81 1 M Si U i S fe i HS a n sé i JU M g as si e Ét 1 96 H n Ét Éi ft Hip graven nabij oen rivier. Zij vrees*, niets O matigs voor hern, maar, zei ze me, zii ziel hem toch bloeden! llij zal terugkomen, zij is er zeker van. - - Rune. Is het diuur? Weet u men. arrangeert dut mot haar. Zij hoeft mij 1 franc 50 bere kend... Ik kan u niet zeggen, hoe se dert... M iji»hart heeft ziah ontspan nen I J)o vrouwen, die de geheimen van .hot lot In bewaring hebben, zenden trouwens beur adres aan huis, aan hot hoofd van lx>loftennrijke prospec tussen. Er zijn er bij. die nogal vr-.cind zijn opgesteld. Ziellier .een waarzegster, die „terug van liet Oos ten en houdster van het geheim van M inéthon, zich te uwer beschikking houdt voor alio astrale studies ho- t re ff eind© den oorlog en zijn gevol gen". Ik donk. dat de vrouwelijke klar tel», (.ndur den indruk van dat „geheim van Manéthon", haar gesta- bezoeken Deo vijftig centimes in n brief, on ge ontvangt van een an- <!ero toovenares een .profetisch ge il; -t.t". Ook dat is indrukwekken 1- v >r eenvoudige zielen, zelfs indi n zij do occulte overlevering niet ken- ia-n is het spreken in verzen oen blijk van bezieling. Is overigens in den volksgeest ook dc dachter niet een ongewoon en van andere menschen afgezonderd wezen? Een derde be looft u to zoggen, „wat er voorvalt in do steengroeven van don Solsson- ne 03." lïior is er eeno, die „den onvern.ii- dol'ij'ken oorlog had voorzien, weiike Frai krijk noopte zloh te wapen en on alle mogolijke alliaaties aan te knoo- poa". Zij voorspelt de verdwijning van hot socialisme in-den donder der kanonnen, on zij bewijst heur heldar- ziêndteid door hot teekenem van por- trottor. der wezens, tko een. rol in uw leven verv dien, zelfs der afwezigen en diergenen, welke zich op ontzag- g©H ko afstandeta bevinden. Ik ineen jiior eenige politieke bemoeiingen te zien, en uil het prospectus blijkt mij, dat het zich richt tot personen van i '-actlonriairo ideeën! Een ander© kon digt zich aan als „somnambule van g.-boorte". Zoo komen wij in de Ma gie door aanraking, met haar, die met behulp van een haar van den s- blaat, die u na aan het hart gaat, zich g. oostelijk in zijn bijzijn over brengt oi. u inwijdt in zijn huidig en tockoir stig lot. Een „fhaterialaseeregKl medium" stelt zich, eveneens voor vijftig centime?, „in verbinding niet het dubbel-ik van den afwezigen sol daat". Er is trouwens zeer vaak spra ke van het dubbel-ik, en daarmede gaan wij terug naar de primitiefste Ma ;ic. Zoo is er een zieneres, die be weert' in die toekomst te lezen, omdat zij „zich In verbinding stelt met liet dubbel-ik van een kapitein van het leger". Doch don soldaat in gevaar oa zijn lot zien hetwelk ongelukkig kan ziin dal is nog niet de opperste ver lichting. Daarom zijn er ook. .die verzekeren 't geliefde wezen, dat men hun aanduidt, verzekeren, te kun nen beschermen togen schroot en ko gels'. En, helaas! indien het wezen, dat. men liefheeft, verdwenen is, in- dum or geen hoop meer is heelt Genozoros niettemin nog een laatsten cn zcgevoilcn troo&tl Zij overwint den dood: ,/.ij regelt alle dingen ten bes te, cn door hour macht kan zij in de v.ruiing het dubbei-ik van d'?n ver dwenen© binnenleiden!" Handel in leugen, exploitatie van «ie t- 'lelijke vertwijfeling en der on- woK-ndheid I" roepen de zedemoes- ters der Pers uit. terwijl de kroniek- schrijvers er Iu9tigje3 den draak mee steken. O. wij weten het wel„do loek mist ie voor niemand", heeft Victoi Hugo gezegd, het groote Napo- leontische Avontuur besprekend. Er zijn niet zooveel groote of kleine woor den van vernuft noodig om ons te overtuigen, dat de Zieneres, dio wel licht heur ondenvijzeresdiploriia be zit, noch de analphabetische Toovena res der volksbuurten het noodlot kun nen kennen of vervormen. Evenmin kunnen zij in contact komen met hot „dubbelo-ik" van den soldaat in de loopgraven, of met den voorgoed ver- dwonone. Wat evenwel niet wil zog gen. «Int het geoorloofd is, met zoo stellige ontkenningen de zoogenaam de occulte dingen te behandelen. Ik heb. wat mij betreft, de sensatie van duistere dingen, die op sommige ogenblikken het leven omvatten en leiden. En dc echte Wetenschap, zij, do gestadig zoekt, erkent bescheid en- lid., dat er Krachten zijn van de ma- t-i io. welker bestaan zij voelt en die gij noch kent noch ziet. D' ch waarom zooveel toorn en iro nie In de Pers zelve verhaalde meu, in den eersten tijd des oorlogs, zonder commentaren en althans zonder on eerbiedigheid menige oude of nieuwe „profetie", die de zege der Verbonde nen op do puinhooperi van Duüsch- land beloofde. Sommige dier pro fetieën waren trouwens niet vrij van bedrog, gelijk men heeft aangetoond, cn andere hadden te voren gediend, even wonderlijk aangepast aan vroe gere oorlogen, bijvoorbeeld aan die van het Eerste Keizerrijk Het is toch zeker, «lat rnon zo niet ontgroef dan om de verbeelding In vervoering te brengen en de barton te troosten on der bet In verwarring brengen van «1 en geest. Doch heeft niet eik jaar <le Almanak van rnadarne De Thèbos, die ook profeliseerl, in de Pers de eer van lange uittreksels? En maakte men verleden week niet melding van een inderdaad verwon-1 dei lijk „wonder" Een geboren doof stomme vrouw liegen eensklaps te snr. kcn en kondigde aan, dat de oor log in Juli zou eindigen. Daarop stierf zii En de Pers vraagt zich heelc- inruil niet af, hoe een geboden doof- stomme woorden kon uitspreken, .Ier- wijl zij er li .-.l beur leven lang geen li.nl gehoord Een wonder, Inder» d.'iAd. Doch waarom nemen onze kro- niekschrijvers-zederneesters dan r#ict aan. dat onze Parijsche „Sorcivres" (lok wonderkrachtig kunnen zijn?... De eenvoudige waarheid in dit OÜéS Is. «lat de arme menschheid voor een groot gedeelte niet in de onzekerheid tknn blijven, in de verschrikke lijke uren. waarin men gevoelt, dat mets meer blijvend is. wat heur hurt dierbaar i9 en zij zelve ln gevaar en ten prooi van een onbekend noodlot zi i 11 Duar in de verte bestaan zij of bestaan zij niet meer, de soldaten, v ertrokken in vol besef van de nood- z:i ifllUthold der overwinning. Men weet niet waar zij zijn, daar het hui: verboden is te zeggen, in welk oord zij zich bevinden. Hun adres ie een sectorsaummer, dat morgen misschien niet hetzelfde meer is. Men ontvangt brieven van hen dan opeens, gedu rende twee weken, een maand cn lun ger, ontvangt men niets meer 1 Niets meer begrijpt ge "al, wat dit plotse ling stilzwijgen kan voorspellen? Eu hot Is ook sinds maanden, dat men nicle ontvangen beeft. Ah, hoe zich in zekerheid, optimistisch of pessimis tisch, staande te houden Vrouwen mei verspreide gevoeligheden, alsof alle verbroken bunden, welke haar hochtten aan do dierbare wezens, in ontstelling om baar heen trilden vind! men liet vreemd, dat zij hopen Doch in do groote stormen der m&nechhcid vindt de menschheid heur oorsprong terug, vooral tijdens 'de oorlogen, die, zij ook, niets anders zijn duu herrezen wildheid. En dan Is bet voor de door heur gevoeligheid weder primitief geworden zielen het uur d'-r Magie, van den toovenaar en den voorspeller. Ziedaar waarom moderne moeders, echtgenootcn, zus ters, zicli oen weinig verbergende, de waarzegster gaan bezoeken. Zich ver bergend, want ja, zij zijn er niet zeker van, In haar en in heur macht te ge- looven. Maar wat doet het or tool ZIJ willen, zij willen' geloovon. Zij zullen straks geloovon, wanneer zij, onbe wust met zich zei ven listen bezigende, in achterhoudende zinnen der waar zegster iets vinden om zich hoop to scheppen. En do waarzegsters zijn over het algemeen goede waarzegsters. Ik weet, dut zij zich beijveren om ge ruststellende woorden to doeri door dringen, waaraan de begcerige geest der lijdende* cliënte zich zal hechten, en daarin maakt heur hart hen han dig rneer dan do zorg om geld gewin Stellig moeten er uitzonderin gen zijn, zijn er uitzonderingen er zijn slechte waarzegsters, die er zich niet vjjor schamen, ongeiukkigen hun poverokpaarpenningeri afhandig te maken. Ja. dat men naar haar zocke on haar straffe als misdadig sters. hetgeen zij dan ook zijn- Trouwens, de andere waarzegsters verafschuwen haar. Een harer, een intelligente, zei onlangs „Ons ver ontrusten, ons ons beroep verbieden, waarom? Men moest veeleer Ingrij pen, dat wij op onze manier ons va derland dienen. Wij vragen een, dik wijls zeer geringen, 'prijs voor onze consultaties we rnooten leven. Doch ln het algemeen zijn wij schenksters van hopo. Daarmede houden wij er den moed in, verzachten wij zedelijke vertwijfelingen, die dikwijls, wij voe len bet, verschrikkelijk zijn, geven wij den slaap en bijkans de rustige kalm te» weer. Jji, heusch, wij vervullen ©cn vaderlandslievende enmenschelijke rol, want voor ons klein deel dragen wij misschien bij weifelende naturen bij tot deze ernstige en eenparige geesteskracht, dit heilzame en bewon derenswaardige geduld, dat Parijs behoudt." Ziedaar waarom de Politie de goede Toovenaressen met rust zou kannen laten en den vrijen tijd, dien hot zoe ken naar te taaie Oostcnrijksch-Dult- sclie spionnen aan haar overlaat, zon kjinnen besteden aan het herlezen van Michel©'.'? „Sorclère". W1LMA KNAAP. Tan de Residentie en heer bewoners. cccn. In 10li,is in Den Ilaag de Gemeen telijke Geneeskundige Dienst ïn het leven geroepen, omdat er dringend behoefte Instond aan het verleenm van Imü'p bij ongevallen en omdat de noodzakelijkheid bleek van het hou den van geneeskundig toezicht op de ambtenaren en werklieden, ln dienst van de gemeente. Hoewel tegen het oprichten als af zonderlijke dienst van dezen nieuwen tak van gemeente-zorg ernstige beden king K-stond de huJp. die geboden zou worden en het personeel, dat die hulp zou moeten bieden, stonden loa van alle verband met het Ziekenhuis heeft hij toch spoedig sympathie gewekt, vooral door d» snelheid, waarmee hij werkte. Was vroeger op straat iemand over reden dan moest gewacht worden, totdat uit het meest nabljzijude po- I.UïupOAt'o.uis een raderhaar gerequi- resrd was tot het vervoeren van den patiönt Betrof het een ernstig on geval, dan luidde hot slot van het ge wone courantenberichtje gewoonlijk dat de persoon „bij aankomst in het ziekenhuis reeds overleden was". Het lange wachten op de baan en het ver re van rustig» vervoer, waren in de meest gevallen werk el jk „moor dend". Maar van hel oogenblik af, dat de nieuwe dionst'in werking trad. kon een groote verbetering geconstateerd worden. Gebeurde op straat een ongeluk men ha»l slechts oven den G. D. op t» bel len en binnen een paar minuten was een ziekenauto mot een geneesheer ter plaatse. En niet alleen bij straat-on- govatlen trad do dienst op. Hij moe3t, kraohtens art. 1 van do verordening „voorzien in eerste hulp bij ongeval len, plotseling opkomende ernstige ziekten en bij alle gevallen, waarbij direct medische hulp noodig kan zijn" zoodal iemand die op 't onverwachts hulp behoefde en wiens huisdoktor niet te bereiken was, slechts den G.D. had to waarschuwen om eon medi cus te kunnen raadplegen. Dut de huisdokter later do behan deling overnam en dat door de ge meente koatou in rekening gebracht worden, sprak van zelf. Nu schijnt or oven wei nog al eens misbruik go- maakt te zijn van het bestaan van. <l(An Dienst. Herhaaldelijk kwam het voor, dat door zenuwachtige men schen de dienst werd t© Kuip geroe pen. Ik-.-.vel het z'oktegevnl geon da delijk ingrijpen vroeg en zonder dat ook maar een poging ge* la an werd om den huisdokter to waarschuwen. Vandaar dat, hoewel het er in de toe lichting niet bij gezegd werd, in 1913 bij don Raad het voorstel kwam om iu art 1 van de verordening den G. D. te belasten met „do eerste genees kundige hulp aan personen, die daar aan onmiddellijk behoefte hebben en deze niet op ander© wiiize kunnen verkrijgen". Is bij oppervlakkig© lozing tus- schcft de beid» teksten weinig ver schil, de Baad, die in 1913 de wijzi ging goedkeurde. vergat dat de dienst in .lie paar Jaren van zijn bestaan ©enigszins ambtelijk gqvvorden was, d.w.z. somwijlen meer verliefd op da letter van den tekst, dan op der; geest van de verordening. Een geval in de jongst© ruadsver- g-i-ierlT:-,- ter sprake gebracht, wolk geval ©1 gemeen© ergon ia xcrweiu heeft, bracht deze verandering in ue mentaliteit van den G. D aar. het Ton huize van eon notaris werd"dei dienstbode 's morgens bewusteloos te bfd gevonden tengevolge van h©t in ademen van pas, dat uit c-oti open kraam je ontsnapt was. Da notaris scJielde zijn huisdokter v»p. die te Schoveninjjon woont en zei hem wat gebeurd was. De diokter raadde aan den geneeskundigen diionsj, te waarsclmwen, want voor dut hij ton huize van den notaris kon zijn zou zeker een drie kwartier ver- Joopen en hij bezat geen zuurstoftoo- stol. Er bestond ©ogenblikkelijk le vensgevaar en ongetwijfeld kon', vol gens den medicus, den G. D. hot snelst hulp verleen en. De Notaris deed wat hem geraden is cn schelde den dienst op. maar tot zijn verbazing kreog hij ten antwoord, dat hij geen hulp kon' krijgen, omdat n|et gebleken was dat hij zich die met op andere wijze had kunnen verschaffen.. Zijn argument, dat zijn huisdokter eerst veel later zou kun nen komen, mocht niet baten. De dienst kwam niet. Gmukkij? kon toevallig van andere zijde hulp geboden worden en de dienstbode bracht er het leven af. In den Raad is Over dez© hulpwei- gering lang gespro Icon, voorat omdat wethouder Do Wide volhield, dat Met andere gehandeld had kunnen worden. Eerst nadat het eenige aan wezig© raadslid-medicus, dr. Rom- bouts, ge\aden geconstateerd had, waarbij het eerst hulp vragen aan den huisdokter tot den dood van den ge troffene rnoest leiden, nadat mr. Bik gevraagd had, hoe te handelen in- d'en iemand lot bewustzijn gebracht moest worden terwijl geen der bij het ongeval aanwezigen wist, wie de huis dokter was en nadat de heer Couvée met een molio van afkeuring dreigde, haaide do wethouder bakzeil en be loofde het geven van andere minder formeele instructies aan den Dienst. Noodig is dit ongetwijfeld. Want het hier aangehaalde geval ia heuseh niet hel eerste van dien aard. Zoo geschiedde het onlangs, dal voor een man, die thuis zijn been gebroken had, de G. D. werd opgcbeJj, omdat (ie huisdokter geen telefoon 1, d. Het antwoord luidde": eerst dén hnf&dok- Ut vragen. Men légde daarop den pa tient op straat neer en deelde den dienst mede, dat iemand op straat ge struikeld was en zijn boen gebroken t;ad. En toen. kwèm de auto, met den dokter want thans gold het een ongeluk buitenshuis. Het is duidelijk tot welke ocge- wenschte gevolgen ambtelijke» letter- •knechterij van een geneeskundigen dienst leiden moet en het kan niet anders dan gewaardeerd worden dat het geval van gasverelikk'ng in den Raad ter sprake is gebracht. Het zou anders ook hier geworden zijn: De verordening is heel goed, maar o die ambtenaren! SINTRAM. Amsterdamsche Kout 170. Over kunstenaars. De Duvelshoek. Geslachten gaan cn komen, het is geboren worden en eterven, jubelen en in smart gebogen zijn, alles wis selt in der jaren loop en boe ouder mor. wordt, hoe sterker ln 't bewust zijn dringt aller dingen tijdelijk ka rakter. Op het tooneel, op de plaaken die de wereld verbeelden, wordt zoo vaak in meer of minder levens-ware stuk ken het vluchtig©, het voorbijgaande van de dingen des levens vertoond en voor de 3pelers zelve komen ook do dagen van bitteren ernst en van luch tige vreugd. Twee kunstenaars, die in zekeren rin, -hoewel zo door heel one land een welverdiende reputa'ie genoten, spe ciaal Amsterdamsche artisten waren, zijn van ons heengeguan. Jan Philip Kelly is op zestigjarigen leeftijd gestorven in ons midden, om -zoo te zeggen, in de stad waar hij zijn triomfen vierde en leed en streed. Johan Schmier stierf ook als ruim zestigjarige in het stille plaatsje Hee renveen. ver vnri het groote stadsge woel, dat hij toch ook zoo lief had. Heide kunstenaars zijn populaire figuren geweest ln de hoofdstad Johan Schmier wel het nicest, omdat hij ook nanr buiten leefde, in café's er: bij feestelijke gelegenheden een gaarne geziene figuur whns, terwijl Kelly hc-t leven leidde van een inge togen burgerman. Kelly zag men maar zelden „op de vlakte". Hij leefde voor zijn kunst en voor zijn huiselijken kring. Hot post den AmsWitn.rnschen chroniqueur, eenige woorden te wij den aan dc nagedachtenis van beidon, «li© voor hei Amsterdamsche kunst en pretleven van zoo oigenaardige be teekenis waren. Kelly is groot geworaen door Prot en door het Prot genre. Men mag daarover denken lioo men wil, de ver diensten van Kelly ala onbetaalbaar komiek zal wel niemand willen kleinen. Het Is ©on bekend gezegde, dat men al lachen moest als Kelly liet puntje van zijn neus maar om den hoek stak. Dat oer-kornisch snuit, het Arnster- danisoh accent, het kostelijk gebaar, 't was eenig om te zien. Kelly alleen was een gang naar deü schouwburg waard. Hij heeft mooie dingen ge daan in den bloeitijd van de drie K's (Kiehl, Kreeft, Kelly), maar het best is zijn kunst toch naar voren geko men m den Frascati-schouwburg, waar hij zich ontwikkelde onder lei ding van Prot, aan wien hij zooveel te danken heeft. Kelly was ©enig in do stukken, waar het komisch element te zoeken is in een opeenstapeling van zotte verwikkelingen. Wie herinnert zich b.v. niet Kelly's-uitroep in ,,'t Gar naaltje" „Wat heb ik een pijn in mijnhoofd, wat heb ik een pijn in mijn hoofd", llij sneed gezichten, die de zaal deden daveren van 't lachen en zijn taaltje rolde zoo leuk en ko misch, dat de klank or.s nog in de ooien klinkt. Het leven heeft dpzen uitbeelder van de .grappigheid veel zorg en kom mer gebracht on hij heeft zijn moppen gelanceerd op avonden, dat de smart K.» de keel dreigde (Echt te schroe ven. Maar werken deed hij zoolang hij kon cn met hart cn ziel streed hij •oor de belangen der onderneming, waaraan hij verbonden was. Niet do kunstenaar alleen, een werkzaam, plichtgetrouw men ach te vens is met Kelly ter ruste gegaan. De talloos velen, die hij te vermaken wist. zullen hem nooit vergeten. Evenmin vergeten worden zal onze populaire John.ii Schmier, wiens te ven ook niet op rozen ging, maar die, ondanks alles, er steeds don blijdoa moed in hield. Toen het met de No- derlandsch© Opera's gedaan was, zocht hij het in 't vermakelijke genre. Hij zong zijn „Ode aan de snert", zijn grappige muzikale illustraties van gedichtjes van Van Alphen, en hij was, waar hij kwam, de vroolijke pra ter, de goedhiclischo gezel. Denk b.v. eens aan zijn om too- neeltaal te gebruiken fraaie creatie van burgemeester op Oud-Holland. Daar was Johan Schmier do man, daar was hij in z'n element cn het burgemeestersambt vervulde hij met onnavolgbare» zwier. Ook deze man heeft bij duizend-en-één gelegenheden den gullen lach doon daveren en al len die de vreugde en den lach in hun betcckems voor het nienschelijk leven weten te waardeeren, blijven hem dankbaar en eeren zijn nagedachte nis. .Nu ik het over kunstenaars heb, ten slotte een woord van luilde aan Schoonhoven bij gelegenheid van zijn veertigjarige looncelloopbaan. Schoenhoven verdient waardeering als kunstenaar en als mensch. Als kunstenaar; dut mag gerust gezegd worden, i3 hij niet altijd lot zijn f jcht gekomen. Maar van blijvende kunst- Wc.arde zijn z'n creaties van rollen als de Gvsbrecht en dj© waarin hij igeju- -beld heelt als geestelijke in „De Pas toor van NeuvlUetto". Schoonhoven is een ernstig kunste naar. die getoond heeft de rellen, die in zijn lijn liggen, relief te kunnen geven, z© te kunnen opvoeren tot prachtflguren. Hij is ook een braaf meuscli. Een miuiseh die. ale zijn taak op de plan kon-wereld is afgolooprn, ziin stille kamer zoekt. Hij timmert niet aan den weg. hetgeen niet uitsluit dat ieder, die do forsche gestalte ziet wnnjielen door Amsterdam's straten, zegt Zie, dat is Schoonhoven, jo weet wel, van de Gysbrecht. Een ernstig man een man uit één stuk, een beteekenisvol kunstenaar !6 gehuldigd op Schooribovens jubileum. Straks had ik het over 'r tijdelijk karakter om ons heen. Menschen ko men en gaan, omstandigheden wisse-, ien, toestanden veranderen. Iloe is tiet stadsasjiect van Amsterdam niet bezig elk oogenblik te veranderen. Er zal nu weer een typisch stukje Am sterdam Ik zeg gelukkig van den openbaren weg worden afgeslo ten. De Duvelshoek. Teder die wel eens Amsterdam be zocht kent don Duvelshoek, het eigen aardig straatjes-complQX, dat aan twee kanten uitmondt in de Rogu- liersbreestraat. Men wil nu do St Piet&rsteeg van het openbaar verkeer afsluiten en dat is. goed beschouwd, ook maar het lx>ste. 't Is een ruw, wel niet kwaad, maar toch lastig en uiterst baldadig volkje 7.- hebben er nret in, dos avonds aan 't eind van hun steeg on d© Resrehersbrcr-Ptrain lawaai te maken en den voorbijgan gers wel eens minder aangenaam te zijn. Ook wordt er in de buurt veel ver nield. Onveilig is het er niot, zéé erg is hel niet. Dc tijd van bepaald onveilige stadsgedeelten ligt gelukkig in een nu al tameliik verwijderd verleden. Schilderachtig is de Du velshoek bui tengewoon. En on-hvgiënisch ook. Over de woningtoestanden, die do«r hecrschen, Is het maar hel <best, het zwijgen te ticwaren. 't Zal wel niet lang meer (luren of heel d» niiviahoek heeft lot het ver leden behoord. En dan zal do romantiek er lustig griezelige legenden orn weven van moord en doodslag en borooving AMSTERDAMMER. het minst niet. Ik trek het mfi in het minst niet aan Zij trachtte krampachtig t© lachen. Daar ging de deur weer open en haar vader, een rijzig, kloek man, trad bin nen. Nu, kleine, heb je eindelijk don lang verwachten brief van j© c staande ontvangen, zeg? Neen, vader, nog altijd heeft bij niet geschreven maar ik zal wel op passen, hem te toonen hoezeer mij dat grieft. Dus antwoordde zij en ze verborg haar gezichtje aan zijn breede borst. - Zou je donken, dat hij je lachen van hier uit zal kunnen hooren Jo vroolijkheld drupt langs jo wangen neer, arme meid. We zullen dat heer schap eens tot rede moeten brengen, dunkt mij. Ja, toe vader, zegt u hem eens, hoe afschuwelijk het is, dut hij heele- maal niet schrijft dat ik mij dood- orger.en, als dat zoo voortgaat, niets meer van hem weten wil. Maak dat de kat wijs Dat .weet zelve wel beter. Gewoonliik verlan gen Jullie meisjes ook te veel. Een man heeft meer te doen, dan minne brieven te schrijven. Ik heb altijd veel Je moeder gehouden maar cor respondentie was al evenmin mijn zwak. Maar wacht I Er kwam een lachje op zijn gemoedelijk gezicht. 'Ga eens naar haar toe misschien weet zij er wel iets op. Vroeger heeft ze menigmaal een middeltje weten te vinden, om mijn flegma te bestrijden, zooels zij dat noemde. Sibylla liet zich dit niet tweemaal zeggen en klaagde ook aan hare moe der ihaar leed. Den volgenden morgen kwam nu toch de lang verwachte brief. Met reusachtig schrift waren over twee ziitjes do eerste en vierde pa gina, alsof bij liet ding gecoplëerd had de volgende woorifen ver beid „Mijne lieve Sibyllo I Je omvang rijken brief heb ik met hartelljken dank ontvangen. Ik heb daaraan zoo- ■eel te lezen gehad, dot ik eerst heden dien kan beantwoorden. Uitvoerig 6chrijven kan ik thans niet, daar ik welhaast g©en oogenblik vrij heb. Om die reden zal in den eersten tijjl ook •an een bezoek niet veel komen. Spoe dig nader hierover. Wees inmiddels in gedachten hartelijk gekust door Je Ilefh. Emile." Na weinige dagen ontving deze lieer ©cn missive van den volgenden in houd „Lieve ErnLle 0, het i3 vreeselijk, ontzettend Maar wat zeg ik ver geef mij mijne opgewondenheid, doch juist ia mij iets ontzettends overko men. Verbeeld je maar noen, eerst hartelljken dank voor je Hoven brief, dien ik inmiddels ten einde lozen kon. Je hebt zoo weinig tijd, lieveling Maar dan nu het voornaam«te. Mijn hart bonstik*nioet het tot kalmte dwingen. Zoo verneem dar.ik gu gisterenmorgen En dat was het einde van den brief. Lni in 't schrijven. Sibyllo zat nan hot venster van de huiskamer; en keek uit. Eindelijk kwam de poster werd gescheld en kort daarop kwam Rika rnet een paar drukwerken binnen, voor haar vader. Goed, Rika, geef maar hier voor m ij weer niets Het dienstmeisje haalde de schou ders op en ging weer naar de keuken. O. dat is hard, dat is liefdeloos, dat is Sibyllo bracht do handen naar het gelaat en zonk op een stoel neder. Doch spoedig kwam zij tot andere inzichten althans zij wist zich te be- heerschen. ZJj reos weder op. O neen, ik ben niet bedroefdln Hoe hij dien van allo kanten bo- keek, hij trof niets meor aan, Wat kon iiaar voor ontzettends wedervaren zijn, dat haar belet had, den brief t© voltooion? Wat kon er zijn geschied, dat haar zoo had doen ontroeren ©n wellicht in zwijm deed vallen En wie had den onvoltooiden brief Ln het couvert gedaan en verzonden Dat kon zij zelve onmogelijk hebben ge daan Dus zij lag op hel ziekbed ne- der on anderen hadden.. Den ganschen dag peinsde hij er over en haalde zich schrikbarende zaken in het hoofd. ToeJi hot avond geworden was, stond het bij hem vast, dat hij den volgenden morgen toe vallig was het een Zondag zich tot haar spoeden zou. llij had geen gele genheid meer om zijne kornet vooraf aan te kondigen misschien ook maar' boter, onverhoeds to komen... Toen hij den volgenden morgen Juist ijlings door den voortuin van Sibylio's ouders schreed, om het huis binnen te stormen, weerklonk uit ©en prieel een schaterend, hem welbekend lachen. Hij bleef staan, wonderbaar aangedaanvervolgens wendde hij zich aarzelend naar het prieel en een oogenblik later stond hij tegenover zijn zoo onverklaarbaar vroolijk meisje. Sibyllo vloog hem nu tege moet, maar kon zelfs in dit oogenblik het lachen nog niet onderdrukken, Emile stond daar als ©en vraagtoo» ken eerlijk gezegd, was het hem niét aangenaam te moede on eon vaag roorgevoel had hij, dat hij „er tus- schen genomen" was 1 Toe, Sibylle, voordat wo verder gaan, wees zoo goed, mij nader te verklarenik meende te moeten duchten, dat je oen ongeluk overko men was, een vreeselijk ongeluk, cn nu die onbedaarlijke vroolijkhoid Omdat je zoo onverwijld hierheen gekomen zijtwant dit was de bedoe ling niet 1 15en ongeluk o zoo, om dien brief Ja, weet jc, zoo sclirikba- rend was het nu wel niet, muar in 't eerst was ik erg geschrikt, toon Rika eergisteren een doode rat vlak voor me op tafel lei ik schrok er van en maakte mij boos en Maar waarom heb jij je brief don niet voltooid Nu zag ze met een schelmseh lachjo nar hem op. Dat is doodeenvoudig, bcsto Emile. Wanneer jij je laatsten brief eens hadt nagezien, zoudt go hebbon bevonden, dat die 67 woorden bevatte. Het is nu eenmaal mijn principe go- worden, aa.n jou niet méér te schrij- dan jij aan mij, en daarom moest ik ook aan mijn brief met het 7©von- en"ze3tigste woord een eind maken. Emile'ö gelaat moet in dit oogen blik eeu minder schrandere uitdruk king gehad hebben, want lieftallig voegde zij er aan toe Maar alles is jo vergeven. Jo hebt bewezen, hoe liefderijk je voor mij be zorgd zijtdaden zijn meer dan woor- en dit verheugt mij meer, dan de langst© brief I Een hartelijke ku3 bezegelde dia woorden. DAMRUBRIEK. IIAARLKMSCIIE DAMCLUB. Allo correspondentie, deze rubriek betreffende, gelievo men te richten aan don heer J. Meyer, Kruisstraat 34. Telephooïi 1543, Probleem No. 662, van H, W. ZITMAN. lc P u b I i c a t i e. MM m. m u m 9 m m w 'M Wit Zwart 11 schijven, op: 2, 4, 7, 8, 9, 13, 14, 20, 21, 35 en 36. Wit 12 schijven, op: 25, 32 33 34 38, 39, 40, 41. 42, 44. 45 on 50. Probleem No. 663, van \V. POLMAN Jr. 1 e P u b I i c a 11 e. e 'Mêt 15 16 9 M ~MSL M 9 w. m SM msa 96 36 .-. V, w. 45 46 Zwart 10 schijven, op: 3, 4, 7, 9, 12, 17, 18, 19, 26 en 28. Wit 11 schijven, op: 15, 21, 25, 27, 29, 30, 34, 37, 42, 43 en 40.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1915 | | pagina 12