De Europeesche Oorlog. TWEEDE BLAD. HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 12 DECEMBER 1914 (Zié ook 3de BI&3.) Op hel Westelijk Oorlogsveld. De D u i ts c h e 8laf meldt: „In Vlaanderen hebben de Duit- ichers vorderingen gemaakt. Westelijk en Oostelijk van het Af- ronnewoud zijn de Fransche artille riestellingen met goed govo'-g bestre den, AanvaUcn van de Franschon In het fiois de Prêtre ten westen van Pont t Mousson zijn afgeslagen." Franse li e communiqué meldt: - Do Duitschers traden Donderdag weder actiel op in de buurt van Ypo- ren. Zij deden verschillende aanval len en bereikten een der loopgraven Iran de geallieerden. Deze zijn echter rorderingen blijven maken In de richting van de Duitsohe Unies. In Argonne hebben de geallieer- len hun loopgraven vooruit gescho ren cn twee aanvallen der Duitschers ifges'agen. De geallieerden hebben het station fcspach, ten zuiden van Thann, geno ten. Op andere plaatsen hadden artiUe- /ie-due'e plaats. Van Duitsche zijde wordt gemeld: „Op het marktplein te Hazebroek, vaar gisteren door Duitschers bom men werden geworpen, waren juist even te voren president Poincaré en generaal Joffre geweest. Negen EngeUche so'daten werden 'door de bommen gedood en vijftien gewond, Van 'I Oostelijk Oorlogstoonael. De Duitsche etaf deelt mede; „Ten oosten van de linie aan de Maznrische meren onderging de toe stand geen verandering. In Noord-Polen echrijdt de Dult- Bche aanvallende beweging, voor waarts. Ut Zuid-Polen geen nïeuw3." F.en O ostonr ijfcsch 'egerberloht deelt mede: „De Oostenrijksche operaties in de liarpathen verloopen geheel en a' volgens het opgemaakt plan. •Do Russen boden Donderdag meest al slechts tegenstand met hun ach terhoeden. Deze werden teruggesla gen. In Galiciü is de beslissing nog niet geva'len. Waar de Russen aanvallen doden, werden zij met zware verlie zen afgeslagen. Ook Donderdag duurde de kalmte aan het front in Polen voort. Prze- inysl is slechts ingesloten door de Russen, een aanval op de stad is nog niet gedaan. De wakkere bezetting verontrust de, op respectabelen af stand van den vestinggordel geleger de, insluitingstroepen bijna dage lijks, door grootere en kl&inere uit vallen." Het b'ud ,,Az Est" deelt mede, dat het koniitaat Saros geheel en al door de Russen omtruimd is. Zij verlieten het gebied van het komitaat over de Doekla-pas. Bartfa (Duitsch Bartfekl) is weer in Ooslenrijkecli-Hongaarsche handen. Op het Zuidelijk OoKogstooneel. Aan do „Times" wordt geseind, dat de Oostenrijkers in het noorden van Servië vera'agen zijn en dat de Ser vische overwinning volkomen is. De Serviërs dreven een wig tusschen de Oostenrijksche strijdmacht. De Oos tenrijkers vluchten thans in volsla gen wanorde. Valjewo en Oesjitsa zi,:n hernomen. De Serviërs vermeester den een aanzienlijken^ oorlogsbuit: wapens, munitie en voorraden. (Dit Is ook al in officieel© Servische be richten gemeld, die verzekerden dat de Serviërs 20.000 Oostenrijkers ge vangen namen De correspondent ver volgt „Merkwaardig is het, hoe de Ser viërs op een tijdstip, toen de toekomst zoo donker leek, hun moreel herstel den en een nieuwen onschatbaren dienst aan dé zaak der bondgenooien wisten te bewijzen. Het is de vraag of er we! een tweede voorbeeld ia iau zulk een volkomen wijziging varuiiet militair geluk. Een officieel bericht uit We enen meldt „Op het zuidelijk ooriogstooneel hebben geen belangrijke gebeurtenis een plaats gehad. De voorgenomen verplaatsingen van troepen verloopen over het alge meen zonder groote gevechten met de Serviërs.'1 Verspreid nieuws van deoorlogsvelden EEN NACHTELIJKE AANVAL. Een officier van gezondheid schrijft in den „Lokal-Anzeiger" een schetsje van een onrustigen nacht. Stemmen door elkaar „Wat is er aan de hand?" „Wat gebeurt er?" Bijna tegelijkertijd waren we van onzen stroozak opgesprongen. Ter stond waren wij klaar wakker. In de lage deur zagen wij den ordonnans van de vierde compagnie. „Wat is er aan de hand, Ebe'Lrg?" vroeg de majoor, die naast mij op 't stroo had gelegen. „Luitenant von K. laat melden, dat de Russen oprukken tot den aanval." „Hoe laat is het?" „Kwart over vijf," zei or.-ze adju dant, die een kaars opgestoken had. „Onmiddellijk alarm blazen!" De majoor sprong op en maakte zich gereed. Wij eveneens. „Laat de trompetter onmiddellijk na het blazen hierheen komen." Nu volgde een korte beraadslaging over de kaart. Waar lag de vierde compagnie? Hier, voor het moeras, tot aan den spoorweg. Een heel eind. Zeker sterk was de bezetting van de loopgraven niet. Als von K. zooiets laat fnelclen, moet het bedenkelijk zijn,, merkt onze k'ei- ne en altijd vroolijke adjudant von S. ongewoon ernstig op. Nu komt de ttronrpetter naar binnen. De eerst© compagnie is gereed om op te ruk ken. Nu, vooruit dan. Dokter, maak alles in orde, er zal werk zijn." De majoor snelde met de anderen naar buiten. Duidelijker hoorden wij nu Jaet infanterie vuur. Het werd voort- durenld sterker en kwam van den linkervleugel van onze stelling. Stil, zonder een woord, maar in looppas rukte de reserve-compagnie te hulp naar de achthonderd meter ver weg liggende loopgraven van de vierde compagnie Ik breng met mijn assistent al'es voor de ontvangst van de gewonden in orde. Het is pikdonker. Slechts met de electrische zaklantaarn kan men den weg naar de verbandplaats vin den. Een vrij ruim boerenhuis, waar de meubels uit het eenige vertrek weggenomen zijn. Het etrooleger ligt klaar, in het nudden een bank en een krukje om de draagbaren op te zet ten. Aan den berookten zolder hangt een lantaarn en werpt een spookach tig 'icht in het sombere vertrek. „Is er water? Zijn de morphine- spuitjes in orde?" De eerste gewonden worden reeds binnengebracht. Lichte schotwonden. De gekwetsten zijn gedeeltelijk ze'fs zeer opgewekt. Nu komt de ziekendrager binnen en zegt met gedempte stem, dat luitenant ven K. zwaar gewond is en reeds ge bracht wordt. Ik kreeg een schok. De arme K. Hij was altijd zoo vroo- Hjk. Zoo zeker van zijn zaak. Is iiij er dan toch bij? We hooren de gelijk- I matige stap van vier dragers. Daar zijn ze. Voorzichtig, heel voor zichtig, wordt de lantaarn door ge weren opgehouden, neergelaten. Een wasgeel gezicht 6taart me met half geopende oogen aan. Ik greep naar de po's. „Kamfer". De pols wordt be ter. Wat zijn de wonden? De boven arm versplinterd. Dat kan het niet rijn. Een^lunne roode streep loopt on der de uniformjas uit. Schot in den buik. Voorzichtig kijken wij na. Een schot op korten afstand. Waarschijn lijk een dwarstreffcr. Mijn collega stoot mij aan. We kijken elkaar veel- befeekonend in het gezichL „Mor phine". De vermoeide oogen sluiten zich. De adem gaat nog zwakjes. Het is stil in het sombere vertrek geworden. De poging van de Russen om door te breken was volkomen mislukt. Toen we 's middags bij on3 spek met brood zaten, verte'de de majoor hoe het gekomen was. De Russen had den langs den spoorweg een pad ge vonden door liet moeras en zich hon derd-vijftig meter voor onze loopgra ven in het donker van den nacht In gegraven een van onze schildwach ten had do spade gehoord en op zijn rapport waren wij gealarmeerd. Toen het vijandelijk vuur begoft, was liet nog donker. In het vale licht van den aanbrekenden Novemberdag, had men de Russen uit het moeras zien ko men, maar d© ingegraven vijandelijke schutters niet kunnen ontdekken. De mannen van de vierde compagnie aanvaardden den strijd en toen de Russen op hun hevig vuur terug gin gen, hadden do onzen hen achter volgd. Luitenant von K. vooraan. Daar lichtte het vlak in de buurt. Nu eerst vuurden de onzichtbare schutters. De bajonet op het geweer, dit waren de laatst© woorden van von K. geweest, maar de 6tormaanval gelukte. 'e Middag© hebben wij hem begra ven achter een hoevo. De mannen van de eerste compagnie stonden om het eenvoudige graf. Een eenvoudig hou ten kruis, de helm, do sabel, eenige dennentakken. Uit. In do schemering sta ik voor de deur van ons blokhuis. Daar zie ik hu© mij niet korte Uisschenipoo2en nu eens één, dan twee of drie man voor bij sluipen, schuw en zacht. Allen In één richting. Nieuwsgierig loop ik om den schuur heen ora te zien, wat zij willen. In het Westen gloeit bloed rood de hemel. De silhouette van arm zalige sparren teek-oneii zich scherp af. Daar knielen de dapperen van de \ierde compagnie aan het graf van hun geliefden aanvoerder, zooais zij uit de loopgraaf gekomen waren, on middellijk na de aflossing, Stil ging ik héén. MAXIM GORKI ALS ZIEKEN VERPLEGER. Een Hongaarsch advocaat, die als reserve-luitenant tegen de Russen streed en nadat hij gewond was, ge vangen werd genomen, doelde aan een zijner vrienden mede, dal hij in het hospitaal te Moskou wordt ver pleegd, waar hij zijn kamer deelt met een gewonden landsman en twee Russen. Eiken dag verschijnt een man met oen „goedig, interessant voorko men", die urenlang aan hun bed zit en hun zijn hulp aanbiedt. „Kent gij dien man niet?" vroeg do verpleeg ster. „Dat is do beroemde schrijver Maxim Gorki". Behalve aan do gewonden in het groote hospitaal wijdt de schrijver zijn zorgen ook nog aan do verpleeg den in oen kleiner ziekenhuis t© Mos kou, dat hij geheel en al op zijn kos ten hoeft laten inrichten. EEN KRIJGSLIST VAN HINDENBURG. Van bijzondere zijd© schrijft men aan de „Üüsseldorfer General-AnzeJ- gcr" „Ove>r de overwinning van Hinden burg bij Tannenberg worden langza merhand nadere bijzonderheden al gemeen bekend. Deze dragen er 1<kj bij, om den indruk, dien het groote wapenfeit heeft gemaakt, nog t© ver sterken. Terwijl Hindenburg tegen het Nuref-leger onder generaal Samsonof in de Masoerische moerassen opereer de, stond het andere Russische leger, het Njenien-leger, onder generaal" v. Renncnkampf, in zijn rug. Als v. Ren- nenkampf den toestand begrepen had, zou het hem,mogelijk geweest zijn, door een gelijktijdigen aanval op Hi a denburg diens leger in een buitenge woon moeilijk parket te brengen. Dat dit niet gebeurd ls, is geen toeval, maar een verdienste van Hindenburg. De Duitsche aanvoerder was zich wel bewust van het gevaar, dat hem in den rug dreigde. Hij had echter alle orzorgsmaatregelen getroffen, om dit gevaar of te wenden, zoolang zijn krijgsverrichtingen tegen iiet Naref leger niet voltooid waren. Hij maakte daarbij gebruik van een geniale krijgslist. Hindenburg liet in die kri tieke dagen een korps laudweertroe- pen dag in, dag uit tegen het leger van Rennenkampf oprukken, maar ei ken nacht weer terugmarcheeren. Dit was steeds hetzelfde legerkorps, dal zich verscheidene dagen achtereen langs denzelfden weg in dezelfde rich ting bewoog. De vliegers van het Njt-men-leger hebben ongetwijfeld el ken dag hetzelfde korps gezien, zon der natuurlijk te merken, dut het steeds weer hetzelfde was. Hun dage tijksche rapporten over het oprukken1 van telkens weereen nieuw legerkorps wekten bij v. Rennenkampf den in druk, dat er een geweldige Duitsche legermacht tegen hem werd samenge trokken. Zoodoende werd hij aan gaande den waren toestand deerlijk misleid ©n hield bij zich stil, terwijl Hindenburg het Naref-leger in de moerassen joeg. Toen dit succes be haald was, aarzelde Hindenburg geen oogenbllk, met ook tegen het Njernen- legcr op te trekken, dat hij zware verliezen toebracht. Generaal v. Ren nenkampf za» misschien nu nog niet weten, van welke krijgslist van Hin denburg hij het slachtoffer ia ga- weest." Oft LODZ. Een correspondent van de „Daily Tel." schrijft over het verloop van don slag bij Lodz, dat, nadat de Duit schers Zgierz ingenomen hadden, de strijd in een nieuwe phase kwurn. In plaats van hun ringvorm, met eer. opening van 5 K.M. te bew aren, strekten de Duits diers hun front uit over Zgicrz—Strykof en versterkten Zgierz; machinegeweren werden op de daken geplaatst, artilleriestellin gen gemaakt, en zware prikkel droad- ersparringen uitgezet. Ten wes\en van Lodz, in do distric ten van Alexandrovo en Lask, vocht een onder deel van. "t Duitsche leger onder generaal Mackensen's leger. Gedurende het bombardement van de stad door de Diritsohors, was liet gevecht het hevige! tussohen Lodz en Uresin, ©en richting diie evenwijdig is aan den hoofdweg tusschen Zgierz cn Strykof. Hier waren de Duitsche loop graven, tegenover di:o der Russen, dio tusschen Lodz en B res i n lagen. Daarachter was hei woud, dat een woud van verschrikkingen geworden is; in de eerste dagen van hel ge veeld, vluchtten de boeren er in... nu is het een keikhof van onbegravenen. Men zegt, dat, toen des avonds het schieten ophield, de lucht vervuld was van de smartkreten der gewonden; aari do houdingen der lijken ziet men trouwens nog dat zij niet plotseling gestorven zijn. Aan den voet van een boom zit een lichaam; hot lioofd licit over naar dn aarde en de handen zijn krampachtig omhoog geheven, en omklemmen een paai' bladerloozo takken. Het ia of do doodo nog loeft, en zich omhoog wil werken can hulp te zoeken in zijn vreesetijk lijden- Een andere man, din op zijn zijde ligt, houdt den mond wijd geopend en do handen uitgestrekt; misschien riep hij om hulp... maar niemand'kwam om de diepe bajonetwond in zijn borst ■ie verbinden. Op een veld dicht bij den weg staat een zwaar Duitsch kanon. Een gra- Haarlemmer Halletjes EEN Z ATERD A G AVONDPRAAT/ E. In den loop van de tijden Ls de Ne derlander door ziiohzelf vergeleken mot allerlei personen en zaken, die nu juist niict zoo bijzonder hoog ge taxeerd worden. Het ls een dom me methode, die je eigen energie en het zelfvertrouwen van j© omge ving niet vergroot. Maar dezer dagen heb tk een op merking gelezen, die humoristisch, juist en toch niet kleaneerend was. „De Nederlander", zoo zeide iemand, „is net een noteboom: je moet de no ten er afslaan, andere krijg je ze niet". Die dat verklaard© had net een Inzameling gehouden en kon er dus over meepraten. Het is waar, dat appel- en pereboomen een gedeelte van bun vruchten uit eigen beweging laten vallen, maar die zijn dan ge woonlijk onrijp, 't Is dus zoo erg niet, wanneer de noteboom de (rijpe) vruch ten alleen loslaat, als er moeite voor gedaan wordt. Vasthoudend is do Ne derlander, precies als de noteboom. En nu ik dan toch over vrachten spreek kan meteen gewezen worden op do eigenaardige opvatting, dat vruchten steien geen stolen is. Wat het dan wèl is zal men niet licht hoo ren: wegnemen of nemen al leen, wat in do ooren van sommige mensclien veel zachter klinkt dan fi telen. De Haarlemse!» kantonrechter had <loze week oen paar ondeugend© jon- jwms onderhanden, van wl© do een maar niet goed begrijpen kon, da: peren wegnemen stelen was; d andere zag het wel in, of hield zich maar zoo. De opvattingen over wat diefstal is hebben wel degelijk graden. Voor een misdrijf van dun geringsten gdaad wordt gehouden: het plukken van bloemen, het wegnemen van vruchten, het stroopen. van konijnen en pa trijzen. Hierin zit een zeker stelsel: wat de natuur laat groeien, bloemen en vruchten, is voor iedereen. Communistisch, maar in onze te genwoordige maatschappij volstrekt niet juist. Hts dergelijks bezielt at roepers, die wel graag reder.eeren: hoe kan nu een fazant of een konijn, die vandaag hierheen en morgen daarheen vlie gen of loopen, iemands eigendom we zen? 25e vergoten één kleinigheid, maar die voor d© wet voldoend© is: hun, der strocpers, eigendom zijn ze in elk geval niet. In den tweeden, ernstiger graad van. wegnemen vinden we sigaren, chocolade, koekjes, poRoeden. kortom allerlei verbru.vks- en gebruiksarti kelen. Wegnemen, in. den eersten graad, is het wegnemen van geld. Dat is diefstal, in 't oog van de menschen en kinderen, die ik bedoeL Een dub beltje in den vorm van een muntstuk wegnemen achten zij veel g rooter misdrijf, dan het afplukken van een perzik, die een kwartje waard is. Eigenaardige opvatting, die maar al t© raak ooi-zaal: is ran botsingen met pofttie on Justitie, welke best vermeden hadden kunnen worden. 't Heugt me nog als de dag ran gisteren, dat een jrnigmensch, in 't voorbijgaan, een greep gedaan had uit andermans kistje ©garen; hij werd daar ernstig over onderhouden, 't woord „diefstal" klonk... maar toon veranderd© zijn deemoedigheid in verontwaardiging: ,,'k heb toch geen gold gestolen!" bruischt© hfij op. Naderhand zal hij wel begrepen hebben, dat do eenige juiste formule dose is: „diefstal is wegnemen van alles „wat aan eon ander toebehoort". Zegt het voort! Er zijn menschen. die be*.voren dat ook koopmansclrap een soort van ge- reglementeerde diefstal is. Alsof ten- sSotte niet elk© ruil waar handel dan toch uit bestaat, ondenkbaar wezen zou, Indien niet eon van de part lion b:j die ruil méér ontving, dan hij uit gaf. Maar dit 'is wei zeker, dat som mige kooplui er eigenaardige denk beelden op nahouden. In ©en vakblad stond deze week een volkomen ernstig geineend betoog te lezen over den handel in terpen tijn. Vroeger, zei de schrijver, kocht j© dien in voor veertig centen, ver kocht voor zestig cu maakte dus een whist van drio en dertig en een derde procent Nu w do terpentijn fvóél duurder geworden, kost 95 centen en de schrijver beklaagt zich er over. dat de koopman nu den moed niet heeft f 1.25 t© vragen. Hoevor gaat dan zijn courage? Waarschijnlijk tot f 1.20, wat eon 3lecht prijsje schijnt t© wezen. Maar deze overleggend© handels man vergeet dan toch, dat hij vroeger 20 cents en nu, bij deu boogaren prijs, 25 cents aan dezeifd© hoeveelheid verdient, wat voor ©cn artikel, dat contant wordt omgezet, zoo onaardig nog niet is. Want waarom deze koopman van den door de crisis verhoogden prijs hetzelfde winst-p ercentage wil hebben is A-oor ons, die ineer tot do partij der consumenten behooren (of schoon ik persoonlijk weinig met het artikel t© -doen h©b) niet zoo héél dui delijk. Zoo zijn de menschen het er ook niet altijd precies over eens, wat dronkenschap is. Da geheei-©ntbouder meent, dat di© intreedt, wanneer je of ja tong of ja beenen niet meer tot je beschikking hebt; da man die dron ken was vindt het in 't gelieel niet erg. wanneer hij nog een béétje be wustzijn had van wat hij deed. Teder.-©n rekent in de samenleving zijn fouten zoo'n beetje naar zich toe. Een van mijn vrienden stond deze weck op een aA'cmd op do Groot© Markt en wachtte op de tram. Uit de Groote Houtstraat kwam een gezelschapje, met ie-ts vaags in houding en stemgeluid, dat j© al in d© verte opmerkt Vluk voor 't Stadhuis struikelde er eon en viel voorover, wist zich met de handen, nog zoowat op te houden, zoo dat hij eenige oogehblikken naat Leeft de wielen A-ernield en het kanon beschadigd. De Duitschers heb ben d© rest zelf onbruikbaar gemaakt et er een bordje bij gezet, waarop snoot: „Vijand, dit is niet uw werk; A-er- beeld u dat niet; het was louter toeval; d© kanonniers liggen hier begraven". Vele quasi-graven bleken geen Duit sche gesneuvelden, maar groote hoe veelheden munitie te bevatten (die zullen de Duitsche heroveraare van Lodz nu wel weer opgegraven heb ben). Ook de Novoje Wremija schrijft, dat rondom Lodz de Russen allerlei ach ter gelaten A-oorraden A-Inden, de boe ren groeven A-ed munitie op. Het blad schrijft dit \oe aan de 1 haast die d© Duitschers hadden om bij Bresin door de Russische linies t breken, waarbij generaal Moekeosen de zware transporten moest achter- 1 laten. D© gevechten in tiet dcupj© Bresin moeten vreesetijk geweest zijn; be bloed bedekt de straten en zit in groote plekken tegen de huizen gekieefd. De lichamen liggen er als rondgestrooid, o;binnen de huizen, waarin de Duit- sciiera zich nog verdedigden. Bij Aloxandrow alleen verloren do Duitschers 70.000 man. DE NIEUWE GENERALISSIMUS IN DUITSCHLAND. Von Moltke is nog steeds ongesteld. Er is weinig kantf op spoedige beter schap. Zijn tijdelijke plaatsvervanger is tlums benoemd tot zijn definitieve:: opvolger. De minister van oorlog Yon Falkenhayn, die eerst drie-en-vijftig jaar oud is, zal zich tevens belasten met de functie van chef van den ge- j neralen staf. De promotie is gran- dioos. Van bekwaam officier, die her- j healdelijk geroepen werd in den stat 1 van een legerkorps en ook in den grooten generalen staf, werd hij gene 1 raal-majoor, verleden jaar luitenant generaal en minister van oorlog ei: nu. na ©en jaar deze functie bekleed te hebben, ook chef van dén staf hi een tijd, dat er van den staf het aller meest© geëischt wordt, de A-erant woordelijkheid grooler is dan ooit te voren een generalissimus te dragen had. EEN KRANIG STUKJE. De ,,-Voss. Zeitung" deelt e°n kra nig stukje mede van den officier bij de kurassiers, graaf Mielzynski. Bij den terugtocht van een Duitsche compagnie uit Schirwindt (OosLPrui sen) op 31 October, waren eenige zwaargewonden achtergelaten. Eerst later bemerkt© men het verzuim. Daai de verlaten stellingen echter midden in de Russische vuurlinie lagen scheen het onmogelijk de ongelukkig© gekwetsten op t© halen. Toen Avist luitenant Mielzynski eenige man- schappen over te halen met hem een poging te gaan doen om Ie gewonden te redden. Ofschoon de Russen hun vuur nog versterkten, kroop de dap per© kleine schare de helling op, waar d© zieken lagen. Deze werden eerst naar een gedekt terrein gebracht, toen naar een nabij gelegen kamp ge dragen en vandaar naar het hospi taal overgebracht. De aanvoerder \ran deze reddings brigade was graaf Matthias Mielzyns ki, Poolsch vertegenwoordiger in den Duitschen Rijksdag, die ©enigen tijd geleden was aangeklaagd wegens moord op zijn vrouw, maar door de jury werd vrijgesproken. DE STRIJD OM ARMENTIèRES. Ik ben, seint de correspondent van Reuter, zoo juist teruggekeerd uit Ar- nientières en omgeving, dat 1.1. Dins dag door de Duitschers verlaten is. die er door de Britsche troepen na wekenlangen bloedigen strijd uit ge worpen zijn en teruggedreven tot ach ter de artilleriestellingen. De stad heeft veel geleden van het Duitsch© bombardement. F.en bijzonder verwoede aanvat werd gedaan op Houplines, een voor stad met talrijke fabrieken, waar geen huis onbeschadigd is gebleven. Alles platgebrand, kerk en stadhui© zijn vernield liep op d© vier, als ©en daer. Toen rold© hij in. den modder, deed eenige vergeofsch© pogingen om op te staan en krabbelde toen weer over eind. Er rinkelde wat op straat. „llei, je verliest een gulden", zeiden do kameraden. Maar daar hij zich er met om bekommerde, zochten zij den gulden weer op en stopten hem dien in rijn zak. Daarop zeilde het troepje verder, d© Barteljorisstraat in. De man van den gulden zal niet erkennen, dat bij dronken was, daar hij toch nog al leen bleef loopen! De tram tracht mijn vriend w eldra naar den Hout. Daar, op het groot?, leeg© plain, dat op het Hildebrand- monumeat en t'e fontein ligt t© wach ten, daar wachtten op hun beurt twee jong© mannen. D© oen© kwam op mijn vriend af en AToeg: „Zeg, maneer, komt er hier... nog 'n... tram voor Leiden?" Hij vernam dat er alleen nog maar een tot Hillegoin rijden zou, wat hem zeker© genoegdoening scheen te ge ven, daar hij zich tot zijn makker keerendo A>?rklaarde, dat hij 't wel gezegd liou... hk... Ook niet dronken, in hun eigen oog, maar toch wel zoover buïian westen, dat zij do reisgelegenlie.d naar 't zuiden A'erzuimd hadden.... Hoewel er uit den aard A*an dc zaak dezen Avinter niet zóóav?©! A-er- goderingen, uitA-oeringen en bijeen komsten zijn als anders, wordt ©r In Armentières dezelfde verwoes ting. De correspondent liep door ver laten ea doodstille straten tusschen huizenreeksen rnet stukgeschoten ge vels en vernielde daken. De Duitschers hebben de stad twe®. maal bezet. Na het vinden op straat van het lijk van een Duitsch eoidaat werden raads •eden en andere notabelen gevangen genomen als gijzelaars. Men stond reeds op het punt hen te fusi'loercn, toen ©en officier den Duitschcn com mandant van de stad meedeelde, dat de soldaat gedood was bij ecu dron- kemansruzie door eenige kameraden. Toen werden de aangehoudenen vrij gelaten. Toen de correspondent Armentières verliet, werd het geluid van bet go donder van geschut gehoord uit <1© richting tan Rijssel De scherpe knai van de Fransche 75 m.M. vermengd© zich met het doffe gebrom van do En- gelsctio houwitsers en het gedonder van de Duitsch© batterijen. Op Zee. DE SLAG BIJ DE FALKLAND- EILANDEN. In den zeedag bij de Falk'and-eL landen weiden aan Engelsche zijd© zeven nian*chappea gedood en vier gewond. Geen enkel officier sneuvelde of werd gewond. Uit den Balkan. Een Turkach legerbericht meldt: Woensdag hebben de Russen on der bescherming van oorlogsschepen een poging tot lauding gedaan bij Gonica ten zuiden van Batoetn ten einde Turkfiche troepen in de flank aan te vallen. De gelande Russen werden echter genoodzaakt terug te trekken en lo den zware verliezen. De Turken maak ten in het gevecht twee kanonnen buit. In het vilajet Wan eloeg Turksch© cavalerie een aanval van Russisch© cavalerie af. Aan de Perzische grens ten oosten van Wan bij Deir sloegen Turken een aanval der Russen af en brachten hun verliezen toe. DE VERDEDIGING VAN EGYPTE. De „Temps"-correspondent t« Kaïro seint, dat de groote sjeik vau de Sonocssi don Britschen opperbevel hebber beloofd heeft de westgrens van Egypte to zullen verdedigen cn voor de rust en orde aldaar te zullen zorg dragen. Uit Zu;d-Afrik«. Over don dood van generaal Beyer© wordt nog gemeld Beyers die. Ie paard de Vaal over Avildo zwemmen, raakt© van zijn paard op een 300 meters van den ne ver. Blijkbaar was hij uitgeput door de Avorsteling tegen den stroom, want men hoorde hem roepen„Ik kan niet meert" Een soldaat riep hem too of hij gewond was. maar Beyers ant woordde „Ik kun niet zwemmen, mijn overjas belemmert me de bewe ging." liet Avas door het vuur der re bellen va© de overzijde echter niet mogelijk hulp te bieden en zoo kwaiu Beyers en een ander rebel in do gol ven om. Beyers, In 1869 geboren, is dus In de kracht van zijn leven omgekomen. Christian Beyers. Averd te Steden- bosch geboren. Op twintigjarigen leeftijd ging hij naar Transvaal, waar hij zich als procureur vestigde. In dien tijd maakte hij naam als voet baller. In den Boeren-ooriog nam Beyers ondanks zijn jeugd wo-dra een a&nvoerdersraug in en in den guerüla-ooriog na den val van Pre toria, onderscheidde hij zich door zijn vermetele en welgeslaagde opo- raüën. Toen de vrede gesloten werd, was Beyers ouder-commandant-gen©- raal. Na zijn politieke loopbaan s©- dert de totstandkoming dor Unie. Averd hij door Botha uitverkozen tot commandant-generaal vafl de weer macht van Zuid-Afrika, Avelk ambt hij kort na het uitbreken van den oor log neerlegde, omdat hij zich met do voorgenomen actie tegen Duitseh- Zuid-WostrAfrika niet kon veroenl- gen. toch weer vergaderd dat het ©en lieve lust is. Wi© dat niet gelooft, moet... zelf maar eens oen vergadering gaan houden; hij zal dan zien. dat or op vei© avonden in de stad bijna geen zaal of zaaltje t© krijgen is. Maar of er zonder al te groot© aclio- d© A-oor liet voreenigingsleven niet hior en daar een paar dozijn vereenl- gingöQ kunnen worden opgeruimd? Het bestuur A-an de afd. Haarlem van het NederL Onderwijzers Genootschap besloot, in zijn geheel af te treden, omdat er bij d© leden zoo weinig be langstelling was. Het schrikkolijke woord werd gesoroken: „zouden wa de afdec-ling maar niet opheffen?" Toon daarover beslist moest wordco kwamen ar dertien van de zeventig loden op. Zoven en vijftig bleven dus thuis, vonden opheffing blijkbaar wol goed; andera waren z© toch wel ver schenen. Maar twee leden van het hoofdbestuur waren" present ©n di© hebben natuurlijk tegen de opheffing gepleit. Met het gevolg, dat met ne gen tegen A-ier stemmen tot instand houding besloten werd. Nu moet uit die 9 natuurlijk eea nieuw bestuur gekozen worden. Dat zal wel gaan, maar wat is er to A-er- wachten van de 57 wegblijvers? Ziedaar d© a raag! J© zou zeggen, dat hier een gelegenheid voorbijge gaan is, om maar eens een vereent ging op te heffen. Dat moet Je op zijs tijd óók durven! FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 5