De Europeesche
Oorlog.
Armorel.
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
WOENSDAG 10 FEBRUARI 1915
bij hét punt, waar het kanaal uit het
Timsah-meer begint. Do voorui'ige-
scJiove» afdeelingen hadden de klei
ne oase van Bir Murra bij het ka
naal bereikt. Slechts liier werd eenige
dekking geboden, die de vermelding
waard ia. Zuidelijk lang9 't Engelsche
front haar Serapeum strekt zich een
open zandvlakte uit, kaal en bijna
zonder een enkel bosahje.
Na middernacht begonnen do Tur
ken den aanval. De ponton-ufdeeung
en do eerSie reaerven werden in het
eerst niet gehinderd. „Wij hoorden
niets van uw kunt", zeide een gevan
gene. „Wij wisten, dat uw loopgraven
dichtbij waren maar vernamen geen
geluid. Slechts hoorden wij in de ver- j
te drie honden blaften. Wij bereikten
het water en begonnen te graven en 1
een ponton-brug te bouwen. Wij dach
ten, dat wij een opening in uw linie
gevonden moeste® hebben. Toen open
de een maxim-kanon het vuur op ons
Met den steilen kanaal-oever achter
zich, worden de ongelukkige Turken,
die liet water bereikt hadden, door 't
Engelsche vuur weggevaagd. Velen
werden gedood of verdronken. Een
detachement van twee compagnieën
van bet ?5ste regiment, dat hen steun
de, leed zware verliezen. Pogingen,
om den aanval meer Zuidelijk mei
maxims te dekken, mislukten Hel ?4e
regiment, dat het 75ste steunde, wist
een boot te water 'te laten, die zonk,
toen do Westelijke oever bereikt werd.
Een officier en een soldaat, die in le
ven waren gebleven, werden gevan
gengenomen. Do Engelsch-Indisdw
troep, n schoten goed en vochten koel
bloedig.
Do aanval mislukte, maar het ge
vocht was niet voorbij. Bij het aan
breken van den dag viel de Turksclio
artillerie de oorlogsschepen op het
Timsah-meer aan. Schoten uit een
vijftien-centimeter-kanon, troffen do
„Hardïnge" tweemaal en liet blijkt,
dat een granaat zoo dicht neerkwum
bij do landingsplaats te Ismaila, waar
een aantal inwoners van de stad naar
het gevecht stonden t© kijken, dat er
een plotselinge paniek ontstond. La-
'ter op den dag bracht een Fransdi
oorlogsschip het vuur tot zwijgen.
Jntusschen waren do Engelsche en
Egyptische artillerie in actie geko
men op verschillende punten langs N
Engelsdhe front. De uitwerking was
overal goed. De Turksche colonne,
weike nabij Toessonm den aanval her
nieuwde en een andere, welke tegen
Seiapeuni optrok, werden door hevig
artillerievuur aan liet wankelen ge
bracht, keerden terug en werden ten
slotte door hei oprukken dor Engcl-
schen uit Serapeum en elders Oost
waarts gedreven. Velen werden go-
dood en gewond en een aantal, dat
zich tusscJien Toessoum en Serapeum
had ingegraven, werd aangevallen en
overweldigd en gaf zich over.
Inmiddels had do aanval bij Ismai
la geen beter succes en om drie mil
's middags waren de Turen in vollen
aftocht. Zij konden echter niet al hun
overlevenden in veiligheid brengen,
want den volgenden dag maakten do
Engelsche troelen, die Oostwaarts
trokken, bijna zonder tegenstand, een
200 i.ii 1 gevangenen, drie maxims en
een kameelen-convooi buit
Gedurende de actie op 3 Februari
tusschen Ismaila en Serapeum vond
een gevecht plaats te tl Kantara.
Door de Engelsche Inundaties waren
de Turken gedwongen, op een smal
front en zacliten grond voorwaarts 'ie
rukken, waarbij enkelen, volgens
ooggetuigen van het gevecht, tot do
heupen iu de modder zonken. Ook de
ze aanval mislukte. Bij het aanbreken
van den dag vond een andero aanval
plants ui't het Zuid-Oosten.
Nergens hadden do Turken eenige
kans op succes. Do Syrische troepen
traden flink op, maar 't Engelsoho
vuur was hun to machtig. Door een
van de granaten werd een groep van
hun officieren gedood.
De opmarseh der Indische troepen
voltooide het werk der Engelsche ka
nonnen. Den 3cn was alles voorbij on
toen do Engelsche 'troepen den 4den
een verkenningstocht deden bij het
kanaal, bleek, dat do Turken In vollen
aftocht waren; zelfs op stellingen,
mijlen verder, die nog een krachtig
steunpunt hodden kunnen vonnen,
was geen Turk meer ■t© zien.
En toon kwam do stroom gevange
nen, geweren en wapentropheeën. De
gevangenon, die dachten, dot ze ge
pijnigd zouden worden, waron zeer
verheugd, goed voedsel te krijgen en
een goede behandeling.
De meening, dat de opmaisch van
de Turken volkomen gestuit en deze
in vollen aftocht waren, word't door
do laatste berichten bevestigd.
Het Engelsche gezantschap in Den
Haag hoeft het volgende communiqué
mtgegevc-ii
Het volgende officieele bericht ie
Maandag uit Cairo ontvangen
„De verliezen, door de Turken ge
leden bij den aanval op.het kanaal,
waren zwaarder dan eerst veronder
steld werd het is moeilijk liet getal
der öoodon aan de zijde der Turken
te schatten, wegens het uitgestrekte
govechtsgebied, maar meer dan vijf
honderd dooden, met inbegrip van
zes, die in liet kanaal verdronken wa
ren, zijn thans gevonden en begraven
door de Engelsche ojisporingspatrouil-
les. Er waren zeshonderd-twee-en-
vijftig gevangenen, van welkeer hon
derd gewond waren.
Voortdurend melden zich nog deser
teurs aan Vier Turken, van wie be
richt werd dat zij het kanaal waren
overgestoken, hebben zich thans aan
gegeven. liet Turksche leger is in vol
len aftocht in oostelijke richting, en
er zijn thans op twintig mijlen van
het kanaal geen Turksche strijdkrach
ten te vinden. Op dien afstand bevon
den zich slechts geringe achterhoede
troenen, die op het oogenblik in oos
telijke richting terugtrekken. Deze te
rugtocht is waarschijnlijk veroorzaakt
zoowel door de ontmoediging der troe
pen over hun nederlaag van den 2den
en 3den Februari, als door gebrek aan
water in het Westelijk deel der Sinai-
woestij». Of de Turken hun moreel
zoozeer zullen kunnen herstellen, dat
zij een tweeden aanval op het kanaal
zullen kunnen ondernemen, kan nog
niet vastgesteld worden op het oogen
blik."
Verspreid Nieuws
van de oorlogsvelden
VERNIELEN VAN LOOPGRAVEN
DOOR MIJ'NEN.
In een officieel -bericht van het wes
telijk oorlogstoon rel werd dezer da
gen melding gemaakt van aanvallen
op een loopgraaf, die vooraf door een
mijn godeclte!i;k was vernield.
De „Times" bevat een beschrijving
van zoo n oorlogsdaad. Op 25.Janua
ri (zegt het blad) werd een aanval ge
daan op een der Engelsche loopgra
ven. Doch vooraf werd door de Duüt-
schers een mijn ontstoken, onder een
loopgraaf nabij den gpoorwegdriehoek
oostelijk van Guinchy. Door du ont
ploffing werd een spoorwegrai'l van
ongeveer 25 Pond over een afstand
van een Eng. mijl weggeslingerd in
een veld waarbij een'ge Engelsche
soldaten stonden.
Bij een tateren aanval werden
door de Engeischen lyddietgranaten
ln <le Duitsche mijnen geworpen de
ontploffing van zulk een granaat
wierp een Dintsch soldaat uit de loop
graaf, over den spoorweg en het ka
naal, in een Engelsche loopgraaf, die
ten noorden van het kanaal was aan
gelegd.
DE ENGELSCIIEN EN FRANSGHEN
VERGETEN HUN SPORT NIET.
De Tunes" vorteU
Via-lc bij de plaats, waar op zoo
krasse wijze wordt gevochten, waar
de artWlcrieduels niet van de lucht
zijn, waar de infanterie voortdurend
waakzaam moet wezen om niet te
worden verrast door een pioiseüngen
aanval van den vijand, kan men vaak
een troep Engelsohe of Fransche sol
daten zien voetbaüen ja het gebeurt
dat van de reserve-troepen, dicht bij
de vuurlinie, twee ploegen, een Fran
sche cn een Engelsche, als gekken
rondspringen om twee stokken, d'e
een goal verbeelden moeten.
DE MODERNE OORLOG.
't Alg. Handelsblad schrijft:
„Merkwaardig is het. dat in dezen
strijd de taak der cavalerie, behalve
dan voor ordomianscadieiist achter
de linies, geheel negatief geworden
's. Dat wil zoggen: d'e cavalerie
vec-ht als Infanterie in de loopgraven,
de verkennings- en kondschops-
dienst wordt verricht door d6 vliege
niers, en de paarden dienen voor
vossenjachten of schnMzeljachten
die door stafofficieren achter het
front worden georganiseerd.
Do artillerie echter heeft in deze
gevechten een hoogst belangrijke
tuuk- voortdurend moeten do vijan
delijke Unies in het oog worden ge
houden^ en bij de minste verdachte
beweging, op het vermoeden zelfs
van. troepenconcentraties worden zij
zoo krachtig en voortdurend onder
vuur genomen, dot geen plekje bin
nen het bereik van het geschutsvuur
kan worden betreden zonder ge
vaar.
Alles moet dan ook 's nachts ge
beuren: liet aflossen der voorposten,
het verwisselen der Ireepen uit de
verschillende linies, het brengen
van eten uit de aohtc'iggende 'imes
naar de voorposten, tenzij de loop
graven door zijgang en traversen
zijn verbonden met de daarachter
gvlegen ingegraven logies-, wacht
en verzamelplaatsen In geen vroe-
g-ren oorlog i© het aanleggen van
zulke ingegraven stellingen, met al
lerlei onderuardsche gangen cn ver
bindingswegen zoo uitgebreid, zoo!
st.elsetmat'g toegepast als in dezen
strijd.
De tijden, waarin een staf. te
paard en schitterend 4'an goudbor-
duurse's, op een heuvel staande,
een gevecht gadesloeg en in staat
was a'le bijzonderheden ervan te
volgen, zijn dan ook lang voorbij.
Ver van h"t eigenlijke front, in een
stU landhuis, of in een kasteel, z't
de staf, telefonisch verbonden rnet
elk deel van het gevechtsterrein; op
de tafels liggen de kaarten, wanrop
met blokjes of spelden de posities
der legers, voor zoover die bekend
zijn, worden aangegeven; cm daar
kernen alio berichten binnen, die
van leder deel van het front worden
verzonden, en worden de maatrege-,
len bevolen, die in verband niet de
ontvangen betichten ooodig zijn.
Ook de oorlogscorrespondenten
van de bladen kunnen niet meer den
slag uit de verte aanschouwen, en
over het verloop ervan berichten
zenden aan hunne- bladen. Zij móe
ten zich thans tevreden stellen met
het verzenden van de berichten, die
zij van den generale» staf vernemen,
cn kunnen zich overigens, uren ach
ter de Unies, beaig houden met het
geven van Indrukken, door rustende
soldaten of afgeloste officieren mede-
gedoeld.
Zoo gaat het in het westen en in
het oosten
EEN JONG SOLDAAT
Het EIxasa-LoUinringteche Sehul-
blatt meldt, dat de oorlogsvrijwilli
ger Alfons Köberle. een knaap van
13 1/2 jaar uit Kolman, het IJzeren
Kruis heeft gekregen.
Toen hij geoefend was, nam hij
eerst deel aan patrouillediensten,
zoo meldt het blad, waarbij hij bij
zondere bedrevenheid aan den dag
legde in het opzoeken en waarne
men van de vijandelijke stelling. Bij
de hoeve EichwaUHe bij Soh lucht. ge
raakte hij in Fransche gevangen
schap. Door handige uitvluchten kon
hij z'chzelf en de manschappen, die
bij hem waren „uit groote ongelegen
heid" redden; en toen hij na twee
dagen in een onbewaakt oogenblik
aan de Frantche patrouille ontsnap
te nam hij haar no-- acht geweren af
Het was hem te zwaar, om die alle
te dragen. Hij verstopte er vier 'm
het bosch, en met de andere vlier
ging hij naar Munster terug. Tot
belooning word hij tot korporaal be
vorderd. Bij de gevechten om den
Buchenkonf kwam hij in nog grooter!
gevaar; a's patronendrager geraakte
hij daar in een moeras, waaruit hij
slechts met groote moeite bevrijd j
kon worden. Op het noordelijke oor-
logsterrein legde de jonge vrijwilli
ger weer een bewonderenswaardige
tegenwoordigheid van geest aan den
dag Aan zijn koelbloedige en han
dige bediening van een machinege
weer hadden twee officieren hun le
ven te uanken' en daarvoor werd
hem de hoogste onderscheiding, het
IJzeren Kruis 2do en 1ste klas, ten
deel. De wond, cte hij aan de hand
kreeg, is al lang weer genezen. Vol
gens de bepalingen, mag Köberle de
onderscheidingstoekencn pas dragen,
a's hij zestien is.
In het hoofdkwartier werd hij aan
den Keizer voorgesteld, die hem be-
loofde, dut hij oj> een onder'jf Let era
se hooi geplaatst zou worden.
De jongen, d'e de zoon van een
dagJooner is, heeft het op school
slechts mee de grootste moeite tot
de 4de klasse (5de schooljaar) ge
bracht. Maar door zijn karakter w'st
hij zich ulgeroeen bemind te ma
ken. Hij toont nu ook een' groote
oanhankelijkhe'd voor zijn onder
wijzer en zijn medescholieren, en bij
hen brengt hij zelfs liet kortste ver
lof door. Verleden week Zaterdag,
zoo zegt het blad. kwam hij weer in
volle uniform op school om van de
klas afscheid te nomen.
DE ENGELSCHE „OOGGETUIGE
VERHAALT.
Aan het Jongste verhaal van den
„ooggetuige" bij het Engelsche hoofd
kwartier in Vlaanderen en Noordelijk
Frankrijk ontleent men do volgende
passages
„De Zondag, 31 Januari, ging aan
het Engelsche front zonder ecnig
voorval voorbij. Ten Noorden van
onze stellingen hadden plaatselijke
aanvalleo tegen de Franschen plaats.
Op één plek trachtten een vijftigtal
Duitsohers een Fransche loopgraaf te
bestormen, Zij werden Rit den laat-
sten man gedood door artillerie- en
geweervuur Hier in de buurt, ten
Zuid-Oosten van Yperen, had een
ecnigszins zonderling voorval plaats.
Een officier en twee manschappen
kwamen plotseling uit de Duiteche
loopgraven toesnellen. Zij hadden nog
geen tien passen gedaan, of alle drie
stortten dood el ijk getroffen neer. Deze
waanzinnige daad is alleen te verkla
ren als men aanneemt, dat de andere
manschappen weigerachtig waren, de
loopgraaf te verlaten en tot eene be
storming over te gaan. Indien dit de
juista verklaring is, dan moet worden
erkend, dat een dergelijke houding
bij de Duitsche troepen slechts zelden
voorkomt."
,,In den morgen van 1 Februari on
dernamen de Duitschers drie aanval
len op de Fransche stellingen ten Zui
den van den weg van Béthune. Twee
daarvan versmoorden in hef artille
rievuur van do Franschen. De dorde
was een weergaloos dappere, maar
volstrekt vruclitelooze poging, om de
loopgraven der Franschen te nemen.
De aanvaJIers bereikten do loopgra
ven, maar daar werden zij ook letter-
lijk weggevaagd. Er werden voor de
linie der verdedigere 75 lijken geteld,
en hoogstens twee of drie man van de
aanvallers ontkwamen geheel onge
deerd."
EEN MONTENEGRIJN EN ZIJN
ZONEN.
„Ja. mijn zoon', zoo schrijft een
Montenegrijnsch vader aan zijn zoon,
die met de Canadeezen vecht, „einde
lijk is voor ons de tijd gekomen om
met de Oostenrijkers het zwaard te
kruisen, maar gij vergist u deerlijk,
als gij aenkt, dat ze gemakkelijker te
verslaan zijn dan de Turken.
Het is waar, een Oostenrijksch sol
daat kan met een Turkschen soldaat
niet worden vergeleken op het stuk
van het gevecht van man tegen man,
maar de Oostenrlikers hebben doode-
lijke geweren, en do grootste held
kun vallen door een kogel.
Dit zal u het treurige nieuws ver
klaren, dat ik u te melden heli. Uw
dierbare broeders Radoja en Nivoza
zijn dood. Uw broeder 'bnjo en ik zijn
gewond.
Wat u zelf aangaat, gij zijt onder
vreemden en in een vreemd land,
waardoor misschien uw geestdrift
voor den strijd niet zoo groot is dan
wanneer gij onder de uwen waurt.
Daarom bezweer ik, uw vader, u Otn
onzen naam niet Ui onteeren, doch
zonder aarzeling uw bloed te vergie
ten. alsof gij met uw stamgenooten
vocht. Wees indachtig dat gij den
zelfden vijand bestrijdt strijd dus
mot het geloof eens helds en als het
Gods wil is, sterf zooals uw broeders
zijn gestorven, want een roemrijk
sterven is beter dan leven als laf
aard."
BIJ DE DUITSCHE GEWONDEN
IN. LYON EN BORDEAUX
De Duitsohcr-Amer.kaan Max R.
Funke. schrijft in het tijdschrift
„Mlirz" de volgende herinneringen,
opgoteekend van zijn bezoek aan de
Duitsche gewonden in Lyon en Bor
deaux.
..Ik ben in Lyon, en verliet juist de
zieken- en operatiezalen waar Fran-
rijk's soldaten lijden, en ga een ver
dieping hoogcr
Als oorlogscorrespondent van de
Noord-Amerikaansche bladen aan het
Fransche front, heb lk permissie ge-
gen van de desbetreffende autor.tei-
ten, om de beide grootste hosp'lalen
van Frankrijk, te Lyon en te Bor-
dc&ux, te bezoeken, waar Du'tsehe
gewonden verpleegd worden.
Op de bovenverdieping ligt de vij
and! Een Fransche Roode Kruis-zus-
ler begc-le'dt mij. Bij den ingang
etaan twee schildwachten, de bajonet
op het geweer, en laten menend naar
binnen, die geen permissiow speciale
heeft.
Ook mogen de vijanden hun zalen
niet verlaten.
Zoo worden zij van elkander gehou
den de „Feldgrauen" eu de rood-
brooken.
De deur Wordt geopend, en ik zie
een groote Üchio zaal, waar in bet
der.; bedden de Fransche beddc-n
zóu uitstekend de groote blonde
Germanen vredig liggen, zoo zwak
en zoo lijdend.
Op het Westelijk
Oorlogsveld.
De Duitsche staf deelt mede:
»,Er is uiets belangrijks voorgeval
len."
't Fransche communiqué luidt:
„In den nacht van <i op 7 Februari
deden de Duitschers drie mijnen ont
ploffen te I-a üoissêllo voor de hutzen
in het dorp, die de geallieerden bezet
hadden, 2 1/2 compagnie Duitschers
ontvingen order, de posities der ge
allieerden te bestormen, maar slaag
den er niet in, voort te dringen. Maah-
Uagnamiddag deed een compagnie
Fransche troepen eer- tegenaanval cn
verdreef do Duitschers u.t de loopgra
ven, die onmiddellijk door de Fran-
echen in «tenat van verdediging ge
bracht werden. De Duitschers lieten
200 gesneuvelden op liet slagveld ach
ter.
Ten noorden van Mesnil-les-Hurhis
veroverden do Franschen een bosch,
waarin do Duitschers zich krachtig
versterkt hadden.
In de Argonne duurde het infante-
riegevecht te Baguvelle voort. De Duit
peilers, die er eerst in geslaagd waren
voort te dringen, hielden nog slechts
eenige kleine gedeelten van de meest
vooruitgeschoven posities der Fran
schen bezet. De strijd om deze punten
duurt, voort".
Van 'I Oosfalijk
Ooriogstooneel.
't Duitsche tlafbericht luidt
„Aan de Oost-Pru'sische grens heb
ben de Duitschers weer eenige kleine
plaatselijke voordeelen behaald.
Anders Is de toestand onveran
derd,"
De Oostenrijksche staf deelt
mede:
„In Polen en Wesl-Galicië geenerlei
verandering.
Ln het woudgebergte is een artille-
rie,gevecht, aan den gang.
De Oostenrijkers zijn er .Maandag-
mid<lag in ge-laagd een door de Rus
sen hardnekkig verdedigde plaats len
noorden van den pas van Volovec na
een gevecht, dat verscheiden dogen
had geduurd, "ie nemen. Zij hebben
daarbii eeu groot aantal krijgsgevan-
genen gemaakt en er is veel munitie
en oorlogsmateriaal in hun handen
gevallen. Aan het overig gedeelte van
liet Karp allien front worden hevige ge
vechten geleverd. In het westelijk ge
deelde weiden verschillende aanvallen
der Russ-en afgeslagen. Doarbij na
men de Oostenrijkers 3W Rusten ge
vangen en maakten dne machinege
weren buit.
Do Oosten rij koelie opmarseh in de
Boekowina vordert. Wnma is door de
Oostenrijkers bezet.
Uit den Balkan.
DE STRIJD AAN HET SUEZ-
KAN AAL.
Een speciato medewerker van de
„Times" Ie Cairo zegt zoo lezen wij
ln de Telegraaf dat men zich
thans e©n denkbeeld kan vonnen van
de bewcgingieu en plannen der Tur
ken vóór de jongsto gebeurtenissen
aan liet Snez-kananl. Ln tegenstelling
met hetgeen hieromtrent gewoonlijk
gedacht wordt, dirigeerde Djernal
pasja het grootste deel van zijn voor
hoede naar do moc-iliiiker vooruitge
schoven linie van HaJir-el-Auja via
Wadi-el-Arisch en DjebeJ Libni .naar
Jsinaila en Toussouin. Een betrekke
lijk kleine groep marcheerde van El
Arisch in ilc richting van El Kanlara
via Katieh, terwijl Turksch gezinde
groepen, die den weg Akaba-Nakhl
volgden, onbelangrijke acties onder
namen iu do streek van Suez en bij
Tor. Zij dachten waarschijnlijk door
deze demonstraties da Engelsche troe
pen van meer gewichtige punten ai
te leiden en niisswducn eenige gis'ting
ln Egypte to verwekken, maar in
dezo verwachtingen werden zij teleur
gesteld.
Wat men ook van de tactiek van de
Turken mag zoggen, de maairegelen
voor het doortrekken van de woestijn
Feuilleton
Uit hei Éngelfich van
WALTER BESANT.
Gij zult mij niet kwalijk nemen
als ik zeg, dat gij et-rdtór had't moeten
komen, mijnheer, liet was merkwaar
dig om te zien hoe roclit de oude
vrouw zat en "hoe diiidfiijk en overtui
gend zij sprak.
Er is nu slechts één over, het
kind Armorel. Morgen zul't ge uw zak
tijrug hebben, mijnheer. Weder mji gij
ouzo gast. Ditmaal hoop ik dut als
gij ons verlaat, gij ren zegenwensen
in plaats van een vloek over ons huis
zult uitspreken.
Armorel staakte haar spel eu de
om.to vrouw hield on met praten. Zij
zag om zich been: lm re ougen veria
roil hun vuur, haar gelaat verloor zijn
uitdrukking en hare mond zijn vast
heid. Zij viel achterover in hare kus
sens en het Jioofd zonk haar op de
bomt.
Dorcas en Chessuii stonden op en
droogen haar naai* hare slaapkamer.
De oude man roe3 insgelijks van zijn
stoel op en slofte de kamer uil Ar-
waren goed. De manschappen hadden
genoeg te eten en te drinken en blij
ken goed ge marcheer! te hebben, daar
zij den geheelon afstand van Beerstoe-
ba naar het kanaal Ln tien dagen af
legden en over het algemeen in goede
conditie aankwamen. Alles was ge
daan om hen ïo sterken in de mee
ning, dat het overtrekken van het ka
naal zonder moeilijkheden kon plaats
hebben.
De regimeuls-prodikers hadden in
structie de soldaten te waarschuwen,
dat, terwijl de overwinning of hel
paradijs lien in Egypte wachtte, de
dood of de hel het vooruitzicht zou
zijn van hein, die terugtrok. De offi
cieren, van wie enkelen veel vertrou
wen lil ijken le hebben geliad, voegden
bun hevelen bij de vermaningen van
de Imans, 'ierwijl lengen ach tig© arti
kelen in de „Tanin", waarin d© Rrit-
sche troepen beschuldigd worden van
moord op de „Arabisch* broeders'
ondor lieu verdeeld werden, volgens 't
systeem van het „Comité voor Een
heid en Vooruitgang".
Do midden-colonne van de Turksche
vooriioed© was gevormd uit troepen
van het achtste Turksche legercorps,
onder bevel van Djemal-pasja, een
naamgenoot van den Ottomaansehon
opperbevelhebber van het leger in
Syrië; san deze troepen waren gedeel
ten van het vierde legerkorps toege
voegd. Van do Bedoeïnsche hdlptroe-
pe», waarvan sinds het uitbreken van
den oorlog met Turkije zooveel ge-
lioord is, heeft men in de Jongste ge
rechten maar bitter weinig gezien cn
het schijnt of do reusachtige hoeveel
heden onregelmatige troepen, waar
van onlangs veel verhalen de ronde
deden, óf nooit bestaan hebben, óf
op geheimzinnig* wijze verdwenen,
vóórdat de Turksche voorhoede het
kanaal naderde.
Hot eerst© gevecht met de vooruit
geschoven. afdeelingen van Djernal's
Noordelijke colonne had den 27en Ja
nuari plaats. Het was een onbelang
rijk treffen, waarbij de verliezen aan
Eügelsch© zijd© klein waren, maar 't
toond© duidelijk aan, dat do Turken
een punt in de richting van Katieh
wilden veroveren. De volgende paar
dogen werden do vooruitgeschoven af-
deelingign versterkt, terwijl Engelsche
vliegers er in slaagden bommen le
werpen op Turksche troepen, die
Westwaarts oprukten. Een vau de En
gelsche vliegmachines ontkwam ter
nauwernood aan het gevaar van ge-
nodzaakt te zijn in do nabijheid van
den vijand te dalen en vloog, toen hij
bijna in zijn handen was, onder een
hevig vuur weg.
In dit verband dient opgemerkt, dat
de dood van twee Engelsche viiegers,
dio bij ongeluk door Eugolsche voor
posten gedood werden, geenszins te
wijten was aan een misslag van de
Engelsche soldaten. De vliegers, die
geen van beiden soldaat waren, flo
ten, toen zij bij de Engelsche voor
posten waren, die hen in de duister
nis even konden zien. De Engelsche
manschappen dachten, dat dit een
sein was om u-an te vallen en open
den het vuur met het noodlottig ge
volg.
Den 2en Februari geraakte de Turk-
sclie voorhoed© binnen het bereik van
"t Engelsche centrum. In den loop van
den en den Engeischen slechts zes man
actie bij Isiuuila tijdens een zaad-
storm, dio wolken stof en zand door
de kale woestijn deed gaan c-n de
Turksch© kanonnen misleidde, d'io
groote hoeveelheden munitie verspil
den en de Engeischen sleehts zes man
deden verliezen. Het schieten van de
Turksche infanterie was slecht. De
Turken werden hevig beschoten door
lend- en vlootgeschuL maar de stof
wolken beletten den Engeischen man-
scJinnnen, vast te stellen, welke ver
liezen zij toebrachten.
Ondertusschen bereidde een colon-
no blijkbaar bestaande uit een Turk
se! i© ponton-of deeling, het 75ste regi
ment, dat tot de 25ste divisie behoort,
met het 74sto regiment van dezelfde
divisie en twee Anatolische bataljons
in reserve, een aanval voor op de En
gelsche stelling bij Toussoum, dicht
morel schoof dö tafel weder op hare
plaats en slak die kaarsen aan. Zij
wist dfcit wat do oude vrouw verhaald
had, slechts een oogeublikkelijkc op
welling van oude herinneringen was
geweest en dut den volgenden dag
aWè3 vergeten zou zijn.
Zij deed mij bijna gclooven dat
mijn naam Fletcher is, zeide Roland.
Zal ilc hdor morgenochtend om don
wik vragen? Wiaar is dii© zak'? liet
moet een ware geseliedems zijn, Ar
morel, daar ben ik zolter van.
Zeker is het een ware geschiede
nis; JustKiiianus wed er allee van, of
schoon het lang vóór vin geboorte
gebeurd K Fletcher was de romig©
poistton dio gered werd: de kapitein,
d© officiers, de bemanning, de passa
giers, allen verdronken. Hij werd
door kapitein Rosevcan gered en hier
Ln dfitihuis gebracht. Hij heeft ziek go
legem op de kamer waar gij logeert,
de slaapkamer van mijn overleden
broeder Emanuel.
En cto zak.'
Van den zak weet Lk niets. Die is.
dónk ill, Lang verdwenen, niet al het
geld dat mijn voorvaders met smok
kelen en loodsen gemaakt hebben. Ik
had roette gezien dut zij dagen lang
uw gelaat bespiedde. Doch morgen is
zij alles weder vergeten.
lk vermoed dot ik uiterlijk eeni
ge gelijkenis heb met dien bevvusteu
Robert Fletcher. Nu, hoe liet zli, Ar
morel, het is ren gapde avond ge
weest. Ik heb het gelult weder in uw
geslacht ter afgebracht. De oudo
vrouw heeft dut gezegd.
HOOFDSTUK VIII.
Roland's brief.
Roland ging wag. Evenals Robert
Fletcher beleefde hij dk.it hij zou te
rugkomen, en evenals do oudis groot
moeder, maar om andero redenen,
bewaarde Armorel deze belofte zorg
vuldig m haar hart. Evenals Robert
Fletcher vertrok Roland Lee met het
gevoel dat hij tets op het eiland had
achtergelaten. Denk echter niet dat
het zijn hart was, waarde lezer. Een
jongmensch van een-en twintig Jaren
schenkt zijn hart niet meer zoo op de
ouderwetscho manier weg; hij draagt
het met zich mede en bewaart het
zorgvuldEéc ter plaatse waar het be
hoort.
Hij nam de pen in de band om
haar reu brief le schrijvi-n. Het zou
een hartelijke, teedere brief geweest
ziyn, als zijn verstand zich daartegen
niet had verzet. Zij 1s maar een
eenvoudig buitei meisje, zo Life dit deel.
Welke toekomst is ei* voor haar
denkbaar, dan d)e vrouw te worden
van den een of andereu gewonen
eilandliewoner? Waarom zoudt gij
haai- zielsrust storen? Waarom zoudt'
gij, onder dien dekmantel van bescha
ving, die zaden m haar strooien van
ontevredenheid? Laat haar aan haar
lot over. Vergeet dio zwarte oogen, In
wier diepten zuik «ren groote ziel
scheen te liggen. I-aat haar met vre
de. Of, daar gij schrijven moet, laat
het" een koude brief zijn, vriend
schappelijk, maar vaderlijk.
Het was <fe eerst© brief die ooit
rechtstreeks naar Sarnsou werd ge
zonden. Over dón jxiét kwamen nooit
brieven op dat ealnnd. Wie zaken met
Samson to doen had. verliandeldo die
aan <!•.- haven, met Jusüutetmis of
Peter. Natuurlijk was dit de eerste
brief, dien Armorel in haai- leven ont
ving. Peter bracht hem voor haar
mede. Hij luid het wonderbaarlijke
veerworp in grijs papier gewikkeld,
uit vrees dat het vlekken zou of nat
worden. Armorel haalde het uit dien
omslag te voorschijn en staarde er op
met d* verbazing van een kind dat
onverwacht een nieuw stuk speelgoed
krijst. Zij las wel tienmaal bot adres
over. Mejuffrouw Rosevean.
Kijk eens, Dorcas. Hoe jammer dat gij
niet leasen kunt Mejuffrouw Rose
vean; hij had er wel op kunnen zet
ten: Arinorel, Samson, Sorling-
Eilanden. Natuurlijk is liet van
Roland. Wie zou mij anders schrijven?
Toen maakte zij den brief zoo voor
zichtig open, dat er geen letter van
het aclirlft kon e-,meuren, en zag dat
Roland do begeerlijke, doch zeldzame
gave bezat van een bijzonder mooie
luuid te hebben. Geen schoonschrij
ver uit onze dogen, geen Arabische
of Perzische briefsteller had fraaier
handschrift kunnen leveren. U't was
ren hand die elke letter zóó duidelijk
op het papier zette, alsof zij haar
sclüJderd© En elk woord was een
groep, gelijk de Sorting-Eilanden, die
door de geheel© wereld moeet bewon
derd worden.
De brief begon het monogram
was een schets met de pen van dc-s
schrijvers gelaat. (Als het bretel een
weinig geidealiceerd was, wie zal dat
den schilder kwalijk nemen?) D:t was
ren hrerlijko verrassing, aanrjezaen
Armorel geen portret had van haar
vriend. Wat zou er na zulk een fraai
begin volgen? Toen kwam het schrift,
en Annoroi zette er zich mot grooten
ernst to.-, om den zin dier woorden
volkomen te vatten. liet kostte haar
veel moeite, geschreven schrift te le
zen. Sedert zij de schooi verlaten had,
had zij nooit meer geschreven schrift
gezien. Wij, dio eikei: dag schrijven,
kunsten ons niet voorstellen, dat
iemand het schrijven verloeren kan.
Armorel kon dten brief lezen, maar zij
las dien Iungzaum.
Het scheen, towi zij hem voor do
eerst© maal, woord voor woord, las.
een prachtig© brief. Doch toen zij hen.
tweemalen gelezen had en precies wist'
wat er in stond bemerkto zij dat de
schrijver van dezen brief niet de man
was. wiens beeld zij met zooveel liefde
in hare herilUüerirv? bewaard had,
niet haar vriend Ro!ar:«J Lee, Ai de
oude camaru'Vr* was verdwenen..
Het was de brief van ac» heel ander;
rnensch. Ilij was koud en stijf. D:«
koolheid sneed liet meisje door de zie'.
Zij had nooit gedacht, dut Roland koS
zou kunnen wezen. De schrijver
s]»ak, wel is waar, met groote dank
baarheid over zijn verblijf op Ivr
©aland en hars gastvrijheid! Maar
Armorel eisct.-te geen dank. Zijn be
..ook was ron genoegen voor haar ge
wreet en dot v. 1st hij Waarom mresf
liij anderhalve blad.: j I© voi schrijve!
met donkU;tuigingen, terwijf zij i©l\'(
hem zooveel verplicht was? Hij zcid'
dat de drie weken, welk© hij op d»
eilanden had doorgebracht, een va
cautietijd wuren geweest drien hij noot
zou verge tem, Dit was heel aarcii#
maar hnj bedierf alles door er bij t?
\oesen. dat hij zijn -- schoon© gezelf
Sin en gids door dien doolhof van wa
teren, niet gemakkelijk zou vergeten
Schoone gezellin! Wat had siJiooa
held hiermedo te maken? Armorel war
zijn leerlinge geweest, hij had haa'
don gansehen dag onderwezen. ZJ
wilde niet zijn „schoone gezelling<i
iwemd worvfen. Dat was spotternij
(Wordt vervolsd>.