BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD
AOWPBSTWra! QROOTB HOUTSTRAAT 55.
DRUKKERIJ ZUIDER BWTENSPAARNB 6.
DE BOOSDOENERS.
32© J&argftng
«o 96R7
DE ZATERDAGAVOND
HAARLSM© EA68tAD K09T
f 1.20 PER 3 BAANDEN
OF 10 CENT PER WIEK.
in haarlem's ba.8slad zm
apygrtewnew ooeltpeffenq.
cm2ê amn0nge8
wokssn opgemerkt-'
haarlemsche
Handelsvereenigiug
Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit
van 12 Nov. 1892 No. 29 en gewij
zigd bij Koninkl. besluit van. 2i
Mei 1897 No. 58 en van 13 Juli
1909, No. 52.
Bureau: Jansweg 11, geopend alle
werkdagen van 9—5 uur.
Telephoon No. 403.
Op 10 Mei 1892 werd bovengenoem
de Vereeniging hier ter stede opge
richt met bet doel de belangen der le
den op allerlei gebied te behartigen,
doch allereerst de belangen hunner
handel of bedrijf te bevorderen en
wel speciaal door het verstrekken
van information en het incasseeren
van dubieus© vorderingen.
Voor posten welke men de vereeni
ging ter invordering in handen stelt
op buiten de stad woonachtige per
sonen moet 10 ct. porto worden be
taald. terwijl van alle vorderingen
door de vereeniging geïnd 3 pet. pro
visie wordt geheven.
In Januari en Februari 1914 zijn 32
vorderingen tot een bedra-g van
f 1203.81 betaald; 32 vorderingen wor
den afbetaald, 17 vorderingen zijn
uitgesteld.
Bovendien hebben de leden het
recöt op het bun gratis te verstrek
ken advies van de rechtsgeleerde ad
viseurs der vereeniging, de heeren
Mrs. Th. de Haan Ilugenholtz en A.
H. J. Menens, Spaarno 94 alhier, die
dcsgewenscht ook in procedural en
faillissementen, gratis voor hun op
treden, natuurlijk echter alleen voor
zaken betreffende den handel of het
bedrijf der leden.
Bij eike vordering der rechtsgeloer
den in handen gesteld moet 10 cent
voor porto worden gevoegd, terwijl
van de bedragen der langs dezen
weg ingevorderde posten 5 pCt. moet
worden betaald. II.H. rechtsgeleer
den hebben het recht in geval van ge
rechtelijke vervolging het door hun
noodig geoordeelde voorschot te vrar
gen aan den inzender der vordering.
Over in de stad woonachtige per
sonen geeft do vereeniging gratis
mondelinge of telephonische inlich
ting; verlangt men de informatie
schriftelijk dan wordt 25 ct. berekend
terwijl voor informatiën op huilende
sta.l wonende personen f O.GO pLm,
5 ct. pc.rtovergoeding moet worden
betaald.
Aan net kantoor Jansweg 11 zijn
coupons 1Ü ct. verkrijgbaar, waarop
men aan het bureau van den Burger
lijken Stond op het Raadhuis inlieh-
tiugen kan bekomen over de adres
sen van hier ter stede op net bevol
kingsregister ingeschreven personen.
Verder zijn voor do leden verkrijg
baar legitimaliekaarten, waarop zij
persoonlijk informatiën kunnen vra
gen, in andere plaatsen hij de daar
gevestigde en bij den Ne<L Bond van
Onrlerl. Infor. en Schuidinvoxdering-
bureaux en Handelsvereenigingen
aangesloten veroeuigingen.
Deze informatiën worden gratis ver
strekt indien ze onmiddellijk zonder
verder onderzoek kunnen worden ge
geven. Is een nader onderzoek noo
dig, dan bedragen de kosten daar
van 20 cent.
Nieuwe leden voor 1914/15 kunnen
nu reeds tot de vereeniging toetre
den en genieten alsdan tot 1 Mei
ak. alle voorrechten als een gewoon
lid.
I-Iet is noodg er nog eens nadruk
kelijk op te wijzen dat goed infor-
meeren, vooral naar nieuwe cliën
ten eeno bepaalde noodzakelijkheid is
geworden, waar zoovele geheel onbe
kende personen zich in onze stad en
aangrenzendo gemeenten komen ves
tigen. Onder alle k o r e n is kaf.
Bovengenoemde Bond, waarbij 18
vereenigingen in do voornaamste
plaatsen van ons land gevestigd zijn
aangesloten geeft uil eene tweernt
deiijksche lijst van namen van per
sonen omtrent wien. men wordt aan
geraden inlichtingen te vragen voor
dat men met hen in handelsbetrek
king treedt, waarvan het geheim on-,
geschonden meet blijven en die als
waarschuwingsmiddel uitstekende
diensten bewijst.
Waar eene vereeniging, die haren le
den al deze voordeden en gemakken
aanbiedt, slechts f 3.50 jaarlijkse he
contributie vraagt, is dit zeker een
zeer bescheiden eisch to noemen, te
meer daar al liet opgenoemde niet
het eenige is wat de Haarlemsoho
Handelvereeniging doet; steeds heeft
zij een open oog gehad voor alle za-
kem, die hare leden iu 't bijzonder en
onze gemeente in 't algemeen betrof
fen en altijd heeft zij daarvoor ge
sproken.
Het zou te ver voeren alles op te
noemen, waa'rvoor zij opkwam, al
leen dient nog vermeld, dat het hare
bedoeling is, in deze richting krach
tig voort te gaan.
In verhand hiermede zijn in liet be
stuur d'rie commissiën gevormd en is
daarvoor het bestuur uitgebreid, Van
deze commissiën bemoeit eene zieh
met het Informatie- en Incassowezen,
eene met aJgemeene Middenstandsbe
langen en is er eene voor Gemeente
belangen.
Alles te zanien genomen 'roepen wij
allen toe, handelaar of particulier:
Steunt deze onze vereeniging door lid
te worden, het werk, dat zij doet en
waardoor zij onnoemelijk veel goeds
lot stand brengt verdient uw sym
pathie en do contributie, f 3.50 per
jaar, kan geen bezwaar zijn. Iloe
sterker zij is in ledental, des te meer
kan de Haarlemsohe Handelsver
eenigiug doen.
Sluit u bij haar aan ten bate van
aller belang, dus ook in uw eigen be
lang.
HET BESTUUR.
Het Rijke Natuurleven
EEN VOGELPRAATJE.
Do droogte van do afgeloopen we
ken heeft het tijdperk van verval in
de natuur verhaast. Heel wat hoornen
laten reeds hun gele, verschrompelde
bladeren neerdwarrelen, heel wat
groene bladscliijfjes worden door den
storm afgerukt, die des te.' gemakke-
lijk zijn vernielingswerk kon begin
nen, nadat do droogte de planten had
verzwakt.
Wat is er weinig van de mooie na-
jaarsbloeicrs terecht gekomen.
Do zware rogons kletterden neer op
de naar vocht snakkende zonnebloe
men.
De reuzen verdroegen de eerste aan
vallen, kwikten er zelfs van op, maar
plotseling werd hun fierheid gebro
ken door de woest rukkende storm
winden en mot de groote, nog niet
geheel rijpe bloemhoofden, zwaar
van het zwa'rtgrijze zaad, liggen ze
omlaag, geknakt ut verhogen. Hun
krocht was niet toereikend.
Machtig was hun bpvenaardsche
reu zen stengel met de breed» waaier-
bladeren, rijk was het aantal knop
pen, dut slechts wachtte op do zonne
stralen, maar do storm heeft ze ter
neer gewo'rpcn en zware regens zet
ten het vernielingswerk voort. De
wortels waren niet ver genoog door
gedrongen.
Toch. als de zon maar even door
breekt, zien we weer een begin van
de kleurenweelde van don he'rfst.
Boven het rcinwitt© der sneeuwbes-
sen hoeft de vlier zijn takken uitge
breid en rijk zijn deze geladen met do
gilkralew, die steeds aantrekkelijker
worden voor do spreeuwenlamiliee.
liet ver ©enigen tot groote troepen
zit veel vogels in het bloed.
Over de naakte vc-ldcn in het Oos
ten of door de boscbrijke duinkanten
van het westen, vliegen in dezen Lijd
clubjes rond, bestaande uit vogels
van allerhande geve der te.
Luid piepend en wild stoeiend ja
gen de meezen van struik tol struik,
vinken verzamelen zich in de beuken
en eiken, merels en Jijsbers kome'n al
weer meek in de nabijheid onzer wo
ningen.
De zwarte morels schijnen sterk in
aantal toe te nemen, met de zang
lijsters is dit misschien ook wel het.
geval, hoewel ik dit bier persoonlijk
niet zoo heb kunnen nagaan en zeker
is het, dat we hier in het Oosten nog
volop genieten van den rijken tooi der
lijsterbessen, als ui het westen al
•dt geklaagd, dat geen enkel kar
mijnrood kraaltje is gespaard.
Ilier in don omtrek van Apeldoorn
blijven genoemde hoornen tot ver in
het najaar hun levendig ge-kleurden
kralensluier dragen.
l>e vlicrbcomen wo'rden minder ont
zien.
Hecle zwermen spreeuwen laten
zicii neer tussohen do wild uilgegvooi-
takken en woest rukken ze aan de
bessen, die nog niet eens h:oii volle
ijpheid hebben bereikt.
Er is overvloed van voedsel. Do vo
gels verknoeien meer (lia» ze gebrui
ken; ieder kan gemakkelijk het hon-
gc'rig maagje vullen, zonder aan do
andore clubgenooten te denken, maar
toch moeten ze vechten en schreeu
wen, to'ili voelen ze een naijver, alsof
na het leegplunderen der vlierstrui
ken de honger hen zal tegengrijnzen.
Bij mij hebben ze oen streepje voor,
deze jolige spikkel jasjes en al verven
mijn buitenmuur paa'ré met hun
verwerkte bessen, al rukken ze in wil
len overmoed aan de mooie kralen,
als ik er aan denk, hoe ze in het vroe
ge voorjaar op een iwog gedeelte van
het dak hun zangen twetteren, hoe
ze jubelend, ochtend aan ochtend, do
ec'rste stralen van de lentezon begroe
ten, vergeef ik ze hun spreeuwen on-
bozonnenJveid, geniet ik zelfs van hun
kwajongensachtig gestoei.
Naarmate do koude nijpender wordt,
zal hun luidruchtigheid verminderen.
Deze neemt af met den voedselvoor
raad. lleele spreeuwenkolon.ies zul
len wegtrekken, uit Noordelijker stre
ken zullen andere aankomen en vele
zullen ons trouw blijven, ook bij de
strengste koude.
De groote aanhankelijkheid der
stand- of zwerfvogels merken we niet
op bij de echte zomergasten.
Hot mooie weer is voorbij, maar al
deed ook nu do Septembörzon aan Ju
ni denken, dan nog zouden we de wild
jagende, luid piepende gierzwaluwen
missen. Dat zijn echte kinderen van
de warmte.
Een maand of drie vertoeven zo
slechts in deze streken. In Augustus
gieren ze nog over onze daken, jagen
ze elkaar soms nog na door de stra
ten, maar als September zich aankon
digt, zijn ze als met een tooverslag
verdwenen.
Zij zijn luclitkunslenaars. die door
niets -worden overtroffen.
Verre afstanden kennen ze niet en
in een paar dagen kunnen zij van het
koel© noorden verhuizen naar het
zonnige Afrika, in een paar minuten
vliegen zij van Haarlem naa'r Ncev-
land's hoofdstad. Ilun bouw nood
zaakt bon. vliegend hun voedsel te l>e-
machtigen en zoo zijn ze verplicht te
vertrekken, zoo g'auw door daling
van temperatuur de insecten)egors tot
kleine groepjes worden gereduceerd.
Tegelijk met de gierzwaluwen ver
trokken nog heel wat ander© vogels.
Leeg en doodstil zou de natuur wor
den, als niet een lieeie groep ons
trouw bleef.
Zij trotseeren de snerpende winden
en de nijpend© koude. Laten we deze
overwinterende vriendjes niet verge
len.
H. PEUSBNS.
I
Rubriek voor Vrouwen
De
jenotr
Er leefde in Indië eens een prins,
die zicli geheel aan den eeredienst van
Boeddha wijdde. Hij had zijn vader
land verlaten en kwam in China,
waar hij de leer van dezen god ver
breidde. De leerlingen stroomden
naar hem toe en gedurende den dag
onderrichtte hij ze th de Boeddhis
tische leer. De uren van den nacht
besteedde hij evenwel niet Jiel uitoe
fenen van zijn godsdienstplichten,
die vooral bestonden in bidden.
Eens echter was hij zóó Vermoeid,
dat hij onder het hidden in slaap
viel en toen hij weer uit die welver
diende rust ontwaakte, was hij zóó
boos op zichzelven, dat hij besloot
icli een straf op te leggen. De oogen
varen hem onder het bidden dicht
gevallen die oogen waren dus de
oorzaak, dat hij iu zijn plichten was
te kort geschoten en niets was na
tuurlijker, dan dat li ij diezelfde oogen
daarvoor strafte. 11 ij deed dit op
etaanden voet en met de grootste held
haftigheid rukte hij zich al de oog
haartjes uit en wierp die op den
grond.
Maar, o wonder!Op hetzelfde
oogchblik groeide op de plek, waar
hij die ooghaartjes had neergewor
pen, een plant met blinkende, leder
achtige bladeren, die witte en rozen
rood© bloemen droeg, die een heerlij
ken geur verspreidden en binnenin
hem klonk een stem (die van Boeddha
zclven)„Trouwe dienaar, bereid u
van de b'aderen dezer plant een af
treksel, Drink dat. en de slaap zal uw
oogleden met meer bezwaren, als gij
mij in de gebeden nadert. Het is een
geschenk van Boeddha aan zijn
t rouwden dienaar." De „Bonze" vol
bracht het bevel, bereidde zich van de
bladeren een drank, ènde slaap
"oef verre van hem!
Het kon niet anders, of hij moest
van deze plant, dien hij den naam
gaf van„Boeddha's geschenk",
spreken tot zijn leerlingen en die wa
ren er terstond op uit ze zooveel mo
gelijk te verspreiden, en weldra bezat
China tal van tuinen en velden, waar
op de theeplant aangekweekt werd-
Natuurlijk begonnen eerst de Bonzen
en de geloovigen van dit gewas ge
bruik te maken, om bij hun gods
dienstoefeningen, die veelal des
nachts gehouden werden, niet door
den slaap overmeesterd te worden.
Doch al spoedig maakten ook ande-
ren, die geen Bonzen doch slechts
leeken waren, gebruik van de thee,
die voor duizenden, ja miüioenen
niets anders is dan een genotmiddel.
Overbekend .Is het, dat de Chineczen
verscheidene uitvindingen gedaan
hebben, die ze zeer geheim wisten te
houden. De uitvinding van het drin
ken van een aftreksel van bladeren
van den theestruik werd zorgvuldig
geheim gehouden en pas in de acht
ste of negende eeuw kregen de Ja
panners ook de plant in hun bezit.
Maar beide rijken waren voor
vreemdelingen geslotende Neder
landers waren, nog de eonlgcn, die
rechtstreeks niet Japan mochten han
del drijven. De thee toch, b'eef eeu
wen lang een genotmiddel, dat niet
binnen het bereik van den eenvoudi-
gen burger kwam.
D© meest gezochte, en duurste thee,
die wel algemeen in den handel komt,
is de „Pecco", die men verkrijgt
van de 'eerste en jongste blaadjes Ze
heeft een donkerbruine kleur, terwijl
de blaadjes aan de uiteinden c-en
wit viJtacldig puntje hebben. Vandaar
dat men dikwijle spreekt van: „thee
met. witte puntjes".
Verder heeft men „Congo", „Pou-
chon", „Souchon" en nog ve'e an
dere theesoorten.
De „Souchon"-thee, werd vroeger
in groote karavanen uit China naar
Rusland vervoerd. Stapelplaats
deze thee is Nizzy-Novgorod.
Met de thee wordt verschrikkelijk
geknoeid, al vast rechtstreeks in de
landen, waar ze vandaan komt. Voor
al de Chineezen zijn er op uilges'a-
pen om er bladeren van andere strui
ken tusscben te mengen.
En wat is er nu aan van de uitne
mende kracht, die men aan de lliee
toeschrijft? Is het gebruik ervac
waarlijk zoo gezond?
Waar is het, dat de the© opwek
kend op de zenuwen werkt en dat ze
de gedachten verhelderen en het be
vattingsvermogen verscherpen kan.
Wie bijvoorbeeld 's nachts waken
moet en bang is dat hij in e'aap zal
vallen, kan door hel.drinken van thee
beter wakker blijven.
Maar de „thee-verslindei's" over
prikkelen zicli de zenuwen dan is bet
gebruik dus héél schadelijk, gelijk al
les waar „te" voor staat!
Ilier te lande wordt thee gedron
ken met melk en suiker, maar in de
Aziatische landen, waar de thee oor
spronkelijk thuis hoort, drinkt men
ze vrij sterk en zóó gezet, dat al de
eigenaardige geur ere smaak geheel
bewaard blijft. Melk en suiker drinkt
niemand er bij. Andere Oostersche
volken vermengen de thee weer met
zout, melk, boter, betelbladeren, so
da, peper, meel, rum, arak, saffraan
en nog veel meer.
Toen de thee in Europa in gebruik
kwam lieten de kooplieden, die zo
uit Chïila aanvoerden, geen middel
onbeproefd, om den kooplieden te
overtuigen hoe kracht-aanbrengend
deze drank was. Als men thee dronk
werd men nooit ziek en kon er op re
kenen stok-oud te zullen worden enz.
Natuurlijk -spraken geleerden dit
r tegen en de gutden middenweg
zal wel de meest gewensckte zijn 1
MARIE VAN AMSTEL.
De Koning en Schwerin
(Vervolg).
Dit neemt niet weg, dat de dragon
ders in bedrukte stemming binnen de
oude muren terugkeerden. We willen
niet zeggen: treurig; want treurig
mag een goed soldaat nooit zijn. En
zij kwamen lmrgers tegen, die don
koning wilden zien en boe Schwerin
zijn regiment presenteerde aan den
souverein. Maar reeds terug, zonder
vroolijke muziek zelfs zonder com
mandant; dit was niet wat het wezen
moest. Zelfs 'n burgermensch moest
dat snappen. En daarom hieven i'e
dragonders het hoofd weer op en za
gen geringschattend op den burgei
neer.
Toen de overste terugkwam, sprong
hij van het paard, liep naar zijn kwar
tier en wierp de uniform op tafel.
Eene sofa had hij niet, en hij war©
er toch niet op gaan zitten. Als hij
wilde liggen, wierp hij zich op het
bed en als hij wilde zitten, had hij ie
vensterbank. De sabel wierp hij in 'n
oude kast; hij had haar niet meer
noodig. -Daarna Stak hij eene pijp
aan, sloeg het eene been over het an
dere en blies den rook tegen de ruilen
dan kreeg hij altijd de beste inge
vingen.
Morgen stuurt hij me natuurlijk'
mijn ontslag thuis, zoo begon de mo
noloog. Daar heelt hij niet veel tijd
voor noodig. Nu goed, dan gaan we
naar buiten en planten kool. Ecu mi
serabele attaque zou dat geweest zijn*
Zeg, als de Vijand daar gestaan luid,
zou "t op de richting niet aangeko
men zijn! Of daar een 'n beetje vroe
ger of later 'n mep krijgt, dat doel
er niet toe hij staat er toch niet
meer na op. En een akelig regiment
zuiplappen. Waar zouden de ke
rels 's morgens voor dag en dauw
bezopen van zijn?
Daar verscheen de oppasser, die de
uniform wou halen.
Laat maar haal me wijn.
Een halve
Onzin. Een flescli „roode dik
ke".
e „roode dikke", zooals hij onder
de officieren heette, of „Pontac",
zooa's de wijnhandelaars hem noem
den, is than© een vergeten merk. Mis
schien ligt die nog in 'n verborgen
hoek in een ouden kelder ergens,
maar dan is er stof op gevallen. Nu
zou hij niet meer smaken, die wijn
te zoet en strooperig. Destijds was hij
de lievelingsdrank en g'eed als olie
ui de keel. Otto Martin von Schwerin
kwam er weer wat door in zijn hu
meur. Den volgenden dag wachtte
hij zijn afscheidmaar het kwam
niet, de koning moest het geval ver
geten zijn. Nu deed hij den gewonen
dienst, zonder sabel en dan zat hij
'eer aan liet venster en rookte. Zoo
erüep de tijd.
Daar kwam een groote brief uit
Potsdam, officieel. Dat zal het ont
slag zijn heeft lang op zich lutCD
wachten.
Het schrijven bevatte de lastgeving,
het regiment marsohvaardig te ma
ken en naar Berlijn op te rukken,
waar kantonnementen zouden worden
aangewezen. Mooi zoo, dat was naar
zijn zin. Hij sprong dadelijk op, om
zijn adjudant te ontbied©» toen be
dacht bij zich.
Neen, dat kan niet; op inarsch
heeft men zijn sabel noodig en die
heb ik begraven, voor altijd. Ik moet
heengaan; er blijft niets anders
over.
Toen ging hij voor zijn schrijftafel
zitten en met moeite bracht hij den
volgenden dienstbrief tot stand:
„Aan Z. M. den Koning in
Potsdam!
Ik heb Uwe Majesteit gezegd, da!
ik mijn sabel niet meer voor mijn
akelig regiment trekken zou, zoowaar
ik Otto Martin von Schwerin heet.
Daar ik Otto Martin von Schwerin
wexiscli te blijven, zoo verzoek ik Uwe
Majesteit ondc-idanigst mijn ontslag.
(Vo'gt ondei'teekening, rnet rang en
dienstbetrekking
Ilij las het nog eens over. vond het
goed, cactieteerdc het met een kolos
saal zegel, adresseerde het en liet het
verzenden. Toen werd hij somber ge
stemd. Hij trok den blauwen rok met
FEUILLETON
(Naar het Engelse h).
•14)
Hilda ontdekte t© spoedig dat zij ook
biet zonder kommer .was. De buien
van moedeloosheid -en voortdurend cm
angst van haar echtgenoot kwelden
haar, en daar zij bijzonder veel vrou
welijke slimheid bezat, rees d© ver
denking hij haar op, dat hij iets voor
haar verborg. Wat haar trot chc ge-
ineed echter hot meest griefde, was
de iiicodizake'ijliheid om hun geheim
te bewaren, wat d© noodigc listen en
bedriegerijen na zich sleepte. Het was
niet aangenaam voor Hilda, om als
mevrouw Roberts door te gaan en er
voor l© zorgen, zich overdag niet op
openbare plaatsen to vo-rtoonen, wijl
de mogelijkheid bestou/l, dat zij ge
zien werd door personen, die iu haar
opvallend uiteilijk do dame hei Len
den, die bij imss Le© in Marls)ih©
had gewoond. Hot was niet aange
naam voor haai', om verplicht te zijn,
Mary Lee's hartelijke brieven, die
steeds vol smeekbeden waren dat zij
zo-u terugkoeren, te beantwoorden
met epistels, die gezonden moesten
worden naar ecu landstadje in een
afgelegen district in Duitschlaiid, al
waar 7. jj op den post moesten wor
den gebracht, en welke vol leugens
waren, zoodat zij z© dan ook zeer ver
foeid©. Kortom daar was in hun hu
welijk niets van die kalm© rust en
vrede, die onder gewone omstandig
heden het huwelijk in dit land ken
merken. Na twee weken begonnen
al deze kleinigheden zich t© doen ge
voelen; in werkelijkheid waren zij de
voorloopers van nog grooter kwellin
gen. Op zekeren namiddag verliet
Philip voor het eerst sedert zijn hu
welijk zijn© vrouw en bracht een be
zoek aan een club, waarvan hij on
langs lid was geworden. Hier vond
hij niet miiulor dan drie brieven van
zijn vader, de ©eiste behelzende het
verzoek om terug te keeren, de twee
de het bevelende in zeer beleefde be
woordingen eu in d© derde geschre
ven in oen toestand von angst en
toorn en welk© zooeven was aange
komen werd hem op koelen toon
gemold dat zijn vader voornemens
was om door .decleclives zijn verblijf
te doen opsporen ale hij niets van
hem vernam. Naar dezen brief te
oordeel©» scheen het wierkelijk alsof j
zijn neef George reeds naar Londen
was gezonden om naar 'hem uit te!
zien en volgens verklaring van don
portier vernam hij dat een heer op
George gelijkend© reeds verscheidene
malen naar hem had gevraagd.
Hij vervloekte zijn dwaasheid om
zijn vader geheel in onwetendheid to
hebben gelalen omtrent zijn verblijf,
en begaf zich dadelijk terug naar
zijn tijdelijk verblijf, waar Hilda hem
reeds mot spanning verbeidde.
Ik hen. blij, dat gij weer terug
zijl, lieveling, zeide zij en trok hem
naar zich toe, totdat hare donkere
lokken zijn mooi haar beroerden, en
gaf hein een kus op het voorhoofd.
Ik heb u vreeaslijk gemist. Ik begrijp
niet, ho© ik al die jaren zonder u kan
hebben geleefd.
Ik vrees liefste, dat gij toch eeni-
gcu tijd zonder mij zult moeten door
brengen; luister, en hij las haar de
brieven voor, die hij zoo juist trad ont
vangen.
Zij luisterde aandachtig tot liij ge-
leSiïidigd had.
Wat gaat gij nu doen? vroeg zij
niet zonder angst in haar stem.
Doen? wel natuurlijk jnoet ilk
dadelijk naar huis torugkeeren.
En wat moet ik dfen?
Ja, dat weel ik niet, mij dunkt
hier blijven.
Dat zal gevoegelijk voor mij
zijn, denkt gij niet?
Neen, lieveling, het is natuur
lijk niet aangenaam voor u noch
voor. mij. maar wat kan 'ik er aan
doen? Gij weet hoe mijn vader is; als
ik hier blijf en zijn wensclien niet
inwillig, vooral omdat hij zicli onge
rust over mij maakt, dan weet ik
niet wat er gebeuren kan.
Vergeet niet, Hilda, dat George
er nog is, wiens eenig levensdoel is
om In mijne rechten te kunnen tre-
dn. Wanneer ik hein daarvoor een©
schoon e kans gaf door nu lvier te
blijven, dan izou ik verdienen wat ik
kreeg of liever niet kreeg.
Met een zucht stemde Hilda toe;
was zij een vrouw geweest met een
zachter gemoedsaard, dan zou zij ge
schreid, ©n. dat haai' verlicht hebben,
maar zoo was zij niet. Voor den eeret-
volgenden post schreef hij nu een
bartel ij ken brief aan zijn vader, waar
in hij hem zijn leedwezen betuigde
over den angst, dien deze had uitge
staan, en over zijn nalatigheid om
niet te schrijven; de oorzaak was.
aldus meldde hij dat hij eeni
ge vrienden uit zijn studententijd had
opgezocht en niet voor dien namid
dag de club had bezocht om te zien
of er ook brieven voor liem waren.
Hij zou echter, voogd© Ilij er bij, den
volgenden dag lemgkeeren om in
persoon zijn© verontschuldigingen te
maken.
Dezen lmief overhandigde hij aan
zijn vrouw om daen te lezen.
Dunkt u dat het zoo goed is?
vroeg hij nadat zij hem had gelezen.
O ja! gaf zij ten antwoord met
een zweem van haai' vroeger sarcas
me; het is een meesterstuk van be
drog.
Philip keek zoo toornig en geër
gerd, maar gaf geen antwoord, en
clen volgenden morgen vertrok hij
naar Bruihom Abbey.
Phillip, Philip! zcide zijn vader
<l)ooi' ziijne vierde glas port in eene
vriendelijke stemming verkeerende
op den avond van zijn komst. Ik
begrijp zeer goed', wat u in Londen
heeft opgehouden. Ik zal er mij niet
©ver beklagen, jonge mannen houden
eenmaal van ontspanning, maar ik
zou niet willen, dut dergelijke din
gen invloed uitoefenden op uwe plan
nen. Denk aan Mary Lee mijn jontien,
uw© belangen staan in die richting
ernstig op liet spel, verwaarloos dio
belangen niet; ik heb het recht om
van u te eischcn, dat gij die belangen
niet zult verwaorloozen.
Zijn. zoon antwoordde niet, maar
dronk zijn wijn langzaam op terwijl
7-ijn hart verlangde naar zijn afwe
zige vrouw, en hij zicli nieuwsgierig
afvroeg wat zijn vader zou zeggen,
als hij werkelijk wist, wat hem in
Londen had opgehouden.
Een maand ja zelfs nog iets langer
gin? nu alles tamelijk goed; gelukkig
voor Philip was het. gewichtige on
derwerp Mary I«e een onder
werp. dat hoe meer hij er over na
dacht, hem des te pijnlijker voor
kwam, voor «enigen lijd van de haan
geschoven door de afwezigheid v.n»
bovengenoemde jong© dame, <üe haar
tante op liet eiland Wight oen be
zoek bracht. Tweemaal in die maand
wist hij onder verschillende voor
wendsels Londen en zijn vrouw te be
zoeken, die hij lijdzaam en geduld g
vond als in de gegeven omstandighe
den mogelijk v. as, hoewel zij verre
van gelukkig was te noemen. Bij het
tweede bezoek legde zij hem duidelijk
liet afschuwelijke van haar toestand
bloot, en smeekte hem zelfs om zijn
vader op de hoogte te brengen va»
den stand. van zaken, en bood aan om
dit zelf te doen. Ilij weigerde dit be
slist, en er vielen eenige scherpe
woorden; zeer sjioed'ig was echter de
vrede weer gesloten.
Bij zijn terugkeer van zijn tweede
bezoek vond Philip een briefje onder
teekend door „Uwe liefhebbende Ma
ry Lee' op. hem wachten, en waarin
die jonge dame hem haar terugkomst
meldde on hem verzocht den volgen
den dag den luncli bij haar to komen
gebruiken.
(Wordt vervolgd)