Hwem's Daeeud DERDE BLAD Vrijdag 15 Mei 1914 Nog eens: de Schouw burgqnaestie. We hebben ons dezer dagen van nieuwe gegevens met betrekking tot het Haarlemsche schouwburgplan kunnen voorzien. Die gegevens ver strekte ons welwillend de heer G. An dré de la Porte, secretaris van de ge meentelijke commissie, die den Arn- hemschen schouwburg voor de ge meente bestiert. Arnhem exploiteert zijn eigen schouwburg, en doet dat al veie ja ren. In 1885 heeft de gemeente het ge bouw gekocht, en het is geon „strop geworden". Arnhem is niet tot ver pachting overgegaan; maar heeft bij verordening de van het genoemde jaar dateerendo bepalingen vastgesteld, die thans nog vigeeren. De Gemeente raad benoemt oen commissie van vier leden uit de burgerij, waarin boven dien telken jarc een der wethouders ambtshalve zitting neemt. Jaarlijks treedt, volgens rooster, een der com missie leden af. Een benoeming ge schiedt dan door den Raad uit een door de commissie op te maken aan beveling van twee. In de Arahemsche commissie heb ben momenteel zitting de heeren H. A. van Leeuwen, voorzitter, André de la Porte, secretaris; Van Essen, pen ningmeester; Mr. Van Wulfften Pal- the en Mr. C. J. baron van Tuyll (wet houder). Er is, zooals de heer André de la Porie mij vertelde, eeri bepaalde ar beidsverdeling in de commissie. Tot 'sheeren de la Porte's arbeid ais secre taris behoort bijv. 'I sluiten van con tracten met do verschillende tooneei- gezelschappen. Over 't geheel is dat een arbeid die m'n zegsman een niei- onaarigenaine vond. Meestentijds had bij een prettige sanienwerkuig met de directies der Hollandsche troe pen, en geregeld komen ze met bun nieuwste stukken en met de beste be zetting in Arnhem. De publieke belangstelling is over 't algeheel zeer bevredigend, nouwei ■de Arnhemmers, als rechtgeaarde pro vinciestad-bewoners, de kal eerst uit den boom kijken, weshalve een nieuw stuk de eerste paar malen nooit „trektliet publiek uit de hoogere fctandeu pleegt den schouwburg ook geregeld te bezoeken, en de commis sie is nimmer genoodzaakt geweest am veel „met volksdrama's te gaan w erken om voldoende recettes te krijgen. Niettemin geeft men geregeld ook volksstukken, waarbij de lagere rungen eteeds goed bezet zijn. De financieefe verhouding met de gemeerde is hoogst eenvoudig. Met de. (vrij hooge) assurantie en het onderhoud heeft de commissie zich niet te bemoeiendaar zorgt de stad voor. Maar al het overige gaal door de handen van hel beboerend college, dat niet aan een bepaald budget g-o- bonden is en dus feitelijk eon onbe paald credkt geniet. Daarvan wordt evenwel in geener lei opzicht misbruik gemaakt. Gewoonlijk werpt „het gemeentelijk ioonetlbedrijf" winst af, al is het dan een bescUcidene. Men gaat evenwel in Arnhem van het standpunt uit dat de gemeente den schouwburg niet heeft uin er geld mee te maken, en de com missie pleegt clan ook voorstellen in te dienen om de overschotten to be stemmen vour verbetering cu ver fraaiing van het schouwburggebouw. Voor die voorstellen is Arunem's Raad steeds te vinden. Zoo is al eens een keer een nieuw ameublement voor de foyers aangeschaft, en verle den jaar is de binnenbouw en inrich ting van de \estibule vernieuwd en zee, wrlraaid. L ii enkele cijfers kan blijken van we.ken invloed dc „stadsschouwburg" op de Arnheinsche gemeente-finan- cicn is. In 1906—1907 s'oot de exploitatie rekening met een voordeelig saldo van 1 1825. maar liet financiëele rampjaar 1907 had ten gevolge dat de volgende twee malen tekorten van 2000 en I486 moesten worden geboekt. 1909 1910 bracht evenwel alweer een gun stig resultaat, dat sindsdien gehand haafd bleef. Over hel seizoen 1912— 1913 werd b.v. een batig saldo van ƒ2228.09 genoteerd, dat óok weer aan veroeterlng en verfraaiing wera be steed. Inkomsten heoft de Arahemsche schouwburg, behalve uit wat er op de voorstellingen overschiet, ook nog uit de verpachting van buffetten en garderobes, die jaarlijks duizend gul den opbrengt. Bovendien is er een recht van voorkeur bij de plaatsbe spreking. Abonnementen bestaan niet, maar dat recht van voorkeur, waarbij tussclien gelijkgerechtigden door loting beslist wordt, brengt jaar lijks wel een f 2000 op. Het i» voor iedere soort plaatsen op een vaste jaarLijkwche scun bepaald. Roy aards heeft vooral in het afge- loopen Arahetnech tooneel-seizoen (dat, buiten de dilettanten, 79 voor stellingen omvatte) goede recettes ge maakt. Driemaal bracht de zaal (die 650 plaatsen bevat) hem f 950 op; en ook recettes van f 975 en f 1040 zijn voorgekomen. De salarissen post is niet hoog. Er is een administrateur (die volstrekt geen anderen dan adrninislratreven arbeid heeft te verrichten) en dan natuurlijk heb jo den concierge, den tooneelmeester, bureaulist, machi nist.... altemïual vast personeel, dal niettemin gezamenlijk slechts een jaariijksche uitgave van f 3400 vor dert, terwijl met de loonen van hol losse personeel die geheel© jaarlijk- sche uitgave aan sal a/rissen met meer dan f 5400 bedraagt. In Arnhem is men tevreden met z'n schouwburg, die groot genoeg is, goede voorstellingen biedt en zeer comfortabel is ingericht. Wegens de laatste bijzonderheid heeft de Ara hemsche kunsttempel onder do Ne- derlandsche toon eel spelers een zeer goeden naam, en 'k heb getuigenis sen mogen lezen van acteurs die zich gedrongen gevoeld hadden om liun groot© satisfactie over de keurige in- stallatio met alle tailetgenïakken, electirisch licht enz,, uit te spreken. Een van hen 'k weet niet of ik zijn naam inag publiceeren noemt hét spelen in dezen schouwburg een waar genot! Een bepaalde censuur van gemeen tewege op de op te voeren stukken be staat 'er niet. De burgemeester heeft natuurlijk, net ais overal elders, de bevoegdheid om de opvoering van een of ander stuk te verbieden, en de commissaris van politie moet kennis van den inhoud van elk stuk kunnen nemen. Maar dat is overal zoot In het afgeloopen seizoen heeft de Arahemsche burgemeester alleen van „De Spaansche Vlieg" vooruit inzage genomen. Het stuk i s opgevoerd, en heoft volle zalen gehad. Ziehier dan, als een vervolg op die in dit blad gegeven beschouwingen over het ten onzent aanhangige plan, eenige bijzonderheden uit een ge meente, d.e een provinciestad is als Haarlem. Zelfs nog vrij wat kleiner! Die gemeen,tie exploiteert sinds tien tallen jaren zélf een schouwburg, doet dut op vrij-gomoedelijke wijze en heeft or nimmer moeiten van on dervonden. Een kleine groep buizers beheert het instituut, dat voor de ge meente geen voorwerp van zorg is, dat geen raadsdebatten uitlokt... dat een rustig, opgewekt leven leidt. Do commissie is er, do commissie met haar schier-onbeperkte bevoegd heid, en die schippert het wel! Kransen geven en speeches hou den moeten we af en toe ooit! ver telde de heer André, en zei er leuk jes bij: Dat eerste doen we zoo'n beetje als 't uitkomt is het jaar wat minder voordeel i®, don reiken we maar wat minder bloemetjes uit"... De ontzettende gevaren van ge meentelijke schouw burgexpioitatie", zooals sommigen cüe dezer dagen wel eens willen afschilderen, leeken mij vérre toen ik van 't bezoek bij den secretaris der Arnhemsche sohouw- burgcornmissie terugkwam, terwijl ik overdacht, vvht hij in zn verbazing uitgeroepen had toen ik Tri vertelde dat er in Haarlem mensehen zijn di.e een gift van een kwart millioen wil len weigeren... Herhalen zal 'k het maar niet het was geen compliment! ROBERT P. Buitenlandsch Overzicht Mexico. Volgens telegrammen zouden de Zuid-Amerikaansche bemiddelaars voornemens zijn ter oplossing van de Mcxicaansche moeilijkheden 't denk beeld to opperen van de instelling eener voorloopige regeering, waarin ook de partij van Huerta en die der robellen zouden zijn vertegenwoor digd. Men zou namelijk een voorloopi- go regeering willen instellen van vijf personen, twee aangewezen aoor Huerta, twee door de rebellen, een door de bemiddelaars. Of echter zulk een denkbeeld eenige kans van slagen zal hebben Uit El Paso wordt gemeld, dat re bellen-officieren daar ronduit verkla ren, dat van een voorloopige regee ring, waarin de aanhangers van Huerta en de rebellen zouden moeten samenwerken, geen sprake kan zijn. Niet alleen om den persoon van Huer ta is het te doen, maar om de verwij dering van zijn geheelen aanhang uit het staatsbestuur. I»e rebellen mee non op den goeden weg te zijn en willen dus blijkbaar op den weg naar do vernietiging van Huerta's macht voortgaan. Geen wonder, dat rnen dus hoe langer hoe pessimistischer wordt over liet resultaat van de be middeling der A. B. C.-Stuten. Naar berichten uit Washington melden, heeft echter president Wilson nog altijd goede hoop, dat de bemid deling succes zal hebben. Omtrent den toestand te Mexico wordt aan de Engefëche bladen nog het volgende gemeld De toestand der gewonden moet in de hoofdstad voor al treurig zijn. Van honderden ge wonden moesten de ledematen go- amputeerd worden, omdat ten gevol ge van de gebruikte dumdurn-kogels koudvuur optrad. De hospitalen zijn overvuld on het gebrek aan bedden en beddegoed doet zich duchtig gevoelen. Vele gewonden, die niet meer te red den waren, zijn op karren geladen, waarna deze in brand werden gesto ken. Het ministerie van oorlog had geenerlei voorzorgen genomen voor de verpleging van zieken en gewon den. De toestand in de hoofdstad wordt niet den dag treuriger. De strijd bij Tampico. Omtrent bet lot van Tatnpioo ver keert men zoo wordt aan de „Tel." geseind nog in onzekoriicid, hoewel het meer en meer waarschijnlijk wordt, dat ten slotte de overwinning aan de constitutionalistiscbe troepen blijven zal. De laatste hier door de „Daily Telegraph" ontvangen berich ten schijnen er zelfs op te wijzen, dat na een langdurig en verwoed gevecht de stad reeds in handen der rebellen gevallen is Alvorens dezen er m slaagden, Tampico to omsingelen, moesten zij een bloedig gevecht leve ren, waarin niet minder dan 3000 man gedood of gewond werden. Daarentegen wordt aan de „Times" uit Washington geseind, dat de strijd bij Tampico nog voortduurt, terwijl niet met zekerheid zou zijn op te ma ken, welke partij op hot oogenblik aan de winnende hand is. Niettemin gelooft ook deze correspondent, dat de rebellen de federale troepen in het nauw drijven. Vluchtelingen uit Tampico maken zich zeer ongerust over het lot der pelroleumvelden. Vijftien millioen barrels olie zijn reeds verloren ge gaan, ter waarde van honderd mil lioen pond. De vertegenwoordigers der grootste Amerikaansche maat schappijen te Tainpico hebben zich persoonlijk tot president Wilson ge wend met het verzoek, de olievelden te beschermen, door er marinetroepen heen te zenden. Wilson beloofde do zaak te zullen onderzoeken, maar meende, dat de wapenstilstand oen beletsel zou zijn, om op hot verzoek der oliemaatschappijen in te gann. Nader wordt geseind d at de co n- stitutionalistische troe pen Tampico hebben in ge n o m e n. Er is zóó fel geschoten, dat de Duit- sche en Nederiandsche kruisers een eind zee ingestoomd zijn, om zich te vrijwaren voor kegels. Allerlei Duitsche buitenland zaken. Bij de tweede lezing vun de begroe ting van buitenlandsche zaken in den Rijksdag verklaarde minister Von Ja- gow, dut sedert de laatste rede van den rijkskanselier over de buitenland sche politiek de algemeen e ontspan ning in Europa voortging I>e rege ling van den door den Balkanoorlog veroorzaakten toestand schijnt, naar te hopen, in zekeren zin tot een eiude te zijn gekomen. Zeker is dringend te wensclien dat aan de uitvoering van de besluiten der Londensclie ambas- sadeursconferentie geen der betrekke nen moeilijkheden in den weg zal leggen. Na de zware beproeving van het bevriende Turksche Rijk zal nu, naar we golooven, de regeneratie slechts bevorderd worden indien het gelukt, een vreedzaam naast elkander wonen van de versohillendo elementen in het nieuw-vcrdeelde gebied to waarbor gen. Yan Kunst en Kunstenaars LXXXI. Donderdagmorgen. Op den Boule vard llausuiann. Dichtbij, waar de Rue de Courcelles naar boven gaat, drentelen tegen elf uur, enkel en in groepjes, de kunstzinnige bezoekers der metropolis langs dea voormuur van een deftig hotel. Links in den muur de porte cochère rechts de toe gang, langs do woning der concier ge, tot de voorname, cchl-frunsche behuizinge. Beide toegangen, zware deuren met glas en kunstig smeed werk nog afgesloteu. Achter 'l glas van den rechtschcn toegang een kaartje waarop gedrukt staat dat het mu seum des Donderdags van 11 tot 4 uur voor het publiek geopend is. Men bevindt zich voor het jongste openbare museum der republiek, het museum André-Jacquemart. Hel is nog een nieuwtje., deze aan winst der publiekelijke schatten. En ook het feil dat slechts één werkdag der week het huis geopend wordt, maakt, dat, als klokslag elf dc zware deuren open gaan, het niet enkel vreemdelingen zijn, die zich in de file bij de tourniquets scharen om voor iie binnenkomsle één frunc aan den gcgallonéerden staatsbeambte te offeren. De binnenkomst is schitterend. Ge verwacht met. hier in liet hart der groote stad, aan één dor drukste straten, eerst «en oprijlaan te moe ten doorwandelen om dan tot den in ga»:.' van het bouwwerk te geraken, j die daar gelegen is, waar ge van den Boulevard af, gezien, den achterge vel vermoed hadt. Dit huis is tol voor kort de privé- woning geweest der familie André, d'e het met at de zich daarin bevin dende schatten den franschen staat geschonken heeft op conditie het in tact te zulten behouden, besturen en voor het publiek toegankelijk te stel len. Bij de opening hebben enthou siaste krantenartikelen dit feit ge vierd, ik herinner mij een duur extra-nummer van de Illustration en do Parijsche correspondenten der Hollandsche bladen hebben evenzeer eenige bladzijden kopy-in-juich toon. over dit gebeuren losgelaten. Het mu seum werd eenige malen vergeleken bij de Wallace-collection in Londen immers ook oorspronkelijk eene particuliere behuizinge Met dit alles werden natuurlijk de jui6te verhou dingen weer uR het oog verloren, want... hoezeer ook toe te juichen het feit der ontegenzeggelijk belang rijke schenking was, de stichting zelve kan bijvoorbeeld bij de zoo juist genoemde Wallace-collectie niet halen, zelfs niet in de verte. Never mind. Er is moois genoeg te zien om mijn lezers op die nieuwste Parij sche attractie attent 1e maken en een paar uurtjes zijn er beter besteed dan op de joarlijksche prutserij-cta- Iage der Independents, die er steeds vervelender, wijl minder komiek op wordt. Als alle geleerden het hunne nu eens over de André-Jacque martstichting gezegd zullen hebben, vrees ik met groote vreeze dat er een groot aantal artikelen met vraagtee- kens behangen of in een onontwar baar kluwen van litteratuur gewik keld zullen zijn. En, laat mij dade lijk toegeven, oppervlakkig doorwan delen der collecties geeft zoo den in druk, dat de bewoners van dat huis, hoe kunstminnend ook, eri tot op ze ker hoogte zelfs nourri dans le serail, zich nog al eens bij den neus hebben laten nemen en dat de enkele verbe teringen in de toeschrijvingen, al reeds in den officieeleu catalogue aangebracht, nog wel voor uitbrei ding vatbaar zullen blijken te zijn. Iloe het zij, ons Ilollandsch hart wordt gestreeld door de aanwezig heid van Rembrandt en van Hals om van Van Goyen te zwijgen, maar na een werkelijk prachtwcrkje van den Haarlemschen Ruydael vermeld te hebben. En mocht later ook uitge maakt worden dat er meerdere voor werpen Pietje heeten die eigenlijk Wimpie genoemd moeten worden, dan blijft nog dit ensemble van be- teekenis, omdat het ecu kijk geeft op wat de kunstzinnige aristocratie van het laatst der negentiende eeuw al- zoo bijeen te brengen begeerde. De eigenlijke reden voor mijn be zoek aan Parijs was dit museum niet Het was de zeer uitgebreide pronten- verzameling van den fjestorvon kunstcriticus Roger Marx, die in Ho tel Drouot geveild werd. Marx was een man van gewioht in het Parijsche kun6llevcn. Jarenlang nam hij een officieele positie in aan het Ministerie van Schoone Kunsten, zoowol als aan hel voornaamste oud ste fransche kunsttijdschrift, do Ga- zette des Beaux Arts. In dit laateta Een verheugend toeken schijnt de invoering van hervorming in Arme nië. Duur «Kik de zegevierende Bal- kanstaten het verworven grondgebied slechts in rustigen, vreecizamen ar beid kunnen ontwikkelen, mug er re den zijn voor de hoop, dat alle Intrek kenen naar vervulling dor vreed zame taak zullen streven. Wij trach ten zooveel mogelijk dit te bevorde ren. Over Albanië zeïde de heer Von Ja- gow, komen in dc laatste dagen tegen strijdige Inrichten in de pers. Wij mogen echter hopen, dut het zal ge lukken ook daar de rust te herstellen. Er sdhijnt rnij geen reden te zijn, om de geleidelijke consolideering van den Albaneescben staat als oen utopie te beschouwen. Aan het eensgezinde optreden van de mogendheden van het Drievoudig Verbond is liet tot dusv er gelukt, in vriendschappelijke overeenstemming met Engeland, Rusland en Frankrijk, rechtmatige belangen der verbonden i monarchieën in vollen omvang te waarborgen. (Toejuichingen). Do ware verdienste van liet tot dus ver bereikte komt vooral toe aan de bemiddelende houding van Roemenië. (Levendige toejuichingen). Met erkenning van de rechtmatige belangen van andere staten en met I volle sympathie voor de ontwikkeling van de Balkanstaten zullen wij steeds vastbesloten voor onze eigen rechten en belangen, en van die van onze bondgenooten opkomen, waar en wanneer zioh daarvoor de gelegen heid voordoet. (Levendige toejuichin gen). In het verder verloop van zijn rede voering wees de hoer Von Jagow er op, dat reeds sedert langen tijd de in een deel van de Russische pers blij kende vijandigheid tegen Duitschland scherper is geworden. Zij, die dezo campagne voeren, moeten zich echter niet verbazen als ze ten slotte mot gelijke munt worden betaald. (Leven dige toejuichingen). „Ik kom echter dadelijk op tegen elko poging, om de Duitsche regeering voor deze uitingen in de Duitsche pers verantwoordelijk te stellen." Wij kennen geen feitelijke omstan- diglieden, die een vreedzaam naast elkander leven van de beide buur staten Duitschland en Rusland zou- deu belemmeren. ik heb reden om aan te nemen, dat ook do Russische rcgeeriiig, ondanks dit drijven, de verhouding van goede buurschap wil iiaudhaven. De onUerhandelingoti met Engo- lanu werden in vriendschappelijke» geest gevoerd en ook overigens zijn onze boirekkiugen tot Groot-Brittan- ine hartelijk. Toejuichingen). Wij hebben ook oiidernaudelingen gevoerd mot Frankrijk. At waren de ze ook in de eerste plaats van finau- cieelen en technischen aard, zoo meen ik toch ook uit politiek oogpunt met voldoening te mogen constateeren, dat wij met den westelijken buurman tot een overeenstemming kwamen, die de gelegenheid tot wrijving we derom vermindert. Tweehonderd rccruten gefusilleerd? Te Sofia heerscht groote opwinding over oen bericht, dut <le Serviërs in het door hen bezette gebied van Mace donië 200 Macedonische recruten van liulgaarsche nationaliteit zouden heb ben omgebracht. Alle bladen te Sofia bevatten bijna gelijkluidende bijzonderheden uit Mo naster over het gebeurde. liet lieet, dat de Bulgaarsche dienstplichtigen van Istip geweigerd hebben den eed j aan den koning von Servië af te log gen. De recruten werden daarop naar Hlstovatz gebracht, waar zij met den dood werden bedreigd als ze het af leggen van den eed nog verder zouden weigeren. Ongeveer 200 recruten ver klaarden daarop, dat ze liever wilden ©migreeren, dan den eed af te leggen aan den koning van Servië, hetgeen verraad zou zijn aan het Bulgaarsche vaderland. Dit geschiedde op 6 Mei en op 7 Mei zouden nu alle 200 dienst weigeraars zijn gefusilleerd. Van Servische zijde wordt het be richt beslist leger gesproken. Bezoeken. Het „Journal" weet te berichten, dat men te St. Petersburg plannen overweegt voor een bezoek door den 'tsaar aan Parijs in October, als te- genbeleefdheid voor de a s. reis van president Poincaré naar Rusland. Volgens telegrammen uit Rome aan de „Information", zou president Poiti- curé in September of October in Pie- mont den koning van Italië ontmoe ten. publiceerde hij een groot aantal ar tikelen. waarin hij zich meestal op het gebied der moderne kunst be woog en in zijn jonge dagen de voor vechter toonde van hen, die toen met hem jong waren: Pisarro, Redon Monet, etc. Geen wonder dat iemand die jaren lang zóó vooraan in de beweging ge leefd had een zeer uitgebreide verza meling van kunstwerken kon aanleg gen, die hem vaak, als evenzoovelc overwinningsteekenen werden ge schonken door hen wier kunstbestre- ving hij in het openbaar verdedigde Honderden onder zijn prenten, etsen gravures enz. dragen dan ook de tce- kenen der erkentelijkheid in den vorm yan door den artist geschreven opdrachten, deze in meer familiare» stijl, gene weer meer op de bijzonde re hoogachting den nadruk leggend. En het dient gezegd dat daarbij geen ijdele phrase gebruikt werd- door het woord van Murx, kreeg veel wat natuurlijk toch reeds innerlijk goed was, de publieke sanctie. Niet altijd echter eloeg het in cu vaak heeft het groote publiek, ondanks Marx, een werkelijken artist zijn waardeering onthouden. Waardoor? Ja, daarop is moeilijk eeu bevredigend antwoord' te geven. Soms slaat iets direct In, corns moet iets goeds jarenlang op erkenning wachten. Voor Buhot's prenten is de groote belangstelling nu pas gekomen; voor Bresdin, Re- dou en Van Gogh was de tijd vroeger ook nog niet rijp. Zoo heeft Marx in zijn tijd te vergeofs de aandacht ge vestigd op den curieusen artist Hen ry Guérard. Eu wis eens, toeval- Binnenland EERSTE KAMER. Men seint ons uit Den Haag De Eerste Kamer behandelde Don derdag 15 wetsontwerpen, waaron der de Iieffing van opcenten der be- drijfs- en vermogensbelasting, den bouw van liet Leidsche Ziekenhuis, den afstand der perceelen voor het bouwplan voor liet gebouw der Twee de Karner. Deze wetsontwerpen wer den zonder stemming na eenige op merkingen van de zijde der regoering aangenomen. (Reeds in oen gedeelte van onze vo rige oplaag opgenomen. De gisteren door de Kamer zonder stemming aangenomen wets ontwerpen, zijn; 1. Heffing van epeenten op de ver- mogensbelasting en op de belasting op hedrijfs en andere inkomsten; 2. Verhoogvng van het Ilde hoofd stuk der Staatsbogrooting voor 1914; 3. Regeling van de ontvangsten en uitgaven van het Pensioenfonds voor de gemeenteambtenaren voor het vierde kwartaal 1913 en voor het jaar 1914 (2 wetsontwerpen). 4. Openstelling van hooger beroep van vonnissen, in Ned.-Indie door Krijgsraden hij de zeemacht geweaen, 5. Verhooging van hoofdstuk V der Staatsbegr&ol:iïK voor 1914 (nieuw ziekenhuis te leiden); 6. Ontegoning van eigendommen noodig voor het aanleggen van een park door de gemeente Amsterdam om het Nieuwe Diep hij den Zeelui r- gerdijk; 7. Voorziening in zake de Rijksbij drage ten bc-boeve van scholen be doeld in art. 48, eerste lid, lo. b, vijf de, zesde en zevende zinsnede, der wet lot regeling van het lager onder wijs, enz.; 8. onteigening van eigendommen noodig voor eai ten behoeve van het aanlerrgen van een verkeersweg tus- schen de Prins WHlemstraat en de Uadhuiskade t Scheveningen met ge deeltelijke omlegging van aansluiten de straten; 9. Verhooging en aanvulling van de begrootirkg van inkomsten en uit gaven van liet Staatsbedrijf der Ar tiUerte-Inriditingen voor 1913; 10. Overeenkomst met de Maat schappij tot Expl van Staatsspoor wegen en met Mr. H. J. Doude um Troostwijk betieffende het stUhoudm van treinen te Nieuwersluis; 11. Aanvulling en verhooging van hel IXde hoofdstuk dor Steatst>egroo- fing voor 1913 en afsland van percee len door den Slant aan de gemeente 's-Gravenhage (Aankoop perceeten Achterom, Kapelsbrug en Korten oer- kadel) (uitbreiding \an het gebouw der Tweede-Kan er); 12. Verhooging van het IXde hoofd stuk der Slaatsbeg rooting voor 1914 (Kabelkanalisatie Amsterdam— 's-Gra ve nil ageRotterdam); 13. Bekrachtiging van een overeen komst door de» Slaat met de gemeen te 's-Gravenhage gesloten in zake rui ling van terreinen aan de Binckhorst kian aldaar, 14. Bekrachtiging van een overeen komst met de Maats, tot Expl. van Staatsspoorwegen tot wijziging vun die van 20 Febr. 1904/18 December 1903 betreffende den aanleg on de ex ploitatie von een spoorweg van Eind hoven naar Weert; 15. Ruiling met de gemeente Alk maar van gronden, in die gemeente gelegen op het z.g. „Eiland", enz. en 16. Vaststelling van het slot der re kening van ontvangsten en uitgaven voor Nederlandsch-ludie over het dienstjaar 191U. De Ministers van Bmnenlandsche Zaken eo van Waterstaat gaven over de ontwerpen sub. 5, 6 en 30 een korte inlichting, terwijl de heer De Gijso- laar de vorig© en deze Regeering hul de bracht ter zake van het plan voor hel Leidsche Ziekenhuis. De Kamer is tot nadere bijeenroo- ping uiteengegaan. TWEEDE KAMER. Eigenlijk is de geheele zitting van gisteren bijna besteed aan de behan deling van de artt. 67 en 71 van de Inkomstenbelasting. De Kamer \orderde wel tot art. 85 maar de meeste bepalingen, behalve die in genoemde artikelen vervat, lok ten weinig of geen debat uit en wer den, behalve 't aangehouden art. 6t, hier en daar mot eenige wijzigingen, door den Minister van financiën uit eigen beweging of op aanbeveling van de Commissie van rapporteurs aangebracht, goedgekeurd. lig, een zeer bijzonder blaadje van dezen graphiker in handen kreeg, weet dat uien niet een type te doen heeft wiens verdienste, vergeleken bij wat door de mode vaak vee] on verdiender omhoog, gedreven werd, absoluut niet gewaardeerd is. Marx heeft voor Guérard veel gevoeld, hem bij een tentoonstelling geholpen f een voorwoord te schrijven bij zijn catalogus, hem geldelijk ge steund door van zijn prenten, hout sneden en litho's, etsen en gravures, ja, wat voor soort prenktunst al niet door Guérard beoefend werd, aan le koopen. De mode heeft zich er on danks dat buiten gehouden: voor een betrekkelijk bescheiden bedrag is de geheele collectie Guérard's door Marx verzameld, en bijna twee hon derd nummers omvattend, van eige naar gewisseld en naar Holland verhuisd! Het zou niet de eerste maal zijn dat, zij het laat, een werkelijk artist langs dezen omweg tot meerdere be kendheid, tot meerdere glorie kwam. Heeft ook Redon niet zijn eerste suc cessen buiten Parijs gevonden en is ook voor Bresdin niet in Holland een belangstelling ontstaan, aanzienlijk grooter dun ooit in Frankrijk voor dien zonderlingen kunstenaar ge toond is! Nu zijn voor Redon's pren ten al het dubbele bt-sleed van wat zij een jaar of vijf geledon ooit op brachten. Eu zijn ook de Duitsche handelaren wakker geworden, bij wie men toen dezelfde prenten voor kleine bedraagjes weghaalde. Op da Roger Marx veiling was de Duitsche prcnkunsthandel sterk ver- Wat nu art. 67 betreft wilde dc hfer Van Vuuren do verplichting voor een aangeslageue, om van zijn boeke-i en bescheiden inzage te geven aan d*ra Voorzitter der Cornmissieen van oari- slag of den Inspecteur der belastin gen, doen vervallen Het scheen hein onnoodig, immoreel, onopreciit loe; rn3ar Minister Bcrtling kori dit uiter ste middel niet missen, om de juist heid der aanslagen te verzekeren. De lieer Gerritson wenschte du fiscale ambtenaren wel recht te geven om inzage van boeken te nemen, maar oordeelde do algmeene verplichting tot overiegging ook te kras, de reme die erger dan de kwaal. Hij vreesde dat boekenvcrvnlsching er door z"u worden bovorderd- Ook de heeren Kooien en De Savor- nin Lohman hadden bedenking tegc-n 't artikel, ook omdat zoovele particu lieren en landbouwers, geen boek hou den. Zij wilden dus de verplichting beperken tot hen die, als kooplieden, door de wet tot 't honden van baekco verplicht zijn. In dten geest stelde de heer Kooien aanvankelijk een amend, voor, maar hij trok het in toen de Munster t artikel zóó wijzigde dat de boekeu en bescheiden worden beperkt tot die, weike op hel bedrijf of be roep betrekking hebben. 'Toen was echter de heer Lobman nog niet vol daan en hoewel t hem eeu verbete ring scheen, ook de heer Van Vuu ren niet, want rnen legde thans aan den koopman een nog zwaarder ver plichting op (niet enkel van overleg ging van boeken, maar ook van be scheiden) dan t Wetb. van Koojiii. vordert. En de heer Duyusiee vomj 't evenzeer onbillijk om den koopman zwaarder verplichtingen op te leggen dan eik ander bclasting-beialcr. De heer Lobman stelde dus i inge trokken amend. Kooien opnieuw voor Door de heeren Viiegen en Tyde- nian was het amend, evenwel met kracht bestreden; het middel van con trole scheen onmisbaar om de belas ting niet al tc zeer te doen ontduiken. Eu daarenboven, in de phase van „overleg' scheen zulk een eisch van bewijslevering niet noodig; eerst Lij reclame kon er aan gedacht worden meende de heer ïydenian de heer Vliegen stelde voor om de be perkende woorden, die de Minister bijvoegde, te doen vervallen. Het slot van de discussie was dat het amendement-Van Vuuren inct 40 tegen 34 6teminen verworpen, hei ainer.demcnt-Lohmann met '.'9 tegen 36 stemmen aangenomen werd. Daar door verviel het amendement Vliegen en aldus gewijzigd wera art G7 goed gekeurd. Bij art. 71 (de regeling van de re clame-procedure) stelde nu de Minis ter voor om ook hier de regeling van art 67 te volgen, maar dai gmg den heer Teenstra te ver. Waai uet recla me betrof, was de eisch van overleg ging van boeken en bescneiden, ge rechtvaardigd. De heer Tecnsira stelde dus voor het artikel ongewijzigd te laten: al- genieene verplichting om desge vraagd boeken en bescheiden ovei ie leggen. Hierin meenden de heeren van Vuuren en Lohman een reactie tegen de beslissing bij art. 67 te zien en een onbillijke verplichting, gelegd op hen die niet gehouden zijn boeken te ou den. De heeren Patijn en Vliegen waar schuwden tegen verzwakking der wet in 't openen van gelegenheid om de belasting tc ontduiken. Maar de heeren Kooien en de Minister verde digden de verandering in overeen stemming met art. 67, omdat juist nu, bij reclame, het middel minder noo dig scheen. Met 35 tegen 34 stemmen werd het auiendemcnl-Teenstra echter aange nomen. In art. 84 a (omtrent navordering'; is de Kamer blijven steken. IIcdo; wordt het debat voortgezet. Ouderdomsrente. Verschenen is het Voorloopig Vol slag omtrent het wetsontwerp tot verleening van ouderdomsrente aan behoefigen. Men had bezwaar tegen het bi eken met den regel, dat een Minister niet aanstonds terugkomt op wetten, on der hei bewind zijns voorgangers tot stand gekomen. Als vooi breid werd o a. aangevoerd, dat het Ministeria- Kuyper, lioe heftig ook gekant tegen deo leerplicht, daarop niet terug kwam. In casu achtte men de zaak des te bedenkelijker nu de totstandkoming van do ouderdomsvoorziening eer t na vele jaren var» voorl>ereiding en overweging was tot stand gekomen. Eon Regeering behoeft niet zoo werd aangevoeld elke uitspraak tegemvourdigd. Bekende groote fir- rnas als Ainsler en Ruthardt, uit Berlijn, Beyer uit Leipzig, toonden door hun aanwezigheid dat dc liefde voor moderne prentkunst ook in Duitschland groeiende is. Toutouse Lautree en Wistler zijn artisten voor wiens producten de rnarkt daar ginds willig is Redon komt daar nu bij. Diens graphiek zal vermoedelijk voor zijn schilderwerk «en weg ef fenen evenals dat bij ons het geva! geweest is. Voorshands is diens peinture den Duitschers nog te fijn, geraffineerd, en moeten de vrienden, daar, hun jeugdkoorts voor het over- drevene, het buitensporige dat veel der allermodernste kunstgewrochten aankleeft, eerst nog uitzieken oin weer tot gezonde bezinning te komen. In de prentkunst zijn die buitenspo righeden nog weinig tot uiting geko men. De prenten verzamelaars z:ja ook c-en ander slag menschen dan de modernste kunstaanbidders Het is een rustiger, overwegender soon. En daardoor kornt het misschien ook wel dal temidden van de overal hcer- echende verwarring inzake de schoonheid van het allerlaatste, hel werken in de moderne graphiek een zekere mate van rustige zekerheid biedt, die met meerdere trefkracht het goede van het niet goede onder scheiden laat. J II DE BOIS. 12 Mei 1914

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 9