BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD lep wonderlijke Zeel 32e Jaargang ZATERDAG 2 JANUARI 19'5. N« HF69 DE ZATERDAGAVOND HAARLEMS DAGBLAD KOST f 1.20 PER 3 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 53. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 12. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. He: Kij've Natuurleven ZELFGEKWEEKTE AZALEA's. Het is geen klein igilieid, de kamer planten fnsch, gezond on groeikraeh- tig te houden, in voorjaar en romer; maar in dezen 'tijd, als de natuur ge neigd is kristallen bloemen op de gla zen to tooveren, als zelfs lvet bespuiten der planten met bezwaren gepaard gaat, is het een werkje, dat alleen met, succes kan worden beloond, als de planten geen enkeion dag uit hot oog worden verloren. Vooral do zwak ke soorten hebben onze zorg nu dub bel noodig. Onder de groene sieraden van ons huis zijn er ook, die met alles tevre den zijn, die leven tegen alle vardruk- kir in, hoewel ze ons heel wat meer to genieten geven, als we ze niet. ais versoheppelingen behandelen. Ze zijn tevreden met een hoekje, waar het licht Blechts even doordringt, ze groeien, ook al worden zo dagen ach tereen vergeten. Zet daar nu eens even de Azalea's tegenover. Aan de herhaalde vragen der lezers over de behandeling dezer heerlijk mooie, maai' uiterst gevoeli ge planten, kan men al mertken, dat de kvveeKp'roeven heel vaal; misluk ken. Geheel den zomer hebben ze een zon nig plekje in den tuin gehad, ze wer den goed nat gehouden, ze kregen om de veertien dagen hun bepaald rant soen aan meststoffen en ontwikkelden een prachtig groene kroon. Het najaar kwam en juist, voor do eerste nachtvorsten, werden de 'Azalea's in een niet verwarmd vertrek gezet. Zoo moest het wel lukken en toch Daar dwarrelden zo ding in dag uit in allen weemoed neer, de groene spa- telblaadjes, schijnbaar nog krachtig, maar toch niet stevig genoeg, om de takjes to blijven sieren. Woldia wer den zo door geel geworden, half ver schrompelde leigenooten gevolgd en na enkele dagen stond do veelbelo vende azalea als een dor heestertje, met naakte schrompel takjes in de kamer. Dan heeft men ex- vaak ineens ge- noey van, do plant, die <le schuld van allo teleurstellingen krijgt verliest plotseling alle waardioering en ver lui ut regelrecht naar een koud hoek je ia den tuin of zelfs nog verder en het kloeke besluit wordt genomen: „nooit geen dure azalea's meer in ju ij a kamer, dan liever een paar kwa:kjeshlad'en een stevige Aspidis tra, die tegen een diuwtje kan. En toch is het jammer, want hoe me. zorg men aan een plant moet be st' In. hoo grooter de voldoening, als de zongen worden beloond en een fei'l is het. dal voor den echten plauten- Yriond, een Azalea, die het door onze kwoekkunet tot liet ontplooien van een paar bloempjes heef; gebracht, ve l meer waarde heeft, don een plant die dtoor de kunst van den vakman lot een miniatuur bloemveld je op Btam is ontwikkeld. Smaken verschillen. Persoonlijk geef ik zelfs in bijna alle opzichten dc voorkeur aan een plant, getooid met enkcïo bloemen. Uit een sehoonheids- cognunt prefereer ik die reuzenruikers nic:. AJs ik een rijbbloeiiende Azalea naar waarde weet te schatten, dan is het meer, omdat ze veel gloed en le ven in onze vertrekken brengt, om dat zo van natuurweelde en lente gen ot spreekt, minder uit een aesthe- tiscli oogpunt. Maar om op do mislukte plant te rug le komen. Totdat ze naar binnen werd ge haald, was de behandeling prachtig. Van dat oogenblik af begon de lij densperiode, die korter van duur was, naarmate de levensvoorwaarden on gunstiger waren. De planten, die uit den tiuin naar de kamer worden overgebracht, ver dragen dit heel gemakkei ijk, als zo de eerste dagen voor een geopend raam worden gezet Ts dit niet mogelijk, dan moet er enkele malen per dag worden gelucht Dit is voorloop ig de hoofdvoorwaar de, maar nilet minder gewichtig ia ip dezen tijd de doelmatige begieting. Ts hel vertrek vrij droog, grens hefc hv. non een kamer, waar wel gestookt wordt, dan moet iedere» dag de bloe- menspuit in werking worden gezel. Heel goed is bet, als men lauw water gebruikt voor de besproei ing. Het ge- beurt nu weer vaak, dat ondanks dc geregelde begieting, die blaadjes toch gaan neardwarrelen. Dan is er teveel water op de aarde gekomen en die wortels zijn ziiek ge worden. Het is daarom aan 'lie beve len, «le plant bij die besproeiing zoo 'te houden, dat het water, van de takjes en bladeren druipend, niet op de aar de teroclit komt. Wel moet de voe dingsbodem ma'óig vochtig worden gv houden. En vooral, als de knopjes zich ten slotte gaan ontwikkelen, moet de plant geregeld haar scheutje voe- ding9water hebben. Voorzichtigheid Is natuurlijk hierbij nog meer aan 'le bevelen dan bij de begaoting. De plant kan to veel van het goede krijgen. En als zo dan ten slotte, dank allo goede zorgen haar rose, witte of roode kroes kelkjes gaat ontplooien, moeten wij cr vooral voor zorgen dat op die teoro bloomen geen besproeitngswa'bea* te recht komt. De takjes, het Blommetje en, too mogr'i de blaadjes moeten hun ge regel i bad hebben. Dit komt den btoe- mëh lui goede en weken lang geven de Azalea's kloua- en leven. H. PEÜSENS. Rubriek voor Vrouwen Eind© van het winterseizoen. Nieuwe rokmoidleilm. Di verse Mouwen. i Halsafwer kingen. Veel nieuws is er niest in de mode. ten eerste omdat het seizoen op zijn eind raakt en ten tweede door de treurige tijdsomstandigheden, waar onder we loven. Wel taleeren de groolo magazijnen nu, ouder gewoonte, hun gelegen- heidstoiletten: mooie bol- en avondtoi letten, doch in de fijnere zaken gaat op dat gobied weinig of niets om, want nu alle hoffeesten afgelast zijn, hooft do „groote wereld'" geen behoef te aan nouveauté's. Voor familiefeestjes in intiemeu kring, die trouwens ook tot oen mini mum ziju teruggebracht, worden be staande toiletten gewijzigd, veranderd of gemoderniseerd, en daar blijft het bij. Eon en ander neemt niet weg, dat kleercn verslijten en door nieuwe ver vangen moeten worden, zoodat er na tuurlijk altijd werk is op de mode- ateliers en er dus geregeld vraag is naar nouveautés, want geen vrouw, die op élégance aanspraak wil maken zo' een nieuwe japon naar oen verou derd model laten ver ardigen, en dus, willen we even bespréken het weinige nieuws, -dat er gebracht wordt In de allereerste plaats zijn het de overrokken, die de aandacht vragen en waarvan enkele modellen bijzon der geschikt zijn voor meer gazette figuren. Ik bedoel de blokvormige ovrrokkea, die glad om de heupen vallen en voor en achter een schuine naad hébben, terwijl ze puntig zijn bijgesneden- De onderrokken (fonf de Jupe) wor den van liberty-Sattnet genomen en ingericht mét een stuk van de sbcf van hot toilet, zoodanig aangebracht dat het den indruk maakt, als had me" een dubbelen rok van stof. Men kon ook zeer goed tweeërlei slof gebruiken, <L w. z. geruit en ef fen, gebloemd en effen, of fluweel voor het stuk van den onderrok en zijde of een ander weefsel voor tuml- que en taille. Voor slanke figuren Is dc keuzo van rokken veel grooter, want zij kunnen d,e geruite stoffen dragen zon der tuniques. Ren aardig model ie het voTgcruto Men laat de ruit recht en wel zóó, dat men aan weerszijden op de heupen een naad krijgt. Die naden kunnen naar verkiezing met knoopen ver sierd worden. Dc overtollige ruimte aan de taille wordt van voren in een dubbele etolleplooi gelegd, die Hink geperst dient te worden, en van ach teren met fijne rimpeds aan de cein tuur genaaid. Een ander model, dat veel bijval vindt, is de lange gepïisseerde over- rok, die over een nauwen, rechten voeringrok gedragen wordt. Op den voeringrok behoeft men slechts een 80 o.M. breeden rand van de stof te werken daar <to gepïisseerde overrok slechts 25 c.M. Joorlor lis dan de voe ringrok. Los zijn de modellen van do korte manteltjes dio In het a.s. voorjaar gedragen zulten worden en die van wren met één. hoogstens twee knoo pen gestoten zijn en rond weggesne den. In de tailles is voorshands nog niets nieuws op te merken, want do kimo no-mouw verdraagt zich zusterlijk met hc-t raglan-model en de nauw sluitende ingezette mourw. Hoe vor- SdMUend deze drie modellen ook zijn mogen, hebben zij toch één punt van overeenstemming en dat is, dat zij den onderarm nauw omsluiten en 'ang zijn. Het gewraakte „en-coeur" dat reeds tot zooveel kritiek aanleiding gaf weet zich nog steeds f« hand haven en we willen hopen, dat we nog voor go ruimen tijd verschoond zullen blijven van de zoogenaamde „gekleede" staande boordjes, die met hun baleinen de mooiste huüd in korten tijd bederven en waartegen nog veel hygiënische bezwaren zijn in te brengen. Staande boorden toch maken vat baar voor kou-vatten ze drukken het strottenhoofd en veroorzaken conges tie, gevolgd door hoofdpijn. Men be wan dele daarom den gulden middenweg en. droge in den winter dag geen uitgesneden tailles, dito hoogstens in de balzaal op haar plaats zijn, maar daarom toch geen boorden die uw huid bederven, enz. enz. Een blouse, dio den hals omsluit en met een friaschen linnen of kanten kraag is afgewerkt, staat iedereen goed, terwijl voor meer gekleede tail les de hals wat meer uitgesneden kan worden en men een plastron van fijne Imnen of kant kan benutten, hetgeen eveneens zeer flatteus staat. Vrouwen, die om de een of andere reden een s taanden boord moeten dragen, kunnen met succes gebruik maken van losse guimpes, die met bedoelde boordjes zijn ingericht MARIE VAN AMSTEL. Brieven Dit Berlijn. OORLOGSDAGEN. Berlijn, 28 December 1914. Wit be Kerstmis I Wat wij jaren lang niet meer zagen het neerthvarreien der witte vlokken, die pas do eigen lijke stemming aan „Weihnachten" geven, ditmaal beleefden wij het weer. De morgen van den „Heiligabend" brak aan voor Berlijn-onder-de- sneeuw, en al bleef daarvan in de straten spoedig niets meer over dan modder, de parken en pleinen stonden in witten, onberoerden feestdos en de lanen der villa-wijken waren sprook jesachtig mooi in hun elratend-witte, glinsterende ijzel-pracht. Wonderlijke Kerstmie In Berlijn I Zoo ver van don Vrede en een zoo groot verbroederingsfeest onder de menschen! Daar was wel geen gezin, dat niet met eon of meer „veldgrij- aen" het heilig Kerstfeest vierde. De ambulances waren al een week le voren „uitverkocht" a Me lichtge wonden waren uitgonoodigd voor don Kerstavond door de een of andere fa milie, dlo hun hot gcmi6 van hun ei gen gez'n op dezen avond minder voelbaar wilde maken. En zoo gebeur de het, dat huisvrouwen, die niet vroeg genoeg aan deze invitatie had den gedacht, nog kort vóór het aan steken van den Kerstboom de straat opliepen, en, nadat zij op alle telefo nische aanvragen bij verschillende ambulance® nul op 't request hadden gekregen, to trachten op deze wijze nog een soldaat op te sporen, die met zijn ziel onder den arm rondliep. 'Tenminste, de drie mannetjes, die bij de familie, waar ik Kerstfeest vier de, als gast verschenen, vertelden ons dut zij onder weg nog eenige malen uitgenoodigd waren. En een kennis verhaalde mij van een soldaat, d'en zij yan de straat had willen meene men, en die geantwoord had, dat hij het maar beter vond naar zijn ambu lance te gaan, waar ook een boom stonden de kameraden hem verwacht ten, die niet konden uitgaan, en, voegde hij er trouwhartig bij de uit- noodigingen gingen door den inspec teur der ambulance, die dan de man schappen aanwees, hij had wel verlof, maar hij zou dan toch maar liever naarh uis too gaan En miji} teleur gestelde kennis vond deze vrijwillige subordinatie van den man, die toch evengoed aJs do anderen een zwak voor sigaren, peperkoek en Kerstlie deren had, zóó flink, dat ze het ant woord slechts prijzen kon. Tot den Beriijnschen Kerstavond hooren een gerecht van karpers, met een bruine botersaus of wei op zijn Pooisch kunstvaardig toebereid, met nat van vischbloed. bier en rozijnen (dat uitstekend smaakt), gevolgd door vruchten, kaas en peperkoeken van allerlei vorm en soort, en een stralen de Kerstboom. De beide Idalete hoofd- vereischten bezorgden den Berlijn- schen huisvrouwen ditmaal veel hoofdbrekens. Want de fijnste soor ten koek waren dit jaar niot in zoo groote hoeveelheid als anders voorra dig, of wel (en ik zou bijna het laat ste aannemen), de consumptie was grooter dan andere jaren. Massa's waren al voor 14 dagen naar do troe pen gezonden, en in het land zelf werd veel meer gegeven dan in nor male tijden en daarbij alweer vooral peperkoek. Met de Kers; boom en was het een ander geval Want zelfs als men re kent, dat voor ambulances en Kerst- uïtdeelingeu van allerlei aard ook dit maal méér boomen benoodigd waren, ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. zinnen, ja, juist deze met hun stc-rl behoefte aan eenigen troost, lang niet allen van den boom afstand hadden gedaan, al droeg hij slechts een paar witte kaarsen inplaats van den bon ten tooi van zilverdraden, klokjes, roode appelen en bonbons, was de toevoer toch bepaald minder groot dit jaar, en velen, die tot hot laatste oogenblik wachtten, moesten met een klein struikje In een bloempot tevre den zijn. Een avond van echte gezinsvreug de Is de Heiligabend andere, en nooit voelt een Duitsch hart meer heimwee In verre landen, dan wanneer het op dezen avond zijn familie, zijn kaar- senechijn en dennengeur ontberen moet. En ondanks het ontzettende van den oorlog, die daarbuiten woedt, ondanks offers en lijden en zóóveel heldhaftig gedragen smart. was hc-t Duitsche Kerstfeest vol wijding en harmonie. Want het was een feest van broeders, een vertrouwend geloo- ven in een betere toekomst, een geloo- vig volhouden en doorzetten willen van gansch een volk. De drie mannetjes, die bij het mij bevriende gezin Kerstavond vierden, waren écht uit het volk. Geen voor zichtig uitgezochte .Kriegsf rei willi ger" met gladde manieren en savoir- vivre en conversatie. Eenvoudig uit de barakkenstad op 't Tempel hoferveid per telefoon uitgenood'gd, met het verzoek drie soldaten te sturen, die geen familie hadden hier on een Kerstverenapering gebruiken konden, 't Waren allo drie Zuid-Duitse hens en daar kwam in den loop van den avond nog een Pruis bij. Ik weet niet of 's kouings rok de luitjes dat „sclbstverstdndliche" gaf, dat ge makkelijke, zonder onhandigheid, zon der een epoor ook van aanmatigende zelfbewustheid. Boeren en arbeiders, lezer, die zich de karper met een glas wijn lieten smaken en rond en Hink antwoordden op de hen gestelde vra gen, zonder geschetter, in allen een voud. Die hun, met harten van choco lade en koek, mot noten, appelen en sigaren, zakdoeken en andere nutti ge kleinigheden gevulden Keretbuidel met kinderlijke vreugde in ontvangst namen en, gezeten om den Kerst boom met ons allen, telkens om «en ander lied op den vleugel vroegen Kerst liederenvolkswijzen, die zij dan mee zongen. Daar zaten vreedzame akker bouwers en ik kon mij niet voorste1- len, dat het krijgers waren. Groote kinderen, die naar de lichtjes van den boom keken en zongen, ongehuw de kerels tusschen do 20 en 25, die trouwhartig de nieuwe pop van liet kleine meisje bewonderden. En waar om was het weemoed die ons besloop, loon zij, met zoo wanne dankbetui gingen, heengingen? Parijsche Brieven Het was een dag van regen. Den ganse hen dag was de zon niet versche nen; sombere wolken stonden stil. ver dunden ticlu Droppels vielen steeds, vielen aldoor, en drongen in je als vrouwentranen. En in een klein dorp kwam. tegen den nacht, eon detache ment Fransche soldaten binnen. Zij waren verdwaald geraakt in de be- boschte streken, waren op het oogen blik afgescheiden van de groote troe penmacht; doornat en verstijfd zoch ten zij nu een wijkplaats, een beschut- tingsoord. Het dorp was verlaten en somber; het moest nogal long geleden verlaten zijn geworden; de treurig heid spreidde er zich over uit, onbe wegelijk en koud. Maar toch, daar verder, wat was liet"? Een schijnsel, zeker, dun, vaag, vast... De mannen naderden oorzjchtig: 't is een afge zonderd, stil huis, maar daar is ten minste teven In! Zonder twijfel zijn daar grijsaards, twee oude echtge- nooten misschien, die koppig zijn ge weest, die niet op good geluk nf wil den heengaan, gezeten voor den haard, waar het vuur vlamt, «lat ge zelschap houdt? Fatalisten, zich teza men door het noodlot latende gaan, zijn ze daar, terwijl de vijand mis schien op hen loert. De luitenant zond eenige mannen op verkenning uit. De wapens in de hand, schrijden zij voort, half gebo gen, geruischloos, scherp luisterend... Zij sluipen op hun teenon om de mu ren heen. Zij loeren langen tijd, door de voegen van de gesloten blinden, door de reten der deuren, het sleutel gat. Nietal Doch ziehier een zijdeur, waarvan het bovendeel niet geheel sluit, en van daar komt de zuoeveu opgemerkte lichtstraal, dio nog voort duurt. Niets anders alles is kalm, men hoort mets... Terwijl men het huis omsingelt, loopeu de anderen, de bajonet aan den loop, vastberaden naar de ingangsdeur, gereed om de kolf te gebruiken. Doch als werktui gelijk, licht een hunner dc buiten- klink op en duwt zachtjes de deur gaat open!... Zij zijii binnengekomen zij luisteren bijgelicht door een electriseh znk- lampje gaan ze een kamer door, nog een andere, heel stil. Niets En plotseling wat is dut? Stemmen gegons? Zij spitsen de ooren: ja, men spreekt in het aangrenzende vei l rek! Een signaal, en zij zijn gegroepeerd, gereed om door te broken en zij openen nog deze laatste dear. Meer wat i6 er toch? Onze soldaten aarze len, richten zich op, staan stil, de lui tenant, die aan het hoofd staat, brengt de hand aan don képi, salueert op militaire wijze. Zij schijnen in een soort van heilig oord binnengetreden te zijn... Onder het wankele schijnsel van eenige kaarsen, geplaatst on de kleine tafels, waarover een servet, zijn, temidden van hen, vier mannen geknield, terwijl een andere, de oud ste, staande in een boek leest, met ernstig en langzaam geluid. En het zijn vijandelijke soldaten. DuitsclMrs! Zacht herhalen de geknielde man nen do woorden van den andere- De nadering van degenen, die zij moe ten vzeexen, heeft hen met in verw ar ring gebracht, zij bidden. De oogen ten hemel geheven, roept gansch hun wezen de Almacht aan: onbeweeglijk zijn zij daar, ver van het rcëele leven, waartegen zij hope zoeken! Onderwijl houdt hij, die las, op en de blikken der vijanden kruisten el kander. De Franschc soldaten, het ge weer afgezet, baden ook in groote stil te. Verrast door het onverwachte door wat subliem on zacht boven hun gemeenschappelijke ellende spreidde, boven moord en dend ood, deze ver getelheid van vijf menschen, die der Misericordia indachtig warenhad den zij zich vromelijk gegeven aan liet gebed. en hun lippen hadden werk tuigelijk de woorden willen prevelen, «lie zij niet begrepen... üprakcloo-, nog te zeer vervuld van de eeëxtn- sieerde menschelijkheid, wees de Dui*.- sober, die gelezen had, de wapens op den vloer aan en gaf zich zoo krijgs gevangen. Mager waren zij, deze terneergesla gen mannen; hun geloat had iets be rustende en sterfelijks. Zij waren af gedwaald van de hunnen, en de regen had hen verkild; zij dwaalden sedert acht en veertig uur, zonder gegeten le hebben. Zoo verklaarde de oudste, die een weinig Fransch kende. Eenige minuten later had de kleine troep, na schildwachten bij de toe- gangen geplaatst te hebben, in het eerste vertrek, verlicht in den ont zaglijk' grooten roetzwarten haard, een prachtig vuur, Franschen en Duitschers droogden zich. Men lachte nog ni«t; iets zachts ging van dezen naar genen, doordat zij samen ge beden hadden. Het huis was zonder F e u i S 8 e Êo n eoi Zij ontvxiw i-uvinkten bijzonder hartelijk en feliciteerde hem mot zijn goede vooruitzichten. Alice was weer bijna oven opgewekt als vroeger, jon go menschen herstellen zich spoedi ge!- van eon schok dan ouden van «ia- gen. Er werd geen woord gesproken over de arrestatie vaai Murilio, of schoon Laving ton overtuigd was dat tij daarvan wel la de couranten gele zen zouden hebban. Na de thee gingen do jongelui een flinke wandeling doen; het was een heldere avond, maar koud en do zee strekte zich als een blank© spiegel aan hun Voeten uit; het was al bijna donker toen zij terug kwamen en wie zal het hem kwalijk nemen, indien hij toen wel licht haar in de schaduw van de den- aenlwomen een kus op do lippen druk te? llelaos vloed, althans in de oogen Van het jonge paar, deze week af te vlug voorbij, ze was meenden zij, eerst begonnen, toen do laatste dag al aan» •brak. Iedere morgen bracht, hem mouw genot, eerst een zwerftocht tus schen do heuvels of boodschappen doen in het stadje, 's middags een rij toer in de omgeving en 's avonds «een gezellig bijeenzijn om de theetafel. Maar aan alles hier op aarde komt ten slotte een einde. Het was nu W oensdagavond en La ving ten moest den volgenden morgen naar <lo 6tad tarngkeereni, voor een vergadering van «ie kiesvereeniging. Dien avond na het eten liepen lüj en Beatrice nog een poosje aan het strand rond. Het wns mooi vriezend weer en de maan was bijna voL De lichten van de pier werden in het wa ter weerkaatst en als men dan «daarbij do lantaarns aan wal door de dennet i- boomen heen zag schitteren, maakte bet geh«eel een tooverachtig effect ik ban echter bang dat geen van hen bolden daar do noodig© aandacht aan schonk eu eon cynicus had wellicht gemeend dat zij voor jaren afscheid van elkander moesten nemen, zoo wanhopig zagen zo «er bedden uit. Ten slotte bleven aij een poos staan, ech ter een heining die hen voor den wind beschutte. Lieveling, zei Lavington nu: ik moet Je toch nog iets zeggen. Ik héb daar expres nog niet over gespro ken omdat Ik y> zoo graog alles, wat Je ook maar eentrssins pijnlijk kan aandoen, wil besparen, maar weet ja al dat do kwestio met mün vader weer bijgelegd is? Dat doet mij integendeel zeer veel genoegen antwoordde zij. Het griefde mij bepaald dat jo in onmin met hem waart, vooral omdat ik wist dat ik daar de oorzaak van. was. Ja, maar, kindje, bosef jo nu ook wat deze verzoening voor ons betee- keait? vroeg hij. Ja wel, antwoordde zij eenvou dig. Het beteekent dat wij ons nu kunnen engageeren cxx trouwen, ging hij voort, iiaar hand grijpend. ik begrijp wel dut het oogenblik nu nog niet gekomen Is om dat aan je moe der te vragen, maar ik kan toch niet van hier gaan zonder het jou te zeg gen. Ben je er boos over, schotje? Boos? Waarom? vroeg zij. Ik houd immers zielsveel van J© en ver lang niets vuriger dan eenmaal Je vrouw te wonden. Je moest het mij trouwens ook zeggen al begrijp jo zelf ook zeer goed dat er voorlooplg van geen huwelijk sprake kan zijn, Maar over een Jaar toch mis schien wel, opperde hij. Misschien, zei ze zeer zacht Ik geloof dat geen van belden op dat oogenblik besefte wat een Jaar ls. Het bestaat toch uit twaalf maanden, uit twee en vijftig weken en uit «ine honderd vijf en zestig da^en, maar voor twee gelieve echljnt Iedere maand eert eeuwigheid lang te zijn. Als je mijn vrouw zult zijn, ging hij voort, Zal ik de gelukkigst© man op de aarde wezen. Wat kan ik toch moer wanscben dan liet liefste meisje, dat er bestaat, do mijne le mogen noemen? Denk je dat ik goed gemoeg voor je ben? vroeg zij, ik ben somtijds bang, dat dit geenszins hot geval is. Jij verkeert in zulke hooge kringen en ik heb mij daar nooit in bewogen. Ja. toch eens heb ik op een diner naast een baron gezeten, maar xk vond dien bijzonder vervelend. Hij at de erwten met zijn nies en zei telkens niets dan: O, yiss. Maar met vervelend© baronnen zullen wij met omgaan, steldé Lu- vidHRton haar gerust, althans wij zullen ze niet te eten vragen als de toekomstvre gravin van Rippingdale dam- niet op gesteld is. Jij moogt zel ve je kennissen kiezen. Weet jo wel lieveling, dat do juweelen vun onze familie voor de kostbaarste van go- heel Engeland dooi gaan en dat jij die later zult moeten diagen? Wat zal mij dat angstig maken, Hylton, antwoordde éij. lk zit nu al telkens in doodsangst dat ik den mooian xdng zal verliezen, dien jij me gegeven hebt. Maar dat alles zal wel wennen, kindje, troostte hij haar. lk stel mij al voor hoe mooi je er dan zult uitzien, ondiidig mooier dan ©en van je voorgangsters. Op zekeren dag moet je eens met mij naar Ripping dale gaan, dun kan ik Je al hun por tretten laten zion. Of zij al die lieve woordjes geloofde weet ik niet, maar in ieder geval streelde zij liefkoozend zijn hond en zei ze hem dat hij een dwaze jongen was, hetgeen henx blijkbaar geenszins beleodigde. Den volgenden morgen aanvaardde bij de terugreis, nu weer oven gedrukt gestenid als hij een week te voren was geweest. Van bet Waterioo-sto- tion reed hij rechtstreeks naar zijn kamers, waar hij een stapel brieven vond. Hij had in den trein geluncht, zoodat hij nu niets wilde gebruiken, zoodra hij dus de correspondentie doorgeworsteld was, dio ditmaal iets ongewoons voor hem uit q'ü- tanticfi bestond, besloot hjj naar zijn vader to gaan, ten einde to zien boe do» hot mauktri. De graaf was rn'ct thuis, maar daar Somes hom verzekerde, dat hij niet lang sou uitblijven, begaf hij ziöh daarom naar de studeerkamer en ee.i boek van de plank nemende, ging hij zitten lezen, maar daar hetgeen hij eeuomeii had hem geenszins in teressant toescheen lieji hij naar de bibliotheek om een artdér te» halen. Hij koos er nu een van drie doelen, een geschiedkundig werk dat lvem als jomzen zoer dierbaar was geweest. omdat het zooveel mooie platen l.o vatte. Ik vraag mij af hoe dikwijls lk dio al bekeken liob, mompelde hij nu in zich zelf, ik geloof ul wol dui zend molen. Iedere plaat had nog een eigenaardige herinnei-ing voor Ite-m. Hamulus en Remus en «Je Wolff «lo den hem nog terugdenken uon den dag. waarop zijn vader hem de Ro- meinsclie geschiedenis had geloerd, terwijl de p aat waarop N ro naar h« t brandende Rome keek hem den mid dag herinnerde waarop hij niet mocht gaan schaatsenrijden omdat hij zwaar koude had gevat. Nadut hij elle platen B lieken had, stond hij op om do boeken weer waj te ztetca, loeit hij tot zijn verbazing cca rtuk' van «>en wandelstuk achter de boeken vei scholen, ontdekte. Welk een vreemde plu at 9 om och stok op to bei-gen, mompelde hij in zich zelf terwijl hij zich vooroverboog om die voor oen dag té halen. lk héb die aJ meer gezien, geloof ik, zet te hij zijn alleen spra«k voort, terw ijl hij naar den zilveren knop k*ïek om even later dood el ijk verschrikt uit te roepon. Mijn hemel, wat is dat? Want op den zijkant daarvan stonj de naam van kapitein Webster gegra veerd. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1915 | | pagina 9