De Europeesche Oorlog. Een wonderlijke Zaak TWEEDE BLAD. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 10 DECEMBER 1914 In 't Westen wordt do strijd voortgezet. Oorlogsschepen der geallieerden nemen weer aan den strijd deel. Belangrijke toelichting op de groote krijgsbedrijven op 't Oostelijk oor- Een groote overwinning van de Serviërs, 20.000 Oostenrijkers gevangen genomen, 30 kanonnen veroverd. Een zeeslag. Drie DnltSGhe kruisers door de Engelschen ln den grond Op hei Westelijk Oorlogsveld De Duitsche stut meldt: „Op het westelijk oorlogstooneel Bluest hij Helms de hoeve Pècherta, ofschoon daarop de Rood© Kruis-v'ag woei, door Duitse lie troepen in brand gescholen, worden, omdat door Duit- bclie vliegers, door middel van pho- iographccring, was vastgesteld', dat zich dicht achter de hoeve een zware batterij verborgen hield. De aanvaren der Franschc-n op Souain en do plaateen Varennes cn Vauquois aan den oostelijken rand van liet Argounerwoud zijn met ver liezen voor do F ra nee hen afgeslagen. In hel Aigonncwoud zelf is door de Duitschers op velschillende plaatsen terrein gewonnen. Hierbij hebben de Duitschers ceta aantal gevangenen gemaakt. Bij de Dinedag gemelde gevechten ten noorden van Nancy hebben de Franachen zware verliezer» geleden. De Duitsche verliezen waren betrek kelijk gering." Een F ra n e c h communiqué luidt: „Van de zee tot de Lys duren de artillcrie-dunJe voort. Aan de Aisne eveneens; de geal'i- eerden bleven in het voordeel. In Argonne maakten artillerie en cavalerie der geaE:e rden flinke vor deringen, zii namen verschillende loopgraven. De Duitschers deden een foojvgruaf door mijnen springen. De Fransohe artillerie aan de Maas hoogten had de overhand over die van de Duitschers. Hier en in het Argon- ne-gebied maakten de Franecheu vor deringen over do geheele lijm" WAT DE DUITSCHERS DENKEN VAN HUN VOORUITZICHTEN. Over den toestand op het weste lijk oorlogstooneel sprekende, zegt de „Frunkf. Ztg." Voortdurend wordt er langs do geheele versterkte Unie gevochten, nu eens krachtiger hfer, elan weer daar, maar het artillerie duel is bijna nooit van de lucht. De krachtige v.erslerking, met wallen en loopgraven, blijkt steeds meer on neembaar te zijn. „En u bespreekt men op alle moge lijke wijzen, wat er nu verder ge beuren zal. Uit alle meendngen en oordeelvellingen blijkt wel, dat ieder een in liet duister rondtast. Hieruit kan men alleman, dat do taktiek van do Duilsohe legercommandanten, het beste succes heeft. Maar wel hegint men in te zien, dut wij dien wal ln Frankrijk niet hebben opgeworpen, om weer heen te gaan. En men be grijpt heel goed, dat de overgang van defensief tot offensief, de poging om de Duitschers uit het vijandelijk land te verdrijven, heel moeilijk is. „De vraag blijft echter Wanneer zullen wij den laatsten, bos'issenden elag leveren legen den vijand, dien wij reeds ver over zijn grenzen heb ben geworpen? Dat kunnen wij met vol vertrouwen overlaten aan ons le gerbestuur. YPEREN. De oorlogscorrespondent van „De Tijd" seint uit Duinkerken omtrent bet laatste gevecht bij Yperen Rond Yperen drongen de Duitschers op en hebben met kracht hun aanval len herhaald. De troepen der bondge- nooten wisten evenwel al deze aan vallen af te «slaan en den Du'tschers gevoelige verliezen op verschillende punten, vooral zuidwaarts van Ype ren, toe te brengen. Yperen zelf heeft in de 'aatste da- fen minder van het geschutvuur te ijden gehad. De verwoestingen wa ren er overigens al erg genoeg. Be halve de St. Martin us-kerk, het stad huis en de oude hallen (aan wier res tauratie nog niet gewanhoopt behoeft te worden) zijn ook ten dce'o ver nield het oude en het nieuwe mu- 11, het pa'eis van justitie, mooloj gevels van woonhuizen, enz. En ter wijl het geschut de kunstmonumen- tern van vervlogen eeuwen niet spaar de, bleef de kazerno ongeschonden. De kerk van de II. Jacobus en de H. Petrus en van de H. Nicolaas zijn nagenoeg ongedeerd geblevenevero- eens-de gevangenis, het station, het ziekenhuis, hei hospitaal, het krank- 'unigengesticht, enz. NIEUWE GEVECHTEN. Aan 't „A'g. Handelsblad" wordt geseind Dinsdag heeft een heftige beschie ting plaats gehad van de Belgische kust door de vloot der bondgenooten. Daar de kruieêra eenige ki'ometers va» de kust verwijderd waren, tee- kenden de rompen zich s'echts vaag af tegen den liorizont. Alleen de vuur stralen bij de losbrandingen duidden de ligplaats der schepen aan. Het moorddadige vuur scheen gericht op de vooruitgeschoven linies en had blijkbaar ten doel een voorwaarltclie beweging van de Duitschers in de richting Nieuwpoort te beletten. Gedurende de beschieting kon men een flotïlje vau drie torpedojagers een verkenningstocht zien doen naar Zee- brugge. De schepen verdwenen ach ter de pier. Geen enkel kanonschot werd up die hoogte gelost. Van 't Oostelijk Oorlogstooneel OFFICIEEL NIEUWS. Uit 't D u i tflche hoofdkwartier wordt gemeld: „Uit Oost-Pruisen zijn geen verde re berichten ontvangen. In Noord-Polen hebben Duitsche troepen nauwe voeling niet do Rus sen, die in krachtig versterkte posi tie ten Oosten van Miazza halt heb ben gehouden1. Om Lowicz wordt doorgevochten. In Zuid-Polen zijn de aanvallen van de Oosten-rij ksch-Ilongaarsche (met Deutsche troepen schouder aan schou der vechtende) troepen met goed go- volg hervat." Een Fransch communiqué meldt: „Van het Russische front wordt be richt, dat de Duitse lie aanvallen zijn afgewezen. Lodz Is door do Russen ontruimd om strategische redenen. I» Ga'icie hebben de Oostenrijkers, blijkbaar Versterkt door DuUsche troepen, het offensief tegen den Rus sische» linkervleugel hervat." De Russen erkennen thans (kit zij Lodz ontruimd bobben. Maar zij be weren. thans, dat zij dit gedaan heb ben uit tactisch© overwegingen, dar diat do Duitschers hen er direct toe drongen. Bovendien geschiedde ds frontverandering zone er dat de Rus- ten één soldaat verloren. Uit Petrogrnd wordt namelijk ge- meid: „Een officieel Duitsch commu niqué zegt, dat de Russen bij (1© ont ruiming van Lodz aanzienlijk© ver liezen bouden hebben geleden. Dit is onjuist en blijkt wel uit liet feit. dat d© Russische troepen zich uit Lodz terugtrokken togen middernacht den 6c-n December en d© Duitschers gedu rende kiijtten uur onbewegelijk ble ven voor de ledig© Russisiciio loop graven, ©n niet verder dorsten. Bij do vroeger plaats gehad hebbend© aan vallen hadden do Duitschers meer dan t-enduizend man verloren. Eerst 's middags 3 uur waren d© Duitschers in staat to constate©ren dat zij niemand tegenover zich had den. Hierna trokken zij do stad bln- 311. Bij hun posït,«veranderingin de omgeving van Lodz verloren de Rus sen geen enkel toldaat. Zij voerden deze manoeuvre uit nadat zij iiadde-i vastgesteld dat de Duitschers van el- ken verderen aanval daar afzagen, zoodat do Russische terugtrekkende beweging plaats vond geheel afge scheiden van ©enigen aandrang door de Duitschers". Volgens te Kopenhagen uit Petro- gr.ul ontvangen berichten, zijn be halve generaal Rennenkampf nog zes generaals van het Russische wéster- teger van hun commando ontheven. Naar verluidt werden zij door het mi nisterie van oorlog ter verantwoor ding opgeroepen. EEN TOELICHTING VAN DUITSCH- OOSTENRIJKSCII STANDPUNT. Een Hongaarsch blad bevat de vol gende (door den censor goedgekeur de; beschouw ingen over de jongste gevechten in Polen Het slagveld in Polen loopt onge- 'er van de monding van de Bzura, over Lovicz, Lodz naar Sieradz, gaat dan in een stompen hoek ten deele op den Oostelijken oever van de Wart a tot in de streek van de ombuiging van de Warta ten Noord-Oosten van Czenstochowa en van hier tot in de buurt van Krakau. De strijdlinie in het Noorden heeft het front gericht naar het Zuid-Oosten. De uiterste linkervleugel reikt tot op zeventig kilomeier van Warschau. Reeds rekenen de Russen op een nieuwe omsingeling van Warschau deze zou echter ditmaal een geheel ander karakter dragen als bij het eerste offensief aan den Middcn- Weichsel; toen stonden reusachtige Russische troepenmassa's op den Oos telij kon We'clise.l-oever gereed en hun, door goede spoorwegen en. het brug,gehoofd bij Warschau gestèüiill, verrassend snel ingrijpen beeft het, Duitsche legerbestuur tot wijken cn een nieuwe groepeering aanleiding gegeventhans heeft Rusland bijna zijn geheele macht in het veld ge bracht. Drie i».reserve gehouden le gers zijn reeds meer dan een, week in gevecht. Een er van werd, aan de Bzura 'h de streek van Lowicz opge steld, maar kon het terugwijken van den ten Zuid-Oosten van Plock «taan- don Noordelijken Russischen vleugel niet be'etten. AHe Russische aanvallen strandden dientengevolge onder vreesehjke ver liezen op de Duitsche linten. De aan de Bzura opgeheven Duitsche vuist bedreigt den terugtocht van bet Rus sische leger op Warschau. De gebeur tenissen nemen het door de Duitschers en Oostenrijkers voorzien© verloop, zooals de generale staf geconstateerd heeft. Als het voor de Russen goed; gaat, zou het den aan de Bzura staan- den Russische» troepen gelukken, naar Warschau terug te keeren. Het Russische centrum zou dan de richting naar en aan beide zijden van Iw.mgnrod moeten nemen, want het Duitsche en Oostenrijk-Hongaarsche front tusschen Lodz en Sieradz heeft, a's gezegd; het front naar het Zuid- Oosten gewend. In deze richting heeft de druk plaats. Verslagen troepen gaan in den regel in de verlenging van het etrijdfrorit, dat zij het laatst ingenomen hebben, terug. De met groote hardnekkigheid om de Noor delijke deelen van het slagfront plaats hebbende strijd werpt het kaartenhuis va» Russische zijdelingsche aanval len op Czenstochowa en Krakau ten Noorden en ten Zuiden van den Bo- vea-Weichsel omver. De» Russen is liet, ondanks liet aanvoeren van ster ke reserves, niet gelukt, in de streek van Czenstochowa eenige voordeelen te behaten. In het Zuiden houdt het voortreffelijk verdedigde Krakau de Russen vast De strategie der Russen is zeer door politieke overwegingen geleid. Een latere Critlek zal hun ver splintering der krachten verwijten. DE DUITSCHERS UIT DE RUS SISCHE OMSINGELING. Aan een brief, door een Duitsch soldaat, die den Rtissischen veldtocht meemaakt, aan zijn familie .gericht, ontleent „der Tag" ongeveer 't vol gende ((ie vertaling i© van „De Te legraaf'.) V... bij S., 27 November... Dat ik u lieden nog een groet kan zenden, beschouw ik als een groot geluk, want gisteren, eergisteren en al verschil- lende andere dagen, had ik al een streep door mijn levenerekening ge maakt, Het Russische leger bij Lodz, waar bij zich grootvorst Nikolai Nikolaje- wtt'z moet bevonden hebben, was door ons ingesloten. Iladdon wij tijd ge noeg geluid, dan zou 'hel ons gelukt zijn, hel geheele leger te vernietigen; onze ring was dun, maar van slevig metaal. Wij bevonden ons te Wiskit- no in <lc onmiddellijke nabijheid van Lodz. Des avonds zagen wij vuurpij len uit do stad opstijgen, die waar schijnlijk nis hulpkreten moesten op gevat worden en bestemd voor een naderend Russisch óntzettinjgsleger. Siberische regimenten, goed uitgerust in dikke pelsmantels, waren t© Shier- niewice uit de treinen gestopt en ruk ten nu via Rawn in het Zuiden op, langs de plaateen, die vroeger door ons gepasseerd waren. Zondag kwamen er zeer verontrus tende berichten. Brzezina, waar zich onze gewonden bevonden, was in be zit van de optrekkende Russen, onze terugtocht was dus afgesneden, wij waren omsingeldTcigdijkerlijd hoorden wij nic-ts meer van de colon nes, wier behoud voor ons een levens kwestie was. De meesten" van ons werden zenuwachtig, eenigen ze'fe radeloos, ei» wij begonnen over thuis, het verleden en de toekomst te praten, om ons zelf gerust tc etc"en. Wij waren in afwachting van nieuwe be velen om terug te trekken op de plaat sen vanwaar wij den vorigen dag wa ren gekomen, maar deze bicven uit en wij moesten dien nacht op het open veld kampeeren. Tegen den avond van den volgenden <iag, kwam eindelijk de OiYk-r om op B. te reti- reeren, waar achter de huizenrij de granaten sprongenik bevond mij onder een afdakje van een smidse. Een vreeselijk geluld, gedonder van het geschut, het geratel der infante- rie-gfeweren... cn verstikkende damp... ik meen mij» bezinning te verliezen. Als het mij gelukt, naar buiten te ko men, zie ik een ontzettende verwar ring alles rent daar dooreen, voor de smidse liggen drie doode paarden, in de sloot omgevallen wagens, wat zich bewegen kan, vlucht weg, de colonne Is uiteengespat. Ik zié mijn kameraad door een granaatscherf ge wond, nog loopt hij even door, dan zijgt hij ineen, twee anderen sne'len toe en ieggeni hem in een wagen. Dit gaf eenig oponthoud, maar na een half uur waren we weer zoo'n beetje bij elkaar. De bijzondierheden over het geen ik zoo op straat zog, drongen eerst later tot mijn horsenen door. Op dat oogënblik was denken onmogelijk. Toch bleven wij nog een nacht te W., en wederom zocht ik mijn schuil plaats in do smidse op. Van slapen was natuurlijk geen sprake. Ilee1 vroeg in den morgen sloten wij ons aan bij een wagencolonne, die in zuid-oostelijke richting voorttrok. Wij gaven het plan op, om de Russen in Lodz vast te houden cn trachtten nu zelf uit den Ru9sischen ring te gera ken. De vijand volgde ona op den voet Behalve onze eigen wagens, ka nonnen enz., moesten wij nog 6000 gevangenen meenemen, terwijl de ge wonden ons nog de meesto zorg baar den, omdat hun toestand, door het schokken der wagens op de eleohte wegen, zeer verergerde. Eenigen stier ven dan ook op d'cn tocht en werden aan den kant van den weg begraven. Tegen den middag hadden wij den staf bereikt, die zich in de onmiddel lijke nabijheid van een nieuw slag veld ophield. Het gevecht was dus in vollen gang. Uit een buitgemaakte Russische veldkeuken konden wij ons eten halen, en wij wilden het juist op or>s gemak .verorberen, toen uit een naburig boschje het infanterio-ge- weer weer knetterde. En wat nu volg de, was verschrikkelijk, hee'e rijen vijanden zagen wij op ons afspringen, hun geweren afschieten en weer dui kend. om diezelfde beweging nog eens te herha'en. Honderden wagens met onze gewonden rolden weg, den berg af, 't was een geschreeuw en go-rentot er eindelijk een bevel klonk... „hall!", honderdvoudig her haald.. „Alles, wat geweren draagt, naar voren I" Ik snel vooruit Een compagnie wordt geformeerd, een lui tenant neemt de leiding en wij ren nen op hel boschje toe en nemen daar zestig Russen gevangen. Ik b'eef bij mijn compagnie en marcheerde ver der, tot wij op een open plek in het woud kwamen, waar de vijandelijke granaten bij dozijnen sprongen. Daar troffen wij andere afdeelingen van het ...regiment, en bij dc eerste com pagnie van dit regiment werd ik in gedeeld. De vijand was verder terug getrokken. De aanval op onzen trein was door een vooruitgeschoven Rus sische compagnie ondernomen, nu naderde do hoofdmacht waanschijjUr lijk. Na geruimën tijd moeten we weer haU houden, we waren ver ln noord oostelijke richting opgerukt, plolse-, ling fluiten opnieuw de kogo's om ons heen, we laten ons allen plat op den grond vallen, een andere com pagnie, die ons voor was, beantwoord de het vuur; na tien minuten houdt het op, en zien we onze hoofdmacht naderen, die met hoera-gcroep wordt begroetdan gaat het verder naar de plaats, waar zich do «laf bevindt.' Voor dien dag was het gevecht geëin digd. Wij hadden ons een doortocht, ge baand door het woud en bleven dien nacht in een dorp, waar zich ook ver- soheidene Russische gevangenen en gewonden bevonden. Midden in den nacht redon drie ko zakken uit het bosch het dorp binnen, die neergeschoten werden. De vijand bevond zich dus nog in de onmiddel lijke nabijheid. Den volgenden morgen hoorden wij, dat een brigade van ©én onzer divi sies do stad B. stormenderhand ge nomen had, waarmedo het lol van o»r ze divisie beslist was. Wij hadden nu de aansluiting ver kregen met onze troepen» in het Noor den en onze terugtocht was gedekt... De „Voss. Ztg." bevat een brief van een vice-feldtwebel, d.e n»et een land weerregiment op het oostelijk oortogs- terrein is. Deze schrijft daarin over de Russen: „Heden stool ons regiment negen uur lang in een zwaar infanterie- en ajlillerievuur; het was ontzettend. Een geweervuur, zooals wij nog n:et beleefd hefcfcfrn. hagelde op ons. Ver schillende malen hebben wij gestornvj en na heftigen tegenstand eindelijk den vijand teruggeslagen, en honder den gevangen genomen. Dat moet van de Russen gezegd worden, zij schieten nB'et slecht en hunne artille rio is vaak zeer uitstekend, vooral in den waamem-iugsdienst. Gij moet ook do velo ongxnstig© beoordeelingen over de Russische soldaten niet letter lijk opvatten; er zijn zeer groote uit zonderingen. Zeker, onder de reus achtige troepemmassa's is zeer veel minderwaardig volk; maar wij, Oio hier in het veld staan en alles niee- mstken, zijn er ver van de Russisch© troepen te minachten; en huu.no aan voering, al kom zij niet met de ona© vergeleken worden, is lang niet zon der beteeken is. Gij kunt niet geloo- venwelk een onbegrensd vertrou wen de Russische soldaat lieeft in zijn aanvoerders. Men moet de gevan genen daarover hooreul „De aanvoerder is voor de troepen zooiels als een hooger weien, tot wten hij in rotsvast vertrouwen en blinde vereering opziet. Dat is een geheel an dore verhouding, dan due van oivz© soldaten en hun vereering voor een grooten generaal. Maar het is te ver klaren uit het geheel andere bescha vingsniveau van de eenvoudige Rus sische soldaten en de patriarchale toe stonden onder het geheele volk. Dit geJdt vooral van do hoogere officie ren, de legeraanvoerders, vooral van den generalissimus grootvorst Niko- laas Nikolajewitsj. Tot hem ziet de gewone man, in het leger en achter het front, op met een enthousiasme ja, volgens verklaringen van gevan genen geloof ik niet te voel te zeggen met een vereering, alsof hij een heilige isi fwkulaas Nikolajewitsj, de afstammeling en vertegenwoordi ger van het kuis Romanof, de gewel dige generalissimus niet zijn reuzen gestalte, aan wien nuliioenen gehoor zamen in hem zien de soldaten en de kleine burgers den nationalen he ros, den wreker en redder vau het heilige Rusland. Zij naam staat op de vaandois est hem volgen de duizen den met blinde doodsverachting, in liet vernietigende vuur van den vijand". Op het Zuidelijk Ocr'ogstooneel. D. correspondent var. do ..Sccolo" seint uit Nish dat men daar zeer ver heugd is over een grooto Servische overwinning op den rechtervleugel aan de Kolubara en op den linkervleu gel bij Vri'.jevo, waar do Serviérs Ma lven en Suhobor bezetten. De Oosten- ijkers zouden in Noordwestelijke rich ting op de vlucht geslagen zijn met achterlating van gewonden en een hoeveelheid munitie en provisie. Zij werden door do. Serviërs achtervo'gd en waren niet in staat nieuwe stel lingen to bezetten of z'ch te ver schansen. De Serviërs namen 3000 Oostenrijkers gevangen, onder wie vijf hooggeplaatste militaire autori teiten. Bovendien veroverden zij 6 stukken berggeschut, 16 snelvuurka nonnen, een hoeveelheid geweren en patronen en een veldtelefoon. Volgens een telegram van het „Ceiv trial News", uit Rome, me'dt. een of ficieel communiqué, dat, de Serviërs, na versterkingen ontvangen te heb ben, tot het offensief zijn overgegaan cn dat koning Peter zich naar het front heeft begeven. EEN GROOTE OVERWINNING DER SERVIëRS. Een officieel Servisch bericht makt bekend, dot do Serviërs een groote overwinning behaalden. Val- jewo en Uzitso zijn door do Serviérs hernomen. Twee Oostenrijkscfi© leger corpsen worden verslagen. De Ser- fiëro namen 20.000 Oostenrijkers ge vangen en veroverden 50 kanonnen. DF. VERLIEZEN DER SERVIëRS EN MONTENEGRIJNEN. Aan de „Daily Chronicle" wordt uif Milaan gemeld, dat de Servische pre mier in ecu interview verklaarde, dat dc Serviërs 100000 man verloren had den. Koning Nikiïa van Montenegro ver klaarde, dat de Montenegrijnen, hoe wel zij een derde van hun oorspronke lijke strijdmacht verlóren hadden, niet allecen hun eigen grondgebied te gen een inval verdedigen, maar ook den oorlog voeren in hei vijandelijk gebied. Verspreid Nieuws van de oorlogsvelden EEN DUITSCHER OVER DE KLEURLINGEN BIJ DE GEALLIEERDEN. D© Belgische oorlogscorrespondent vau d© „Köln. Volksz.'' vertelt bijzon derheden over de gekleurde hulptroe pen van de Engelschen in Vlaanderen en van hun wijze van vechten. De Gurkha's zijn kleine menschen van ©oil type, dat op het Mongoolsche lijkt. In een open veldslag of in de loopgra ven zijn zij in het geheel niet of zeer slecht te gebiuikea. In dez© stellingen hóuden zij het niet lang uit, te minder, omdat zij zeer slechte schutters zijn. Daarentegen hebben de Duitsche voor posten veel last van hen, als zij des nachts op zoogenaamde sluippatrouil- le de voorposten trachten te overval len Meestal sluipen twee, slechts zel den drie man, langs den grond, mi- ken uiterst handig gebruik van allo voordeelen van het terrein, tot zij een schildwacht kunnen naderen, ctio plotseling door oen messteek getrof fen geluidloos ineen zakt. Kunnen zij hun vijand niet met de hand bereiken, dan werpen zij op de manier der In dianen hun mes naar hen. Een afzoe ken van het terrein helpt gewoonlijk niet, want de kerels verdwijnen even onhoorbaar als zij gekomen zijn. Het mes weegt ongeveer vijf pond, is arm twee kanten geslepen, sikkelvormig, loopt van beide kanten naar het mid den dik toe, waardoor de wond© bij zonder hevig wordt. Ook d© Sikhs bezitten dergelijke wapens, gebruiken ze tot uu toe ech ter slechts als een bajonet op het ge weer. Zij zijn de beste onder de Indi sche troepen. Groot, stevig gebouwd en slank, worden zij als aanvalstroe pen gebruikt. Zij vormen als zoodanig- ©en niet te verachten tegenstander. Als gevangenen houden de Indiër* zich betrekkelijk kalm, in tegenstel ling met de Turco's, di© vaak ruzi« zoeken onder elkaar. Het is een vaak voorkomende ver keerde opvatting, dat de Zouaven- regimenten ook kleurlingentroepen zijn. Zij bestaan integendeel bijna uit sluitend uit Parijzenaars. Maar da uniform is dezelfde als die van do Turco's, daar zij in vredestijd in Al giers dienst doen en hun uniform c-en concessie is aan de bevolking aldaar. Buitengewoon groot, zoo merkt da correspondent verder op, moet bij on ze vijanden do moeilijkheid zijn, om ai' Feuilleton door GUY BOQTHBY. 12} Do komst van den knecht die kapi tein Webster een brief overhandigde, belette den jongen man voort te gaan. Do oude hoer opende het schrijven en slaakt© ecu kreet van verrassing, men kon het hem duidelijk aanzien dat het een gewichtig© tijding be helsde. Is ar ©enig bozwaar, manlief? vi-oog zijn vrouw van liaar breiwerk opziende. Neen, antwoordde liij, allean begrijp ik den Inhoud van dezen brief niet recht. Hij bestudeerd© hem andermaal en scheen er nog goem vat oip to krijgen. Zijn vrouw en Laving ten sloegen hem voortdurend angstig gade, want zij bespeurden slechts al to goccl dat er lots bijzonders in, aantocht was. Ver- scheiden minuten achtereen bleef de kapitein vóór hot vuur staan, den briof herhaaldelijk, van voren af aan, cverleaondo. Daarop scheurde hij dim iu duizend stukken en wierp dte in het vuur. Het was au doodstil in het vertrek. Mevrouw Webstor hield onafgebro ken do oogen op haar man gericht. Zij had hem nooit zóó zien trilleo. La- vington wit niet wat te doen, en. daar hij niets van dez© zaak kende, kou hij geen raad geven ofschoon hij zeer goed inzag dut er iets niet in ord© was en hij vreesde dut hij in zeker opzicht èr bij betrokken zou zijn. Do lang© stilte die nu volgde had een benauwend© uitwerking op hen allen; de kapitein was echter de eer ste, d'-e. ten slotto da stilt© verbrak. Ik moet even voor zaken do deur uit, zei hij lk lnoop dat jelui mij wilt ©xcuseeren. Ik vraag mij af. waarom cl© menscJion iemand altijd op zulk© ongelegen oogenbl'ikkion las tig vollen. Dit zeggenmd© zag hij niiet Luving- ton» maar wel zlju. vtouw aan. VIERDE HOOFDSTUK. Nog ruim één uur, nadat kapitein Webster vort rokken was, bleef La- rington in cl© woonkamer met do da me.; zitten praten. Hij wild©, zoo mo gelijk gaarne d© terugkomst vuu den ouden lieer afwachten vóór dut hij zich naar huisi begaf, ten einde jire- cies te weten hoe hij zich, van nu af, ten opzachto van Deatrico zou moeten gedragen. Hij besefte dat zij onmoge lijk dag aan dag op oen gewoon vriendschappelijke» voet met elkan der zouden kunnen omgaan, terwijl ri j elkaar zoo zielslief hadden, maar toen het elf uren werd en de kapitein nog niet terug was besloot hij dit on derhoud met hem tot een volgenden keer te verdagen. Hij stond juist op om afscheid to nemen teen. er eens klaps hard aan do voordeur werd gescheld. Daar zal do kapitein zijn, zei La ving ton, blij <lat hij hem nu nog 2©u kunnen spreken. Ik vrees van neen, antwoordde Beatrice, Papa zou niet bellen, tenzij hij zijn sleutel vergeten Mocht hebben. Even later kwam do meid binnen om aan mevrouw Webster t© zeggen, diat (in heer George Marshall verzocht don heer des huizes even over een dlringend© zaak te mogen spreken. Heb je niet gezegd, dat mijnheer niet thuis was? vroeg haar meesteres. Ja, mevrouw, antwoord-ia het meisje, maar hij zei dat het een zaak van zooveel gewicht betrof dat hij gaarn© do thuiskomst van mijn- lieer zou afwachten. Waar is Mi? In d© rookkamer, mevrouw. liet moet wel iels dringend zijn, dot hij op dit uur komt, zei mevroi w Webster. Ik zal blij zijn als Wil liam terug is, en daarop, zich tot liet dienstmeisje wendende, ging zij voort: - Zeg maar aan dien mijnheer dat ik mijn man ieder oogen blik thuis ver wacht Het meisje ging óoz© boodschap overbrengen en harington nam we derom plaats. Andermaal verliep er eon half uur, zonder dat de heer des huizes opdaagdo. Wat kan hem toch zoo lang op houden? vroeg mevrouw Webstar nu. llij blijft 's avonds nooit zoo laat uit. Ik ben bang dat dm vreemde heer ongeduldig zal worden, zouden wij hem met kunnen overreden om mor gen vroeg terug t© komen? Zal ik het hem eens voorstellen? vroeg Larington, misschien kan ik hom wel daartoe bewegen. Graag, antwoordde mevrouw Webster, dio rich hoe langer hoo on geruster begon to maken, over liet uitblijven van haar man. Het is c©n van d© zonderlingste dingen, die ik ooit oi mijn leven ondervonden heb. Lavinigton ging nu naai' liet healig- dioni vuu den kapitein en men kan rich zijn verhazing voorstellen toc-n liij de deur openend*, rich van aange zicht tot aangezicht geplaatst zag tegenover don man, dien hij dienzeif- deai morgen op het perron van Cha ring Cross had gezien en <11© hem la ter, bij lwt Instappen van de cub, zóó was opgevallen. In het eerste oogën blik heen heul dit zoo vreemd toe, dat hij Iwijledde of hij wel goed had gezien, maar hij poogde niets van zijn verrassing te doen blijken cn vroeg alleen maar. Kan ik u .ook met liet een of an der van dienst zijn? Ik ben bang dut het tang© wad ten uw geduld uitge put zal hebben. Dat maakt voor mij niets uit, antwoordde de vreemdeling en het Ss beslist noodiig, dot itk kapitein Web ster vanavond nog spreek. Ik \ertiek morgen vroeg naar Parijs en het kan maanden duren voor ik terugkom. Wij zijn oude vrienden cn lu bben veel zaken met elkander af te doen. Weet u zeker dat u mij niet kunt opdragen hem te zeggen wat u van hem verlangt? vroeg I.avingten. Neen, daar is geen sprake van, antwoordde de ander, ik zal nog een half uur wachten en, als h'ij dan niet terug ie, een briefje voor hem achterlaten. Doe zooals u wilt, zei Lavuigton, ik vertrouw dat kapitein Webster nu wel gauw zal terug komen, Mo3 ik u terwijl een sigaar aanbieden? Nadat de vreemdeling de hem aan- gelxxLen manilla had opgestoken, vroeg Larington hem weer: Kent u kapitein Webster al lang? Ongeveer twintig jaren-, luidde het antwoord. Wij hebben samen voel zaken gedaan toen hij oj) China voer, en juist daarover zou ik hem nu nog eens graag spreken. Er zijn nieu we wetten m bewerking en wij moe ten daardoor ook andere maatregelen nemen. Lavington zei daar niets op, maar overlegd© wel bij zichzelf of bij daar van geen partij zou kunnen trekkeq om aijn rechtskundig© adviezen pro, ductïef t© maken. Er ging wederorz c©n kwartier voorbij en nog aïtijé draagde de kapitein niet op. Wat kou hem wedervaren zi.n'? lk vrees dat ik nu toch niet l&n, ger ka» wachten, zei d© heer Mars hall ten slotte. Zoudt u mij evee een stukje papier willen geven, opdo» ik hem schriftelijk kan mededeelei wat hij beslist moet weten. Larington gaf den ander het be moedigde en toon d© brief klaar was zette hij dien tegen de pendule, oj den schoorsteenmantel opdat de kapii tein hem dadelijk zou zien, als hij d# kamer inkwam. Toen nam do vreem deling afscheid, na Lavington zij* leedwezen te hebben betuigd, dat hi hom zoo lang had opgehouden. Ik jonge man keeide daarna in d< woonkamer terug ten einde nu ©ym eens do dames vaarwel t© zeggen Mevrouw Webster was blijkbaar zee» ongerust en zei niet t© kunnen begr j pen waar haar man zoo lang bleef c» Lavington gevoeld© zich eveneens tq leurgeeteld dat hij nu niet roent wia hoe hij in het vervolg ten opzicht,' van Beatrice moest handelen, maü er viel niets aan te doen, hij kon tocl niet langer bljiven wachten. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 5