Imu's Dagbud
WK A AAL.
TWEEDE BLAD
Dinsdag 16 September 1913
OM ONS HEEN
No. 1809
Gevonden voorwerpen.
Dezer dagen is er in ons blad op ge
wezen, dat Kamers van Arbeid
inlichtingen vragen, die bij andere
Rijksinstellingen, de Rijksverzeke
ringsbank en de arbeids-inspectie be
kend zijn. Naar aanleiding daarvan
werd mij verzekerd, dat de bedrijfs
belasting, die natuurlijk van de lijs
ten dor Rijksverzekeringsbank groo-
ten dienst zou hebben, die niet ter bo
schikking krijgt. Het Rijk is dus niet
een centraal beheer met allerlei tak
ken van dienst, die elkander steunen
en aan de twee staaltjes, die ik hier
boven geef, zou men zeggen, dat er
aan de practijk wat hapert. De admi
nistratie, om het kort te zeggen, Is
niet administratief genoeg.
Zoolang dat gebrek aan eenheid
alleen ambtenaren hindert, is er vooi
ons geen reden om ons daarmee te
bcmoc-ien. Maar het wordt erger, wan
neer particulieren, die toch al genoeg
te doen hebben, aan 't werk worden
gezet en dit is dan ook de reden,
waarom de opmerking over het invul
len van die lijsten van 14 dagen ar
beidsloon en arbeidsduur gemaakt Is.
De gemeente Haarlem is ook al sinds
jaren bezig een gedeelte van baar
werk aan particulieren op den hals te
schuiven, die dit gewillig ondergaan
ik bedoel het bewaren van gevonden
voorwerpen.
Vroeger was dat anders, toen nam
de politie elk gevonden voorwerp,
klein of groot, behoorlijk van den vin
der aan, schreef he| in, bewaarde het
op 't bureau en diende voor tusschen-
persoon, wanneer de eigenaar zich
kwam aanmelden. Op zeker oogen-
blik is dat veranderd Wel wordt se
dert dien tijd nog altijd aanteekenbig
gehouden van wat als gevonden aan
gegeven wordt, maar in de meeste
gevallen krijgt de eerlijke vinder hel
voorwerp zelf weer mee naar huls,
met de vriendelijke opdracht, het
daar maar te bewaren totdat do bezit
ter zich komt aanmelden.
Met welk recht weet ik niet. Hoe
men een particulier aldus tot bewaar
der van gevonden voorwerpen kan
aanstellen, weet waarschijnlijk nie
mand, maar het feit is daar cn de
gelukkige vinders onderwerpen er zien
heel gemoedelijk aan, waarschijnlijk
denkende, dat zij er toe verplicht zijn.
Voor zoover ik weet is daar niets
van aan. Zeker, het is verboden ge
vonden goed voor zichzelf te behou
den en het ligt dus voor de hand, dat
'de vinder het bij de politie aangeeft,
maar daar houdt dan toch ook alle
wettelijke verplichting op. Nu behoort
de politie haar taak te beginnen en
zich als plaatselijk gezag met de be
waring van 't gevondene te belasten.
Waarom ze dat niet doet? De ver
klaring is, dat de politie geen ruimte
heeft om al die voorwerpen behoor
lijk te bergen en geen personeel om
er hel oog op te houden en het pu
bliek te woord te staan. Een geldige
verontschuldiging schijnt dat niet:
wanneer de eene of andere tak van
dienst niet goed ingericht is moet ze
verbeterd worden dat is logisch,
maar niet, om de taak dan maar aan
anderen, die er niets mee te maken
hebben, over te dragen.
Een uitzondering wordt gemaakt
wanneer kostbare voorwerpen wor
den aangebracht door personen, bij
wie die niet al te best bewaard schlj
nen, houdt de politie ze zelf. Die
grens zal wel niet gemakkelijk te Lrek-
ken zijn en het moet wel pleizierig
wezen, wanneer aan arme, maai'
doodeerlijke lieden een duur stuk op
dezo wijs niet wordt toevertrouwd. i
Maar ook voor de verliezers is de
bestaande regeling niet zonder nadec-
len. Het is toch altijd gemakkelijker,
zijn eigendommen terug te halen bij
een openbaar bureau dan bij een par
ticulier, die niet thuis behoeft tc we
zen cn dus dikwijls ook niet aanwe
zig is. Bovendien slaat de verliezer
altijd voor moeilijkheden als: „moet
ik hier een fooi aanbieden?" zoo ja
„hoeveel?" Bij de politie la een rustig
overleg over deze vraag veel gemak
kelijker.
Er is nog een ander gevaar. Een
eerlijke vinder hoeft, zoodra hij iets
vond, zijn eerlijkheid bewezen door
het voorwerp dadelijk bij de politie
aan te geven. Deze vertrouwt het hem
toe, beter gezegd, doft hem de taak
op om het te bewaren en gemoedelijk
wandelt hij er mee naar huis en
legt het ergens weg in een kast, tot
dat de eigenaar verschijnt.
Maar die komt nietl Wat wel komt
is geldgebrek bij den eerlijken vin
der. Nu wordt de strijd groot. Daar ln
die kast ligt een ding, dat misschien
twintig gulden waard is en waarvan
de eigenaar zich misschien nooit meer
aanmelden zal. Een gewillige buur
man of vriend kan gemakkelijk alB
eigenaar dienst doen, zich aanmel
den bij de politie en een volkomen
juiste beschrijving van het „verlore
ne" geven, omdat hij het een uur ge
leden van alle kanten bekeken heeft
Weldra ïs het voorwerp te gelde ge
maakt en de opbrengst gedeeld ik
zeg niet, dat het vaak gebeurt, maar
het kan voorkomen en de ware eige
naar loopt nog kans, dat hij, zich la
ter aanmeldende, voor een oplichter
wordt aangezien.
De meeste bewaarders bezwijken
voor deze verzoeking niet; goed, maar
dan toch loopen zij nog een hoogst
onaangename kans, dat het hun toe
vertrouwde voorwerp wegraakt. Maar
ecu heel klein gedeelte van het
menschdom bezit een brandkast, de
groote meerderheid moet dingen van
waarde bergen in een lade of een
kast. Als het voorwerp daar uitvalt,
onder een meubel rolt en opgeveegd
wordt, of wanneer een klein kind bet
in de knuistjes krijgt en uit het raam
werkt, dan is het toevertrouwde pand
verdwenen en loopt de bewaarder,
wanneer de eigenaar zich tevergeefs
heeft aangemeld om zijn eigendom te
rug te halen, gevaar van een proces
verbaal wegensverduistering.
Als het mij ooit overkwam een voor
werp van waarde te vinden, dan zou
ik hot in de Smedestraat aanreiken
en wanneer de inspecteur van dienst
mij als bewaarder wou aanstellen zou
ik met een beleefden groet ten spoe
digste verdwijnen. Riep hij mij terug,
dan zou ik hem vertellen, dat ik al
lerlci bezwaren heb tegen het bewa
ren van andermans goedethische,
practische, economische, sociale en-
zoomeer en dat de politie tegen die
taak veel beter is opgewassen.
Dan bergt de politie het ding zelf
wel op en daarmede doet ze, wat toch
feitelijk der politie en niet der bur
gerij is.
J. C. P.
Buitenlandscli Overzicht
De Baikanvulkaan
Turkijeen B u 1 g a r ij e.
Do onderhandelingen tusschen de
Bulgaarsche en Tuvksehe gedelegeer
den te Konstantinppel over den vrede
tusschen Turkije en Bulgarije dunen
nog steeds voort.
Een officieel bericht meldt dat de
Turkscbe en Bulgaarsche gedelegeer
den tot overeenstemming gekomen
zijn over de hoofdpunten van de
grensquaestie. De definitieve regeling
zal geschieden In do eerstvolgende
zitting, die morgen, Woensdag, zal
plaats hebben.
Goemoeldjina.
Bij de ontvangst van een deputatie
uit het voorloopig bestuur van Goe-
moeldjina verklaardo do Turksche
minister van biiuieailandsche zaken,
dat de Porto de beweging tot verkrij
ging van onafhankelijkheid noch kon
aanmoedigen noch direct steunen, hij
Ik-IooWo echter in don loop van do
Turksch-BuJgaarscho conferentie te
zullen opkomen voor de geheiligde
rechten van de bevolking van Goe
moeldjina en naar hij hoopte, met
succes.
De minister ried do deputatie aan
do bowoneis vam do stad tot kalmte
aan te sporen.
't Legeren do vloot van
Griekenland.
Eenigen tijd geleden is de En gel -
sche marine-commissie, die ter be
schikking van Griekenland gesteld
was ter reorganisatie van de vloot,
weder naar haar vaderland terugge
keerd. Over de praostaties van deze
commissie was men echter blijkbaar
in Griekenland zoo tevreden, dat men
het wenechelijk heeft geacht nogmaals
de hulp van Eiurolsche marine-officie
ren in te roepen. Die hulp werd wel
willend toegestaan en binnenkort zul
len nu negentien of twintig officieren
benevens eenige burgerambtenaren
van de Engelsche marine naar Grie
kenland vertrekken. De positie van de
leden dezer commissie zal van geheel
anderen aard zijn dan die van de vo
rige, die trouwens maar zeven leden
telde en sleohts advisee rend optrad.
De leden der nieuwe commissie tre
den in dienst bij de Grieksche vloot
dragen de Grieksche uniform en zijn
verantwoordelijk voor do taak, die
hun wordt opgedragen. De voor deta-
chee-ring bij de Grieksche vloot aan
gewezen officieren hehooren tot ver
schillende takken van. dienst, er zijn
specialiteiten bij op het gebied van
het torpedowezen, officieren-machi
nisten, scheepsbouwkundigen enz. Ko
lonel Sir Edward Rcben, die het plan
heeft opgemaakt voor de vlootbasïs
te Rosyth, zal, op speciaal verzoek
an de Grieksche rececring, tijdelijk
aan de commissie toegevoegd worden.
De vloot zal dus gereorganiseerd
worden door Engelschen en het leger
zal evenals tot dusverre van de voor
lichting van Fmr sche desknrdigen
blijven profiteeren, ondanks de on
voorzichtige woorden, die koning Con-
stantijn te Berlijn heeft geuit en die
do Pranschen zoozeer ontstemd heb-
ben. Generaal Eydoux, het hoofd van
de Fransche leger commissie in Grie
kenland, heeft nl. in een onderhoud
met een berichtgever van „Excelsior"
dezen medegcdeei'd, dat hii na afloop
van zijn vacanlio het in Griekenland
begonnen werk zou gaan voortzetten.
C&Ina on Japan.
China heeft alle eischen door Japan
gesteld ingewilligd. Of echter nu hier
mede de zaak uit is?
Do correspondent van de „Daily
Telezr." te Tokic meent van niét. Hij
zegt, dat de anti-Chineesche bewe
ging in Japan onverzwakt voortduurt
en steun vindt, zoowel in kringen van
het leger als bij andere invloedrijke
groepen. De oorlogszon ri ij in Japan
wil in elk geval, of Chinn toegeeft
of niet. China leeren. dat Japan m
niet een cruantité negligeahle is en de
correspondent, die zegt dat velen ïn
Japan een finarcieele crisis in China
verwachten, die tot Jan-arische tus-
schenkomst zou nopen, verwacht dat
een gewapend optreden van Japan in
China zeer waarschijnlijk is.
In do „Times" deelt de correspon
dent to Sjanghai mede, dat de hou
ding van generaal Tsjang-hsoen, de
bevelhebber der noordelijke troe
pen te Nanking reden geeft tol ern
stige bezorgdheid. Deze generaal be
schikt over 35.000 man. en tracht zijn
leger steeds te versterken. En deee le
germacht schijnt bereid, den reuera al
tot zelfs in de gevaarlijkste avonturen
te volgen. Do inwoners van Nanking
verlaten bij duizendtallen de stad.
Klachten over plundering en geweld
daden baatten niets en lokken alleen
nieuwe wraaknemingen uit. Generaal
Tsjang-hsoen moet. een aantal regee-
ringspersonen uit den tijd van de
oude Mantojoeregcering hebben terug
Do buitonlar.'Joris zullen de macht,
die do regeer in g te Peking kan oefe
nen, afmeten naar wat zij tegenover
Tsjangeoon weet te bereiken.
Allerlei
Bedreiging togen minis
ters in Z u i d-A f r i k a?
Onlangs heeft Poutsmneen der
Zu ul-Afrikaanscho arboidersiedders,
verklaard, dat do vrede op 5 Juli In
Carlton Hotel to Johannesburg na do
ongeregeldheden aan den Rand was
gesloten „op de punt van de revolver"
en dat de vertegenwoordigers der ar
beiders tot minister-president Botha
©n generaal Smuts, den minister van
financiën, zoude» hebben gezegd
,Als er nog eens geschoten wordt,
gaat gij er aan".
Dezo bewering is echter door gene
raai Smuts beslist tegengesproken.
Nu heeft echter, volgens een Reu-
terbcricbt uit Johannesburg, de secre
taris van den arbeidersbond Bain
verklaard, dat na de onderteekenini
van de voorwaarden, waarop I et
werk zou worden horvat, al degenen,
die daarbij aanwezig waren geweest
zich naar het balkon van het Carlton-
hotel hadden begeven en van daar
zagen, dat do soldaten hun geweren
reeds op de menigte op straat hadden
gericht. Bain beweert er zeker van te
zijn, dat als er maar -één schot go-
lost ware, Botha, Smuts, noch kolonel
Frater, <le chef der politie, nog maar
één minuut geleefd zouden hebben.
En Mathews, de secretaris van den
mijnwerkersbond. beweert dat twee
leden van de arbeiderspartij ieder een
geladen revolver gericht nadden ge
houden on elk der ministers en dat
deze, als de troepen hadden eesch.v
ten. onmiddellijk daarop neergeveld
zouden zijn
De ministers schijnen dus, er moge
dan van een uitgesproken bedreiging
geen sprake zijn geweest, tcch wol in
ernstig gevaar hebben verkeerd.
D e t u nn el onder het kanaal
Het denkbeeld om Frankrijk en En
geland door een tunnel te verbinden
stuit weliswaar niet meer op zooveel
tegenstond als nog betrekkelijk kort
geleden, geheel overwonnen is hij ech
ter nog niet, z.ooals blijkt uit hetgeen
de militaire medewerker van de „Ti
mes" schrijft: „Hoe groot ook de com
mercieel© voordeelen van de tunnel
misschien zullen zijn, of wij al of
niet groote waarde hechten aan de
waarborgen, die wij aan onze zijde
kunnen scheppen en of bij het natio
nale risico hoog of laag schatten,
vaststaat, dat een tunnel onze zorg
zal vermeerderen en een ommekeer
zal brengen in de wijze, waarop onze
verdediging moet worden geregeld.
Het zou dus, zoolang in Engeland nog
geen nationaal leger bestaat, een
dwaasheid zijn ons natuurlijk isole
ment op te geven, nieuwe gevaren
te voeren aan die, welke ons reeds
bedreigen en den last op ons te nemen
va.n een landgrens en van grooter
continentale aansprakelijkheid".
De toestand te Dublin
wordt hoe langer hoe ongunstiger.
De werkgevers hebben de verdere on
derhandelingen rnet de arbeidèrslei-
ders afgebroken en zij schijnen voor-
nemeVis, d-3 uitsluiting van de leden
vart' den Trar.sportarbëidersbond met
kracht door te zetten. Het aantal sta-j
kér's, uitgestotenen en werkloazen j
neemt zeer tea en de invloed van het1
arbeidsconflict blijkt duidelijk uit hel
acer yojaniinilerde verkeer in de stra
ten van de lerscho hoofdstad.
Ook de patroons in de bouwvakken
hebben nu konnis gegeven, dat ze met
het oog op de methoden van den Ier-
schen transports rbeidersbond, hebben
bestoten voortaan geen leden van de
zen bond meer in dienst te nemen.
De houding van Rusland.
De „Times" verneem t uit Peters
burg, dat do ensas, welke m de be
trekkingen tusschen China en Japan
is ontstaan, do Russische regeering
ernstige zorgen baart, wijl de loop,
dien de gebeurtenissen zouden kun
nen nemen. Rusland er toe zou kun
nen noodzaken te kiezen of zijn tegen
woordige positie in Oost-Azië prijs te
Kiezen, of ai-iters tot kracuug© acue
over te gaan.
Maar op het oogenhlik zou Rusland
veel liever blijven bij haar polities
van harmonie met Japan in de L>ost-
Azaatische vraagstukken te ageeren.
Deze politiek zou er op uitdraaien,
dat op den djuur Mongoli en Noord-
Mantsjoenje aan Rusland komen.
Daarom hebben do gematigde eisohen
door Japan gesteld inzake het gebeur
de te Nanking, instemming gevonden
in Rusland.
De „Times" verneemt uit Peking,
dat de eisohen van Japan ook inslui
ten, dat generaal Sjangsoen aftrede
als gouverneur van de provincie
Kiangsoe. Dat nu is de moeilijkst in
te willigen eieoh van alie, welke door
Japan aan China zijn gesteld, al is
het ontslag van Sjangsoen wensche-
lijk.
Binnenland
'T HOF IN DEN HAAG
TERUGGEKEERD.
Uit Den Haag meldt men dat d»
Koninklijke Familie Maandagmorgen
in de residentie is teruggekeerd.
Ter weerszijden van het Koninklijk
Paviljoen stond een klein, buiten op
het Stationsplein, een talrijk publiek,
dat de Koninklijke Familie hartelijk
toejuichte. In auto's werd naar het
Huis ten Bosch gereden.
PRINS HENDRIK
vertrekt as. Woensdag naar Gent lot
een bezoek aan de intern, tentoon
stelling aldaar, en wordt Vrijdag op
het Loo terugverwacht.
DE BRAND TE NOORDW1JK.
De N. R. Ct. meldt nog:
We kunnen over den brand in de
speelgoedfabriek nog nader mededoc-
len, dat het gansche complex gebou
wen, met letterlijk alles, wat er in
was, een prooi der vammen is gewor
den. Over de oorzaak van den brand
verkeert men geheel in het onzekere
deze onzekerheid wordt nog grooter,
as inen bedenkt, dat de fabriek we
gens den Zaterdagmiddag stil slond.
De directeur, de heer Donkelaar, en
de bcdrijfschef, de heer Wicpjes, wa
ren van huis voor het opnemen van
een paar bestellingen. Een der werk
lieden heeft een half uur vóór het
uitbreken van den brand de ronde
nog gedaan door alle gebouwen, doch
hoegenaamd niets ontdekt, dat onge
woon was. Men vermoedt, dat op de
een of andere wijze kortsluiting ls
ontstaan.
Twee uur na het uitbreken was er
gcon enkel deel van het groote ge
bouw, dal niet brandde. Tegen eif uur
in den avond was het meeste ver
brand. De muren, die nog niet ornge
vallen waren, weiden met brandhn-
ken omvergehaald, om onheilen tc
voorkomen. De voorraad afgemaakte
speelgoederen, trappen, kisten, kru:
wagens enz. enzdie een prooi tiet
Mammen is geworden, wordt geschal
jp ruim 25 duizend gulden Terwij!
voor ruiin 8 duizend gulden onver
werkt hout (ceder-, eiken-, grenen- ei:
mahoniehout) is verbrand. Voorts
zijn tal van machines en werktuigen
verbrand.
TWEEDE KAMER.
De tijdelijke voorzitter van de Twee-
do Kamer der Staten-Generaal, de
heer Fr. Lieftinck, zou heden. Dins
dag, door de Koningin op het Huls
ten Bosch ontvangen worden ter af
legging van de eeden (beloften, ver
klaring), en worden gemachtigd ln
de vergadering van Woensdag ziju
inedc leden te beëedigen.
VOORZITTER TWEEDE KAMER.
De Tel. meldt nog:
ln verband met wat wij reeds
schreven over de voorzitters-nomina-
lio voor de Tweede Kamer, kunnen
ij definitief meedeelen, dat Dinsdag
avond in de bijeenkomst der vrijzin
nige fracties een poging zal worden
gedaan om jhr. mr. W. Th. C. van
Doorn, afgevaardigde voor Gouda, als
eerste candïdaat der vrijzinnigen aan
gewezen te krijgen. Het Ls echter zeer
twijfelachtig, of de heer Van Doorn
een candidatuur wil aanvaarden.
Voorts blijven mr. R. J. II. Palijn en
mr. D. Fock in aanmerking komen.
Al dezo hoeren zijn Unie-liberaal.
Wat den tweeden candïdaat betreft
zijn de vrijzinnigen op het ©Ogewbl|,k
verdeeld. Een deel van hen wil daar
voor een sociaal-democraat, een an
der-deel wenscht echter jhr. mr. 0.
van Nispen tot Sevenaer, den afgetre
den katholieken voorzitter.
TENTOONSTELLING.
De minister van marine, kapitein
ter zee lïambonnet, en de minister
van koloniën, inr. Pleyte, zullen Za
terdag 20 dezer te Amsterdam bijwo
nen de opening van de tentoonstel
ling, welke bij gelegenheid van het
40-jarig bestaan van het Aardrijks
kundig Genootschap in het Gemeen
teniuseum aldaar wordt gehouden.
KINDEREN EN DE BIOS
COOP TE ROTTERDAM.
Nu de door den Gemeenteraad on
langs vastgestelde verordening betref
feilde de toelating van kinderen tot
bioscopen bij Gedeputeerde Staten
zer provincie, geen bedenking heeft
ontmoet, zal deze verordening den
2(ien dezer maand in werking treden.
Van dien datum af zullen mitsdien de
voor kindervoorstellingen bestemde
films zijn onderworpen aan de goed
keuring van de daartoe door B. en W.
benoemde cqmniissie.
Die commissie zal bestaan uit de
heeren S. Bakker, ambtenaar voor de
kinderwetten, S. de Jong Ezn. en J. S.
Verburg, beiden hoofd eener school.
HEVIGE VECHTPARTIJ.
Zondagnacht omstreeks 3 uur heeft
op den Zeedijk te Amsterdam een he
vige vechtpartij plaats gehad. Op no.
38 woont een oppassend huisvader,
wien het geraas en getier van ziju bu
ren begon te hinderen, en om stilte
verzocht, ln plaats daaraan te vol
doen, drongen de kerels als wilde
beesten binnen en wilden den uian te
lijf. Deze nam de vlucht. De moeder
van den vluchteling, de houdster van
een sigarenwinkel op no. 58, kwam
tcu tooneele en noemde de indringers
bij minder vleiende namen, vragende
of mannen tegenwoordig de baas zijn.
i Wacht maar, oude, we zuilen Jou
ook wel krijgen 1
De daad bij het woord voegende,
6loegen de mannen een ruit in en
wierpen zelfs door een andere ruit 'n
geheel biervat in den winkel.
I Op het rumoer kwam de politie aan-
loopen, hetgeen aanleiding gaf tot 'n
formeelo vechtpartij. Een reeds be
jaarde brigadier werd tegen den
grond geslagen. Zijn sabel werd hem
ontrukt, zijn pet weggetrapt. Een
politic-agent kreeg met een talhout
een hevigen slag op het hoofd, zoodal
hij bewusteloos neerviel. Weer een an
dere agent werd zoo toegetakeld dat
hij ziju arm ternauwernood kon be
wegen. Begrijpelijk dat toen er poii
licversterking kwam, dat toen van die
zijde ook geen pardon werd gebruikt.
Vele van de mannen die in tiet rol
letje betrokken waren, moe-sten met
bebloede hoofden een goed heenko
men zoeken.
JEUGDIGE INBREKERS.
Van drie jongens, die de vorigo
week te Delft bij een bewoner van den
Oostsingel hadden ingebroken en ee
nige siel-aden, waaronder een gouden
horloge, hadden ontvreemd, zijn er
twee van 15 en IC jaar, naar hel
huis van bewaring te s-Gravenhago
overgebracht De derde is op vrije
voeten gesteld, zoo melde de „N. R.
CL".
HET KONINKLIJK REZOEK EN DE
BIOSCOOP.
Zooals wij dezer dagen mededeel
den, is door don hoofdcommissaris
aan fotograien en operateurs van ci
nema tog rafiscne toestellen meege
deeld, dat zij eon zekeren al stand
moeten bewaren bij net maken vun
opnemingen van de Koningin.
Zondagmiddag had zich in „Artls"
ter hoogte van het herenhuis, temantl
tusschen het publiek opgesteld met
een toestel om cinematografische op
nemingen to maken, cn toen do ko
ninklijke familie op den terugweg
langs kwam. draaide hij zijn toestel
af.
Dit schijnt in strijd met de wen-
schen van H. M. do Koningin te zijn
calthans den opnemer zou
zijn aangezegd, dat de films niet mo
gen vertoond woiden.
STAKING VOORKOMEN.
De staking bij den sigarenfabrikant
Bazelmans "te Zoetst zal niet door
gaan, daar deze de loonregeling 2de
klasse heeft ingevoerd, zoo meldt do
Tel.
Mr. TROELSTRA OP HET SOCIA
LIST EN CON GR ES TE JENA.
De „Tel.geeft de rede van Mr.
Troelstra (zie onder Telegrammen in
ons vorig nummer) aldus weer
„Ik breng a de hartelijke groeten
over van het geheele Nederlandsche
proletariaat. Uwe partijdagen zijn
voor ons land van het grootste be
lang, omdat zij do steeds toenemende
beteekonis, de voortdurende ontwik
keling van de Duilsche sociaal-demo
cratie en do leidende positie uwer
partij in een duidelijk licht stellen.
Uw partij heeft meer dan een derdo
deel van het Duitsche volk om zich
heen geschaard, en zich tot een zóó
groote macht ontwikkeld, dat do
stoutste en hoopvolste verwachtingen
van het proletariaat aller landen op
haar gevestigd zijn. Er zijn echter
landen, waar de sociaal-democratie
nog niet zulk een beteekonis vorkre
gen heeft als in Duitschland, doch
óok in die landen, waar een conse
quent doorgevoerd parlementarisme
de resultaten van onze verkiezingen
geldigheid verleenen, is onze positie
tegenover do regeering machtig. In
uw land wordt de onvolmaaktheid
van den parlementairen regeerings-
vorm als een ondraaglijke remming
der sociale kracht ondervonden.
Wanneer men bedenkt, dat een kleine
groep van groot grondbezitters de
macht bezit ©jn ton behoove van eigen
voordeel de ganschc natio uit te bui
ten en dat de tegenstelling tusschen
den wensch naar vrede dor machtig
ste partijen en het militarisme van
do heerschende klasse juist in
üuitsch'and scherper dan elders te
voorschijn treedt, dan begrijpt men,
waarom men naast do parlementaire
naar nieuwe strijdmiddelen zoekt om
aan zulk een toestand een einde te
maken. Een zoo sterke partij als da
uwe moet of m de wetgeving van don
staat een leidende rol spelen, óf zij
moet door andero dun parlementaire
agitatie-middelen de macht verove
ren, om aan de partij een betere posi
tie to verzekeren. In dien geest be
groeten wij de behandeling van het
vraagstuk der algemeen© politieke za
ken op dezen partijdag als een ge
beurtenis van buitengewone beteek©-
nis voor het internationale proletari
aat.
thans wil ik nog een kort overzicht
geven van do Nederlandsche partij,
van do groote, verrassonde overwin
ningen bij ue laatste verkiezingen. In
ue eeiste piaats zeg ik u allen harte
lijk dank voor den moreelen en ïnuto-
rieelen steun, uien wij van uw zijd©
liouben ontvangen. De Nederlandscb©
sociaal-democratie heeft in de laatste
jareïl de vruchten kunnen plukken
van haar taaien arbeiu. ln de lamste
vier jaar is het aantal loden der par
tij gestegen van 90W tot 25.000. Het
partijorgaan „Het Volk" heeft 6000
abonné s. Het aantal sociaal-demo
cratische gemeenteraadsleden heeft
zich verdubbeld. Bij de Tweede-
Kamerverkiezingen steeg het aantal
sociaal-democratische stommen van
85.000 in 1909 tot 145.000 in 1913 het
aantal Kamer-afgevaardigden vun 7
tot 16 en het aantal georganiseerde
Feuilleton
vNadruk verboden).
40)
Wanneer hij van Marie-ltose sprak
dan zou de markiezin haar misschien
wegjagen, weigeren haar, die hij bui
ten haar voorkennis beniimlc, als
haar .milstaomde schoondochter te er
kennen.
Hij wildo liever zwijgen. Ilij wilde
haar zoo lang mogelijk bij zijn moe
der laten blijven, dio liova bondge-
noote, die, te midden zijner familie
vertoevende, hem, den vorstooteling,
somtijds deed gelooven, dat men hom
niet verbannen had,
Go blijft zwijgen, ongelukkig©?
zei de markies.
Eensklaps nam Laurent ©en kloek
besluit
Eergisteravond, zei hij, heb
ik Parijs om acht uur verlaten.
Om waar heen te gaan
Hierheen.
Naar Nogent
Ja. t
Met welk doel?
Ik had in zoo langen tijd mijn
piceder niot gezien.
Wat hebt ge gedaan
Ik ben langs de Maine hierheen
geloopen. Ik vond de dour aan den
kant van den oever open. Go waart
er ©enige oogenblikken geleden uit
gegaan. Michel, rnet Gilberte.
Ga voort
Het kostte mij dus geen moeite
om in den tuin te komen. Niemand
zag mij. Ik liep langs de grasperken,
tot bij liet prieel.
De markiezin maakte langzaam
haar arm los van den hals van Gil
berte en stond op.
Zij luisterde met ingehouden adem.
Zij herinnerde zich tot de kleinste
bijzonderheden van hetgeen er dien
avond was gebeurd.
Ik droomde dus niet, mompelde
zij, hij is er dus geweest? Wat zal
bij zeggen?
Laurent scheen zich thans uitslui
tend tot zijn moeder te wenden.
In liet prieel, zei hij, zat mijn
moeder op haar geliefkoosd plekje,
met een deken over haar knieën. Het
was een zachte, zoele avond. Mijn
moeder was ingeslapen en ik naderde
haar voorzichtig om haar niet te doen
ontwaken. Zoo kwam ik tot achter
haar stoel te 6taan. De maan wierp
haar licht juist op 't gelaat mijner
moeder.
Hij 6prak kalm, zonder zich een oo-
genbllk te bedenken.
De blinde stond nu recht voor hem
cn zei met groote ontroering:
Ga voort, Laurent, ga voort 1
Ik vreesde, dat ik te lang zou
blijven, moeder, want ik wilde Michel
niet ontmoeten, ik duchtte zijn toom,
zijn verachting. Ik ging heen, na
zacht een kus op uw voorhoofd te heb
ben gedrukt.
Is dat alles, Laurent? vroeg de
blinde. Is dat alles?
Het was alsof zij weer hoop koes
terde en geloof aan zijn onschuld be
gon te hechten, terwijl hij zoo nauw
keurig vertelde wftt op dien avond
was gebeurd en hetgeen zij voor een
droom, gehouden had.
Ik was diep bedroefd, moeder,
toen ik u verliet. Ik weende bitter,
zooals ik op dit oogenblik ween.
Inderdaad vloeiden er tranen langs
zijn gelaat, dio bij niet trachtte te
weerhouden.
De blinde zetto nu het verhaal van
haar zoon voort
Ja, Michel, dien avond is alles
gebeurd, zooals Laurent bet verteld
heeft. Hij liegt niet. Ik meende ge
droomd te hebben, toen ik in het
prieel zat. In mijn slaap meende ik
de 6tem van mijn jongsten zoon te
hooren, ik voelde zijn lippen op mijn
voorhoofd en tegelijk een traan, die
er op neerviel. Ik ontwaakte, maar
Laurent was heengegaan.
De blinde boog bet hoofd en ging
als tot zichzelve voort
Mijn God, wat hiervan te den
ken? Is het mogelijk, dat een kind.
terwijl hij weent bij zijn moeder, aan
wie hij zich niet durft vertoonen,
bijna op hetzelfde oogenblik een vree-
6elljko misdaad pleegt? Zou hij uu
nog schuldig kunnen zijn? O, wie ral
ons de waarheid zeggen?
Laurent, die met gevouwen handen
naar haar geluisterd had, stamelde
Heb dank, moeder, heb dank, dat
u aan mijn schuld twijfelt.
Michel was in sombere gedachten
verzonken. Hij twijfelde niet. Ondanks
alles scheen hij van de schuld van
Laurent overtuigd te zijn.
Iiij liad zijn broeder liefgehad, on
danks de misslagen, die hij had be
gaan, maar alle liefde was uit zijn
hart verdwenen, toen hij moest onder
vinden, dat Laurent een falsaris was.
Niets was er sedert dat oogenblik van
de broederlijke liefde overgebleven,
geen medelijden met, de zwakheid der
jeugd, niets mer dan diepe verach
ting.
En vervolgens zijt gij naar het
kantoor gegaan, zei hij.
Neen, ik verliet den tuin ter
sluiks, als een misdadiger, dat ls
waar, en niet aLs een zoon, die alles
getrotseerd heeft om zijn moeder te
omhelzen.
En ge keerde naar Parijs terug?
Ja, en ik was overgelukkig, ik
had weer een weinig moed gevat en
vermoedde niet, dat er op hetzelfde
oogenblik een bloedig drama hier ln
huis werd afgespeeld.
Michel wendde zich tot zijn moe
der.
Moeder, thans moet gij uitspraak
doen, zei hij.
Zal zij mij nu nog beschuldigen?
vroeg Laurent angstig.
Mijn zoon, zei zij, ik heb je
ook beschuldigd, dat is waar, maar
toen ik u zooeven hoorde spreken,
toen is er weer hoop bij mij gerezen
dat ge wellicht niet schuldig, tnaa»
een slachtoffer van het noodlot zoudt
zijn.
Ja, moeder, zoo 6preekt uw hart
Luister slechts naar die stem.
Gij kent de bijzonderheden van
den moord, mijn zoon, ge weet, hoe
ik er bij betrokken was?
Ja, moeder.
Jactel had om hulp geroepen.
Ik hoorde hem en snelde naar het
kantoor, waarheen ik den weg al
leen wel vinden kan.
En toen, moeder?
Toen ik op het kantoor kwam,
stootte ik tegen het lijk van den ar
men Jactel. Ik liep met uitgestrekte
handen voort en greep den rnoordc-
Daar bij zijn arm.
Welnu, moeder, ga voort, zei hij
angstig.
Hij verdedigde zich, maar de
schrik verdubbelde mijn kracht. Ik
hield hem vast en vroeg hem wie hij
was.
En wat antwoordde hij. moeder?
Hij zei zeer zacht: Ik ben Lau
rent, »w zoon.
Het jonge mensch uitte een kreet
van woede.
Heeft hij dat gezegd
Ja.
O, die ellendeling, die ellende
ling t Maar wie is hij dan toch? Hij
moet van nabij mot onze omstandig
heden bekend zijn. Hij moet geweten
hebben, dat ik in langen tijd niet hier
ben geweest.dat mijn broeder mij van
hier had gejaagd, hij moet zelfs ge
weten hebben, welke vermoedens er
tegen mij bestonden, dat mijn broe
der zijn hart voor mij had gesloten.
Wie kan hij toch zijn? Moeder, go
hebt hem geloofd, o, dat was niet
goed, neen, gij hadt hem niet mogen
gelooven. Dat is te veel. dat is te veel.
Het gelaat der blinde was minder
bleek. Ongetwijfeld was de hoop
weer bij haar opgewekt eu gaf haar
het leven weer terug.
Maar van waar kwam die hoop?
Waarin bestond zij? In eenige onze
kere aanwijzingen, flauwe sporen,
die voor haar alleen bestonden.
Toch geloofde zij aan de onschuld
van haar zoon Laurent en dat maak
te haar zoo nameluos gelukkig. Da
oprechte toon, waarop hij had gespro
ken, de nauwkeurigheid, waarmee hij
alles, wat er dien avond was voorge
vallen, verteld had, dat alles wischte
de laatste twijfel b>i haar uit.
(Wordt vervolgd.)