Buiinrs Dagblad Feuilleton TWEEDE BLAD Dinsdag 13 Juli 1913 OM ONS HEEN No. 1736 Het Ambtenarenreglement. Toen ik in een vorig nummer mel ding maakte van de wijzigingen, die de Vereeniging van ambtenaren in dienst der gemeente Haarlem in het ontwerp-rcglemcnt aangebracht wenscht te hebben, wees ik er tevens op, hoe merkwaardig het is, dat een vereeniging die in April 1912 verzocht niet over te gaan tot vaststelling van eeu dergelijk reglement, geen zestien maanden later komt met zoodanige wijzigingen, dat men feitelijk van een nieuw ontwerp spreken mag. rk weet wel wat de verklaring daar van zijn moet, dat namelijk de ver eeniging geen reglement verlangt doch indien het er dan toch Icomcn Ml, wenscht dat het zooveel mogelijk in haar geest zal zijn ingericht. Die verklaring past beter op een aantal amendementen van geringe beteeke- nis, maar nu de vereeniging feitelijk den geheelen grondslag aantast van het stelsel der Commissie volgt daar uit, dat de vereeniging wel degelijk een reglement wil. De oplossing van het geheim der twee tegenstrijdige besluiten zal dan ook wel liggen in een toevallige meerderheid in de eene en in de andere vergadering. Er heerscht in deze vereeniging een be langrijk verschil van inzicht, hetgeen bijvoorbeeld hieruit volgt, dat onlangs eer, voorstel tot aansluiting bij een Bor.d werd verworpen met een slechts kleine meerderheid, 26 tegen 16. Het zal mij daarom niet verwonderen, warneer bijvoorbeeld over een jaar met een soortgelijke stemmenverhou ding wel tot aansluiting bij een Bond besloten wordt. De conclusie, die uit een en ander te trekken is, ligt voor do hand ook de gemeente-ambtena ren doen aan de vakbeweging mee en de meer patriarchale verhouding, die den hoofdambtenaren aanleiding gaf het denkbeeld van een ambtenaren reglement totaal te verwerpen, bezat in April 1912 do instemming der eenigïng van ambtenaren wel, maar heeft die nu niet meer. Niets is gemakkelijker dan deze be schouwing met bewijzen te staven. Het meest frappante vind ik in arti kel 20. Terwijl naar het oordeel van de Raadscommissie geen vergoeding moei worden toegekend voor over werk, stelt de vereeniging van ambte naren kalmweg voor, dat daarvoor een buitengewone vergoeding, naar verhouding van het genoten salaris, zal betaald worden. De tegenstanders van een ambtena renreglement zagen het verschil tus schên een arbeider en een ambtenaar o.a. hierin, dat de eerste zijn werk kracht bij van te voren bepaalde uren- berekening afstaat, terwijl van den ambtenaar stilzwijgend verondersteld wordt, dat hij zijn tijd geheel en vol komen voor de gemeente beschikbaar stelt. Dat de vereeniging van ambte naren dit verschil omver haalt, deert haar niet iu het minstin de toelich ting lezen wij, dat evengoed als voor werklieden, voor ambtenaren beloo ningen behooren te worden toegekend wegens arbeid, buiten de gewone uren verricht. En ongetwijfeld is daar, staat men eenmaal op dit standpunt, ook niets tegen te zeggen. Maar 't is heel iets anders dan wat de Commis sie wil. In de tweede plaat9 de werktijd. Als voorgesteld wordt tien uren, kan een voorstel voor acht uur geen amen dement worden genoemd; liet is fei telijk een gansch ander voorstel. Dit valt te meer in het oog, waar de amb- tei aarsvereeniging zich niet onder werpt aan de bepaling, door de Com missie voorgesteld, dat zonder ver gunning van B. en W. de ambtenaren geen nevenbetrekking vervullen mó gen, geen bezoldigde werkzaamheden voor derden verrichten en geen han del of nering uitoefenen. Aan dit verbod wordt door het re- <iuest der vereeniging duchtig ge plukt zij is er wel voor, maar in be perkten zin, namelijk alleen wanneer door zoo'n bijbaantje do belangen van den dienst geschaad worden of indien daartusschen en de ambte naarsbetrekking een te nauw verband bestaat. Die benadeeling van den dienst en dat te nauwe verband zul len door B. en W. moeten worden aangetoond: dit zal 't College moei lijk vallen, ook wanneer het meent, dat inderdaad een zekere bijbetrek king behoort te.worden losgelaten of niet aanvaard. De Commissie stelt nog een andere bepaling voor, namelijk dat ook de huisgenooten zonder vergunning van B. en W. geen handel of nering uit oefenen mogen. De ambtenaarsveree- nigïng laat d?ze heelc bepaling weg. Toch is de bepaling natuurlijk niet zonder doel in 't ontwerp opgenomen; men heeft willen voorkomen dat de ambtenaar na zijn dagtaak ook nog zon gaan zwoegen aan een huiselijk handeltje en dus den volgenden och tend minder frisch te werk komen zou; misschien heeft men tevens fi nancieel risico "willen voorkomen, met de daaraan verbonden mogelijk heid van insoliditeit in betalingen en, wellicht, verlies van de zoo hoog noo- dige integriteit. Inderdaad, wat de vereeniging van ambtenaren wenscht gaat wel langs andere lijnen. Wie dat nog niet gelooft moet maar eens art. 7 nalezen, waarin verzocht wordt, dat elke nieuwe instructie of wijziging van het reglement vóór de vaststelling aan do als rechtspersoon erkende ambtenaarsvereeniging zal worden gezonden, die daarover bin nen een maand bezwaren inzenden kan of art. 15 waarin voorgesteld werdt, dat ingeval van ziekte of ont stentenis van een ambtenaar aan hen. die zijne werkzaamheden gedurende dien tijd hebben verricht een gelde lijke belooning kan worden toege kend, terwijl het ontwerp gewaagt van meer dan dertig dagen en van een hooger bezoldigde betrekking; of artt. 25 en 26, waarin de dwaze bepa ling wordt voorgesteld, dat de ge meente een opzeggingstermijn van drie maanden en de ambtenaar een van één maand zal hebben in acht te nemen een denkbeeld, dat bovendien voor den ambtenaar verre van vleiend is, omdat het veronderstelt, dat hij op zeer korten termijn best kan wor den vervangen. En eindelijk moet wie dat niet gelooft eens acht geven op de verschillende artikelen, waarin de ambtenaren door het voltallig Colle ge van B. en W. wenschen te worden gehoord, inpiaats van door een der leden. Deze wensch staat haast ge lijk met een stadhuis-revolutie, want niemand weet beter dan de vereeni ging van ambtenaren, dat het voltal lig dagelijksch bestuur bijna voor niemand te spreken isnagenoeg al tijd ontvangt de Voorzitter of een van de wethouders, Men ging eenigszins van een andere gedachte uit in 1903, toen de Commis sie voor de pensioenen, o.a. de positie der ambtenaren besprekende, daar- an zcidc Waar zij (de gemeente) te haren bate beslag legt op de volle werk kracht van hem, die in haar dienst is, heeft zij in ruil daar voor hem voordeeien aan te bie den, waarvan de gezamenlijke waarde grooter moet zijn, dan de waarde van hetgeen de betrokken persoon, woekerende met de hem geschonken talenten, waarschijn lijk in de vrije maatschappij bij gelijke inspanning zou hebben kunnen verkrijgen. De voordeeien die de gemeente aan hare dienaren kan aanbie den, zijn van zeer verschillende én voor elke betrekking afzonder lijk te waardccrcn aard. Eer, aanzien, invloed, zekerheid van een blijvende positie, uit zicht op geregelde opklimming, vaste wedde, waarborging van de toekomst van den dienaar en zorg voor de toekomst van diens we duwe en weezen. Al die factoren vormen de con- trnpraestatie der gemeente voor do door hare dienaren bewezen diensten. Hoc beter de conlrapraestatie is verzekerd, des te gewilder zal de dienst der gemeente zijn, des te grooter zal het aantal geschikte sollicitanten zijn, dat zich bij een vacature aanmeldt. Die factoren oefenen ook onder ling invloed op elkaar uit. Waar de geestelijke arbeid, dio gevraagd wordt en de verantwoor delijkheid, die de ambtenaar te dragen heeft, dezelfde blijven, doch eer, aanzien en invloed be snoeid of ondermijnd worden, daar zullen de andere voordcelen vergroot moeten worden wil dc gemeente even goed gediend blij ven. Dit is wel volkomen het aartsvader lijke inzicht. Toen het aldus uitge sproken werd, is van geen ambtenaar ook maar één woord van weerlegging vernomen integendeel, de ambtena ren gevoelden zich er door gevleid. Men begrijpe het goed, ik vind vol- 6lrekt niet noodig, dat iemand terug schrikt voor de nieuwe lijn, die dc Vereeniging van ambtenaren thans getrokken wil zien. Onze maatschap pij wijzigt zich in haar vormen zon der ophouden en wat wij thans voor de gewoonste zaak ter wereld hou den, leek vroeger revolutionair in den hoogsten graad. Dc ambtenaren zui len ook onder een nieuwe bedeeling blijven wat zij vroeger warenbest, middelmatig of minder. Maar de voornaamste reden waar om ik dit artikel schreef is om aan te toonen, dat de gemeenteraad nu niet meer zeggen kan„de ambtenaren willen zelf geen reglement", daar go- bleken is, dat ze het wel degelijk wil len. Een reglement komt er dus ze ker, al ziet het er waarschijnlijk wel wat anders uit, dan de adresseerende vereeniging wenscht. J. C. P. Buitenlandsch Overzicht Do Balkanvuikaan in werking. Allen tegen Bulgarije. De Serviër, do Griek, de Montene- grijn, de Roemeen en nu ook weer do Turk, zij allen strijden tegen den Bul- Wel mag Bulgarije zeggen, dat allo ongelukken het gelijktijdig overvallen. En het roept om hulp, om bemidde ling, uit vrees straks nog minder te zullen overhouden, dan hot voor den oorlog bezat. Het vraagt om het einde van den strijd, dien het zelf liceft op geroepen. Maar de Serviërs en Grieken, die thans trotsch geworden zijn en gezien hebben, dat do Bulgaren niet onover winnelijk zijn, stellen harde vredes voorwaarden. Het lot dat de Bulgaren voor eenigo maanden der Turken bereidden, on dergaan zij nu zelf. Zij zullen zioh moeten vergenoegen een andere, een mindere rol iu den Balkan te spelen, niet de leidende, de voornaamste, maar die van gelijke tusschên gelij ken Wat Griekenland en Servië op de Russische bemiddelingsvoorstellen ge antwoord hebben, is niet duidelijk. Maar het is begrijpelijk, dat zij niet zonder meer op vredesvoorwaarden zullen ingaan, dat zij om teleurstellin gen to voorkomen, vooraf do verkla- ninjr wenschen, dat Bulgarije afziet van de handhaving van het bondsver drag van 1912 en bereid is concessies te doen, door afstand van het bestre den gebied in Macedonië mm Servic, van Saloniki en het achterland dier stad aan Griekenland. Eerst wanneer deze verklaring door Bulgarije wordt afgelegd, zal het de vijanden er toe kunnen brengen, over de vredesvoorwaarden te spreken. Die Uit hot Engelse h van DAVID CHFISTIE MURRAY. 77) Terwijl Clem voor zijn open ven ster zat, en droomerig en droefgeestig uitzag over de woestenij van daken tot wan* de groote koepel in een lichte purperkleur tegen de grauwachtig- gele avondlucht afstak, woei die koel ie hem nu en clan landelijke geuren legen, die van groene hoornen, en gras, en velden, en tuinbloemen ge tuigden. Hij verzonk in mijmeringen, en zijn geest dwaalde terug naar het oude Staffordshire. Hij hoorde niet meer liet gegons van het Londensche slruatgedruisoh, maar de kraaien krasten op den toren en de klokken luidden zooals zij Zondagsavonds na de kerk plachten te doen. en rust cn kalmte lagen over de heuvels boven de Jakobsladder en over het geboete landschap, dat van de hoogste kruin zichtbaar was. Job leefde nog. Sara was io den vollen bloei van jeugd en geluk, en Clem zelf was teruggekeerd tot de dagen van vrede en o vei vloed en tevredenheid van hart. Voor het oogenblik liep er zelfs niets onder van dat gevoel van het tegenwoordige, dat aan zulk wakend droomen meestal iets weemoedigs geeft. Hij was het te genwoordige zoo totaal vergelen, dat hij zich het verleden volkomen kon herinneren, en zich dit volkomen her inneren. is het opnieuw beleven. Een kloppen aan de deur riep hem terug tot de werkelijkheid van de armoedige kamer waar hij zal. Bow ling's hoofd cn schouders kwamen om den hoek van de deur te voorschijn, en Bowling raakte met zijn voorvin ger eerbiedig de lok op zijn voorhoofd aan. Gehoorzame dienaar, jongeheer, zeide hij, do kamer binnensluipen de. Als gij bij geval een liefhebber van rooken zijl, kapiteiu, heb ik hier een handvol lekkere sigaren, die ik aan het dok gekregen heb, maar ik heb er niet veel aan, omdat ik meer van een pijp of een pruim tabak houd de rook van een sigaar is voor zoo'n man als ik ben te zacht, en het vuur is mij te heet. Bowling s baard was geheel en al grijs geworden, en zijn hoofd, behalve die lok op zijn voorhoofd en een dun ne haarfranje boven do ooren en den nek, glimmend kaaL Deze veranderin gen maakten, dat de koffiekleur van zijn vel, door kracht van tegenstelling, donkerder dan ooit scheen. Terwijl hij sprak, kwam hij op de teenen de kamer binnen, en hield Clem een handvol donkerbruine siga ren voor. Ik dank u wel, antwoordde Clem. 't Is zeer vriendelijk van u, ze mij aan te bieden, maar ik rook niet. Gij kent mij toch zeker nog wel Wel zeker, zeide Bowling. Ach 1 zuchtte hij en zag om zioh heen. Wat heeft hij mij niet dik wijls een shilling voor een boodschap gegeven Dio zucht en die blik getuigden, dat hij het onderscheid tusschên voor heen en thans erkende. Woont gij in Londen vroeg Clem. Ja, jongeheer, antwoordde Bowling, weder de lok op zijn voor- boord aanrakende. Ik werk aan het dok hier dichtbij, en daar schijn ik het nogal naar den zin ie maken, want ilt hen tct ploegbaas bevorderd. Dal doet mij genoegen, zeiue Clem. Hebt ?e reeds lang bier in huis gewoond Neen. kapitein, was het ant woord. Dat kan ik juist niet zeg gen. Eigenlijk hen ik hier gisteren pas gekomen, 't Is gemakkelijk, zoo in de buurt van mijn werk. Zijt ge hier al dien tijd geweest sedert gij Castle Rarfield verlaten hebt vroeg Clem. Niet dat bet hem eigenlijk veel kon voorwaarden zullen, naar luid der be richten, harder, zwaarder zijn dan de voor eenigo maanden geformuleerde eischen. Hot zal dus geen gemakke lijke taak zijn, voor wie dan ook, om de regeling der quaesties in den Bal kan ter hand te nemen, en tot een vrede te komen; maar wijl het voort zetten van den strijd een onmogelijk heid is, en niet alleen Bulgarije, maar ook de andere oorlogvoerenden, be halve wellicht Roemenië, ernstig naar vrede verlangen, zal een modus vi- vemdi moeten worden gevonden, waar door de moeilijke quaestie binnen kor ten tijd wordt opgelost. Want zoo moeilijk zal de quaestie wel niet zijn, of er is een oplossing denkbaar, dio wel niet allen bevredigt, maar die toch aan den strijd van thans een einde maakt. Naar den vrede? De officieuse „Bulgaria" verklaart, dut Bulgarije bereid is actief mede te werken tot de pogingen om tot het slüilen van den vrede te geraken. Goedingelichte kringen verklaren, dat twee groote mogendheden de Bul- gaarseho regeering den raad gaven met spoed de streek tussclien Tsja- taldj'a en do lijn Enos-Midia te ontrui men, en zich tc-rciliant Ie loonen in de regeling van de hangende quaes ties met Turkije. De regeering beval Matcliovitsj de voorloopige grensregeling, door Tur kije voorgesteld, aan te nemen. U it B u 1 g a r ij e. De zitting der Kamer is gesloten. De ministers en de leiders der op positie zijp naar het palcis geroepen om deel te nemen aan een kroonraad. Van do oorlogsvelden is heden zeer weinig nieuws. Er wordt blijkbaar niet gevochten. De opmarscli van do R oemeenen. De Roemeensche troepen hebben Dobritsj en Baltsjik bezet. De Bulga ren boden nog steeds geen tegenstand. Dob rand vanSerres. Uit Sofia wordt geseind: Een detachement Bulgaren, dat op verkenning was uitgezonden ju de omstreken van Serres, stiet op een duizendtal Antartes, die zich na een gevecht hadden teruggetrokken. Toen de Bulgaren dicht bij de stad waren gekomen, schoten de Grieken uit de huizen waarin zij zich verborgen had den gehouden. Daar de Bulgaren een rondtrekkende beweging om de stad waren begonnen, konden de Antartes alvorens zich terug te trekken, de de pots van levensmiddelen en munitie der Bulgaren in brand steken. Ondanks de pogingen der Bulgaren stond spoedig de geheele stad in lichte laaie. De Antartes vermoordden meer dan 200 Bulgaren. Uit Grieksche bron wordt daaren tegen gemeld, dat de Bulgaren Serres in brand gestoken hebben en dat ze bovendien do stad plunderden, zelfs 't Ifaliaanscho consulaat. Wie heeft gelijk? DE CHOLERA IN SERVIë. Volgens een telegram uit Belgrado aan de Tel., breidt de cholera zich on der de Servische ircepen voortdurend uit. Naar het oorlogsterrein zijn groo to hoeveel heden geneesmiddelen ge zonden, terwijl ook velo artsen daar heen vertrokken zijn. Te Belgrado zelf is de ziekte tot één ziekenhuis be perkt; in de geheele stad zijn echter voorzorgsmaatregelen getroffen. Daar alle hospitalen overvol zijn, en de Serviërs de handen vol hebben met de verpleging van hun eigen gewonden, heeft men voorgesteld, alle Bulgaar- sche gewonden naar Zaribrod ie transporteeren. Allorlel VROUWENKIESRECHT IN ENGE LAND, De algomeeiie raad van de vereeni- gingen voor vrouwenkiesrecht in En geland heeft den eersten minister, As- ijuith, verzocht eene deputatie van dien raad te willen ontvangen en aan deze uiteen te willen zetten, wat hij voornemens is te doen, om zijne den 17en November 1911 aan ecne deputa tie gedane helofte na te komen. Namens den eersten minister werd door diens secretaris geantwoord, dat de heer Asquith niets had toe te voe gen aan hetgeen hij tot twee malen toe in het Lagerhuis over dit onder werp. had verklaard en dus niet in staat was dc deputatie te ontvangen. Hierop werd door genoemden alge- meenen rand te kennen gegeven, dat de verklaringen van den heer As- quith in het Lagerhuis niet als een rechlstreeksch antwoord konden wor den opgevat Morgen zal dit ook wel ter sprake worden gebracht op de monster-mee- schelen, maar de inan schoen het goed te meenen, en hij wilde niet al to koel jegens hem zijn. Ja, zeide Bowling. Al dien tijd ben ik hier, dat wil zeggen in Londen, geweest. Het gaat ine vrij goed, kapitein, maar soms trekt mijn hart toch nog wel naar Castle Bar- field. Ik had, om zoo te zeggen, plezier in den landbouw gekregen, en het spijl mij dat ik het er naar gemaakt heb om weggestuurd te worden. Mag ik zoo vrij wezen te vragen hoe het met den ouden heer gaat Mijn vader vroeg Clem, en Bowling knikte. Mijn vader is een Jaar geleden gestorven. Hij zag er zoo gezond en sterk uit. riep Bowling, bijna op een droevigen toon, alsof hij wel hon derd jaar had kunnen worden. En die andere heer, met wien gij veel placht om te gaan die heer, wien ik wei eens een brief voor u bezorgde, waar mee ik dan een shilling verdiende Hij hield zijn hoofd op zijde, deed zijn mond open cn krabde zijn kin, alsof hij half peinzend zich hein zocht te herinneren. Job Round, Esq., was de naam van dien heer, als ik mij niet vergis. Hij was een man als een boom en nogal kortaf en driftig. Mijnheer Round is ook dood, antwoordde Clem, die de indringerig heid van Bowling wel wat lastig be gon te vinden, en echter in de zacht heid van zijn hart geen middel wist ting, die dan in Hyde-Parit zal wor den gehouden. Uit verschillende deden van Enge land zijn in het laatst der vorige maand groepjes kiesrecht-James op marsch gegaan naar Londen, onder weg propaganda makende voor hare eischen. Naar verluidt hebben zich btj die groepjes reeds velen aangesloten, zoodat nu langs verschillende hoofd wegen lange indrukwekkende colon nes zich op weg naar de Engelsche hoofdstad bevinden, waar zij morgen worden verwacht. Zondag zijn reeds velen uit Londen die verschillende colonnes ter verwelkoming tegemoet gegaan. Amsterdamsche Kont LXXXI. Een napraatje over de ver kiezingen. De nieuwe Raad en de politie. Vreemdelingen. Haarlem's Dagblad" bedrijft geen politiek en zoo heb ik mij dus naar st igl ijlt onthouden beschouwingen te wijden aan do algemeeno verkiezin gen. De uit6lag der gemeenteraadsver kiezingen Maandag j I. geeft mij nu echter tot eenigo opmerkingen aanlei ding. Die ik niet in de pen bc-hoeft te houden, waar immers het bestuur eener gemeente met de politiek niets te maken heeft Was het maar zoo, maar we weten allen beter. Trouwens, 'het beheer van onze groote moderne gemeente plaatst de gemeentebestuur telkens voor vraagstukken waarbij de politiek om het hoekje komt. Ik wijs slechts op het verschil In deze bv. tusschên kwesties van haven-beheer, stadsuit breiding en tien andere kwesties dio 't onderwijs raken. Vraagstukken over schoolvoeiling en -kleeding, beheer der openbare scholen en zooveel meer. Meer en meer komen dus de ge meenteraadsverkiezingen te staan in het teelten der politiek, en wij zijn er ook ditmaal niet aan ontkomen. De uitslag is u reeds bekend. In T kort gezegd komt dio 'hierop neer, dat de sociaal-democraten vermoede lijk met 16 in plaats van met 12 man terugkomen, een stijging van den rooden vloed, die in de hoofdstad al mets bijzonders meer heeft. We zijn daaraan gewend. In district IX zijn ditmaal voer het eerst de sociaal-de mocraten er bij eerste stemming ge komen, evenals In II cn dat ze in III er bij eerste Btemmlng komen zouden, sprak van zelf. Drie vaste districten dus, hetgeen 15 vaste zetels beteekeril. De aftredende ,,Vooruilgang"-libe- ralen, de heeren Delprat en Worst haalden het bij eerste stemming in I, de liberale heer v. Gigch dito in IV, in V komen een Roomsch-katholiek aftredend lid, de heer Sutorins en de liberale heer v. Tienen in herstem ming met de sociaal-democraten, VI is zeer getrouw vrij-liberaal gebleven, VII zal een verlies worden voor rechts, daar zal met behulp van de sociaal-democraten de vrijzinnig-de mocraat het winnen van het aftr. Gh.r. Hist, lid Schoch, waartegenover in VHI de vrijz.-democratèn den socialis- tischen candidaat zulten helpen tegen over den katholieken candidaat. In dit district viel de vrijzinnig demo craat uit. r Het is. om deze merkwaardig© re sultaten te begrijpen, wel aardig eens na te gaan hetgeen vooraf geschied is. en daarover wil ik u een en ander vertellen. Twee jaar geleden de concentra tie was er nog niet is er een over eenkomst gesloten tusschên dc vrij liberalen, de „Vooruilgang'-libera- len en de vrijzinnig-democraten, waarbij bepaald werd, dat overleg zou worden gepleegd bij de verkiezingen voor gemeenteraad ,en Provinciale Staten. Nu hebben, reeils lang vóór deze gemeenteraadsverkiezingen, de vrij zinnig-democraten doen weten, dat zo de overeenkomst opzegden en dus niet van plan waren overleg te plegen. Onder de „Vooruitgang"-hberalen heerschte grocte verdeeldheid, voor namelijk door dc ontstemming, te weeggebracht door het feit dat libe rale raadsleden den anti-revolution- nairen wethouder Mr. De Vries op het kussen brachten. Men was fel ge kant met name tegen de heeren Del- prat, Worst en wethouder Josephus Jitta, doch de oppositie heeft het on derspit moeten delven, want eerstge noemde heeren zijn reeds bij eersle stemming gekozen en de heer Jitta. die met den sociaaldemocraat Klcere- koper in herstemming komt, heeft goede kans. te lvedenken (of nauwelijks wenschte to bedenken) om hem dit te laten blij ken. Wat riep de ander, op een luiden toon van verbazing, Clem zag naar hem op, en zijn toon veranderde in een soort van gefluister bij zich- zelven, Dood Die krachtige man dood Als ik vragen mag. jongeheer, waar is hij aan gestorven llii is vergiftigd.zeide Clem. ontroerd opstaande Ge moet over die dingen niet niet mij spreken. Ga nu maar liever heen. Vergiftigd riep Bowline". Geen dosis vergift kan sterk genoeg zijn om hem te vergiftigen. Ik bedoel zoo zag hij er uit. Wie heeft hem vergiftigd Ik kan werkelijk daarover niet met u spreken, antwoordde Clem, zenuwachtig met zijn dunne handen tegen hem wjiivende. liet zonderling vormccde» van Armstrong kwam bij hem op, en hoe wel hij dat eerst onzinnig had gevon den en geen reden had om het nu moer gegrond le vinden, hinderde het hem toch. Vergiftigdherhaalde Bow ling. Wie heeft hem vergiftigd? Waarom V Heeft hij het zelf gedaan Neen, zeide Clem,, Lij is ver giftigd door dien Whittaker. O riep Bowling, een stap te rugdeinzende en Clem aanstarende. Whittaker De jongo Whittaker Onze Lachhoek Dc watcrvlicgcr Levasscur overtreft alle vogels; zóó uit het IJ gekomen, kan hij al vliegen. (Hbld.) JAGERLATIJN. Onderwijzer: Jij, Emileals je vader gisteren 4 en vanmorgen 3 ha zen geschoten heeft hoeveel heeft hij er dan ln 't geheel geschoten Zoontje van den houtvester Veertien hazen, vier fazanten en een reebok. VROUWELIJKE TANDARTSEN. Al mijn patiënten verklaren! door m ij een kies te worden getrok ken, is hun een welbehagen. Dat is niets. Laatst heeft een heer, terwijl ik hem een kies uitstak, me "n liefdesverklaring gedaan. Voeg nu bij deze omstandigheden het niet meedoen der vrijzinnig-demo craten. de verdeeldheid bij .Vooruit gang", het feit dat de rechtscho par tijen telkens een vïschje uitwierpen om hun candidaten gekozen te krijgen met behulp der vrij-liberalcn, dan ziet men welk ecu verwarring er bij deze verkiezingen geheerscht heeft. De verwarring werd nog vergroot door het feit, dat de vrijzinnig-demo craten hun lijn niet consequent door trokken. Zij toch stelden in I slechts één candidaat tegenover de fel bestre den heeren Delprat en Worst, en voorts alken één in IV, VII en VHI. zelfs in VI tegenover den conservatie ven Jhr. Roëll niet. Bij de verwarring kwam nog de fut loosheid, er was geen animo, er werd, behalve door de sociaal-democraten, niet gewerkt. De slotsom moest dus zijn, dat laatstgenoemden er zij bij sponnen en ontzaglijk vooruit gin gen. En nu stellen we ons de klassieke vraag ,,Wat nu?" Hoe ook dc uitslag der herstemmingen moge zijn. zeker is^in elk geval een raadsfractie van 15 sociaal democraten en 5 vrijzinnig- demoeraten. te zatnen dus 2U zetels, misschien 21. Bij deze samenstelling kan het niet anders, of de sociaal democraten moeten een wethouders- zetel aanvaarden, hetgeen z© ook on getwijfeld zullen doen. liet is zoo goed als zeker dat de soCiaal-democratischo heer VVibuut woi. li ouder van de hoofd stad worden zal. De zeer naar links opgeschoven en zeer democratische a s. Raad kan ons wel eens plotseling voor een oplossing brengen van wat men zou kunnen noemen het politie-conflicl. Ik heb er al meermalen op gewezen dat er tus schên den burgemeester en den Raad af en toe strubbelingen zijn over za ken der politie en het politiecorps be treffende. In mijn vorigen brief besprak ik de interpellatie-Wibaut over het gebeur de op den herstemmingsavond van 25 Juni, waarhij dc waarnemend burge meester wethouder Serrurier een zeer bevredigend antwoord gaf en ver klaarde dat hij den hoofdcommissaris als zijn meening kenbaar zou maken, dat een dergelijk ontactisch opt red m van de politie voortaan uit moest zijn. Sinds du-n is door de bladen gepu bliceerd een dienstorder van den com- missaris aan het politiepersoneel, waarin een merkwaardig tegenstrij digheid voorkomt met de verklaring van wethouder Serrurier. In die dienstorder toch geeft do hoofdcommissaris toe, dat bezadigd en tactvol optreden noodig is en hij maant hiertoe het politiecorps aan. Maar toch zegt hij tevens, dat de politiemannen in het geval waarom het ging wél gerechtigd waren van c'e wapens gebruik te maken. Ra, ra wat is dat? Toen waarnemend burgemeester Serrurier in den Raad zijn verklaring aflegde was deze dienstorder hern be kend. Hij sprak zijn afkeuring uit over het gebruik maken der waj>ens en was dus in lijnrechte tegenspraak met den hoofdcommissaris. Dit een en ander moet natuurlijk op gehelderd worden en het zal de taak zijn van den burgemeester, wanneer hij weer zijn function.heeft aanvaard, om hier het nocdige licht te ontsteken. Dit zal. naar alle waarschijnlijk heid niet geschieden vóór do zittingen van den nieuw-somehgestolden Raad, een college In tusschên dat in dit op zicht, niet gemakkelijk zal zijn. Zal de burgemeester zijn hoofdcom missaris laten schieten? Dat lijkt niet zeer aannemelijk. Mnnrwat dan? Verdedigt hij hem „door dik en dun" dan kriigt hij met den in meer derheid democratischen Raad te doen en voor de hand ligt dan een motie van afkeuring met al de gevolgen daarvan. Toekomstmuziek .zegt men. Maar dit perspectief is toch verre van fan tastisch. En de mogelijkheid groot dat wc een herhaling krijgen van het indertijd met burgemeester Vening Ja, zeide Clem. Ga nu heen als een goede vent. Ik kan over die dingen niet met u spreken. Zij zij hinderen mij. Ga heen. Hij legde een hand op den arm van den zeeman en drong hem de kamer uit te gaan. Kom oii een anderen tijd terug. Ik kan over tlie dingen niet spreken. Ga heen. Bowling liet zich. hem nog als ver bijsterd aanstarende, de kamer uit duwen. maar verwijderde zich lang zaam stap voor stap. en staarde nog altijd met wiid geopende oogen. waar in een uitdrukking van ontzetting lag. toen Clem de deur tusschên hen beiden dicht deed. Het duurde een poos eer de zenuwachtige ontroering, die hem er toe gedreven had Bowling de kamer uit te duwen, in zooverre geweken was dat hij kon beginnen zich zei ven af Le vragen waarom hij zoo geschokt was. Het was nu reeds een oude geschiedenis, waarover te zijnen aanhooren honderden malen gesproken was. Dienzelfdcn namiddag had hij er nog over gesproken, doch niet oude vrienden, die zijn droefheid ker.den en er in deelden, maar niet met een vreemde, die alleen uit nieuwsgierigheid een ruwe hand op zijn wond legde, (Wordt vervolgd).;

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1913 | | pagina 5