RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
IIONDENSLIMHEID.
.Ta, honden zijn soms zeer intel
ligent zei een lid van de sociëteit Ons
Genoegen, in een kleine slad, maar
mijn I?rsche terrier overtreft zijne
ra=genooi©n daarin gewis verre. Ver
beeld je, bij mij was eens brand om
staan en ieder had gelukkig een goed
heenkomen gezocht. Niemand even
wel had gedacht aan een klein kind,
dat boven" alleen lag. Mijn hond ging,
door niemand hiertoe aangezet, terug
in de brandende woning, de trap op
teen hoeft hij de kleine in oen nat
ten doek gewikkeld en met do punten
daarvan stevig in den snuit bracht hij
zijn kostbaren lasb veilig naar buiten.
Langdurige stfilta; eSndelijk' ver
broken door een dor diep getroffen
hoorders.
Dat is verbazend. Toch niet zóó
zeldzaam als wat m ij n hond in een
dergelijke omstandigheid eens ge
presteerd heeft. Ook mijn liuis stond
m brand en allen hadden een goed
heenkomen gezocht. De hond echter
was ongerust en liep jankend heen
en weer; opeens stormde hij in die
brandende woning terug, waaruit hij
met een, in oen natten handdoek ge
wikkeld pakje terugkeerde. En wat
denkt u, dat daar in zak? Het slimme
dier had nog juist bijtijds mijn
brand polis gehaald!
CEEN RFQUISITIE.
Toen in den Fransch-Duilschen
oorlog liet hoofdkwari ior van hot
Duilsche leger te Clermont lag, was
evenals altijd in het hoofdkwartier
Im?yo1 gegeven., dat men geen requi
sites mocht uitschrijven.
De Be-eren rukten Clermont bin
nen in een hondenweer, zoodat zij
doornat en vermoeid aankwamen; de
commandant der chevaux-lagers ge
voelde zich 's avonds ernstig onge
steld en had behoef.e aan een fiesch
wijn.
Hij gaf zijn ordonnans dus een thaler
ink de opdracht, ergens een fiesch
wijn to knopen, maar die in geen ge
val te requïreeren. De soldaat liep de
morsige, duistere straten door on
kwam aan een logement, waarvoor
twee schildwachten stonden. Dezen
gaven het militair saluut aan voorbij
gaande officieren en beduidden den
ordonnans, dal hij moest doorloopen.
Doch de goede Beier meldde zich aan,
daar hij zich geheel in zijn recht ge
voelde; hij had immers zijn thaler in
de hand.
Een bejaard officier, die hem op
merkte in de vestibule, vroeg wat
v ilde.
Hij verlangde eene fiesch wijn voor
zijn overste, die ziek was.
De officier gaal weer naar binnen
en komt terug met. een luitenant, die
ecne fiesch in de hand heeft,
Geef dat aan je overste, sprak de
bejaarde officier.
Daar hiaeft u een thaler ik
mag niet requïreeren! zei de man en
hij gaf het: geldstuk aan den ko
ning van Pruisen; want deze was de
bejaarde officier, die hem te woord
stond.
't Is goed; breng den wijn aan je
overste en zeg, dat de koning van
Pruisen hem dien zendt met den
werosch, dat het hem goed zal doen.
De koning van Pruisen? vroeg de
Beier. Waar is de koning van Prut
sen?
Die ben ik, was het antwoord.
De ordonnans salueerde en maakt
nechbsomkeert Hij bracht zijn overat
de fiesch en legde den thaler er naast
Ik heb je gezegd, dat je nia
moest requireeren, zei de overste out
sfeind.
Ja, dat 's te zeggen, er was daa,
iemand die mij de fiesch gaf en zei
dat hij do koning van Pruisen was et
u ibeW-schap toewensclite, rappor
teerde, de man, elsof het de eenvou
digste zaak van de wereld was.
De overste stond perplex.
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle inge
zonden door jongens en meis
jes, die „Voor Onze Jeugd"
lezen. De namen der kinde
ren, die mij vóór Donderdag
morgen goede oplossingen
zenden, worden in het vol
gend nummer hekend ge
maakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACHTBAND
VERLOOT.
Tlievbij wordt gelet op den leeftijd
in verband met het aantal oplossin
gen en op de netheid van het werk.
De raadselprijs voor de maand
Juli is bij loting ten deel gevallen aan
CORNELIS VAN DER LINDEN,
die den prijs Woensdag 12 Augustus
tusschen 1 en 2 uur, bij mij mag ko
men afhalen.
1. 'Ingezonden door Cato Smink).
Ik ben een stof, bekend met lof,
Maar zonder hoofd, mijn vrinden,
Kunt ge m' in Duitschland vinden.
2. (Ingezonden door Ferdinand
Waage).
Ik ben een plaats in Spanje en tege
lijk een rivier in Zwitserland. Welke?
3. (Ingezonden door J. en I. Hafkon-
scheidt).
Vervang de puntjes door medeklin-
kers, zoodat ge een bekend spreek
woord krijgt
,a .c.e. .o.. .o.. e...ij.
4. (Ingezonden door Jan van Zon).
Mijn eerste is een hemellichaam.
Mijn tweede is een deel van het
^Mijn derde bevindt zich in iedere
gemeente.
Mijn geheel wordt 's Zondags door
vete kinderen bezocht.
5. (ingezonden door K. Kleijn).
Zou, lezer, mij eens vliegensgauw,
Te is t, die zonder smart of rouw,
En zonder tóórn of wraakgod acht en
Zijn eigen vader kan zien slachten
6 (Ingezonden door Henderina van
Viegen).
Zet achter" een zitplaats een klinker
en go krijgt een eiland van Nederl.-
lndiê).
7. (Ingezonden door Mientje en Pau-
lientje van Amstel).
Mijn geheel is een bekend spreek
woord van 29 letters,
12 7 27 10 is een meisjesnaam.
19 16 17 21 8 23 is een jongens-
niet zien.
1 4 3 is een klein paardje.
Deze üloemen Hebben een lange
5 9 2 22 11.
Wat een mooi mos groeit er op den
24 20 14 29 van (lien boom.
13 15 is een lanubouw-werkluig.
24 10 11 is een stuk speelgoed.
1 2 2 3 is niet koud.
0 7 8 6 is een getal.
8. (Ingezonden door Hyacinth).
Ik beu een plaatsje in Gelderland,
voeg twee letters voor mij en ieder
mensch bezit ine.
9. (Ingezonden door Lammert M.
Kracht).
Mijn geheel bestaat uit 5 letters en
is de naam van een wethouder
Haarlem.
3 2 1 is niet knap.
4 5 1 is een familielid.
10. (Iugezonden door G. en M. Lok).
Welk spreekwoord leest ge hieruit?
Dd eeeee aaa pp 11 tt nnn w r b
oo m.
11. (Ingezonden door M. en W. van
Baardwijk).
Mijn geheel bestaat uit 9 letters en
is een plaats in Utrecht.
6 7 is een lengtemaat.
9 3 5 is een lichaamsdeel.
Een dier heeft een 18 5,
5 6 4 7 3 9 is een groot© stad in
Duitschland.
Een 1 2 3 4 5 is geen geheel.
12. (Ingezonden door Gijsbertus
Pieters).
Ik hen een stad in België, verander
mijn eerste letter en ik ben een geld
stukje.
Raadseloplossingen
De oplossingen der raadsels van de
vorige week zijn
1. Wie den schoen past, trekke hem
aan.
2 Nico tin e. Nicotine
3. Scheurkalender. Kelk, Karei,
hand, Urk, ceder, neus.
4. Zandvoort. Oor, zand, voorn,
tor.
5 Braam.
6. V nend, onderneem niets boven
uwe kracht.
7. De sluk.
8. Boeg.
9. Lissabon. Lina, bon, sol, la,
Ali, bas.
10. Straatsburg. Straal, rug, Saar,
brug.
11. Maria Theresiapol.
12. Lei den. loeiden.
Goede oplossingen deze week onl-
vangen van
Karei Kleijn 10.
Cato Smink 12.
C. van der Linden 12.
C. Boesmans 12.
J. Vorderhake.8.
M. en P. van A instel 12.
Kruidje roer mij niet 8.
Theeroosje 8.
J. en 1. Hafkenscheïdt 11.
Ghr Waleveld 9.
Sneeuwklokje 12.
Gctidvischje 12
Lena Koeleveld 12.
Winneton 12.
J. Derlagen 10.
Cato Piet 12.
Marie Piët 12.
J. van Zijtveld 12.
T. Jansen 10.
C. Kramer 10.
J. Kramer 10.
Duin viooltje- 11
Joh. Francken 10.
Aafje Francken 10.
Bosctrvioolije 11.
J. HogervorsL 11.
Ann ie Lam 12.
Caspar illemsen 12.
D. oen Hollander 12.
S. Vernimmen 10.
B. Vernimmen 10.
T. Tromp 9.
Madeliefje 10.
Vergect-mij-nietje 10.
M Hooymans 7.
A. Ilooymans 7.
C. v. d. Gevel 8.
J. van llemert 11.
J. E. Blankvvater 9.
Korenbloem 11.
M. en W. van Baardwijk 8.
BEGRAVEN PLAATSEN.
1. Onze kat wijkt op de vlucht voor
den regen.
2. Beb, red Anna's popje eens, an
ders gaat poesje er mee op den loop.
3. Wij reden langs bergen en dalen.
4. Onze Bertha noemden wij Ber,
natuurlijk voor de gemakkelijkheid.
5. Hier is Does, burgemeester.
7. Tot heil onzer zieke kindertjes
werd deze vacantie-kolonie gesticht.
8. De buiteniandsche vorsten be
zochten de Zaan. Dames boden bloe
men aan.
10. Met vlugge passen trachtte do
diet te ontkomen.
De verborgen planten der vorige
week zijn
1. Tarwe.
2. Gras.
3. Roos.
4. Kar wij.
5. Klimop.
6. Aalbes.
7. Kers.
8. Eik.
9. Linde.
10. Bes.
Goede antwoorden deze week ont-
J. en I. Hnfkenscheidt 10.
M .on P. van Amstel 10.
J. Vorderhake 9.
Theeroosje 10.
C. van der Linden 10.
C. Boesmans 10.
C. Smink 10.
J. Kramer 9.
C. Kramer 9.
T. Jansen 10.
J. van Zijtveld 10.
Marie Piet 10.
Cato Piët 10.
J. Derlagen 10.
Sneeuwklokje 10.
Winneton 10.
L. Koeleveld 10.
Goudvischje 10.
A. Francken 10.
Joh. Francken 10.
D. den Hollander 9.
C. Willemsen 10.
Annie Lom 10.
J. Hogervorst 10.
S. Vernimmen 8.
B .Vernimmen 8.
Vergect-mij-nietje 10.
Madeliefje 10.
Trijntje Tromp 10.
M. Ilooymans 8.
A. Hooymans 10.
C. v. d. Gevel 8.
J. E. BI ank water 10.
Jan van llemert 9.
jullie vóór 13 Augustus een dubbel stel
raadseloplossingen en zeker ook ecu
dubbel grooten brief. In hel nummer
van 15 Augustus vermeld ik dan twee
maal de oplossingen en daarin vindt
je ook weer de Brievenbus.
Nu wensch ik je allen heel prettige
vacantie-dagen met echt vacantie-
vveer 1
en wel naar keuze uit deze beide on
derwerpen
1. HOE IK MIJNE VACANTIE HEB
DOORGEBRACHT.
2. EEN HEEL PRETTIG DAGJE.
Dit laatste onderwerp geef ik met
?t oog op enkele vriendjes en vrien
dinnetjes, die de gelukkige schoolja
ren achter zich hebben en daarmede
ook hun vacantie-tijd.
Dezen keer verdeel ik je weer in
twee afdeelingen. De Eerste Afdeeling
bestaat uit jongens en meisjes boven
10 jaar. De Tweede Afdeeling uit jon
gens en meisjes van 10 jaar en onder
10 jaar.
Het lijkt me niet overbodig, jullie
tog eens op het hart te drukken,
ooral naam en leeftijd onder je werk
te zetten. Daar de beste inzendingen
in de courant komen, verzoek ik je
levens het papier aan één kant te
ilJen beschrijven.
Vóór 20 Augustus moeten alle in
zendingen in mijn bezit zijn.
In beide afdeelingen mogen dc 1ste-
prijswinners mij een verlanglijstje
sturen. De 2de prijs zal bestaan uit
een figuurzaagdoos, naaidoos of
Kleurmap van Daan iloeksema niet
kleursels. De 3de prijs is een boek in
prachtband. Zijn er in ©ene afdeeling
meer dan 50 inzendingen, dan ver
dubbel ik het aantal prijzen.
Ziezoo, nu met regendagen niet
mopperen, maar je herinneringen
aan prettige oogenblikken op papier
zetten
Daar ik de volgende week uitstedig
ben, kan ik jullie briefjes niet beant
woorden cn de raadsel-oplossingen
niet vermelden.
Er verschijnt echter toch een Kin-
der-Rubriek en als schadeloosstelling
krijg je een groot stuk van Kinder
vreugd. Eveneens komt er een nieuw
stel raadsels. Nu krijg ik dus van
De wedstrijd.
Voor dc maand Augustus geef ik een
OPSTELLENWEDSTRIJD
Op Kindervreugd.
Aan het strand was het toch te nat.
'aar ging juffrouw Betsie heen?
Duin op, duin af, het dorp in.
O, riep Julie Beversluis (die
hot vorig jaar ook op „Kindervreugd"
was geweest), we gaan naar Bosch
beek.
Wat is dat., Boschbeek vroe
gen de underen.
Daar stonden ze al voor een groot
hek, waarop stond „Boschbeek". En
achter dat lick was een waar kinder-
paradijs. Je moet weten, dat „Bosch-
beek" een groot© speeltuin was, met
schommels, wippen, ringen, zweef
den, rekstokken, ja zelfs een draai-
moLen.
Ze werden er stellig cn zeker ver
wacht, want een dikke boerin opende
het hek en riep
Komt er maar in, komt er in,
dacht wel, dat het weertje opknappen
zou. En waar is de jarige
Alle vingers wezen op Cor. Met een
hevige kleur nam ze de felicitatie van
de vriendelijke vrouw in ontvangst.
Maar hoe die het wist, daar begreep
zo niets van.
Juffrouw Betsie wüde, dat allen
eerst eens naar haar luisterden, al
vorens het spelen begon. Toen ieder
plaatsje veroverd had, zei ze
- Kinderen, de vader van onze
jarige heeft ons verzocht, jullie dit
pretje aan to doen. Dus laten we alle
maal eens roepen „Hoezee voor Me
neer Versnel
Je wilt wel gelooven, dat dal klonk,
hè De inenschen, die voorbij liepen,
schoten in den lach. En het zonnetje
kwam de feestvreugde verhoogen door
een zee van goud, glanzend licht over
dat jolige groepje heen te werpen. Wat
w erd cr geschommeld en gewipt en
gedraaid De hobbelpaarden waren
onvermoeid, evenals de berijders en
berijdsters.
Daar kwam die dikke boerin ook
weer aanzetten, met een groot blad
vol glazen melk en een trommel versch
gebakken krakelingen.
Aan zee was het heerlijk, maar hier,
o, hier leken de uren wel kwartie
ren. De middags was zóó om.
Tegen etenstijd gingen ze weer op
huis aan, maar ze prezen om 't zeerst
dien goeden, besten vader van Jan
en Cor. Ze wilden wel, dat er alle
dagen een jarige was, maar dan
moest die op den koop toe nog zoo'n
besten Pa hebben.
HOOFDSTUK 8.
B et komt op „Kinder-
v r e u g d".
Heel „Kindervreugd" had natuur
lijk van Bet gehoord en heel „Kinder
vreugd" was verlangend, haar te zien.
Zc vertelden eikaar vaak over huis en
je een goede, aardige dienstbode
hebt, dan worut ook die besproken. En
die Bet uat was zoo'n ouwe getrouwe.
Ze luid Jan en Lor iu het wiegje zien
liggen, ze had beiden vaak iu slaaji
gezongen. Wat had ze al menigen lek
keren pannekoek voor ze gebakken
wat had ze hun al menig mooi en
vaak ook griezelig verhaal verteld. En
als z© eens ziek waren, dan wist Bet
altijd van die heel lekkere kostjes te
bedenkeu.
Moeder zei altijd„Bet is mijn
rechterhand". Zes weken had Moeder
cl to bed gelegen, maar Bet had ge
zorgd, dat alles op tijd en ordelijk zijn
gangetje ging. Als Vader 's avonds
zijn kranten las, dan nam ze Jan en
Cor mee naar de keuken en dan be
dacht ze allerlei leuke werkjes voor
hen. Ze kon ook zoo heerlijk vertellen
van „toen zij klein was", en van haar
dorpje. Dan zong ze wel eens een
versje uit haar kindertijd, zoo'n echt
ouderwctsch.
Nu was Vader dan m aanlucht met
Bet. Ornaat er uien dag zoo heel veel
kinderen uil waren, uau mevrouw
gezegd, dat Vader en Bet best dien
uug op „Kindervreugd" mocuten biij-
veu, want liet weer liet zich niet zoo
heel mooi aanzien. Jan en Cor moch
ten ze zelf van liet station halen. Ze
zagen het blozende gezicid van Bet al
heel gauw.
Toen de eerste begroeting voorbij
was, moest Bet haar kinderen eens
goed opnemen.
Och, och, wat bennen jullie groot
geworden, eu zoo bruin en zoo dik.
Nou, je behoeft me niet te vertel len of
Jo het hier besc hebt.
Vader brak het gesprek af door zijn
Cor met een flmken kus nog eens har
telijk te fehciteeren. O ja, dat was
waar ook, daar had Bet heel niet uun
gedacht. En haar arm hield nogal
stijf een# lange doos omklemd, die
voor de jarige bestemd was. Jammer,
dat er papier om zat, vond Cor, an
ders had den deksel even opge
wipt. Maar daar had je het huis at. Je
wilt zeker wel gelooven, dat papier en
touw nu gauw er af waren cn de oude
lieveling spoedig te voorschijn kwam.
Wat was die pop veranderd Cor
kon haast niet gelooven, dat het haar
eigon popje was. Ze zag het aan den
grooten teen,, waarvan Hector, toen
hij nog een klein hondje was, eens
een stukje had afgebeten. Maar ze
had zulke mooie blonde krullen ge
kregen, die je echt kon uitkammen.
Bet stopte stil een pakje in Jan's
handen.
Hier, Cor, dit heb je van mij,
sprak Jan, nu kan je dien kapotten
teen wegstoppen.
Toch schoenen, en kousen ook
nogwel bedankt, hoor, en Jan
kroeg een kus op zijn krullebol-
En dit van mij, zei Bet.
O, dank jo wol, hoor Heerlijk
meisjes, kijkt eens, allemaal soorten
kammetjes, nog een spiegeltje en een
kettinkje.
Ze vonden het allemaal snoezig, en
met elkaar wisten ze allerlei manier
tjes, om hel poppenhaar op te maken,
alsof het van eene groote dame was.
Na had ze twee poppen, die eclit
haar hadden. Hè, zc zou best een liee-
len dag niets anders willen doen dan
poppenpruilijes kammen.
's Middags was het goed weer eu
toen gingen ze met hun viertjes naar
liet strand. Och, wat ging die tijd
weer vlug om. Zoo te zarnen eten op
„Kindervreugd" was echt leuk, hè,
Va zei Jan, toen het tijd van
scheiden werd.
Maar als we straks weer allemaal
bij elkaar zijn, wat zal dat heerlijk
wezen gaf Va ten antwoord.
Moeder er ook bij, natuurlijk,
zei Cor.
Natuurlijk, Moeder ook, her
haalde Jan.
Ziezoo, ook die dag was - voorbij.
Toen de kindeten in hun bedjes la
gen, waren Va en Bet haast thuis.
Toen juffrouw Betsie, die s avonds
de slaapkamers doorliep, langs het
ledikantje van Jan kwam, hoorde ze
hem in zijn droom zeggen „Ja, Moe
der ook, Moeder ook."
(Wordt vervolgd).
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie
de Klndar-afdeeling mo>
gezonden worden aan Me
vrouw BlombergZeeman,
Bloemhofgtraat 5, Haarlem.
In de bus gooien, zonder
aanschellen.)
liAREL K. Ilöt is te hopen, dat
we spoedig mooi zacht weer krijgen,
don kun je veel «aar Zandvoort gaan.
Heb je nog meer broertjes en zusjes?
CHRISTINA B. Neen, dat boek
van de Walorkinder'.jes ken ik niet.
ALs je het nu nog niet goed begrijpt,
zou ik het netjes wegleggen en over
een half jaar liet weer eens ter hand
nemen. Misschien heb jo er dan meer
aam Het doet me genoegen, dat je
„Kindervreugd" wel begriint.
SJAANTJE V. Ik vond bet Maan-
dag wat leuk, zeg dat maar aan Moe
der. Weet je al van wie die brief-1
kaart was, vertel het me dan eens.
THEEROOSJE. Dat was een
groote brief voor de eerste maal. Je
moogt meedoen hocrl Ik geloof, dat
ik met den nieuwen wedstrijd juist je
wensch vervuld hel). Dus daar hof je
moe? De strikvragen zijn goed. Ik had
er juist gebrek aan.
JOHAN V. Ook al een nieuwelin-
getje. Nu maar trouw meedoen, want
beginnen beteekent niet veel, maar
volhouden dat i> een kunst en soms
een heel moeilijke. Je schrijft keurig,
wat krijg je wel voor cijfer op je rap
port?
KRUIDJE ROER MIJ NIET. Dat
is een vreemd plantje in onzen Ru
briek-tuin. W ie weet of dat teerc
plantje zich late: niet ontpopt tot een
lieel ander, flinker soort. Maar je
moogt mij gerust alles schrijven, ook
al je leed. En jongern ei sj ©sleed is
soms o zoo vrccselijk, al lachen wij er
later jaren om. Op jou leer ijd zien
we vreugd en mart door een ver
grootglas, maai in lafer jaren erva
ren we wel, dat er nog iets tusschen
hollen en stilstaan is. Ik zie met ver
langen je voigenden brief tegeruoo. en
al lezen de kinderen ook eikaar?
iu iefje, aan wie het gericht is, kan
tusschen de regels door nog wel iets
peroonljks vinden. En een Kruidje
roer mij niet in het bijzonder, want
Uvüt is een zeer gevoelig plantje. Is 't
niet zoo?
MIENTJE en FAULIENTJE VAN A.
Zijn jullie nog naar het duin ge
weest? liet is eigenlijk in dezen tijd
maar het beste om een voorgenomen
tochtje maar door te zetten, dikwijls
valt het weer nog mee. En met regen
denk je maar, het mees e valt bezij
den. Neen. die kermis lokt nmj ook
nooit aan. Haarlem's omstreken zijn
zoo mooi, en daar hap je heel wat
r frissohe luicht dan langs Jde
kramen. Du3 ik ben het met Pa en
Moe eens.
JIJLES en IDA II. - Jullie raken
al aardig in de rubriek thuis. Zoo z:e
je, al doende leert men .Geiukkig, dat
je een mooi rappor: hebt, dat maakt
ocantie eens zoo prettig Het doet
genoegen, dat je „Kindervreugd"
zoo mooi viD-dt. Het. duurt nog wel
een poosje; als Kindervreugd uit is.
denk ik, dat ook de vacante voorbij
Je raadsel is goed
JO K. Hel deed me genoegen te
vernemen, dat Trijntje liet zoo goed
maakt. Laten we hopen, dat ze. nog
mooi weer krijgt. Is de nieuwe
wedsoijd naar je zin? Ja, hoor „Kin
dervreugd" duurt nog een heel poosje.
CORRIE K. Ja, dat plekje in het
Kenaupark is ook heerlijk. Als ik eens
in die buurt kom, zal ik eens kijken,
of ik jullie op de bank zie zitten.
JAN v. Z. Bedankt voor je En-
gelschen brief. Jo raadsels zijn goed,
maar in het tweede komt een woord
oor, dat ik nio: mooi vind en daarom
zal veranderen. Misschien weet je
wel, welk woord ik liedoel.
AAFJE F. Voor jullie hoop ik
toch ook zoo, da: liet weer wat gun
stiger wordt. In de Zaan b water ge
noeg, zoodat je den regen wei misser
kunt Veel pl ei zier h<-or!
JOHANNA F. Geiukkig, dat j{
reisje naar Wijk aan Zee toch is door.
gegaan. En ondanks het mindei
mooie woer heb je voel genoten. Zoo
zie ji?, dat zonno je van binnen kap
wonderen doen
BOSCHVIOgLTJE. Gefeliciteerc
met je overgang en ook neg met den
verjaardag van Pa en Moe. Dat is een
heerlijk dagje geweest. Was Jaap nog
thuis of schreef hij -een grooten brief?
Als je hem schrijft, doe hem dan mijn
groeten weerom.
j DIRKJE DE H. Wat eene heerlij-
j ke vacantie zul jij hebben. Maak maar
j veel pret hoor! En als de schooltijd
i weer daar is, doe dan eens heel goed
je best met schrijven. Wat zal ja op
j kijken, al3 je pop 'n ander gezichtje
gekregen heeft, missohien ken je
haar clan niet eens meer.
JELLE II. Je raadsels zijn goed,
maar bij de verborgen jongensnamen
vergat je de oplossingen. In den twee
den zin schrijf je 'r in plaats van
haar. Dat mag niet in proza. Dus
daar moet je wat anders voor beden
ken.
DUINROOSJE. Zeg, meisjelief ik
heb van jou geen raadsel, misschien
heb je het zonder» oplossing inge
stuurd en die verhuizen na een paar
weken in de prullemand, 't Kan ook
wezen, dat je bet in een klein hoekje
gezet hebt, zoodat het met je oplossin
gen verdwenen is Stuur het me nog
maar eens. Ahs ik terug ben, dan
komt je nieuwe raadsel No. 1 aan dp
beurt.
MADELIEFJE. Wie verne reizen
doet, kan wat vertellen. Zoo gaat hel
niet jou ook. Je was zeker niet zeeziek,
anders zou je het zoo heerlijk niet go
■onden hebben op de Zuiderzee.
VERGEET-MIJ-NIETJE. lk
hoop, dat Madeliefje me nog eens het
en ander van je vertelt, nu je
daar zelf geen tijd meer voor hebt. Je
raadsel is goed. Als je gelegenheid en
lust hebt kom je nog welcens een pa-
pierpraafje houden, hè?
COB A v. d. G. Je raadsel is goed.
MARIETJE H. Jij bent eene ech
te badgast, hoor! Zoo door weer et
wind aan het strand. Maar we willen
toch maar hopen, dat bet zonnetje
gauw schijnen gaat, want wind er
egen op Zandvoort is nog vervelen
der dan in de stad. Of vind jij van
niet?
J. 1). Heb jo veel pleizier met je
nichtjes? En ben je gisteren nog naar
Scheveningen geweest? Loop maar
veel huiten, want je wangen kunnen
)g wel wat rooder worden.
GOUDVISCHJE. Ik heb moeten
lachen om je brief. Misschien heb je
al uit hei: boei je gezongen. Aardig,
dat we nu eens kennis gemaakt» heb
ben, dan zie ik je voor me, als ik je
brieven lees. Gezellig voor je, dat
jullie nu mot z'n tweeën aan de raad
sels meedoen. Dal werkt eens zoo
prettig.
WINNETON. Zeg. Indianen-
vriendje, als lie: Rubriektroepje wat
al te levendig wordt, benoom ik jou
tot opperhoofd. Niet al te veel van
dergelijke lectuur verslinden, want
dan verbeeld je je ten slotte da: je in
plaats van een Haarlemse hen jongen
een Bosch jesman.- tof i.ets dergelijks
bent.
LENA K. Het doet me pleizier,
dat we nu eens kennis gemaakt hel
ben en dat ik in pLaars van een bleek
zwak poppetje zoo'n flinke gezonde
meid voor me zag. Heb je al liet hoog
ste lied uitgezongen?
DUINVIOOLTJE. Die oorlog is
iets vreeaelijks, hè, We zouden zoo
zeggen, laten die groote meneeren in
Oostenrijk en Servië het maar met el
kaar ui vechten, desnoods met elkaar
guan boksen. Ons verstand kan er
niet bij, dat er zooveel onschuldig
bloed vergoten moet worden. Het is
voor hen, die in de vacantie moesten
opkomen, heusch geen pretje, lk ben
jij? Jullie hebt Zondag een goed werk
verricht. Laten we hopen, dat ook
daar spoedig de eendracht mag heer-
sclren. Er zijn in onze geschiedenis
meer voorbeelden van, dat hu Ken-
land sch gevaar binnenlandsche twee
dracht ophief.
JAN VAN H. Ik wcnsch jo een
heel genoeglijk weekje. Je gaat daar
naar een mooie rustige streek. Je
zult daar vast meer genieten dan op
de Haarleuische kennis.
ALIDA LE F. Wel bedankt voov
je mooie ansicht. Maak nog maar veel
pleizier!
HYACINTH. Ook aan jou mijn
hartelijken dank voor je mooie nn
lichten. Heb je veel genoteu en wa-
ren de zusjes niet erg blij. toen je
kwam en ook weer een beetje be
droefd toen -bet. scheidingsuurtje aam
brak?
FERDINAND W. Je briefkaart
uit Z. heb ik ontvangen. Hoofdstuk 1
en II van Kindervreugd heb ik helaas
niet meer voor je. Aan liet Bureau
van Haarlems Dagblad kun je ze wel
krijgen voor 2 5 cent per courant,
als tenminste ook daar de voorraad
niet op is. Probeer het maar eens. Je
moet het nummer van 20 Juni en 4
Juli hebben. Haal nu je prijs maar 12
Augustus, lk wensch je verder eer
heel prettige vacantie.
MARGARETIIA en WOUTER v. B
- Jullie raadsels zijn goed.
KORENBLOEM. Je was nog wo
op tijd. Waar ben je been geweest en
heb je veel genoegen gehad?
1 Aug. 1914.
Mevrouw BLOMBERG-ZEEMAN.