De Europeesche Oorlog. derwoede gerechten in Znid Wast België. Afwisselend succes. De Dnlt- schers blijven Dlxmnldei bezetten. Waar no de eerstvolgende gerechten op 't Oostelijk oorlogsfront zullen plaats hebben, fan de zee. Twee Doltsche onderzeeërs vernietigd. Wat er op de oorlogsvelden te zien ls. DE BOOSDOENERS. TWEEDE BLAD. HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 16 NOVEMBER 1914 Op het Westelijk Oorlogsveld OFFICIEEL NIEUWS. Zaterdag werd uit het Duitse he hoofdkwartier gemeld: „■De gevechten, In West-Vlaanderon 'duren nog voort, maar werden, gedu rende de laatste dagen bemoeilijkt door j egenachtig en stormachtig weer. Duitsche aanvallen hebben langzame vorderingen gemaakt. Ten zuiden van Yperen werden 700 Franschen gevangen genomen. Ten westen van Hijssoi zijn aanvat ten van de Franschen afgeslagen. Bij liery-au-Bac hebben de Fran schen een beheer3Chendo stelling moe ien ontruimen. In Argonne heeft de Duitsche aan vat goede vorderingen gemaakt. De Franschen leden ernstige verliezen en Lieten ook Vrijdag moer dan 150 ge vangenen In Duitsche handen." Officieel wordt van Engeiacha zijde gemeld: „De Pruisische garde heeft den lien November voor Yperen een verwoe den aanval gedaan op een gedeelte van de Er.gelsche linies. De Duit- ischers wilden er partij van trekken, dat de Engelsche linies reeds ver zwakt waren door vroegere infantc- rie-aanvallen en deden een uiterste poging om door te breken, De Engelsche troepen werden gedu rende drie uren, van het aanbreken van den dag af, aan het geweldigste bombardement blootgesteld, dat zij nog ooit te doorstaan gehad hebben. Onmiddellijk daarna gingen de eerste en vierde brigades van de Pruisische garde iri volle sterkte tot den aanval over. Deze élite-troepen waren hier heen gezonden om. door te breken op een punt. waar alle vroegere pogin- Een der Duitsche infanterie gefaald tdden. De aanval der Duitschers werd met den grooteten moed en hard nekkigheid uitgevoerd. De poging om tot Yperen door te breken werd. dank zij den moed van de Britsche troepen verijdeld, die prachtig tegenstand bo den aan de overmacht van de Duit schers, Evenwel stelde de overmacht in ge talsterkte de Duitschers er toe in staat op drie punten de Engelsche li nie te breken. Zij werden echter met geweld teruggeworpen. Er werd huu belet verder terrein te winnen. De Engelschen hebben den Duitschers ge weldige verliezen toegebracht. Achter de loopgraven vonden de Engelschen 700 lijken van Duitschers. Ook moeten zij bij het voorwaartsdringen naar de Engelsche Unies, waarbij zij in het front en op de flank beschoten wer den, aanzienlijke verliezen hebben, ge- bad Ook de verliezen der Engelschen waren aanzienlijk. Bij deze gelegen heid is weer, evenals vroeger, het ge- dra? van de Engetecho troepen uiterst loffelijk gewee6t." Een mededeeUng van de Belgische regeering behelst: „De aanval van de Duitschers tegen het groote brugge- hoofd van Nieuwpoort is "mislukt. Verscheidene pogingen van de Duit schers om in de streek ten O. en Z.O. van Yperen aanvallend op te treden zijn gestuit. Irë dp omstreken van Bixschoote zijn de geallieerden een kilometer naar het Oosten toe opgeschoten Een F r a n s c h communiqué van Zaterdag luidt: ,,Do resultaten van Zaterdag van de zee tot aan Rijssel geleverde ge- vechton waren gunstig voor de gealli eerden. De aanvallen van de Duitschers ten zuiden van Yperen werden met groote verllozen voor hen afgeslagen. Van Zondag: ,,Do Zondag, die be trekkelijk knlm verloopen is op lvet geheolo front, bracht slechts artilleria- geverhten. De Duilschefrs hebben opnieuw ver schillende aanvallen gedaan ten oos ten en zuiden van Yperen, maar deze werden steeds met grooto verliezen aün hun zijde afgeslagen, In het kort, al hetgeen do Duitschers ia do laatste dagen hebben ondernomen, heeft tot niets anders geleld dan bot de verove ring van het platgeschoten dorp Dix- muiden, welks goisotoerde stelling op den rechteroevor van het kanaal de verdediging bemoeilijkte", VAN OORT.OGSCORRESPON- DENTEN. De ,TLmes"-corre3pöndent meldt; De slag aan de Yser is voorloopig gestaakt. Aan hot centrum van de li nie hebben de overstiroomingen tot een wapenstilstand gedwongen en aan de boirle uiterste punten, Nieuwpoort eu Dixmuiden is de strijd slechts ongere geld. Het eenige vuren dat gehoord werd is dat van do kanonnen, die de boerderijen beschieten, waarin de Duitschers aan deze zijde van het Yserkanaal zich hebben vastgezet Met geen enkel schot weird geant woord. Er zijn vele boerderijen die door kieine af dodingen met mitrailleurs zijn bezet en het is moeilijk do Duit schers hier to verdrijven. De inunda ties maken het onmogelijk de Duit schers nvet vol doemde krachten aan te vallen en men kan alleen pogen hen door geschutvuur te verdrijven. Etken dag vuren dus de Fransche en Belgische batterijen met geregelde tusschenpoozen en des nachts veria ten. patrouilles de bedekkingen en kruipen langs de dijken oni to zton hoeveel Duitschers nog achterblijven. De Duitschers liggen vrij dicht bij. Dezer dagen ging een Belgische pa trouille op verkenning uit. Slechts twee van de vijf mannen keerden te rug. Zij waren onbewust juiBt terecht gekomen, boven een der oridergrond- scihe verblijfplaatsen der Duitschers. In een van deze boerderijen was het eenige zware kanon verborgen, waar mee Veurno van tijd bot tijd werd be schoten. In den beginne m iel uk ten allo pogingen om de plaats van op stelling van dit kanon te ontdekken, noch aviateurs, noch infanterle-pa- trouilles slaagden hierin. Eindelijk werd het door Afnkaansche verken ners ontdekt. Da inundaties hadden den terug tocht afgesneden en de kanonniers trachtten n.u nog 2ooveel mogelijk partij te trekken van hun neteligen toestand, door nu en dan, liefst mid den in den nacht of tijdens het etens uur het volk van Veume met eon gra naat te verrassen. Dat is nu uit. Het kanon is vermeasterd en goed en wel in de linie der bondgenooten ge bracht. Ook de overige boerderijen worden gelelde!ijk gezuiverd. Deze strook vlak marschland, waar drie weken lang slag is geleverd, is een droevige streek op een kouden Novemberdag. Do vernietigende ha gel, die zoo lang het land teisterde, heeft alles vornield en tot doodsheid gebracht. Overgebleven zijn slechts ruines, waar eens bloeiende hoeven en welvarende dorpen waren. Overal is de grond doorwoeld en doorploegd door graimatvuur. Groote gaten ga pen in de wegen en de boomen zijn ontworteld en omgeworpen als in een wervelstorm. Pervyse thalverwege Nieuwpoort en Dixmuiden), dat de Duitschers in de eerste dagen na den aanvang van den slag begonnen te beschieten, was een welvarend dorp, gelegen aan een be langrijk kruispunt van wegen, en de Duitschers beproefden het doorgaan door dit dorp onmogelijk te maken. En ze slaagden hierin. Het dorp werd volkomen onpasseerbaar. Van hot eene einde van het dorp lot het an dere bloef geen huis ongedeerd. Da ken en muren stortten la en vooral de kleinere huisjes vormen slechts een jammerlijken puinhoop. Van hot groote schoolgebouw, vroeger het hoofdkwartier van een Belgische divi sie, staan nog slechts de zwarte, ge- haveudo muren, Van do kleine her berg is één zijde geheel weggeslagen en wat van liet dak nog heel 13 geble ven, hangt neer, om ieder oogenblik in te storten. Dat zijn slechts eakele voorbeelden, znaar zoo ziet het heele clorp er uit. Het meest beeft de kerk geleden, en het kerkhof daarnevens is omgewoeld en biedt een vreeselijk schouwspel. Do correspondent vertelt dan van de honderden dooden, die in de velden om het dorp in massa zijn begraven, van de lijken van paarden en koelen, die, een verpestenden stank versprei dend, nog in velden cn wegen lig gen.... Do voornaamste weg van Pervyse naar Nieuwpoort en Ramskapello is een met boomen omzoomde chaussée, rechtuit gaande door de marsohlun- den, terwijl tor rechterzijde evenwij dig hiermee op een paar honderd me ters afstand do spoorweg loopt. Over al zag men de sporen van den slag. Bij Raruskapelle lag een veronge lukte Blériot-monoplau tegen een dijk, vernield on doorschoten. Dat was het vliegtuig waarmoo luitenant Collott, van het Nnvul Flying Corps, veertien dagen geleden neerdaalde, toen hij een verkenning deed boven de Duitsche linies. Hij zelf ontkwam geiukkig. Zijn machine werd getroffen door een Duitsch projectiel, maar hij daalde in vol plané in de richting van de linies der bondgenooten. BIJ liet neerkomen werd van weerszijden op hem gescho ten daar de Belgen hem voor een Duitscher hielden. Gelukkig kon lnj landen achter de eerste loopgraven- linie der Belgen, en iiier werd hij ge vangen genomen, maar natuurlijk dadelijk vrijgelaten toen het bleek wie hij was. Ramskopelle, het tweede punt waai de Duitschers door de Belgische linies braken en dat, naar de correspondent vertelt, met behulp van Fransche versterkingen werd hernomen, is nog meer geteisterd dan Pervyse. In deze laatste plaats dwalen althans nog en kele Inwoners rond, die onder do ruïnes zoeken om nog iets van hun bezittingen te redden, maar in P«am3- kapelie is er geen levende ziel behal ve de Belgische soldaten. Nieuwpoort eindelijk, hoewel liet ook geleden heeft, biedt niet hetzelfde schouwspel van vernieling als de dorpen, die vrijwel geheel verwoest zijn. Het droevigst schouwspel biedt hier de kerk, een bouwwerk uit de 12de eeuw, dat volkomen verwoest is. Aan de ..Times" wordt nog geseind: „De Duiischers hebben den geheelen dag Armentières beschoten. Een aan tal straten hebben zwaar geleden en de gasfabriek werd door granaten vernield." Het „Korr. Korden" beweert, dat de berichten over de verwoestingen in Yperen overdreven zijn on dat de be roemde Lakenhal volkomen onge deerd zou zijn. Van 'I Oostelijk Oorlotistooneel OFFICIEEL NIEUWS: Een xnededeeling uit het D u 11- sche hoofdkwartier meldt: „In Oost-Pruisen duurt de strijd nog voort. Bij Stalupönen zijn 503 Russen gevangen genomen. Bij Soldau vlet ook nog geen be slissing. In de streek van Wloelawec (aan den Weichsel ten Z.O. van Thorn) is een Russisch legercorps teruggewor pen. 1500 gevangenen en 12 machine geweren vielen in Duitsche handen." Do Russische legatie heeft da volgende mcdodeeUngen ontvangen: „In Oost-Pruisen duren de gevech ten in de omstreken van StaUupÖ- nen, de oostelijke doorgangswegen van de M&suriscne meren, evenals Ln die van Spoldau voort. In de richting van Thorn teekent zich een Duitsche aanva'-'endo bewe ging af op de heide oevers van den Weichsel, naar Rypin en Wloelawec met versterking van troepen onttrok ken aan de buurt van Lyck. In het Zuidhvesten van Polen, bij C.zenstochows, treken de Duitschers hun troepen samen op <le grens. In Galicié heeft de Russische op- marsch tegen Dunaclz geen tegen stand ontmoet. De Russen hebben Krasno bezet en stormenderhand een versterkte 6tclling in de bergachtige streek van Svaok-Turka genomen, den Oostenrijkers zware verliezen toe brengend. Deze ontruimen de streek. Ecu nederlaag Ls eveneens toege bracht aan troepen-afdeellngcn te Pa- seckna, in. de Karpathen, op den weg van MHrmaros Szigel." Een R uss i s ch legerberichl meldt: „Op het front Staltupfinen—Posses- sern. dal in de omstreken van Anger- lutr? en bij Johannesburg ligt, gaan Russische troejien, al strijdend voor uit. De actie wordt voortgezet in de streek om Soldau en Nei.tenburg, waar de Russen, ondanks dc-n hefti ger. tegenstand, terrein hebben ge wonnen. Aan den Linkeroever van den Weichsel ontwikkelt zich een gevecht op een front, zich uitstrekkend van Plotsk, tot aan de rivier de Warta. Op het front Kalisch—Vel Urn trek ken de Duitschers terug. lu de omstreken van Czentochow en naar het zuiden zijn de Duitschers a a n v a Uenderwij'/e opgetreden, maar /.onder succes. De Russische opmarsch naar lvra- kati wordt voortgezet. In Galiciü trachten de Oostenrijkers oen verdediging te organtseoren aan de Dunajec in de streek ten westen van het front Jabno—Tamot en op het front van Jaslo. Russische troepen rukken op in de richting van do paseen door de Kar pathen." WAAR NU WEER GEVOCHTEN ZAL WORDEN. De aandacht begint zich, door den opmarsch der Russen, nu te richten op Thorn, schrijft de „Daily Te'e- graph". De voornaamste beteekcnls van' deze stad is gelegen in de omstan digheid, dat zij iigt op vijf mijl at- eturid van de grens, aan de beide boschrijfce oevers van den Weichsel en een centraalpunt vormt van vijf spoorlijnen en van belangrijke ver bindingswegen. De Duitschers kun nen hier aan beide oevers aan de ri vier opereeren. Thorn ligt op den rechtervleugel \an de verdedigingsli nie van den Uuitischen Weichsel, dis al'e wegén beheeraeht tusschen Oost- Pruisen en het overige deel van Duitschland. In carmbinutie met de forten van Fordan, Kulin en Grau- denz, wordt een breed, goed verdedig baar gebied gevormd, waarbinnen zich een verslagen leger, in geval van nood. kan terugtrekken. De verdedigingswerken van Thorn bevatten negen forten: Scharnhorsl, Yorck, Bhlow, Wilhelm II, Heinrica von Zalzie, Grosser Kurfurst, Hertzog Albreeht, Friedrich der Groese en Dohna. Deze forten zijn weer door verdedigingswerken met elkander verbonden. Zij liggen op 1 ii 1 1/2 mijl afstand van de stad. De vooruitgeschoven posities voor Thorn zijn eea mijl verwijderd van de forten op -den rechteroever van de rivier. De l>ewapening van elk fort zal vermoedelijk bestaan uit '27 etui;ken zwaar geschut en 20 kleine stukken, dus totaal op ilie 9 forten ill kanon nen. De zeven tusschengelegen ver dedigingswerken zijn voorzien van 10 groote eu 11 kleinere kanonnen, te samen 154. In. de binnenste verdedi gingswerken staan, naar verluidt 140 stukken geschut. Met de reserve er bij gerekend zou de vesting dus over een 1000 kanonnen, waarvan GO van groot ka'iber zijn, beschikken. Het garnizoen zal minstens 35.000 man sterk moeten zijn. terwijl voor de bediening van 't geschut 8000 man noodig zijn. Onmiddellijk na het uit breken van den oorlog werden de ves tingwerken van Thorn nog meer ver sterkt. Meer dan 6000 arbeiders zijn hiermede dag en nacht bezig geweest. Ook te Krakau zijn uitgebreide ver dedigingsmaatregelen getroffen. Nieu we schanswerken zijn opgeworpen, en de bestaande vestingwerken zijn verbeterd. Ook de 6tad Bochnia is door dte Oostenrijkers versterkt en. voor een beleg in gereedheid ge bracht. De „Daily Chronicle" verneemt: „De Duitschers eteUen a'lc pogin gen in het werk om de Russische in vasie in Posen en SLlezië legen te gaan. Onder de ducumenten, die do Russen gedurende de laatste gevech ten aan het Oost-Pruisische front go- vond. n hebben, bevond zich ook een dagorder van den keizer, waarin krachtig werd aangedrongen om al het mogelijke te doen om den Russen geen duimbreed gronds over te laten. „Wijkt geen stap achteruit," aldus de dagorder, „want ook in Frankrijk is dit niet geschied. Achteruit zou 'Ie ondergang beteekenen, vooruit ligt de weg naar het geluk." Op hei Zuidelijk Oorlogsiooneel. Door den Servische n staf is het volgende communiqué gepubliceerd: „Na een hevigen strijd van drie da gen retireerden Servische troepen op 7 November in goede orde van Gout- chevo op hun stellingen aan die linie, en werden door de Oostenrijkers, die zware verliezen moeten geleden heb ben, hierin niet gehinderd, Den 7don November vielen de Oos tenrijkers de Servische stellingen ten Zuid-Öosteni van Shabatz opnieuw aan. maar zij werden krachtig terug geslagen. Don 8cn November werden weer twee aanvallen gericht op Servische stellingen ten Zuid-Oosten van Sha batz-, wederom zonder resultaat, ter- wijt den Oostenrijkers opnieuw zware verliezen werden toegebracht. Den flden November slaagden de Oostenrijkers er in, zes bataljons in fanterie en twee sn/ïlvuurkanonnen den Don au over te voeren onder be scherming van hun artillerie Servi sche troepen bestookten hen hevig ge durende den overtocht en deden daar op een krachtigen aanval, die met, 'n volkomen nederlaag van de Oostenrij kers eindigde. Allen die niet buiten gevecht waren gesteld of in den Do- nau verdronken, vielen in Servische handen. De Serviërs maakten 200ü gevangenen, onder wie een ko'oucl en zes officieren, en veroverden d« tweo snelvuurkancjnnen. Vooral de Vardarzi-troep (afkomstig van Niemv-Servié) onderscheidde zich in deze gevechten door bijzondere dap perheid." 't Oostenrij ksch e legerbe stuur deelt mede: „De opmarsch \an de Oostenrijkers stuit Noordwestelijk van Waljewo op sterken tegenstand. Ook bemoeilijkt de kleiachtige, besneeuwde bodem 't opvoeren van de artillerie langs de onbegaanbare wegen. Niettemin zijn alle colonnes der Oostenrijkers voor uitgekomen. Zij veroverden verschel den l^langrijke stellingen en hebben de li ti van Skela aan de Save naar het Zuiden toe tot Kocdjewa bereikt. Daarna zijn in Zmdelilke richting tot aan de Drïna talrijke Servische ge vangenen gemaakt, die verklaren dat de Serviërs bij Waljewo opnieuw te genstand «willen bieden. Rij de laatste gevechten hebben ook de monitors Köros, Maros en Leiiha niet zeer goeden uitslag met de Oos tenrijksche troepen medegewerkt. Zij ondeis^eunden hei zegevierende op rukken van de Oostenrijksche «roepen langs de Save door een vernietigend vuur in de flank van de Serviërs." Verder: „Ten einde tijd te winnen voor het terugtrekken van zijn trein, zijn de Sen ï- rs, die op de h"Ogteu ten noor den en ten westen in vooruit gereed gemaakte stellingen liggen, opnieuw tegenstand gaan bieden. Aan Oostenrijksche troepen, die on danks de voortdureude gevechten en groote vermoeienissen met den bes ten geest bezield zijn, is het Zater dag na hevige gevechten reeds gelukt het hoofdpunt van de Servische stel ling op de hoogten bij Komonicn, aan der. weg van Leznica naar Valjewo. te veroveren. Daarbij werden "Su Ser viërs genomen en een groote hoeveel heid wapens en munitie buitgemaakt. Oostenrijksche troepen stonden Za terdagavond voor Obrenovac bij de Oeb en deden een aanval op de heu velruggen ten oosten van Komenica en in zuidelijke richting tot aan Stu bica, hel beheetscliende punt van den weg RcgucicaVaijewo." Uit Boedajest wordt gemeld: „De Oostenrijksche troepen hebben Obre novac stormenderhand op dc Ser viërs genomen." De Oosteiirijkscü-ilougaarcché ge nerale staf heeft, naar Az Est mede deelt, aan de troepen die legen. Servië vechten, een legerorder uitgevaardigd, waarin hun konnis wordt gegeveu van het voornemen van 't legerbe stuur om den veldtocht nog voor het aanbreken van den winter ten einde te brengen, en den Serviërs binnen den kortst mogelijken tijd beslissende sla gen toe te brengen. Verspreid nieuws van deoorlogsvelden HOE SPANNEND DE GEVECHTEN ZIJN. Een cnvalerie-officier vertelt in don „Berliner Lokal-Auzeiger" het een en ander van een dag in het front, -lat een goede voorstelling geeft van den vreeselijken strijd die daar gestreden wordt: „Wij meenden den vijand te zien aftrekken. Was het de uiterste vleu gel, die daar den terugtocht aan vaardde? Dan was het ons gelukt een beslissing te weeg te brengen, die Icn doorslag kon geven voor het geheete front. Wij hadden ons te vroeg ver heugd. Eenige uren later wisten wij, dat wij door een groote overmacht aangevallen werden. Voorloopiz was het parool krachtig onze stelling vast te houden en den Iaatsten man er aan te wagen om een ongeluk af te wen den. Snel worden de bevelen verc eeld. Eerst de colonnes beschieten, dan ian- vallen op R. De compagnie werd van den weg af naar den rand van het hosch gevoerd, en nu in tirailleurlinie vooruit gebracht tusschen weiden, akkers, sloten en kreupelhout, in een terrein, dat den verdediger ruim schoots dekking bood en zeer bezwaar lijk was voor de aanvallers. Wij kwamen ten minste vooruit, e eene compagnie volgde op dc- an dere. De reserven bleven bijeen in het bosch. Spoedig werden de verlie zen talrijker. Steeds vaker zag men troepen gewonden, door kameraden gesteund of gedragen, talrijker wer den do bloedsporen en het Roode- Kruiskamp op don achtergrond vulde zich. Plotseling wordt het vuur heviger eri schijnt liet naderbij te komen. Da vijand onderneemt, met een over- macus, een hevigen uitval uit R. Ziju voorste linie bereikt ons bijna. ij bleven op onzen post, zondeu alleen onze hantlpaardcn achteruit De ge neraal wacht kalm op de achter ste bataljons, die zoo snel mogelijk naar voren gehaald moesten worden. Want een tweede aanval zouden wij zonder versterking niet kunnen uit houden Nieuwe infanterie wordt in het vuur gebracht. De infanterie kornt tot staan. Maar wij willen meer. Wij willen vooruit, te meer daar wij verne men, dat onze zusler-divisie reeds C. genomen heeft. Opnieuw komt het bevel: voor waarts. Wij verwachten, dat wij door de nieuwe bataljons van self vooruit zullen komen, maar de overmacht ia te groot. Wij voelen, dat de onzen zich slechts met de grootste dapperheid, onder ontzaglijke verliezen, baande kunnen houden. Ik meld den stand van het gevecht aan den divisie-staf, die meer naar achter staat. Ik loop tegen den berg zoo hard ik kan. Men spreekt daar over de rechter zij-colonne, onze an dere brigade. Als wij die nu tnaar hier hadden. Automobielen, wielrij- ders, ordonnansen worden haar ach terna gestuurd. Zij moet uit het Zuid- esten eveneens aanvallen. Een verlaten rijwiel brengt mij weer in de nabijheid van den vijand, haast tusschen de vijanaen. Want van de hoogte af is er geen houden aan, ik moet mij laten vallen. IX kruip naar den rand van het bosch. Daar tref ik den generaal. Ik meld hem, dat uog twee bataljons actieve infanterie tol zijn beschikking zijn gesteld. Vol spanning verwachten wij hun aankomst. Telkens klim ik naar bo en, op den weg, om naar ze uit te kijken. Ik weet vooruit, dat zij er nog niet kunnen zijn en hoop toch. Boven aan den weg is het een verschrikke lijk toonecl. Byua alle paarden van de artillerie liggen dood. Nog een ander tooneel heeft zich hier afgespeeld. Een van onze dappere escad'rons-cliefs is persoonlijk voorui' gereden om het terrein te verkennen. Een zwaar schot in den aim heefi hem omver gewoipen. Onze dokter it er spoedig bij, maar ook hem stelt ce_ schot buiten gevecht. Een ander oili cier gaat naar de gevaarlijke plek om de kameraden te iieipen. Maar een doodelijk schot in het hoofd maakt daaraan een einde. Slechts uj wc.cige*minuten is dit alles gebeurd Daar verschijnt auü ecu bujgtug •au den weg de infanterie. Ik ga snel tegemoet, om de beide majoors op te zoeken. Kon deel ik hun mede, wat de generaal wil. Een half uur later is de een dood, de andere zwaar ge wond. Snel worden de compagnieën in het vuur gebracht. Van hen ver wachten wij, dat zij R. zuilen nemen. Zij zullen de andere troepen mee voor waarts slej>en. Krachtig dringen zij vooruit. Bij iedcren sprong echter wordt het vijandelijk vuur heviger. Ondanks de ontzettende verliezen «e- FEUILLETON (Naar het Engels.ch). 63) Toen lady BeMainy'b zonder, iets naders van haar te heben kunnen hoorei., het huis verliet, besloot zij naar George te gaan, in de verwach- tin? dat deze wel nadcro opheldering reu kunnen geven. Zij vond hem b'e.-k en slordig in een kamerjapon gekleed in een grooten fauteuil voor het venster zitten, terwijl hij doel'oos voor zich uitstaarde Wat scheelt u. George? vroeg de dame. de kamer binnentredende Ge zie, ei U'i ais een doode. Wat ik u bidden mug, kijk me niet met zuike ■liu'Io oogen aan, uf ik woiih (K*k uog z.ek. Ei schijnt hier een besmettelij ke naargeestigheid in den omtrek rond te waren, 'want Angelu, uvv i licht, wu6 ook ai zoo terneergesla gen. - Angela? zei George, met een echuwen blik op zijn bezoekster. V aaruin was zij neerslachtig? Ik weet het niet, ik kom het u juist viagen. Mij.' George wierp weder een etcelsclien blik op haar, alsof hij ver moedde dat zij meer wist dan zij zeg gen wou. Hij bedacht zich een oogen- b'ik. maar daarop inziende dat hij te eeniger tijd toch zou moeten inede- dce'en wat er met Arthur was ge beurd, zei hij met eeri korten, gemaak- ten lach: Ik vermoed dat de oorzaak van Angela's 'ongesteldheid wel weet. Ar thur Heigh am heeft een ongeluk ge had Lady Bellamy sprong bijna op van haar stoel. Heigham een ongeluk gehad! Hoe heeft zich dnt toegedragen? en haar donkere oogen staarden George veel- beteekenend aan, als wilden zij hem doortioren —Wat kijkt ge mij aan, Anne. Ben ik een wild dier, dat ge mij zoo aan- si8arr.' zei George driftig, wel gevoe lende waarom zij dit deed. ücii, als u dut hindert wil ik het luien, antwoordde de bezoeltster on verschillig. Nu dan, wat is er ge beurd? Naar ik gehoord heb, is Heigham bij hel ovensprmgen van de beek van ziin paard gevallen, liet bruggetje was weggeslugen, dus moest hij den sprong wel doen. De beek is tocli zoo breed niet en Heigham een goed ruiter, zei lady Bellamy losjes en merkte op. dat Geotge even sidderde. Onmiddellijk ging zij voort Waart gij er bij toen het onge luk gebeurde? Ik? Hoe komt ge daaraan? Och, dat vraag ik tnaar zoo. Wanneer is het onge'uk voorgeval len? Drie dagen geleden, in den avond, zei George onwillig. Alzoo, juist na den middag, toen we elkaar hebben gesproken, hernam lady Bellamy luchtig. Wat bedoelt ge daarmee? riep George opstuivend Voor den dui vel Sset, zei lady Bellamy bedaard, de duivel heeft hierin niets te ma ken, geloof ik. Wat miszeg ik er mee, wanneer ik u alleen op een overeen komst van tijd opmerkzaam maak? Car6sfoot staarde haar aan. maar z.ij doorstond den blik met een vroo- lijken giimlach en ging toen voort In ieder geval moogt ge het lot dankbaar wezen. AHes loopt u toch mee in de wereld! Nauwelijks hebt. gij Arthur Heigham een ongeiuk tocgo- wenscht dal hem voor ccnigcn tijd onschadelijk maken zal, of hij krijgt het. Maur hoe gaat liet nu eigenlijk niet hem? S'ech't, zei George kortaf. Ik heb door mijn huisknecht laten informee- reu bij de Thorpes, een boerenfami lie hier in de nabijheid, die hem heb ben opgenomen. Sedert zijn val is hij nog niaar eenmaal tot bewustzijn ge weest en dat slechts enkele seconden. Voortdurend heeft hy zware koort- 6eu. want het schijnt dat hij den ge- heelen nacht buiten gelegen heeft. Zoo, zei lady Bellamy. En hoe wordt hij door die mer.schen, die hem toch zeker vreemd zijn, opgepast? George's gezicht betrok. De huis knecht' vertelde mij, dat de boerin over dien kerc', dien Heigham, sprak op een manier alsof hij haar eigen kind was. Overal waar hij komt, ver staat dé vent de kunst om de men- sclien in tc pakken. Lady BeNamy kon niet nalaten te glimlachen bij de gedachte, hoe een gewond en bewusteloos man veel zou kunnen doen, om de menschon op dat oogenblik „in te pakken" en terwijl zij keek naar het terugstootende. nor- sche gezicht van George, maakte zij in stilte da opmerking, dat George zeker nooit er in s'agen zou, om an dere mensehen voor zich Ln te nemen. Al-zoo ligt hij daar nek. En An gela's brieveu? Wat daarmee gebeurt, weet ik niet. Ik aenk voor het. naast, dat de logementhouder ze aan de Thorpe's zendt, die ze hem zullen geven wan neer hij weer beter is. Dan kan hij ze alle achter elikander op zijn gemak lezen, zei George, en het was'merk waardig om te zien, hoe woede en smart zich beurtelings op zijn gelaat a/spiegekten. Als hij weer beter i3. hernam lady BeWamy zacht, als tot zichzeive, en daarna opstaande, ging zij voort ik zal mij dadelijk eens op de Iwog- ie stellen van de zaak. Vrouw Thorpe heb ik indertijd eens een dienst be wezen en zij zal mij dus goed ontvan gen Vaarwel, George. George nam de hem toegestoken hand niet «tedeijk aan, maar op staande trad hij op haar toe, en op de brandkast wijzende, zei hij met na druk- Denk er aan, lady Bellamy, de prijs voor uw hulp ligt daar! Mijn succes is ook het uwe. 11c dank voor de herinnering, mijnheer Caresfoot. antwoordde zij spottend, maar er lichtte een straal van haat uit haar oogen. ik had d e niet noodig. Tot weerziens! En met een korten hoofdknik keer de zij zich om en verliet de kamer. HOOFDSTUK XVI. O, Pigott. ik ben zoo diep onge lukkig. zeide Angela twee dagen na het door ons meegedeelte gespiek .tusschen lady Bel'amy en Geoige. llolp mij toch! en luid snikkend er- burg zij haar hooidje aan den schou der van de oude getrouwe, die haar tegen zich liet aanrustcn en met eeu onbeschrijflijk vriendelijk gezicht naar haar keek. Wat is er dan, mijn poesje? zei ze op een toon aUof ze tot een klein kindje sprak. Angola vertelde haar aues wat er iu den Iaatsten tijd was voorgevallen eu hoe zij nu reeds sedert z»s dagen taal noch teeken van Arthur had ver nomen. Pigott luisterde met groots belangstelling en deelneming en zet toen troostend Kom. kom, klein tje, het zal zoo erg niet zijn llij is zeker voor zaken op reis en komt gauw terug Maar dan had hij mij wel ge schreven, Pigott, antwoordde Angela droevig En dan zouden mijn brieven hem toch wel worden nagezonden, waarin ik hem schrijf dat ik zoc angstig ben over zijn stilzwijgen. Pigott schudde meewarig het hoofd. Hij zal toch wel getrouw geble ven zijn? O. wat een ake'ige veronderstel ling is dat van je, Pigott, je moest je schamen. Arthur met trouw' Je kent nem niet, anders zou je dm met eeno duicen dunken. Foei! Komaan, komaan, ze Pigot! en nam haar in de armen als om door Üefkoozuigen vergiffenis te verkrij gen, ik meende dat zoo niet. Natuur lijk, liefje, jij kent hem en -k met. Maai wat zuilen wij nu doen, om te welen te komen wat er geueurd zou zijn? Na eenige beraadslaging besloten zij dat Pigott naar het logement te Endertoti zou gaan. om daar te m- formeeren, heel voorzichtig. z*>odut niemand er iets van zou merken, dal zu door een ander weid gexoDOen. (Word: ver» -:.i

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 5