De Europeesche Oorlog.
DERDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDERDAG 3 DECEMBER 1914
Op hel Westelijk
Oorlogsveld
In ons vorig nummer plaufcsten wij
een uitvoerig uittreksel van 't rap
port van den Engelschen legeraan
voerder generaal French. Daaruit
bleek duidelijk hoe verwoed er in
Zuid-West-Betgié gevochten is. En dat
heftig strijden duurt daar nog steeds
voort!
Nog steeds duuirt de actie op dat
gedeelte van liet Westelijk oorlogsveld
voort. Daar is de activiteit 't grootst,
de strijd 't hevigst. Bij Dixmutden en
Nieuvvpoort, In het geheel© gehied
ten noorden van Atrecht, wordt nog
eteeds hevig gevochten. Maar in de
laatste weken zonder dat er belang
rijke wijziging komt in de opstelling
der troepen, aan beide zijden.
In het andere gedeelte van het wes
telijke front, langs de Aiene, wordt 't
artillerie-gevecht voortgezet.
En in de Argonnen en de Vogezen
wordt ook nog steeds hevig gevoch
ten, zonder dat door de eene of de
andere partij belangrijke voordeelen
worden behaald.
OFFICIEEL NIEUWS.
DeDuitsche staJ meldt:
„In het westen zijn kleine aanval
lende bewegingen van de geallieerden
teruggeslagen.
In het Argonner»\»ud werd door
het Wurturr.burgsche 120ste regiment
Infanterie, het regiment van den kei
zer, een sterk steunpunt veroverd.
Daarbij zijn 2 officieren en ongeveer
300 Fr.insche soldaten gevangen ge
maakt".
Een F r a n s c h communiqué luidt:
..In de streek ten zuiden van Ype-
ren is een aanval van de Duitscheri
op den door de geallieerde troepen in
den loop van den dag veroverde loop
graaf, afgeslagen. De f\rtille?^e der
geallieerden beschadigde een groep
van dne batterijen van groot kaliber
der Dunschers.
Te Vermei les werden, het kasteel
met het park, twee huizen en loop
graven schitterend door de geallieer
den genomen.
Een vrij levendige canonnade heeft
plaats in de omgeving van Fay zuid
westelijk van Feronue.
In <le attack Vendres.e-Craorme
openden do Duitschera een hevig
boinberdement. De urtillerie der
ollieeixlen antwoordde en vernietig
de de batterij.
In Arïonrie werd een Duitsche aan
val op Fontaine Madamo afgewezen.
De Fianschen maakten eenage vorde
ringen".
Van 'I Oostelijk
Oorlor-sfooneel
OFFICIEEL NIEUWS.
Uit het Duitsche hoofdkwartier
wordt gemeld
„Uit Oost-Pruisen geen nieuws.
In Noord-Polen worden de gevech
ten op normale wijze voortgezet.
In Zuid-Polen werden Russische
aanVallen afgeslagen.
Het in de buitenlandsclie pers ver
spreide bericht, dat onder de door de
Duitschers gemaakte 40.000 Russische
gevangenen de bij Iioetno in Duitsche
handen gevallen 23.000 gevangenen
zijn inbegrepen, is onjuist.
Het ooslerleger heeft in de gevech
ten bij Wlocluwek, Koelno, Lodz en
Lowicz van 11 November tot 1 Decem
ber ruim 80.000 ongewonde Russen
gevangen genomen."
Dj O os t e n r ij k s c he staf meldt:
„Woensdagmiddag hield de rust op
het front in West-Galicië en Russisch
Polen over het algemeen aan. Ook
Dinsdag en Dinsdagnacht werd de
aanval der Russen noord-westelijk
van Wolbrom afgeslagen.
De gevechten ten westen van Novva
radowsk en bij Lodz outwikkelen zich
ten gunste van de Oostenrijkers.
Voor Przetnysl bleven de Russen,
onder den indruk van de laatste uit
vallen. passief. Een aantal Russische
vliegers wierpen bommen, doch zon
der eenig gevolg.
De opt-raties in de Karpathen lever
den nog geen resultaten.
Het bericht, dat Oostenrijksche troe
pen Belgrado zijn binnengetrokken,
gaf op het oostelijk oorlogsterrein aan
leiding tot onuitsprekelijke vreugde."
Een Russisch communiqué
meldt
„I.ungs alle fronten heerscht
betrekkelijke kalmte. In de streek
Lovitsj wordt de actie voortgezet,
maar met minder kracht.
Op 2 December, tegen middernacht,
deden de Duitschers, die iu dichte
colonnes marcheerden, een onstuimi
gen aanval op de Russische stellingen
ten noorden van Lodz. Zij werden
echter teruggeslagen.
In de streek ten zuiden van Krakau
trokken Russische troepen Veritsjko
binnen."
Op het Zuidelijk
Oorlogstooneel.
BELGRADO BEZET.
De keizer van Oostenrijk ontving
van generaal Frank, bevelhebber van
"het vijfde Oostenrijksche leger, het
volgende telegram
,,lk verzoek Uwe Majesteit eerbie
dig op den laatsten dag van het 60ste
ïegeeringsjaar te mogen melden, dat
Woensdagmorgen de stad Belgrado
door ons in bezit is genomen."
Daar de Serviërs zich op den
tocht bevinden, worden Woensdag
geen gevechten van eenigen omvang
geleverd. Vooruitgeschoven voorpos-
ten-nfdeelingen der Oostenrijkers stie
ten op de Servische achterhoeden en
maakten eenigc honderden gevange
nen.
Uit Nisch wordt bericht, dat de Oos-
tenrukoi» Aranschelo Watsch bezet
hebben. Bij Po3charewatsch hadden
hevige gevechten plaats. Eon Oosteu-
rijksch regiment trok thans op tegen
Veles. Te Nisch bevinden zich onge
veer 15.000 gewonde» Serviërs.
Uit den Duitsohen
Rijksdag.
Woensdag is de Duitsche Rijksdag
bijeengekomen, 't ls weer een histo
rische zitting geworden. De vergader
zaal was stampvol en er hcerooht©
een sterke vaderlandslievende geest.
VeqüehiBende livfgvoaardDgdtm wa
ren !in uniform, enkelen droegen het
ijzeren kruis voor betoonden moed.
De Rijkskanselier was in generaals-
unftfiorm.
De president deed in zijn openings
rede uitkomen diat die eensgezindheid
van het Duitsche volk alle hindernis
sen overwint, in het bewustzijn van
de zege en gedragen door de sterke
militaire macht en economisclie
kracht van Dulitecldand. (Levendige
bijval).
Verder maakte hij gewag van 1 et
groote aantal vrijwilligere en afge
vaardigden die dienst te velde doen.
Hij herdacht den in 't ve!d gevallen
soc- demoeratiechen afgevaardigden
Frank en roemde <de offervaardigheid
van het gansch© volk.
„Bij onze tcgenstan/iera sloot zich
Japan aan uit begeerte naar de tee
kenen van Duitsche cultuur in het
Verre Oosten. Daarentegen vonden
wij een bondgenoot in Turkije. Alle
Islamitische volkeren willen het En-
gelicho juk afschudden en de grond
vesten der Lrq»« lsche koloniale macht
aan 't wankelen brengen.
Onder de vaandels van ons leger on
de vlag onzer vloot, besloot de presi
dent, zullen w.ij overwinnen". (Leven
dige bijval).
De Rijkskarselier bracht allereerst
de groeten van den keizer over aan
de Rijksdagleden, waarmedii hij zich
In den storm des gevaars in gemeen
zame zorg voor 't welzijn des vader
lands tot den dood eensgezind weet
„Ook onze eerste gedachte geldt kei
zer, leger, marine, onze soldaten, die
voor de eer ear de grootheid des rijks
strijden. Vol trotsch, met rotsvast ver
trouw»», zien wij oji naar hen, naar
onze Ooslenriikscli-1 Iougu arscl -.e wa
penbroeders".
Daarna herdacht do Rijkskanselier
wat er na 't uitbreken van den oorlog
gebeurd is en wees er «op dut „do
onvergetelijke dtof perheid der troepen
den oortog in 't vijandelijke land
plaatste.
Daar staan wij vast en sterk en
kunnen met u"e vertrouwen de toe
komst tegemoet zien. Maar de weer
standskracht des vijande is niet ge
broken, Wij zijn niet aan het einde
der offers. De natie zal deze offers
verder dragen met hetzelfde heroïsme
als tot dusver. Want wij moeten en
willen den, verdedigingsoorlog voor
recht en vrijheid tot een goed einde
doorstrijden. Laat oms ook denken
aan de kwaadwilligheid waarmede
men zich aan onze in vijandelijke lan
den wonende weer'ooze landslieden,
vaak op alle beschaving logenstraf
fende wijze heeft vergrepen. De we
reld moet ondervinden, diat niemand
een Duitscher ongewroken een haar
krenken kan." (Stormachtige instem
ming.)
Voorts besprak de Rijkskanselier
uitvoerig de vraag wie de verantwoor
delijkheid voor den oor'og draagt.
Hij verklaarde dat zijns inziens de
uiterlijke verantwoordelijkheid ge
dragen wordt door diegenen die in
Rusland de a'gemeene mobilisatie
bewerkstelligden, maar de innerlijke
verantwoordelijkheid draagt de
Engelsche regeering In verband met
deze bewering gaf de Rijkskanselier
een beschouwing over de Engelsche
politiek. Onjuist is, dat Engeland 't
zwaard getrokken heeft omdat de Bel
gische neutraliteit in dert nacht van
3 op 4 Augustus geschonden ie, aan
gezien Engeland reeds na zijn verkla
ring op 2 Augustus aan Frankrijk niet
meer onzijdig was, maar feitelijk al
met Duitschland in oorlog.
Voorts betoogde de Rijkskanselier,
dat België geen neutrale slaat was.
Uit de gepubliceerde stukken blijkt
wel, dat België reeds met andere sta
len onderhandelinlren gevoerd had
voor 't geval een oorlog mocht uit
breken.
Ook betoogde de Rjjkskanse'ier dat
de Duitsche regeerLng reeds lang voor
den oorlog Engeland gewaarschuwd
neeft om de politiek die 't voerde en
die op een wapengeweld moest uit-
loopen. In Juli 1914 is o.a. aan de En
gelsche regeering te verstaan gege
ven dat haar geheime onderhandelin
gen met Rusland over de marine-con
ventie bekend waren.
„Ik maakte de Engelsche regeering
op de ernstige gevaren opmerkzaam
die deze Britsche politiek voor den
wereldvrede inhield. Veertien dagen
later reeds kwam uit wat ik voorspeld
luid: als de oorlog is uitgebroken, laat
Engeland allen schijn vallen. Luid en
openlijk verkondigt het Engeland
zal strijden tot Duitschand is neerge
worpen, economisch en militair.
Daarop hebben wij (Duitschand)
aan onze vijanden maar dit céue ant
woord: Duitschland laat zich niet ver
nietigend Evenals de militaire heeft
ook de financioele kracht van Duitsch
land zich schitterend gehouden, zich
zonder omzien in dienst des vader
lands gesteld. Het economische leven
wordt in stand gehouden. Hot getal
werkloozen ia betrekkelijk gering. De
organisatiekracht, de organisatie-
kunst van Duitschland weet Ln aldoor
nieuwe vormen gevaren te voorko
men, schade te verhinderen. Geen
man, geen vrouw onttrekt zich aan
den vrijwilligen arbeid, geen wervers-
trom behoeft te worden geroerd, en
alles voor het eenige groote doel
voor het land der vaderen, voor do
hoop der kinderen, der kleinkinderen
alles to offeren aan goed en bloed.
Wanneer deze geest, deze zedelijke
grootheid des volks, .wanneer de mU-
hoenenmaal beproefde heldenmoed
van ons volk in wapenen door onze
tegenstanders a's militarisme ge
smaad wordt, wanneer zij ons Hun-
i«n en Barbaren uitschelden, wan
eer zij een stroom van leugsenis over
ons uitstorten, kunnen wij trotsch ge
noeg zijn, 0E6 daarover niet te ver
drieten."
De rijkskanselier schilderde „den
rondenbaarlijken geest, die de harteip
an het Duitsche volk doortintelt in
een nooit aanschouwde eenheid.
Duitachlund ruoet, Duitschland zal
overwinnaar blijven.
En wanneer de roemrijke, gelukki
ge vrede bevochten, ie, zullen wij de
zen geest hooghouden als de heilige
nalatenschap van dezen vreeselijk
eindigend, maar grooten tijd. Ik her
haal het woord, dat de keizer sprak
toen de oorlog uitbrak „ik ken geen
partijen meer, ik ken s'echts Duit
schers."
Als de oorlog geëindigd is, zullen
de partijen terugkeeren. Zonder par
tijen, zonder po'itieken strijd, geen
politiek leven, ook voor het vrijste,
meest eensgezinde volk. Maar wij zul-
'en er voor strijden ik beloof het
voor m ij n deel dat er in dezen
oorlog slechts Duitsc-hers mogen zijn.
Met iimigen dank gedenken wij
Duitschlands zonen, die voor de eer
van het vaderland het leven lieten.
Voor hun thans verlamden helden
moed veroenigen wij ons in de gelof
te, vol te houden tot den laatsten
ademtocht, opdat onze kinderen en
kleinkinderen in een sterker Duitech-
'aiKl, vrij. beveiligd tegen bruut ge
weld en bedreiging kunnen verder
arbeiden aan de grootheid van liet
Rijk.
Deze gelofte zal weerklinken tot
onze zonen en broedere, die verder,
strijden tegen don vijand, tot Dult-ch-
luf.d's hartebloed. waarvoor wij be
reid zijn alles te geven. Wij zullen
volharden totdat wij de zekerheid
hebben, dat niemand Let meer zal
wagon onzen vrede te verstoren, den
-rede, waarin wij het Duitsche be-
vustzijn, de Duitsche kracht zullen
ontwringen en ontwikkelen als een
rij volk." (Stormachtige toejuichin-
_en, die voortdurend worden her
haald in de gcheele zaal en op de
tribune wordt in de handen geklapt.)
Na deze rede van den rijkskanse
lier lie wil lig de de Rijksdag de ge
vraagde vijf milliard nieuwe oorlogs-
credieten. Alleen de sociaal-democraat
Liebkn-echt stemde tegen.
Na het slotwoord van den presi
dent wordt het oorlogscredietontwerp
aangenomen.
Stadsnieuws
De Oorlogsleening.
Do Vrijzinmig-Domocratisch© Bond
hïul Woensdagavond een vergadering
belegd in het gebouw van den Pro-
U-öMuitenbond, waarin Mr. H. P.
M a r c li a n t, lid dar Tweedie Ka
mer, liet wetsontwerp der Regeering
inzake de Ooi logsloenitig zou behan
delen.
Air. Al. Slingenborg, voorzit-
von de Haar Ionische of doeling,
opende do bijeenkomst met een ver
welkoming der aanwezigen. Mr. Slin-
genberg merkte op, dat het in weerwil
van den politioken wapenstilstand,
zaak werd geacht, om een zoo belang,
rijk politiek en economisch wetsont
werp, waarbij een leening -van 275
milhoen gulden word- voorgespeld,
ann een bespreking (e onderworpm.
Mr. M a r c h a n t eveneens voor
opstellende, dat er een politiek be
stand bestaat, voegde daaraan toe,
dat hij zich aan die bestand wilde
houden.
Ilij zette nu uiteen, hoe bet komt,
dal de Regeering behoefte heeft aan
geld, nL om de mobilisatie- ea crisis-
kosten te dekken. Als steeds is de schat
kist Veeg. Er moet dus geld zijn, cm
die kosten te dekken. Gewoonlijk
leent de Regeering, om haar uitgaven
te dekken, at is niets nieuws. Het
kom- er maar op aam, hoe die leening
wordt afgelost. Voor de gewone
schuld, wordt geld opgenomen bij de
Nederlandsehe bank, dat later in ean
Iccxiing wordt geconsolideerd. Voor
deze leening wordt dan rente en aflos
sing betaald.
Nu heeft me® buitengewone ui
ven, nl. militaire uitgaven voor de
mobilisatie en z.g. burgerlijke schuld
voor het steuncomité, de Belgische
vluchtelingen.
De Regeering wil voor deze kosten
geen gewon© iijdieüjk© leening sluiten
bij cle Nederl. Bonk, omdat daardoor
te veel geld wordt onttrokken aan
handel en nijverheid. Daarom is zij er
voor dadelijk een vaste leening aan te
gaan, ook vooir de uitgaven, die nog
gedaan moeten worden en tot dekking
van de mindere ontvangsten der ge
wen© middelen in do komend© jaren.
Daarvoor wil de Regieerimg nu een
geldleening aangaan van 275 mUIioen,
rentende 5 procent en af te lossen in
15 jaar. Rente en aflossing bedragen
per jaar 26 1/2 mfUioen grolden. Van
deze leening is nu niets te beleggen in
lmt buitenland. Het geld moet dus in
Nederland worden geplaatst. Men
vreest, dat de leening vrijwillig niet
geplaatst kan wordeu, vandaar de
prikkel, dat dwang zal gebruikt wor
den, indien niat vrijwillig voor 150
uiOlioen wdrd'i ingeschreven- Voor
dc rest zal in dit geval maar 4 pet
rente gegeven worden. Dwang zal dan
gebruikt worden tem opzicht© van
roert ichen me* een vermogen van meer
dan f 75.000 en de N-aarnl. Vemnoo:-
schappen.
Hiertegenover ontwikkelde Mr Mar-
chant het stelsel van Dr. Bc«, die in
de rente en aflossing gedurende 15
jaren te betalen, een gevaar ziet voor
de ontwikkeling van de sociale rege
lingen. Ook uit allerlei politieke par
tijen in ons land komt verzet tegen
de leening. Men zegt, dat de vlottende
schuld moet verlioogd worden, of dak
middelen moetoa gevonden worden,
om het bedrag sneller te dekken.
Wanneer d© voorgestelde rente en
aflossing betaald moeten worden,
moet rnen niet 275 rnillioen beulen,
doch 15 rnaail 26 1/2 millioen, d. i.
397 1/2 millioen golden. Beter dan dit
te doen, acht men het, dat een stel
sel wordt gevonden, waarbij he- ge-
heele bedrag zal gevonden worden
binnen den tijd, dal de oorlogstoe
stand duurt
Voor haar standpunt had do Regee
ring een theoretisch en practisdh
motief.
De tekorten zijn eensdeels buitenge
wone uitgaven, die men niet op den
huidigen belustingbeuler alleen l>e-
hoeft te leggen, zegt de Regeering.
Anderdeels zijn de kosten van zulk 'n
aard, dat die drukken moeten op de
loopende diens;©u. Daarom moet een
leening op vrij kOrten termijn gesloten
worden. Tlieorelisdh is de Regeering
in haar recht Zij mag de k-enuigs-
ko&ten leggen op een betrekkelijk lan
gen termijn, maar daartegenover
stua-, dat de regeering daartoe niet
verplicht is. Zij mag ook de leening
in zeer korten tijd afdoen.
Het practdsch voordoe! van de lee
ning, zooals de Regeering wil, is dat
het politiek bestand niet verbroken
w ordt Mr. Merchant juichte het be
staan vnn dit politiek beenand toe.
maar meende, dat liet niet zoover mag
gaan, dat men dit politiek bestand '.e
ver uitstrekt
Over het belastingstelsel hesman in
de verschillende partijen, zelfs in de
partijen zelf, verschillende opvattin
gen. Daarom is liet geen verbleken
van het bestand, wanneer men deze
leeningspkuinen crivisecrt
De Regeering wil echter geen critiek
uitlokken. Zij wil boven altes kleur
loos zijn. Doch dit is haar niet gelukt.
Tegenstanders en medestanders heb
ber de leenüigsplannen aangevallen.
it links en uit reclï-s is verzet ge
komen. Men was met tevreden met de
voorgestelde middelen van de dekking
van de kosten van "rente en aflossing
der leening.
In den loop der tijden heeft raen
de accijnzen op de oers-e levensbehoef
ten doen dalen. D evriyzkmlgen heb
ben daarnaar steeds gestreefd. Reeds
Thorbeekc deed in 1853 een voorstel
lot opheffing van de accijns op het
geslacht, 'ien lint© van den arlieider,
die een prikkel "cot ontwikkeling zal
hebben wanneer irreai hein in staat
stelt genietingen te inebben boven zijn
volstrekte levonsbelwafton. 61 jaor la
ter doen nu de geestverwanten van
Thorbecke een voorstel om cle vieesch-
accijne te verhoogen.
Komt dit ooirstel or door, dan zal
dit na den oorlog de positie van de
vrijzinnigen verslechteren, omdat
n«en hei den vrijzinnigen zal nahou
den. dat zij heblwm gestemd voor de
verhooging van de vlecschaocijns.
Ook dc verhooging van de auikerac-
cijns keurde Mr. Ma reliant af, hoewel
daartegenover staat, d do accijns
zelf zal worden verlaagd, terwijl de
de opcenten worden verhoogd.
Daarbij betreurd© spieker bft, dat
het z.g. „suikerpotje' wordt aange
sproken.
De opcenten op de invoerrechten
worden eveneens door Air. Marchant
gecritiseerd, mot een beroep op den
strijd, die bij de laatste verkiezingen
is gevoerd tegen de torielwet van mi
nister Kolkman. Deze tariefs-opcentcn
zijn daarom zoo af te keuren, omdat
zij er 15 jaar op zullen blijven. De
grootste grief tegen het worstel der
Regeering is. dat wanneer deze lee-
niiigs-annuïtelten 15 jaren blijven
drukkeu. van de sociale hervorming
uiers kan komen. Weliswaar kan
men van dezen minister van Fiuan-
ciën nog andere belastingen verwach
ten, bv. invoering vau Staats-erlrecht,
maar het is de vruag, of de Stateri-
Generaal daaraan wil. Dut valt te be
twijfelen, als men denkt nan bet "ka
baal, dat de inkoinstentelnsting inde
Eerste Kamer verwekte, ofschoon nu
deze inkomstenbelasting aan de Eer
ste Kamer wel door dc keet zal wor
den geperst.
Mr. Mnrchnnt merkte op, dat een
leening van 15 jaar de lasten niet legt
op het nageslucht, daarom zal de Re
geering goed doen, nog één stap ver
der te gaan en te doen wat spreker eu
de zijnen willen, namelijk heffing in
eens.
Zulk ©en heffing tnoens rnoct. een
belasting muir draagkracht zijn. ln
die belasting naar draagkracht dra
gen ook mee degenen, die geen be-
drijfsinkomstcn hebben, al betalen zij
geen belasting, omdat de arbeiders
liet meest getroffen worden door de
mobilisatie en de werkloosheid, ln
zulk een belusting zouden niet alleen
de groote vermogens behoeven te lis
talen. In een vergadering van geest
verwanten zeide een arbeider, die een
spaarbankboekje van f 1000 heeft, dat
hij niet begreep, waarom hij in een
oorlogsbe'asling niet een ƒ25 zou hij-
dragen. L»it zegt spreker «ls bewijs,
dut deze urbeider meer vaderlands-
lievend is, dan de vermogende, die
deelneemt in de leening tegen oen
rente van 5 procent.
Mr. Marchant erkende, dat oen be
lasting van de bedrijfsinkomens over
een jaar te weinig zou opbrengen.
Maar er is dit op te vinden, dat men
de jaarlijksche inkomens knpitali
seert en daarvan de belasting heft.
De spreker ontwikkeld© thans de
stelling, dat overal in het land vorzet
heerscht tegen het denkbeeld, om de
oorlogslasten te verdeelen over 15
jaar. Men wil er ineens al zijn. Die
heffing ineens moet niet op dit oogen-
blik geschieden, nu de oorlogstoe
stand het overzicht over de financiën
var. de ingezetenen onmogelijk maakt.
Daarmee moet men wachten, totdat
de oorlog voorbij Ls.
Mr. Marchant betoogde, dat de Re-
geeringsplannen omtrent verbetering
van onderwijs, sociale hervorming,
enz., niet zullen kunnen worden ver
wezenlijkt, indien dc leening er
komt.
Verder critiseerde de spreker een
artikel in „De Standaardwaarin de
schrijver heeft laten doorsoltemeren,
dat Dr. Bos het Kabinet-Cort van der
Linden zou hebben willen doen vallen,
om met Mr. Troelstra een nieuw Ka
binet te kunnen vormen. Dit axtikel
dateerde van 28 November. Blijkens
een artikel in „De Standaard" \au 1
December is echter Dr. Kuyper van
meening veranderd. Ook hij is het nu
met Dr. Bos eens geworden.
Waarom was Dr. Kuyper eerst voor
de leeningsplannen der Regeering
vraagt Mr. Marchant. En hij ant
woordt er op, dat voor de anti-revoln
tionnairen aan de leening twee voor
deden zaten, namelijk dat de leening
de sociale hervormingen der Regee
ring onmogelijk zou maken en dat de
Staatspensionneering voor onafzieri-
baren tijd van de baan zou zijn..Nu is
echter Dr. Kuyper in twee dagen van
meening veranderd, want in „De
Standaard" van 1 December verklaart
hij in te stemmen met de opvatting
van Dr. Bos.
Mr. Marchant schreef deze wijzi
ging van opvatting toe aan het feit,
dat Dr. Kuyper ingezien zou hebben,
dai alom in den lande een meening
heerschte. tegenovergesteld aan de
zijne. Ook de Regeering is tot toena
dering bereid, blijkens de mededeelin-
sren, die het Haagsch Corresponden-
tiebureau verspreidt en die stuksge
wijs bijna het karakter hebben van
een troonrede.
De heer Marchant besloot met den
wensch uit te spreken, dat ten-slotte
liet wetsvoorstel der Regeering zóó
gewijzigd zal worden, dat bet veran
dert in een heffing-ineens.
De redevoering verwierf veel bijval.
Van de gelegenheid tot debat werd
geen gebruik gemaakt, waarop Mr.
Slingenberg met een dankbetuiging
an den spreker de bijeenkomst sloot
GEVONDEN VOORWERPEN.
Terug te bekomen bij
M. Wolzak, Santpoorteretraat 36,
een roos. B. Meïs6e, Drossestruat 16,
een dasspeld. J. v. d- Veen, Jansstraat
23, een portemonliaie. S. Gnoenen-
daal, Bannesteeg 10 G, een rijwiel-
lantaarn. A. van Heems. Brouwers
vaart 146. een lwmtje. Bureau van
politie, een horloge. J. H. Deters, Du-
venvoordestraat 9, een lorgnet W.
Schouten, Oranjestraat 39, een arm
band. Bureau van politie, een lorgnet
in etui. D. Frijn, Da Costastraat 7,
een handschoen N. Ren, Ravesteeg
10 f, een armbandhorloge. A. Rij
broek, God. Voldersgracht 21, een
hond A. Drenth. 2e Zuidpolderstraat
42, een portemohnaie. J. van Veen,
2e Zuidpoldorstraat 10, (wee zilver
bons. C. Smit, Roosveldstraat 41, een
ring. B. R. v. d Berg, Da Costastraat
2-5, een handschoen. H. Burger, Hout
markt 49, een hondje. E. Bruine,
Maerton van Heemskerkstraat 38, een
kin dersabel. D. Steffers, Burgwal 67,
een handschoen. Bureau van Politie,
een brief (adres P. Abrahams). Swen-
nekens, Ged. Oude Gracht 110, een
hondje.
Uit de Omstreken
BLOEAIENDAAL.
LEZING VAN Dr. C. EASTON.
In een der zalen van Ilötel Duin en
Daal" sprak voor een aandachtig luis
terend gehoor de lieer Dr. C. Easton,
hoofdredacteur van het „Nieuws van
den Dag", over het onderwerp „Hot
streven van den Anti-Oorlograad".
De spreker werd ingeleid door Ds
J. A. v. Leeuwen, die begon met op te
merken, dat zoo heel weinigen zouden
gedacht hebben dat het noodig zou
zijn, om in het jaar 1914 een ver
gadering te beleggen met ©en
onti-oorlogstrekkiug. Evenwel bleek
het, treurig genoeg, noodig, en Dr.
Easton was, aldus spreker, zoo vrien
delijk geweest, dezen avond de begin
selen van den Nederl an dschen Anti-
Oorlograad uiteen te willen zetten.
Hierop verkreeg de heer Easton het
woord.
Hij begon met er zijn genoegen over
uit te spreken, dat men hem w aardig
had gekeurd, de beginselen, welke dc
„Raad" voorstaat, onder de men
schen te brengen.
Bij het publiek is een zekere teleur
stelling niet te miskennen geweest,
toen, na de stichting van het Vredes
paleis, cle oorlog met al zijn verschrik
kingen kwam. Toch ligt de schuld
vau die ramp niet bij de stichters van
dit gebouw.
Spreker zou er nooit vóór zijn,
om liet Nederlandsehe leger af te
schaffen. De kwestie van het zelfbe
houd komt hierbij ter sprake.
Iemand, die in een oerwoud de ont
moeting van twee olifanten aan
schouwt, gaal niet weerloos tusschen
die twee kolossen staan, maar wa
pent zich goducht om zich zoowel den
een als den ander van het lijf te hou
den. Zoo zal niemand ook dulden, dat
een dief zijn erf betreedt, maar steeds
trachten den indringer te verwijde
ren, en hieruit is te concludeeren, da',
een kleine staat nog wel clegelijk op
oorlogsgevaar voorbereid moet zijn.
Spreker wil niet afdalen tot de gru
welen die de oorlog met zich brengt
Veilig kan gezegd worden, dat wij
den tijd genaderd zijn, waarin ieder
den oorlog afkeurt al6 iets afgrijse
lijks. Een enkele jeugdige geunifvrm-
de mag den krijg al eens nuttig en
noodig noemen, zoodra li ij den kapi
teinsrang heeft behaald, deelt hij hot
algemeen gevoelen. Dit wordt bewezen
door wat generaal Staal schreef ln het
„Vaderland" Niemand kan ©en
voorstander van den oorlog «ijn.
evenmin als men een voorstander kan
zijn van bot onweer
KOmeude tot de gevolgen van den
tot nu toe gevoerden krijg, zeide spre
ker, dat uit dezen oorlog weinig za!
overblijven van wat de fantasie velen
deed gelooven. De thans zoowel onder
den grond als boven in de lucht ge
voerde krijg beeft veel weggenomen
vun het heroïsche, dat men altijd zicb
voorstelde als onafscheidelijk van
den oorlog te zijn.
Tol voor kort hoorden we zoo wei
nig van hel gruwelijke van den oor
log Kinderen, vooral jongens, spelen
graag met soldaatjes, 't Vechten wordt
al zoo vroeg bij de jeugd .en spel
Volgens spreker lag het op den weg
der opvoeders, den kinderen duide
lijk te inuken, waarvoor zij bezig zijn
zich al spelende te oefenen.
Sjireker wijdde nog eenigo woorden
aan liet overal voorkomend feit, dat
ieder land meent, dat hij het aan het
rechte eind heeft, een verschijnsel, dat
zóó oud is. als reeds oorlogen werden
gevoerd.
,,Is", zoo wordt gevraagd, „de oor
log niet «-ven noodzakelijk als eer
operatie bijvoorbeeld Is de oorlog
eigenlijk niet als een instituut te be
schouwen
Daar ligt iets waars in. Ontegen
zeggelijk is de oorlog een noodzakelijk
kwaad geweest. Spreker noemde
het in de lijn van de geschiedenis lig
gend, dut bijvoorbeeld de Roodhuiden
zoo goed als van de aarde verdwenen
zijn. De beschaving, die in Amerika
haar zegeningen bracht, moet men
tegenover dezen gruwel zetten.
Nog niet lang is het geleden, dal
landstreken, zelfs steden oorlog voer
den. Dat was bittere ernst. Spreker
herinnert zich uit zijn jeugd, dat :n
zijn dorp de veeten tussciien twee
buurten behoorlijk eiken Zaterdag
avond werden uitgevochten
Langzamerhand heelt rnen een an
deren toestand gekregen. Bondsstalen
zijn gevormd. Landstreken denken er
niet aan, tegen elkaar op te trekken,
steden nog veel minder. Wanneer
thans do krijg losbarst, gaat het tus
schen twee of meer staten.
Nu is het gemakkelijk, ora logisch
voort to i ede nee ren. Wanneer het
dus mogelijk was, ©enige staten zóó
bij elkaar te krijgeu, dat ze inzagen,
dat liet voor hun eigen rust en wel
vaart zaak was den vrede te bewaren,
dar. was men reeds goed op weg.
Evenwel, hier is toch nog veel tegen
in te brengen. Vooreerst worden
twee of meer staten nu eenmaal niet
tot elkaar gebracht.
De vorming van een groot rijk is
meestal het gevolg van een oorlog.
Duitschland toonde dat in 1870 en ook
Engeland was nooit Engeland van
tegenwoordig geworden, wanneer lie'
zijn oorlogen niet te voeren had ge
had.
Dut de tegenwoordige toestand be
gint te lijken op een kristallisatie
proces, dut bijna afgeloopen is, be
wijst dat verschillende stroomingen
in gelijke banen terecht zijn geko
men.
De oorlog is onzedelijk. La Fon
taine's fnbol „De wolf en het schaap"
komt ons in dezen tijd voor den geest.
O© getalsterkte bepaalt tegenwoordig
den uitslag van een krijg. Dat ver
klaart tevens, waarom er zoo weinig
rechtvaardigheid ligt in de tegenwoor
dige oorlogen.
Spreker !>eSiandelde daarna op
merking van .sommige raenschen, dat
oorlog toch niet weggaat; hij go-
loof,t da' zij daarmede vaak
an wakkeren.; mei. smeltend e.n
smachtend patriottisme zijn oorlo-c.
clcii in strijd; autocratiën zijm
ean voortdurend gevaar voor den
rede. De oorlog is onredelijk 'n
dien iemand op reis met een vreemd©
ling vriendschap heeft gesloten, moer:
hij dezen dan nis vijand besch'njiren,
an neer tusschen hun landen een
H.rkvz uitbreekt?
Na een rustpooze behandelde nr.
eenige vrrvreii, hem door eenïire 1*<»-
kens gestold.
lbema ging hij over tof een korte
uiteenzetting van de beginseie -ra
den Raad, dien hij vertegenwoordigt
Natuurlijk zou het publiek 'hans vra
gen: „Wat kunnen wij «ioen?" m als
spr. hierop geen antwoord gat, ecu
zijn houding zijn die van den loktor,
die na zijn diagnose te h-ehhën opge
maakt. zonder verder iets te zeggen,
vertrekt.
Toch is het spreker onmogelijk, om
te zeggen: ,.Do© zoo cn zoo, en de oor
log Is voorbij!" IXuiivoor zijn er te
veel moeilijkheden, dia men relfs
voor een klein gedeelte nog niet zou
kunnen overzien
Wel geloofde spr., dat de weg, dien
<le Anti Oórfograad gaat, vot het ge-
wenschte doel zal leiden. Het eerst©
beginsel komt hierop neer, dat do
Raad na den ooilog geen vrede wil,
di een nieuwen oorlog in zich draagt.
Voorla is de Raad van oordeel, dat
een duurzame vrede bereik1, kan wor
den, wanneer een aantal zoowel in
oorlog zijnde als neutrale staten zich
vereenigen .ot één grooten staten
bond, on ofschoon spr. voor zichzelf
nog niet volkomen er van overtuigd
ls, of deze oplossing nu wel de vol
komon juiste is, toch gelooft hij, dat
men doo'r zulk een Statenbond ten
minste zou voorkomen, dat één penno-
s.roek door iemand ergens gezet,
voortaan oorzaak zal wezen, dat be
schikt wordt over leven cai dood van
duizenden, niet alleen binnen, maar
ook buiten de grenzen van het rijk
van den vorst, die 't besluit 'cot den
obi-log vaststelde.
E©n langdurig applaus dankt© den
heer F.aston voor zijn hoeieude ver
dracht. Ds. J. A. van Leeuwen dank
te den spreker voor zijn heldere uitr
eonzevting der behandelde zaken en
gaf hen» de verzekering, dat het meefr-
ondeel der aanwezigen zou trachten
te werken in de richting door dan
hoer Easton aangewezen.