RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD D 0 Oplossingen van tieze problemen worden gaarne ingewacht aan boven genoemd adres, uiterlijk Dinsdag 19 Augustus 1913. Oplossing van probleem No. 432, van <len auteur: Wit 35—30, 48,42, 4641, 37-32, 32—28, 3ö—24, 34 3. 3:11! Oplossing van probleem No. 483, van den auteur: Wit 35—30, 4842, 46—41, 37—32, 50-44, 42—38, 31:42, 26:10, 25 1, 1 20! Van beide problemen ontvingen wij goede oplossingen van do lieeren: R. Bouw, M. ten Brink, p. J. Eype, J. Jacobson Azn., W. J. A. Matla, P. Ottolini, F. Th. Timmer. DAMCURSUS. Bij den aanvang van de behandeling der openingen hebben wij- gezegd, dat de minder goede openingen even aan gestipt en de operingen, welke ter na volging ontraden moeten worden niet behandeld zullen worden. Nu is het zeer moeilijk en niet min der gewaagd, om een oordeel uit te spreken, over- of een scheidingsmuur te plaatsen tusschen de minder goede en foutieve openingen, en wij gaan hiertoe niet over, dan onder voorbe houd. Beslist een lijn trekken tus schen minder goed en slecht, doen wij niet. Wel verwijzen wij naar een ge zegde van den alom bekenden eri l>e- roemden damspeler „Isidore Weiss", „elke openingszet is goed. als daar na het spel maar goed vervolgd wordt." Of dit echter juist is gezien, meenen wij vooralsnog te mogen betwijfelen, doch uitgaande van de wetenschap, dat dezo meester liever combi natie - dan positiespel speelt, en dit in ver haald brengende met de woorden, bij den aanvang door o-ns gebezigd, kun nen wij ons de zienswijze van dien meester zeer goed verklaren, te meer omdat wij soiulijds combinaties in do opening óf in het middenspel zien ge construeerd,, die schitterend en gecom pliceerd kunnen genoemd worden. Echter, wij herhalen het nogmaals, een goed ge-oefend positiespeler, laar. zulke valstrikken nimmer ontwikke len. Steeds zal bij in staat zijn elke combinatie te verijdelen of af te bre ken, wanneer hij met attentie en voor zichtigheid speelt, em hij zich niet van den goeden weg laat afbrengen door do min of meer gewaagde uitvallen van zijn tegenspeler. Uit dit oogpunt het spel beschou wende, mogen wij vooronderstellen, dat er wel degelijk verschil bestaat tusschen het goede, minder goede en slechte van de aanvangs-zetten. Deze meening vooropstellende, dur ven wij de Buiten Opening" beginnende met 3126, als minder goed te beschouwen. Mocht evenwel later blijken, dat hierin onze meening van anderen ver schilt, dan zal toch geconstateerd moeten worden, dat onze bewering, welke bij de inleiding is kenbaar ge maakt, toen wij schreven: ,.een op goede gegevens berustende critïek zal steeds ten nutte komen van het dam spel", op waarheid berust. Wij hebben de overtuiging dat deze opening niet. leidt tot een krachtig spel, terwijl de ondervinding heeft bewezen., dat zwart veeltijds een beter positiespel ontwikkelt. Wij willen niet ontkennen, dat bij g>oed en nauwkeurig spel van wit, aan zwart een moeilijke taak is opgelegd, en dat de verdediging bij-na tot aan het eindspel moet voortduren. Dit geeft echter geen recht om hieruit af te leiden dat de opening goed is, want zoolang het mogelijk blijkt dat zwart. si b het met de grootste inspanning, meester kan blijven van liet spel, en zelfs een gunstige positie bij bet ein de kan bekomen, behoort deze opening ook als minder goed aangeduid te worden. Wij zullen trachten in de volgende rubriek kort maar duidelijk aan te ge ven, langs welken weg tot deze con clusie is te komen. BERICHT. Den leden van de Haarlemsc'ne Dam club wordt hierdoor nogmaals bericht dat a.s. Maandag 11 dezer geen bij eenkomst is, docb in plaat3 daarvan op Woensdagarend 13 dezer. Raadsels (Deze raadsels zijn alle inge zonden door jongens en meis jes, die „Voor Onze Jeugd" lezen. De namen der kinde ren, die mij vóór Donderdag morgen goede oplossingen zenclen, worden in het vol gend nummer bekend ge maakt). IEDERE MAAND WORDT ONDER DE BESTE OPLOSSERS EEN BOEK IN PRACHTBAND VERLOOT. I-Iierbij wordt gelet op den leeftijd in verband met het aantal oplossin gen en op de netheid van het werk. 1. (Inaezonder, door Jaantje van Oeffel). Het geheel is een bekend spreek woord van 26 letters. Een 22, 2, 8 is een lichaamsdeel. Een 5, 8, 10, 11. 1 noopt menigeen te spreken. Een 3, 17, 15, 23 is een klein nuttig dier. Een 7, 18. 9 is een lichaamsdeel. Een 16, 11, 26, 16, 25 is een familie lid. Een 21, 19, 13, 3, 8 is een versiering op uw hoed. De 4, 14, 12 is een rivier in Rusland. 20, 8, 6, 22, 24 is niet nat. 2. (Ingezonden door Mina en Nellie Romijn). Kunt ge het volgende versje aan vullen: Gebrh. .r, 't Is k. ra d .r! De tg t vlg, K rt n ter g. 3. (Ingezonden door Willem Over- meer). Zet onder elkaar: Een plaats in Gelderland. Een plaats in Noord-Holland. Een plaats in Zuid-Hofland. Een plaats in Zuid-Holland. Een plaatsje in Gelderland. Een plaats in Gelderland. Een plaats in Zeeland. Een plaatsje in Zeeland. Een plaatsje in Friesland. Een plaatsje in Gelderland. Een plaatsje in Gelderland. De beginletters vormen dezelfde plaats in Gelderland als op den lsten regel staat. 4. (Ingezonden door Hendrik Mole- kamp). Ik ben een woord van 7 letters en bom altijd in 't begin van 't jaar. 1, 2. 5, 6 is een deel van den tijd. 1, 5. 3 is een jongensnaam. 5. 3, 3, 2 is een meisjesnaam. Een 4, 7, wordt gegeten. Een 3, 2, 6 is een grappenmaker. 5. (Ingezonden door F. A. v. Braam) Zet achter elkaar een familielid, een vrouwenkleedingstuk en 'n verkorten jongensnaam en ge krijgt een keizer rijk in Afrika. 6. (Ingezonden door Legt ge den klemtoon op de 1ste let tergreep, dan ben ik een vrucht, legt ge hem op de tweede, dan kent de sol daat mij beter dan iemand anders. 7. (Ingezonden door liet geheel is een nuttig voorwerp en wordt door velen gebruikt. Het 1stu deel is een lichaamsdeel, het 2de deel is een kleedïngstuk. 8. (Ingezonden door Cornells en Johanna Janssen). Ik ben een stad op den Balkan van 0 letters. 1, 2. 3, 4, is een nuttig ding, dat op School .en in huis gebruikt wordt. I, 7. 8 is eer. vrucht. 6, 2. 3. 9 is zwart, 4, 7, 6. 4 is een gebouw. 9. 5, 6, 1, 2, 9 is een visch. 9. (Ingezonden H<v>r Maria J. T-T. Piet). Ik wordt over zeer veel spijs ge strooid. Doch alleen, eet men mij nooit. 10. (Ingezonden door Cornelia en Johanna Brugman). Uw Vader en een kruipend dier vor men samen iets nuttigs, dat door iedereen wordt gebruikt. II. (Ingezonden door Albert Bie- mond). Ik ben vleesch. Laat de eerste let tor weg en ik ben ook vleesch. Hoe kan dat? 12. (Ingezonden door J. Ovenneer). 5, 7, 2, is een dier. Een 1, 3, 12 i3 iets waard. 4, 2, 6, 9 is een visch. Het geheel is een plaats in Zuid- Afrika van 12 letters. 4, 11 is voedzaam. 5, 10, 2, 7, 4, 8, is een vrucht. 10, 4, 2, 9 hebben sommige menschen of kinderen aan handen of voeten. Raadseloplossingen De oplossingen der raadsels van de orige week zijn: 1. Viissingen. Lisse, leng, Lien, vlieg. 2. Veel koks bederven de brij. 3. Theems, Eems, Eem. 4. Beter hard geblazen dun den mond verbrand. Aal, bord, Anna, Toon, ezel, arend, hond, neen, brand, oog, been, raven, mat, dag, baard, hand. 5. r a O V e n r e i n A n n a A. C. Smit 8. Lena Koele veld 10. Jan van Heinerl 10. Cornells Nauta 10. Hester Klcek 9. Christina Boesmans 9. A. E. Dikkehoom 10. Jon Meijer 10. Caspar Willemsen 10. Lena Buitenhuijs 10. Bernard Vernimmeh 10. Jan van Zijtveld 12. Annie van Daalen 10. Elizabeth v. Viegen 10. De Vscantie-Wedstrijd 6. Ar.-dennen. Ardennen. 7. Brievenbus. Bier, neus, bever. 8. Vinkeveen. 9. De dagen der week. 10. Koningsbergen. Koning, George, Sneek, bon. 11. Broodmes. 12. De letter k. Goede oplossingen ontvangen van: Frans Snellens 12. Jan Rozenhart 12. M. J. H. Piel 12. Rebekka Eugelander 8 en 9 van de vor. week. A. C. Smit 7. Lena Koeleveld 12. Mientje Langenberg 9. Kees de Klerk 12 en 12 van do vor. week. Jan van Ileinert 12. Mina van Essen 12. Cornelis Nauta 9. Plester Kloek 9. Christina Buesraans 7. A. E. Dikkoboom 12. .Tan Meijer 12. Caspar Willemsen 10. Lena Buitenhuijs 12. Bernard Vernimmen 10. Rilca en Jacob Baaij 12. Jan van Zijtveld 10. Annie van Daalen 12. Willem Overmeer 12. STRIKVRAGEN. (Ingezonden door Wilha. v. Essen). 1. In ons vaderland is een dorp, waar de schoolmeester, de genees heer, de koster, de dominee, de burge meester en de pastoor allen zwagers zijn. Waar is dat? 2. Welke spreekwijze is dit: XI? 3. Wanneer eindigen de dagen der menschen? (Ingezonden door Maria J. II. Piet). 4. Die mij beroven van mijn vel. Die weenen, willen ze niet of wel. 5. Noem eens iels, dat men onmoge lijk kan raden? (Ingezonden door Bernard Ver nimmen). 6. Welke dieren zijn de langste die ren? 'i 7. Welke meter is de langste? 8. Waarom spreidt de pauw haar staart uit? (Ingezonden door Liesje Roelofs). 10. Ik vlieg en ik ben geen vlieg! Een kindje slaapt in mij en ik bon geen wieg! Ik zeg miauw en ik l>en geen kat! Ra, ra, wat is dat? (Ingezonden door Stiena Alleman): 11. Wat is de overeenkomst tui sc-hen een paling en een pekelharing? (Ingezonden door Cornelis en Jo hanna Brugman). 12. Het is een getal dicht bij dui zend. Neem er de helft af en ge houdt niets over. Hoe kan dat? STRIKVRAGEN. De antwoorden op de strikvragen der vorige week zijn: 1. Over den weg. 2. Oogappels. 3. Zijn eigen been. 4. Roermond. 5. Oorbellen. 6. Uit een ezelskop. 7. Een oorknop. 8. Mestvorken. 9. Schoonoorden. 10. Kiezelsteenen. Goede oplossingen deze week ont vangen van: Jan Rozenhart 10. M. J. H. Piet 9. Rebekka Engelander 12 en 9 v. d. vorige week. terug. Toen Claudine alleen was. sloot zij de luiken en deuren. De twee kin deren bleven verschrikt dicht bij el kaar zitten en schreiden zacht; Adeline en Filip hadden het vreese- lijke verhaal begrepen. Nog niet lang hadden zij zoo ge zeten, toen een geluid van naderen de voetstappen weerklonk. Door de kier van een luik zag Claudine een troep ruwe kerels met roode gezich- A1 is dc deelneming in dezen tijd ten naderbij komen. Zij waren ge- van het jaar nooit zoo heel groot, toch wa.pend met stokken, geweren en geef ik jullie maar weer wat anders zeisen. op Komen er in de vaeantie dan „zij zijn 'tl" zei het meisje zacht, regendagen, dan heb je toch wat te j Toen volgde een luid geklop op de doen. keukendeur. De wedstrijd bestaat dezen keer uit Doodelijk verschrikt bleven de twee kinderen zitten; zij schreiden niet. Bleek stond Claudine voor hen; steld en dan zou zij weerloos zijn. „Niets? Waarom keek je er dan En als de kerels het groote, eenzame telkens zoo angstig naar?" huis binnendrongen, wat zou er dan j „ik keek er niet naar, ik keek worden van haar en van de twee naar den koffer, die er voor stond." kinderen, die zij beschermen moest? j „Zoo, keek je naar den koffer?" Wie zou het verdedigen? Claudine antwoordde niet; zij „Ik ga kijken of ik mevrouw zie,Werd nog bleeker tusschen den kof had Pierre gezegd, en hij had zijn fei. en (ie kast lag het popje van geweer genomen. „Ik kom dadelijk Adeline. De doordringende oogen van den man gingen van de pop naar het ongelukkige meisje. Hij speelde met zijn slachtoffer als de kat met de muis. Een oogen-blik ge noot de man van den angst, die zicli van het arme meisje meester maakte; daarna omklemde hij met kracht haar pols, bracht haar voor de kast, duwde den koffer weg, en zei „Maak open!" Met bevende vingers haalde Clau dine den grooten sleutel uit haar zak en met moeite stak zij dien in het sleutelgat. Knarsend ging de deur open. De roover trad dichterbij, terwijl Claudine zich uitgeput op den koffer liet vallen, haar gezicht in haar handen. Maar in het vertrek bleef het dood stil. de kinderen zwegen. Waarom HET BEDENKEN VAN 2 LAN- - - GF. RIJEN WOORDEN. slagen op de zware houten deur schreeuwden zij niet van angst. Clau- werden harder en telkens werd er dine keek op. Achter in de kast, tegen elkaar aangedrukt, zaten broertje en zusje rustig te slapen. De blonde haren van Adeline hingen over 'net kieltje j van Flip; beide kinderen glimlachten bij geroepen en gescholden. Zonder een woord te zeggen, pakte Claudine de beide kinderen beet en stopte hen in de groote kast, waar- na zij den sleutel in haar zak stale. a i x j „Houd je stil. Je leven hangt erEuii s[aaj,_ pe roover keek bcurte- De rerste rij moet bestaan uit na- van af!" zei ze. lings naar dc kinderen-, die onhe- men van dierende tweede rij uilDaarna schoof zij een zware kol- i WU£l Waren van het gevaar, en naar namen van planten, bloemen of boo-fer voor de kast en met kloppend do gr00te zuster, die hen niet had men. Na moet je er voor zorgen, dat hart maakte zij de keukendeur open. kunnen beschermen, ieder volgend woord begint met de „Jij bent een slechte portier, meis- Waarom verberg je die kinderen? je. Zóó lang laat men zijn bezoekers 1 u* niet wachten." De man lachte ruw en de anderen lachten mee. Claudine drukte de tanden op elkaar en antwoordde niet. Zij bood geen tegenstand aan terug de woeste mannen, die het huis Jk was bang, dat jullie de kinde- binnendrongen en m de groote zaal fen zoucjt vermoorden," zei ze zacht, op de stoelen gingen zitten, waar En kegk deQ man flink aan zij zich bij het groote houtvuur gin-j JcJbent. een dapper meisje," zei gen wannen en tegelijk beslag leg- de man plolseiingi ,.a1s je moeder den op den voorraad ham en ande- tilujSkomt, kun je haar zeggen, dat re eetwaren. dfi y^ien aan jou hun leven dan- „I-Ió, meisje 1 Breng voedsel en keu Want mijn makkers zouden ze wijn! Eu haast je watl" I zeker niet gespaard hebben." Claudine bracht zwijgend eten en njj gooide zijn geweer over den "ten. De wijn maakte hunne ton- schouder en verdween in het bosch. uUSTUS 1913. I gen los, maar Claudine luisterde' Even ialer hoorde Claudine het Hierbij moeien duidelijk wordennauwelijks. Het eenige waaraan zij vroolijk blaffen van den jachthond, vermeld: naam, leeftijd en woon- kon denken was: de groote kast, en - plaats van den inzender of de inzend- zij hoopte vurig, dat geen der man- nen op het denkbeeld zou komen die JAN VAN Z. Nu moet je me maar eens schrijven, wat je de ver dere vaeantie hebt uitgevoerd Ben je nog meer naar buiten geweest Do nieuwe strikvragen zijn goed. CHRISTINA E. Heb je er al vijf af, dan zal je wel haast klaar zijn Heb je veel pleizier gehad op de ker mis, en heb je veel in den draaimolen gezeten Hebben jT1 e die bloemen ook in den tuin gezaaid? A. E. D. Gaan jullie den volgen den Woensdag naar Mevr. B. Dat znl een pvettiee dag worden Ik vind, dot je al heel wat nomen hebtVind je het een prettïgen wedstrijd MARTNT'S C. Ik vind het best, hoor 1 Jullie hebt het nu zoo druk met al die logees, dat je hoofd niet staat naar raadsels oplossen Maak maar veel pleizier MEVR L. Ik denk, dat het het best is, als n een geneesheer raad pleegt. De huismiddeltjes, die daar voor wel eens aangewend worden, helpen gewoonlijk geen van alle laatste letter van het voorgaande. De eerste rij wordt dus bijvoor beeld koe, ezel, lam, merel, enz. De tweede rij zou kunnen beginnen meitulp, palm, malve, els. Probeer zelf nu maar eens deze rijen zoo lang mogelijk te maken. Als prijzen stel ik dezen keer be schikbaar 6 BOEKEN IN PRACHTBAND. Drie voor kinderen van 12 jaar of ouder en drie voor kinderen van 11 jaar of jonger. j Alle inzendingen moeten in mijn bezit zijn vóór uf op WOENSDAG *7 drinken. De wijn maakte hunne ton- vroeg de man eindelijk met zachtere 6tem. Waartoe nu nog veinzen? Alles was verloren en met den dood voor oocen kreeg Claudine haar moed ster, benevens de verklaring of het werk alleen gemaakt is. EEN GESCHIEDENIS UIT DEN REVOLUTIETIJD. kast te willen open.... Eensklaps hoorde zij oen woord, dat haar aandacht trok; de mannen spraken van Mué. Zij lachten toen zij elkander vertelden welk een slag zij daar hadden geslagen. Gezeten op den koffer voor de kast rookte de aanvoerder een korte pijp, terwijl hij spattend over de zaak uitweidde. Onwillekeurig dwaalden de oogen van Claudine weer naar de kast, maar plotseling wendde zij ze af en onverschillg keek zij naar alles wat haar omgaf; zij mocht aan die kast niet meer aandacht schenken dan aan elk ander voorwerp. „Hó. meisje, wijn!" riep een schor re stem. Zij moest naar den kelder gaan en de halfdronken kerels alleen laten. Claudine weifelde niet; wel vreesde zij, dat men het kloppen van haar hart kon hooren, toen zij de smalle trap afging met haar kan in d? hand maar zij aarzelde niet. Toen zij terug die haar moeder vergezelde. Brievenbus (Brieven aan de Redactie van de Kindei-Afdeeling moeten gezonden worden aan Me vrouw Venemav. Doorn, Kleine Houtweg 21, Haar lem). In de bus gooien, zonder aanschellen ANNIE VAN D. Bedenk er nog maar ineer bij 1 Veel pleizier Dins dag 1 MARIE L. Wel bedankt voor je mooie kaart. Heb je pleizier in S. De kaart lijkt net op ons Teyler- museum, vind je niet? maar zij aarzeioe niet. loen zij terug WILLY G. 1W^„^^a^aI0°veei kwam, nog altijd zwijgend.^ warenhoard Het was een Zondag in Bretagne. ■Een triestige stilte lag over het land. In een oud, vervallen huis met dikke muren hield een jong meisje zich bezig met de zorg voor het huis houden. Om haar heen speelden haar broertje en haar zusje, die nu en dan het houtvuur in den grooten haard opstookten en daarbij vroolijk bab belden. Claudine lette nauwelijks op hen en keek telkens angstig naar buiten. Het was een ernstige tijd. Een groote boerenopstand was uitgebro ken en groote troepen boeren trok ken het land door, plunderden overal en behandelden allen, die het waag- den het niet met hen eens te zijn en de mannen druk m gesprek, maar "oX mï: &SE? x -sari's wille* 0.-wrj*; 'nufubW Inüïï^eiThSg^M^ «WH D« dm- »M hoiisll ïkf Moeder bakken kon? Of narMen en voor de eerste maal sinds I geopend en de sleutel zat nog altijd met een netje om in een aquarium te ÏÏÏÏÏStadSie"mMÏÏÏJSS I «fi» to l.aar rak. doen? Ging Vader dan ook moa, of Kenauld haar huis verlaten om naar mannen, d.o nu voldaan \va-| kan je het alleen? de kerk te gaan. Het was een heel i reiI> Iiarnfn wa' er I}0'^' 1! ®n y i eind. Zij was vertrokken met den pn met dc overgebleven eetwaren) WH.LEM DE K. - \Vel bedankt, grooten hond, den jachthond van vulden zij liun knapzakken; op de i VOOI. je inooie kaartenSpeel je nog haar man, en zij had Claudine en de l efÜJld la.°en gebroken hoi den en prettig in Zandvoort? Hoe lang blijf bediende. f i,nin. Een bedelaar klopte aan. Claudine veiliRlieid gaf liem wat eten en de man verteldedaabt ^'"deien zijn in vemgneia, (fluisterend', dat een nieuwe bende N J- vul(i.en de mann-en hun kan ie Iliet z0° gemakkelijk naar opstandelingen, gevaarlijker dan een .daarna trineen zii zonder ■Bloemendaal of naar Groenendaal van de vorige, het land rondtrok >U f H-Crd X «"„ISiaTiS k-aon. Zijn iulho ar heen gewandeld? leken op wolven, die door den honger h -t Ja. "t weer was er prachtig voor, 1,.. „f.,, Hui. "u,° U11'- je er nog? LENA B. Zoo. ben jij eigenlijk een Amsterdammertje Nu, dat is ook een prettige stad om te wonen, al het bosch uitgedreven worden. Hui zen en afgelegen hofsteden werden ge plunderd. vrouwen en kinderen wer den omgebracht. „Gisteren nog", zoo vervolgde de man,, zijn zij niet ver van Hué een hofstede binnengedrongen. De man nen waren op het veld. De opstande lingen waren ongeveer veertig in ge- Ja, "t weer was er prachtig voor, aar ook om in A. te logeeren, want talzij lieten zich eten brengen en namen brood, boter en tarwe mee maar zij wilden ook geid heuben. GeldWie heeft dat tegen woordig De oude vrouw en lmar dochter hebben gezworen, dat zij niets hadden, zij werden bedreigd en vastgehouden en intusschen gingen eenige opstandelingen het huis door zoeken. Toen zij zagen dat er niets was, werden de kinderen door de roo- vers vermoord. En vóórdat zij er- trokken staken zij het huis in brand." Claudine luisterde verschrikt toel Van alle kanten dreigde dus gevaarI Als mevrouw Renauld door de ban dieten werd aangevallen, zou haar hond spoedig buiten gevecht zijn ge- Claudine volgde hen met de oogen; zij h.tasttc zich niet dc deur achter als liet daar in Auguslos erg warm is. hon te sluiten, zij mocht vooral met >s het er haast met uit te houden, toonen, dat zij bang was. Zij gingen liet bosch in, en hun voetstappen verwijderden zich meer en meer. Claudine sloot het vensterluik. ,Wat zijn de kinderen verstandig! KEES DE K. Ja. heel mooi is hel niet meer, maar het is toch wel grap pig, om eens te zien in hoe 'n klei a huisji een czaar wel leven kon 1 Gin gen jullie er met de boot 'neen Aar dig, om eens door zoo'n echten verre kijker te kijken Wal lijken zulke groote schepen dan klein, en toch kan je er nog zooveel op onderscheiden. Ben je wel eens op zoo'n groote boot geweest A. C. S. De nieuwe raadsels zijn goed, maar eigenlijk woont er wei iemand in zoo'n huis. al is het dun ook geen mensch, vind je niet LENA K. Dank je wel voor je goede wenschen, maar ik denk toch. dat 'ij er meer pret gehad hebt dan ik. Vertel mij de volgende week maar eens wat je bet aardigst vond. Tk vind 1 'dat, je er al heel veef hebt, maar ik weet nog niet. wat de anderen er van maken zullen I MIENTJE L. Ik vind het best. dat je ook meedoet 1 Op welke school ga je Ja. je hebt nu extra veel -tijd voor de raadsels: als de school weer begonnen is, heb je dan ook nog tijd genoeg JAN R. Ik weet niet, of je al in Alkmaar bent, maar dan zal Moeder toch misschien de krant wel voor je bewaren Ik hoop, dat je er veel plei zier hebt REBEKKA E. Nu, jullie profi- teeren goed, hoor 't, Ts ook prachtig weer om een flinke wandeling te ma ken, maar vooral Maandag zal jo 's avonds je voeten wel gevoeld heb ben, denk ik. Waar had je 't meeste pleizier. in Zandvoort of ïn Groenen- dnnl Aan 't Kolkje is het ook heer lijk 1 Hoe lang ga je naar Amster dam? En heb je de rubriek juist op je verjaardag gekregen? Nog wel ge feliciteerd, hoor NELLY v. d, B. Ik vind het rap port prachtig Heerlijk, dat je over gegaan bent. Ik kan me best begrij pen, dat je door al die prettige din gen tegelijk heelemaal de rubriek vergat. Iloe vond je de „Entos" JAN VAN H. Je treft prachtig weer in C. 1 Stuurt Moeder je de cou rant op En wat doe je nu den ge- heelen dag Loop je maar steeds in de duinen En gaat Vader dan mee? MINA VAN E. Ik hoop ook, dat je veel pleizier hebt in de vaeantie f Ik denk, dat je raadsels nu wel gauw- zullen komen. Die er nu in staan zijn bijna allemaal in Mei ingezonden. Let dus maar eens op. drinken dacht zij, „zij vermoeden zeker nog "4"" niet dat alle gevaar geweken is." Juist wilde zij de zware keuken deur sluiten, toen een ruwe hand van buiten haar weer opendrukte. In ontzetting zag Claudme den aan voerder van den troep weer binnen komen. Nu wij alleen zijn, meisje, moeten wij eens afrekenen." Claudine begreep hem niet. Ver baasd keek zij den man aan, die zich rustig door zijn rooden baard streek. „Wat verberg je daar in die kast?" vroeg hij brutaal. „In dio kast? Niets!" antwoordde Claudine, BERNARD V. Ja, dat gaat wel eens niet meer dingen zoo. Als je bezig bent is het lastiger dan het eerst scheen. Als Moeder het nu nog maar wat kalm opneemt, dan zal ze lang zamerhand wel weer even flink wor den, als vroeger. CORNELIS C. Heerlijk, dat ze nu juist met de kermis gekomen zijn, Cornelis Had je oom vroeger ook wel eens een Haarlemsche kermis meegemaakt Maar de jongste is toch zeker nog te klein om dan mee te gaan I WILLEM v. d. L. Wel bedankt voor je mooie kaart 1 Wat eigenaar dig, dat die huizen daar zoo in de rotsen gebouwd zijn. Hoe lang zijn jullie er geweest CORNELIS N. Ben je van de weck in Groenendaal en Zandvoort geweest En vond je het er prettig Leek het „lasso werpen" je erg moei lijk, en heb je het met Jan de B. ook wel eens geprobeerd? Ik vond je kaart van Z. heel mooi 1 Heb je die zelf uit gezocht HESTER K. Vertel me dan maar eens op welke school je bent, en of je 't ook zoo prettig vindt, om een paar weken vaeantie te hebben. Heb je a) groote wandelingen gemaakt Mevr. VENEMA—y. DOORN, 6 Augustus 1913.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1913 | | pagina 13