US BUILIG
DERDE BLAD
Woensdag 8 Juli 1914
r
tmsterdamsche Kout
CXX1X.
Hot Veiligheidwinisenun. De
drang' der gem con ie-sv enk-
Jicden.
ns vö'i'Li g'heidsin utteum li ooft, kort
den, een nieuwe woning gokre-
Met groote plechtigheid, in te-
jfoordigheid van minister Treub,
bij dio gelegenheid in een korte
«voering wees op de noodzakelijk-
van beveiligingsmaatregelen In
lek en werkplaats en op het nut
liet museum, werd het nieuwe
row, do statige béhuizinge, ge
ld.
jet staat Ln de Iloljhein-uistraat,
1st het Zuiderbad, De kloeke ge-
Jttchte'r oen voor-tuintje, smaakvol
Belegd, door oen monumentaal
ran den openharen weg afgcscM-
j vermeldt in guldon letters hot
jrd: Veiligheidsmuseum. De deur
U open voor belangstellende toe-
buwers, van in don regel des
Jgous negen uur lot dos xt-amid-
js vier. In de hal staan op een
{meren plaat de namen gegrift van
Mors en oprichters,
pn treedt men het muséum bln-
een ruime, frisGCho zaal, die er
k tal van machi nor icon als oen
ft fabriekskaai uitziet. De indruk
van wordt nog verhoogd door de
'rij, aangebracht op oen wijze als
veel in fabrieken aantreft,
een veiligh ei dsn t usouiri een nut-
iiistelling is?
vestig uw aandacht op een twee-
waarschuwingen aan den wand.
i de eono staat: „Smeer nooit bo-
cudo madbinodeelen, tenzij dit
Ier gevaar mogelijk iA Door de-
oorzorg niet in acht te nemen
i] in één jaar tijds in ons land 1
iider gedood, terwijl er 9
hun leven verminkt werden,"
>n andere waarschuwing luidt:
loor te dicht li ij de riemen te ko-
met do hand riemen op d-raaien-
chijven te leggen, werden in één
r tij-fis in ons land 13 arbeider»
dood, terwijl er 17 voor hun le-
verrninkt werden."
t zijn cijfers, die spreken. Za
n daar zoo eenvoudig op een
je aan den muur, maar zij reeds
len haast voldoende zijn verder
og over het nut van een veilig-
sitmïeuni overbodig te maken,
j hol binnentreden van de groote
treft onmiddellijk de duidelijk-
waarmede de verschillende be-
gingscoesleïleii en inrichtingen
hygiënische bedoeling zijn aan
licht.
les wat op veiligheid betrekking
l is in rood, wat uit hygiënisch
uiir i- aangebracht is bla-uw.
iofdzaak vormen in Uit museum
Iteveiligings-toestellen, die er in
flftï vonn en soort to zien zijn.
sb.v. een Vie oria degélpers, waar
ter beveiliging hek vliegwiel' is
it gegoten, dj l iemenloop is be-
i( en handbeveiliging is aange-
m
an zijn strocsiiijraachines, zoowel
baridbedrijf nis- met mecho.nl-
aandrijving waarbij de vooral
dr soort machines hoog noodige
«iligingen duidelijk te !>e;.tud-:«e-
en... to waard eer en zijn.
Et b.v. eens op do slroo mijmachine
opklapbare leap over het vlieg -
iiio. de snijmessen, de w-cgneem-
i'kap over de tandrad er en, do o-p-
ing van een opening in het frame,
ireen tandrad langs loopt, de
at, vaste kas. om de zijdelingsche
kaderen; do afschutting der ope-
boven den stroo toevoer, toegang
iud tot de meiert en nog meer
lelijke inrichtingen. Van zulk
rt veiiiglteidStÓéstelleii zijn, elk
r zijn aard, verschillende ntaohi-
voor do mees', uiteonloopeitdo
einden, voorzien. HakmacMnes,
isteenën, machines voor de-be
hing van hout en zoo meer. Be-
uttingskasten, toestellen .ot het
iler gevaar opbrengen van rie-
L zij zijn iiier op leerzame wijze
ingebracht,
wen, op de galerij vindt men
ir in bijzonder wal op de hy-
le betrekking beeft. Scltrikvvek-
de uflreeldingem van de ellende,
oorzaak t door cémentschurft, de
laouteering van de hand b;j den
nhouwer, de iu.vver.king van kalk
soda op de huid, de glasb la ze ra
id, afplatting van een duim bij
diamantsmijder, verlamming van
(luim bij een coupeuse en meer
l dergelijke bedrijfszicktem Dan
ill men er de grondstoffen waar-
debet voor de arbeiders gevaarlijk
wit te guan en tal van chemische
ducten.
Is curiositeit ga. men bezien het
rschot van den stoomke.el
M' heimachine, die door «dioogsto-
cru plofte (23 Juli 1913 op den
stel v eensc b en w eg)
dl vedligheldsntuseum ie waard
Klit te worden door allen wier
ikring, ook zelfs in verwijderd
hand, met techniek te maken
Pt
heb al een-s geschreven over de
ote moeilijkheden, waarmede
budor Wibaut to kampen heeft,
zit. heb ik betoogd iuscschen twee
«n. l-lij wordt opgedrongen aan
oenen kant door do gemeente-
tkbedeu, aan den andoren kant
Nnd door het college van B. en
houders.
en welsprekend bewijs van de be
sten waarmede de sociaal deaio-
lisclte wethouder te kampen iteeft,
weer geleverd in een groote open-
e vergadering van ge meent ewe rk-
'te. Maandag ün het Concertge
bouw gehouden. Die vergadering waa>
belegd door de (anarchistische) fede
ratie. De met dén wethouder bevrten-1
den Bond houdt zich (ik schreef net
reeds) tot nog toe rusüig.
Do vergadering was een protest te
gen het praeadvies van B. en YV. op
het verzoek om verlof.
De zaak zit zóó.
Irt adressen van gemeente-werklie
den wordt gevraagd om een verlof-
duur per jaar te geven van 108 uur
met 50% toeslag op het loon. De ge-;
meente-werklieden hebben bij ons den
negen-urendag, zoodat het verzoek
neerkomt op twaalf dagen verlof per
jaar.
B. en W. willen nu, blijkens hun
prao-advies onder zekere bepalingen
in het geheel drie dagen verlof voe
gen hij de 54 uren (6 dagen) die de ge.
meeme-werkliedert hebben, mits
slechts een gedeelte van deze 54uren
gebruikt zijn. En dan willen zij voorts
f 10 toeslag geven aan vereenigiitgeu,
die zich daartoe vormen.
Hiertegen nu is heftig geprotes
teerd en van verschil lende zijden zijn
do gemeen tewerk lieden aangespoord
Woensdag a s. in grooten getule do
raadszitting bij te wonen, waar dit
prae-advies behandeld wordt.
Dal kan goed worden.
Hoogst, merkwaardig was, wat op
de vergadering de S. D. P.-raan, do
heer Wijnkoop zei.
Zooals men weet, behoort onze wet
houder Wibaut tot die fractie der 3.
1). A. P die de parij des hoeren Wijn
koop het naast staat. Was nn de re
visionist,sche heer Vliegen wethouder
geweest, (lan zou ongetwijfeld de
heer Wijnkoop geroepen hebben van.»
„verraad door de zich noemende so
cialist aan de arbeiders gepleegd" of
lots in dien trant.
Zóó fel heeft hij den Marxist Wi
baut niet aangevallen. Hij zei alleen
maar: „Wethouder Wibaut wil jul
lie niet voor den mal houden, maar hij
doet het toch,"
Daar zit nog een zeker soort van
zachtmoedige verdediging in, zou men
zeggen.
De arbeiders protesteeren dus te
gen het aantal verlofdagen en ook te
gen het feit dat zij slechts dan f10
toeslag zullen krijgen indien ze lid
-/.ijn van veroeniglngen als b.v. „Zo
mers Buiten". Daardoor wordt, zeg
gen zij, weer nieuwe voogdij over hen
uitgeoefend.
Het zal er Woensdag spannen
in den Raad en men is benieuwd wel
ke houding dc eoc.-dem. raadsleden
ten opzichte van liun wethouder zul
len aannemen
Eu als op de publieke tribune
de belanghebbende mannetjes zelf in
drommen aanwezig zijn
AMSTERDAMMER.
INGEZONDEN ME DEI) R KLINGEN
30 Cts. per regel.
Rechtszaken
Hst gebeuröo to Arnhem.
De voorvallen welke Ln dein nacht
van 9 op 10 Mei plaats grepen bij een
botsing tusseheii luidruchtig huis
waarts kecrende mannen en jonge
lieden en de politie in de Hom-mel-
8iraai te Arnhem, liggen nog versch
ln hét geheugen.
Ter herinnering wordt nog hot vol
gende meegedeeld:
Een groep van ongeveer 20 man
werd, gekomen in do Hommelstraat
door den agent van politie Boswin
kel tot stilt6 aan,gemaand. Deze agent
die de levenmakers op eenigen af
stand volgde, ontmoii.te onderweg
den inspecteur van politie A. v. d.
Meulen, die hem aaus«prak en mat
hem, toen de personen begonnen te
schreeuwen, den troep volgde, ten
einde cte mer.schen tot stilte aan te
manen. De troep ging den Ouden Kla
rerulalschen weg op, terwijl de in
specteur die over zijin uniform een
overjas droeg, in de nabijheid van
dien weg post vatte.
Inmiddels vertoonde zich een klei
nere troop zingende jongelieden (8 k
10 personen) in de Ilom in eist ras)'. De
inspecteur Van der Meulen gelastte
den agent om deze lueuvv-gekomeneu
tot stille te brengen en zoo noodlg
een mondharmonica, welke bespeeld
werd, in beslag te nemen, maar on
derwijl keerde de eerste, groote troep
personen van den Ouden Klarendal-
schenweg :«rug.
De inspecteur v. d. Meulen werd
omsingeld, hij greep een pc-rsoon die
hem op liet hoofd wilde sLaan en wil
de dezen naar het politiebureau over
brengen. De gebeele troep volgde
den inspecteur met zijn arrestant.
De inspecteur werd geslagen, de
agen)'. Boswinkel kwam hem te hulp,
terwijl de personen van de tweede
groep zich mei dio van de eerste ver-
eenigd-en. Nadat de inspecteur een
slag"in den hals had ontvangen liet
hij zijn arrestant over aan don agent
van politie en ze-t.e zijn aanvaller na,
wist dien te grijpen, doch werd door
het opdringende publiek bemoeilijkt.
Na zijn browning le hebben getrok
ken gelastte hij ruimte te makou.
Teen is nae-r bewering van den in
specteur de revolver afgegaan en
Ani.ontu3 Josophus van der Tost werd
door het schot aan den hals gewond.
De aanvaller van den inspecteur
wist weg te loopen, doch werd op
nieuw gegrepen. Op ditzelfde oogen-
Mik zag de inspecteur een man te
genover zich, die hom wilde „schep
pen", een bewering, welke echter van
verschillende zijde is bestreden. Uit
de revolver van den inspecteur is
toon een wee de schot afgegaan waar
cloor Albert us Jo&ephus van der Post
doodeiijk werd getroffen cn zeer spoe
dig is overleden.
De begrafenis van liet slachtoffer
heeft onder ongekend groote belang
stelling plaats gehad.
Het gebeurde wekte in Arnhem
zeer veel beweging. Volgens verkla
ringen van ooggetuigen zou de in
specteur v. d. Meulen zijn slachtof
fer hebben achtervolgd cm nn gemikt
te hebben den jongen man, die nog
naar zffn achtervolger omkeek hot
doodeiijk schot hebben toegebracht.
Na een langdurige instructie ver
wees de Rec-htbauk te Arnhem ,de
zaak tegen den inspecteur A, van der
Meulen naar de openbare terechtzit
ting, waar zij Dinsdag diende.
Beklaagde A. v. d. Meulen srtond
terecht terzake dat bij in hoedanig
heid van inspecteur van politie in
.gemelde fur.ctie gewapend mei. een
hem' van gemeenteweg® verstrekt
pistool met ioobehoorc-n.
Wat Amtonius v, d. Post betreft op
dezen heeft geschoten mot het doel
hem van 't leven te hero oven, althans
zwaar lichamelijk letsel too te bren
gen, zijnde zijn voornemen niet ge
lukt, doordat de kogel niet doodeiijk
wondde. Subsidiair was mishande
ling ten laste gelegd.
Ma: Al bert us J. v. d. Post betreft,
dat hij dezen van 't leven hoeft wil
len berooven, althans zwaar licha
melijk letsel willen toehrongen. Sub
sidiair werd hem ton laste gelegd, 1
mishandeling en II dood door on
voorzichtigheid er. schuld,
Er waren 26 go-:u.gen gedagvaard.
De zitting had plaats onder zeer
groote belangstelling.
Eerst werd nog behandeld de zaak
J. V". Gen-ossen, die zich in den nacht
van 9 op 10 Mei schuldig maakte aan
verzet tegen dien inspecteur en den
agent Boswinkel.
Beklaagde beweerde, dat de inspec
teur zijn qualite.it niet heleend maak
te, maar later begreep hij met politie
te doen Ie hebben en ging gewillig
mee. Hij ontkende liet verzet.
De inspecteur Van der Meulen, als
getuige gehoord, decide mede dat be
klaagde onder den invloed van drank
was en liet er op toelegde hem te hin
deren. Waar do inspecteur stond,
góng hij ook staan. Getuige had zijn
overjas opengemaakt om zijn gummi
stok te voorschijn te brengen, zoodat
men zijn uniform kon zien.
De agent van politie Boswinkel, die
den inspecteur te hulp kwam en be
klaagde vastgreep om hem naar liet
politiebureau te brengen, zei dat er
zoo wc-rd gedrongen, dat hij den ar
restant niet kon vasthouden, terwijl
beklaagde voortdurend trachtte zich
los te rukken, waarin hij slaagde.
Getuige J. J. Peters zag dat er ie
mand aangehouden werd door den in
specteur en den agent. Beklaagde
maakte een beweging om tos te ko
men. Toen er een keer geschoten was,
kwam ieniaml, die naast getuige
stond, op den inspecteur toeloopen.
Door den schok, vermoedt getuige,
heeft de inspecteur zijn arrestant los
gelaten. Het schot werd gelost toen
de inspeceur zijn arrestant nog vast
had. De inspecteur riep- Achteruit,
of ik schiet, c-n rnet-een ging het
echot af.
De Officier van Justitie wees er in
zijn requisitoir op, dat de beklaagde
de belhamel van het verzet was en
dat beklaagde had moeten opmerken
dat hij met een politieambtenaar te
doen' had, wat deze bovendien te ken
nen heeft gegeven. Do eisch luidde
c&n maand gevangenisstraf
Vervolgens stond terecht J. A. L.
I.ohuis, wien ten laste werd gelegd
dat hij. toen G. werd gearresteerd, de
hem omringende personen heeft op
geruid om dc-n inspecteur en den
agent te mishandelen door met luide
stern dien personen toe te roepen:
Slaat ze op hundaarbij doe
lende op gemolde politie-nmbtenaren.
De inspecteur Van der Meulen ver
klaarde deze woorden duidelijk uit
den mond van beklaagde te hebben
vernomen. Deze stond op anderhal veo
meter afstand van hom. Dadelijk na
die woorden kreeg d'e inspecteur een
hevig-en slag in den nek.
Ook de agent Boswinkel heeft de
geïncrimineerde woorden gehoord,
maar weet niet dat beklaagde ze riep.
Bklaagde ontkende het feit.
De Officier van Justitie wees er op
dat deze zaak aansluit bij de voor
gaande. De inspecteur heeft geconsta
teerd dat onder hen, dro in de volks
menigte opruiende taal bezigden, ook
was beklaagde. In aanmerking ne
mende dat beklaagde nog nooit is ver
oordeeld, eischte hij H dagen gevan
genisstraf.
Daarna werd de zaak tegen den in
specteur Van der Melen behandeld.
Voorlezing geschiedde van het rap-
pert over den lijkschouw.
Beklaagde ontkende zijn schuld aan
de ten laste gelegde feiten en gaf een
overzicht, van het gebeurde in den be-
wuslea nacht. De Inspecteur dacht,
toen de rumoeruiakers den Oudeu
Klarendalschen Weg insloegen, aan
het geval van den agent I-Iuismans,
die ook in een donker «straatje is go-
lokt en daar zwaar mishandeld. Hij
bleef daarom op eenigen afstand van
den Klarendalschen W'eg. Toen hij
Gerressen aanpakte, verzotte deze
zich; later bemerkte hij dat Boswin
kel Gerressen aan de andere zijde
vasthield.
Het verzet nam in hevigheid toe. De
inspecteur werd in den nek geslagen,
en om zijn leven te verdedigen, sloeg
hij, zooals hij nu verklaarde, met zijn
gummistok den persoon, die hem een
slag in den nek gaf en die opnieuw
op hem aanviel. Boswinkel had Ger
ressen toen nog vast-, maar iatej- ver
dween Gerressen tusschen de opdrin
gende inenschen. Dirk van der Post
zag den inspecteur toen in gebogen
houding tegenover Boswinkel staan.
Hij meende dat deze man Boswinkel's
cape vasthield en is Dirk van der
Post achterna gegaan. Op den hoek
van de Spoorwegstraat greep de in
specteur Van der Post
President: Waarom hebt ge uw
browning getrokken?
Beklaagde Ik heb mijn revolver ge
trokken toen ik D. van der Post ach
tervolgde,
President Was de gummistok niet
voldoende? Ge werd't op dat oogen-
blik niet aangevallen.
Beklaagde: Ik stond een oogenbiik
alleen en had ondervonden dat men
om den gummistok niets gaf. Daarom
wierp ik dien weg en trok mijn revol
ver.
President: Ge achtte den'etok dus
een onvoldoend wapen?
Beklaagde* Ik heb gewaarschuwd
dat men moest ophouden mij te mis
handelen. Plotseling hoorde ik een
schot en bemerkte dat mijn revolver
afging, ik bewoog mijn revolver heen
en weer om de menschen 6Chrik in
te boezemen.
President •- Iioe ls hot mogeJj'k dat"
de revolver afging. Hoe stond do pal
van de revolver?
Beklaagde zei dat bij op onveilig
moet hebben gestaan, Hij had den vin
ger aan den trekker.
President: Hebt ge niet opzettelijk
een schot gelost?
Beklaagde* lJet schot ging onwille
keurig af.
President Iioe kunt ge dat verkla
ren?
Beklaagde! Ik heb den pa! niet ver
zet met de bedoeling gebruik van de
revolver te maken, ik wist niet dat
de pal op onveilig stond! Bekl zei dat
Inj, rijdende op een motorfiets, wel
heeft ondervonden, dat, daardoor de
pal in ouveiligeii toestand kwam.
President: Er is later een tweede
schot afgegaan. Iladt ge toen D. van
der Post vast?
BeklaagdeJa, ik had toen Van der
Post juist vast. Ik denk dat het schot
-afging door de klappen, die ik van de
menschen kreeg.
Preside» Zijl ge niet geschrokken
toen dat eerste schot afging? Iioe Is
het mogelijk dat het tweede schot af
ging?
Beklaagde Men heef*, mij op mijn
arm geslagen.
President: Hoe kon 'het geschieden
dal ge voor de tweede maal de schiet-
beweging maakte? Waart ge dan niet
voorzichtiger geworden na het eerste
schot?
Bek!. Ik bad gedacht dat het pu
bliek voorzichtiger zou zijn geworden
na liet eerste «schot.
Pres. Hebt ge het wapen gebruikt
om.u te verdedigen?
Bekt. Het is onwillekeurig afge
gaan.
Pres. liet is locb niet te begrijpen
dat dit voor den tweeden keer ge
schiedde. Hoe is ha mogelijk, dat het
tweede schot afging?
Békl Ik vermoed door een slag op
den arm, doch de hevigheid daarvan
heb ik niet gevoeld.
Pres. Kende u iemand van de drie
broers Van der Post?
Bek). Neen, geen van drie.
Pres. Was u bewust dat u iemand
getroffen had door het schot?
Bekl.Op het moment dat ik het
schot loste, zag ik iémand met he
'hoofd op den trottoirband vallen Hij
was ongeveer een meter van mij af.
Er werd toen geroepen dat ik den
mar. doodgeschoten had en toen kwam
de gedachie bij mij op dat dit het ge
volg was van het schot. Ik heb toen
werk gemaakt van een dokter en een
.brancard. Bekl kwam even later op
het politiebureau en. daar kwam ook
Antonius Josepluis van der Post, die
aan den hals getroffen was.
Later werd er getelefoneerd, dat
er een tweede persoon getroffen en
gedood was.
De rechter, Mr. v. d. Dussen, achtte
het niet aannemelijk, dat het schot
afging door een slag op den arm van
ucii inspecteur. U Hebt gezegd het gc-
voei te hebben, dat u in levensgevaar
verkeerde, en ik begrijp niet, dat u
niet gezegd hebt, dat u daarom
schoot.
Mr. Van Tienhoven acht het on-j
verantwoordelijk, de revolver te. hou
den in de richting, zooals beklaagde
deed. Bovendien begeeft ge u zoo
zei hij tot beklaagde te midden van
de menigte,'om den man te arrestee
ren, denkende dien man moet ik heb
ben. Hoogst gevaarlijk was het zoo
met de revolver te handelen.
Beklaagde zei, dat wanneer de po
litie wegliep, dat een geheel verkeer
de uitwerking zou hebben
Het O. M.' w*ees er op, dat Hij zich
niet vergewiste of de pal van de re
volver op onveilig stond,
Beki. Daar was geen tijd voor, en
wanneer de pal op onveilig had ge
staan, dan zou ik item zoo hebben ge
laten, met het oog op het gevaar.
Daarna werd gehoord dr. Sandber-
g-eri over de verwonding van Antonius
Josephus van der Post.
Ook dr. Renssen onderzocht dezen
gewonde in het ziekenhuis en consta
teerde, dat do verwonding niet zon
der gevaar was. De man was er zeer
goed afgekomen. Het echot moet zijn
gelost op korten afstand, toen de ko
gel nog niet zijn volte snelheid had
bereikt.
Dr. Buddingh de Voogl, die inet
dr. Wijn den lijkschouw verrichtte
van Albertua v. d. Post, verklaarde
dat doze ten gevolge van het-schot
■overleed.
Dr. Wijn bleef eveneens bij de con
clusie van het rapport. Geconstateerd
is dat de verslagene op het oogenbiik
dat het schot hem trof moet zijn ge
weest onder den invloed van alcohol.
Het schot was beslist doodeiijk, ge
zien de verwoesting in de hersenen
aangericht.
Ais deskundige werd daarna ge
hoord de heer lies van Zweden, die
de browning van den inspecteur Van
der Meuten onderzocht, en constateer
de, dat de- pal gemakkelijk van veilig
op onveilig kon worden gebracht, ge
makkelijker dan bij andere wapens,
welke de deskundige controleerde. De
deskundige acht hot mogelijk, dat bij
het in den zak dragen de pal van het
wapen verschuilt.
De President vroeg den beklaagde,
of hij wist, dat het wapen gereed was,
om te schieten:
Beklaagde antwoordde ontkennend.
Iiij is zich niet bewust den pal in on-
veiligen stand gebracht to hebben.
Hierna werd gehoord Anselmus Jo-
sephus van der Post, die verklaarde
in'den avond van 9 Mei te zijn uit ge
weest met zijn beide broers en Witte-
veen. Bij de ontmoeting met de poli
tie in de Hommelstraat zag getuige
dat er iemand werd gearresteerd,
waardoor een groote oploop werd ver
oorzaakt. Getuig':- raakte in het ge
drang zijn broers kwijt en ging hen
zoeken. Daarbij zag hij dat de inspec
teur Dirk van der Post vasthield, Ge
tuige wilde zij.ii broer mee naar huis
nemen. De inspecteur v. d. Meulen
keerde zich om, richtte en schoot.
Pres. Kunt u dat onder eede ver
klaren? Zegt u toch niet meer dan u
verklaren kunt. U staat onder eede.
GetuigeIk zag dat de inspecteur
het wapen in mijn richting afschoot.
Pres.U zegt dus dat de inspecteur
met opzet echoot. Begreep u na het
schot dat. u getroffen was
Getuige Ik voelde het bloed en liep
weg.
Pres.t Waarom zou de inspecteur
geschoten hebben? Hadt ge een wapen
bij jé?
GetuigeNeen.
Pres.Hadt je gedronken?
Getuige Een paar glaasjtes brande
wijn.
Getuige is twee weken in het zie
kenhuis verpleegd en drie weken nog
loopend patiënt geweestzijn schou
der ie nog zeer gevoelig.
De verdediger, mr. Everts, vroeg of
getuige niet 's avonds op het politie
bureau gezegd heeft, dat hij zelf
schuld had aan het gebeurde.
Getuige ontkende dat gezegd te heb
ben.
Getuige Albert us Boswinkel, agent
van politie, verklaarde, dat de scho
ten zeer kort na elkaar gelost werden.
D. var. der Post werd eerst gearres
teerd, nadat de beide schoten gelost
werden.
Getuige J. J. Peters kon niet zeg
gen, of ae inspecteur met opzet schooi.
Getuige verklaarde dat iemand uit
tiet publiek kwaad werd en tegen den
inspecteur aanliep en daardoor ver
klaart hij, dat de arreötant vrij kwam.
Het schot werd gelost op zeer korten
afstand en onmiddellijk daarop viel
de getroffene op den hoek van de
Spoorwegstraat neer. ITet slachtoffer
had te voren nog even omgekeken
naar den inspecteur, die hem achter
volgde, vermoedelijk om te zien hoe
ver deze Ti >g van hern af was. Getuige
heeft den indruk gekregen, dat de in
specteur opzettelijk schoot. Er was
niemand die op het oogenbiik van het
schieten qp den inspecteur toeliep.
Mr. Everts merkte op dat getuige
bij den rechter commissaris verklaar
de, dat er van mikken geen sprake
was, want de schoten werden hard
loopende gelost.
Getuige J. W. ten Hoedt verklaarde
dat er drie schoten gelost zijn. Het
eerste schot vertoonde veel rook en
een grooten vuurstraal en was ver
moedelijk afkomstig van een losse pa
troon. De beido andere schoten klon
ken veel scherper. Het eerste schot
kwam uit een troepje volk. Na het
iaalste schot zag getuige iemand val
len.
Mr. Van der Dussen wees er op,
dat tal van getuigen verklaren, dat
do inspecteur iemand achtervolgde
en op dozen, toen hij lxem bijna had
ingehaald, oen schot loste.
Getuige J. v. d. Post verklaarde bij
het eerste schot dadelijk te zijn ge
vlucht. M'ie het loste kon getuige niet
zien. Do inspecteur achtervolgde ge
tuige. Teen het tweede schot viel, zag
getuige zijn broeder vallen. Getuige
had een paar glazen bier en drie bor
rels gedronken. Zijn broer twee gla
zen bier en drie glazen port. Getuige
■zeif is dien avond gearresteerd.
Als getuige a décharge wordt ge
hoord do heer F. J. Terlaak, commis
saris van politie.
Mr. Everts vroeg, of de commissaris
kon verklaren, dat de inspecteurs ge
wapend zijn met gummistok en revol
ver, om daarvan gebruik te maken,
indien dit noodzakelijk mocht zijn.
Getuige deelde mede, dat gebruik ma
ken daarvan mag geschieden tot lijfs
behoud, of ter verdediging van der
den. Wanneer de gummistok niet
meer voldoende wapen blijkt, is aan
de inspecteurs overgelaten om te be
oordeeld), wanneer van de revolver
gebruik kan worden gemaakt. Zij zijn
daarVoor zelf verantwoordelijk:
De president Bij verzet door ruk
ken en trekken, mag dan de revolver
gebruikt worden
Getuige Neen, dan is de gummi
stok voldoende te achten.
Mr. Everts Wanneer de inspecteur
geslagen wordt, was de inspecteur
dan niet bevoegd zijn revolver te ge
bruiken
Getuige Wanneer de inspecteur
bij een verzet van alle zijden bespron
gen wordt, dan is gebruik van de re
volver zeker verdedigbaar.
Op een vraag van den president
antwoordde getuige, dat beklaagde
naar zijn meening terecht gebruik
maakte van zijn revolver, waar hij
zich te midden van liet verzet bevond.
Mr. Everts Is hel geoorloofd bij
een verzet den pal van de revolver op
onveilig te zetten
Getuige antwoordde, dat hij den
inspecteur geen verwijt heeft ge
maakt van het trekken van de revol
ver. Het zetten van den pal op onvei
lig kan bij een vei'2et zeker gewettigd
zijn; Beklaagde staat bij getuige zeer
gunstig bekend. Hij is slechts een
maal gestraft, omdat hij een man, die
gesignaleerd stond, verzuimd had
aan te houden.
Getuige Plattel, rechercheur van po
litie, verklaarde, clat in den nacht van
9 op 10 Mei, toen Antonius v. d. Post
op het politiebureau werd verbonden,
dezo tot zijn broer zei „IIou maar
stil, het is onze eigen schuld, dan
hadden we er ons maar niet inee
moeten bemoeien.
Beklaagds Van der Meulen bleef in
eindverhoor bij zijn afgelegde verkla
ringen. Beklaagdo zegt positief te
weten, dat hij geslagen werd.
PresidentToen u de revolver trok,
werd u toch niet geslagen
BeklaagdeDe reden, dat ik mijn
Browning trok, was juist een hevige
slag. Ik moest weer door de men
schen heen, die mij mishandeld had
den, en trok mijn revolver, omdat ik
gemerkt had, dat mijn gummistok
geen voldoend wapen meer was. Ik
trok do revolver om mijn leven te ver
dedigen.
Beklaagdo bleef er voorts bij, dat
hij niet opzettelijk geschoten heeft.
De substituut officier van justitie,
mr. Van Harencarspel, wees op de
ontroering, welk© het gebeurde in
den nacht van 9 op 10 Mei veroor
zaakte. Het feit dat een vertegenwoor
diger der politie, juist geroepen om
te voorkomen dat er ongelukken ge
beuren, iemand, zooals later bleek
ZOüöèr dat daartoe noodzaak be
stond, doodschoot, veroorzaakte ont
roering, maar bovendien onrust, en
gaf aanleiding tot protesten. Zelfs
ging de pers er toe over, om op eigen
houtje getuigen t© hooren, iets wat
ook wees op de algemeen©onrust,
door het gebeurd© veroorzaakt.
Spreker ging daarop over tot een
overzicht van het gebeurde. Beklaag
do is een oogenbiik geweest buiten de
menigte en heeft toen gelegenheid ge
had om na te denken. Hij had een af
wachtend© houding kunnen aanne
men, maar hij heeft dat niet gedaan,
doch besloten om D. J. van der Post
t© arresteeren. Daartoe moest hij
dwars door de menigte heen en trok
daarom zijn browning, dit wapen
recht voor zich uit houdende. Toen
een schot afging schrok hij, want hi
daclit dat de pal op veilig stond. Tocl
liep beklaagde door en het t\veed<
schot viel met hei. bekende noodlot!U
gevolg.
Is er met opzet geschoten Juisi
voordat geschoten weid, riep beklaag
de ,pas op of ik schiet". Toch is bij
spreker ook niet na hot ampele onder
zoek de overtuiging opgewekt, dat
klaagde met opzet schoot. Beklaagde
gebruikte zijn wapen als middel lol
afschrikkingbovendten ls niet ge
bleken de noodzakelijkheid om 'te
schieten op dat oogenbiik
Do vraag besprekende, of er hij d<>
zen beklaagde schuld aanwezig is>
wees spreker er op. dat de ambtena
ren van politie niet dun bij volstrekte
noodzakelijkheid van hun wapen ge
bruik mogen maken. Beklaagde had
els wapens een gummistok en een
revolver. Voor iemand die de zaak
nuchter beschouvt was het oogenbiik,
om ven de rev >lver gebruik te maken,
nog niet genomen. Maar men heeft
ook ia aanmerking te nemen de posi
tie van don inspecteur die geslagen
was. Van de ambtenaren van politie
wordt geeischt, dat zij zijn bedaard
en flink, hooge eischendoor zich
daaraan niet strikt te houden, daalt
do waarde van het politiekorps in
haar geheel. Men kan dezen inspec
teur vergeven, dat hij de browning
trok, maar hij heeft verzuimd om na
to gaan hoe de veiligheidspal stond.
Met de revolver voor zich uit, terwijl
de pal op onveilig stond, is hij door
de menigte gelooi>eri, terwijl het wa
pen ieder oogenbiik kon afgaan. Roe
keloos is beklaagde geweest, dat is
spreker's innige overtuiging, waar be
klaagde geen gebruik maakte van de
veiligheidsinrichtir.gen van liet wa
pen.
Er is tweemaal geschoten. Den eer
sten keer schrok do inspecteur zelf,
doch hij gaf zich niet de moeite om
den pal op veilig to zo*ten. Wat het
tweede schot betreft, acht spreker da
schuld van beklaagde veel grooter
dun bij het eerste. Spreker eischt ver-
oordeeiing van beklaagde wegens het
veroorzaken van den dood door schuld
en toebrengen van letsel dat daardoor
tijdelijke verhindering in de uitoefe
ning van beroepsbezigheden ontstaat,
tot zes maanden gevange
nisstraf.
In de 's avonds voortgezette zitting
was het woord aan den verdediger
van den inspecteur Van der Meulen,
Mi*. I Everts B.H.zn., die opmerkte,
dat hoewel liet O. M. in zijn requisi
toir liet opzet reeds liet vervallen, het
noodig is nog eens er op te wijzen, dat
hier vun opzet geen sprake kan zijiq
daar beklaagde, zooals uit getuigen
verklaringen bleek, voldoende heeft
gewaarschuwd.
Wat aangaat het aanwezig zijn van
schuld, merkte pleiter op, dat 3chuld
alleen dan strafbaar is, wanneer de
strafwet schuld als een element van
liet strafbaar feit voorschrijft. Hij,
wien schuld wordt ten laste gelegd,
moet iets verkeerds doen. Dit aanne
mende acht pleiter een veroordeelend
voDnis niet mogelijk. Sèhuld moet
berusten op bewezen feiten, hetgeen
pleiter met een beroep op de juris
prudentie aantoont, opmerkende dat
de bestaande jurisprudentie niet kan
dienen als leiddraad voor een veroor
deeling van beklaagde.
Vcvo'gens kwam pl. tot de ieiten
en deed uitkomen, dat beklaagde
reeds spoedig zijn jas heeft openge-
knoopt en duidelijk bleek, dat hij in
specteur van politie was. Beklaagde
'heeft zich toen velrdedigd met zijn
gummistok en eerst, toen dut nood
zakelijk bleek, en toen hot verzet «he
viger werd, trok beklzijn revolver,
omdat de gummistok niet meer hielp.
Wanneer de Of.f. van Justitie zegt, dat
de revoiYe'r met noodig was, dan doet
i hij als de stuurman aan den wal. Ze
was wel noodig, omdat anders het
ge-zag der politie zou zijn ©oderge-
jgain, ton gevolge van. het geweld der
menigte.
Er zijn twee schoten gelost, zondei
I dat bekl. de bedoeling had iemand te
treffen. Van opzet is dan ook geen
sprake. Spr. wijst er op, dat de dru
g«ebr. Van der Post allen dronken
waren. Beklaagde beroeipt zien niet
op noodweer, er was geen reden op
de gebroeders v. d. Post te schieten,
Imaar bekl. zegt, dat beide schoten bij
ongeluk zijn afgegaan. De schoten
I zijn zoo 'kort na elkaar afgegaan, dat
1 er geen quaestie van was, dat bekl,
tijd zon hebben gehad om na te gaan
1 of de revolver op veilig stond. Uil ver
schillende getuigenverklaringen
blijkt, dat bekL niet kan hebben ge
mikt- Hij liep, terwijl hij schoot Be
klaagde verkeerde, blijkens getuigen
verklaringen, in een moeilijken toe
stand. De comm. van pol verklaarde
'dat biij de handelwijze van bektaagch
'correct achtte; hij billijkte die hande
lingen, omdat het verzet van d-icn
aard was, dat van de revolver ge
bruik moest worden gemaakt. Piel
iet gelooft inderdaad, dat de Brow
ning bij volturoploopen ia een beden
kelijk gevaarlijk wapen, maar bekl
treft daarvoor geen verwijt, maai
.hem, die liet, krachtens zijn gezag
als wapen verstrakte. Ts het zoo on-
waarsohujnUjk, dat bij het nemen vat
de revolver uit de tasch, de pal ot
onveilig kwam te staan? Aan beklaag
de kan niet venveten worden, dat IR
onvoorzichtig met do revolver omging.
Is het zoo onwaarschijnlijk, dat hij
een duw heeft gekregen, waardool
.het piistool is afgegaan? Beklaagde
flveeft zich alleen gebracht in een po
sitie om zich te verdedig«m. Pi. dewd
uitkomen, dat twee politiemannen
si,ouden tegenover een menigte vai
•40 personen, die de politie vijandig
gezind waren. De agent Boswinkel
heeft getracht de rumoerige bèwegiii!
te sussen en te midden van die be-va
ging zijn de beide schoten gevallen.
Bekl. heeft zich niét aan roe-kete«>
heid schuldig gemaakt, geen stroi
bare schuld te zijnen las-e. Pi. ba
treurt dat vooral door de pers a
ook door anderen een onjuist oorda
in deze zaftk is'verkondigd. Gewoon
lijk wordt van mishandelingen, wef
kè poli tie-ambten urén ondergaat