De Europeesche Oorlog.
Een wonderlijke Zaak
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDERDAG 10 DECEMBER 1914
In 't Westen wordt do strijd voortgezet. Oorlogsschepen der geallieerden
nemen weer aan den strijd deel.
Belangrijke toelichting op de groote krijgsbedrijven op 't Oostelijk oor-
Een groote overwinning van de Serviërs, 20.000 Oostenrijkers gevangen
genomen, 30 kanonnen veroverd.
Een zeeslag. Drie DnltSGhe kruisers door de Engelschen ln den grond
Op hei Westelijk
Oorlogsveld
De Duitsche stut meldt:
„Op het westelijk oorlogstooneel
Bluest hij Helms de hoeve Pècherta,
ofschoon daarop de Rood© Kruis-v'ag
woei, door Duitse lie troepen in brand
gescholen, worden, omdat door Duit-
bclie vliegers, door middel van pho-
iographccring, was vastgesteld', dat
zich dicht achter de hoeve een zware
batterij verborgen hield.
De aanvaren der Franschc-n op
Souain en do plaateen Varennes cn
Vauquois aan den oostelijken rand
van liet Argounerwoud zijn met ver
liezen voor do F ra nee hen afgeslagen.
In hel Aigonncwoud zelf is door de
Duitschers op velschillende plaatsen
terrein gewonnen. Hierbij hebben de
Duitschers ceta aantal gevangenen
gemaakt.
Bij de Dinedag gemelde gevechten
ten noorden van Nancy hebben de
Franachen zware verliezer» geleden.
De Duitsche verliezen waren betrek
kelijk gering."
Een F ra n e c h communiqué luidt:
„Van de zee tot de Lys duren de
artillcrie-dunJe voort.
Aan de Aisne eveneens; de geal'i-
eerden bleven in het voordeel.
In Argonne maakten artillerie en
cavalerie der geaE:e rden flinke vor
deringen, zii namen verschillende
loopgraven. De Duitschers deden een
foojvgruaf door mijnen springen.
De Fransohe artillerie aan de Maas
hoogten had de overhand over die van
de Duitschers. Hier en in het Argon-
ne-gebied maakten de Franecheu vor
deringen over do geheele lijm"
WAT DE DUITSCHERS DENKEN
VAN HUN VOORUITZICHTEN.
Over den toestand op het weste
lijk oorlogstooneel sprekende, zegt de
„Frunkf. Ztg." Voortdurend wordt
er langs do geheele versterkte Unie
gevochten, nu eens krachtiger hfer,
elan weer daar, maar het artillerie
duel is bijna nooit van de lucht. De
krachtige v.erslerking, met wallen en
loopgraven, blijkt steeds meer on
neembaar te zijn.
„En u bespreekt men op alle moge
lijke wijzen, wat er nu verder ge
beuren zal. Uit alle meendngen en
oordeelvellingen blijkt wel, dat ieder
een in liet duister rondtast. Hieruit
kan men alleman, dat do taktiek van
do Duilsohe legercommandanten, het
beste succes heeft. Maar wel hegint
men in te zien, dut wij dien wal ln
Frankrijk niet hebben opgeworpen,
om weer heen te gaan. En men be
grijpt heel goed, dat de overgang van
defensief tot offensief, de poging om
de Duitschers uit het vijandelijk land
te verdrijven, heel moeilijk is.
„De vraag blijft echter Wanneer
zullen wij den laatsten, bos'issenden
elag leveren legen den vijand, dien
wij reeds ver over zijn grenzen heb
ben geworpen? Dat kunnen wij met
vol vertrouwen overlaten aan ons le
gerbestuur.
YPEREN.
De oorlogscorrespondent van „De
Tijd" seint uit Duinkerken omtrent
bet laatste gevecht bij Yperen
Rond Yperen drongen de Duitschers
op en hebben met kracht hun aanval
len herhaald. De troepen der bondge-
nooten wisten evenwel al deze aan
vallen af te «slaan en den Du'tschers
gevoelige verliezen op verschillende
punten, vooral zuidwaarts van Ype
ren, toe te brengen.
Yperen zelf heeft in de 'aatste da-
fen minder van het geschutvuur te
ijden gehad. De verwoestingen wa
ren er overigens al erg genoeg. Be
halve de St. Martin us-kerk, het stad
huis en de oude hallen (aan wier res
tauratie nog niet gewanhoopt behoeft
te worden) zijn ook ten dce'o ver
nield het oude en het nieuwe mu-
11, het pa'eis van justitie, mooloj
gevels van woonhuizen, enz. En ter
wijl het geschut de kunstmonumen-
tern van vervlogen eeuwen niet spaar
de, bleef de kazerno ongeschonden.
De kerk van de II. Jacobus en de H.
Petrus en van de H. Nicolaas zijn
nagenoeg ongedeerd geblevenevero-
eens-de gevangenis, het station, het
ziekenhuis, hei hospitaal, het krank-
'unigengesticht, enz.
NIEUWE GEVECHTEN.
Aan 't „A'g. Handelsblad" wordt
geseind
Dinsdag heeft een heftige beschie
ting plaats gehad van de Belgische
kust door de vloot der bondgenooten.
Daar de kruieêra eenige ki'ometers
va» de kust verwijderd waren, tee-
kenden de rompen zich s'echts vaag
af tegen den liorizont. Alleen de vuur
stralen bij de losbrandingen duidden
de ligplaats der schepen aan. Het
moorddadige vuur scheen gericht op
de vooruitgeschoven linies en had
blijkbaar ten doel een voorwaarltclie
beweging van de Duitschers in de
richting Nieuwpoort te beletten.
Gedurende de beschieting kon men
een flotïlje vau drie torpedojagers een
verkenningstocht zien doen naar Zee-
brugge. De schepen verdwenen ach
ter de pier. Geen enkel kanonschot
werd up die hoogte gelost.
Van 't Oostelijk
Oorlogstooneel
OFFICIEEL NIEUWS.
Uit 't D u i tflche hoofdkwartier
wordt gemeld:
„Uit Oost-Pruisen zijn geen verde
re berichten ontvangen.
In Noord-Polen hebben Duitsche
troepen nauwe voeling niet do Rus
sen, die in krachtig versterkte posi
tie ten Oosten van Miazza halt heb
ben gehouden1.
Om Lowicz wordt doorgevochten.
In Zuid-Polen zijn de aanvallen van
de Oosten-rij ksch-Ilongaarsche (met
Deutsche troepen schouder aan schou
der vechtende) troepen met goed go-
volg hervat."
Een Fransch communiqué meldt:
„Van het Russische front wordt be
richt, dat de Duitse lie aanvallen zijn
afgewezen. Lodz Is door do Russen
ontruimd om strategische redenen.
I» Ga'icie hebben de Oostenrijkers,
blijkbaar Versterkt door DuUsche
troepen, het offensief tegen den Rus
sische» linkervleugel hervat."
De Russen erkennen thans (kit zij
Lodz ontruimd bobben. Maar zij be
weren. thans, dat zij dit gedaan heb
ben uit tactisch© overwegingen,
dar diat do Duitschers hen er direct
toe drongen. Bovendien geschiedde ds
frontverandering zone er dat de Rus-
ten één soldaat verloren.
Uit Petrogrnd wordt namelijk ge-
meid: „Een officieel Duitsch commu
niqué zegt, dat de Russen bij (1© ont
ruiming van Lodz aanzienlijk© ver
liezen bouden hebben geleden. Dit is
onjuist en blijkt wel uit liet feit. dat
d© Russische troepen zich uit Lodz
terugtrokken togen middernacht den
6c-n December en d© Duitschers gedu
rende kiijtten uur onbewegelijk ble
ven voor de ledig© Russisiciio loop
graven, ©n niet verder dorsten. Bij do
vroeger plaats gehad hebbend© aan
vallen hadden do Duitschers meer
dan t-enduizend man verloren.
Eerst 's middags 3 uur waren d©
Duitschers in staat to constate©ren
dat zij niemand tegenover zich had
den. Hierna trokken zij do stad bln-
311.
Bij hun posït,«veranderingin de
omgeving van Lodz verloren de Rus
sen geen enkel toldaat. Zij voerden
deze manoeuvre uit nadat zij iiadde-i
vastgesteld dat de Duitschers van el-
ken verderen aanval daar afzagen,
zoodat do Russische terugtrekkende
beweging plaats vond geheel afge
scheiden van ©enigen aandrang door
de Duitschers".
Volgens te Kopenhagen uit Petro-
gr.ul ontvangen berichten, zijn be
halve generaal Rennenkampf nog zes
generaals van het Russische wéster-
teger van hun commando ontheven.
Naar verluidt werden zij door het mi
nisterie van oorlog ter verantwoor
ding opgeroepen.
EEN TOELICHTING VAN DUITSCH-
OOSTENRIJKSCII STANDPUNT.
Een Hongaarsch blad bevat de vol
gende (door den censor goedgekeur
de; beschouw ingen over de jongste
gevechten in Polen
Het slagveld in Polen loopt onge-
'er van de monding van de Bzura,
over Lovicz, Lodz naar Sieradz, gaat
dan in een stompen hoek ten deele op
den Oostelijken oever van de Wart a
tot in de streek van de ombuiging
van de Warta ten Noord-Oosten van
Czenstochowa en van hier tot in de
buurt van Krakau. De strijdlinie in
het Noorden heeft het front gericht
naar het Zuid-Oosten. De uiterste
linkervleugel reikt tot op zeventig
kilomeier van Warschau.
Reeds rekenen de Russen op een
nieuwe omsingeling van Warschau
deze zou echter ditmaal een geheel
ander karakter dragen als bij het
eerste offensief aan den Middcn-
Weichsel; toen stonden reusachtige
Russische troepenmassa's op den Oos
telij kon We'clise.l-oever gereed en
hun, door goede spoorwegen en. het
brug,gehoofd bij Warschau gestèüiill,
verrassend snel ingrijpen beeft het,
Duitsche legerbestuur tot wijken cn
een nieuwe groepeering aanleiding
gegeventhans heeft Rusland bijna
zijn geheele macht in het veld ge
bracht. Drie i».reserve gehouden le
gers zijn reeds meer dan een, week
in gevecht. Een er van werd, aan de
Bzura 'h de streek van Lowicz opge
steld, maar kon het terugwijken van
den ten Zuid-Oosten van Plock «taan-
don Noordelijken Russischen vleugel
niet be'etten.
AHe Russische aanvallen strandden
dientengevolge onder vreesehjke ver
liezen op de Duitsche linten. De aan
de Bzura opgeheven Duitsche vuist
bedreigt den terugtocht van bet Rus
sische leger op Warschau. De gebeur
tenissen nemen het door de Duitschers
en Oostenrijkers voorzien© verloop,
zooals de generale staf geconstateerd
heeft. Als het voor de Russen goed;
gaat, zou het den aan de Bzura staan-
den Russische» troepen gelukken,
naar Warschau terug te keeren.
Het Russische centrum zou dan de
richting naar en aan beide zijden van
Iw.mgnrod moeten nemen, want het
Duitsche en Oostenrijk-Hongaarsche
front tusschen Lodz en Sieradz heeft,
a's gezegd; het front naar het Zuid-
Oosten gewend. In deze richting heeft
de druk plaats. Verslagen troepen
gaan in den regel in de verlenging
van het etrijdfrorit, dat zij het laatst
ingenomen hebben, terug. De met
groote hardnekkigheid om de Noor
delijke deelen van het slagfront plaats
hebbende strijd werpt het kaartenhuis
va» Russische zijdelingsche aanval
len op Czenstochowa en Krakau ten
Noorden en ten Zuiden van den Bo-
vea-Weichsel omver. De» Russen is
liet, ondanks liet aanvoeren van ster
ke reserves, niet gelukt, in de streek
van Czenstochowa eenige voordeelen
te behaten. In het Zuiden houdt het
voortreffelijk verdedigde Krakau de
Russen vast De strategie der Russen
is zeer door politieke overwegingen
geleid. Een latere Critlek zal hun ver
splintering der krachten verwijten.
DE DUITSCHERS UIT DE RUS
SISCHE OMSINGELING.
Aan een brief, door een Duitsch
soldaat, die den Rtissischen veldtocht
meemaakt, aan zijn familie .gericht,
ontleent „der Tag" ongeveer 't vol
gende ((ie vertaling i© van „De Te
legraaf'.)
V... bij S., 27 November... Dat ik
u lieden nog een groet kan zenden,
beschouw ik als een groot geluk, want
gisteren, eergisteren en al verschil-
lende andere dagen, had ik al een
streep door mijn levenerekening ge
maakt,
Het Russische leger bij Lodz, waar
bij zich grootvorst Nikolai Nikolaje-
wtt'z moet bevonden hebben, was door
ons ingesloten. Iladdon wij tijd ge
noeg geluid, dan zou 'hel ons gelukt
zijn, hel geheele leger te vernietigen;
onze ring was dun, maar van slevig
metaal. Wij bevonden ons te Wiskit-
no in <lc onmiddellijke nabijheid van
Lodz. Des avonds zagen wij vuurpij
len uit do stad opstijgen, die waar
schijnlijk nis hulpkreten moesten op
gevat worden en bestemd voor een
naderend Russisch óntzettinjgsleger.
Siberische regimenten, goed uitgerust
in dikke pelsmantels, waren t© Shier-
niewice uit de treinen gestopt en ruk
ten nu via Rawn in het Zuiden op,
langs de plaateen, die vroeger door
ons gepasseerd waren.
Zondag kwamen er zeer verontrus
tende berichten. Brzezina, waar zich
onze gewonden bevonden, was in be
zit van de optrekkende Russen, onze
terugtocht was dus afgesneden, wij
waren omsingeldTcigdijkerlijd
hoorden wij nic-ts meer van de colon
nes, wier behoud voor ons een levens
kwestie was. De meesten" van ons
werden zenuwachtig, eenigen ze'fe
radeloos, ei» wij begonnen over thuis,
het verleden en de toekomst te praten,
om ons zelf gerust tc etc"en. Wij
waren in afwachting van nieuwe be
velen om terug te trekken op de plaat
sen vanwaar wij den vorigen dag wa
ren gekomen, maar deze bicven uit
en wij moesten dien nacht op het
open veld kampeeren. Tegen den
avond van den volgenden <iag, kwam
eindelijk de OiYk-r om op B. te reti-
reeren, waar achter de huizenrij de
granaten sprongenik bevond mij
onder een afdakje van een smidse.
Een vreeselijk geluld, gedonder van
het geschut, het geratel der infante-
rie-gfeweren... cn verstikkende damp...
ik meen mij» bezinning te verliezen.
Als het mij gelukt, naar buiten te ko
men, zie ik een ontzettende verwar
ring alles rent daar dooreen, voor
de smidse liggen drie doode paarden,
in de sloot omgevallen wagens, wat
zich bewegen kan, vlucht weg, de
colonne Is uiteengespat. Ik zié mijn
kameraad door een granaatscherf ge
wond, nog loopt hij even door, dan
zijgt hij ineen, twee anderen sne'len
toe en ieggeni hem in een wagen. Dit
gaf eenig oponthoud, maar na een
half uur waren we weer zoo'n beetje
bij elkaar. De bijzondierheden over het
geen ik zoo op straat zog, drongen
eerst later tot mijn horsenen door. Op
dat oogënblik was denken onmogelijk.
Toch bleven wij nog een nacht te W.,
en wederom zocht ik mijn schuil
plaats in do smidse op. Van slapen
was natuurlijk geen sprake. Ilee1
vroeg in den morgen sloten wij ons
aan bij een wagencolonne, die in
zuid-oostelijke richting voorttrok. Wij
gaven het plan op, om de Russen in
Lodz vast te houden cn trachtten nu
zelf uit den Ru9sischen ring te gera
ken. De vijand volgde ona op den voet
Behalve onze eigen wagens, ka
nonnen enz., moesten wij nog 6000
gevangenen meenemen, terwijl de ge
wonden ons nog de meesto zorg baar
den, omdat hun toestand, door het
schokken der wagens op de eleohte
wegen, zeer verergerde. Eenigen stier
ven dan ook op d'cn tocht en werden
aan den kant van den weg begraven.
Tegen den middag hadden wij den
staf bereikt, die zich in de onmiddel
lijke nabijheid van een nieuw slag
veld ophield. Het gevecht was dus in
vollen gang. Uit een buitgemaakte
Russische veldkeuken konden wij ons
eten halen, en wij wilden het juist op
or>s gemak .verorberen, toen uit een
naburig boschje het infanterio-ge-
weer weer knetterde. En wat nu volg
de, was verschrikkelijk, hee'e rijen
vijanden zagen wij op ons afspringen,
hun geweren afschieten en weer dui
kend. om diezelfde beweging nog
eens te herha'en. Honderden wagens
met onze gewonden rolden weg, den
berg af, 't was een geschreeuw en
go-rentot er eindelijk een bevel
klonk... „hall!", honderdvoudig her
haald.. „Alles, wat geweren draagt,
naar voren I" Ik snel vooruit Een
compagnie wordt geformeerd, een lui
tenant neemt de leiding en wij ren
nen op hel boschje toe en nemen daar
zestig Russen gevangen. Ik b'eef bij
mijn compagnie en marcheerde ver
der, tot wij op een open plek in het
woud kwamen, waar de vijandelijke
granaten bij dozijnen sprongen. Daar
troffen wij andere afdeelingen van
het ...regiment, en bij dc eerste com
pagnie van dit regiment werd ik in
gedeeld. De vijand was verder terug
getrokken. De aanval op onzen trein
was door een vooruitgeschoven Rus
sische compagnie ondernomen, nu
naderde do hoofdmacht waanschijjUr
lijk.
Na geruimën tijd moeten we weer
haU houden, we waren ver ln noord
oostelijke richting opgerukt, plolse-,
ling fluiten opnieuw de kogo's om
ons heen, we laten ons allen plat op
den grond vallen, een andere com
pagnie, die ons voor was, beantwoord
de het vuur; na tien minuten houdt
het op, en zien we onze hoofdmacht
naderen, die met hoera-gcroep wordt
begroetdan gaat het verder naar de
plaats, waar zich do «laf bevindt.'
Voor dien dag was het gevecht geëin
digd.
Wij hadden ons een doortocht, ge
baand door het woud en bleven dien
nacht in een dorp, waar zich ook ver-
soheidene Russische gevangenen en
gewonden bevonden.
Midden in den nacht redon drie ko
zakken uit het bosch het dorp binnen,
die neergeschoten werden. De vijand
bevond zich dus nog in de onmiddel
lijke nabijheid.
Den volgenden morgen hoorden wij,
dat een brigade van ©én onzer divi
sies do stad B. stormenderhand ge
nomen had, waarmedo het lol van o»r
ze divisie beslist was.
Wij hadden nu de aansluiting ver
kregen met onze troepen» in het Noor
den en onze terugtocht was gedekt...
De „Voss. Ztg." bevat een brief van
een vice-feldtwebel, d.e n»et een land
weerregiment op het oostelijk oortogs-
terrein is. Deze schrijft daarin over
de Russen:
„Heden stool ons regiment negen
uur lang in een zwaar infanterie- en
ajlillerievuur; het was ontzettend.
Een geweervuur, zooals wij nog n:et
beleefd hefcfcfrn. hagelde op ons. Ver
schillende malen hebben wij gestornvj
en na heftigen tegenstand eindelijk
den vijand teruggeslagen, en honder
den gevangen genomen. Dat moet
van de Russen gezegd worden, zij
schieten nB'et slecht en hunne artille
rio is vaak zeer uitstekend, vooral in
den waamem-iugsdienst. Gij moet ook
do velo ongxnstig© beoordeelingen
over de Russische soldaten niet letter
lijk opvatten; er zijn zeer groote uit
zonderingen. Zeker, onder de reus
achtige troepemmassa's is zeer veel
minderwaardig volk; maar wij, Oio
hier in het veld staan en alles niee-
mstken, zijn er ver van de Russisch©
troepen te minachten; en huu.no aan
voering, al kom zij niet met de ona©
vergeleken worden, is lang niet zon
der beteeken is. Gij kunt niet geloo-
venwelk een onbegrensd vertrou
wen de Russische soldaat lieeft in
zijn aanvoerders. Men moet de gevan
genen daarover hooreul
„De aanvoerder is voor de troepen
zooiels als een hooger weien, tot wten
hij in rotsvast vertrouwen en blinde
vereering opziet. Dat is een geheel an
dore verhouding, dan due van oivz©
soldaten en hun vereering voor een
grooten generaal. Maar het is te ver
klaren uit het geheel andere bescha
vingsniveau van de eenvoudige Rus
sische soldaten en de patriarchale toe
stonden onder het geheele volk. Dit
geJdt vooral van do hoogere officie
ren, de legeraanvoerders, vooral van
den generalissimus grootvorst Niko-
laas Nikolajewitsj. Tot hem ziet de
gewone man, in het leger en achter
het front, op met een enthousiasme
ja, volgens verklaringen van gevan
genen geloof ik niet te voel te zeggen
met een vereering, alsof hij een
heilige isi fwkulaas Nikolajewitsj,
de afstammeling en vertegenwoordi
ger van het kuis Romanof, de gewel
dige generalissimus niet zijn reuzen
gestalte, aan wien nuliioenen gehoor
zamen in hem zien de soldaten en
de kleine burgers den nationalen he
ros, den wreker en redder vau het
heilige Rusland. Zij naam staat op
de vaandois est hem volgen de duizen
den met blinde doodsverachting, in
liet vernietigende vuur van den
vijand".
Op het Zuidelijk
Ocr'ogstooneel.
D. correspondent var. do ..Sccolo"
seint uit Nish dat men daar zeer ver
heugd is over een grooto Servische
overwinning op den rechtervleugel
aan de Kolubara en op den linkervleu
gel bij Vri'.jevo, waar do Serviérs Ma
lven en Suhobor bezetten. De Oosten-
ijkers zouden in Noordwestelijke rich
ting op de vlucht geslagen zijn met
achterlating van gewonden en een
hoeveelheid munitie en provisie. Zij
werden door do. Serviërs achtervo'gd
en waren niet in staat nieuwe stel
lingen to bezetten of z'ch te ver
schansen. De Serviërs namen 3000
Oostenrijkers gevangen, onder wie
vijf hooggeplaatste militaire autori
teiten. Bovendien veroverden zij 6
stukken berggeschut, 16 snelvuurka
nonnen, een hoeveelheid geweren en
patronen en een veldtelefoon.
Volgens een telegram van het „Ceiv
trial News", uit Rome, me'dt. een of
ficieel communiqué, dat, de Serviërs,
na versterkingen ontvangen te heb
ben, tot het offensief zijn overgegaan
cn dat koning Peter zich naar het
front heeft begeven.
EEN GROOTE OVERWINNING
DER SERVIëRS.
Een officieel Servisch bericht
makt bekend, dot do Serviërs een
groote overwinning behaalden. Val-
jewo en Uzitso zijn door do Serviérs
hernomen. Twee Oostenrijkscfi© leger
corpsen worden verslagen. De Ser-
fiëro namen 20.000 Oostenrijkers ge
vangen en veroverden 50 kanonnen.
DF. VERLIEZEN DER SERVIëRS
EN MONTENEGRIJNEN.
Aan de „Daily Chronicle" wordt uif
Milaan gemeld, dat de Servische pre
mier in ecu interview verklaarde, dat
dc Serviërs 100000 man verloren had
den.
Koning Nikiïa van Montenegro ver
klaarde, dat de Montenegrijnen, hoe
wel zij een derde van hun oorspronke
lijke strijdmacht verlóren hadden,
niet allecen hun eigen grondgebied te
gen een inval verdedigen, maar ook
den oorlog voeren in hei vijandelijk
gebied.
Verspreid Nieuws
van de oorlogsvelden
EEN DUITSCHER OVER DE
KLEURLINGEN BIJ DE
GEALLIEERDEN.
D© Belgische oorlogscorrespondent
vau d© „Köln. Volksz.'' vertelt bijzon
derheden over de gekleurde hulptroe
pen van de Engelschen in Vlaanderen
en van hun wijze van vechten. De
Gurkha's zijn kleine menschen van
©oil type, dat op het Mongoolsche lijkt.
In een open veldslag of in de loopgra
ven zijn zij in het geheel niet of zeer
slecht te gebiuikea. In dez© stellingen
hóuden zij het niet lang uit, te minder,
omdat zij zeer slechte schutters zijn.
Daarentegen hebben de Duitsche voor
posten veel last van hen, als zij des
nachts op zoogenaamde sluippatrouil-
le de voorposten trachten te overval
len Meestal sluipen twee, slechts zel
den drie man, langs den grond, mi-
ken uiterst handig gebruik van allo
voordeelen van het terrein, tot zij
een schildwacht kunnen naderen, ctio
plotseling door oen messteek getrof
fen geluidloos ineen zakt. Kunnen zij
hun vijand niet met de hand bereiken,
dan werpen zij op de manier der In
dianen hun mes naar hen. Een afzoe
ken van het terrein helpt gewoonlijk
niet, want de kerels verdwijnen even
onhoorbaar als zij gekomen zijn. Het
mes weegt ongeveer vijf pond, is arm
twee kanten geslepen, sikkelvormig,
loopt van beide kanten naar het mid
den dik toe, waardoor de wond© bij
zonder hevig wordt.
Ook d© Sikhs bezitten dergelijke
wapens, gebruiken ze tot uu toe ech
ter slechts als een bajonet op het ge
weer. Zij zijn de beste onder de Indi
sche troepen. Groot, stevig gebouwd
en slank, worden zij als aanvalstroe
pen gebruikt. Zij vormen als zoodanig-
©en niet te verachten tegenstander.
Als gevangenen houden de Indiër*
zich betrekkelijk kalm, in tegenstel
ling met de Turco's, di© vaak ruzi«
zoeken onder elkaar.
Het is een vaak voorkomende ver
keerde opvatting, dat de Zouaven-
regimenten ook kleurlingentroepen
zijn. Zij bestaan integendeel bijna uit
sluitend uit Parijzenaars. Maar da
uniform is dezelfde als die van do
Turco's, daar zij in vredestijd in Al
giers dienst doen en hun uniform c-en
concessie is aan de bevolking aldaar.
Buitengewoon groot, zoo merkt da
correspondent verder op, moet bij on
ze vijanden do moeilijkheid zijn, om ai'
Feuilleton
door GUY BOQTHBY.
12}
Do komst van den knecht die kapi
tein Webster een brief overhandigde,
belette den jongen man voort te gaan.
Do oude hoer opende het schrijven en
slaakt© ecu kreet van verrassing,
men kon het hem duidelijk aanzien
dat het een gewichtig© tijding be
helsde.
Is ar ©enig bozwaar, manlief?
vi-oog zijn vrouw van liaar breiwerk
opziende.
Neen, antwoordde liij, allean
begrijp ik den Inhoud van dezen brief
niet recht.
Hij bestudeerd© hem andermaal en
scheen er nog goem vat oip to krijgen.
Zijn vrouw en Laving ten sloegen hem
voortdurend angstig gade, want zij
bespeurden slechts al to goccl dat er
lots bijzonders in, aantocht was. Ver-
scheiden minuten achtereen bleef de
kapitein vóór hot vuur staan, den
briof herhaaldelijk, van voren af aan,
cverleaondo. Daarop scheurde hij
dim iu duizend stukken en wierp dte
in het vuur.
Het was au doodstil in het vertrek.
Mevrouw Webstor hield onafgebro
ken do oogen op haar man gericht.
Zij had hem nooit zóó zien trilleo. La-
vington wit niet wat te doen, en.
daar hij niets van dez© zaak kende,
kou hij geen raad geven ofschoon hij
zeer goed inzag dut er iets niet in
ord© was en hij vreesde dut hij in
zeker opzicht èr bij betrokken zou zijn.
Do lang© stilte die nu volgde had
een benauwend© uitwerking op hen
allen; de kapitein was echter de eer
ste, d'-e. ten slotto da stilt© verbrak.
Ik moet even voor zaken do deur
uit, zei hij lk lnoop dat jelui mij
wilt ©xcuseeren. Ik vraag mij af.
waarom cl© menscJion iemand altijd
op zulk© ongelegen oogenbl'ikkion las
tig vollen.
Dit zeggenmd© zag hij niiet Luving-
ton» maar wel zlju. vtouw aan.
VIERDE HOOFDSTUK.
Nog ruim één uur, nadat kapitein
Webster vort rokken was, bleef La-
rington in cl© woonkamer met do da
me.; zitten praten. Hij wild©, zoo mo
gelijk gaarne d© terugkomst vuu den
ouden lieer afwachten vóór dut hij
zich naar huisi begaf, ten einde jire-
cies te weten hoe hij zich, van nu af,
ten opzachto van Deatrico zou moeten
gedragen. Hij besefte dat zij onmoge
lijk dag aan dag op oen gewoon
vriendschappelijke» voet met elkan
der zouden kunnen omgaan, terwijl
ri j elkaar zoo zielslief hadden, maar
toen het elf uren werd en de kapitein
nog niet terug was besloot hij dit on
derhoud met hem tot een volgenden
keer te verdagen. Hij stond juist op
om afscheid to nemen teen. er eens
klaps hard aan do voordeur werd
gescheld.
Daar zal do kapitein zijn, zei La
ving ton, blij <lat hij hem nu nog 2©u
kunnen spreken.
Ik vrees van neen, antwoordde
Beatrice, Papa zou niet bellen,
tenzij hij zijn sleutel vergeten Mocht
hebben.
Even later kwam do meid binnen
om aan mevrouw Webster t© zeggen,
diat (in heer George Marshall verzocht
don heer des huizes even over een
dlringend© zaak te mogen spreken.
Heb je niet gezegd, dat mijnheer
niet thuis was? vroeg haar meesteres.
Ja, mevrouw, antwoord-ia het
meisje, maar hij zei dat het een
zaak van zooveel gewicht betrof dat
hij gaarn© do thuiskomst van mijn-
lieer zou afwachten.
Waar is Mi?
In d© rookkamer, mevrouw.
liet moet wel iels dringend zijn,
dot hij op dit uur komt, zei mevroi w
Webster. Ik zal blij zijn als Wil
liam terug is, en daarop, zich tot liet
dienstmeisje wendende, ging zij voort:
- Zeg maar aan dien mijnheer dat ik
mijn man ieder oogen blik thuis ver
wacht
Het meisje ging óoz© boodschap
overbrengen en harington nam we
derom plaats. Andermaal verliep er
eon half uur, zonder dat de heer des
huizes opdaagdo.
Wat kan hem toch zoo lang op
houden? vroeg mevrouw Webstar nu.
llij blijft 's avonds nooit zoo laat uit.
Ik ben bang dat dm vreemde heer
ongeduldig zal worden, zouden wij
hem met kunnen overreden om mor
gen vroeg terug t© komen?
Zal ik het hem eens voorstellen?
vroeg Larington, misschien kan ik
hom wel daartoe bewegen.
Graag, antwoordde mevrouw
Webster, dio rich hoe langer hoo on
geruster begon to maken, over liet
uitblijven van haar man. Het is
c©n van d© zonderlingste dingen, die
ik ooit oi mijn leven ondervonden
heb.
Lavinigton ging nu naai' liet healig-
dioni vuu den kapitein en men kan
rich zijn verhazing voorstellen toc-n
liij de deur openend*, rich van aange
zicht tot aangezicht geplaatst zag
tegenover don man, dien hij dienzeif-
deai morgen op het perron van Cha
ring Cross had gezien en <11© hem la
ter, bij lwt Instappen van de cub, zóó
was opgevallen. In het eerste oogën
blik heen heul dit zoo vreemd toe,
dat hij Iwijledde of hij wel goed had
gezien, maar hij poogde niets van
zijn verrassing te doen blijken cn
vroeg alleen maar.
Kan ik u .ook met liet een of an
der van dienst zijn? Ik ben bang dut
het tang© wad ten uw geduld uitge
put zal hebben.
Dat maakt voor mij niets uit,
antwoordde de vreemdeling en het Ss
beslist noodiig, dot itk kapitein Web
ster vanavond nog spreek. Ik \ertiek
morgen vroeg naar Parijs en het kan
maanden duren voor ik terugkom.
Wij zijn oude vrienden cn lu bben
veel zaken met elkander af te doen.
Weet u zeker dat u mij niet kunt
opdragen hem te zeggen wat u van
hem verlangt? vroeg I.avingten.
Neen, daar is geen sprake van,
antwoordde de ander, ik zal nog
een half uur wachten en, als h'ij dan
niet terug ie, een briefje voor hem
achterlaten.
Doe zooals u wilt, zei Lavuigton,
ik vertrouw dat kapitein Webster
nu wel gauw zal terug komen, Mo3
ik u terwijl een sigaar aanbieden?
Nadat de vreemdeling de hem aan-
gelxxLen manilla had opgestoken,
vroeg Larington hem weer:
Kent u kapitein Webster al lang?
Ongeveer twintig jaren-, luidde
het antwoord. Wij hebben samen
voel zaken gedaan toen hij oj) China
voer, en juist daarover zou ik hem nu
nog eens graag spreken. Er zijn nieu
we wetten m bewerking en wij moe
ten daardoor ook andere maatregelen
nemen.
Lavington zei daar niets op, maar
overlegd© wel bij zichzelf of bij daar
van geen partij zou kunnen trekkeq
om aijn rechtskundig© adviezen pro,
ductïef t© maken. Er ging wederorz
c©n kwartier voorbij en nog aïtijé
draagde de kapitein niet op. Wat kou
hem wedervaren zi.n'?
lk vrees dat ik nu toch niet l&n,
ger ka» wachten, zei d© heer Mars
hall ten slotte. Zoudt u mij evee
een stukje papier willen geven, opdo»
ik hem schriftelijk kan mededeelei
wat hij beslist moet weten.
Larington gaf den ander het be
moedigde en toon d© brief klaar was
zette hij dien tegen de pendule, oj
den schoorsteenmantel opdat de kapii
tein hem dadelijk zou zien, als hij d#
kamer inkwam. Toen nam do vreem
deling afscheid, na Lavington zij*
leedwezen te hebben betuigd, dat hi
hom zoo lang had opgehouden. Ik
jonge man keeide daarna in d<
woonkamer terug ten einde nu ©ym
eens do dames vaarwel t© zeggen
Mevrouw Webster was blijkbaar zee»
ongerust en zei niet t© kunnen begr j
pen waar haar man zoo lang bleef c»
Lavington gevoeld© zich eveneens tq
leurgeeteld dat hij nu niet roent wia
hoe hij in het vervolg ten opzicht,'
van Beatrice moest handelen, maü
er viel niets aan te doen, hij kon tocl
niet langer bljiven wachten.
(Wordt vervolgd).