De Europeesche Oorlog.
Di Dilts&hers en Oostenrijkers hebben Kreejevatsj in Servië bezet.
De dnikbootsn-aetii.
Srlekeniand en de oorlogspaestles.
De zending van Lord Kltebener.
Alleen op do Wereld
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 9 NOVEMBER 1915
Officieel nieuws.
Aan de stafberichten ontleenen wlJ:
WESTELIJK OORLOGSVELD.
Van den Duitschen staf
Aan den Hilsenfirst In de Vogezen
werd aan de Franschen oen vooruit
geschoven stuk loopgraaf ontnomen.
Luitenant Immelmann schoot ten
westen van Douai een zesde vijande
lijk vliegtuig neer. Het was een En-
gelsche Bristol-tweedekker met drie
mitrailleurs.
Van den Franschen staf
Geen enkele actie wordt gemeld.
OOSTELIJK OORLOGSVELD.
Van den Duitschen staf
Ten Z. en Z.O. van Riga, verder
ten westen van Jacobstadt, ter weers
zijden van den spoorweg Mitau—
Jacolxstadt en voor Dunaburg deden
de Russen met aanzienlijke strijd
krachten aanvallen, na krachtige
voorbereiding door de artillerie.
Hun aanvallen werden, ten deele
onder voor hen zware verliezen, af
geslagen.
Russische aanvullen ten noord
westen van Tsartoryek bloven zon
der resultaat. Drie officieren en 271
man werden door de Duitschers en
Oostenrijkers gevangen genomen.
Van den OostenrijkBChen
staf
Bij Saponof aan de Ikwa, aan de
öeek Kormyn en ten westen van
Tsjartorysk zijn aanvallen der Rus
sen afgeslagen.
ZUIDELIJK OORLOGSVELD.
Van den Oostenrijkschen
ataf
De kalmte aan het zuid-westelijk
front duurde over het algemeen ook
Zondag voort
Om den Col di Lana werd hevig
gestreden. Zondagmiddag viel de top
van dezen berg in handen van de
Italianen, 's Avonds werd hij echter
door Oostenrijksche troepen in een
tegenaanval heroverd.
De artillerie van de Italian en open
de het vuur op het zuidelijk front
van Riva.
Do strE]d In Sarvlë.
STAFBERICHTEN.
Van den Duitschen stuf
De Oostenrijksch-Hongaarsche troe
pen hebben Iwanjica cn den berg
VjenatsJ (896 meter hoog) 7 K.M. ten
zuidoosten daarvan bereikt De Duit-
sche troepen vallen aan op de door
de Serviërs bezette hoogten ten zui
den van Kraljevo.
Tusschen Kraljevo en Kroejevatsj
is de westelijke Morawa op verschil
lende plaatsen door de Duil6ch-Oos-
tenrijksche troepen overgetrokken.
Kroejevatsj (gelegen ten Z,W. van
Paratum en ten N.VV. van NisJ, ten
W. \an de spoorweglijn) werd be
reikt en in den nacht van 6 op 7 No
vember bezet Meer dan 8000 Serviërs
werden ongewond gevangen geno
me». Meer dan 1500 gewonden wer
den in de lazaretten gevonden. De
buit bestaat voor zoover tot dusver Is
vastgesteld, uit 10 kanonnen, veel
munitie en materieel en groote voor
raden.
In hot dal van don zuidelijken Mo
rawa werd Praakowtse doorgetrok
ken.
Van den Oostenrlj kschen
etaf
Kroesjevatsj en de hoogten ten O.
van die plaats werden veroverd door
tiet leger van Von Gallwits.
Van den Bulgaarse hen staf:
Het Bulgaarsche leger rukt met
succes voorwaarts en maakte zich
meester van uitgangen in het bekken
van LeskowatsJ.
Van den Montenegrijnschen
etaf
Het gevecht «an de zijde van Gra-
howo (in het westen van Montenegro,
niet ver van de grens van Herzego-
Wlnu) werd gedurende den dag en
den nacht van 6 November verwoed
voortgezet. Evenals den vorig en dag
sloegen de Montenegrijnen de Oos
tenrijkers af. De Oostenrijkers leden
zware verliezen.
De Montenegrijnen dreven zich
verzamelende Oostenrijksche troepen
uiteen.
Van, den Franschen staf:
De actie wordt voortgezet ten noord
oosten van Stroemnitea; de dorpen
Kajali, Memsli en Doroluba zijn m
handen der Franschen. Deze zetten
hun actie voort in noordelijke rich
ting, daarbij gesteund aan hunnen
rechtervleugel door de Emgelschen,
die hun bewegingen in overeenstem
ming brengen met de operaties dor
Franschen.
De Franschen hebben een hevigem
aanval der Bulgaren afgeslagen bij
het dorp Paplist aan den linkeroever
van de Wardar, in de buurt van Kri-
wolatsj, en hun linie strekt arch thans
uiit langs de Wardar tot aan Grads-
ko.
De Fransdien heibben zich even
eens uitgebreid in westelijke richting
tot de Crnaya, oen rechter zijrivier
van de Wardar. De Crnaya vormde
een ernstig beletsel, de Franschen
hebben zich echter berekend betoond
voor hun taak en staken over naar
dm rechteroever bij het dorp Kamen-
dol, dat evenals het dorp Debriata
door hen werd bezet.
TROEPEN DER GEALLIEERDEN
IN SALONIKL-
Reuter seint uit Saloruki:
De ontscheping van de troepen der
goal iieerden hoeft geregeld en voort
gang en wondi begunstigd door
prachtig weder.
De zending ven Lord
Kitchener.
't Algemeen Hhndelsblad schrijft
o.a.
Dat aez© opdracht betrekking hooft
op den toestand in het Europcesche
Oosten, gelijk in Engelsche bladen
werd gezegd, vindt bevestiging in het
telegram, meldend dat lord Kitchener
le Parijs besprekingen hield met mi
nister Briand en generaal Joffre over
vraagstukken in verband met de opo-
ratiën in het Oosten, welke bespre
kingen tot volkomen overeenstem
ming leidden. Maar overigens kan
men omtrent aard en 6trekking van
de aan lord Kitchener gegeven op
dracht nog slechts veronderstellingen
maken. Dat lord Kitchener de leiding
der oporatiön op den Balkan op zich
zou nemen, lijkt zeer onwaarschijn
lijk. De betedkenia van dezen Brit-
schen veldmaarschalk is immens min
der die van troepenaanvoerder, dan
wel die van organisator, hetgeen dan
ook de reden was dat hem als minis
ter van oorlog de organisatie der Brit-
sche strijdkrachten werd opgedragen,
terwijl do leiding te velde in Frank
rijk in handen werd gelegd van sir
John French, die in den Boerenoor
log na lord Roberts zeker de beste
eigenschappen als aanvoerder had
getoond. Als organisator zal dan ook
lord Kitchener wel zijn uitgezonden.
U<t de uitlatingen der Britsche en
Fransche staatslieden van de laatste
dagen immers blijkt, dat de geallieer
den voornemens zijn tot een actie op
groote schaal in het oosten, welke de
vèr strekkende plannen van Duitsch-
land tot mislukking zal moeten bren
gen. Die actie vereischt nauwgezette
voorbereiding, groote strijdkrachten
zullen moeten worden geconcentreerd
en dat men liet nu na de ondervon
den teleurstellingen onder de bondge-
nooten eens is geworden den voor-
treffeüjksten organisator met de taak
van deze voorbereiding te belasten,
kan niet verbazen. Daar komt dan
trouwens nog iets bij. Het gevaar is
groot, dat de verbinding van de cen
trale mogendheden met Turkije, langs
den waterweg reeds tot stand geko
men en lange den spoorweg van Bel
grado over Nisj naar Bulgarije wel
dra te wachten, den Turken, die zich
dan van de ontbrekende wapens en
munitie zullen kunnen voorzien, ge
legenheid zal geven, het plan tot een
aanval op Egypte opnieuw en krach
tiger dan te voren, aan te vatten.
Lord Kitchener, de oud-bestuurder van
Egypte, die zijn eerste militaire lau
weren in Egypte toehaalde, is zeker
de aangewezen man om de verdedi
ging van deze voor het Britsche we
reldrijk zoo belangrijke strategische
pos'tie te organiseeren, waarbij zijn
aanwezigheid kalmeerend zal kunnen
werken op de gemoederen der Egyp
tische nationalisten, die wellicht in
de nadering van Turksche legers aan
leiding zouden mogen willen vinden
om beroering te wekken in het land
der Fellalis. Waarschijnlijker dan een
optreden van lord Kitchener op het
oorlogstooneel in dén Balkan zelf, lijkt
ons dan ook eon tijdelijke vestiging
van den Britschen veldmaarschalk in
Egypte, basis van de groote operaties
tegen Turkije en Bulgarije, welke de
gevaren, die uit de reohtstreeksche
verbinding van deze beide landen met
de centrale mogendheden zullen voort
vloeien, zullen moeten te niet doen;
de plants tevens waar de Duitschers
door middel van door hen gewapende
en aangevoerde Turksche legers wel
licht zullen trachten het Britsche we
reldrijk te treffen, nu de machtige
Britsche vloot hun belet eenige actie
te ondernemen tegen Engeland zelf,
dat ze wel eens een enkele maal door
Zeppelin-tochten kunnen verontrus
ten, maar dat overigens voor hen on
kwetsbaar is.
Voor Engeland is door de gebeur
tenissen op den Balkan het zwaarte
punt van den oorlog naar het Oosten
verplaatst en het is te begrijpen dat
het nu zijn besten man zendt daar
waar het gevaar het grootst ls.
De „Petit Partei cn" meldt, dat lord
Kitchener na zijn overleg met de
Fransche regeering vertrokken zal
naar de Dardanellen, Egypte, Mace
donië en Griekenland. Hij zal de ver
schillende fronton bezoeken waar go
vochten wordt of waar strijd te ver- j
wachten is. Hij zal omtrent zijn be-1
vindingen te Parijs en Londen verslag j
uitbrengen, dat naar men hoopt tot:
volledige samenwerking in de actie
der goallieerden zal voeren en wellicht
tot thans nog onvoorziens plannen
zal lelden.
Havas seint nog uit Parijs:
De Engetoche minister van oorlog,
die zioli naar het Oosten begeeft om
het nieuwe oorlogstooneel te bezoe
ken, wenschte eerst opnieuw in oven-
leg te treden met do vertegenwoordi
gers van regeering en legerbestuur
in Frankrijk. Hij sprak met Briand,
en de generaals GoUïenl en Joffre.
Er 13 volkomen overeenstemming tus
schen beide regeeringon.
Verspreid nieuws
van de oorlogsvelden
VAN EEN' HELD EN' EEN HELDIN.
We lezen in „Do Tijd"
In Kassei woonde een jong» vrouw
met drie kinderen, uier man, zoodra
de oorlog in Augustus 1914 uitbrak,
naar het front vertrok. Do vrouw
wachtte maanden en maanden ca
hoorde niets van haar man. Niemand
wist waar hij was. Eindelijk meende
zij, dat hij niet zueer onder de leven
den was, trok rouwkleeren aan en be
weende hem als een doode.
Tien maanden waren voorbijgegaan,
toen zij op zekeren dag eon gewon
den soldaat ontmoette, dien zij kende.
Hij doolde haar mee, dat hij onlangs
met haar man in hetzelfde lazaret
van een naburige stad had gelegen.
„Maar hoe uw arme man er uitziet,
dat kan ik u niet vertellen," zei de
gewonde soldaat.
Met onbeschrijfelijke vreugde ia 'i
hart vertrok de aruie vrouw naar de
stad. Des avonds kwam zij bij het la
zaret.
Men bracht haar naar kamer -46. Zij
eag daar een monschelijk wezen zon
der boenenzonder armenen
zonder oogenl
Dat was haar man. Maar haar
voet aarzelde nietzij wierp zich op
hem, omhelsde en kuste hem.
Voortaan week zij niet meer van zijn
zijde en nu verzorgt en verpleegt zij
zelf haar man. Hij vertelde van zijn
gevechten, zij van haar wachten en
hopen. Haar liefde is de zijne waard.
Om haar den gruwelijken aanblik te
besparen, wilde hij liever voor haar
dood zijn daarom had hij haar zon
der berioht gelaten. Nu echter ver
langt hij naar den dag, dat hij met
zijn vrouw naar huis mag terugkee-
ron....
VLUCHTELINGENELLENDE.
Stanley Washburn beschrijft in e>©D
brief in de „Times", dd. half October,
hoe hij op zijn tocht naar Moskou op
den weg WarschauMoskou einde-
looze troepen vluchtelingen ontmoette,
die allen voor de Duitsche invasie een
goed heenkomen zochten.
Nimmer nog zag de correspondent
zóóveel vluchtelingen in twee dagen
passeerde hij zeker 100.000 menschen,
mannen, vrouwen en kinderen. In een
stad met een bevolking van 25.000
zielen bevonden zich thans 83000 men-
sohen, 'ndien althans de cijfers van
den plaatselijken commandant juist
zijn. En zoo zijn er vele steden. Langs
de wegen, in de straten, op de vel
den, overal kampeeren ae on geluk
kigen. Niettegenstaande alle ellende
tooncn die lieden een ongelooflijken
moed en vastberadenheid. De corres
pondent sprak met verschillende
vluchtelingen en 6teeds kreeg hij weer
denzellden indruk. De meesten waren
reeds twee maanden onderweg. Hun
huizen waren in de asch gelegd;
daarna waren zij naar liet oosten go-
trokken waarheen, dat wisten zij
niet. En toch bijna geen klachten.
De meesten beschouwden de vern'e-
ling van hunne woningen als een
noodzakelijk kwaad, en velen verklaar
den, dat zij beieid waren geweest den
brand er in te steken, wanneer dit
kon bijdragon tot de nederlaag der
Duitschers.
Uit Culfschland.
VOORBEREIDINGEN VOOR HET
DERDE OORLOGSJAAR.
De „Nordd. Allgemeine Zeitung'
zegt, dat Duitschland door den oorlog
gedwongen wordt, niet alleen zuinig
om te gaan met de aanwezige voorra
den, maar ook zooveel mogelijk partij
te trekken van alle vruchtbare grond-
oppervlakte. Veel meer dan tot nu
toe is geschied, moet de bodem voor
landbouw en vruchtenteelt geschikt
worden gemaakt. Verschillende land
eigenaren en ook de oorlogs-cominls-
sie hebben bij den aanvang van het
jaar een deel der toraak-liggende gron
den laten bebouwen, maar nu het
derde oorlogsjaar intreedt, moeten
alle krachten ingespannen worden
nu het uitliongeringsplan van don
ijand te doen mislukken.
In 1913 werd officieel vastgesteld,
dat alleen in Groot-Berlijn ongeveer
18000 H.A. grond braak liggen, ca
daar het bouwbedrijf sedert het uit
breken van den oorlog zoo goed als
stilstaat, zal dat oppervlak intussclien
wel niet veel kleiner zijn geworden.
ONTGINNING DOOR
KRIJGSGEVANGENEN.
Prins Hutzfeld, de militaire inspec
teur van don vrij willigen Duitschen
hospitaal dienst heeft een verslag <-p
gesteld over de moge! ijkheid om na
don oorlog den invaliden a3s kleine
boeren land te geven.
Hij schat hot getal invaliden na de
zen oorlog buitengewoon hoog, wel
op een millioen. Bij Ivc-t bespreken
van de mogelijkheid om het gedeelte
daarvan dat zich op het land zou wil
ier. vestigen, grond te geven, han
delt hij ook over den omvang
die de ontginning van heide en laag
veen door krijgsgevangenen aangi-no.
men heeft. Volgens ambtelijke nk> le-
deeliingen waren dit voorjaars feer
dan 100.000 krijgsgevangenen me?'hot
ontginningswerk bezag cn haJdKk-n bij
de voorjaarstoebereidselen van den
landbouw reeds 75000 H.A. voor be
werking gereed gemaakt. Iedere
maand komen er 30.000 hectaren bij.
Volgens een berekening van pro
fessor Albracht zullen in het voorjaar
van 1916 ongeveer 400.000 H.A. ont
gonnen en voor den landbouw bruik
baar veen. en heidegrond beschik
baar zijn. De landerijen van de Fis
cus en do Domeinen zullen in de eer
ste plaats In staat zijn gebied over te
laten voor de invaliden.
DE VORWaRTS.
De „Vorwiirts" verscheen Zondag
niet. De abonnées ontvingen een pa
gina mot de mededeeling, dat het
blad door de redactie- tijdig gereed
wa3 gemaakt, maar dat het niet mo
gelijk was de toestemming der cen
suur te verkrijgen.
Uit Frankrijk»
De minister van oorlog, generaal
Gallieni, heeft aan de territoriale be
velhebbers een circulaire gericht
naar aanleiding van het zeer groote
aantal brieven met verzoeken en
aanbevelingen ten gunste van mili
tairen van alle rangen, dat hem el-
ken dag bereikt.
De minister wijst er op, dat ieder
militair zijn belangen kan bepleiten
langs den hierarebieken weg.
Thans, zegt generaal Gallieni,
moet aller wilskracht gericht zijn op
de oplossing der ernstige vraagstuk
ken. waarvoor de landsverdediging
ons steltalleen de quaesties, welke
dadrmede samenhangen, hebben be
lang. Op persoonlijke quaesties is
die regel evenzeer van toepassing.
Uit Engeland.
DE WERVING.
Reuter seint uit Londen:
De CunajxitmaaLscheppij heeft mee
gedeeld, dat zij geen passagebiljetten
kan verstrekken aan Britten, die ge
schikt zijn om militairen dienst te
doen.
Deze maatregel houdt verband met
het volgende:
Toen de Cunard liner S axon ia op
lïet punt stond van te vertrekken,
kwam een aantal Ieren, die scheep
wilden gaan, maar wervers namen
hen onderhanden, het publiek juichte
de wervers toe, en plotseling gingen
de stokers van de Saxonia aan wal,
den ambtenaren kort en goed zeg
geiud, dat zij niet vertrekken wilden,
als de Iersche „spijbelaars" aan
boord van de Saxonia zouden worden
locgtelaten. De maatschappij trok par
tij voor de stokers cn weigerde den
Ieren do passaga Zes van die Ieren
namen onmiddellijk daarop dienst.
Uit den Balkan.
AAN DE DARDANELLEN.
Van den Tur kschen staf:
Op G diezer heeft Turksch vuur een
vliegtuig der geallieerden bescha
digd, dat in de buurt van Koetsjoek-
Kenrikli in zee viei, waar Turksche
artillerie het verder vernielde. De
overblijfselen werden door de gealli
eerden aan land gehaald.
De houding van
Griekenland.
Uit Athene wordt aan 't Alg. Han
delsblad geseind:
Het nieuwe kabinet zal de politiek
in het afgetreden ministerie voort
zetten.
Aan de „Star" wordt uit Athene
geseind: „De „HesUa" berioht, dat de
Fransche regeering zich bereid hoeft
verklaard om aan Griekenland een
bedrag van 40 millioeai fres. te leenen
en 20,000 ton meel te zenden."
Tor Zee.
DE DUIKBOOTEN-OORLOG.
Lloyds meldt dat de Engelsche
stoomboot „Woolwich" (2936 bruto
ton) gezonken is. De bemanning is
gered.
Reu tor soint uit Grimsby
De Engelsche trawler „King Wil
liam is gezonken; zeven man zijn ge
red.
De kapitein en één man van de
equipage worden vermist
De Britsche Admiraliteit berioht:
„Het gewapende stoomschip „Tora"
is in het oostelijk deel van de Mid»
deUandsche Zee aangevallen door
twee vijandelijke onderzeeërs en in
den grond geboord.
31 man van de equipage worden als
vermist opgegeven.
ZWEEDSCHF. II NDELSSCHEPEN
GBCONVOYEERD.
Het „Berliner Tageblatt" ontleent
aan eon bericht uit Göteborg in
„Svenska Dagblad" de mededeeling,
dat op 7 November voor de eerste
maa! Zweeds-die -handelsschepen, be
geleid werden door Zweedsclie oor
logsschepen.
DE „TURQUOISE" ALS „ACILMED"
IN TURKSOHEN DIENST.
Mwi herinnert zich, dat de Fransche
onderzeeër „Turquoise" gestrand is
en de bemanning door de Turken ge-
van gongenomen werd. De „Frank
furter Zeitung" vernoemt thans u.t
Konstantinopel, dat het schip door de
Turken gelicht en in dienst der Turk
sche marine gesteld is. Do sultan
heeft het schip ec-hter omgedoopt cn
den naam gegeven van den Turk-
schen kanonnier Achmed. die door
een welgericht schot de periscoop van
oen onderzeeër verbrijzelde, waar
door het schip het stuur verloor en
aan den grond raakte.
Allerlei.
DE OORLOG IN DE LUCHT.
De Italiaansche staf spreekt 't Oos
tenrijksche bericht tegen dat een der
Italiaansche luchtschepen talrijke
bommen heeft geworpen op de stad
Görx. Dit bericht is onwaar. Een
luchtschip heeft kampementen ge
bombardeerd in de vlakte van Görz,
en wel te Savogna, ten zuiden van
Göra, maar niet de stad. Verder komt
uit Rome het bericht dat onjuist
is het Qostsnrksche bericht dat
een ItaJiaansch luchtschip bommen
geworpen heeft op Miramar.
EEN AANSLAG IN ROEMENI6.
't Wolffbureau seint uit Boechn*
rest:
Tn een straat hier ter stede ont
plofte Maandag voormiddag een hefl-
sche machine. Zij was goed verpakt
aan een pakjesdrager ter hand ge
steld met de opdracht het pakket,
welks inhoud aan den pakjesdrager
onbekend was, bij Janculiscu, leeraar
aan een seminarie, te bestellen. Op
weg daarheen liet de besteller het
bij ongeluk vallen. Er ontstond toen
een ontploffing, door welk© de pak
jesdrager zwaar en een jongmensoh,
dat juist voorbij ging, licht werden
gewond.
Zondag reeds was hij genoemden
leeraar een pakjesdrager gekomen
met eon pakje en een brief, die den
leeraar waarschuwde het pakje niet
te openen, daar hij anders verloren
zou zijn. De leeraar gaf den brenger
het pakje dan ook weer mede.
Men veronderstelt, dat hier sprake
is van een persoonlijke wraakne
ming.
De .autoriteiten zijn onmiddellijk
een onderzoek begonnen.
Binnenland
BUITENGEWOON CONGRES
N. V. V.
Hot Nederlandsch Verbond van
Vakverenigingen heeft Maandag in
Amsterdam zijn buitengewoon Con
gres ..ter bespreking van den econo-
mlachen toestand der arbe'dersklnsse
in Nederland" geopend.
Do voorzitter, de heer .T. Oudegeeat,
zei de in zijn openingswoord, dat kort
voor den oorlog In de arV>efPerswe
reld geen slechte toekomst werd ver
wacht. De macht der vakbeweging
groeide, het ledental van het N. V.
V. nam toe, de loonen stegen en de
arbeidstijden werden verkort. Doch
neg geen veertien dagen later was
al die hoop vernietigd.
De steunbeweging besprekende,
zeide spreker waardeering en dank te
kunnen uitspreken aan het advies
der Regeering voor de uitnemende
maatregelen inzake de werklooa-
heklsfondsen, die er toe h<2»bea bij
gedragen, dat de vakbeweging zich
kon handhaven, maar ook, dat de ar-
beide re werden verre gehouden van
de „Armenzorg."
Al waren die maatregelen nu ook
al niet toereikend, toch zijn zij van
grooten invloed geweest op liet leven
van tienduizenden arbeiders in Ne«
derland.
Gebleken ls, dat de vakbeweging
een van de groote machten is in het
economische loven iu Nederland en
de draagster van de belangen, van het
proletariaat. Ook is gebleken, dat zij
voor de Regeering een van de groot
ste hulpmiddelen is in dozen tijd van
verwarring en verwoesting. Een van
de quaesties, die dit congres zal heb
ben na te gaan, is het onderzoek io
Iioenrerre zoowel in de groote als it
de kleine steden, liet woord der Re
geering, dat de arbeider zooveel mo
gelijk moet worden gehouden van
armenzorg, is nagekomen.
FEUILLETON
HECTOR MA LOT.
11)
Zij had nu den tuin ten einde ge-
loopen en liet haar oog naar alle kaa
ien gaan.
Ik riep nog luider, maar evenals de
•ersle maai, was het ook thans tever
geefs.
Vital ie giste toen de waarheid en
beklom ook de helling.
IIU bespeurde terstond do witte
muts.
—Arme jongen, fluisterde hij.
Och, als je blieft, riep ik, aange
moedigd door zijn medelijden, laat
mij toch teruggaan.
Maar hij vatte mij bi] de hand en
liep den weg op.
Nu zijt gij uitgerust en kunnen
we dus verder gaan.
II» wilde mij losrukken, maar hij
hield mij stevig vast.
Capi! zeide hij. Zerbinoi en de
beide honden omringden mij. Capi
achtor mij, Zerbino vooruit
Ik moest Vltalis dus wel volgen.
Toen wij eenige schreden gedaan'
hadden, wendde ik liet hoofd om,
Wij daalden nu den heuvelrug af
en ik kon noch het dal, noch mijn wo
ning meer zien. In de verte waren
niets dan de blauwe heuvels.
V.
Op rei».
Wanneer men voor veertig francs
kinderen koopt, ligt hierin nog niet
opgesloten, dat men een wildeman is
en menschenvleesoh opdoet om dat te
elen.
Vltalis wilde mij niet opeten en
een zeldzame uitzondering bij een
handslaar in kinderen hij was vol
strekt geen slecht monscht
Hiervan kreeg ik weldra de onder
vinding.
Het was op de kruin van den berg,
dte de beddingen van de Loire en de
Dordogne van elkander scheidt dut hij
mijn hand gevat had en bijna onmid
dellijk begonnen wij langs de zuide
lijke helling af te dalen.
Toen wij ongeveer oon kwartier ge-
loopcn hadden, liet hl] mij los.
N'u kunt ge langzaam naast mij
voortgaan, maar bedenk wel, dat als
ge ontvluchten wilt, Capi en Zerbino
u spoedig zouden hebben ingehaald
en zij scherpe tandeu hebben.
Dat het mij onmogelijk was om te
ontvluchten, besefte lk volkomen en
evenzoo, dat het een vergeefecbe po
ging zou wezen om het te beproeven.
Een diepe zucht ontglipte ine.
Gij schijnt u ongelukkig te gevoe
len, dat begrijp lk en ik neem het u
niet kwalijk. Gij kunt gerust eens uit.
weeneo, als go daartoe lust hebt.
Maar wees er van overtuigd, dat ik
u niet tot uw ongeluk inodeneem.
Wat zou er van u geworden zijn?
Waarschijnlijk zoudt ge thans in hot
gesticht wezen. De mensohen die u
opgevoed hebben zijn uw vader en
moeder niet. Die vrouw is goed voor
u geweest, zoonis ge zegt ,en gij houdt
van haar; het spijt u, dat gij haar
verlaten moet; dat is allee goed en
wel;maar bedenk dat zij u niet bij iich
zou hebben kunnen houden tegen den
wil van haar man. Die man ls zoo
wreed niet als gij wel meent. Hij is
urm; hij ls afgotobt en kan niet meer
werken. Hij heeft ingezien, dat hij
niet van honger kou omkomen om u
te voeden. Begrijp van nu af aan,
mijn jongen, dat liet leven dikwijls
een strijd Is, waarin men niet doen
kan wat men wil.
Dit was zek»r zeer verstandig go-
sproken, of liever het getuigde van
van veel ondervinding. Maar met
dut alles maakte de scheiding meer
Indruk op ml], dan alle woorden.
Ik zou mijn moedor, die mij zoo
menigmaal had geliefkoosd niet te
rugzien»
En die gedachte kneep mij als hel
ware de kc-el toe.
Toch liep ;k naast Vital is voort,
telkons bij mezelf de woorden herha
lende, die hij gesproken had.
Ongetwijfeld was dat alles de zui
vere waarheid; Barberi.il was mijn
vader niet en er bestond geenerlei ro
den, die hem de verplichting oplag
do om ten gevalle van mij armoede
te lijden; hij had inij bij zich in huis
©nomen en mij opgevoed, zoo hij mij
hans wegzond, dan was dit, omdat
hij mij niet langer bij zich houden
kon. Wanneer ik aan hem docht,
moest ik mij niet de laatste ©ogen
blikken voor het geheugen 1 talen,
maar de jaren die ik in z ju huis had
doorgebracht.
Denk eens na over hetgeen ik u
Kczerïd heb, mijn jongen, herhaalde
Vltalis van tijd tot tijd, gij zult er
niet mij niet ongelukkiger om wezen.
Nadat wij een vrij stelle helling wa.
ren afgedaald, hadden we een groote
vlakte bereikt, die, zoover ons oog
reikte, zich voor ons uitstrekte. Geen
Jwoiuen, geen huizen. Een v lakte,
slecht» uit hei bestaande en hier cn
daar afgewisseld door lag© ruwe
struiken, die, wanneer de wind er
langs streek, een golvende beweging
maakten.
Gij ziet, sprak Vitalis, terwijl hij
met zijn hand op do vlakte wees, dat
1 het Yorgetrfacha moei la wezen zou, in
dien gij ontsnappen wildet, gij zoudt
terstond door Cap! cn Zerbino ach
terhaald worden.
Ik daoht al niet meer aan ontvluch
ten. Waar s»u ik heengaan? Naar
vieii?
Bovendien zou de oude man met
zijn grijzen haard misschien zoo
slecht niet wezen, ais ik in het eerst
gemeend had; cn wanneer hij mijn
meestor was, zou hij misschien geen
hardvochtig man blijken.
Geruimon tijd liepen wij over de
vlakte voort, omringd door niets an
ders dau heidevelden, zoover ons oog
reikte, en hier en daar eenige heu
vel® niet kale toppen.
Ik had mij een gansch andere voor
stelling ion le.zou gemankt en als ik
somtijds In mijne kinderlijke droo-
mon mijn dorp verlaten had, dan was
het om eon fraaie landstreek te bezoe
ken, die in geenen deelo geleek op de
werkelijkheid, welke zich thans aan
mij voordeed.
Het was voor de eerste maal, dnt ik
zulk eon verren tocht maakte zonder
stil te houden.
Mijn meester stapte regelmatig en
met groote schreden voort, terwijl hij
Joli-Coeur op zijn schouder of op zijn
reiszak droeg, eu naast hem trippel
den rustig de honden.
Van tijd tot tijd sprak Vitalis hun
een vriendelijk woord toe, nu eens In
het Fransch, dan weder In een taal,
die ik niet verstond.
Noch hij, noch zij dachten een
oogenblik aan moeheid. Maar bij mij
was dit niet liet geval, lk was uitgo-
put» Mijne lichamelijke vermoeidheid
gevoegd bij mijn verdriet, hud al mijn
krachten geéischt.
Ik sleepte mijn beenen voort en het
kostte mij zelfs groote inspanning om
mijn meester te volgen. Toch durfde
ik niet vragen om weder uit te ru»
ten.
Uw klompen maken u stelti®
moe, zeide hij, te Ussel zat ik schoe
nen voor u koopen.
Die woorden gaven mij nieuwen
moéd.
Naar sctioenen had ik aitijd ver-'
langd. De zoon \uu den burge
meester en van den herbergier droe
gen schoenen, waarmee zij des Zorr
dags nis zij in de mis kwamen, bijna
onhoorbaar over den steonen vloer
liepen, terwijl wij, boeren, mot on/o
klompen, een geweldig leven maak
ten.
Is Ussel nog ver?
Dot is een woord uit uw hart.
antwoordde Vitaüs lacl»cnd; gij wilt
<lus gaarne sdtoeuen hebben? Nu, ik
beloof je, dut je ze krijgt, met spij
kers In da zolen zelfs.
(Wordt vervolgd).