llaliaanscncn staf merirte hierbij op, dat de krijgsverrichtingen der Ser viërs nu met dat al van omdei-gieschikt belang zijn geworden., daar geen an der© streek in dezelfde mate als het bergachtige Bosnië voor heit optreden van een kleine strijdmacht als de Servische geschikt is. Uii het verre Oosten JAPANNERS EN DU1TSC1IERS. Uit Tokio wordt officieel gemeld To Tsinglau deden 350 Duitschers gedurende den nacht een tegen aanval. Zij verloren 47 man nan doo- den. Aan Japansche zijde sneuvelden 5 man on weiden er 8 gewond. Japansch belegeringsgeschut be schoot de Duitsehe kanonneerboot „Iftis". Deze trok terug, na eenige schoten te hebben gelost. Uit Berlijn wordt geseind ,,Do in Saigon verblijf houdende Duitschers zijn door de Fransche autoriteiten verbannenzij worden Op Java liefderijk opgenomen. Te Bui tenzorg vormde zich een comité, dat twee huizen voor do opneming der Duitschers inrichtte." Van de ze©. OP EEN MIJN GESTOOTEN. Het Engelsch© stoomschip „Ard- mount" dat uit Dover met eon lading graan naar Zeebruggo was vertrok ken, is op een mJijn gostooten. Do be manning, 35 koppen sterk, is gered. Volgens een bericht van Duitsehe zijde, is de neef van den Duitschen Keizer, die aan boord van den krui eer „Emden" is, prins Frans Jozef van HohenzoHern, Verspreid nieuws van döoorScosvsfideil DE VEROVERING VAN HET FORT CAMP DES ROMAINS. Do commandant van de zesde Beier- sche divisie, luitenant-generaal Hölui, heeft over de bestorming van het fort Camp des Romains een dagorder uit gegeven, waarin o. m. verklaard wordt: De zesde Beiersche infanterie-dm- sie met daarbij ingedeelde Pruisische vesting-artillerie en pioniers, nam het sperfort bij St. Mihiel in een stormaanval. De vesting-artillerie, gesteund door ©enige veldartillerie, bereidde den aanval voor door een dertig-urige beschieting, de twaalfde ïnfuntene-bngad© met een pionier- afdeeling veroverde het foirt in een 3trijd van drie uur, waarbij wal voor wal en steen voor steen moest wor den genomende elfde infanterie brigade met de rest van de veldartille rie wees in een langdurig gevecht een tegenaanval van de Frnnschen af. Vijf officieren, 453 niet-gewonden en ongeveer vijftig gewonde manschap pen werden gevangen genomen. De rest, van de bezetting ligt be graven onder de puinhoopen van het lort. EEN STRIJDER VAN.... 15 JAAR Een Fransche jongen van 15 jaar, die meegevochten heeft van het bom bardement van Senlis af tot eenige dagen geleden, toen hij in den slag aan de Aisne gewond werd, wordt thans in een hospitaal te Parij3 ver pleegd en vertelde het volgend© over zijn wederwaardigheden aan een ver tegenwoordiger van do „Liberté" (da vertaling 13 van de „Telegraaf"). Naast het bed van den jongen, die Gustave Chatum heet, lag, toen de journalist hem bezocht, een roode broek, die naar zijn maat vervaardigd was. „Ik ben groot en sterk voor mijn leeftijd", vertelde hij op eenvoudigen, joagensachtigea toon, en alsof er me is gebeuru was, „ik wilde met da „lïoche»" vechten en daarom ging ik naar Senlis, waar ik hoorde, dat er wat gaande was. Op den weg ont moette ik eerst Alpenjagers en bood aan boodschappen voor hen te doen. Toen vroeg Ut hen om een geweer. In het begin lachten zij mij uit, maar gaven mij er tenslotte toch een. Toen zog de kapitein mij en deiz© joog mij weg, zeggende dat ik nog een kind was. Ik liep weer verder en kwam bij een andere compagnie, dl© mij mes liet marclieeren. Eindelijk zagen wij de Roches" en het gevecht begon. Ik nam het eerste het beste geweer op en vuurde. Niemand lette op mij en ik ging vooruit, totdat ik op 't laatst geheel alleen was. Ik was mijn com pagnie kwijt. Toen kwam er een on der regiment aan en de Soldaten von den goed, dat Ik tusschen hun ge lederen ging. Zoo kwamen wij in den slag aan de Marne. Ik ben in een bajonet-charge ge weest, Wij hielden eon bos hooi voor ons uit Op die manier naderen wij de Duitschers. Ik ben ook in hun loopgraven geweest. Zij veinzen soms dood te zijn, maar dun gaf Ik ze oven een kleinen schop om to zien of ze werkelijk dood waren." Met een excuus voor de taalfouten liet hij zijn dagboek van den slag aan de Aisne zien, dat hij in een school jongens-cahier had gehouden. Hier onder volgen ©enige passages er uit „Ik was twee dagen, bij de voor posten, toen ik eens in een schuur ging kijken of er ook Duitschers in waren. Door c-en spleet in de gesloten deur keek ik naar binnen en zag Duilsche haverzakken en palroon- huisen op den grond. Met een stuk hout sloeg ik de deur open, laadde mijn geweer en zette er mijn bajonet op. Op de benedenverdieping was niemand. Ik zag naar boven en vond zeven Duitsahers, die lagen te slapen. Toen ik binnenkwam werden zij wak ker, maar bij het zien van mijn bajo net gaven zij zioh direct over, waarop ik ze bevul mee naar beneden te gaan, hetgeen zo maar ai lo graag deden, waarna ik ze aan het regiment over leverde. Een ander maal werden wij uitge stuurd om te alen of twee boerderijen door den vijand bezet waren en do telefoondraden er tusschen door te knippen. Wij waren met twaalf man, een sergeant, een korporaal en mijn persoontje. Bij de boerderijen begonnen de Duitschers op ons to schieten. Vijf man en een korooraal vielen- Een klein eindje vielen èr nog ©énigen. Alleen de sergeant cn ik waren nog ovc**. Een kogel ging rakelings langs mijn hoofd. Ik wierp mij zelf achter een hoop steenen en begon op den buitenkant van het huls te vuren. Ik verschoot al mijn munitie. Toen greep ik mijn geweer en ging er van door, maar kort daarop kreeg ik een schot in mijn schouder. Ook de ser geant werd in den voet gewond, maar wij wisten verder te rukken en slaag den er eindelijk in om ons kamp te bereiken. DE STAD ALBERT VERWOEST. Fi?n correspondent vun de ..Daily Mail" geeft eeu beschrijving van de verwoesting van het stadje Albert. Hij seint van Woensdag, dat deze open, onverstei'kte stad des nachts door hevig artillerievuur der Duit schers is verwoest. liet studje Albert, met ongeveer 7000 inwoners, achttien mijlen van Amiens gelegen, was gedurende do laatste dagen, bet tooneel van. wanlin- pigeu strijd, niet van infanterie, maar van artillerie. Do strijd vSn de laatste veertien dagen, was een strijd van de zijde der Duitschers om de om trekking van hun rechtervleugel tö beletten. Zij verleng Jon hun front in noord westelijke richting, maar de lond-ge- nooten beantwoordden dit door hun front eveneens uit te breiden, zoodat het nog altijd buiten dat van dén vijand uitstak. Aan weerszijden werden aanzien lijke versterkingen aangebracht. Dat maakte lange geforcecrdo marschen itoodig. Do Fransche troepen mar cheerden dagelijks twintig, zelfs vijf en twintig mijlen. De Duitschers kregen herhaaldelijk last po-gingen te doen om te voorko men. dat ze ia do flank konden wor den aangevallen. Met hevige verliezen slaagden zij ör eerst in hun front oven lang te houden als dat der bondge- üicotên. Zaterdag jl. echter begonnen zij te begrijpen dat liun pogingen tevergeefs waren en zij wijzigden hun plannen, Zij besloten om te beproöven in het front der liond genoot en een wig te drijven. Do punt van deze wig was Albert, De poging slaagde bijna. De Duitschors brachten massa's artille rie naar voren en de Fransche infan terie leed hevig, 't Snelvuur was zoo lievig, dat het nachts de he mel hel verlicht was door d> sprïn gende granaten. Op Zondag won de Duilsche r ter rein.. En ook Maandag drong hij nog door. Maar toen hadden de Fran- schen een aantal van hun vermaarde snelvuurkanonnen opgesteld. En het doodolljk vuur dezer kanonnen bracht' den Duitschen opmarsch tot staan. Dinsdag zotten, de Duitschors hun poging voort, maar des middags laat bleek, dat hun dioel was mislukt, Fransche bezettingen waren op ver schillende punten rondom Albert op gesteld, maar geen enkele binnen een afstand van een mijl van de stad. Te 4 uur Dinsdagmiddag deed een Taiub© een verkenning op een hoogte van ongeveer 7000 voet boven deze abel- lingeu', „O", zei een van de Fransche ar- ti l'lorieoiffiiciedon van de fhaJ.ierii. op dien weg naar Péronne, „daar is die vogel weer, die ons zoo plaagt. Bin nen een uur zullen we wel merken wefLke berichten hij gebracht hoeft". Een deze voorspelling kwam maar al te goed uit. Korten tijd later vielen vijf Duitsehe projectielen uit zwaar geschut neer. Zij vielen echter niet op de plaatsen, clde de lucht-verken nar had aangegeven als de plaatsen der Fransche batterijen. Zij vielen in de stad. Een ooggetuige, die op een heuvel stond, vanwaar hij oen uitzicht had op de stad, vertelde den corres pondent: Langs den weg hadden we dé waarschuwing gekregen op te passen, en wij aagten ©en dichten drom incsn- schen uit de stad aankomen. Maar niets bijzonders gebeurde; tot tien mi nu ten over vij ven hooiden we een zwaar geluid, heel anders dan het ge luld van het gewone Meidkanon, en een groot projectiel viel in de stad. Wij keken verbaasd op, maar we dachten dat diit wel een misschot zou zujn. Toen. echter vielen tot onze gro-o- te verontwaardiging die projectielen sneller. Zij kwamen vlak achter el kaar, een, tw ee. drie, vier. Er schoten blijkbaar verschillende batterijen en er werd uitnemend go- richt. Ik zag slechts drie projectielen bulten de stad springeu. De stad vüel letterlijk als een kaar tenhuisje ineen. Elk oogenblik stort te iets anders in. Nu het raadhuis, dan een groepje huizen, dan een hoo- ga muur. Het deed me denken aan een melodrama in Drury-Lane. De gebouwen stortten ineen alsof ze eenvoudig met dat doel wa ren neergezet. Zonder maait9 kon men zich niet voorstellen, dat een werkelijke stad werd gebombardeerd. Het was juist, alsof een of ander uit vinder een nieuw eoort ontplofbare stof had gemaakt en nu zijn vrienden had uitgenoodigd om het model van een stad te -dien verwoesten. Da weg naar Amiens was overvol met vluchtelingen van allerlei leef tijd. Oude mannen en vrouwen, te zwak om te gaan, werden in kruiwa gens vervoerd. Er waren ook vele kinderwagens met zuigelingen. Een arm vrouwtje vertelde, dat ze was opgeschrikt door een born, duo een koffiehuis om den hoek van de straat, waar zij woonde, vernielde. Gelukkig was zij dicht bij het einde der stad'. Zij snelde met haar drie kinderen den buitenweg op. zonder iets van haar bezittingen mee te kunnen nemen. F.n zoo waren er honderden. 's Avonds zag men een aantal vuren oplaaien op het land in de richting van Albert, het waren hooischelven en stroobergen door da projectielen in brand geschoten. Maar do groot ste gloed was afkomstig van 't bran dende Albert. Tegen den vurigen achtergrond stond nog d'o kerk, onverlet, bekroond door biet vergulde beeld. Het was onmogelijk de stad binnen te dringen. De hitte was te groot en geen straat was veilig, zelfs niet in de buitenwijken. Men hoorde bet jam merlijk gehulil van honden, en oen zonderlingen indruk ta midden van deze ramp gaf het de torenklok acht te hooren slaan. Da vlucMeHuaen op dén weg vèrklaöYcfcn, dat 'dé stad vèr-' laten was. Toen werd die stelselmatige be schieting gestaakt, slechts enkele echoten werden nog afgevuurd. Eri op verren afstand hoorde men het geknetter van 'het geweervuur. De Franschen hadden de dooibraak verhinderd. DE GROOTE VERLIEZEN. De N. R. Ct. schrijft: Hoe afschuwelijk groot de verlie zen in dozen oorlog zijn, blijkt na tuurlijk bet duidelijkst bij het nale zen van do verliezen! ij sten. De 49e veiliezenJijöt, door de Duitscho loger- autorlteiten gepubliceerd, geeft do namen der slachtoffers van het 2e bataljon van het 29ste regiment in fanten© (standplaats in vredestijd: Trier). I-Iet 29ste is <*p 23 Aug. in het vuur geweest te Vièvres en Gendïnne, den 26sten in Donchery, don 3en Sept. te Sompuy en op 8, 9 ©n 14 Sept. te Vitry en Blacy. De sterkte van een Dnitsch batal jon in oorlogstijd is, m oenen wij, 1000 manschappen en 25 officieren. Daarvan zijn er 2SC als dood, ge wond of vermist geboekt. Onder de (looden is ook de majoor, von Baren- sprung. Uit de lijst valt op te maken, dat deze verliezen slechts betrekking heb ben op 3 van do 4 compagnieën, waar uit hot bataljon bestaat. Vooral de compagnie (het halaljon beslaat uit de compagnieën 5, 6, 7 ©n 8) is zwaar geteisterd. Op 250 man en zes officie ren verloor zij 177 man. EEe KIJKJE OP EEN SLAGVELD. De bekende ltaliaansche journalist Diego Arugeli 3chiklea.it in de „Gior- nale dTtalin" een groot slagveld in Frankrijk. ...Wij bevinden ons midden op het slagveld. De grond Is met loopgraven doorploegd; de verst verwijderde zijn diep en volgens de regels der kunst gegraven, do voorat© zijn in allerijl gemaakt, terwijl de kogels er over been vlogen en de kanonnen bulder den. Overal ziet men de sporen, dat er ontploffingen plaats gehad hebben. Over do goheele vlakte liggen over blijfselen van granaten, gebroken proviand-wagens, gedeelten van uni formen, gesoheu'rdö ransels en vele leege flesscbenEn verder aan den rand van dien weg staan de populie ren, doorboord door mitrailleurs of granaten. Op een achtergelaten Duit schen wagen slant nog met groot© zwarte letters geschreven90 rantsoe nen pekelvleesch en 45 bussen. Hier en daar liggen de overblijfsels van een maaltijd, in alle haast verorberd, soeplepels staan neig in de ketels, als of zij wachten op de terugkomst van hen, die ze daar vergelen hebben, In andere loopgraven schijnt men alarm geblazen te hebben, terwijl de solda ten brieven naar bui8 wilden schrij ven. De loopgraaf ligt vol met brief kaarten, eeriige onheschfrevtensom mige half-bcsohreven, met couverten era. aard r ij ksklun d tg© Haar ten. En. menigeen heeft daar in de loopgraaf misschien, voor het laatst giesobrevan aan iemand, die den brief waarschijn lijk nooit zal ontvangen... In een anderen loopgraaf ia do aan blik veel treuriger. De soldaten rust ten daar uit of verbonden hun won den. Zij hadden uit hun ransels de verband-pakjes gehaald en worden door liet gevocht verrast- Ben volle dige Roode-Kruis-voorraad. ligt op den grond, alles door el kaar, Hoeveel ge wonden, die daar waren, hebben kun nen vluchten? De sporen van den slag zijn ver schrikkelijk. Het kleine, te midden van de velden gelogen dorpje, is door de artillerie-kogels doorboord. De slag is bij elk huis, in elke straat ge voerd. De kerktoren is vernield, de klok ligt op straat. De huizen zijn met den grond gelijk gemaakt. Driemaal werd liet dorp door de Duitschers verlaten en driemaal werd liet weer door heu veroverd. Men vocht Ln elk huis, in eiken tuin, in eiken hoek. Men ziet opengescheurde muren, verbrand, door granaten vernield. Op een plek, waar vroeger eens een school wa3, op eon bord staat nog gesehnev&n: „Soyez bons avec les ani- maux" moet wanhopig gestreden zijn; de muren zijn met bloed bedekt, elke bank word eon barricade. ITet go- heel© dorp is één giroole ruïne.... Wij1 gingen verder. Overal, waar ©en buis Staat, een dorp of een stadje ligt, krijgt men eon indruk alsof er een aardbeving of een ander vireesa- lijk naiuurverschijn3el plaats heeft gehad» Hiér en daar staat een kruis, In derhaast vervaardigd. Een grooter kruis wijst de plaats aan, waar een officier begraven is. Ik zie nog het kruis voor mij, ondier een boom aan den rand van den weg. E!r staat 00: „Lieutenant Georges Jussot". Zijn betrest© kepi ligt op don gmond aan den voet van liet kanis. OVER GRUWELEN. Verschenen is 't eerste deel van 't officieel© 5do Belgische verslag van de commissie van onderzoek naar da schending der regelen van volken recht, der wetten en oorlogsgebrui- ken. Uitvoerig wordt nog eens betoogd, dat d© zoon van den burgemeester van Aerscbot niet schuldig is aan den dood van een Duitschen generaal, wijl deze door een. schot door Duit sehe troepen gelost, gedood is. De burgemeester (vader van den ver dachte) is dus, zoo concludeert het verslag, onschuldig gestraft. Zijn we duwe heeft nog aan de commissie een brief geschreven, waarin de onschuld nader toegelicht wordt. In 't rapport worden voorts do be schuldigingen. aan 't adres der Duit schers in Aerachot geuit, staande ge houden', Verder leest men in 't rapport o.a. ,,'Een Belglsoh© soldjaat, beroeps- vrijwilliger van het 6e linie, heeft ons de ergerlijke behandeling aan getoond, welke talrijken Belgischen. k"rïj£S£5vangënïïri ërT gelcwélsTèn le' Aarschot werd aangedaan. Aan den linkerarm gekwetst, was hij op 18 Augustus gevangen geno men door de Duitschers. Hij werd met 27 andere gevangenen geleld naar den steenweg, die langs den Demer loopt. Daar waren twee compagnies Duit schers. Alle gevangenen werden voor hen uitgejaagd en doodgeschoten. Degenen, die, om aan de schoten te ontsnappen, in den Demer sprongen, werden in het water doodgeschoten. De getuige liet zich bij de eerste losbranding, op den grond vallen en hield zich dood, Een Duilsche sol daat naderde hem en, ziende dat hij nog leefde, wilde hij hem met een kogel afmaken. Een officier kwam naderbij zeggende dat hij geen kogel waard was, en wierp hem in de ri vier, De getuige kon zich aan een struik vasthouden, met de voeten rustend op een steen van den bodem. Hij bracht der. nacht in het water door, alleen met hot hoofd boven. Daags nadien kwam hij uit de rivier, ging door de hoven in een verlaten huis, deed er 'burgerkieeren aan en, zich voegende bij vluchtende inwoners, gelukte hot hem. zich te redden, Van de 28 krijgsgevangenen kon slechts hij en nog een andere ont snappen. Hij is thans in 'behandeling in een ambulance van Antwerpen." Aklerüeï. HOE LA'NG DE OORLOG DUREN KAN. De „Times" schrijft in oen over zicht over de 2 maanden die de oorlog al duurde „Duitschland is nog steeds veree- nigd en zijn hulpmiddelen zijn vele. Al zijn valide mannen zijn onder de wapenen, en al zijn arsenalen werken met hoogdruk. Zijn onbeduidend.ver zwakte vloot en flotti'jes zullen uit vallen doen ais zij het uur gekomen achten, waarschijnlijk in samenwer king met het leger. De linie van de Aisne, zelfs, wanneer zij geforceerd wordt, lean slechts de eerste van een aantal dergelijke linies blijken te zijn, die meer achterwaarts reeds geheel in gereedheid zijn gebracht, niet al leen naar het Oosten gericht, maar in ftankpoeities eveneens naar het Zui den gekeerd, eerst aan de Maas in België en dan van Aken naar Keu len. In het Oosten worden dergelijke, goc-d versterkte linies aangetroffen, en het kan voor do geallieerden zeer, zeer lang duren, alvorens zij Duitsch land gedwongen hebben tot hel in zicht, dat het aan het kortste eind trekt, Het is dus voor de geali Leerden zaak, vooruit te zien, op een. langdu riger! oorlog t,e rekenen en dienover eenkomstig maatregelen te nemen. Wij moeten allen, dag voor dag, jaar voor jaar, het aantal en de uitrus ting van onze legers te velde ver meerderen, en langzamerhand den vijand uitputten door hem op beide fronten te bestrijden, zonder over haasting maar ook zonder ophouden. Er moeten ©tellingen worden gereed- geraakt, waarin wij kunnen terug trekken ingeval van tijdelijken te genslag, en een onopboudolijke uit puttingsoorlog moet tegen Duitsch- 'and's Itandël, financiën, crediet en middelen van bestaan gevoerd wor den. Do geallieerden zijn nu waarlijk niet in een stemming om zelfs maar aan vrede te denken. Vastbeslo ten als zij allen zijn om te voorkomen, dat een oorlog als deze zich nog ooit herbaalt, c-n vast overtuigd, dat het voor ben allen oen kwestie van leven of dood bet eekent, zijn zij er op voor bereid, tot het einde toe te vechten, cn een militair despotisme te vernie tigen, dat onvereenigbaar is gebleken met het bestaan van den wereldvre de." DE STEMMING IN DUITSCHLAND. Do Beriijneche berichtgever van 't Alg. Handelsblad schrijft: „De Duits cl ie militaire deskundigen hebban er van den beginne af tegen gewaarschuwd, dat men in Duilsch- Jand da kracht van het Fransche le ger onderschatte, Nu de „wandeling" naar Parijs niet zoo vlot gaat als deze optimisten droomden, nu kan men algemeen hooren, diat Frankrijk zijn redding voor een déb&el© al» in lo70 alleen dankt aan den comman dant Joffro, Alsof de generalissimus alles alleen doet... Een feit lo het echter, dat do Duit sehe generale staf den grootsten .eer bied hoeft voor de strategie van Jof- fre, dat diens Duit&che collega von Moltke diie zenuwen moet hebben ails kabeltouwen, nooit de kalmte en d'en eetlust verliest meer dan eens zijn bewondering heeft uitgesproken over Joff re's taktiek. En ook de Kei zer, die onder den ooriog meer lijdt dan men denkt en die nu nog werke lijk de teleurstelling niet te boven is, dat het hem niet gelukte den oorlog te verhinderen is groot genoeg van hart om te erkennen,- dat hij tegen over een vijandelijk leger staat, dat op uitnemende wijze geleid wordt. De Beadijner begint nu in te zien, dat het leger der geallieerden in Noord-Frankrijk den Duitschen troe pen de honden, vol werk geeft, dat de Fransche taktiek toch niet zoo ver werpelijk ia als men in den beginne beliefde te ge too ven. Maar het ver trouwen ia do definitieve Duitsehe zegepraal Is niet minder groot dan in de maand Augustus, toen alles zoo voorspoedig m ©nel ging. En ook in officierskriugen, die workelijk zich kenmerken door de grootste kalmte en ernst, is het vertrouwen rotsvast", DE VERWOESTING VAN LEUVEN. Do „Nordd. Allgem. Ztg." schrijft „De geheimer Regierungsrat" Von F alk© bezichtigde op 13 September da kunstmouumenlen van Leuven met den toenmaligeu burgemeester, en bracht daarover het volgende rap port uit„De als bibliotheek en uni versiteit gebruikte oude Lakenhal is, met uitzondering van twee gevels, dio staande zijn gebleven, totaal uit gebrand. Do bibliotheek met haar zeer kost baren sohat aan handschriften is he laas dientengevolge te loor gegaan. Afgezien van deze zeer ernstige schade vallen t© Leuven geen verlie zen van buitengewone kunstworken te betreuren. Het Raadhuis is be waard gebleven, doordat op bevel van maj'oor Voh ManlcuffeT, dfo do rarnp zooveel mogelijk wilde beperken, de belendende brandend© huizen omver gehaald werden. Do St. Pieterskerk is ernstig door het vuur beschadigd, zij kan echter in haar oorspronkelijken toestand wor den hersteld, De schilderijen in de koorkapollen, waarvan do kostbaarste zijn do wer ken van Dlerik Bouts en Meigers de Flamalle, zijn met allo andere losse kunstvoorwerpen van de St. Pieters kerk overgebracht naar een zaal van het Raadhuis. Van de oude kunstwerken der St Pieterskerk is alleen het portaal ver nield, het steenen metselwerk is ech ter bewaard gebleven, De overige kerken van l/ouven, die buiten het terrein van den brand, dat ongeveer een zesde gedeelte van de stad be sloeg, lagen, zijn vrij gebleven van het vuur. Derhalve totaal onbescha digd de St Michielskerk, de St. Ja- cobskerk, do St. Gcertruidenkerk en het Collègo du Saint Esprit met zijn bibliotheek." DE AANLEIDINGEN TOT D'EN OORLOG. De „Nordd. Alleigiem. Zei Lung", do spreektrompet der Duiitsch© rogeering schrijft o.a,: „Volgens ©en bericht uit Londen heeft <1© eerste Engelische minister Asquith in eon rede to Cardiff gezegd: „Onze (de Engelsche) regeering heeft in 1912 aan do Duitsehe regeering verklaaftl, diat Engeland Duitschland niet zou aanvallen en evenmin een. aanval op Duitschland zou steunen, wanneer Duitschland niet provoceer de. Dat was voor do Duilsche politiek niet genoeg. Duitschland verlangde, diat wij nog verder zouden gaan en ons verbinden, tot de strïkste neutrali teit voor het geval, dat Duitschland in oorlog zou zijn". Engelands deelnemen aan den te- genwoordigen oorlog, die niet door Duitschland maar door Rusland is uitgelokt, bewijst hoe goed de Duit sehe regeering de verzekeringen van Engeland naar hare waard© schatte, toen zij de toenmalig© verklaring van Engeland als onvoldoende verwierp." LIT ZUJD-AFRIKA, Uit Kaapstad wordt geseind: „Er worden nog voortdurend in verschillende doelen van het land ver gaderingen gehouden ter goedkeuring van de Iiouc-img van Botha in zake den oorlog in tegenstelling met die van generaal Beyers. De driemaan- deflijkEcbo avondmaalsviering bracht duizenden Hollandsche hoeren naar die verschillende centra en op -de bij eenkomsten was de oorlog het voor naamste onderwerp, dat in bespre king kwam, Vóór de Avondmaalgan- gers weder uiteen gingen, werden ge woonlijk vergaderingen gehouden, waar moties werden aangenomen ter ondersteuning van Botha en ten gun st© van do rendering, zoowel in <io noordelijke districten, waar men tij dens den Boerenkrijg het sterkst te gen Engeland gekant was, als elders. Vel© bekend© „ex-rebelIon" verde digden daar de moties. In den Vrijstaat hebben volo be leende commandanten uit den Boeren oorlog luinno diensten aan Botha aangeboden". CHOLERA. Het departement van volksgeOHwL- Iteid van liet ministerie van binmen- kuodSeh© zaken te VVeenen bericht, dat zich te Pobrlitz, district Auspitz (Mic-ravië), te Neugasse bij Olnn'ilz en te Jagerodorf in S'ilozië zich blijkens bacteriologisch onderzoek een geval van Aziatische oholera heeft voorge daan. De lijders varen personen, die van het noordelijk oor logs tooneel waren aana©homen, Over vrede. De minister der Vereenigd© Staten Bryan, te New-York, een bijeenkomst ten gunste van den vrede presidee- rend, zeid© dat president Wilson met ongeduld het oogenblik afwachtte, waarop hij de voorstellen kon ber- niteoiwen, die konden leiden tot het. herstal van den vrede, tu-sschen de mogendheden, thans in oorlog' zijn, INGEZONDEN MEDEOEELINGEN A 30 Cbs. per reget Do verzendlig van caf- filnvrtje koffie Haglsweir ton volle horvat. KoflleEag Is derbalva In alle depóts verssbtegen onveranderde» prijs teverkrUgen.Spieder pakje Is do prjle gedrukt. Stadsnieuws HAARLEM's KINDERKOOR. Men schrijft ons: Deze vereénigilng hield Vrijdag avond baar zevende jaarvergadering. Do aftredende vooraitter. de heer Van der Waïeren, werd wcrlcr ah zoodanig herkozen, terwijl de anderq bestuursleden hun functies behielden Het jaarverslag van aen lsten Se cretaris getuigde van een werkzaam, opgewekt leven; des penningmees ters rekening en verantwoording wees er op, dat, ondanks de tegen woordige economische malaise, de fi nanciën der vcreeniging in goeden toestand verkeeren. Besloten werd, dat de uitvoering zoo mogelijk in 't laatst van November of begin De- cember zal plaats hebben en dat o.m. zullen worden ten gehoore gebracht verschillende Oud-Nederlandsche en Vnclerlandsche liederen en de Sint-Ni- colaas-cantate van Bernard Zweers. Zoo gaai dit koor met zijn ruim 300 zangertjes en zangeresjes gezond en krachtig zijn achtste levensjaar beginnen. N. V. DE NEDERLANDSE HE OPERA EN OPERETTE. 't Was vol 'en warm Zondagavond in den Schouwburg. Alle rangen nu ja, op 't baloon bleven nog enkele plaatsen beschikbaar waren prach tig bezet. En dat brengt altijd stem ming. Do mensohen op en onder hot podium geven zich schijnbaar met meer ambitie en de belangstelling van een groot publiek lijkt altijd nv©r geanimeerd en intenser dan di© van een klein, Nu aan belangstelling ont brak het dan ook allerminst Zondag avond. Na elk tafercel en. elk bedrijf werden d'a betrokken artisten r/vet groote levendigheid toegejuicht. Of di© geestdrift altijd gemotiveerd was? Maar laat ik eerst even zeggen dat nren dat wil zeggen, het gezelschap dat hierboven genoemd is Verdi's opera De Troubadour opvoerde. Men nu bedoel ik liet publiek gaat deze lang gekend© en nog altijd ge wilde opéra meer hooren dan zien en geniet het werk dan meer als instru mentale dan wel als eigenlijke zang muziek. Want do handeling zai wel niemand bijzonder interesseeren en de Ilollandsche verklanking van het zool vloeiend Italiaansch heeft ook niet bijster veel bekoorlijks. Maar de melodieën waarop de hel den on heldinnen hun liefde en haat, hiun sma'rt on vreugd© en vrees em heldhaftigheid uitzingen blijven nog altijd pakken. Hot 1 Leeft, dan ook weinig zin in een verslag over deze opera-opvoering iets te zeggen over wat do medewer kenden als tooneelspelers praesteer- don. Alleen wat zij als zanger of wi gei'ds deden loont de moeite van net vermelden. En dan mag ik mijn groo te voldoening niet verzwijgen over hetgeen ik dezen avond vooral van den tenorzanger Morrisson hoorde. Hij heeft ©en geluid dat in gelukkige onevenredigheid staat tot zijn pos tuur. Hij zingt technisch uitmuntend en zee'r muzikaal en schijnt boven dien de karakteristiek-Italiaanscho voordracht van zijn zuidelijke kunst broeders to hebben afgeluisterd. Kon iets dergelijks van de andere mede werkers, of maar van centgen onder hen, ook gezegd worden dan zou daarmee de geheel© opgevoering als een minstens zeer verdienstelijk zijn goqualificeerd. Maar helaas gaf de voorstelling overigens niet veel aan leiding tot onve'rdeeld loven, 't Is waar dat mej. Annie Tk'*!, die 1e Leonor© zong, een heel mooi geluidje heeft, maar ook waar is ©en van oieze twee, dat zij of haar stem technisch niet beheerschf, of dïzen avond slocnfc gedisponeerd was. Ik hoop een volgen den keer gelegenheid te hebben te oonstateeren dat dit laatste inderdaad het geval moet zijn geweest. Ook den bee'r v. d. Ploeg (graaf Luna) ont breekt het niet aan bruikbare stern- middelen. Maar dat geforceerde ia de voordracht en die onaa'iuur in de declamatie, Laat het dan zijn dat d© Ilollandsche woorden op deze muziek zioh zeer slecht laten zingen, maar do wijze van. zeggen zou hier toch nog heel wat goed kunnen maken... Iets dergelijks viel aan te merken op den znng van Ivilly Florel (als Aau- cena). Maar haar spreken i3 mis schien minder onnatuurlijk dan wol in 't algemeen leelijk. Alle voonloo- ze uitgange'n krijgen bij haar ee'n soort A-klank: stervan, strijdan, wr©- kftr, enz. Dit daargelaten was haar muzikale voordracht looh ook vrij onbeduidend. De kleiner© rollen Inez door mej. v. d. Vies, Fernand door den heer v. Rh ij 11 eft Rcciz door den heer Alexanders wa'ren in 't algemeen voldoende. D© koorleden deden hun best, maar hun rhytmisch gevoel klopte nie'c altijd met dat van den kra- nigen kapelmeester. J. Richard Heu- ckeroth, di© met veel talent en vuur ons hoogst verdienstelijk spelend Ste delijk Muziekkorps aanvoerde. PHILIP LOOTS- NEDERLANDSCIIE MYCOLOGI- SC'HE VEREEN1GING. Da Nederl. Mycol. Ver. hield Za terdag 3 dezer haar jaarlijksch© ah gemeen© vergadering in het Haag. schc Koffiehuis te Utrecht. De tentoonstelling van padden stoelen die dit jaar te 's-Hage zou gehouden worden, Is tengevolge der tijdsomstandigheden tot den vol genden herfst uitgesteld. Tot bestuursleden werden verko zen de iheeren: Dr. II. J. Calkoen, te Haarlem, P. Liglenberg, te Oss en Dr J. S. Meulenhoff, te Zwollede heer Joh. Ruys, te Heemstede, is tot voorzitter herkozen. tn de commissie van redactie voor de Mycol, mededeeltngen namen zit ting de heeren C. Brakman, te Zeist, P. J. A, J. Meulenieester en Dr, J. S. Meulenhoff, beiden te Zwolle. Mej. Cath. Cool, te Haarlem, wex'd tot conservatrice van het herbarium benoemd. Volgens het jaarverslag verkeert de vereeniging in bloedenden toestand. Het ledental bleef slalionnair.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 6