RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
D
0
Oplossingen van tieze problemen
worden gaarne ingewacht aan boven
genoemd adres, uiterlijk Dinsdag 19
Augustus 1913.
Oplossing van probleem No. 432, van
<len auteur: Wit 35—30, 48,42, 4641,
37-32, 32—28, 3ö—24, 34 3. 3:11!
Oplossing van probleem No. 483, van
den auteur: Wit 35—30, 4842, 46—41,
37—32, 50-44, 42—38, 31:42, 26:10,
25 1, 1 20!
Van beide problemen ontvingen wij
goede oplossingen van do lieeren: R.
Bouw, M. ten Brink, p. J. Eype, J.
Jacobson Azn., W. J. A. Matla, P.
Ottolini, F. Th. Timmer.
DAMCURSUS.
Bij den aanvang van de behandeling
der openingen hebben wij- gezegd, dat
de minder goede openingen even aan
gestipt en de operingen, welke ter na
volging ontraden moeten worden niet
behandeld zullen worden.
Nu is het zeer moeilijk en niet min
der gewaagd, om een oordeel uit te
spreken, over- of een scheidingsmuur
te plaatsen tusschen de minder goede
en foutieve openingen, en wij gaan
hiertoe niet over, dan onder voorbe
houd. Beslist een lijn trekken tus
schen minder goed en slecht, doen wij
niet. Wel verwijzen wij naar een ge
zegde van den alom bekenden eri l>e-
roemden damspeler „Isidore Weiss",
„elke openingszet is goed. als daar
na het spel maar goed vervolgd
wordt."
Of dit echter juist is gezien, meenen
wij vooralsnog te mogen betwijfelen,
doch uitgaande van de wetenschap,
dat dezo meester liever combi natie -
dan positiespel speelt, en dit in ver
haald brengende met de woorden, bij
den aanvang door o-ns gebezigd, kun
nen wij ons de zienswijze van dien
meester zeer goed verklaren, te meer
omdat wij soiulijds combinaties in do
opening óf in het middenspel zien ge
construeerd,, die schitterend en gecom
pliceerd kunnen genoemd worden.
Echter, wij herhalen het nogmaals,
een goed ge-oefend positiespeler, laar.
zulke valstrikken nimmer ontwikke
len. Steeds zal bij in staat zijn elke
combinatie te verijdelen of af te bre
ken, wanneer hij met attentie en voor
zichtigheid speelt, em hij zich niet van
den goeden weg laat afbrengen door
do min of meer gewaagde uitvallen
van zijn tegenspeler.
Uit dit oogpunt het spel beschou
wende, mogen wij vooronderstellen,
dat er wel degelijk verschil bestaat
tusschen het goede, minder goede en
slechte van de aanvangs-zetten.
Deze meening vooropstellende, dur
ven wij de
Buiten Opening"
beginnende met 3126, als minder
goed te beschouwen.
Mocht evenwel later blijken, dat
hierin onze meening van anderen ver
schilt, dan zal toch geconstateerd
moeten worden, dat onze bewering,
welke bij de inleiding is kenbaar ge
maakt, toen wij schreven: ,.een op
goede gegevens berustende critïek zal
steeds ten nutte komen van het dam
spel", op waarheid berust.
Wij hebben de overtuiging dat deze
opening niet. leidt tot een krachtig
spel, terwijl de ondervinding heeft
bewezen., dat zwart veeltijds een beter
positiespel ontwikkelt.
Wij willen niet ontkennen, dat bij
g>oed en nauwkeurig spel van wit, aan
zwart een moeilijke taak is opgelegd,
en dat de verdediging bij-na tot aan
het eindspel moet voortduren. Dit
geeft echter geen recht om hieruit af
te leiden dat de opening goed is, want
zoolang het mogelijk blijkt dat zwart.
si b het met de grootste inspanning,
meester kan blijven van liet spel, en
zelfs een gunstige positie bij bet ein
de kan bekomen, behoort deze opening
ook als minder goed aangeduid te
worden.
Wij zullen trachten in de volgende
rubriek kort maar duidelijk aan te ge
ven, langs welken weg tot deze con
clusie is te komen.
BERICHT.
Den leden van de Haarlemsc'ne Dam
club wordt hierdoor nogmaals bericht
dat a.s. Maandag 11 dezer geen bij
eenkomst is, docb in plaat3 daarvan
op Woensdagarend 13 dezer.
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle inge
zonden door jongens en meis
jes, die „Voor Onze Jeugd"
lezen. De namen der kinde
ren, die mij vóór Donderdag
morgen goede oplossingen
zenclen, worden in het vol
gend nummer bekend ge
maakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACHTBAND
VERLOOT.
I-Iierbij wordt gelet op den leeftijd
in verband met het aantal oplossin
gen en op de netheid van het werk.
1. (Inaezonder, door Jaantje van
Oeffel).
Het geheel is een bekend spreek
woord van 26 letters.
Een 22, 2, 8 is een lichaamsdeel.
Een 5, 8, 10, 11. 1 noopt menigeen
te spreken.
Een 3, 17, 15, 23 is een klein nuttig
dier.
Een 7, 18. 9 is een lichaamsdeel.
Een 16, 11, 26, 16, 25 is een familie
lid.
Een 21, 19, 13, 3, 8 is een versiering
op uw hoed.
De 4, 14, 12 is een rivier in Rusland.
20, 8, 6, 22, 24 is niet nat.
2. (Ingezonden door Mina en Nellie
Romijn).
Kunt ge het volgende versje aan
vullen:
Gebrh. .r,
't Is k. ra d .r!
De tg t vlg,
K rt n ter g.
3. (Ingezonden door Willem Over-
meer).
Zet onder elkaar:
Een plaats in Gelderland.
Een plaats in Noord-Holland.
Een plaats in Zuid-Hofland.
Een plaats in Zuid-Holland.
Een plaatsje in Gelderland.
Een plaats in Gelderland.
Een plaats in Zeeland.
Een plaatsje in Zeeland.
Een plaatsje in Friesland.
Een plaatsje in Gelderland.
Een plaatsje in Gelderland.
De beginletters vormen dezelfde
plaats in Gelderland als op den lsten
regel staat.
4. (Ingezonden door Hendrik Mole-
kamp).
Ik ben een woord van 7 letters en
bom altijd in 't begin van 't jaar.
1, 2. 5, 6 is een deel van den tijd.
1, 5. 3 is een jongensnaam.
5. 3, 3, 2 is een meisjesnaam.
Een 4, 7, wordt gegeten.
Een 3, 2, 6 is een grappenmaker.
5. (Ingezonden door F. A. v. Braam)
Zet achter elkaar een familielid, een
vrouwenkleedingstuk en 'n verkorten
jongensnaam en ge krijgt een keizer
rijk in Afrika.
6. (Ingezonden door
Legt ge den klemtoon op de 1ste let
tergreep, dan ben ik een vrucht, legt
ge hem op de tweede, dan kent de sol
daat mij beter dan iemand anders.
7. (Ingezonden door
liet geheel is een nuttig voorwerp
en wordt door velen gebruikt. Het 1stu
deel is een lichaamsdeel, het 2de deel
is een kleedïngstuk.
8. (Ingezonden door Cornells en
Johanna Janssen).
Ik ben een stad op den Balkan van
0 letters.
1, 2. 3, 4, is een nuttig ding, dat op
School .en in huis gebruikt wordt.
I, 7. 8 is eer. vrucht.
6, 2. 3. 9 is zwart,
4, 7, 6. 4 is een gebouw.
9. 5, 6, 1, 2, 9 is een visch.
9. (Ingezonden H<v>r Maria J. T-T.
Piet).
Ik wordt over zeer veel spijs ge
strooid.
Doch alleen, eet men mij nooit.
10. (Ingezonden door Cornelia en
Johanna Brugman).
Uw Vader en een kruipend dier vor
men samen iets nuttigs, dat door
iedereen wordt gebruikt.
II. (Ingezonden door Albert Bie-
mond).
Ik ben vleesch. Laat de eerste let
tor weg en ik ben ook vleesch.
Hoe kan dat?
12. (Ingezonden door J. Ovenneer).
5, 7, 2, is een dier.
Een 1, 3, 12 i3 iets waard.
4, 2, 6, 9 is een visch.
Het geheel is een plaats in Zuid-
Afrika van 12 letters.
4, 11 is voedzaam.
5, 10, 2, 7, 4, 8, is een vrucht.
10, 4, 2, 9 hebben sommige menschen
of kinderen aan handen of voeten.
Raadseloplossingen
De oplossingen der raadsels van de
orige week zijn:
1. Viissingen.
Lisse, leng, Lien, vlieg.
2. Veel koks bederven de brij.
3. Theems, Eems, Eem.
4. Beter hard geblazen dun den
mond verbrand.
Aal, bord, Anna, Toon, ezel, arend,
hond, neen, brand, oog, been, raven,
mat, dag, baard, hand.
5.
r
a
O
V
e
n
r
e
i
n
A
n
n
a
A. C. Smit 8.
Lena Koele veld 10.
Jan van Heinerl 10.
Cornells Nauta 10.
Hester Klcek 9.
Christina Boesmans 9.
A. E. Dikkehoom 10.
Jon Meijer 10.
Caspar Willemsen 10.
Lena Buitenhuijs 10.
Bernard Vernimmeh 10.
Jan van Zijtveld 12.
Annie van Daalen 10.
Elizabeth v. Viegen 10.
De Vscantie-Wedstrijd
6. Ar.-dennen.
Ardennen.
7. Brievenbus.
Bier, neus, bever.
8. Vinkeveen.
9. De dagen der week.
10. Koningsbergen.
Koning, George, Sneek, bon.
11. Broodmes.
12. De letter k.
Goede oplossingen ontvangen van:
Frans Snellens 12.
Jan Rozenhart 12.
M. J. H. Piel 12.
Rebekka Eugelander 8 en 9 van de
vor. week.
A. C. Smit 7.
Lena Koeleveld 12.
Mientje Langenberg 9.
Kees de Klerk 12 en 12 van do vor.
week.
Jan van Ileinert 12.
Mina van Essen 12.
Cornelis Nauta 9.
Plester Kloek 9.
Christina Buesraans 7.
A. E. Dikkoboom 12.
.Tan Meijer 12.
Caspar Willemsen 10.
Lena Buitenhuijs 12.
Bernard Vernimmen 10.
Rilca en Jacob Baaij 12.
Jan van Zijtveld 10.
Annie van Daalen 12.
Willem Overmeer 12.
STRIKVRAGEN.
(Ingezonden door Wilha. v. Essen).
1. In ons vaderland is een dorp,
waar de schoolmeester, de genees
heer, de koster, de dominee, de burge
meester en de pastoor allen zwagers
zijn. Waar is dat?
2. Welke spreekwijze is dit: XI?
3. Wanneer eindigen de dagen der
menschen?
(Ingezonden door Maria J. II. Piet).
4. Die mij beroven van mijn vel.
Die weenen, willen ze niet of wel.
5. Noem eens iels, dat men onmoge
lijk kan raden?
(Ingezonden door Bernard Ver
nimmen).
6. Welke dieren zijn de langste die
ren? 'i
7. Welke meter is de langste?
8. Waarom spreidt de pauw haar
staart uit?
(Ingezonden door Liesje Roelofs).
10. Ik vlieg en ik ben geen vlieg!
Een kindje slaapt in mij en ik bon
geen wieg!
Ik zeg miauw en ik l>en geen kat!
Ra, ra, wat is dat?
(Ingezonden door Stiena Alleman):
11. Wat is de overeenkomst tui
sc-hen een paling en een pekelharing?
(Ingezonden door Cornelis en Jo
hanna Brugman).
12. Het is een getal dicht bij dui
zend.
Neem er de helft af en ge houdt
niets over.
Hoe kan dat?
STRIKVRAGEN.
De antwoorden op de strikvragen
der vorige week zijn:
1. Over den weg.
2. Oogappels.
3. Zijn eigen been.
4. Roermond.
5. Oorbellen.
6. Uit een ezelskop.
7. Een oorknop.
8. Mestvorken.
9. Schoonoorden.
10. Kiezelsteenen.
Goede oplossingen deze week ont
vangen van:
Jan Rozenhart 10.
M. J. H. Piet 9.
Rebekka Engelander 12 en 9 v. d.
vorige week.
terug.
Toen Claudine alleen was. sloot zij
de luiken en deuren. De twee kin
deren bleven verschrikt dicht bij el
kaar zitten en schreiden zacht;
Adeline en Filip hadden het vreese-
lijke verhaal begrepen.
Nog niet lang hadden zij zoo ge
zeten, toen een geluid van naderen
de voetstappen weerklonk. Door de
kier van een luik zag Claudine een
troep ruwe kerels met roode gezich-
A1 is dc deelneming in dezen tijd ten naderbij komen. Zij waren ge-
van het jaar nooit zoo heel groot, toch wa.pend met stokken, geweren en
geef ik jullie maar weer wat anders zeisen.
op Komen er in de vaeantie dan „zij zijn 'tl" zei het meisje zacht,
regendagen, dan heb je toch wat te j Toen volgde een luid geklop op de
doen. keukendeur.
De wedstrijd bestaat dezen keer uit Doodelijk verschrikt bleven de
twee kinderen zitten; zij schreiden
niet. Bleek stond Claudine voor hen;
steld en dan zou zij weerloos zijn. „Niets? Waarom keek je er dan
En als de kerels het groote, eenzame telkens zoo angstig naar?"
huis binnendrongen, wat zou er dan j „ik keek er niet naar, ik keek
worden van haar en van de twee naar den koffer, die er voor stond."
kinderen, die zij beschermen moest? j „Zoo, keek je naar den koffer?"
Wie zou het verdedigen? Claudine antwoordde niet; zij
„Ik ga kijken of ik mevrouw zie,Werd nog bleeker tusschen den kof
had Pierre gezegd, en hij had zijn fei. en (ie kast lag het popje van
geweer genomen. „Ik kom dadelijk Adeline. De doordringende oogen
van den man gingen van de pop
naar het ongelukkige meisje. Hij
speelde met zijn slachtoffer als de
kat met de muis. Een oogen-blik ge
noot de man van den angst, die
zicli van het arme meisje meester
maakte; daarna omklemde hij met
kracht haar pols, bracht haar voor
de kast, duwde den koffer weg, en
zei
„Maak open!"
Met bevende vingers haalde Clau
dine den grooten sleutel uit haar
zak en met moeite stak zij dien in
het sleutelgat. Knarsend ging de
deur open. De roover trad dichterbij,
terwijl Claudine zich uitgeput op
den koffer liet vallen, haar gezicht
in haar handen.
Maar in het vertrek bleef het dood
stil. de kinderen zwegen. Waarom
HET BEDENKEN VAN 2 LAN- -
- GF. RIJEN WOORDEN.
slagen op de zware houten deur schreeuwden zij niet van angst. Clau-
werden harder en telkens werd er dine keek op.
Achter in de kast, tegen elkaar
aangedrukt, zaten broertje en zusje
rustig te slapen. De blonde haren
van Adeline hingen over 'net kieltje j
van Flip; beide kinderen glimlachten
bij geroepen en gescholden.
Zonder een woord te zeggen, pakte
Claudine de beide kinderen beet en
stopte hen in de groote kast, waar-
na zij den sleutel in haar zak stale. a i x j
„Houd je stil. Je leven hangt erEuii s[aaj,_ pe roover keek bcurte-
De rerste rij moet bestaan uit na- van af!" zei ze. lings naar dc kinderen-, die onhe-
men van dierende tweede rij uilDaarna schoof zij een zware kol- i WU£l Waren van het gevaar, en naar
namen van planten, bloemen of boo-fer voor de kast en met kloppend do gr00te zuster, die hen niet had
men. Na moet je er voor zorgen, dat hart maakte zij de keukendeur open. kunnen beschermen,
ieder volgend woord begint met de „Jij bent een slechte portier, meis- Waarom verberg je die kinderen?
je. Zóó lang laat men zijn bezoekers 1 u*
niet wachten."
De man lachte ruw en de anderen
lachten mee. Claudine drukte de
tanden op elkaar en antwoordde
niet. Zij bood geen tegenstand aan terug
de woeste mannen, die het huis Jk was bang, dat jullie de kinde-
binnendrongen en m de groote zaal fen zoucjt vermoorden," zei ze zacht,
op de stoelen gingen zitten, waar En kegk deQ man flink aan
zij zich bij het groote houtvuur gin-j JcJbent. een dapper meisje," zei
gen wannen en tegelijk beslag leg- de man plolseiingi ,.a1s je moeder
den op den voorraad ham en ande- tilujSkomt, kun je haar zeggen, dat
re eetwaren. dfi y^ien aan jou hun leven dan-
„I-Ió, meisje 1 Breng voedsel en keu Want mijn makkers zouden ze
wijn! Eu haast je watl" I zeker niet gespaard hebben."
Claudine bracht zwijgend eten en njj gooide zijn geweer over den
"ten. De wijn maakte hunne ton- schouder en verdween in het bosch.
uUSTUS 1913. I gen los, maar Claudine luisterde' Even ialer hoorde Claudine het
Hierbij moeien duidelijk wordennauwelijks. Het eenige waaraan zij vroolijk blaffen van den jachthond,
vermeld: naam, leeftijd en woon- kon denken was: de groote kast, en -
plaats van den inzender of de inzend- zij hoopte vurig, dat geen der man-
nen op het denkbeeld zou komen die
JAN VAN Z. Nu moet je me
maar eens schrijven, wat je de ver
dere vaeantie hebt uitgevoerd Ben je
nog meer naar buiten geweest Do
nieuwe strikvragen zijn goed.
CHRISTINA E. Heb je er al vijf
af, dan zal je wel haast klaar zijn
Heb je veel pleizier gehad op de ker
mis, en heb je veel in den draaimolen
gezeten Hebben jT1 e die bloemen
ook in den tuin gezaaid?
A. E. D. Gaan jullie den volgen
den Woensdag naar Mevr. B. Dat
znl een pvettiee dag worden Ik vind,
dot je al heel wat nomen hebtVind
je het een prettïgen wedstrijd
MARTNT'S C. Ik vind het best,
hoor 1 Jullie hebt het nu zoo druk met
al die logees, dat je hoofd niet staat
naar raadsels oplossen Maak maar
veel pleizier
MEVR L. Ik denk, dat het het
best is, als n een geneesheer raad
pleegt. De huismiddeltjes, die daar
voor wel eens aangewend worden,
helpen gewoonlijk geen van alle
laatste letter van het voorgaande.
De eerste rij wordt dus bijvoor
beeld koe, ezel, lam, merel, enz.
De tweede rij zou kunnen beginnen
meitulp, palm, malve, els.
Probeer zelf nu maar eens deze rijen
zoo lang mogelijk te maken.
Als prijzen stel ik dezen keer be
schikbaar
6 BOEKEN IN PRACHTBAND.
Drie voor kinderen van 12 jaar of
ouder en drie voor kinderen van 11
jaar of jonger. j
Alle inzendingen moeten in mijn
bezit zijn vóór uf op WOENSDAG *7 drinken. De wijn maakte hunne ton-
vroeg de man eindelijk met zachtere
6tem.
Waartoe nu nog veinzen? Alles
was verloren en met den dood voor
oocen kreeg Claudine haar moed
ster, benevens de verklaring of het
werk alleen gemaakt is.
EEN GESCHIEDENIS UIT DEN
REVOLUTIETIJD.
kast te willen open....
Eensklaps hoorde zij oen woord,
dat haar aandacht trok; de mannen
spraken van Mué. Zij lachten toen
zij elkander vertelden welk een slag
zij daar hadden geslagen. Gezeten
op den koffer voor de kast rookte de
aanvoerder een korte pijp, terwijl
hij spattend over de zaak uitweidde.
Onwillekeurig dwaalden de oogen
van Claudine weer naar de kast,
maar plotseling wendde zij ze af en
onverschillg keek zij naar alles wat
haar omgaf; zij mocht aan die kast
niet meer aandacht schenken dan
aan elk ander voorwerp.
„Hó. meisje, wijn!" riep een schor
re stem.
Zij moest naar den kelder gaan en
de halfdronken kerels alleen laten.
Claudine weifelde niet; wel vreesde
zij, dat men het kloppen van haar
hart kon hooren, toen zij de smalle
trap afging met haar kan in d? hand
maar zij aarzelde niet. Toen zij terug
die haar moeder vergezelde.
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van
de Kindei-Afdeeling moeten
gezonden worden aan Me
vrouw Venemav. Doorn,
Kleine Houtweg 21, Haar
lem).
In de bus gooien, zonder
aanschellen
ANNIE VAN D. Bedenk er nog
maar ineer bij 1 Veel pleizier Dins
dag 1
MARIE L. Wel bedankt voor je
mooie kaart. Heb je pleizier in S.
De kaart lijkt net op ons Teyler-
museum, vind je niet?
maar zij aarzeioe niet. loen zij terug WILLY G. 1W^„^^a^aI0°veei
kwam, nog altijd zwijgend.^ warenhoard
Het was een Zondag in Bretagne.
■Een triestige stilte lag over het land.
In een oud, vervallen huis met
dikke muren hield een jong meisje
zich bezig met de zorg voor het huis
houden. Om haar heen speelden haar
broertje en haar zusje, die nu en dan
het houtvuur in den grooten haard
opstookten en daarbij vroolijk bab
belden. Claudine lette nauwelijks op
hen en keek telkens angstig naar
buiten.
Het was een ernstige tijd. Een
groote boerenopstand was uitgebro
ken en groote troepen boeren trok
ken het land door, plunderden overal
en behandelden allen, die het waag-
den het niet met hen eens te zijn en de mannen druk m gesprek, maar
"oX mï: &SE? x -sari's wille* 0.-wrj*;
'nufubW Inüïï^eiThSg^M^ «WH D« dm- »M hoiisll ïkf Moeder bakken kon? Of
narMen en voor de eerste maal sinds I geopend en de sleutel zat nog altijd met een netje om in een aquarium te
ÏÏÏÏÏStadSie"mMÏÏÏJSS I «fi» to l.aar rak. doen? Ging Vader dan ook moa, of
Kenauld haar huis verlaten om naar mannen, d.o nu voldaan \va-| kan je het alleen?
de kerk te gaan. Het was een heel i reiI> Iiarnfn wa' er I}0'^' 1! ®n y i
eind. Zij was vertrokken met den pn met dc overgebleven eetwaren) WH.LEM DE K. - \Vel bedankt,
grooten hond, den jachthond van vulden zij liun knapzakken; op de i VOOI. je inooie kaartenSpeel je nog
haar man, en zij had Claudine en de l efÜJld la.°en gebroken hoi den en prettig in Zandvoort? Hoe lang blijf
bediende. f i,nin.
Een bedelaar klopte aan. Claudine veiliRlieid
gaf liem wat eten en de man verteldedaabt ^'"deien zijn in vemgneia,
(fluisterend', dat een nieuwe bende N J- vul(i.en de mann-en hun kan ie Iliet z0° gemakkelijk naar
opstandelingen, gevaarlijker dan een .daarna trineen zii zonder ■Bloemendaal of naar Groenendaal
van de vorige, het land rondtrok >U f H-Crd X «"„ISiaTiS k-aon. Zijn iulho ar heen gewandeld?
leken op wolven, die door den honger h -t Ja. "t weer was er prachtig voor,
1,.. „f.,, Hui. "u,° U11'-
je er nog?
LENA B. Zoo. ben jij eigenlijk
een Amsterdammertje Nu, dat is
ook een prettige stad om te wonen, al
het bosch uitgedreven worden. Hui
zen en afgelegen hofsteden werden ge
plunderd. vrouwen en kinderen wer
den omgebracht.
„Gisteren nog", zoo vervolgde de
man,, zijn zij niet ver van Hué een
hofstede binnengedrongen. De man
nen waren op het veld. De opstande
lingen waren ongeveer veertig in ge-
Ja, "t weer was er prachtig voor,
aar ook om in A. te logeeren, want
talzij lieten zich eten
brengen en namen brood, boter en
tarwe mee maar zij wilden ook geid
heuben. GeldWie heeft dat tegen
woordig De oude vrouw en lmar
dochter hebben gezworen, dat zij
niets hadden, zij werden bedreigd en
vastgehouden en intusschen gingen
eenige opstandelingen het huis door
zoeken. Toen zij zagen dat er niets
was, werden de kinderen door de roo-
vers vermoord. En vóórdat zij er-
trokken staken zij het huis in brand."
Claudine luisterde verschrikt toel
Van alle kanten dreigde dus gevaarI
Als mevrouw Renauld door de ban
dieten werd aangevallen, zou haar
hond spoedig buiten gevecht zijn ge-
Claudine volgde hen met de oogen;
zij h.tasttc zich niet dc deur achter als liet daar in Auguslos erg warm is.
hon te sluiten, zij mocht vooral met >s het er haast met uit te houden,
toonen, dat zij bang was.
Zij gingen liet bosch in, en hun
voetstappen verwijderden zich meer
en meer.
Claudine sloot het vensterluik.
,Wat zijn de kinderen verstandig!
KEES DE K. Ja. heel mooi is hel
niet meer, maar het is toch wel grap
pig, om eens te zien in hoe 'n klei a
huisji een czaar wel leven kon 1 Gin
gen jullie er met de boot 'neen Aar
dig, om eens door zoo'n echten verre
kijker te kijken Wal lijken zulke
groote schepen dan klein, en toch kan
je er nog zooveel op onderscheiden.
Ben je wel eens op zoo'n groote boot
geweest
A. C. S. De nieuwe raadsels zijn
goed, maar eigenlijk woont er wei
iemand in zoo'n huis. al is het dun
ook geen mensch, vind je niet
LENA K. Dank je wel voor je
goede wenschen, maar ik denk toch.
dat 'ij er meer pret gehad hebt dan
ik. Vertel mij de volgende week maar
eens wat je bet aardigst vond. Tk vind
1 'dat, je er al heel veef hebt, maar ik
weet nog niet. wat de anderen er van
maken zullen I
MIENTJE L. Ik vind het best.
dat je ook meedoet 1 Op welke school
ga je Ja. je hebt nu extra veel -tijd
voor de raadsels: als de school weer
begonnen is, heb je dan ook nog tijd
genoeg
JAN R. Ik weet niet, of je al in
Alkmaar bent, maar dan zal Moeder
toch misschien de krant wel voor je
bewaren Ik hoop, dat je er veel plei
zier hebt
REBEKKA E. Nu, jullie profi-
teeren goed, hoor 't, Ts ook prachtig
weer om een flinke wandeling te ma
ken, maar vooral Maandag zal jo
's avonds je voeten wel gevoeld heb
ben, denk ik. Waar had je 't meeste
pleizier. in Zandvoort of ïn Groenen-
dnnl Aan 't Kolkje is het ook heer
lijk 1 Hoe lang ga je naar Amster
dam? En heb je de rubriek juist op
je verjaardag gekregen? Nog wel ge
feliciteerd, hoor
NELLY v. d, B. Ik vind het rap
port prachtig Heerlijk, dat je over
gegaan bent. Ik kan me best begrij
pen, dat je door al die prettige din
gen tegelijk heelemaal de rubriek
vergat. Iloe vond je de „Entos"
JAN VAN H. Je treft prachtig
weer in C. 1 Stuurt Moeder je de cou
rant op En wat doe je nu den ge-
heelen dag Loop je maar steeds in
de duinen En gaat Vader dan mee?
MINA VAN E. Ik hoop ook, dat
je veel pleizier hebt in de vaeantie f
Ik denk, dat je raadsels nu wel gauw-
zullen komen. Die er nu in staan zijn
bijna allemaal in Mei ingezonden. Let
dus maar eens op.
drinken dacht zij, „zij vermoeden zeker nog
"4"" niet dat alle gevaar geweken is."
Juist wilde zij de zware keuken
deur sluiten, toen een ruwe hand
van buiten haar weer opendrukte.
In ontzetting zag Claudme den aan
voerder van den troep weer binnen
komen.
Nu wij alleen zijn, meisje, moeten
wij eens afrekenen."
Claudine begreep hem niet. Ver
baasd keek zij den man aan, die
zich rustig door zijn rooden baard
streek.
„Wat verberg je daar in die kast?"
vroeg hij brutaal.
„In dio kast? Niets!" antwoordde
Claudine,
BERNARD V. Ja, dat gaat wel
eens niet meer dingen zoo. Als je bezig
bent is het lastiger dan het eerst
scheen. Als Moeder het nu nog maar
wat kalm opneemt, dan zal ze lang
zamerhand wel weer even flink wor
den, als vroeger.
CORNELIS C. Heerlijk, dat ze
nu juist met de kermis gekomen zijn,
Cornelis Had je oom vroeger ook
wel eens een Haarlemsche kermis
meegemaakt Maar de jongste is
toch zeker nog te klein om dan mee
te gaan I
WILLEM v. d. L. Wel bedankt
voor je mooie kaart 1 Wat eigenaar
dig, dat die huizen daar zoo in de
rotsen gebouwd zijn. Hoe lang zijn
jullie er geweest
CORNELIS N. Ben je van de
weck in Groenendaal en Zandvoort
geweest En vond je het er prettig
Leek het „lasso werpen" je erg moei
lijk, en heb je het met Jan de B. ook
wel eens geprobeerd? Ik vond je kaart
van Z. heel mooi 1 Heb je die zelf uit
gezocht
HESTER K. Vertel me dan maar
eens op welke school je bent, en of je
't ook zoo prettig vindt, om een paar
weken vaeantie te hebben. Heb je a)
groote wandelingen gemaakt
Mevr. VENEMA—y. DOORN,
6 Augustus 1913.