81
1
M
Si
U
i
S
fe
i
HS
a
n
sé
i
JU
M
g
as
si
e
Ét
1
96
H
n
Ét
Éi
ft
Hip
graven nabij oen rivier. Zij vrees*,
niets O matigs voor hern, maar, zei ze
me, zii ziel hem toch bloeden! llij zal
terugkomen, zij is er zeker van.
- - Rune. Is het diuur?
Weet u men. arrangeert dut mot
haar. Zij hoeft mij 1 franc 50 bere
kend... Ik kan u niet zeggen, hoe se
dert... M iji»hart heeft ziah ontspan
nen I
J)o vrouwen, die de geheimen van
.hot lot In bewaring hebben, zenden
trouwens beur adres aan huis, aan
hot hoofd van lx>loftennrijke prospec
tussen. Er zijn er bij. die nogal
vr-.cind zijn opgesteld. Ziellier .een
waarzegster, die „terug van liet Oos
ten en houdster van het geheim van
M inéthon, zich te uwer beschikking
houdt voor alio astrale studies ho-
t re ff eind© den oorlog en zijn gevol
gen". Ik donk. dat de vrouwelijke
klar tel», (.ndur den indruk van dat
„geheim van Manéthon", haar gesta-
bezoeken Deo vijftig centimes in
n brief, on ge ontvangt van een an-
<!ero toovenares een .profetisch ge
il; -t.t". Ook dat is indrukwekken 1-
v >r eenvoudige zielen, zelfs indi n
zij do occulte overlevering niet ken-
ia-n is het spreken in verzen oen
blijk van bezieling. Is overigens in den
volksgeest ook dc dachter niet een
ongewoon en van andere menschen
afgezonderd wezen? Een derde be
looft u to zoggen, „wat er voorvalt
in do steengroeven van don Solsson-
ne 03."
lïior is er eeno, die „den onvern.ii-
dol'ij'ken oorlog had voorzien, weiike
Frai krijk noopte zloh te wapen en on
alle mogolijke alliaaties aan te knoo-
poa". Zij voorspelt de verdwijning
van hot socialisme in-den donder der
kanonnen, on zij bewijst heur heldar-
ziêndteid door hot teekenem van por-
trottor. der wezens, tko een. rol in uw
leven verv dien, zelfs der afwezigen
en diergenen, welke zich op ontzag-
g©H ko afstandeta bevinden. Ik ineen
jiior eenige politieke bemoeiingen te
zien, en uil het prospectus blijkt mij,
dat het zich richt tot personen van
i '-actlonriairo ideeën! Een ander© kon
digt zich aan als „somnambule van
g.-boorte". Zoo komen wij in de Ma
gie door aanraking, met haar, die
met behulp van een haar van den
s- blaat, die u na aan het hart gaat,
zich g. oostelijk in zijn bijzijn over
brengt oi. u inwijdt in zijn huidig en
tockoir stig lot. Een „fhaterialaseeregKl
medium" stelt zich, eveneens voor
vijftig centime?, „in verbinding niet
het dubbel-ik van den afwezigen sol
daat". Er is trouwens zeer vaak spra
ke van het dubbel-ik, en daarmede
gaan wij terug naar de primitiefste
Ma ;ic. Zoo is er een zieneres, die be
weert' in die toekomst te lezen, omdat
zij „zich In verbinding stelt met liet
dubbel-ik van een kapitein van het
leger".
Doch don soldaat in gevaar oa zijn
lot zien hetwelk ongelukkig kan
ziin dal is nog niet de opperste ver
lichting. Daarom zijn er ook. .die
verzekeren 't geliefde wezen, dat men
hun aanduidt, verzekeren, te kun
nen beschermen togen schroot en ko
gels'. En, helaas! indien het wezen,
dat. men liefheeft, verdwenen is, in-
dum or geen hoop meer is heelt
Genozoros niettemin nog een laatsten
cn zcgevoilcn troo&tl Zij overwint den
dood: ,/.ij regelt alle dingen ten bes
te, cn door hour macht kan zij in de
v.ruiing het dubbei-ik van d'?n ver
dwenen© binnenleiden!"
Handel in leugen, exploitatie van
«ie t- 'lelijke vertwijfeling en der on-
woK-ndheid I" roepen de zedemoes-
ters der Pers uit. terwijl de kroniek-
schrijvers er Iu9tigje3 den draak mee
steken. O. wij weten het wel„do
loek mist ie voor niemand", heeft
Victoi Hugo gezegd, het groote Napo-
leontische Avontuur besprekend. Er
zijn niet zooveel groote of kleine woor
den van vernuft noodig om ons te
overtuigen, dat de Zieneres, dio wel
licht heur ondenvijzeresdiploriia be
zit, noch de analphabetische Toovena
res der volksbuurten het noodlot kun
nen kennen of vervormen. Evenmin
kunnen zij in contact komen met hot
„dubbelo-ik" van den soldaat in de
loopgraven, of met den voorgoed ver-
dwonone. Wat evenwel niet wil zog
gen. «Int het geoorloofd is, met zoo
stellige ontkenningen de zoogenaam
de occulte dingen te behandelen. Ik
heb. wat mij betreft, de sensatie van
duistere dingen, die op sommige
ogenblikken het leven omvatten en
leiden. En dc echte Wetenschap, zij,
do gestadig zoekt, erkent bescheid en-
lid., dat er Krachten zijn van de ma-
t-i io. welker bestaan zij voelt en die
gij noch kent noch ziet.
D' ch waarom zooveel toorn en iro
nie In de Pers zelve verhaalde meu,
in den eersten tijd des oorlogs, zonder
commentaren en althans zonder on
eerbiedigheid menige oude of nieuwe
„profetie", die de zege der Verbonde
nen op do puinhooperi van Duüsch-
land beloofde. Sommige dier pro
fetieën waren trouwens niet vrij van
bedrog, gelijk men heeft aangetoond,
cn andere hadden te voren gediend,
even wonderlijk aangepast aan vroe
gere oorlogen, bijvoorbeeld aan die
van het Eerste Keizerrijk Het is toch
zeker, «lat rnon zo niet ontgroef dan
om de verbeelding In vervoering te
brengen en de barton te troosten on
der bet In verwarring brengen van
«1 en geest. Doch heeft niet eik jaar
<le Almanak van rnadarne De Thèbos,
die ook profeliseerl, in de Pers de eer
van lange uittreksels?
En maakte men verleden week niet
melding van een inderdaad verwon-1
dei lijk „wonder" Een geboren doof
stomme vrouw liegen eensklaps te
snr. kcn en kondigde aan, dat de oor
log in Juli zou eindigen. Daarop stierf
zii En de Pers vraagt zich heelc-
inruil niet af, hoe een geboden doof-
stomme woorden kon uitspreken, .Ier-
wijl zij er li .-.l beur leven lang geen
li.nl gehoord Een wonder, Inder»
d.'iAd. Doch waarom nemen onze kro-
niekschrijvers-zederneesters dan r#ict
aan. dat onze Parijsche „Sorcivres"
(lok wonderkrachtig kunnen zijn?...
De eenvoudige waarheid in dit OÜéS
Is. «lat de arme menschheid voor een
groot gedeelte niet in de onzekerheid
tknn blijven, in de verschrikke
lijke uren. waarin men gevoelt, dat
mets meer blijvend is. wat heur hurt
dierbaar i9 en zij zelve ln gevaar en
ten prooi van een onbekend noodlot
zi i 11 Duar in de verte bestaan zij
of bestaan zij niet meer, de soldaten,
v ertrokken in vol besef van de nood-
z:i ifllUthold der overwinning. Men
weet niet waar zij zijn, daar het hui:
verboden is te zeggen, in welk oord
zij zich bevinden. Hun adres ie een
sectorsaummer, dat morgen misschien
niet hetzelfde meer is. Men ontvangt
brieven van hen dan opeens, gedu
rende twee weken, een maand cn lun
ger, ontvangt men niets meer 1 Niets
meer begrijpt ge "al, wat dit plotse
ling stilzwijgen kan voorspellen? Eu
hot Is ook sinds maanden, dat men
nicle ontvangen beeft. Ah, hoe zich in
zekerheid, optimistisch of pessimis
tisch, staande te houden Vrouwen
mei verspreide gevoeligheden, alsof
alle verbroken bunden, welke haar
hochtten aan do dierbare wezens, in
ontstelling om baar heen trilden
vind! men liet vreemd, dat zij hopen
Doch in do groote stormen der
m&nechhcid vindt de menschheid heur
oorsprong terug, vooral tijdens 'de
oorlogen, die, zij ook, niets anders
zijn duu herrezen wildheid. En dan Is
bet voor de door heur gevoeligheid
weder primitief geworden zielen het
uur d'-r Magie, van den toovenaar en
den voorspeller. Ziedaar waarom
moderne moeders, echtgenootcn, zus
ters, zicli oen weinig verbergende, de
waarzegster gaan bezoeken. Zich ver
bergend, want ja, zij zijn er niet zeker
van, In haar en in heur macht te ge-
looven. Maar wat doet het or tool ZIJ
willen, zij willen' geloovon. Zij zullen
straks geloovon, wanneer zij, onbe
wust met zich zei ven listen bezigende,
in achterhoudende zinnen der waar
zegster iets vinden om zich hoop to
scheppen.
En do waarzegsters zijn over het
algemeen goede waarzegsters. Ik
weet, dut zij zich beijveren om ge
ruststellende woorden to doeri door
dringen, waaraan de begcerige geest
der lijdende* cliënte zich zal hechten,
en daarin maakt heur hart hen han
dig rneer dan do zorg om geld
gewin Stellig moeten er uitzonderin
gen zijn, zijn er uitzonderingen
er zijn slechte waarzegsters, die er
zich niet vjjor schamen, ongeiukkigen
hun poverokpaarpenningeri afhandig
te maken. Ja. dat men naar haar
zocke on haar straffe als misdadig
sters. hetgeen zij dan ook zijn-
Trouwens, de andere waarzegsters
verafschuwen haar. Een harer, een
intelligente, zei onlangs „Ons ver
ontrusten, ons ons beroep verbieden,
waarom? Men moest veeleer Ingrij
pen, dat wij op onze manier ons va
derland dienen. Wij vragen een, dik
wijls zeer geringen, 'prijs voor onze
consultaties we rnooten leven. Doch
ln het algemeen zijn wij schenksters
van hopo. Daarmede houden wij er
den moed in, verzachten wij zedelijke
vertwijfelingen, die dikwijls, wij voe
len bet, verschrikkelijk zijn, geven wij
den slaap en bijkans de rustige kalm
te» weer. Jji, heusch, wij vervullen ©cn
vaderlandslievende enmenschelijke
rol, want voor ons klein deel dragen
wij misschien bij weifelende naturen
bij tot deze ernstige en eenparige
geesteskracht, dit heilzame en bewon
derenswaardige geduld, dat Parijs
behoudt."
Ziedaar waarom de Politie de goede
Toovenaressen met rust zou kannen
laten en den vrijen tijd, dien hot zoe
ken naar te taaie Oostcnrijksch-Dult-
sclie spionnen aan haar overlaat, zon
kjinnen besteden aan het herlezen van
Michel©'.'? „Sorclère".
W1LMA KNAAP.
Tan de Residentie en heer
bewoners.
cccn.
In 10li,is in Den Ilaag de Gemeen
telijke Geneeskundige Dienst ïn het
leven geroepen, omdat er dringend
behoefte Instond aan het verleenm
van Imü'p bij ongevallen en omdat de
noodzakelijkheid bleek van het hou
den van geneeskundig toezicht op de
ambtenaren en werklieden, ln dienst
van de gemeente.
Hoewel tegen het oprichten als af
zonderlijke dienst van dezen nieuwen
tak van gemeente-zorg ernstige beden
king K-stond de huJp. die geboden
zou worden en het personeel, dat die
hulp zou moeten bieden, stonden loa
van alle verband met het Ziekenhuis
heeft hij toch spoedig sympathie
gewekt, vooral door d» snelheid,
waarmee hij werkte.
Was vroeger op straat iemand over
reden dan moest gewacht worden,
totdat uit het meest nabljzijude po-
I.UïupOAt'o.uis een raderhaar gerequi-
resrd was tot het vervoeren van den
patiönt Betrof het een ernstig on
geval, dan luidde hot slot van het ge
wone courantenberichtje gewoonlijk
dat de persoon „bij aankomst in het
ziekenhuis reeds overleden was". Het
lange wachten op de baan en het ver
re van rustig» vervoer, waren in de
meest gevallen werk el jk „moor
dend".
Maar van hel oogenblik af, dat de
nieuwe dionst'in werking trad. kon
een groote verbetering geconstateerd
worden.
Gebeurde op straat een ongeluk men
ha»l slechts oven den G. D. op t» bel
len en binnen een paar minuten was
een ziekenauto mot een geneesheer ter
plaatse. En niet alleen bij straat-on-
govatlen trad do dienst op. Hij moe3t,
kraohtens art. 1 van do verordening
„voorzien in eerste hulp bij ongeval
len, plotseling opkomende ernstige
ziekten en bij alle gevallen, waarbij
direct medische hulp noodig kan zijn"
zoodal iemand die op 't onverwachts
hulp behoefde en wiens huisdoktor
niet te bereiken was, slechts den G.D.
had to waarschuwen om eon medi
cus te kunnen raadplegen.
Dut de huisdokter later do behan
deling overnam en dat door de ge
meente koatou in rekening gebracht
worden, sprak van zelf. Nu schijnt
or oven wei nog al eens misbruik go-
maakt te zijn van het bestaan van.
<l(An Dienst. Herhaaldelijk kwam het
voor, dat door zenuwachtige men
schen de dienst werd t© Kuip geroe
pen. Ik-.-.vel het z'oktegevnl geon da
delijk ingrijpen vroeg en zonder dat
ook maar een poging ge* la an werd
om den huisdokter to waarschuwen.
Vandaar dat, hoewel het er in de toe
lichting niet bij gezegd werd, in 1913
bij don Raad het voorstel kwam om
iu art 1 van de verordening den G.
D. te belasten met „do eerste genees
kundige hulp aan personen, die daar
aan onmiddellijk behoefte hebben en
deze niet op ander© wiiize kunnen
verkrijgen".
Is bij oppervlakkig© lozing tus-
schcft de beid» teksten weinig ver
schil, de Baad, die in 1913 de wijzi
ging goedkeurde. vergat dat de dienst
in .lie paar Jaren van zijn bestaan
©enigszins ambtelijk gqvvorden was,
d.w.z. somwijlen meer verliefd op da
letter van den tekst, dan op der; geest
van de verordening.
Een geval in de jongst© ruadsver-
g-i-ierlT:-,- ter sprake gebracht, wolk
geval ©1 gemeen© ergon ia xcrweiu
heeft, bracht deze verandering in ue
mentaliteit van den G. D aar. het
Ton huize van eon notaris werd"dei
dienstbode 's morgens bewusteloos te
bfd gevonden tengevolge van h©t in
ademen van pas, dat uit c-oti open
kraam je ontsnapt was.
Da notaris scJielde zijn huisdokter
v»p. die te Schoveninjjon woont en zei
hem wat gebeurd was. De diokter
raadde aan den geneeskundigen
diionsj, te waarsclmwen, want voor
dut hij ton huize van den notaris kon
zijn zou zeker een drie kwartier ver-
Joopen en hij bezat geen zuurstoftoo-
stol. Er bestond ©ogenblikkelijk le
vensgevaar en ongetwijfeld kon', vol
gens den medicus, den G. D. hot
snelst hulp verleen en.
De Notaris deed wat hem geraden is
cn schelde den dienst op. maar tot
zijn verbazing kreog hij ten antwoord,
dat hij geen hulp kon' krijgen, omdat
n|et gebleken was dat hij zich die
met op andere wijze had kunnen
verschaffen.. Zijn argument, dat zijn
huisdokter eerst veel later zou kun
nen komen, mocht niet baten. De
dienst kwam niet.
Gmukkij? kon toevallig van andere
zijde hulp geboden worden en de
dienstbode bracht er het leven af.
In den Raad is Over dez© hulpwei-
gering lang gespro Icon, voorat omdat
wethouder Do Wide volhield, dat
Met andere gehandeld had kunnen
worden. Eerst nadat het eenige aan
wezig© raadslid-medicus, dr. Rom-
bouts, ge\aden geconstateerd had,
waarbij het eerst hulp vragen aan den
huisdokter tot den dood van den ge
troffene rnoest leiden, nadat mr. Bik
gevraagd had, hoe te handelen in-
d'en iemand lot bewustzijn gebracht
moest worden terwijl geen der bij het
ongeval aanwezigen wist, wie de huis
dokter was en nadat de heer Couvée
met een molio van afkeuring dreigde,
haaide do wethouder bakzeil en be
loofde het geven van andere minder
formeele instructies aan den Dienst.
Noodig is dit ongetwijfeld. Want
het hier aangehaalde geval ia heuseh
niet hel eerste van dien aard. Zoo
geschiedde het onlangs, dal voor een
man, die thuis zijn been gebroken
had, de G. D. werd opgcbeJj, omdat
(ie huisdokter geen telefoon 1, d. Het
antwoord luidde": eerst dén hnf&dok-
Ut vragen. Men légde daarop den pa
tient op straat neer en deelde den
dienst mede, dat iemand op straat ge
struikeld was en zijn boen gebroken
t;ad. En toen. kwèm de auto, met
den dokter want thans gold het een
ongeluk buitenshuis.
Het is duidelijk tot welke ocge-
wenschte gevolgen ambtelijke» letter-
•knechterij van een geneeskundigen
dienst leiden moet en het kan niet
anders dan gewaardeerd worden dat
het geval van gasverelikk'ng in den
Raad ter sprake is gebracht. Het zou
anders ook hier geworden zijn: De
verordening is heel goed, maar o die
ambtenaren!
SINTRAM.
Amsterdamsche Kout
170.
Over kunstenaars. De
Duvelshoek.
Geslachten gaan cn komen, het is
geboren worden en eterven, jubelen
en in smart gebogen zijn, alles wis
selt in der jaren loop en boe ouder
mor. wordt, hoe sterker ln 't bewust
zijn dringt aller dingen tijdelijk ka
rakter.
Op het tooneel, op de plaaken die de
wereld verbeelden, wordt zoo vaak
in meer of minder levens-ware stuk
ken het vluchtig©, het voorbijgaande
van de dingen des levens vertoond en
voor de 3pelers zelve komen ook do
dagen van bitteren ernst en van luch
tige vreugd.
Twee kunstenaars, die in zekeren
rin, -hoewel zo door heel one land een
welverdiende reputa'ie genoten, spe
ciaal Amsterdamsche artisten waren,
zijn van ons heengeguan.
Jan Philip Kelly is op zestigjarigen
leeftijd gestorven in ons midden, om
-zoo te zeggen, in de stad waar hij
zijn triomfen vierde en leed en streed.
Johan Schmier stierf ook als ruim
zestigjarige in het stille plaatsje Hee
renveen. ver vnri het groote stadsge
woel, dat hij toch ook zoo lief had.
Heide kunstenaars zijn populaire
figuren geweest ln de hoofdstad
Johan Schmier wel het nicest, omdat
hij ook nanr buiten leefde, in café's
er: bij feestelijke gelegenheden een
gaarne geziene figuur whns, terwijl
Kelly hc-t leven leidde van een inge
togen burgerman.
Kelly zag men maar zelden „op de
vlakte". Hij leefde voor zijn kunst en
voor zijn huiselijken kring.
Hot post den AmsWitn.rnschen
chroniqueur, eenige woorden te wij
den aan dc nagedachtenis van beidon,
«li© voor hei Amsterdamsche kunst
en pretleven van zoo oigenaardige
be teekenis waren.
Kelly is groot geworaen door Prot
en door het Prot genre. Men mag
daarover denken lioo men wil, de ver
diensten van Kelly ala onbetaalbaar
komiek zal wel niemand willen
kleinen.
Het Is ©on bekend gezegde, dat men
al lachen moest als Kelly liet puntje
van zijn neus maar om den hoek stak.
Dat oer-kornisch snuit, het Arnster-
danisoh accent, het kostelijk gebaar,
't was eenig om te zien. Kelly alleen
was een gang naar deü schouwburg
waard. Hij heeft mooie dingen ge
daan in den bloeitijd van de drie K's
(Kiehl, Kreeft, Kelly), maar het best
is zijn kunst toch naar voren geko
men m den Frascati-schouwburg,
waar hij zich ontwikkelde onder lei
ding van Prot, aan wien hij zooveel
te danken heeft.
Kelly was ©enig in do stukken,
waar het komisch element te zoeken
is in een opeenstapeling van zotte
verwikkelingen. Wie herinnert zich
b.v. niet Kelly's-uitroep in ,,'t Gar
naaltje" „Wat heb ik een pijn in
mijnhoofd, wat heb ik een pijn in
mijn hoofd", llij sneed gezichten, die
de zaal deden daveren van 't lachen
en zijn taaltje rolde zoo leuk en ko
misch, dat de klank or.s nog in de
ooien klinkt.
Het leven heeft dpzen uitbeelder
van de .grappigheid veel zorg en kom
mer gebracht on hij heeft zijn moppen
gelanceerd op avonden, dat de smart
K.» de keel dreigde (Echt te schroe
ven. Maar werken deed hij zoolang
hij kon cn met hart cn ziel streed hij
•oor de belangen der onderneming,
waaraan hij verbonden was.
Niet do kunstenaar alleen, een
werkzaam, plichtgetrouw men ach te
vens is met Kelly ter ruste gegaan.
De talloos velen, die hij te vermaken
wist. zullen hem nooit vergeten.
Evenmin vergeten worden zal onze
populaire John.ii Schmier, wiens te
ven ook niet op rozen ging, maar die,
ondanks alles, er steeds don blijdoa
moed in hield. Toen het met de No-
derlandsch© Opera's gedaan was,
zocht hij het in 't vermakelijke genre.
Hij zong zijn „Ode aan de snert", zijn
grappige muzikale illustraties van
gedichtjes van Van Alphen, en hij
was, waar hij kwam, de vroolijke pra
ter, de goedhiclischo gezel.
Denk b.v. eens aan zijn om too-
neeltaal te gebruiken fraaie creatie
van burgemeester op Oud-Holland.
Daar was Johan Schmier do man,
daar was hij in z'n element cn het
burgemeestersambt vervulde hij met
onnavolgbare» zwier. Ook deze man
heeft bij duizend-en-één gelegenheden
den gullen lach doon daveren en al
len die de vreugde en den lach in hun
betcckems voor het nienschelijk leven
weten te waardeeren, blijven hem
dankbaar en eeren zijn nagedachte
nis.
.Nu ik het over kunstenaars heb, ten
slotte een woord van luilde aan
Schoonhoven bij gelegenheid van zijn
veertigjarige looncelloopbaan.
Schoenhoven verdient waardeering
als kunstenaar en als mensch. Als
kunstenaar; dut mag gerust gezegd
worden, i3 hij niet altijd lot zijn f jcht
gekomen. Maar van blijvende kunst-
Wc.arde zijn z'n creaties van rollen als
de Gvsbrecht en dj© waarin hij igeju-
-beld heelt als geestelijke in „De Pas
toor van NeuvlUetto".
Schoonhoven is een ernstig kunste
naar. die getoond heeft de rellen, die
in zijn lijn liggen, relief te kunnen
geven, z© te kunnen opvoeren tot
prachtflguren.
Hij is ook een braaf meuscli. Een
miuiseh die. ale zijn taak op de plan
kon-wereld is afgolooprn, ziin stille
kamer zoekt. Hij timmert niet aan
den weg. hetgeen niet uitsluit dat
ieder, die do forsche gestalte ziet
wnnjielen door Amsterdam's straten,
zegt Zie, dat is Schoonhoven, jo weet
wel, van de Gysbrecht.
Een ernstig man een man uit één
stuk, een beteekenisvol kunstenaar !6
gehuldigd op Schooribovens jubileum.
Straks had ik het over 'r tijdelijk
karakter om ons heen. Menschen ko
men en gaan, omstandigheden wisse-,
ien, toestanden veranderen. Iloe is
tiet stadsasjiect van Amsterdam niet
bezig elk oogenblik te veranderen. Er
zal nu weer een typisch stukje Am
sterdam Ik zeg gelukkig van
den openbaren weg worden afgeslo
ten. De Duvelshoek.
Teder die wel eens Amsterdam be
zocht kent don Duvelshoek, het eigen
aardig straatjes-complQX, dat aan
twee kanten uitmondt in de Rogu-
liersbreestraat. Men wil nu do St
Piet&rsteeg van het openbaar verkeer
afsluiten en dat is. goed beschouwd,
ook maar het lx>ste. 't Is een ruw,
wel niet kwaad, maar toch lastig en
uiterst baldadig volkje 7.- hebben er
nret in, dos avonds aan 't eind van
hun steeg on d© Resrehersbrcr-Ptrain
lawaai te maken en den voorbijgan
gers wel eens minder aangenaam te
zijn.
Ook wordt er in de buurt veel ver
nield.
Onveilig is het er niot, zéé erg is
hel niet. Dc tijd van bepaald onveilige
stadsgedeelten ligt gelukkig in een
nu al tameliik verwijderd verleden.
Schilderachtig is de Du velshoek bui
tengewoon. En on-hvgiënisch ook.
Over de woningtoestanden, die do«r
hecrschen, Is het maar hel <best, het
zwijgen te ticwaren.
't Zal wel niet lang meer (luren of
heel d» niiviahoek heeft lot het ver
leden behoord.
En dan zal do romantiek er lustig
griezelige legenden orn weven van
moord en doodslag en borooving
AMSTERDAMMER.
het minst niet. Ik trek het mfi in het
minst niet aan
Zij trachtte krampachtig t© lachen.
Daar ging de deur weer open en haar
vader, een rijzig, kloek man, trad bin
nen.
Nu, kleine, heb je eindelijk don
lang verwachten brief van j© c
staande ontvangen, zeg?
Neen, vader, nog altijd heeft bij
niet geschreven maar ik zal wel op
passen, hem te toonen hoezeer mij dat
grieft.
Dus antwoordde zij en ze verborg
haar gezichtje aan zijn breede borst.
- Zou je donken, dat hij je lachen
van hier uit zal kunnen hooren Jo
vroolijkheld drupt langs jo wangen
neer, arme meid. We zullen dat heer
schap eens tot rede moeten brengen,
dunkt mij.
Ja, toe vader, zegt u hem eens,
hoe afschuwelijk het is, dut hij heele-
maal niet schrijft dat ik mij dood-
orger.en, als dat zoo voortgaat, niets
meer van hem weten wil.
Maak dat de kat wijs Dat .weet
zelve wel beter. Gewoonliik verlan
gen Jullie meisjes ook te veel. Een
man heeft meer te doen, dan minne
brieven te schrijven. Ik heb altijd veel
Je moeder gehouden maar cor
respondentie was al evenmin mijn
zwak. Maar wacht I Er kwam een
lachje op zijn gemoedelijk gezicht.
'Ga eens naar haar toe misschien
weet zij er wel iets op. Vroeger heeft
ze menigmaal een middeltje weten te
vinden, om mijn flegma te bestrijden,
zooels zij dat noemde.
Sibylla liet zich dit niet tweemaal
zeggen en klaagde ook aan hare moe
der ihaar leed.
Den volgenden morgen kwam nu
toch de lang verwachte brief.
Met reusachtig schrift waren over
twee ziitjes do eerste en vierde pa
gina, alsof bij liet ding gecoplëerd
had de volgende woorifen ver
beid
„Mijne lieve Sibyllo I Je omvang
rijken brief heb ik met hartelljken
dank ontvangen. Ik heb daaraan zoo-
■eel te lezen gehad, dot ik eerst heden
dien kan beantwoorden. Uitvoerig
6chrijven kan ik thans niet, daar ik
welhaast g©en oogenblik vrij heb. Om
die reden zal in den eersten tijjl ook
•an een bezoek niet veel komen. Spoe
dig nader hierover. Wees inmiddels
in gedachten hartelijk gekust door Je
Ilefh. Emile."
Na weinige dagen ontving deze lieer
©cn missive van den volgenden in
houd
„Lieve ErnLle 0, het i3 vreeselijk,
ontzettend Maar wat zeg ik ver
geef mij mijne opgewondenheid, doch
juist ia mij iets ontzettends overko
men. Verbeeld je maar noen, eerst
hartelljken dank voor je Hoven brief,
dien ik inmiddels ten einde lozen kon.
Je hebt zoo weinig tijd, lieveling
Maar dan nu het voornaam«te. Mijn
hart bonstik*nioet het tot kalmte
dwingen. Zoo verneem dar.ik gu
gisterenmorgen
En dat was het einde van den brief.
Lni in 't schrijven.
Sibyllo zat nan hot venster van de
huiskamer; en keek uit. Eindelijk
kwam de poster werd gescheld en
kort daarop kwam Rika rnet een paar
drukwerken binnen, voor haar vader.
Goed, Rika, geef maar hier
voor m ij weer niets
Het dienstmeisje haalde de schou
ders op en ging weer naar de keuken.
O. dat is hard, dat is liefdeloos,
dat is
Sibyllo bracht do handen naar het
gelaat en zonk op een stoel neder.
Doch spoedig kwam zij tot andere
inzichten althans zij wist zich te be-
heerschen. ZJj reos weder op.
O neen, ik ben niet bedroefdln
Hoe hij dien van allo kanten bo-
keek, hij trof niets meor aan, Wat kon
iiaar voor ontzettends wedervaren
zijn, dat haar belet had, den brief t©
voltooion? Wat kon er zijn geschied,
dat haar zoo had doen ontroeren ©n
wellicht in zwijm deed vallen En
wie had den onvoltooiden brief Ln het
couvert gedaan en verzonden Dat
kon zij zelve onmogelijk hebben ge
daan Dus zij lag op hel ziekbed ne-
der on anderen hadden..
Den ganschen dag peinsde hij er
over en haalde zich schrikbarende
zaken in het hoofd. ToeJi hot avond
geworden was, stond het bij hem vast,
dat hij den volgenden morgen toe
vallig was het een Zondag zich tot
haar spoeden zou. llij had geen gele
genheid meer om zijne kornet vooraf
aan te kondigen misschien ook maar'
boter, onverhoeds to komen...
Toen hij den volgenden morgen
Juist ijlings door den voortuin van
Sibylio's ouders schreed, om het huis
binnen te stormen, weerklonk uit ©en
prieel een schaterend, hem welbekend
lachen. Hij bleef staan, wonderbaar
aangedaanvervolgens wendde hij
zich aarzelend naar het prieel en een
oogenblik later stond hij tegenover
zijn zoo onverklaarbaar vroolijk
meisje. Sibyllo vloog hem nu tege
moet, maar kon zelfs in dit oogenblik
het lachen nog niet onderdrukken,
Emile stond daar als ©en vraagtoo»
ken eerlijk gezegd, was het hem
niét aangenaam te moede on eon vaag
roorgevoel had hij, dat hij „er tus-
schen genomen" was 1
Toe, Sibylle, voordat wo verder
gaan, wees zoo goed, mij nader te
verklarenik meende te moeten
duchten, dat je oen ongeluk overko
men was, een vreeselijk ongeluk, cn
nu die onbedaarlijke vroolijkhoid
Omdat je zoo onverwijld hierheen
gekomen zijtwant dit was de bedoe
ling niet 1 15en ongeluk o zoo, om
dien brief Ja, weet jc, zoo sclirikba-
rend was het nu wel niet, muar in 't
eerst was ik erg geschrikt, toon Rika
eergisteren een doode rat vlak voor
me op tafel lei ik schrok er van en
maakte mij boos en
Maar waarom heb jij je brief don
niet voltooid
Nu zag ze met een schelmseh lachjo
nar hem op.
Dat is doodeenvoudig, bcsto
Emile. Wanneer jij je laatsten brief
eens hadt nagezien, zoudt go hebbon
bevonden, dat die 67 woorden bevatte.
Het is nu eenmaal mijn principe go-
worden, aa.n jou niet méér te schrij-
dan jij aan mij, en daarom moest
ik ook aan mijn brief met het 7©von-
en"ze3tigste woord een eind maken.
Emile'ö gelaat moet in dit oogen
blik eeu minder schrandere uitdruk
king gehad hebben, want lieftallig
voegde zij er aan toe
Maar alles is jo vergeven. Jo hebt
bewezen, hoe liefderijk je voor mij be
zorgd zijtdaden zijn meer dan woor-
en dit verheugt mij meer, dan
de langst© brief I
Een hartelijke ku3 bezegelde dia
woorden.
DAMRUBRIEK.
IIAARLKMSCIIE DAMCLUB.
Allo correspondentie, deze rubriek betreffende, gelievo men te richten
aan don heer J. Meyer, Kruisstraat 34. Telephooïi 1543,
Probleem No. 662, van H, W.
ZITMAN.
lc P u b I i c a t i e.
MM
m.
m
u
m
9
m
m
w
'M
Wit
Zwart 11 schijven, op: 2, 4, 7, 8, 9, 13, 14, 20, 21, 35 en 36.
Wit 12 schijven, op: 25, 32 33 34 38, 39, 40, 41. 42, 44. 45 on 50.
Probleem No. 663, van \V.
POLMAN Jr.
1 e P u b I i c a 11 e.
e
'Mêt
15
16
9
M
~MSL
M
9
w.
m
SM
msa
96
36
.-. V,
w.
45
46
Zwart 10 schijven, op: 3, 4, 7, 9, 12, 17, 18, 19, 26 en 28.
Wit 11 schijven, op: 15, 21, 25, 27, 29, 30, 34, 37, 42, 43 en 40.