RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD IIONDENSLIMHEID. .Ta, honden zijn soms zeer intel ligent zei een lid van de sociëteit Ons Genoegen, in een kleine slad, maar mijn I?rsche terrier overtreft zijne ra=genooi©n daarin gewis verre. Ver beeld je, bij mij was eens brand om staan en ieder had gelukkig een goed heenkomen gezocht. Niemand even wel had gedacht aan een klein kind, dat boven" alleen lag. Mijn hond ging, door niemand hiertoe aangezet, terug in de brandende woning, de trap op teen hoeft hij de kleine in oen nat ten doek gewikkeld en met do punten daarvan stevig in den snuit bracht hij zijn kostbaren lasb veilig naar buiten. Langdurige stfilta; eSndelijk' ver broken door een dor diep getroffen hoorders. Dat is verbazend. Toch niet zóó zeldzaam als wat m ij n hond in een dergelijke omstandigheid eens ge presteerd heeft. Ook mijn liuis stond m brand en allen hadden een goed heenkomen gezocht. De hond echter was ongerust en liep jankend heen en weer; opeens stormde hij in die brandende woning terug, waaruit hij met een, in oen natten handdoek ge wikkeld pakje terugkeerde. En wat denkt u, dat daar in zak? Het slimme dier had nog juist bijtijds mijn brand polis gehaald! CEEN RFQUISITIE. Toen in den Fransch-Duilschen oorlog liet hoofdkwari ior van hot Duilsche leger te Clermont lag, was evenals altijd in het hoofdkwartier Im?yo1 gegeven., dat men geen requi sites mocht uitschrijven. De Be-eren rukten Clermont bin nen in een hondenweer, zoodat zij doornat en vermoeid aankwamen; de commandant der chevaux-lagers ge voelde zich 's avonds ernstig onge steld en had behoef.e aan een fiesch wijn. Hij gaf zijn ordonnans dus een thaler ink de opdracht, ergens een fiesch wijn to knopen, maar die in geen ge val te requïreeren. De soldaat liep de morsige, duistere straten door on kwam aan een logement, waarvoor twee schildwachten stonden. Dezen gaven het militair saluut aan voorbij gaande officieren en beduidden den ordonnans, dal hij moest doorloopen. Doch de goede Beier meldde zich aan, daar hij zich geheel in zijn recht ge voelde; hij had immers zijn thaler in de hand. Een bejaard officier, die hem op merkte in de vestibule, vroeg wat v ilde. Hij verlangde eene fiesch wijn voor zijn overste, die ziek was. De officier gaal weer naar binnen en komt terug met. een luitenant, die ecne fiesch in de hand heeft, Geef dat aan je overste, sprak de bejaarde officier. Daar hiaeft u een thaler ik mag niet requïreeren! zei de man en hij gaf het: geldstuk aan den ko ning van Pruisen; want deze was de bejaarde officier, die hem te woord stond. 't Is goed; breng den wijn aan je overste en zeg, dat de koning van Pruisen hem dien zendt met den werosch, dat het hem goed zal doen. De koning van Pruisen? vroeg de Beier. Waar is de koning van Prut sen? Die ben ik, was het antwoord. De ordonnans salueerde en maakt nechbsomkeert Hij bracht zijn overat de fiesch en legde den thaler er naast Ik heb je gezegd, dat je nia moest requireeren, zei de overste out sfeind. Ja, dat 's te zeggen, er was daa, iemand die mij de fiesch gaf en zei dat hij do koning van Pruisen was et u ibeW-schap toewensclite, rappor teerde, de man, elsof het de eenvou digste zaak van de wereld was. De overste stond perplex. Raadsels (Deze raadsels zijn alle inge zonden door jongens en meis jes, die „Voor Onze Jeugd" lezen. De namen der kinde ren, die mij vóór Donderdag morgen goede oplossingen zenden, worden in het vol gend nummer hekend ge maakt). IEDERE MAAND WORDT ONDER DE BESTE OPLOSSERS EEN BOEK IN PRACHTBAND VERLOOT. Tlievbij wordt gelet op den leeftijd in verband met het aantal oplossin gen en op de netheid van het werk. De raadselprijs voor de maand Juli is bij loting ten deel gevallen aan CORNELIS VAN DER LINDEN, die den prijs Woensdag 12 Augustus tusschen 1 en 2 uur, bij mij mag ko men afhalen. 1. 'Ingezonden door Cato Smink). Ik ben een stof, bekend met lof, Maar zonder hoofd, mijn vrinden, Kunt ge m' in Duitschland vinden. 2. (Ingezonden door Ferdinand Waage). Ik ben een plaats in Spanje en tege lijk een rivier in Zwitserland. Welke? 3. (Ingezonden door J. en I. Hafkon- scheidt). Vervang de puntjes door medeklin- kers, zoodat ge een bekend spreek woord krijgt ,a .c.e. .o.. .o.. e...ij. 4. (Ingezonden door Jan van Zon). Mijn eerste is een hemellichaam. Mijn tweede is een deel van het ^Mijn derde bevindt zich in iedere gemeente. Mijn geheel wordt 's Zondags door vete kinderen bezocht. 5. (ingezonden door K. Kleijn). Zou, lezer, mij eens vliegensgauw, Te is t, die zonder smart of rouw, En zonder tóórn of wraakgod acht en Zijn eigen vader kan zien slachten 6 (Ingezonden door Henderina van Viegen). Zet achter" een zitplaats een klinker en go krijgt een eiland van Nederl.- lndiê). 7. (Ingezonden door Mientje en Pau- lientje van Amstel). Mijn geheel is een bekend spreek woord van 29 letters, 12 7 27 10 is een meisjesnaam. 19 16 17 21 8 23 is een jongens- niet zien. 1 4 3 is een klein paardje. Deze üloemen Hebben een lange 5 9 2 22 11. Wat een mooi mos groeit er op den 24 20 14 29 van (lien boom. 13 15 is een lanubouw-werkluig. 24 10 11 is een stuk speelgoed. 1 2 2 3 is niet koud. 0 7 8 6 is een getal. 8. (Ingezonden door Hyacinth). Ik beu een plaatsje in Gelderland, voeg twee letters voor mij en ieder mensch bezit ine. 9. (Ingezonden door Lammert M. Kracht). Mijn geheel bestaat uit 5 letters en is de naam van een wethouder Haarlem. 3 2 1 is niet knap. 4 5 1 is een familielid. 10. (Iugezonden door G. en M. Lok). Welk spreekwoord leest ge hieruit? Dd eeeee aaa pp 11 tt nnn w r b oo m. 11. (Ingezonden door M. en W. van Baardwijk). Mijn geheel bestaat uit 9 letters en is een plaats in Utrecht. 6 7 is een lengtemaat. 9 3 5 is een lichaamsdeel. Een dier heeft een 18 5, 5 6 4 7 3 9 is een groot© stad in Duitschland. Een 1 2 3 4 5 is geen geheel. 12. (Ingezonden door Gijsbertus Pieters). Ik hen een stad in België, verander mijn eerste letter en ik ben een geld stukje. Raadseloplossingen De oplossingen der raadsels van de vorige week zijn 1. Wie den schoen past, trekke hem aan. 2 Nico tin e. Nicotine 3. Scheurkalender. Kelk, Karei, hand, Urk, ceder, neus. 4. Zandvoort. Oor, zand, voorn, tor. 5 Braam. 6. V nend, onderneem niets boven uwe kracht. 7. De sluk. 8. Boeg. 9. Lissabon. Lina, bon, sol, la, Ali, bas. 10. Straatsburg. Straal, rug, Saar, brug. 11. Maria Theresiapol. 12. Lei den. loeiden. Goede oplossingen deze week onl- vangen van Karei Kleijn 10. Cato Smink 12. C. van der Linden 12. C. Boesmans 12. J. Vorderhake.8. M. en P. van A instel 12. Kruidje roer mij niet 8. Theeroosje 8. J. en 1. Hafkenscheïdt 11. Ghr Waleveld 9. Sneeuwklokje 12. Gctidvischje 12 Lena Koeleveld 12. Winneton 12. J. Derlagen 10. Cato Piet 12. Marie Piët 12. J. van Zijtveld 12. T. Jansen 10. C. Kramer 10. J. Kramer 10. Duin viooltje- 11 Joh. Francken 10. Aafje Francken 10. Bosctrvioolije 11. J. HogervorsL 11. Ann ie Lam 12. Caspar illemsen 12. D. oen Hollander 12. S. Vernimmen 10. B. Vernimmen 10. T. Tromp 9. Madeliefje 10. Vergect-mij-nietje 10. M Hooymans 7. A. Ilooymans 7. C. v. d. Gevel 8. J. van llemert 11. J. E. Blankvvater 9. Korenbloem 11. M. en W. van Baardwijk 8. BEGRAVEN PLAATSEN. 1. Onze kat wijkt op de vlucht voor den regen. 2. Beb, red Anna's popje eens, an ders gaat poesje er mee op den loop. 3. Wij reden langs bergen en dalen. 4. Onze Bertha noemden wij Ber, natuurlijk voor de gemakkelijkheid. 5. Hier is Does, burgemeester. 7. Tot heil onzer zieke kindertjes werd deze vacantie-kolonie gesticht. 8. De buiteniandsche vorsten be zochten de Zaan. Dames boden bloe men aan. 10. Met vlugge passen trachtte do diet te ontkomen. De verborgen planten der vorige week zijn 1. Tarwe. 2. Gras. 3. Roos. 4. Kar wij. 5. Klimop. 6. Aalbes. 7. Kers. 8. Eik. 9. Linde. 10. Bes. Goede antwoorden deze week ont- J. en I. Hnfkenscheidt 10. M .on P. van Amstel 10. J. Vorderhake 9. Theeroosje 10. C. van der Linden 10. C. Boesmans 10. C. Smink 10. J. Kramer 9. C. Kramer 9. T. Jansen 10. J. van Zijtveld 10. Marie Piet 10. Cato Piët 10. J. Derlagen 10. Sneeuwklokje 10. Winneton 10. L. Koeleveld 10. Goudvischje 10. A. Francken 10. Joh. Francken 10. D. den Hollander 9. C. Willemsen 10. Annie Lom 10. J. Hogervorst 10. S. Vernimmen 8. B .Vernimmen 8. Vergect-mij-nietje 10. Madeliefje 10. Trijntje Tromp 10. M. Ilooymans 8. A. Hooymans 10. C. v. d. Gevel 8. J. E. BI ank water 10. Jan van llemert 9. jullie vóór 13 Augustus een dubbel stel raadseloplossingen en zeker ook ecu dubbel grooten brief. In hel nummer van 15 Augustus vermeld ik dan twee maal de oplossingen en daarin vindt je ook weer de Brievenbus. Nu wensch ik je allen heel prettige vacantie-dagen met echt vacantie- vveer 1 en wel naar keuze uit deze beide on derwerpen 1. HOE IK MIJNE VACANTIE HEB DOORGEBRACHT. 2. EEN HEEL PRETTIG DAGJE. Dit laatste onderwerp geef ik met ?t oog op enkele vriendjes en vrien dinnetjes, die de gelukkige schoolja ren achter zich hebben en daarmede ook hun vacantie-tijd. Dezen keer verdeel ik je weer in twee afdeelingen. De Eerste Afdeeling bestaat uit jongens en meisjes boven 10 jaar. De Tweede Afdeeling uit jon gens en meisjes van 10 jaar en onder 10 jaar. Het lijkt me niet overbodig, jullie tog eens op het hart te drukken, ooral naam en leeftijd onder je werk te zetten. Daar de beste inzendingen in de courant komen, verzoek ik je levens het papier aan één kant te ilJen beschrijven. Vóór 20 Augustus moeten alle in zendingen in mijn bezit zijn. In beide afdeelingen mogen dc 1ste- prijswinners mij een verlanglijstje sturen. De 2de prijs zal bestaan uit een figuurzaagdoos, naaidoos of Kleurmap van Daan iloeksema niet kleursels. De 3de prijs is een boek in prachtband. Zijn er in ©ene afdeeling meer dan 50 inzendingen, dan ver dubbel ik het aantal prijzen. Ziezoo, nu met regendagen niet mopperen, maar je herinneringen aan prettige oogenblikken op papier zetten Daar ik de volgende week uitstedig ben, kan ik jullie briefjes niet beant woorden cn de raadsel-oplossingen niet vermelden. Er verschijnt echter toch een Kin- der-Rubriek en als schadeloosstelling krijg je een groot stuk van Kinder vreugd. Eveneens komt er een nieuw stel raadsels. Nu krijg ik dus van De wedstrijd. Voor dc maand Augustus geef ik een OPSTELLENWEDSTRIJD Op Kindervreugd. Aan het strand was het toch te nat. 'aar ging juffrouw Betsie heen? Duin op, duin af, het dorp in. O, riep Julie Beversluis (die hot vorig jaar ook op „Kindervreugd" was geweest), we gaan naar Bosch beek. Wat is dat., Boschbeek vroe gen de underen. Daar stonden ze al voor een groot hek, waarop stond „Boschbeek". En achter dat lick was een waar kinder- paradijs. Je moet weten, dat „Bosch- beek" een groot© speeltuin was, met schommels, wippen, ringen, zweef den, rekstokken, ja zelfs een draai- moLen. Ze werden er stellig cn zeker ver wacht, want een dikke boerin opende het hek en riep Komt er maar in, komt er in, dacht wel, dat het weertje opknappen zou. En waar is de jarige Alle vingers wezen op Cor. Met een hevige kleur nam ze de felicitatie van de vriendelijke vrouw in ontvangst. Maar hoe die het wist, daar begreep zo niets van. Juffrouw Betsie wüde, dat allen eerst eens naar haar luisterden, al vorens het spelen begon. Toen ieder plaatsje veroverd had, zei ze - Kinderen, de vader van onze jarige heeft ons verzocht, jullie dit pretje aan to doen. Dus laten we alle maal eens roepen „Hoezee voor Me neer Versnel Je wilt wel gelooven, dat dal klonk, hè De inenschen, die voorbij liepen, schoten in den lach. En het zonnetje kwam de feestvreugde verhoogen door een zee van goud, glanzend licht over dat jolige groepje heen te werpen. Wat w erd cr geschommeld en gewipt en gedraaid De hobbelpaarden waren onvermoeid, evenals de berijders en berijdsters. Daar kwam die dikke boerin ook weer aanzetten, met een groot blad vol glazen melk en een trommel versch gebakken krakelingen. Aan zee was het heerlijk, maar hier, o, hier leken de uren wel kwartie ren. De middags was zóó om. Tegen etenstijd gingen ze weer op huis aan, maar ze prezen om 't zeerst dien goeden, besten vader van Jan en Cor. Ze wilden wel, dat er alle dagen een jarige was, maar dan moest die op den koop toe nog zoo'n besten Pa hebben. HOOFDSTUK 8. B et komt op „Kinder- v r e u g d". Heel „Kindervreugd" had natuur lijk van Bet gehoord en heel „Kinder vreugd" was verlangend, haar te zien. Zc vertelden eikaar vaak over huis en je een goede, aardige dienstbode hebt, dan worut ook die besproken. En die Bet uat was zoo'n ouwe getrouwe. Ze luid Jan en Lor iu het wiegje zien liggen, ze had beiden vaak iu slaaji gezongen. Wat had ze al menigen lek keren pannekoek voor ze gebakken wat had ze hun al menig mooi en vaak ook griezelig verhaal verteld. En als z© eens ziek waren, dan wist Bet altijd van die heel lekkere kostjes te bedenkeu. Moeder zei altijd„Bet is mijn rechterhand". Zes weken had Moeder cl to bed gelegen, maar Bet had ge zorgd, dat alles op tijd en ordelijk zijn gangetje ging. Als Vader 's avonds zijn kranten las, dan nam ze Jan en Cor mee naar de keuken en dan be dacht ze allerlei leuke werkjes voor hen. Ze kon ook zoo heerlijk vertellen van „toen zij klein was", en van haar dorpje. Dan zong ze wel eens een versje uit haar kindertijd, zoo'n echt ouderwctsch. Nu was Vader dan m aanlucht met Bet. Ornaat er uien dag zoo heel veel kinderen uil waren, uau mevrouw gezegd, dat Vader en Bet best dien uug op „Kindervreugd" mocuten biij- veu, want liet weer liet zich niet zoo heel mooi aanzien. Jan en Cor moch ten ze zelf van liet station halen. Ze zagen het blozende gezicid van Bet al heel gauw. Toen de eerste begroeting voorbij was, moest Bet haar kinderen eens goed opnemen. Och, och, wat bennen jullie groot geworden, eu zoo bruin en zoo dik. Nou, je behoeft me niet te vertel len of Jo het hier besc hebt. Vader brak het gesprek af door zijn Cor met een flmken kus nog eens har telijk te fehciteeren. O ja, dat was waar ook, daar had Bet heel niet uun gedacht. En haar arm hield nogal stijf een# lange doos omklemd, die voor de jarige bestemd was. Jammer, dat er papier om zat, vond Cor, an ders had den deksel even opge wipt. Maar daar had je het huis at. Je wilt zeker wel gelooven, dat papier en touw nu gauw er af waren cn de oude lieveling spoedig te voorschijn kwam. Wat was die pop veranderd Cor kon haast niet gelooven, dat het haar eigon popje was. Ze zag het aan den grooten teen,, waarvan Hector, toen hij nog een klein hondje was, eens een stukje had afgebeten. Maar ze had zulke mooie blonde krullen ge kregen, die je echt kon uitkammen. Bet stopte stil een pakje in Jan's handen. Hier, Cor, dit heb je van mij, sprak Jan, nu kan je dien kapotten teen wegstoppen. Toch schoenen, en kousen ook nogwel bedankt, hoor, en Jan kroeg een kus op zijn krullebol- En dit van mij, zei Bet. O, dank jo wol, hoor Heerlijk meisjes, kijkt eens, allemaal soorten kammetjes, nog een spiegeltje en een kettinkje. Ze vonden het allemaal snoezig, en met elkaar wisten ze allerlei manier tjes, om hel poppenhaar op te maken, alsof het van eene groote dame was. Na had ze twee poppen, die eclit haar hadden. Hè, zc zou best een liee- len dag niets anders willen doen dan poppenpruilijes kammen. 's Middags was het goed weer eu toen gingen ze met hun viertjes naar liet strand. Och, wat ging die tijd weer vlug om. Zoo te zarnen eten op „Kindervreugd" was echt leuk, hè, Va zei Jan, toen het tijd van scheiden werd. Maar als we straks weer allemaal bij elkaar zijn, wat zal dat heerlijk wezen gaf Va ten antwoord. Moeder er ook bij, natuurlijk, zei Cor. Natuurlijk, Moeder ook, her haalde Jan. Ziezoo, ook die dag was - voorbij. Toen de kindeten in hun bedjes la gen, waren Va en Bet haast thuis. Toen juffrouw Betsie, die s avonds de slaapkamers doorliep, langs het ledikantje van Jan kwam, hoorde ze hem in zijn droom zeggen „Ja, Moe der ook, Moeder ook." (Wordt vervolgd). Brievenbus (Brieven aan de Redactie de Klndar-afdeeling mo> gezonden worden aan Me vrouw BlombergZeeman, Bloemhofgtraat 5, Haarlem. In de bus gooien, zonder aanschellen.) liAREL K. Ilöt is te hopen, dat we spoedig mooi zacht weer krijgen, don kun je veel «aar Zandvoort gaan. Heb je nog meer broertjes en zusjes? CHRISTINA B. Neen, dat boek van de Walorkinder'.jes ken ik niet. ALs je het nu nog niet goed begrijpt, zou ik het netjes wegleggen en over een half jaar liet weer eens ter hand nemen. Misschien heb jo er dan meer aam Het doet me genoegen, dat je „Kindervreugd" wel begriint. SJAANTJE V. Ik vond bet Maan- dag wat leuk, zeg dat maar aan Moe der. Weet je al van wie die brief-1 kaart was, vertel het me dan eens. THEEROOSJE. Dat was een groote brief voor de eerste maal. Je moogt meedoen hocrl Ik geloof, dat ik met den nieuwen wedstrijd juist je wensch vervuld hel). Dus daar hof je moe? De strikvragen zijn goed. Ik had er juist gebrek aan. JOHAN V. Ook al een nieuwelin- getje. Nu maar trouw meedoen, want beginnen beteekent niet veel, maar volhouden dat i> een kunst en soms een heel moeilijke. Je schrijft keurig, wat krijg je wel voor cijfer op je rap port? KRUIDJE ROER MIJ NIET. Dat is een vreemd plantje in onzen Ru briek-tuin. W ie weet of dat teerc plantje zich late: niet ontpopt tot een lieel ander, flinker soort. Maar je moogt mij gerust alles schrijven, ook al je leed. En jongern ei sj ©sleed is soms o zoo vrccselijk, al lachen wij er later jaren om. Op jou leer ijd zien we vreugd en mart door een ver grootglas, maai in lafer jaren erva ren we wel, dat er nog iets tusschen hollen en stilstaan is. Ik zie met ver langen je voigenden brief tegeruoo. en al lezen de kinderen ook eikaar? iu iefje, aan wie het gericht is, kan tusschen de regels door nog wel iets peroonljks vinden. En een Kruidje roer mij niet in het bijzonder, want Uvüt is een zeer gevoelig plantje. Is 't niet zoo? MIENTJE en FAULIENTJE VAN A. Zijn jullie nog naar het duin ge weest? liet is eigenlijk in dezen tijd maar het beste om een voorgenomen tochtje maar door te zetten, dikwijls valt het weer nog mee. En met regen denk je maar, het mees e valt bezij den. Neen. die kermis lokt nmj ook nooit aan. Haarlem's omstreken zijn zoo mooi, en daar hap je heel wat r frissohe luicht dan langs Jde kramen. Du3 ik ben het met Pa en Moe eens. JIJLES en IDA II. - Jullie raken al aardig in de rubriek thuis. Zoo z:e je, al doende leert men .Geiukkig, dat je een mooi rappor: hebt, dat maakt ocantie eens zoo prettig Het doet genoegen, dat je „Kindervreugd" zoo mooi viD-dt. Het. duurt nog wel een poosje; als Kindervreugd uit is. denk ik, dat ook de vacante voorbij Je raadsel is goed JO K. Hel deed me genoegen te vernemen, dat Trijntje liet zoo goed maakt. Laten we hopen, dat ze. nog mooi weer krijgt. Is de nieuwe wedsoijd naar je zin? Ja, hoor „Kin dervreugd" duurt nog een heel poosje. CORRIE K. Ja, dat plekje in het Kenaupark is ook heerlijk. Als ik eens in die buurt kom, zal ik eens kijken, of ik jullie op de bank zie zitten. JAN v. Z. Bedankt voor je En- gelschen brief. Jo raadsels zijn goed, maar in het tweede komt een woord oor, dat ik nio: mooi vind en daarom zal veranderen. Misschien weet je wel, welk woord ik liedoel. AAFJE F. Voor jullie hoop ik toch ook zoo, da: liet weer wat gun stiger wordt. In de Zaan b water ge noeg, zoodat je den regen wei misser kunt Veel pl ei zier h<-or! JOHANNA F. Geiukkig, dat j{ reisje naar Wijk aan Zee toch is door. gegaan. En ondanks het mindei mooie woer heb je voel genoten. Zoo zie ji?, dat zonno je van binnen kap wonderen doen BOSCHVIOgLTJE. Gefeliciteerc met je overgang en ook neg met den verjaardag van Pa en Moe. Dat is een heerlijk dagje geweest. Was Jaap nog thuis of schreef hij -een grooten brief? Als je hem schrijft, doe hem dan mijn groeten weerom. j DIRKJE DE H. Wat eene heerlij- j ke vacantie zul jij hebben. Maak maar j veel pret hoor! En als de schooltijd i weer daar is, doe dan eens heel goed je best met schrijven. Wat zal ja op j kijken, al3 je pop 'n ander gezichtje gekregen heeft, missohien ken je haar clan niet eens meer. JELLE II. Je raadsels zijn goed, maar bij de verborgen jongensnamen vergat je de oplossingen. In den twee den zin schrijf je 'r in plaats van haar. Dat mag niet in proza. Dus daar moet je wat anders voor beden ken. DUINROOSJE. Zeg, meisjelief ik heb van jou geen raadsel, misschien heb je het zonder» oplossing inge stuurd en die verhuizen na een paar weken in de prullemand, 't Kan ook wezen, dat je bet in een klein hoekje gezet hebt, zoodat het met je oplossin gen verdwenen is Stuur het me nog maar eens. Ahs ik terug ben, dan komt je nieuwe raadsel No. 1 aan dp beurt. MADELIEFJE. Wie verne reizen doet, kan wat vertellen. Zoo gaat hel niet jou ook. Je was zeker niet zeeziek, anders zou je het zoo heerlijk niet go ■onden hebben op de Zuiderzee. VERGEET-MIJ-NIETJE. lk hoop, dat Madeliefje me nog eens het en ander van je vertelt, nu je daar zelf geen tijd meer voor hebt. Je raadsel is goed. Als je gelegenheid en lust hebt kom je nog welcens een pa- pierpraafje houden, hè? COB A v. d. G. Je raadsel is goed. MARIETJE H. Jij bent eene ech te badgast, hoor! Zoo door weer et wind aan het strand. Maar we willen toch maar hopen, dat bet zonnetje gauw schijnen gaat, want wind er egen op Zandvoort is nog vervelen der dan in de stad. Of vind jij van niet? J. 1). Heb jo veel pleizier met je nichtjes? En ben je gisteren nog naar Scheveningen geweest? Loop maar veel huiten, want je wangen kunnen )g wel wat rooder worden. GOUDVISCHJE. Ik heb moeten lachen om je brief. Misschien heb je al uit hei: boei je gezongen. Aardig, dat we nu eens kennis gemaakt» heb ben, dan zie ik je voor me, als ik je brieven lees. Gezellig voor je, dat jullie nu mot z'n tweeën aan de raad sels meedoen. Dal werkt eens zoo prettig. WINNETON. Zeg. Indianen- vriendje, als lie: Rubriektroepje wat al te levendig wordt, benoom ik jou tot opperhoofd. Niet al te veel van dergelijke lectuur verslinden, want dan verbeeld je je ten slotte da: je in plaats van een Haarlemse hen jongen een Bosch jesman.- tof i.ets dergelijks bent. LENA K. Het doet me pleizier, dat we nu eens kennis gemaakt hel ben en dat ik in pLaars van een bleek zwak poppetje zoo'n flinke gezonde meid voor me zag. Heb je al liet hoog ste lied uitgezongen? DUINVIOOLTJE. Die oorlog is iets vreeaelijks, hè, We zouden zoo zeggen, laten die groote meneeren in Oostenrijk en Servië het maar met el kaar ui vechten, desnoods met elkaar guan boksen. Ons verstand kan er niet bij, dat er zooveel onschuldig bloed vergoten moet worden. Het is voor hen, die in de vacantie moesten opkomen, heusch geen pretje, lk ben jij? Jullie hebt Zondag een goed werk verricht. Laten we hopen, dat ook daar spoedig de eendracht mag heer- sclren. Er zijn in onze geschiedenis meer voorbeelden van, dat hu Ken- land sch gevaar binnenlandsche twee dracht ophief. JAN VAN H. Ik wcnsch jo een heel genoeglijk weekje. Je gaat daar naar een mooie rustige streek. Je zult daar vast meer genieten dan op de Haarleuische kennis. ALIDA LE F. Wel bedankt voov je mooie ansicht. Maak nog maar veel pleizier! HYACINTH. Ook aan jou mijn hartelijken dank voor je mooie nn lichten. Heb je veel genoteu en wa- ren de zusjes niet erg blij. toen je kwam en ook weer een beetje be droefd toen -bet. scheidingsuurtje aam brak? FERDINAND W. Je briefkaart uit Z. heb ik ontvangen. Hoofdstuk 1 en II van Kindervreugd heb ik helaas niet meer voor je. Aan liet Bureau van Haarlems Dagblad kun je ze wel krijgen voor 2 5 cent per courant, als tenminste ook daar de voorraad niet op is. Probeer het maar eens. Je moet het nummer van 20 Juni en 4 Juli hebben. Haal nu je prijs maar 12 Augustus, lk wensch je verder eer heel prettige vacantie. MARGARETIIA en WOUTER v. B - Jullie raadsels zijn goed. KORENBLOEM. Je was nog wo op tijd. Waar ben je been geweest en heb je veel genoegen gehad? 1 Aug. 1914. Mevrouw BLOMBERG-ZEEMAN.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 13