De Eupopeesche Oorlog.
Armorel.
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
VRIJDAG 26 MAART 1915
Verspreid nieuws i
van deoorlogsveiden
UIT DU BELEGERDE VESTING
liet „NeUtt Wiener Tagcbait" pu
bliceert een reeks veldbnefkaurten en
brieven uH Przemyel van welke eec;-
ge docr een in den laatsten nacht voor
«1e vernietiging van de vesting opge
stegen vlieger zijn overgebracht. Uit
deze briefkaarten en brieven blijkt
onder welke groote physieke ontbe
ringen de bezetting heldhaftig stand
hield tot de allerlaatste voorraden wa
ren verbruikt. Anders zoo wordt bijv.
verzekerd, zou Ue vesting het nog ja
ren lang hebben kunnen volhouden.
In bijna alle brieven worden de ver
wanten opgewekt niet meer te schrij
ven, daar in den toestand weldra ver
andering zou komen.
De b'aden bevatten aanvultende
mededelingen van de oorlogscorres
pondenten over de laatste uren voor
hun vertrek van Przemysl. Volgens
dere was de halve bezetting reeds on
geschikt voor den dienst. Niettemin
werden de Russische stormaanvallen,
«Ic op den uitval van 19 dezer volg
den. met inspanning van de laatste
krachten afgeslagen. Gedurende de
bestorming Fn den nacht van Zondag
op Maandag stegen hooge vlammen
uit enkele der forten op; hierdoor
kwamen de stormaanvallen der Hue-
sen, d>e ziel» dit door ontzettend go-
rommel begelc'de verschijnsel met
konden verklaren, tot staan. De be
volking die op heldhaftige wijze in
het lot der bezetting deelde en even
eens geru.mcn tijd onder gebrek had
te lijden, keek van den Tartarenheu-
vel toe bfj de vernieling der verdedi
gingswerken. Al het oorlogstnaterleel
Weid vernietigd De soldaten e'oegen
zelfs hun geweren stuk die geheel on
bruikbaar zijn geworden.
DE VAL VAN PRZEMYSL.
Sedert het begin van den oorlog is
er in Rusland niet zoo gejuicht als
thans, seint do Petersburgsche corres
pondent van dc „Times". In het ge-
necle rijk zijn betoogingen van blijd
schap en dankbaarheid gehouden In
weerwil van de woedende sneeuw
stormen waren de straten van Peters-
burg vol mcnschen en ook do kerken
waren geheel gevuld. Vóór het Fran-
Bche en het Engelsche gezantschap
Werden luide ovaties gebracht.
Przemysl heeft voor do Russische
gevoelens nog een bijzondere waar
de. De stad is in de tiende eeuw door
een van de eerste Russische prinsen
van Galicië gesticht. De naijver tus-
schen Polen en Russen leidde tot
herhaalde wisseling van meester.
De stormen van naijver zijn nu ge
ëindigd in de verzoening van Russen
en Polen, zegt de „Times"-marv
De militaire medewerker van de
„Nowoje Vremja" acht de inneming
win Przemysl stellig een beslissende
gebeurtenis in het Oosten. In zijn be
schrijving van de forten deelt hij o m.
mede, dat Przemysl 90 forten en bat
terijen bezat en voorts nog 140 kanon
non van het meost moderne maaksel.
Het garnizoen blijkt grooter te zijn,
dan men veronderstelde.
Da Beurscourant, die te Petersburg
verschijnt, vertelt eenlge bijzonderhe
den omtrent de laatste dagen vóór de
overgave
De voorste forten waren reeds in de
handen der Russen en de belangrijk
sle verdedigingswerken waren al
door liet vuur vernield. Russische ar
tillerie liet dagelijks de granaten
neerregenen op dc vesting en een
paar dagen vóór de capitulatie wer
den de inwoners, die ir. de stad waren
gebleven, tot vluchten genoodzaakt,
door een geweldig kanonvuur over
een front van 2/3 mijl. Tal van kanon
nen werden daardoor beschadigd. Een
Oostenrijkse he vlieger werd door de
Russen neergeschoten, maar men
vond geen documonten op hem. Blijk
baar was hij met een mondelinge
boo tschap naar Weenen gezonden.
Rij n andere gelegenheid ontdekten
de Russische patrouilles een groot
Oosten rij ksch transport, dat een der
forten trachtte te bereiken. De Russi
sche vliegers stegen met bommen op
en weldra waren alle waggens met
levensmiddelen vernield.
De postdulvendienst was het be
langrijkst© middel, waardoor met de
buitenwereld briefwisseling werd ge
houden.
DE BESTORMING VAN PRASNYSZ
Een eo'daat, die den strijd om
Prasznysz (van 21 tot 2-1 Februari)
meegemaakt heeft, vertelt in den
„Deut&cher Kurier"
Den morgen van den 21en Februari
kwamen wij voor Boeckat aan. Reeds;
herhaaldelijk hadden wij machlnege-l
weren hooren knetteren, een teeken
dat de Russen niet meer ver weg
konder. zijn, maar wij kwamen nog
6teeds niet in geveeht, wat weer ec-n
bewijs was, dat wij om de Russen
heen trokken. Onze aanvoerders ver
telden ons n'et, waar wij heen gin-1
g>en. Nauwelijks waren wij in Boe-'
ckat ongeveer vier kilometer van
Prasznysz of reeds vielen de eerste
Russische granaten in ons midden.
Onze artillerie had echter spoedig een
geschikto «leliing gevonden en béant-1
woordde liet vuur.
Tegen half twaalf moest onze oom-
pagnic een hoeve innemen, waarin de
Russen zich hadden vastgezet. Het
moest geschieden en het gebeurde ook. i
De Russen trokken zich in een
reeds te voren aangelegde loopgraaf
terug.
's Middags b'even wij in de gebou
wen van de hoeve en toen het donker
werd, begonnen wij links en rechts
ervan loopgraven aan te leggen.
Maandagmiddag, om twaalf uur,
kwam het bevel „Alles gereed ma
ken". De Russische loopgraven en
ook de Russische kazernes voor de
stad moesten genomen worden.
Met dc bajonet op het geweer gin
gen wij voorwaarts. De Russen scho
ten a's bezetenen. En men verwon
dert zich hoe nog iemand er door heen
gekomen is, Op dertig meter aMands
elaken de kerels hun bajonet met wit
te doeken er op in de hoogte en hiel
den zo op te schieten. Onze compagnie
maakte vierhonderd gevangenen. Do
reserve-compagnie moest de kazerne
doorzoeken.
Wij gingen verder In de richting
van de stad. De Russen hadden zich
eohter sterker verschanst dan wij ge
dacht hadden. We hadden nog geen
honderd meter geloopen, toen wij ons
reeds moesten ingraven, om door hot
moorddadig vuur niet vernietigd te
worden. Toen het donker werd. leg
den wij een loopgraaf aan. Dinsdag»
gingen wij verder. Wij kwamen ech
ter niet ver, het vijandelijk vuur was
te sterk. Ik was met twee kameraden
iets te ver naar voren gegaan. Juist
had ik mij ingegraven en wilde 1k
miju kameraden de spade aangeven,
toen zij reeds door eenïge kogels door
boord werden en geen teeken van le
ven meer gaven. Tot den avond bleef
ik liggen en kroop toen weer naar de
anderen terug.
Woensdag zou de stad genomen
worden. Om elf uur gingen wij voor
waarts. Onze artillerie had de stad en
de vijandelijke loopgraven te voren
rijp gemankt voor den storm. De Rus
sen hadden zich sterk verschanst. Ze
hadden een langen kerkhofmuur van
schietgaten voorzien, nis dekking.
Daarvoor lag nog een loopgraaf. Na
dat wij ongeveer vijftig meter ge'oo-
pen hadden, moesten wij weer gaan
liggen. Om drie uur kwam het bevel
tot den laatsten storm. Met „hoera"'
gin ff hel vooruit. Nauwelijks had ik
eenige stappen gedaan, toen mij een
kogel neerwierp. Ik kroop snel terug
om mij voor verdere kogels in veilig
heid te*brengen. De eerste Russen ga
ven zich over, toen mijn kameraden
op tien meter afstand gekomen waren.
Toen de Ru-ssen achter den kerkhof
muur geen uitkomst meer zagen,
kwamen zij ook te voorschijn. Ilo© het
verder ging, kan ik niet zeggen, daar
ik na de bestorming naar de verband-
plaats werd gebracht. Ik hoorde later
van kameraden, dat wij grootcn buit
hadden gemaakt en dat wij duizenden
Russen hadden gevangen genomen.
Onze verliezen, ten minst© in mijn
compagnie, waren echter ook zeer
groot.
Do verklaring van
Sir John French.
Onder het opschrift „Meer munitie"
bespreekt „The Daily Telegraph" de
jongste uitlatingen van veldmaar
schalk French in zijn onderhoud met
den correspondent van „Havas".
„Dat de generaal meende een ver
klaring te moeten afleggenzegt het
blad, „was zeker omdat hij overtuigd
was, dat zulk een verklaring van
algemeen nut zou zijn. En in die ver
klaring licht natuurlijk de meeste
aandacht, dat de generaal niet gelooft
m „a protracted war Die woorden
zullen overal met blijdscliap verno
men zijn, niet het minst iloor dege
nen, die het betreuren, dat liet einde
1 van den oorlog nog niet te voorzien
valt Maar het is van het hoogste be-
lang, dal de woorden van den veld
maarschalk niet verkeerd worden
uitgelegd. Het zou een ramp zijn, in
dien ten gevolge van het interview de
meeniiig veld zou winnen, dat de oor
log spoedig gedaan zal zijn en dat de
veldtocht zoo goed als gewonnen ia
Dat is blijkbaar geenszins zijn
mooning. Onder een „protracted war"
verstaat hij een oorlog, dio zich
nuand op maand voortsleept, zelfs
jarenlang, zooals de Zuid-Afrikaan»
sche oorlog in zijn laatste piloses.
En hij meent, dat deze oorlog niet
gerekt zal worrl<m en wel ten gevol
ge van de kracht, waarmede hij en de
geallieerden dien willen voeren.
„Munitie, steeds meer munitie",
dat is do vo rnaamste zin van de
verklaring. Als de oorlog spoedig ge
daan zal zijn en met „spoedig'
mennen wij nog gedurende dit jaar
dan kan dit alleen geschieden, als
de arsenalen en fabrieken van ons
Tand zulk oen overstelpende hoeveel
heid munitie fabrlceeren, dat de vij
and verpletterd kan worden.
Op Zee.
AANVAL VAN EEN DUITSCH
VLIEGTUIG.
De „Daily News" meldt
Het BriLsche koopvaardijschip Teal.
Woensdag te Londen aangekomen'
heeft gerapporteerd, dat liet Dinsdag
bloot hoeft gestaan aan een aanval
van een Duitsch vliegtuig, dat bom
men en stalen pijlen heeft geworpen
en ook uit een machinegeweer heeft
geschoten.
De Teal was op dat oogenblik 90
mul van de Nederiandsche kust. In
het vliegtuig, dat op een hoogte van
ongeveer 200 voet vloog, bevonden
zioh twee personen. De aanval duur
de drie kwartier, gedurende welken
tijd ei' 4 bommen werden geworpen.
Daarop kreeg het schip vuur uit wat
blijkbaar een machinegeweer was,
terwijl er ook een aantal stalen pijion
vielen, gelijk aan die welk© in Vlaan
deren ln gebruik zijn. Geen schade
werd aangericht.
Een pijl, die door het dek was ge
drongen, is door den kapitein als
aandenken bewaard. De bemanning
vertelde, dat een vaartuig, blijkbaar
een treiter, met talrijke bemanning,
de basis vormde, vanwaar do Taube
uitvloog, en dat er tusschen dit vaar
tuig en de vliegers seinen gewisseld
werden.
China en Japan.
Do Pekingsche correspondent van
de „Times" meent te kunnen verkla
ren. dol de toon van de onderhande
lingen tusschen Oh'na en Japan wel
wat is verzacht en dat de Japanners
nu wel geneigd zijn te erkennen, dat
de Chineezen recht hebben als zij de
Japansche verlangens wat nauwge
zetter wRlen overwegen. Dat schijnt
dus te willen zeggen, dat de Japan
ners niet meer zoo op oen onmiddel
lijke beslissing aandringen als in den
beginne. Maar uit de' mededeelineen
van den correspondent blijkt toch ook
wel dat Japan volstrekt plet voorne
mens is, hoeveel tegemoetkoming hot
den Chlncezen ook wil bewijzen, om
zijn eigenlijke bedoelingen op te ge
ven
Wellicht wil Ghina tijd zien te win
nen totdat de Woster«che mogendhe
den weer in staat ziin ook nog een
woordje in de Chineesche qwaesUe
mede te spreken zoo merkt 't A'g.
Handelsblad op.
D« houding van Italië.
De „Daily Chron." verneemt uit
Rome, dat de opvatting a'gemeener
wordt dat von Bülow (de Duitsche
ambassadeur) slechts tijd zoekt te
winnen, daar hij begrepen heeft dat
zijn pogingen mislukt zijn. Meer be-
teekenis wordt in goed ingelichte
kringen gehecht aan de thans begon
nen onderhandelingen betreffende de
Dardanellen en Konstantiopel. daar
voor Italië en de Balkanetaten de toe
komst van Konstantïnopcl een factor
van beslissende beteekeuls Is.
Uit Bern wordt bericht, dat de Ita-
liaansche militaire autoriteiten »n
Noord-Italiê al'e soholen en katho
lieke gebouwen, die voor hospitalen
geschikt zijn. opeischen.
Het „Giornale dTtaha" schrijft in
een hoofdartikel, dat ten opschrift
draagt: „Dc vrije hand voor de re
geering" Door de verdaging van het
parlement Le de opmerkzaamheid op
den Internationalen toestand gecon
centreerd maar het volk is eenstem
mig kalm en gedisciplineerd, en bo-
reid alles te doen wat de koning beve
len zal.
Allerlei
KARL LILBKNECHT.
Wolff seint uit Bcr'ijn
Do afgevaardigde dr Karl L'eb-
knecht, vroeger pioni» r, is opgeroepen
voor den dienst bij den Landstorm.
TOESPRAAK VAN Z H. DEN PAUS.
De toespraak, door Z. H. den Paus
gehouden tot den nieuwen Belgiselien
gezant bij den IL Stoel, luidt naar
de Tijd verneemt in den letterlij
ken tekst:
Met sombere kleuren hebt gij den
toestand van uw land geschilderd,
mijnheer de gezant. Ook Wij hebben,
bij de ontvangst dor geloofsbrieven
van Z. M, den Koning der Beigen, die
u aecrediteeren als buitengewoon ge
zant en gevolmachtigd zaakgelastig
de bij den H. Stoei, gedacht aan do
rampen, die uw edel vaderland in de
laatste tijden hebben getroffen. Die
droevige herinnering verplicht Ons,
d gevoelens te hernieuwen, welke
Wij hebben uitgedrukt, hetzij recht
streeks aan den Kardinaal-Aartsbis
schop van Meclielen, hetzij bij de
plechtige gelegenheid van het huit-
8te Consistorie.
Op dit oogenblik is het Ons aange
naam, mijnheer de gezant, U te Rome
welkom te heeten, maar Wij kun
nen zulks niet doen zonder uitdruk
king te geven aan de diepe droefheid,
die Ons hart verscheurt van het begin
van Ons pontificaat af. Wij gelooven
fntusechen, dat de Belgen niet moe
ten vergeten, dat na het onweder do
zon de bewonera dezer aarde verblij
den komt. Wij weneehen dan ook
aan Onze geliefde zonen van België,
dat zij weldra de schoons zon des
vredes boven den horizon van hun
vaderland mogen begroeten.
Wij zouden zelfs wen&chen. Ons
niet te moeten beperken tot het een
voudig -uitdrukken van gevoelens.
Doch voor het oogenblik vragen Wij,
dat do Belgen niet twijfelen aan
Onze welwillendheid jegens hen.
Krachtens deze welwillend lietd geven
Wi." aan den nieuwen gezant van Bel
gië gaarne de verzekering, dat hij
bij Ons steeds gaarne zal ontvangen
worden ln de vervulling van zijn zen-
dinff, om de goede betrekkingen, wel
ke bestaan tusschen 2ijn regeering en
dm II. Stoel, te bevestigen. Wij ver-
zooken hem, aan zijn hoogen Soevo-
rein Onze. vriendschappelijke gevoo-
lens uit te drukken, on zelf de verze
kering te aanvaarden van do voldoe
ning, welke Ons is bereid door de
keuzo van een persoonlijkheid, die j
als oud-minister van justitie en hoog- j
leeraar in het recht nan do wniversi-
teil van Leuven, zich steeds zal laten i
leiden door de liefde voor het recht
en de waarheid!
HET INTERNATIONALE VROU
WENCONGRES.
We lezen in 't Alg. Handelsblad:
In de Maandag te Parijs gehouden
vergadering (de eerste sind9 het uit
breken van den oorlogj van de „Ligue
jxftir le droit des femnies", deed de
voorzitster, mevrouw Markt Bonne-
vrale mededeel mg van den „oproep
aan de vrouwen van alle naties" door
de Nederiandsche vrouwen voor een
internationaal congres te 's-Graven-
bage.
Met algemeen© stemmen pp een na
werd besloten een weigerend ant
woord tè zenden, en wel op grond
van do volgende overwegingen:
Men noodi?t. ons uit, acide de voor
zitster. om in Den Haag samen te
komen met vrouwen van alle naties
en daar onze vredesvoorwaarden te
doen kennen, onder voorwaarde dat
niet gesproken zal mogen wor
den over het ontstaan van
den oorlog. Werkelijk, ik noem dat
een natuurlijk onbewuste fop
perij. Terwijl nog een gedeelte van
ons grondgebied door den vijand is
bezet evenals bijna geheel België,
zouden wij ten overstaan van de
vrouwen van alle naties dus ook
van de Duitsohe vrouwen onze
vredesvoorwaarden moeten doen
keDnen?
Mevrouw Maria Vérone vreest, dat,
mocht de edelmoedige bedoeling der
Nederiandsche vrouwen verwezen-
lijkt worden en het tot een wapen
stilstand komen ter bespreking tus
schen 'te oorlogvoerenden van den
toestand. te vijand daarvan gebruik
x maken om zich te herstellen,
waarna hij zou verklaren, dat hij
werkelijk niet Inziet hoe men tot
overeenstemming zou kunnen komen
en opnieuw tot den aanval zou over
gaan.
Wij zijn vóór den oorlog verraden,
zoo verklaarde de voorzitster. Dit zal
tijdens den oorlog niet opnieuw ge
beuren. Ja. ik verkondig he* luide,
ik, socialist©, paciöste en feministe,
wij zijn verraden door de Duitscho
socialisten, door de Duitscho pacifis
ten Die eene keer xij voldoende. In
dien men \un meening is, dat do
vrouwen genoeg Invloed op de regee-
ringon hebben om aan den oorlog eon
einde te maken, welnu, laten de Duit
sche vrouwen dan het initiatief ne
men.
Het aou zelfs Iiaar dure plicht zijn
en wij kunnen terecht verbaasd er
over zijn, dat zij het nog niet hébben
gedaan.
Wij verklaren, wij Fransche vrou
wen en feministen, die tijden onder
den oorlog meer dan andere vrou
wen; die vaders, echtgenooten, broe
ders in het leger hebben; die rouw
dragen over ouzo helste verwanten of
roezen het morgen te zullen moeten
doen; wij verklaren luide: wij zullen
niet om vrede roepen, zoolang de
v <1 nog op Fransch en Belgisch
grondgebied slaat, wij zullen die lal-
heid en dat verraad niet begaan.
IN OOST-AFRIKA.
Van de oj>eraiiën ln Oost-Afrika
hoort men slechts weinig. De kust
van Duitsch Ooet-Alrtka is geblok
keerd, maar te la-ad maken de opera
tie geen vorderingen. Engelsehen
hebben een inval godaan op Duitsch
gebied, maar. zij vonden hier een
krachtigen vijand tegenover zich. Dat
blijkt uit een schrijven van een offi
cier in Britseh Oost-Afrika, waaraan
de „Times" enkele bijzonderheden
ontleent. Hij vertelt dat de strijd pc
voerd wordt in het kustgebied, waar
het meest ongezonde klimaat heersdit.
Het land is laag en moerassig en de
malaria woedt vreeeelijk. Onder de
troepen heer-sein dan ook veel ziekte,
al troost de officier zich met de ge
dachte dat het bij de DuitscheTS na-
ti urlijk niet veel beter zal zijn. Hij
doet een relaas vaag nieuws zegt
h zelf van een vruchtelooz© po-
gi: om oen klein Brilsch kamp op
Duitsch gebied iat door een sterke
Duitsche moclit omsingeld was le
ontzetten. Hot verhaal, waarin geon
plaatsnamen worden genoemd ts zeer
zeker vaag, maar er blijkt uit dat de
Duitschers uitnemend bewapend zijn,
ook met maxims en met geschut.
Voonal de sterkte en de bediening der
maxims benijdt He officier aan de
Duitschers. iNecvmtig proeent van
o w verliezen worden door do maxims
veroorzaakt, zegt hij. en hij verwijt
de rereering, «kit re de Britse-te troo
penmacht niet even goed heeft uit
gerust. Wij staan tegenover een
machtigen en vastberaden vijand, die
niet te verachten is, eindigt hij.
Binnenland
DE REDE VAN DEN HEER
HUGENHOLTZ.
We lezen in 't Alg. Handelsb'ad
Voor ©en'ge weken hebben wij mel
ding gemaakt van eon verslag uit de
„Zwolsche Crt." in zake een lez'ng,
die het Kamerlid Hugenhohz in En
schede heeft gehouden.
Die rede heeft de ontstemming ge
wekt van vele socialistische week
blaadjes.
„Het Volk" ontving thans van den
heer Hugenholtz het volgend schrij
ven
„Het bedoelde vers'ag is een echt
sensatie-verslag aangedikt en drama
tisch gemaakt.
„Ik heb erkend in de propaganda,
die ik tol nu tGe gevoerd heb, één kan*,
van het volksTeger-vraagstuk nooit
naar voren gebracht te hebben, omdat
de realiteit van een bedreiging onzer
onafhankelijkheid mij niet voor oogen
stond. Daardoor kwam de e'sch rle-
mocraüseering en gevaarloosmaking
van het 6taand© leger te meer uit, en
in verband daarmee de onmoge-ijk-
he'd om het leger tot landsverdedi
ging te gebruiken. Nadrukkelijk heb
ik ook nog eens in het debat verklaard
dat ik de technische crijtck op onze
„notedoppen enz vo'kome.i hand
haafde Ik heb niets „herroepen" en
't woord is met over rr.ijn lippen ge.
komen. Maar ik heb die critiek goed
koop genoemd, omdat zij louter nega
tief was En zonder ook maar in een
opzicht mij posituf uil te laten, heb
ik gezegd, dal de geschiedenis van
België mij heeft geleerd in i e t dat ik
met zoo mmachtt-hd had moeien spre
ken ovc-r ons leger) dal bij de huidige
machtsverhoudingen ook dc weer
macht van een k'ein land groot ge-
w.cht in do schaal kan leggen. Het-
geen trouwens de consequ' mie Is van
het meuv© jicht waarin de e'sch
volksleger is komen :c staan.
„Uit liet verslag blijkt duidelijk dal
de verslaggever het verschil niet heeft
begrepen tusschen criUek op liet mi
litarisme en de aanvaarding van het
volksleger, en dat hij van mijne er
kenmng van de onvolledigheid onzer
(mijner) propaganda een „herroe
ping" \an vroeger ingenomen stand
punt heeft gemaakt.
De redactie van „Het Volk" teekent
hierbij aan
„Na de ontvangst van dit schrijven
hebben wij geineend, op het versteg
der „Zwolsche Crt. geen conclusies
te mogen bouwen Nu sommige onz-r
partij-weekbladen dat we! dedru. twij
felen wij niet, of zij zullen wat zij »p
grond van h-t krantenverslag schre
ven. terugnemen Overige!* heeft het
ons eenigszins verbaasd, dat bij den
algeineenen afkeer die in de pari ij
heerscht, om ook maar eenige aanra
king te hebben met de bourgeoisie,
een verslag in een bourgeois'etdad
door verschillende onzer plaatselijke
redacteuren ongecontroleerd is gebe
zigd ter bestrijding van een der ver
trouwensmannen van de partij.
MOORD.
De N. B. CL meldt
Op den Schledamscben dijk te Rot
terdam wancietdo Woensdagnacht
vrouw S. M. de B., uit de Halve Maan-
straat. met haar vriendin C. van H
van den ViS8C)*_rsrtijk. Daar ontmoet
ten zij vrouw M. C. E". van N.. uit de
Zandstraat, dm in gezelschap was
van vrouw J. J. V„ van den Sch e-
dmnschen dijk. Van deze vrouwen
kregen S. M. de B. en M C. F. van
N. twist over een man, die, terwijl
•eon dezer vier vrouwen, met wie hij
leefde, ia do gevangenis vertoefde»,
konnis heeft aangeknoopt met S. M.
de B. Het gevolg van dezen twist was
dat de béido vrouwe»! handgemeen
werden, elkander de haren uittrok
ken en over de straat ro.den. Zij wcr
den door de politie gescheld n.
Vrouw van N. ging toen met vrouw
V. naar haar woning op den Schie-
damschen dijk om zich wat ©i> to
knappen, want haar blousjö was ge
scheurd en met modder bevRkL Toen
zij een half uur later met vrouw V.
in het portaal van haar woning
stond, kwamen S, M. de B. en haar
vriendin C. van II. daar voorbij. Over
an weer werd er gescholden on vrouw
do B. zou gevraagd hebben: „moet je
me hebben'" Iemand heeft gezien, dat
vrouw M. C. F van N. t©en met <<n
groot mes in de hand op de B t»»e-
lïcrp en haar eeu steek gaf onder den
rechterarm. Door een tw eed-n steek
werd vrouw C. van H., «Re zich over
•de dadelijk op de straat ineengezakte
vrouw do B. heenbeo--', niet ernstig
in den reetderanderarni gekwetst.
Vrouw de B. was bewusteloos e.1
bloedde vreeslijk: het ines is vermoe
delijk tot in ile, long doorgedrongen.
Zij werd'naar het Ziekenhuis gel ra
gen, waar »ij bij aankomst rceda
overt oden woe, zonder nog een woord
te hebben gezegd.
Vrouw M. C. F. van N.. die in do
woning van vrouw J. J. V. op ten
Sohiedamschen dijk gevlucht was, is
danr gearresteerd, naar hot politie
bureau in dc Pau wienstreg gebracht
en opgesloten.
Donderdagmiddag is vrouw M C.
F. van N. tor beschikking van de ju
stitie nonr het huis van bcw.ir.ng
overgebracht.
HET KOPER TE ROTTERDAM.
De ruim 135.IK» kilogram koper,
door do rivierpolitie indrrtijd in be
slag genomen aan boord van dc. R n-
schopen Hnnna er. Elize en dc mc>V r-
boot Geertnnda Margaretha, zijn op
geslagen in het rijks-entr» pi t aan do
Entrepot ha ven te Rotterdam
(N. R. Ct.)
STERKE DRANK
Naar „Het Centr." meldt, heeft de
opperbevelhebber a's zijn ui!drukk»>-
lijken wensch te kennen gegeven, dat
het gebruik van eterken drank aan
alle militairen verboden w rdt gedu
rende den dagelijkse hen diensttijd,
onder welken diensttijd ook begrepen
d'ent te worden de tusschen de ver
schillende diensten genoten wordende
ruet tijden.
Feui liet on
5SJ
O. kteingcloovige zij wild© het
éüuV? van deze bekentenis met hoo
ren - - kondt gij dan niets dkagea?
Hebt gij dit schandelijk bedru? ge
pleegd, alleen omdat gij huivêrdet
voor geldgebrek?
Ja, zeide Roland ootmoedig.
HOOFDSTUK XIII.
De Toon ee 1 dichter.
Indien mevrouw Elslree Arnionjl's
officieel© en gesalarieerde gezelschaps
dame was, kon Effie Wilmot hare
particuliere, onbetaalde dame de com
pagnie genoemd worden. De officiee-
Je gezel ^cl.-fpw kun e woonde in hair
huis en werd met haar in de schouw
burgen en op de concerten gezien. De
particuliere, onbetaalde, was don ze-
heel on tijg om en bij haar, zat met
haar op haar eigen kamer, kende ha
re gedachten en sprak met haar over
do dingen d)ic zij gaarne bepraatte
Bijgevolg had dc vertegenwoordigster
van Voegzaamheden Gepastheid min
der te doen, mnnr was 't w erk van do
onIx.'taaide attaché© veel aangonamor.
Gelukkig viel liet bijzonder in den
smaak van de officieele attachée, zoo
weinig to doen te hebben, in die eer
ste dbgoa, toen Londen nog een onbe
kend land voor Armorel en Effie was,
gingen do beide meisjes icderen do,g
samen uit. Niemand weet l».neveel er
in London te zien is, wanneer men er
zich ernstig to© zet, om deze reusach
tige stad te gaan verkennen. Kapitein
Magellaan, in eigen persoon, kan,
toen hij Stille Zuidzee voor de eer
ste maal doorkruiste, geen lielangwek-
kender. heerlijker dagen hebben «fcior-
gebraeht, dmi deze twee meisjes, toeft
zij do merkwaardigheden der groole,
voor haar geheel nieuwe stad. gingen-
beizicht'gen. Als Amerikaan ohe toe
risten raadpleegden zij haar Baedeker
en andere reisgidsen. Overal in het
Wcsleinde zijn sciliildei'iicn-verzame
lingen, museums met schatten von
allerlei aard; kunstbeschouwingen,
kerken, oude straten, oude wijken, en
zoo voort, lederen morgen gingen zij
samen op tiet pod, om niet vóór den
laten n.rn ddhg thuis te komen. Dan
keerde Effio naar haar eigen woning
terug en bracht don avond «toor mol
het maken liarer gedichten, terwijl
ArmoreJ op <i>: viool studeerde, las
tegenover haar dame de compagnie
zat te mijmere-n, die meestal zwijgend
achter over in baar stoel geleund^ in
het vuur Tag te staren.
Doch in do laatste dhgon wa<9 Ar
morel zelfs op die zwerftochten stil On
afgetrokken geworden.
Zij was zoo verdiept m haar eigen
leed, zoo verbitterd ver de lafhartig
heid van haar ou<!i?n held, dat zs.j die
onbedriegelijk© keuteekeron vun leed
en verdriet niet zag, welke zich se-
dert eenigen tijd op het gelaat van
hare vriendin vertoonden.
Effie was wiet bepaald mooi, maar
zij had een gelaat waarop alle6 wat m
hnre ziel omging, to lezen stond.
Wanneer he*, vooruitstekende voor
hoofd niet rimpels werd doorploegd,
wtmneer de diepliggende oogen door
zwarte kringen werden beschaduwd,
wanneer «i j bleeke wangen nog bloc
ker en holler werden, en wanneer hot
meisje, dat gewoonlijk vrooiijk en
opgewekt was, stil en afgetrokken
werd, had zij iets wat haar hinderde.
Wat hebt gij, Eflle? zeide Armo
rel, op zekeren dag, uit hare ver
strooidheid wekker wordende. Ik
hel) u reeds driemaal iets gevraagd
en geen antwoord «kregenEii gij
ziet er slecht uit. Hebt gij iets dat u
kwelt?
O! riep Effie uit, het Is vreese-
lijk! Gij hebt zelve verdriet Mag ik
dot verdriet verergeren, door ook nog
met mijn eiren mocilijkhcdon tot u te
komen?
Ik merk dat mijn verdriet nuj
b'.ind en zelfzuchtig maakt. Gij weet
gedeeltelijk wat mij deert. Ik ga ge
bukt onder hei leed van l>edrogen en
teleurgesteld! te zijn ln mijn verwach
tingen omtrent een leven «Int zoo
schoon had kunnen wozen. Ik heb ont
dekt waarom en hoe ik daarin bedro
gen ben. Maar dat kan ik niemand
ooit vertellen. Doch dit doet niet tor
zake. Mank mij liever d elgenoot van
uw verdriet.
Och, dat verdriet betrert meer
mijn broeder ilsrn mij zelve. Gij weet
dtw Archibald een tooneelstnk heeft
gemaakt.
Ja. Gij maakt verzen, die gij mij
nooit hebt laten iczen en uw broeder
maakt tooro-elstukken. Ik hoop dat de
tijd eoas komen zal, dat ik beide hoo
ien of lezen mag.
Gij kunt mijn verzen lezen wan
neer gij wilt; en Archibalds tooneel-
st ik is juist vx/tooid.
Zoo'
Dit beteekent voor hem meer dan
ik mot mogelijkheid zoggen kan. Hij
hrteft voor dat stuk en voor niets dan
dut stuk geleefd. Zijn brein was er
dwz en nacht mede bezig. Nooit heeft
iemand zich voor cea g stuk zooveel
moeite gegeven. Hij heeft er zijn gan-
sche zv?l ln gelegd.
Dat begrijp ik.
Welnu, dan dan zult gij ook
beenapen wat er in hem moest om
gaan, teen men hem zeide dat zijn
stuk niets waard was.
- Wi© heeft hem dat gezegd?
Een man van gezag een be
roemd schrijver de «enige schrijver,
dien wij oo-.t gekend hebben.
Ja, Effie, als een groot, beroemd
schrijver dit zagt, iikoet hij zich wel
diep teleurgesteld voelen.
Natuurlijk. Het is vreeselijk,
maar toch... Doch dit zal ik u lutjr
wel eens vertellen. Hoe het zij, hij
veroordeelde het stuk, ofsciioon hij
erkend-» «lat ei veel goeds in was
Maar de dialoog, verklaarde hij, was
onccschikt vf-or het tooneel, en geen
uxmeeidürectenr zou er oo:t over den
ken hot stuk te nemen.
Die arme Archibald- Welk een
vreesetijke stag! Hoe houdt hij er zich
onder'
Hij is «Hop lemeergoèlaffen, Ja,
zoo wanhopig, dut hij meer «tan eens
het stuk heeft willen verscheuren en
in het vuur werpen. Nu en dan ksert
wol voor een oogenblik het oude ver
trouwen terug on dan herVreft h ij we
der. Hij eet noch slaapt cn ik kan
niets vinden om hem te troosten. Als
ik slechts iemand anders kende, d/3
zi n oerdeel over het stuk wilde zeg
gen. Ik kan niet gelooven <kit het zoo
s echt is. Armorel, zoudt gij het eens
wil'en V»zen?
Maar, Effie, ik kan het niet
oordoe'en. Wat i'u liet geven of ik
het las?
Mij is meer gelegen aan uw oor
deel dan aan dat zij aarzel«V»
van ieder ander. Gij hebt zooveel ge
voel; gtj hebt een kunstenaarsziel ©n
dht heeft volstrekt niet iedereen al
moge hij nog gulko mooie schilderijon
maken, voegde zij er duister bij.
Nu, ik zal tiet stuk lezen of het
mij door hem laten voortezen. als gij
denkt dat ik hem hiermede genoegen
kan doen. Ik zal dadelijk mét u ine-
Werkelijk? O, dat is heerlijk!
Archibald zal misschien eer--t we! hu -
veren om met zijn stuk voor d»n dag
te komen. Het oordeel dut er over uit- iv
gesproken is, heeft hem zoo verplet
terd. dat hij. vrees jk. schromen zul,
«li; vuurproef nogma&ls to dooi sta an.
Maar gij zult begrijpen wat hem voor
den geest stond zelfs al is hij te
kort geschoten toen hij dit tooneel-
dicht hooft gemankt. Wanneer hij
ziet dat gij voor hem voelt, zal hii do
zaak anders opvatten. O, Armorel!
«te tranen kwomen haar in de oogen
gij weet met dat dit stuk voor ons
beiden geweest is. Wij hebben elk
toor»s©l opgevoerd cn in iedere sa
menspraak het gemoedsleven van elf
ken persoon trachten te schilderen.
Ik ken ieder woord van buiten. Wij
hebben om do karakters gelachen en
geschreid. Ik heb poppen gekleed voor
al de rollen en een van ons bMden liet
di© poppen optreden, terwijl «Je ander
het stuk voorlas. En dan te m<H»ten
hooren dat het stuk nleta waard is!
O, het is nthande! Het is schande
En wat er van gezegd is. f» onwaar.
Het is -ren groot, een prachtig too
neelstuk. Hot la edel en gevoelvol.
(Wordt vervolgd.)