De Europeesche Oorlog.
derwoede gerechten in Znid Wast België. Afwisselend succes. De Dnlt-
schers blijven Dlxmnldei bezetten.
Waar no de eerstvolgende gerechten op 't Oostelijk oorlogsfront zullen
plaats hebben,
fan de zee. Twee Doltsche onderzeeërs vernietigd.
Wat er op de oorlogsvelden te zien ls.
DE BOOSDOENERS.
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
MAANDAG 16 NOVEMBER 1914
Op het Westelijk
Oorlogsveld
OFFICIEEL NIEUWS.
Zaterdag werd uit het Duitse he
hoofdkwartier gemeld:
„■De gevechten, In West-Vlaanderon
'duren nog voort, maar werden, gedu
rende de laatste dagen bemoeilijkt
door j egenachtig en stormachtig
weer. Duitsche aanvallen hebben
langzame vorderingen gemaakt.
Ten zuiden van Yperen werden 700
Franschen gevangen genomen.
Ten westen van Hijssoi zijn aanvat
ten van de Franschen afgeslagen.
Bij liery-au-Bac hebben de Fran
schen een beheer3Chendo stelling moe
ien ontruimen.
In Argonne heeft de Duitsche aan
vat goede vorderingen gemaakt. De
Franschen leden ernstige verliezen en
Lieten ook Vrijdag moer dan 150 ge
vangenen In Duitsche handen."
Officieel wordt van Engeiacha
zijde gemeld:
„De Pruisische garde heeft den lien
November voor Yperen een verwoe
den aanval gedaan op een gedeelte
van de Er.gelsche linies. De Duit-
ischers wilden er partij van trekken,
dat de Engelsche linies reeds ver
zwakt waren door vroegere infantc-
rie-aanvallen en deden een uiterste
poging om door te breken,
De Engelsche troepen werden gedu
rende drie uren, van het aanbreken
van den dag af, aan het geweldigste
bombardement blootgesteld, dat zij
nog ooit te doorstaan gehad hebben.
Onmiddellijk daarna gingen de eerste
en vierde brigades van de Pruisische
garde iri volle sterkte tot den aanval
over. Deze élite-troepen waren hier
heen gezonden om. door te breken op
een punt. waar alle vroegere pogin-
Een der Duitsche infanterie gefaald
tdden. De aanval der Duitschers
werd met den grooteten moed en hard
nekkigheid uitgevoerd. De poging om
tot Yperen door te breken werd. dank
zij den moed van de Britsche troepen
verijdeld, die prachtig tegenstand bo
den aan de overmacht van de Duit
schers,
Evenwel stelde de overmacht in ge
talsterkte de Duitschers er toe in
staat op drie punten de Engelsche li
nie te breken. Zij werden echter met
geweld teruggeworpen. Er werd huu
belet verder terrein te winnen. De
Engelschen hebben den Duitschers ge
weldige verliezen toegebracht. Achter
de loopgraven vonden de Engelschen
700 lijken van Duitschers. Ook moeten
zij bij het voorwaartsdringen naar de
Engelsche Unies, waarbij zij in het
front en op de flank beschoten wer
den, aanzienlijke verliezen hebben, ge-
bad
Ook de verliezen der Engelschen
waren aanzienlijk. Bij deze gelegen
heid is weer, evenals vroeger, het ge-
dra? van de Engetecho troepen uiterst
loffelijk gewee6t."
Een mededeeUng van de Belgische
regeering behelst: „De aanval van de
Duitschers tegen het groote brugge-
hoofd van Nieuwpoort is "mislukt.
Verscheidene pogingen van de Duit
schers om in de streek ten O. en Z.O.
van Yperen aanvallend op te treden
zijn gestuit.
Irë dp omstreken van Bixschoote
zijn de geallieerden een kilometer
naar het Oosten toe opgeschoten
Een F r a n s c h communiqué van
Zaterdag luidt:
,,Do resultaten van Zaterdag van
de zee tot aan Rijssel geleverde ge-
vechton waren gunstig voor de gealli
eerden.
De aanvallen van de Duitschers ten
zuiden van Yperen werden met groote
verllozen voor hen afgeslagen.
Van Zondag: ,,Do Zondag, die be
trekkelijk knlm verloopen is op lvet
geheolo front, bracht slechts artilleria-
geverhten.
De Duilschefrs hebben opnieuw ver
schillende aanvallen gedaan ten oos
ten en zuiden van Yperen, maar deze
werden steeds met grooto verliezen
aün hun zijde afgeslagen, In het kort,
al hetgeen do Duitschers ia do laatste
dagen hebben ondernomen, heeft tot
niets anders geleld dan bot de verove
ring van het platgeschoten dorp Dix-
muiden, welks goisotoerde stelling op
den rechteroevor van het kanaal de
verdediging bemoeilijkte",
VAN OORT.OGSCORRESPON-
DENTEN.
De ,TLmes"-corre3pöndent meldt;
De slag aan de Yser is voorloopig
gestaakt. Aan hot centrum van de li
nie hebben de overstiroomingen tot een
wapenstilstand gedwongen en aan de
boirle uiterste punten, Nieuwpoort eu
Dixmuiden is de strijd slechts ongere
geld. Het eenige vuren dat gehoord
werd is dat van do kanonnen, die de
boerderijen beschieten, waarin de
Duitschers aan deze zijde van het
Yserkanaal zich hebben vastgezet
Met geen enkel schot weird geant
woord.
Er zijn vele boerderijen die door
kieine af dodingen met mitrailleurs
zijn bezet en het is moeilijk do Duit
schers hier to verdrijven. De inunda
ties maken het onmogelijk de Duit
schers nvet vol doemde krachten aan
te vallen en men kan alleen pogen
hen door geschutvuur te verdrijven.
Etken dag vuren dus de Fransche en
Belgische batterijen met geregelde
tusschenpoozen en des nachts veria
ten. patrouilles de bedekkingen en
kruipen langs de dijken oni to zton
hoeveel Duitschers nog achterblijven.
De Duitschers liggen vrij dicht bij.
Dezer dagen ging een Belgische pa
trouille op verkenning uit. Slechts
twee van de vijf mannen keerden te
rug. Zij waren onbewust juiBt terecht
gekomen, boven een der oridergrond-
scihe verblijfplaatsen der Duitschers.
In een van deze boerderijen was het
eenige zware kanon verborgen, waar
mee Veurno van tijd bot tijd werd be
schoten. In den beginne m iel uk ten
allo pogingen om de plaats van op
stelling van dit kanon te ontdekken,
noch aviateurs, noch infanterle-pa-
trouilles slaagden hierin. Eindelijk
werd het door Afnkaansche verken
ners ontdekt.
Da inundaties hadden den terug
tocht afgesneden en de kanonniers
trachtten n.u nog 2ooveel mogelijk
partij te trekken van hun neteligen
toestand, door nu en dan, liefst mid
den in den nacht of tijdens het etens
uur het volk van Veume met eon gra
naat te verrassen. Dat is nu uit. Het
kanon is vermeasterd en goed en wel
in de linie der bondgenooten ge
bracht. Ook de overige boerderijen
worden gelelde!ijk gezuiverd.
Deze strook vlak marschland, waar
drie weken lang slag is geleverd, is
een droevige streek op een kouden
Novemberdag. Do vernietigende ha
gel, die zoo lang het land teisterde,
heeft alles vornield en tot doodsheid
gebracht. Overgebleven zijn slechts
ruines, waar eens bloeiende hoeven
en welvarende dorpen waren. Overal
is de grond doorwoeld en doorploegd
door graimatvuur. Groote gaten ga
pen in de wegen en de boomen zijn
ontworteld en omgeworpen als in
een wervelstorm.
Pervyse thalverwege Nieuwpoort en
Dixmuiden), dat de Duitschers in de
eerste dagen na den aanvang van den
slag begonnen te beschieten, was een
welvarend dorp, gelegen aan een be
langrijk kruispunt van wegen, en de
Duitschers beproefden het doorgaan
door dit dorp onmogelijk te maken.
En ze slaagden hierin. Het dorp werd
volkomen onpasseerbaar. Van hot
eene einde van het dorp lot het an
dere bloef geen huis ongedeerd. Da
ken en muren stortten la en vooral de
kleinere huisjes vormen slechts een
jammerlijken puinhoop. Van hot
groote schoolgebouw, vroeger het
hoofdkwartier van een Belgische divi
sie, staan nog slechts de zwarte, ge-
haveudo muren, Van do kleine her
berg is één zijde geheel weggeslagen
en wat van liet dak nog heel 13 geble
ven, hangt neer, om ieder oogenblik
in te storten. Dat zijn slechts eakele
voorbeelden, znaar zoo ziet het heele
clorp er uit. Het meest beeft de kerk
geleden, en het kerkhof daarnevens
is omgewoeld en biedt een vreeselijk
schouwspel.
Do correspondent vertelt dan van de
honderden dooden, die in de velden
om het dorp in massa zijn begraven,
van de lijken van paarden en koelen,
die, een verpestenden stank versprei
dend, nog in velden cn wegen lig
gen....
Do voornaamste weg van Pervyse
naar Nieuwpoort en Ramskapello is
een met boomen omzoomde chaussée,
rechtuit gaande door de marsohlun-
den, terwijl tor rechterzijde evenwij
dig hiermee op een paar honderd me
ters afstand do spoorweg loopt. Over
al zag men de sporen van den slag.
Bij Raruskapelle lag een veronge
lukte Blériot-monoplau tegen een
dijk, vernield on doorschoten. Dat
was het vliegtuig waarmoo luitenant
Collott, van het Nnvul Flying Corps,
veertien dagen geleden neerdaalde,
toen hij een verkenning deed boven
de Duitsche linies.
Hij zelf ontkwam geiukkig. Zijn
machine werd getroffen door een
Duitsch projectiel, maar hij daalde in
vol plané in de richting van de linies
der bondgenooten. BIJ liet neerkomen
werd van weerszijden op hem gescho
ten daar de Belgen hem voor een
Duitscher hielden. Gelukkig kon lnj
landen achter de eerste loopgraven-
linie der Belgen, en iiier werd hij ge
vangen genomen, maar natuurlijk
dadelijk vrijgelaten toen het bleek wie
hij was.
Ramskopelle, het tweede punt waai
de Duitschers door de Belgische linies
braken en dat, naar de correspondent
vertelt, met behulp van Fransche
versterkingen werd hernomen, is nog
meer geteisterd dan Pervyse. In deze
laatste plaats dwalen althans nog en
kele Inwoners rond, die onder do
ruïnes zoeken om nog iets van hun
bezittingen te redden, maar in P«am3-
kapelie is er geen levende ziel behal
ve de Belgische soldaten.
Nieuwpoort eindelijk, hoewel liet
ook geleden heeft, biedt niet hetzelfde
schouwspel van vernieling als de
dorpen, die vrijwel geheel verwoest
zijn. Het droevigst schouwspel biedt
hier de kerk, een bouwwerk uit de
12de eeuw, dat volkomen verwoest is.
Aan de ..Times" wordt nog geseind:
„De Duiischers hebben den geheelen
dag Armentières beschoten. Een aan
tal straten hebben zwaar geleden en
de gasfabriek werd door granaten
vernield."
Het „Korr. Korden" beweert, dat
de berichten over de verwoestingen in
Yperen overdreven zijn on dat de be
roemde Lakenhal volkomen onge
deerd zou zijn.
Van 'I Oostelijk
Oorlotistooneel
OFFICIEEL NIEUWS:
Een xnededeeling uit het D u 11-
sche hoofdkwartier meldt:
„In Oost-Pruisen duurt de strijd nog
voort. Bij Stalupönen zijn 503 Russen
gevangen genomen.
Bij Soldau vlet ook nog geen be
slissing.
In de streek van Wloelawec (aan
den Weichsel ten Z.O. van Thorn) is
een Russisch legercorps teruggewor
pen. 1500 gevangenen en 12 machine
geweren vielen in Duitsche handen."
Do Russische legatie heeft da
volgende mcdodeeUngen ontvangen:
„In Oost-Pruisen duren de gevech
ten in de omstreken van StaUupÖ-
nen, de oostelijke doorgangswegen
van de M&suriscne meren, evenals Ln
die van Spoldau voort.
In de richting van Thorn teekent
zich een Duitsche aanva'-'endo bewe
ging af op de heide oevers van den
Weichsel, naar Rypin en Wloelawec
met versterking van troepen onttrok
ken aan de buurt van Lyck.
In het Zuidhvesten van Polen, bij
C.zenstochows, treken de Duitschers
hun troepen samen op <le grens.
In Galicié heeft de Russische op-
marsch tegen Dunaclz geen tegen
stand ontmoet. De Russen hebben
Krasno bezet en stormenderhand een
versterkte 6tclling in de bergachtige
streek van Svaok-Turka genomen,
den Oostenrijkers zware verliezen toe
brengend. Deze ontruimen de streek.
Ecu nederlaag Ls eveneens toege
bracht aan troepen-afdeellngcn te Pa-
seckna, in. de Karpathen, op den weg
van MHrmaros Szigel."
Een R uss i s ch legerberichl meldt:
„Op het front Staltupfinen—Posses-
sern. dal in de omstreken van Anger-
lutr? en bij Johannesburg ligt, gaan
Russische troejien, al strijdend voor
uit.
De actie wordt voortgezet in de
streek om Soldau en Nei.tenburg,
waar de Russen, ondanks dc-n hefti
ger. tegenstand, terrein hebben ge
wonnen.
Aan den Linkeroever van den
Weichsel ontwikkelt zich een gevecht
op een front, zich uitstrekkend van
Plotsk, tot aan de rivier de Warta.
Op het front Kalisch—Vel Urn trek
ken de Duitschers terug.
lu de omstreken van Czentochow en
naar het zuiden zijn de Duitschers
a a n v a Uenderwij'/e opgetreden, maar
/.onder succes.
De Russische opmarsch naar lvra-
kati wordt voortgezet.
In Galiciü trachten de Oostenrijkers
oen verdediging te organtseoren aan
de Dunajec in de streek ten westen
van het front Jabno—Tamot en op
het front van Jaslo.
Russische troepen rukken op in de
richting van do paseen door de Kar
pathen."
WAAR NU WEER GEVOCHTEN
ZAL WORDEN.
De aandacht begint zich, door den
opmarsch der Russen, nu te richten
op Thorn, schrijft de „Daily Te'e-
graph". De voornaamste beteekcnls
van' deze stad is gelegen in de omstan
digheid, dat zij iigt op vijf mijl at-
eturid van de grens, aan de beide
boschrijfce oevers van den Weichsel
en een centraalpunt vormt van vijf
spoorlijnen en van belangrijke ver
bindingswegen. De Duitschers kun
nen hier aan beide oevers aan de ri
vier opereeren. Thorn ligt op den
rechtervleugel \an de verdedigingsli
nie van den Uuitischen Weichsel, dis
al'e wegén beheeraeht tusschen Oost-
Pruisen en het overige deel van
Duitschland. In carmbinutie met de
forten van Fordan, Kulin en Grau-
denz, wordt een breed, goed verdedig
baar gebied gevormd, waarbinnen
zich een verslagen leger, in geval van
nood. kan terugtrekken.
De verdedigingswerken van Thorn
bevatten negen forten: Scharnhorsl,
Yorck, Bhlow, Wilhelm II, Heinrica
von Zalzie, Grosser Kurfurst, Hertzog
Albreeht, Friedrich der Groese en
Dohna. Deze forten zijn weer door
verdedigingswerken met elkander
verbonden. Zij liggen op 1 ii 1 1/2 mijl
afstand van de stad.
De vooruitgeschoven posities voor
Thorn zijn eea mijl verwijderd van
de forten op -den rechteroever van de
rivier. De l>ewapening van elk fort zal
vermoedelijk bestaan uit '27 etui;ken
zwaar geschut en 20 kleine stukken,
dus totaal op ilie 9 forten ill kanon
nen. De zeven tusschengelegen ver
dedigingswerken zijn voorzien van 10
groote eu 11 kleinere kanonnen, te
samen 154. In. de binnenste verdedi
gingswerken staan, naar verluidt 140
stukken geschut. Met de reserve er bij
gerekend zou de vesting dus over een
1000 kanonnen, waarvan GO van
groot ka'iber zijn, beschikken.
Het garnizoen zal minstens 35.000
man sterk moeten zijn. terwijl voor
de bediening van 't geschut 8000 man
noodig zijn. Onmiddellijk na het uit
breken van den oorlog werden de ves
tingwerken van Thorn nog meer ver
sterkt. Meer dan 6000 arbeiders zijn
hiermede dag en nacht bezig geweest.
Ook te Krakau zijn uitgebreide ver
dedigingsmaatregelen getroffen. Nieu
we schanswerken zijn opgeworpen,
en de bestaande vestingwerken zijn
verbeterd. Ook de 6tad Bochnia is
door dte Oostenrijkers versterkt en.
voor een beleg in gereedheid ge
bracht.
De „Daily Chronicle" verneemt:
„De Duitschers eteUen a'lc pogin
gen in het werk om de Russische in
vasie in Posen en SLlezië legen te
gaan. Onder de ducumenten, die do
Russen gedurende de laatste gevech
ten aan het Oost-Pruisische front go-
vond. n hebben, bevond zich ook een
dagorder van den keizer, waarin
krachtig werd aangedrongen om al
het mogelijke te doen om den Russen
geen duimbreed gronds over te laten.
„Wijkt geen stap achteruit," aldus
de dagorder, „want ook in Frankrijk
is dit niet geschied. Achteruit zou 'Ie
ondergang beteekenen, vooruit ligt de
weg naar het geluk."
Op hei Zuidelijk
Oorlogsiooneel.
Door den Servische n staf is het
volgende communiqué gepubliceerd:
„Na een hevigen strijd van drie da
gen retireerden Servische troepen op
7 November in goede orde van Gout-
chevo op hun stellingen aan die linie,
en werden door de Oostenrijkers, die
zware verliezen moeten geleden heb
ben, hierin niet gehinderd,
Den 7don November vielen de Oos
tenrijkers de Servische stellingen ten
Zuid-Öosteni van Shabatz opnieuw
aan. maar zij werden krachtig terug
geslagen.
Don 8cn November werden weer
twee aanvallen gericht op Servische
stellingen ten Zuid-Oosten van Sha
batz-, wederom zonder resultaat, ter-
wijt den Oostenrijkers opnieuw zware
verliezen werden toegebracht.
Den flden November slaagden de
Oostenrijkers er in, zes bataljons in
fanterie en twee sn/ïlvuurkanonnen
den Don au over te voeren onder be
scherming van hun artillerie Servi
sche troepen bestookten hen hevig ge
durende den overtocht en deden daar
op een krachtigen aanval, die met, 'n
volkomen nederlaag van de Oostenrij
kers eindigde. Allen die niet buiten
gevecht waren gesteld of in den Do-
nau verdronken, vielen in Servische
handen. De Serviërs maakten 200ü
gevangenen, onder wie een ko'oucl
en zes officieren, en veroverden d«
tweo snelvuurkancjnnen. Vooral de
Vardarzi-troep (afkomstig van
Niemv-Servié) onderscheidde zich in
deze gevechten door bijzondere dap
perheid."
't Oostenrij ksch e legerbe
stuur deelt mede:
„De opmarsch \an de Oostenrijkers
stuit Noordwestelijk van Waljewo op
sterken tegenstand. Ook bemoeilijkt
de kleiachtige, besneeuwde bodem 't
opvoeren van de artillerie langs de
onbegaanbare wegen. Niettemin zijn
alle colonnes der Oostenrijkers voor
uitgekomen. Zij veroverden verschel
den l^langrijke stellingen en hebben
de li ti van Skela aan de Save naar
het Zuiden toe tot Kocdjewa bereikt.
Daarna zijn in Zmdelilke richting tot
aan de Drïna talrijke Servische ge
vangenen gemaakt, die verklaren dat
de Serviërs bij Waljewo opnieuw te
genstand «willen bieden.
Rij de laatste gevechten hebben ook
de monitors Köros, Maros en Leiiha
niet zeer goeden uitslag met de Oos
tenrijksche troepen medegewerkt. Zij
ondeis^eunden hei zegevierende op
rukken van de Oostenrijksche «roepen
langs de Save door een vernietigend
vuur in de flank van de Serviërs."
Verder:
„Ten einde tijd te winnen voor het
terugtrekken van zijn trein, zijn de
Sen ï- rs, die op de h"Ogteu ten noor
den en ten westen in vooruit gereed
gemaakte stellingen liggen, opnieuw
tegenstand gaan bieden.
Aan Oostenrijksche troepen, die on
danks de voortdureude gevechten en
groote vermoeienissen met den bes
ten geest bezield zijn, is het Zater
dag na hevige gevechten reeds gelukt
het hoofdpunt van de Servische stel
ling op de hoogten bij Komonicn, aan
der. weg van Leznica naar Valjewo.
te veroveren. Daarbij werden "Su Ser
viërs genomen en een groote hoeveel
heid wapens en munitie buitgemaakt.
Oostenrijksche troepen stonden Za
terdagavond voor Obrenovac bij de
Oeb en deden een aanval op de heu
velruggen ten oosten van Komenica
en in zuidelijke richting tot aan Stu
bica, hel beheetscliende punt van den
weg RcgucicaVaijewo."
Uit Boedajest wordt gemeld: „De
Oostenrijksche troepen hebben Obre
novac stormenderhand op dc Ser
viërs genomen."
De Oosteiirijkscü-ilougaarcché ge
nerale staf heeft, naar Az Est mede
deelt, aan de troepen die legen. Servië
vechten, een legerorder uitgevaardigd,
waarin hun konnis wordt gegeveu
van het voornemen van 't legerbe
stuur om den veldtocht nog voor het
aanbreken van den winter ten einde
te brengen, en den Serviërs binnen den
kortst mogelijken tijd beslissende sla
gen toe te brengen.
Verspreid nieuws
van deoorlogsvelden
HOE SPANNEND DE GEVECHTEN
ZIJN.
Een cnvalerie-officier vertelt in don
„Berliner Lokal-Auzeiger" het een en
ander van een dag in het front, -lat
een goede voorstelling geeft van den
vreeselijken strijd die daar gestreden
wordt:
„Wij meenden den vijand te zien
aftrekken. Was het de uiterste vleu
gel, die daar den terugtocht aan
vaardde? Dan was het ons gelukt een
beslissing te weeg te brengen, die Icn
doorslag kon geven voor het geheete
front. Wij hadden ons te vroeg ver
heugd. Eenige uren later wisten wij,
dat wij door een groote overmacht
aangevallen werden. Voorloopiz was
het parool krachtig onze stelling vast
te houden en den Iaatsten man er aan
te wagen om een ongeluk af te wen
den. Snel worden de bevelen verc eeld.
Eerst de colonnes beschieten, dan ian-
vallen op R. De compagnie werd van
den weg af naar den rand van het
hosch gevoerd, en nu in tirailleurlinie
vooruit gebracht tusschen weiden,
akkers, sloten en kreupelhout, in een
terrein, dat den verdediger ruim
schoots dekking bood en zeer bezwaar
lijk was voor de aanvallers.
Wij kwamen ten minste vooruit,
e eene compagnie volgde op dc- an
dere. De reserven bleven bijeen in
het bosch. Spoedig werden de verlie
zen talrijker. Steeds vaker zag men
troepen gewonden, door kameraden
gesteund of gedragen, talrijker wer
den do bloedsporen en het Roode-
Kruiskamp op don achtergrond vulde
zich.
Plotseling wordt het vuur heviger
eri schijnt liet naderbij te komen. Da
vijand onderneemt, met een over-
macus, een hevigen uitval uit R. Ziju
voorste linie bereikt ons bijna. ij
bleven op onzen post, zondeu alleen
onze hantlpaardcn achteruit De ge
neraal wacht kalm op de achter
ste bataljons, die zoo snel mogelijk
naar voren gehaald moesten worden.
Want een tweede aanval zouden wij
zonder versterking niet kunnen uit
houden
Nieuwe infanterie wordt in het
vuur gebracht. De infanterie kornt
tot staan. Maar wij willen meer. Wij
willen vooruit, te meer daar wij verne
men, dat onze zusler-divisie reeds C.
genomen heeft.
Opnieuw komt het bevel: voor
waarts. Wij verwachten, dat wij door
de nieuwe bataljons van self vooruit
zullen komen, maar de overmacht ia
te groot. Wij voelen, dat de onzen zich
slechts met de grootste dapperheid,
onder ontzaglijke verliezen, baande
kunnen houden.
Ik meld den stand van het gevecht
aan den divisie-staf, die meer naar
achter staat. Ik loop tegen den berg
zoo hard ik kan. Men spreekt daar
over de rechter zij-colonne, onze an
dere brigade. Als wij die nu tnaar
hier hadden. Automobielen, wielrij-
ders, ordonnansen worden haar ach
terna gestuurd. Zij moet uit het Zuid-
esten eveneens aanvallen.
Een verlaten rijwiel brengt mij weer
in de nabijheid van den vijand, haast
tusschen de vijanaen. Want van de
hoogte af is er geen houden aan, ik
moet mij laten vallen. IX kruip naar
den rand van het bosch. Daar tref ik
den generaal. Ik meld hem, dat uog
twee bataljons actieve infanterie tol
zijn beschikking zijn gesteld.
Vol spanning verwachten wij hun
aankomst. Telkens klim ik naar bo
en, op den weg, om naar ze uit te
kijken. Ik weet vooruit, dat zij er nog
niet kunnen zijn en hoop toch. Boven
aan den weg is het een verschrikke
lijk toonecl. Byua alle paarden van
de artillerie liggen dood.
Nog een ander tooneel heeft zich
hier afgespeeld. Een van onze dappere
escad'rons-cliefs is persoonlijk voorui'
gereden om het terrein te verkennen.
Een zwaar schot in den aim heefi
hem omver gewoipen. Onze dokter it
er spoedig bij, maar ook hem stelt ce_
schot buiten gevecht. Een ander oili
cier gaat naar de gevaarlijke plek om
de kameraden te iieipen. Maar een
doodelijk schot in het hoofd maakt
daaraan een einde.
Slechts uj wc.cige*minuten is dit
alles gebeurd
Daar verschijnt auü ecu bujgtug
•au den weg de infanterie. Ik ga snel
tegemoet, om de beide majoors op te
zoeken. Kon deel ik hun mede, wat
de generaal wil. Een half uur later is
de een dood, de andere zwaar ge
wond. Snel worden de compagnieën
in het vuur gebracht. Van hen ver
wachten wij, dat zij R. zuilen nemen.
Zij zullen de andere troepen mee voor
waarts slej>en. Krachtig dringen zij
vooruit. Bij iedcren sprong echter
wordt het vijandelijk vuur heviger.
Ondanks de ontzettende verliezen «e-
FEUILLETON
(Naar het Engels.ch).
63)
Toen lady BeMainy'b zonder, iets
naders van haar te heben kunnen
hoorei., het huis verliet, besloot zij
naar George te gaan, in de verwach-
tin? dat deze wel nadcro opheldering
reu kunnen geven. Zij vond hem
b'e.-k en slordig in een kamerjapon
gekleed in een grooten fauteuil voor
het venster zitten, terwijl hij doel'oos
voor zich uitstaarde
Wat scheelt u. George? vroeg de
dame. de kamer binnentredende Ge
zie, ei U'i ais een doode. Wat ik u
bidden mug, kijk me niet met zuike
■liu'Io oogen aan, uf ik woiih (K*k uog
z.ek. Ei schijnt hier een besmettelij
ke naargeestigheid in den omtrek
rond te waren, 'want Angelu, uvv
i licht, wu6 ook ai zoo terneergesla
gen.
- Angela? zei George, met een
echuwen blik op zijn bezoekster.
V aaruin was zij neerslachtig?
Ik weet het niet, ik kom het u
juist viagen.
Mij.' George wierp weder een
etcelsclien blik op haar, alsof hij ver
moedde dat zij meer wist dan zij zeg
gen wou. Hij bedacht zich een oogen-
b'ik. maar daarop inziende dat hij te
eeniger tijd toch zou moeten inede-
dce'en wat er met Arthur was ge
beurd, zei hij met eeri korten, gemaak-
ten lach:
Ik vermoed dat de oorzaak van
Angela's 'ongesteldheid wel weet. Ar
thur Heigh am heeft een ongeluk ge
had
Lady Bellamy sprong bijna op van
haar stoel.
Heigham een ongeluk gehad! Hoe
heeft zich dnt toegedragen? en haar
donkere oogen staarden George veel-
beteekenend aan, als wilden zij hem
doortioren
—Wat kijkt ge mij aan, Anne. Ben
ik een wild dier, dat ge mij zoo aan-
si8arr.' zei George driftig, wel gevoe
lende waarom zij dit deed.
ücii, als u dut hindert wil ik het
luien, antwoordde de bezoeltster on
verschillig. Nu dan, wat is er ge
beurd?
Naar ik gehoord heb, is Heigham
bij hel ovensprmgen van de beek van
ziin paard gevallen, liet bruggetje
was weggeslugen, dus moest hij den
sprong wel doen.
De beek is tocli zoo breed niet en
Heigham een goed ruiter, zei lady
Bellamy losjes en merkte op. dat
Geotge even sidderde. Onmiddellijk
ging zij voort
Waart gij er bij toen het onge
luk gebeurde?
Ik? Hoe komt ge daaraan?
Och, dat vraag ik tnaar zoo.
Wanneer is het onge'uk voorgeval
len?
Drie dagen geleden, in den
avond, zei George onwillig.
Alzoo, juist na den middag, toen
we elkaar hebben gesproken, hernam
lady Bellamy luchtig.
Wat bedoelt ge daarmee? riep
George opstuivend Voor den dui
vel
Sset, zei lady Bellamy bedaard,
de duivel heeft hierin niets te ma
ken, geloof ik. Wat miszeg ik er mee,
wanneer ik u alleen op een overeen
komst van tijd opmerkzaam maak?
Car6sfoot staarde haar aan. maar
z.ij doorstond den blik met een vroo-
lijken giimlach en ging toen voort
In ieder geval moogt ge het lot
dankbaar wezen. AHes loopt u toch
mee in de wereld! Nauwelijks hebt. gij
Arthur Heigham een ongeiuk tocgo-
wenscht dal hem voor ccnigcn tijd
onschadelijk maken zal, of hij krijgt
het. Maur hoe gaat liet nu eigenlijk
niet hem?
S'ech't, zei George kortaf. Ik heb
door mijn huisknecht laten informee-
reu bij de Thorpes, een boerenfami
lie hier in de nabijheid, die hem heb
ben opgenomen. Sedert zijn val is hij
nog niaar eenmaal tot bewustzijn ge
weest en dat slechts enkele seconden.
Voortdurend heeft hy zware koort-
6eu. want het schijnt dat hij den ge-
heelen nacht buiten gelegen heeft.
Zoo, zei lady Bellamy. En hoe
wordt hij door die mer.schen, die hem
toch zeker vreemd zijn, opgepast?
George's gezicht betrok. De huis
knecht' vertelde mij, dat de boerin
over dien kerc', dien Heigham, sprak
op een manier alsof hij haar eigen
kind was. Overal waar hij komt, ver
staat dé vent de kunst om de men-
sclien in tc pakken.
Lady BeNamy kon niet nalaten te
glimlachen bij de gedachte, hoe een
gewond en bewusteloos man veel zou
kunnen doen, om de menschon op dat
oogenblik „in te pakken" en terwijl
zij keek naar het terugstootende. nor-
sche gezicht van George, maakte zij
in stilte da opmerking, dat George
zeker nooit er in s'agen zou, om an
dere mensehen voor zich Ln te nemen.
Al-zoo ligt hij daar nek. En An
gela's brieveu?
Wat daarmee gebeurt, weet ik
niet. Ik aenk voor het. naast, dat de
logementhouder ze aan de Thorpe's
zendt, die ze hem zullen geven wan
neer hij weer beter is. Dan kan hij ze
alle achter elikander op zijn gemak
lezen, zei George, en het was'merk
waardig om te zien, hoe woede en
smart zich beurtelings op zijn gelaat
a/spiegekten.
Als hij weer beter i3. hernam
lady BeWamy zacht, als tot zichzeive,
en daarna opstaande, ging zij voort
ik zal mij dadelijk eens op de Iwog-
ie stellen van de zaak. Vrouw Thorpe
heb ik indertijd eens een dienst be
wezen en zij zal mij dus goed ontvan
gen Vaarwel, George.
George nam de hem toegestoken
hand niet «tedeijk aan, maar op
staande trad hij op haar toe, en op de
brandkast wijzende, zei hij met na
druk- Denk er aan, lady Bellamy,
de prijs voor uw hulp ligt daar! Mijn
succes is ook het uwe.
11c dank voor de herinnering,
mijnheer Caresfoot. antwoordde zij
spottend, maar er lichtte een straal
van haat uit haar oogen. ik had d e
niet noodig. Tot weerziens!
En met een korten hoofdknik keer
de zij zich om en verliet de kamer.
HOOFDSTUK XVI.
O, Pigott. ik ben zoo diep onge
lukkig. zeide Angela twee dagen na
het door ons meegedeelte gespiek
.tusschen lady Bel'amy en Geoige.
llolp mij toch! en luid snikkend er-
burg zij haar hooidje aan den schou
der van de oude getrouwe, die haar
tegen zich liet aanrustcn en met eeu
onbeschrijflijk vriendelijk gezicht
naar haar keek.
Wat is er dan, mijn poesje? zei
ze op een toon aUof ze tot een klein
kindje sprak.
Angola vertelde haar aues wat er
iu den Iaatsten tijd was voorgevallen
eu hoe zij nu reeds sedert z»s dagen
taal noch teeken van Arthur had ver
nomen. Pigott luisterde met groots
belangstelling en deelneming en zet
toen troostend Kom. kom, klein
tje, het zal zoo erg niet zijn llij is
zeker voor zaken op reis en komt
gauw terug
Maar dan had hij mij wel ge
schreven, Pigott, antwoordde Angela
droevig En dan zouden mijn brieven
hem toch wel worden nagezonden,
waarin ik hem schrijf dat ik zoc
angstig ben over zijn stilzwijgen.
Pigott schudde meewarig het
hoofd.
Hij zal toch wel getrouw geble
ven zijn?
O. wat een ake'ige veronderstel
ling is dat van je, Pigott, je moest je
schamen. Arthur met trouw' Je kent
nem niet, anders zou je dm met eeno
duicen dunken. Foei!
Komaan, komaan, ze Pigot! en
nam haar in de armen als om door
Üefkoozuigen vergiffenis te verkrij
gen, ik meende dat zoo niet. Natuur
lijk, liefje, jij kent hem en -k met.
Maai wat zuilen wij nu doen, om te
welen te komen wat er geueurd zou
zijn?
Na eenige beraadslaging besloten
zij dat Pigott naar het logement te
Endertoti zou gaan. om daar te m-
formeeren, heel voorzichtig. z*>odut
niemand er iets van zou merken, dal
zu door een ander weid gexoDOen.
(Word: ver» -:.i