote gele klaver (w oud kla
ver)Daaruit, op rezen prachtige aren
van Adder Long (Egyum vulgus), don-
kerroode klaprozen, gele toortsen,
witte margrieten en rijzige- vinger
hoedskruiden. Alles te seamen zulk een
schoon bloembed, als men zich maar
denken kan.
Op een andere plaats waren het
weer uitsluitend Vingerhoedskruid
(Digitalis)' en Addertong met onder
grond van zenneroosjes," (Helianthc-
imun) en Lactuca's en Witte Silene.
Talrijke planten, uie in ons land
slechts nu en dan In Limburg voorko
men, ziet men hier bij massa's. Vele
onzer gekweelde tuinplanten komen
hier In het wild voor.
De omgeving Is zeer boschrijk, aan
genaam afgewisseld door wellanden
langs dc beken, die door struiken van
Spiraea suliclfolia en vele oeverplan
ten zijn omzoomd.
Het is. werkelijk een heerlijk moot
land en daarom veel beaodht.
In een volgenden brief wil ik trach
ten eenige wandelingen aan te geven,
voor hen die deze streken willen be
zoeken. De koele boschwegen bieden
in den zomer zooveel genot, dat men
er moeilijk van scheiden kan. Het is
er stil en rustig en te-ces uit Mander
scheid komen er wel af en toe, doch
die blijven 't liefst (liclit bij huis en
bezoeken de druk bezochte punten uit
de omgeving van hun verblijf.
Dezo omgeving bevat werkelijk veel
schoons, doch door het drukke be
zoek gaat er veel van do bekoring
verloren.
Men vtndl daar ook de sporen van
druk stadsmcnschen bezoek, die ge
neigd zijn (lout comma chez nous)
overal papieren etc. adhter te laten.
Op een dier punten, o.a. bij de Bel
védère, was het zelfs zoo erg, dat ik
dacht: „Hier komen zeker veel Hol
landers", want die verstaan die
kunst het best.
LEONARD A. SPRINGER.
Buitenlandscli Overzicht
D© BalkanvuEkaan.
Nog altijd staat de barometer op
veranderlijk. Nu eens is 't, of (te
naald naar storm (oorlog) wil loopen,
dan wec-r of t mooie weer (vrede! dc
meeste aantrekkingskracht uitoefent.
liet is dus nog altijd onzeker, of do
geschillen der Balkanstaten zonder
geweld in 't reine zullen komen. Af
wachten is nog de boodschap Inlus-
sehen blijkt het. wel. dat. de mogend
heden do arbitrage-voorstellen van
Rusland steunen.
Een incident.
Gedurende het oponthoud van een
Oostenrijksche hoot, waarmee 40 Bul-
gaarsche soldaten vervoerd werden,
te Glvurghevo aan de Uonan. tracht
ten twee soldaten van Turksche na
tionaliteit te ontvluchten. De korpo
raal, die hen achterna zette, werd
door Roem&insche soldaten gearres
teerd, De B ilgaarsch© soldaten mani
festeerden heftig en verklaarden den
kapitein, dat zij zijn schip niet zouden
laten vertrekken, als 'hun korporaal
niet in vrijheid werd gesteld. De
stuurlieden on do Oostenrijksche 'con-
sul bemoeiden zich mot de zaak, waar- j
op rle korporaal in vrijheid werd ge
steld.
Grieken on Bulgaren.
Een compagnie Bulgaren trachtte
zoo wordt uit Athene geseind de
neutrale Grieksch-Bulgaarschc linie
hij het meer van Kerkiniti te over
schrijden. De Bulgaren werden afge
wezen en trokken zich terug.
De Grieken losten een dertigtal ge
weerschoten, die dc Bulgaren ver
plichtten hun oorspronkelijke stellin
gen weer pp te zoeken.
Mobilisatie Roemenië.
De correspondent van de „Noue
Frcic Presse" te Boecharèst., zegt uit
goéde bron té' weten, dat, de mobilisa
tie van het Roemeensche leger thans
is afgeloopen. Dc doorvoer van koop
waren op de Roemeensche spoorwe
gen is gestaakt.
Do legerwetten In Dultscbland
Bij de derde lezing der legerwettcn
in den Rijksdag, Zaterdag gehouden,
zette de soc.-dem. afgevaardigde
Scheidemann uileen, dot cte socianl-
demcraten zich niet overtuigen kun
nen van de noodzakelijkheid der le-
gervvetten. Duitschland drijft door
zijn oorlogstoebereidseleu ook de an
dere staten tot nieuwe krijgstoerus
tingen.
Do Rijkskanselier antwoordde hier
op: De sociaal-democraten willen zich
niet van de noodzakelijkheid laten
overtuigen, wijl zij blind zijn voor de
feiten, die de regeering en met haai j
d egroote meerderheid van den Rijks
dag overtuigen, dut wij deze legerwet
tcn alleen ter bescherming van liet
land noodig hebben Ik vind geen
woord om de uitdrukking van Schei
demann, dat wij met deze voorstellen
als „agent provocateur" voor nieuwe
krijgstoerustingen optreden, af te wij
zen (geroep ..zeer juist!" bij dc con
servatieven, afkeuring bij de-sociaal
democraten). Ik bestrijd liet verwijt,
dut wij met deze Icgerwelien naar den
oorlog willen drijven. Wij zoeken in
de geheele wereld geen vijandschap
Vs.nsclien niet allo buren in vrede
en vriendschap te leven.
Duitschland heeft sedert langen tijd
bewezen, dal liet geen oorlogspolitiek
voert. De sociaal-democraten moesten
dit historische feit niet voorbijzien,
evenmin als de historische waarheid,
dat kracht de beste beveiliging is to
gen eèn aanval. ITet Ts den sociaal-de
mocraten echter er niet om te doen,
om met hun critiek verbetering aan
te brengen, wijl zij slechts vernietigen
niet opbouwen, willen. (Stormachtige
tegenspraak en rumoer bij de soc.-
dem.) Maar hun pogingen om bet ver
trouwen van het volk in het leger re
vernietigen zullen geen resultaat heb
ben. (Levendige toejuiching rechts.)
In het volk leeft bet bewustzijn,
wat Duitschland aan zijn leger dankt,
namelijk welstand, macht en de
Duitsche eenheid. Het volk ziet in het
eigen leger, de eigen eer (levendige
toejuichingen bij d eregeeringspartij-
Uit die geduchte is de legerwet voort
gekomen, en eveneens de instem
ming van do groote meerderheid in
hel volk, die den Rijksdag zal danken
voor zijn besluit. (Levendige toejui
ching rechts, sissen links).
Scheidemann antwoordt: Ik protes
teer tegen het verwijt van den Rijks
kanselier, dat wij geen verbetering
willen, lk betreur het dat de president
mijn partij niet tegen zulk een verwijt
in bescherming neemt. (Voortdurend
President Kampf verklaart die woor
den voor onbehoorlijk en roept den
spreker tot de orde. (Bravot-geroep
rechts, rumoer bij do soc.-dem.)
Scheidemann vraagt: Wat geeft
den Rijkskanselier het recht, hier na
mens het volk te spreken. (Gelach
rechts, opnieuw wordt links geroepen:
„Ongehoordl" Voortdurend is er ru
moer.)
Scheidemann gaat voort: Wij zijn
de vertegenwoordigers van de meer
derheid van het Duitsche volk (gelach
rechts) en wij voeren den strijd tegen
bet rnilïtairisme, tegen bet geheele
stelsel, ook tegen den Rijkskanselier!
(Luide toejuichingen links, aanhou
dend rumoer en sissen rechts.)
Dc algemeene beraadslagingen
werden gesloten.
Do stemming over artikel 1 zal he
den. Maandag, worden gehouden.
Op dezen dag zal ook de stem
ming plaats hebben over een voorstel
van nationaal-liberalen en conserva
tieven, om de gevraagde zes cavalerie
regimenten weer .in de wet op te ne
men (de begrootingscommissie had
deze regimenten 'geschrapt). De mi
nister van oorlog heeft herhaaldelijk
aangedrongen op herstel der oor
spronkelijke aanvrage.
Allerlei
Een Spaansch mission-
naris in China vermoord.
Uit Peking wordt (volgens dc „Cou
rant," gemeld, dat door den bisschop
van Taynensu aan de Fransche am
bassade mededeeling is gedaan van
het vermoorden van den Spaanschen
missionnaris Bernot, in Kiachow
(prov. Schensi), waar op toogenblik
onder 3000 Chineezen een oproer ont
staan is, waartegen do 200 man ster
ke troepenmacht niets kan uitrichten.
Dc Chineesclie regoering heeft be
loofd, maatregelen te zullen treffen
om de rust te herstellen ©n de schul
digen te straffen.
Eenigen tijd geleden hebben de
Ghineeschc troepen den beruchteu
bandiet, die onder den naam Witte
Wolf met zijn aanhangers de geheele
provincie Honan terroriseerde, ver
rast :©n do bende bijna geheel uitge
roeid; 600 bandieten werden gedood
en 80 gevangen genomen.
Binnenland
EERSTE KAMER.
Naar het „Huisgezin" verneemt,
heeft, do hoer W. Prinzen te Helmond
wegens gezondheidsredenen zijn ont
slag ingediend als lid der Eerste Ka
mer voor Noord-Brabant.
MINISTER TALMA.
Het gerucht loopt, dat een der anti-
rcvolulionnaïre leden der Tweede
Kanier in een vast district zal altre
den, om zijn zetel a< te staan aan den
heer A. S. Talma, zoo meldt de Tel.
Mr. TROELSTRA.
liet Kamerlid Troelstra gaat, na de
vermoeiende campagne der laatste
maanden, eenigen tijd rust nemen in
het Harzgehergte, waarheen hij Zon
dag vertrok.
MR. TROELSTRA OVER DEN
POLITIKKEN TOESTAND.
Een redacteur van het Persbureau,
M. S. Vas Dïus, heeft in het Alg. Han
delsblad gepubliceerd een onder
hond dat hij met mr. P. J, Troelstra
had over den politieken toestand.
Op de vraag in hoeverre de soci
aal-democraten de verplichting op
zich denken te nemen deel uit te
maken van het nieuw te vormen ka
binet, antwoordde mr. Troelstra, dat
zij .niet het eerst aan bod zijn, maar
wei links.
Een andere vraag ls dezezullen
de sociaal-democraten gevraagd wor-1
den om deel uit le maken van het ka-
binet.
Dit nu werd door mr. Troelstra op
verschillende gronden betwijfeld.
1 Wat de mogelijkheid van regeeren
van een vrijzinnig ministerie betreft,
hieromtrent zei mr. "Troelstra
Het komt mij voor, dat de moge
lijkheid grooter is zonder dan met de
socialistische ministers. Immers als
de vrijzinnigen zich, zooals de „Nieu
we Rotterd. Courant" doet. beroepen
op onze getalsterkte in de Kamer om
daaruit de noodzakelijkheid van het
aanvaarden eener portefeuille onzer
zijds af te leiden, dan moeten zij niet
vergeten, dat die getalsterkte ons niet
op één, maar op drie portefeuilles
recht geeft. En wanneer zij de invoe
ring van het algemeen kiesrecht af
hankelijk zouden willen stelten van
ons zitting nemen in hét kabinet,
dan hebben zij te bedenken, dat een
maal dit beginsel aanvaard, er uit
voortvloeit, dat althans de portefeuil
le van binnenlandsche zaken aan een
sociaal-democraat zou moeten wor
den toegewezen. Of men het gezag
over de burgemeesters enz. hij voor
keur zou willen leggen in handen
van personen, van wie zwart op wit
is verklaard, dat zij de grondslagen
der maatschappij ondermijnen en een
hersenschimmig doel najagen, komt
mij alsnog eenigszins twijfelachtig
voor.
Verder zei mr. Troelstra o a.
Wanneer de vrijzinnigen ons tot
medewerking zouden uitnoodigen om
daardoor vaster te staan, zouden zij
niet moeten vergeten, dat bij uit
voering van hun program, zooals dat
door de beantwoording der vragc-n
nader is gepreciseerd, van ons heb
ben te verwachten de eerlijke mede
werking en steun, niet ten hunnen
behoeve, maar in ons eigen belang.
Daarentegen is juist de rechterzijde
tegen dat program gekant en zal zij
elke gelegenheid gebruiken om de uit
voering daarvan te verhinderen.
Ten opzichte der punten, die niet op
het program staan, als militaïrisme,
is de toestand zeker niet van ernstige
bezwaren ontbloot. Men overdrijve
evenwel die bezwaren niet. Een vrij
zinnige regeering heeft ten opzichte
van het militairisme tweeërlei keuze.
Zij kunnen zich voornemen te dezen
opzichte de continuïteit te betrach
ten, zooals trouwens verschillende
harer woordvoerders, o.a. de heeren
Goeman Borgesius, Dc Jong (Hilver
sum) in uitzicht hebben gesteld-, ten
zij een militaire begrooting wordt in
gediend. die door de rechterzijde niet
kan worden afgestemd, zonder dat
deze zich daarbij voor het volk bJa-
meert op nog veel erger wijze dan zij
zich reeds geblameerd heeft. In dit
ondersteld geval hebben de vrijzin
nigen de socialistische stemmen voor
oorlog en marine niet noodig. De
tweede mogelijkheid is, dat de vrij
zinnige regeering op het punt mili
tairisme zal trachten te bezuinigen.
Mij dunkt, dat zij zelve hiertoe zou
moeten overgaan, wegens de noodza
kelijkheid om voor ouderdoms-pensi-
oen en dergelijke dc noodige midde
len beschikbaar te krijgen, zonder
tot al te groote belaslingverhooging te
behoeven over tc gaan. Nu hebben
wij, socialisten, reeds in den nacht
van Staal getoond, in het geval van
een poging tot bezuiniging, die in de
oorlogsbegrooting is opgenomen, on
ze verantwoordelijkheid te gevoelen.
Dóór. .ons toen terug te trekken van
de stelling hebben wij den aanleg' der
rechtschen, om met onze hulp dc bc-
grooting te verwerpen, verijdeld.
Over den nacht van Staal is in socia
listische kringen nog al wat tc doen
geweest.
Het optreden van een socialistisch
minister is niet noodig, meent mr.
Troelstra, Indien slechts een vrijzin
nige regeering met voortvarendheid
werkt aan de uilvoering van haar ei
gen programma, en dat integendeel
het weerstandsvermogen van een der
gelijke regeering zwakker zou zijn als
er wel dan als er geen socialist In
zou worden opgenomen. Ik heb bij
dit alles alleen geredeneerd uit de
politieke constellatie van het oogen
blik en de parlementaire vooruit
zichten en mogeijkheden onder een
vrijzinnig kabinet,
De nieuw op te treden regeering
moet z-ich, naar mr, Troelslra's mee-
ning beschouwen als een ministerie
van grondwetsherziening, dat tevens
de wet-Talma i:i de richting van
Staatspensioen heeft te liquideereu.
Of -dit moet geschieden door intrek
king van die wet. of door haar niet
uit te voeren, is een kwestie van op
portuniteit. Wij hebben hier natuur
lijk te doen met de Eerste Kamer, die
misschien over drie jaar gemakkelij
ker zal zijn te hanteeren dan thans.
Toch meen ik, dat men voor de Eer
ste Kamer niet al te bang moet zijn.
Als zij een voorstel tot 't in overwe
ging nemen van Grondwetswijziging
of een voorstel tot uitbreiding van
art. 369 der wet-Talma mocht afstem-
men lokt zij een conflict uit, en een i
agitatie tegen haar eigen bestaan in
het volk, dat zeker èn aan haar recht-
sche meerderheid èn aan naar con-
stitutioneele positie ernstige schade
zou doen, en haar ontbinding zou ze
ker voor de hand liggen. Of Provin-1
ciale Staten ondanks hun n'
bindbaarhefd haar in hare tegen
woordige samenstelling zouden hand
haven, lijkt mij twijfelachtig. En
wat de grondwetsherziening betreft,
deze kan, dunkt mij, vrij spoedig tot
stand komen.
KOETSIERSSTAKING TE IIILVER
SUM.
Nadat do Ned. Hond van Transport
arbeiders reeds sedert eenigen tijd een
lo.onactie voerde, dfe echter tot geen
resultaat leidde, is in een vergadering
van de nfd. Hilversum van dien bond,
in den nacht van Zaterdag op Zondag
gehouden vergadering, besloten tot
staking over te gaan. Door het hoofd
bestuur van dien hond is een manifest
uitgegeven, waarin de grieven der
stattende koetsiers en voerlieden wor
den uiteeugezet.
Geëiseht wordt hooger loon en kor
ter arbeidsduur.
De stalhouders willen van dezo
cischen slechts toestaan een vrijen dag
om dedrio weken. (De gezellen vragen
1 vrijen dag om de 14 dagen en 3 vrij©
avonden in do week).
In overleg met de doktoren, willen
de patroons trachten liet loon van <lo
dokterskoetsiers te verbeteren.
Zondag nam (naar we in de Courant
lezen) de staking bij alle stathouders
een aanvang. Slechts bij één stalhou
der bleven enkele koetsiers aan i et
'■yerk. Volgens opgave der stakers wil
ligde één stalhouder hun eischen in.
doch deze werkt bijna uitsluitend met
familieleden.
Door de stakers wordt gepost.
Verschillende stalhouders vervingen
do rijtuigen tijdelijk door automobie
len, daar zij deze voertuigen toch
reeds in hun bc-zit hadden.
Verschillende rijtuigen wonden ge
volgd door een politic-agent per rij
wiel.
Een uitrijdende automobiel van een
der stalhouders werd aangehouden
dooreen slaker, die den chauffeur een
klap gaf.
Tegen den dader is proces-verbaal
opgemaakt.
De stalhouders sloten hun stallen
Zondagavond reeds vroeg, teneinde
relletjes te voorkomen.
15 SOLDATEN ZONDER VERLOF
VERTROKKEN.
Te Utrecht zijn Vrijdag zonder ver
lof 15 manschappen der veldartillerie
van hun korps vertrokken. Naar be
weerd wordt, vindt deze desertie haat-
oorzaak in ontevredenheid over het
éten, dat in den laatsten tijd verstrekt
werd.
Nader wordt gemeld:
De gedeserteerde veldartilleristen
zijn allen opgespoord.
Drie hebben liet maar wijzer ge
vonden zichzelf weer aan te melden
en verschenen weer in de kazerne,
Gebleken is, dat het troepje zich
heeft begeven naar Oudshoorn bij
Alphen. Hier werd de nacht door
gebracht in een hooiberg. Zaterdag
zijn daar de twaalf overige man
schappen, die nog niet het voorbeeld
van hun drie kameraden gevolgd
hadden om zich vrijwillig weer bij do
militaire autoriteiten aan te melden,
door een veldwachter aangehouden.
Het „U. D." meldt nader omtrent do
desertie uit het garnizoen te Utrecht:
De klacht gold speciaal de aardap
pelen, waaronder héél wat slechten
voorkwamen, zóóveel ondeugdelijke
exemplaren, dal een groot deel van
de verstrekte hoeveelheid de spoeling-
ton inging. Hierdoor schoten even
wel zóó weinig aardappelen over, dat
de manschappen onvoldoende te eten
kregen. Over dit feit werd zoo ia
ons van de zijde der manschappen
medegedeeld ter bevoegder plaats©
geklaagd; toen werd gelast, dat in
plaats van het ontbrekende quantum
aardappelen, toespijs zou worden
verstrekt, maar uit den aard der zaak
was die toespijs niet toereikend, om
te kunnen aanvullen wat de man
schappen te weinig aan aardappelen
ontvingen. Ook dit werd ter kennis
gebracht van de betrokken autoritei
ten, waarop de toezegging volgde.dat
een en ander zou worden verbeterd.
Bij die toezegging bleef het inlus-
schen en de manschappen kregen
volgens hun oordcel te weinig voed
sel Verandering van den toc-stand
bleef uit.
KARDINAAL VAN ROSSUM
zal, naar de 's-H. Ct. meldt, in den:
loop der maand Juli do tentoonstel
ling te 's-Hertogenbosch bezoeken en
het Mysteriespel bijwonen.
Volgens bericht van den Romein-
schen correspondent van de „Tijd"
znl kardinaal Van Rossum bedelf,
Maandag, uit Rome vertrekken en
a.s. Vrijdag tegen den-avond te Am
sterdam arriveeren. Zijne Eminentio
zal Vrijdag eerst te Utrecht afstap
pen, om aan Mgr. den Aartsbisschop
een kort bezoek te brengen.
(Zie vervolg Binnenland op de 3a
pag. van het 2e blad).
F e u i 11 e t o n
Uit het Engelsch
van
DAVID CHRISTIE MURRAY.
64)
In zulk een geval als dit, geldt
zelfs lichaamsbouw, en hoe kloekge
bouwd ook, was Whittaker niet op
gewassen tegen zijn "gespierden nieu
wen kameraad, die niet meer vet aan
zijn lijf had dau een windhond. Over
't geheel had hij zijn meester gevon
den, en hoewel hij dit ongaarne
dacht, wist hij het zeer goed en was
geneigd zich er aan le onderwerpen.
Niemand, die het karakter van den
jonkman recht heeft doen wederva
ren. zal hem echter beschuldigen van
het voornemen te hebben of het
moest louter door dwang zijn om
den schat met Bowling te deelen, en
eer hij zijn makker een uur lang had
verlaten, had hij wel zes middelen
bedacht om zich van hem te ont
slaan, in geval hij zijn geheim mocht
verraden.
Bowling was van zijn werk af ge-
loopen, en in gewone dergelijke om-
standigheden, was hij gewoon een
norsch en uitdagend voorkomen aan
tc nemenmaar ditmaal liep hij
langzaam en peinzend naar bet too-
neel zijner werkzaamheden terug.
Zijn handschoenen en zijn snoei-
schaar lagen onder de heg, waar hij
ze had neergeworpen toen hij met
Whittaker de plaats verliet. Hij nam
ze op, keek er verachtelijk naar, en
glimlachte.
Die zal ik wel nooit weer ge
bruiken. zeide Bowling Hij klom de
heg over, en zoo op het terrein van
de Diergaarde gekomen, liep hij met
den handschoen zwaaiende, lang
zaam op het huis aan, naar dat ge
deelte waar de dienstboden vertrek
ken waren. Terwijl hii aanklopte
werd de deur geopend door een stal
knecht, die daarbinnen juist zijn ge
mak nam.
Mijn compliment aan je heer, zei
hij, de schaar en de handschoenen
samen nederwerpende, en dat ik hem
gaarne eens zou willen spreken. De
knecht glimlachte.
O zoo zcide hij. En waarvoor
zou jij mijn heer willen spreken
Als ik met je lieer mijn zaken
heb afgedaan, jonkman, antwoordde
Bowling bedaard, moet je hem zelf
maar vragen wat ik hem te zeggen
had. Misschien vind je 't heel raar,
maar je heer wil me even graag spro
ken als ik hem. Ik heb hem een bij
zondere boodschap le doen,
Hoe heet je? vroeg de knecht.
Van wien kom je?
Ik heel Tom Bowling. En van
wien ik kom zal je heer hooren. Neen,
je hoeft 'de deur niet dicht te doen.
Mijn compliment aan je lieer, en dat
Thomas Bowling hem iets te zeggen
heeft, dat hij graag zal hooren: Ik
heb bijzonder nieuws voor hem.
Ik kan van zooi» man als jij
zulk een boodschap niet overbren
gen, hernam de knecht. O. daar is
de generaal juist, hierover bij de stal
len. ga maar naar hem toe en neem je
kans waar om hem te spreken. Het
gaat mij niet aan.
Bowling keerde hein den rug toe
en stak de geplaveide plaats over
naar den stal, waar de generaal een
staljongen, die voor hem beefde, met
zijn rotting iets aanwees. Coningha
me wendde zich tot den nieuwaan-
gekomene toen deze naderde, met den
hoed in de hand. en de grijze lok, die
over zijn voorhoofd huig, met een ge-
tatoueerden knokkel aanrakende.
Wal moet je? vroeg Coningha-
me scherp.
Gehoorzame dienaar, mijnheer,
antwoordde Bowling, ik zou graag
onder vier oogen een woordje met u
spreken.
Welnu, wat heb je tc zeggen
Bowling zag naar den staljongen, die
nog in de nabijheid was. Spreek op,
zeidc Coninghame.
Gehoorzame dienaar, mijnheer,
herhaalde Bowling, weer de grijze lok
op zijn voorhoofd aanrakende, maar
ik wou u onder vier oogen spreken,
liet betreft een bulhond. die Pincher
heet. Deze laatste woorden werden
op.' zoo zachten toon geuit dat zij
slechts voor den generaal verstaan
baar waren. Coninghame onthutste,
en staarde hem eenige oogenblïkken
verbaasd aan.
- Ga mee, zeide bij, toen mj ge
deeltelijk van den schok bekomen
was Snel liep hij het stalplein over,
stiet het hek open, dat Bowling even
te voren was doorgegaan, en zoo
kwamen zij op het veld buiten den
tuin. Welnu, begon hij, terwijl bij
het hek liet dichtvallen, wat heb je
me te zeggen?
Ais ik mij niet vergis, zeide de
zeeman, zijn hoed in beide handen
heen en weer draaiende, zoudt gij
wel iets willen weten betreffende een
bulhond, die Pincher heet
Wat heb jc van dien hond te
vertellen vroeg Coninghame en
waurom denk je dat ik wat van hem
zou willen weten?
Ik heb heel wat van dien hond
te vertellen, antwoordde Bowling.
Ais het dezelfde hond is, ken ik ook
den man, aan wien hij hoorde. Zeg,
mijnheer, mag ik u alleronderdanigs't
een vraag doen Zijt gij weieens ge
slagen door een man, die John Smith
heette, en die een bulhond had, Pin
cher genaamd?
Coninghame's lichtblauwe oogen
glinsterden op deze vraag, en eer
Bowling de verbloemende woorden
hoorde, die er op volgden, wist hij
dat hij den rechten persoon voor
had.
Ja, ik ben door zulk een man
aangerand, zei de generaal.
Zijt gij later, met uw welne
men, bij de zitting van een krijgs
raad door dienzelfden man voor drie
kwart geworgd?
Ik ben voor de tweede maal in
tegenwoordigheid van een krijgsraad
door hem aangerand, antwoordde Co
ninghame. Zijn koele, blauwe oogen
glinsterden aïs ijskegels in het zon
licht, en de handen, die zijn retting
tegen zijn borst bogen, beefden min
of meer. Ga voort, zeide hijje
zegt dat je dien man kent?
Ik heb alle reden om.-dien man
te kennen, zeide Bowling, hem opzet
telijk in spanning houdende Hij
heeft zijn stempel op mij gezet, zijn
litteeken aanwijzende. Dat teeken
draag ik sinds vijf-en-twintig jaar.
Wees gerust dat ik hem ken.
Welnu? zeide Coninghame, met
zijn rotting in de lucht zwaaiende.
Welnu Je kent dien man
Neem me niet kwalijk, mijnheer,
ging Bowling langzaam voort, als
ik weet wie die man is, en als ik het
kan bewijzen, gaat hij dan achter
slot en grendel, zoodat hij geen
kwaad kan doen
Daar sta ik u voor in, ant
woordde Coninghame. Over je eigen
veiligheid behoef je niet ongerust to
zijn.
Goed dan, zeide Bowling, laco-
niscb. Wat zou het u waard zijn al3
ik het bewijs?
Dan geef ik u, antwoordde de
generaal, hem in oogenschouw ne
mende, en zijn eigen vurig verlan
gen wegende tegen de slechte plunje
van den man en diens wasrschijnlij-
ken wraakdorst, dan geef ik u tien
pond.
Ooo zeide Bowling, hem
aanstarende. Vanochtend hebt gij ge
zegd dat gij wel duizend pond zoude,
willen geven om wat van dien hond
te weten. Hoor eens, oude heer, gij
moet het ijzer smeden terwijl het heet
is. Neem het waar, nu ik hier ben.
lk zal dien man in uwe handen leve
ren, en dat doe ik voor honderd pond,
maar voor geen penny minder.
(Wordt vervolgd).