De Europeesche Oorlog. Alleen op de Wereld TWEEDE BLAD. HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 14 DECEMBER 1915 Ds terugtrekking dar Franseb-Engelsctie troepen ii den Balkan. Griekenland trekt zijn leger ren Saloniki terug om een vrüe strook te laten voor de krijgsoperaties der geallieerden. Een Belglsehe kruitfabriek in de lucht gevlogen, 110 dooden en 1000 gewonden. Officieel nieuws. 'Aap de stafberichten ontleenen we: WESTELIJK OORLOGSVELD. Do officieele berichten maken slechts meld in# van kleine botsingen en artil lerie-duels. De Fransclie 6taf deelt mede, dat do Fransclien in Champagne, ten Zuiden van den heuvel van MeeniL den trechter bezet hebben van de mijn, dio de Duilsehera voor een der Fransclie loopgraven hadden doen springen. OOSTELIJK OORLOGSVELD. Van den Duitschen staf Een vergeefache aanval op de Duitsche stelling hij Woelka ten Z. van de VVygonowskoje-meron kostte den Russen ongeveer 100 man aan bloedige verliezen en gevangenen. Van den R,u ssischen staf In Galicië aan de Strypa, bij de dorpen Marinnka, Joezefowka en Be- niajawa. Z.W. van Tarnopol, zijn kleine Duitscho afdeelingen tot het offensief overgegaan. Zij werden echter op twee flanken aangevallen en ten dcele gedood en ten deete krijgsgevangen gemaakt. ZUIDELIJK OORLOGSVELD. Van den Oosten rij kso h en staf: In Tirol beschiet do Italiaanscbe artillerie den versterkten sector van Lnrdaro en do Oosten rijksche stetlinr gen bij Riva, Rovereto on den Col da Lana. In Judicarië werkt de Italiaanscbe infanterie zich dichter naar de Oos- tenrijksche stellingen toe. Op de berg hoogten ten oosten va» hot dal heeft zij een aanval gedaan die is afgesla gen. Bij het bruggehoofd van Görz zijn gevechten met gesdhut- en mijnwer- persvuur geleverd. Een Italiaansche aanvaJspoging te gen den heuvel ten N.O. van Oslavia is spoedig tot staan gebracht. De strijd In Servië. 'IVyFBERICHTEN. Van ueii Ou ltschen staf De and is niet aanmerkelijk frerimnurd. Bij m;t leger van Von Kövess sijn Zondug ruim 900 gevangenen binnen gebracht. Bij Ipek zijn 12 moderne kanonnen buitgemaakt, die do Serviërs daar begraven hadden. Achter het front zijn ln de laatste dagen ruim 1000 verstrooide Serviërs gevangen genomen. In Macedonia heeft het leger van Todorof de plaatsen Goiran en Gev- geli genomen. Geen Engelschman of Franschman bevindt zich meer op Macedonischen bodem. Bijna twee Engelsche divisies zijn in de pan go- hakt. Van den Oostenrijkschen ■taf: De vervolgingsgevechten in het N. O. van Montenegro maken vorderia- f;en. Bij Korilsa zijn 8<W gevangenen ngeleverd. Oostenrijksaho vliegers hebben een kamp bij Berane met succes gebom bardeerd. Van den Bnlgaarschen staf komt nog een bericht dat Zaterdag is afgezonden. Daarin wordt gezegd, dat de vervolging der Fronsch-Engelsche troepen op beide oevers van de Won- dar voortduurt in de richting van de {ilaatsen Gewgeli en Doiraia (volgens atere berichten zijn deze steden, thans reeds in do macht der Bulgaren red. H. D.) De 122e Fransche divisie heeft zwa re verliezen geleden bij Kowarets, «vaar de Bulgaren een stelling stor menderhand namen Verder wordt nog van andere 0- vechten melding gemaakt, o.a. dat 't dorp Bogdnutsi met do bajonet geno men is. Een Fransche bataljonscom-: mandant werd gevangen genomen. De stad Gewgeli stond Zaterdagmid dag in brand. Van den F r a n s cJi e n staf: De terugtrekking van do Fransche en EngeJsclie troepen is geleidelijk en vrijwillig ten uitvoer gebracht. De opslagplaatsen te Kriwolak, De- mir Kapoe en Gewgeli zijn langzamer hand leeggeruimd. Alio materiaal en levensmiddelen, in Servie opgeslagen ten behoeve van het expeditiekorps, zijn naar Griekenland overgebracht. De laatste ton materiaal uit het laat ste magazijn is Weggevoerd. Do voor raad uit Gewgeli is over de Grieksche grens gebracht. PERSBERICHTEN. Reuter seint uit Saloniki: Do ontruiming van Doiran en GhevgeJi is 'beëindigd. De Bulgaren zouden 'acht K.M. van de Grieksche grens verwijderd zijn en zeer lang zaam de geallieerden vol«c>n. Een Reu ter-correspondent bij do Fransche troepen in Macedonië be schrijft in een telegram van Vrijdag uit Saloniki de volmaakte orde, waarmede do Fransclien de terugtrek kende beweging naar Gradetz tot stand brachten. Zij vernielden daar bij tunnels en bruggen, waardoor zij don opmnrseh der Bulgaren belem merden, terwijl zij hun voorraden in veiligheid konden brengen. Te Demir Kapoe echter hadden de Franschen reeksen aanvallen te doorstaan, w.o. een zeer hevige te Provo Blyana, waarbij op beide flanken gestreden werd. Do Bulgaren, hoewel zij er in slaag den zich meester te maken van de eerste loopgraven, leden zware ver liezen en.werden ten slotte aan de Uveede linie teruggeslagen. Een nieuw bruggehoofd werd gevormd te Gradetz. Gedurende al deze operaties ston den de 'FranSchen t eg ene vei- vier Bulgaareche divisies benevens een divisie cavalerie. Duitschers of Oos tenrijkers namen geen deel aan deze aanvallen, hetgeen blijkt uit het feit, dat alle krijgsgevangenen Bulgaren waren. De „Times"' verneemt uit Saloniki van Vrijdag De voortdurende en dagelijksche aankomst van Engel schc en Fransche versterkingen logenstraft de hardnekkige geruchten in de Europeeseho pers, dat de Bal kan-expeditie door de geallieerden zou opgegeven zijn. T OORDEEL VAN DE „DAILY TELEGRAPH". Dit Engelsche blad schrijft o.a.: „liet is onmogelijk geen bezorgd heid te voeten over do positie der ge allieerden in den Balkon. Wij willen geen alarmisten zijn. Maar de toe stand is vol gevaren en in sommige opzichten zeer ernstig. Do pralende toon van triomf, waarop de Duitsche Rijkskanselier sprak over dc militaire en diplomatieke successen van de Centrale mogendheden en hunne aan hangers in het zuidoosten van Europa was niet ongerechtvaardigd. Laten wij, hoe onaangenaam het ook is, dit erkennen, want dat i9 do' eerste ba langrijke stap, om de nederlagen uit te wisschen". Het blad wijst dan op de noodzake lijkheid dat de geallieerden maatre gelen nemen, om ook een oenheid in leiding em een eenheid in uitvoering to verkrijgen, waaraan, naar het meent, do Duitschers hunne succesr sen te danken hebben. Maar nog meer het blad wenseht, dat do politiek© in vloeden zicii minder zullen doen gol den. Het schrijft de meest ernstige militaire rampen en militaire tekort komingen too aan do bemoeiingen van de politici met ide militaire maat regelen. Dat iheefb vooral betrekking 0(p het oosten van Europa. Daar wa politieke bemoeiingen liet grootst; maar thans is de toestand er uitslui tend militair geworden. l)e politieke pogingen, om daar den toestand te regelen, zijn mislukt. Het blad wil nu niet nagaan waarom en hoe, constar teert alleen een feit. Maar nu de toe stand eenmaal zoo is, hoopt hef, dat de militaire plannen zullen worden opgemaakt door den generalen staf, en dat niet langer do politiek er in zal meespreken. Want do „operaties 'n Oost-Europa liggen onder den Ioek der besluiteloosheid en van den fatalcm tweestrijd tusschen twee mee- mingen, die in.de meeste gevallen de oorzaak is van een mislukking in tijd van oorlog". En dun stelt de'Daily Telegraph" den eiscli, dat de Balkan- expeditie èf nioet worden opgegeven, óf worden "voortgezet op een breed duidelijk en beslist militair plan. Want nu moeten de officieren liet woord hebben, on moet do meaning van Sir William Robertson en Sir Archibald Murray in geval van conflict gaan boven die van het Engelscho departement van buiten- landsche zaken. „De wenschelijkheid, om Griekeic land te bewegen zich bij de Entente aan te sluiten, is steeds gebleken. Maar de ministers die xiu nog wanen, dat zij, die op het ©ogenblik in Grie kenland de leiding hebben, anders dan vijandig staan tegenover de zaak der Entente, zijn de sl ach tof'ere van een onjuiste opvatting. De bewijzen' liggen voor de handt „Het is tijd dat Engeland en Frank rijk Griekenland duidelijk maken, dat het eindelijk, kleur moet bekennen en dat zij, die niet voor de geallieeif- den zijn, tegen hen zijn. „Vroeger of later moet het daar loch too komen, en het militaire be lang van de geallieerden alleen moet de leidende overweging vormen bij hen, dio voor do beslissing verant woordelijk zijn". Na deze zeer merkwaardige zinsne den, gaat het blad voort: „Of de geallieerden, of de central© mogendheden moeten Saloniki vast houden. In liet eersto geval krijgt Griekonland het terug aan het ëhuue van den oorlog", in het laatste is het voor Griekenland voor altoos verlo ren „Welko ook de beslissing zij, moeilijkheden zijn groot; maar alles ia beter dan besluiteloosheid en go brek aan durf. De houding van Grie kenland. Reuter seint uit Saloniki: Ingevolge een overeenkomst tus schen do afgevaardigden Uit Engeland. DE POLITIEKE TOESTAND, o Times" merkt op. dat ©r in parlementaire kringen groote bezorgd heid hocrscht en wassende ontevre denheid met de regeering, in wie het vertrouwen af néémt. Het blad schrijft: De parlementaire debatten van de laatste dagen hebben weinig geopenbaard van dè groote bezorgdheid, waarmee het gros van dc loden, zonder onderscheid van partij, den nalionalen toestand be schouwt. De stroom van onbevredi gend nieuws van de verder afgelegen oorlogstooneelen, de herhaalde voor beelden van gebrek aan verband tus schen do ministers, de aanwakkering van oude partijveeten door do jong ste debatten en de nieuwe parliament Bill al die factoren hebben een ernsligen tegenslag op het aanzien der regeering. Leden van het Lager hui», die nog eenïgo weken geleden critiek op de regeering zoo iets als majesteitsschennis achtten, erkennen thans, dat er toenemende stemming- van ontgoocheling is. Zelfs de arbeir diersafgevaardigden, de meest toege wijde volgers der coalitie, vragen meer „ginger". Da Times" wijst er vervolgens op, dat het Lagerhuis on voldaan is over de wijze waarop de oorlog wordt geleid en het blad vooi'- spelt, dat dit ook hij de discussie deze week wel zal blijken. In het lloogerhuis is die stemming nog krachtiger. De felste critiek is in het Hoogerhuis geuit en het is duide lijk, dat lieden als lord Milner, lord Sydenham, lord St. Aldwyn, lord Peel, lord Loreburn en anderen vol strekt niet het voornemen hebben op gegeven, ara verbetering te krijgen. En do „Times" meent dus, dat Ln bei- do Huizon, een hartig woord zal wor den gesproken, vooral ook naar aan leiding van de nieuwe parlements- wet HANDELSOVEREENKOMSTEN. Reuter seint uit Londen - Carson zegt in een brief aan de pers: Ik moet bekennen, dat do ken nisneming van het debat van Don derdag over de handelsovereenkomst met Denemarken mij vervuld heeft met groote bezorgdheid. Het is moei- lijlt de redenen te begrijpen, welke dc regeering beletten den tekst te publi- coeren. Dc blokkade, ingesteld als represaille hij de Order in Council van Maart dTaagt een internationaal karakter en betreft alle neutralen zoowel als üe oorlogvoerenden en de handhaving door prijzenhoven moet volledig geschieden of in het geheel niet. Wanneer onder zulke omstan digheden onze regeering niet eeni- go neutrale mogendheden onderhan delt over het toestaan van faciliteiten van den handel in artikelen, welke daardoor den vijand kunnen berei ken. raakt dit de rechten van alle neutralen en kan de wettigheid van de Order zelf in gevaar brengen. Hieruit volgt, dat do overeenkomst er een is, welko niet onttrokken kan worden aan het oordeel van alle neu traio landen en het is dwaasheid te veronderstellen, dat men een en ander geheim kan houden. Wanneer men do zaak verheimelijkt, dan zal deze groote verdenking wekken in binnen-en buitenland. Velen is sinds lang duidelijk een onzijdige behandelt, te beletten. Kr zal een zwarte lijst van firma's worden samengesteld, waarmede het verboden is Jiandel te drijven. Over treding van dat verbod stelt den over treder bloot aan vervolging. Uit de Vereenigde Staten DE „ANCON'A"-NOTA. Reuter 6eint uit New-York De Amerikaansche bladen door het heele land schrijven over de nota aan Oostenrijk-IIongArije in zake het in den grond boren van de „Ancona". Zij beschouwen haar als.het laatste woord aan Oostenrijk, waaraan niet te tomen valt, als een eisch, die slechts valt, in te willigen. Vrijwel algemeen zijn de bladen van oordeel, dut de Amerikaansche regeering ge noeg heeft van moedwillig en moord op weerlooze burgere. De „Sun" zegt. dat er geen woord te veel staat in Lansing's nota en dat er geen enkele overweging in voor komt, dat zich niet rijmt met de rechtmatige eischen der Amerikaan sche regeering. Het woord is thans aan Oostenrijk. De „World" herinnert er aan, dat de nota was aangekondigd als een ultimatum. Het is echter meer dan een ultimatum. Het is tevens een aanklacht tegen het fierste hof van Europa. Ze kan alleen worden beant woord met onderwerping of uftda- giiji De „Times" meent, dat de Ameri kaansche regeering van Oostenrijk erwaolit. dat het prompt zal toe leven aan den gestelden eisolr. „Een uitstel van meer dan een week zou de verwachting teleurstellen. Een wei gering zouvoldoende zijn om onze betrekkingen te doen eindigen. Men kan geen vriendschappelijke betrek kingen onderhouden met ben, die door moedwillige onwettige daden zich buiten de gemeenschap stellen". „Washington Post', „Philadelphia Imiuirer" en „Baltimore American" schrijven in gelijken trant. Uit Zuid-Afrika. DE AMNESTIE DEBATTEN. Uit Kaapstad wordt aan de Engel sche bladen geseind, dat na een dis cussie van acht dagen ln den Volks raad het debat over amnestie aan de rebellen te verleenen geëindigd is. Dc heer Merriman 6lelde voor om de politjede in de redo van lord Buxton ontwikkeld, goed te keuren en cle mentie aan te bevelen zoo spoedig mo gelijk en in overeenstemming met de omstandigheden ln individueel© ge- vullen. Dit voorstel werd met 81 tegen 26 stemmen goedgekeurd. De meer derheid bestond uit nationalisten. Do Volksraad ging tot 14 Februari uiteen. Griekschen stuf en de generale staven vvle» 13 31"asu'uuei,JK der geallieerden is de Grieksche leger-geworden, dat wij, alleen dooi ge divisie te Langoza tc-ruggetrokken I bruik te maken van de vod e naar Serres en is de zone tusschen Saloniki en Doiran vrijgelaten voor de bewegingen der troepen van de geallieerden. Do militaire overheid der geallieer den heelt Maandag een deel van den dienst der douane te Saloniki oveinge nomen- Reuter verneemt van Engelscho di plomatieke zijde, dat de koning van Griekenland ter audiëntie van het di plomatieke korps Zaterdag persoonlij ke verzekeringen heeft gegeven, die als bevredigend worden beschouwd. Verspreid nieuws van deoorlogsvelden DE KOUDE OP HET OORLOGS VELD. De correspondent van dc Berliner Lokal Anzeiger" meldt van 't S try pa- front In één stelling vond men 300 lijken van bevroren Russen. De bewoners van het dorp Dobropak vertellen, dat de Russen daar 800 bevroren solda ten hebben begraven. De dooden wa ren allen nog iu zomerkleeding ge huld er was bijna niets aanwezig, dat noodig is voor een wiuterveld- heete macht, welke de overmacht ter zoo ons geeft niet den oorlog in den kortst mogelijken tijd lot 'n goed einde kunnen brengen. Ik geloof, dat de natie elke verlichting in de toepas sing der blokkadegrondslagen, met zooveel ophef in het Lagerhuis door Asquith in Maart verkondigd, kwa lijk zalnemen. Als oud Atthorney- General voel ik mij verplicht hieraan toe te voegen, dat terwijl de Order in Council volkomen in ©verstomming is met de beginselen van het volken recht, het moeilijk zou worden dezen maatregel to handhaven, :ndien eenige uitzondering of welwillendheid werd toegestaan. HANDEL MET DEN VIJAND. Reuter seint uit Londen Bij de tweede lezing van het ont werp tot uitbreiding van de wet op het drijven van handel met den vijand, heeft lord Robert Cecil in het Engelsche Lagerhuis gezegd, dat het de bedoeling was den handel met vijandelijke firma's in onzijdige lan den. die thans mogelijk is, omdat de Engelsche wet in kuar tegenwoordi- gen vorm iederen vijand, die in een onziidig land is gedomicilieerd, als Allerlei. Ontploffing in een kruit* fabriek. Een Reuter-bericht uit Havre meldt Zaterdagochtend is er in de werk plaatsen van de kruitfabriek der Bel gische regeering te Graville, een voorstad van Ilhvre, waar granaten worden gevuld, een geweldige ont ploffing geweest. Het werk was i» voller» gang. Behalve fabrieksgebou wen zijn nabijgelegen huizen van lu t werkliedenpersoneel vernield. Er zfjn 11U dooden, o. w. 103 Belgen, en on geveer 1000 gewonden, waaronder velen licht. Op Zee. DE IJANDEI.SOÖRLOG. Blijkens een Lloydsberioht is het Engelsche stoomschip „Pinegrove" gezonken 22 leden der bemanning zijn gered. (De „Pinegrove" mat 2847 ton en behoorde aan de reederij Alexander Mair. te Glasgow). De militaire leiding bt| de geallieerden. llavas seint uit Parijs Minister Grey en -Kitchener zijn Zondag uit Parijs vertrokken. Alle aangelegenheden waarvoor men was bijeengekomen, zijn in volkomen onderlinge overeenstemming gere geld. Gelijkluidende orders zijn door Kitchener en den Fransclien opper bevelhebber gezonden aan de bevel hebbers van het Engelsche en Fran sche leger in hot Naburige Oosten. De pers merkt op, dat nimmer een vol maakter eenheid van twee regeerin gen werd verkregon. Verder seint Havas nog Generaal Castelnau. door generaal Joffre als zijn onmiddellijken mede werker uitgekozen, genoot reeds voor den oorlog een algemeen vertrouwen in het leger en had toen al den naam van een goed tacticus. Sedert begin van den veldtocht heeft hij zijn reputatie schitterend gehandhaafd. Aan hen» is de overwinning bij Nan cy te danken. Hij was het, die de Duitsche troepen belet heeft, deze on- verstèrkte stad binnen te rukken. Later heeft lii! deelgenomen aan den slag in Vlaanderen, die den Duit schers voorgoed den weg nanr Calais heeft afgesneden. Daarna heeft hij, in September en October, de krijgsver richtingen in Champagne geleid. Castelnau had vhf zoons aan het front. Twee zijn er gesneuveld een dei de is zwaar gewond. Onze Lachiioek Ik gaf Wam voor zijn verjaardag een heel mooi© das, die ik zelf ge maakt had, zei Marie. Was hij er niee ingenomen? O ja. hij zei dat alleen zijn el- gen oogen de schoonheid er van zou den mogen bewonderen. Was dat niet aardig van hem? LandJooper (tot voorbijganger) ■k Vraag u vergeving, mijnheer Voorbijganger: Toegestaan: maar hot dient nergens toe mij om iets an ders te vragen. Heeft u ooit ernstig ovor een hu welijk gedacht, mijnheer? Zeker, altijd sinds ik het zelf heb gesloten. Stadsnieuws HAARLE.MSCHE HANDELS- VEKEENIGING. Maandagavond is in de bovenzaal van „De Kroon" een buitengewone algemcene vergadering gehouden van de Haarlemschc Ilandelsvereeniging. Contributie-verboogiug was het voor naamste punt van de agenda. Het be stuur meende, dat de werkzaamhe den. die door de Handelsvereeuiging tegenwoordig verricht worden, een verliooging der contributie wel wet tigden. Ofschoon het bestuur per circulaire dringend had verzocht aan de leden, in drommen op te komen, was een nu juist niet zeer groot aantal leden ter vergadering aanwezig. Bij de opening sprak de V o o r z i t- t e r. de heer F. H. S m i t, een woord hulde aan de nagedachtenis van den verscheiden voorzitter van den Middenstandsbond, den heer J. S. Meuwsen. Nadat <le heer J o h. M Schmidt de notulen der vorige vergadering had voorgelezen en deze goedgekeurd aren. deelde de secretaris mede, dat eenige adressen zijn ingekomen, waarin adhaesie wordt betuigd met voorstel tot conti ib^tievei'hpo- ging. De heer F. C. Matzinger deéi- le hierna inede, dat de rekening en erantwoording ov r 191V door de commissie tot nazien der boeken was nagezien en zij voorstelde, deze rekening goed te keuren, waartoe besloten werd. De Voorzitter leidde hierna het punt „Contributie-verhooguig" in. Hij memoreerde in het kort de ge- schiedeuis der vereeniging. waan an de werkzaamheden zich in den loop der tijden zoozeer hadden uitgebreid, dat naar het oordeel van het bestuur een contributie-verhooging gewenscht was en dat men tevens oordeelde, dat het salaris van den administra teur en van den bode noodzakelijk verhoogd moest worden. Men moet, zei de Voorzitter, niet vergeten, dat de Haarlcinsche Han- delsvereeniging aan de spits staat van de Nederlandsche Handelsveree- nigingen. Men denkc bijvoorbeeld maar eens aan een der laatste uit breidingen het informatie- en in casso-wezen. Daarom is de contri butie-verhooging, die thans voorge steld wordt, noodzakelijk. Het betee- kenl niet, dat de vereeniging met financieelen tegenspoed te kampen heeft, die ongerustheid wekt, maar juist doordat het allengs zeer uitge breide vereenigiiigsleven zoovele be hoeften heeft, is een vermeerdering van ieders bijdrage noodzakelijk ge worden. Na nog met eenige voorbeelden con tributie-verhooging geargumenteerd te hebben, betoogde de spreker, dat het in de Hoarlemsche Handelsveree- niging nooit mag voorkomen, dat een of onder werk moet worden uit gesteld of niet kan worden uitge voerd. omdat er geen geld is. FEUILLETON van HECTOR MALOT. 41) —Noem ook een. brandenden tak, lei do hiji, en laten we hen helpen. In mijn dorp had ik allerlei akelige verhalen omtrent wolven gtdhocfrdj toch aarzoldo ik niet; ik wapende mij met een tak en volgde mijn mees ter. Maar toen wij op de open vlakte kwamen, zagen wij honden noch wol ven. Wij bespeurden in de sneeuw slechts 'de afdrukken der pooten van de twee honden. Wij volgden die zij liepen om de hut, maar een weinig verder kwamen wij bij eone plek, waar wij ondanks de duisternis, konden zien, dat zich dieren daarin hadden gewenteld. Zoek! zoek! Capil sprak mijn meester, en tegelijk floot hij' om Zer bino en Dolce te roepen. Maar geen geblaf antwoordde, geen enkel geluid verstoorde de doodsche stilte van het boech en Cupi, in- plaats van te gaan zoeken, drong zich tegen onze beenen aan, de duidelijk ste blijken gevende van vrees en angst, terwijl hij anders gewoonlijk zoo gehoorzaam en dapper was. De afstraling van do sneeuw gaf niet genoeg licht om ons in staat to stellen het spoor te volgen, en op kor ten afstand verloor zich onzo blik in de dichte duisternis. Opnieuw floot Vitalis en riep met krachtige stom Zerbino en Dolce. Wij luisterden alles bleef stil mijn hart kromp ineen. Arme Zerbino! anno Dolce! Vitalis bevestigde mijn vreos. Do wolven hebben hen meege sleurd, zeide 'hij. Waarom hebt gij hen ook naar buiten laten gaan? Ja, waarom? Daarop was het mo onmogelijk een antwoord te geven. Wij moeten ze gaan zoeken, zet ik en ik liep vooruit, maar Vitalis hield mij terug. Waar vvoudt gij zo gaan zoeken? Ik weet het nietoveral. Hoe zouden we onzen weg vin den in do duisternis en door do sneeuw? Dat was inderdaad niet gemakke lijk de sneeuw reikte tot onzo knieën en met onzo smeulende takken kon den wij geen licht brengen in die duisternis. Daar zij niet geantwoord heb ben op mijn roepen, moeten zij ver weg zijn, sprak hij. (Bovendien moe ten wij ons niet blootstellen aan liet gevaar, dat de wolven ook "ons aan vallen. Wij hebben niets om ons te verdedigen. Het wak vreeselijk om de twee ar me dieren,, die twee makkers, dio twee vrienden prijs ie geven voor mij vooral, die aansprakelijk was voor hunne daadals ik niet geslapen had, zouden zij niet weggeloopen zijn. Mijn meester was weer naar do hut gegaan en ik was hem gevolgd, tel kens nog omziende en luisterend, maar ik zag niets dan do sneeuw en ik hoorde niets dan het kraken van de vorst. In do hut wachtte ons een nieuwo verrassing; terwijl wij afwezig wa ren, hadden de takken, dte ik op hel vuur had geworpen, vlam gevat en verlichtten tot do donkerste hoeken van de loods. Ik zag Joli-Coeur niet. Zijn dek lag voor het vuur, maar het was plat; de aap lag er niet on der. Ik riep hem Vitalis nep hem ook hij kwam niet ta voorschijn. Wat was er van hem geworden? Vitalis zoide me, dat hij hot dier bij zijn ontwaken naast hem had ge voeld het moest dus verdwenen zijn, terwijl wij buiten waren. Had het ons willen volgen Wij namen eenige brandende tak ken en gingen naar buiten, ons óver den grond bukkend©, om in de sneeuw de 6poren van Joli Coeur te ontdek ken. Wij vonden ze niet; wel-is-waar hadden de pooten van de honden en onzo eigen voetslappen de sneeuw hier en daar platgedrukt, maar toch niet in dio mate of wij moesten de afdrukken van den aap kunnen be speuren. Hij was dus niet buiten. Wij keerden weer naar de loods te rug, om te zien of hij zich niet onder eon takkenbos had verscholen. Langen tijd bleven wij zoeken wel tienmaal kwamen wij op dezelfde plek en in denZelfden. hoek. Ik ging op de schouders van Vitalis staan om tus schen de takken te zooken, die het dak vormdenmaar alles tevergeefs. Van tijd lot tijd riepen wij hem we der, maar er kwam geen antwoord. Vitalis was radeloos, terwijl ik zelf innig bedroefd was. Arme Joli Coeur. Toen ik aan mijn meesier vroeg of hij dacht, dat dc wolven ook den aap hadden medegenomen, antwoordde hij Neen, do wolven hebben niet in de hut durven komenik geloof wel dat zij Zerbmo en Dolce hebben aan gevallen, toen deze buiten waren, muar hierbinnen zijn zij niet geweest, Het is waarschijnlijk, dat Joh-Coeur zich hier of daar heeft verborgen, ter wijl wij buiten waren en dit deed mij juist zoo ongerust over hem zijn want met zulk weer kon hij kou vat ten en dat is doodelijk voor hem. Laten "wij dan nog maar eens zoeken. En opnieuw hervatten wij onzo na- sporingen, maar wij waren niet ge lukkiger dan de eerste maal. Wij moeten den dag afwachten, zeide Vitalis. Wanneer ral die aanbreken? Over twee ©f drie uren, denk ik. En hij zotte zich bij het vuur, met het hoofd op de handen leunend. Ik durfde hem niet storen. Onbe weeglijk bleef ik 'bij hem zitten cn verroerde mij alleen om nu en dan een tak op het vuur to werpen. Van tijd tot tijd stond hij op en ging hij r.aar do deui-dan keek hij naar den hemel en boog zich naar buiten om te luisteren; daarop nam hij zijn plaats weer in. Ik geloof dal ik liever gewild had, dal hij mij beknorde, dan hem zoo somber en neerslachtig te zien. De drie uren, waarvan hij gespro ken had. gingen wanhopend lang zaam voorbij. Het scheen, dat de nacht nooit zou eindigen. Eindelijk eclitcr begonnen de ster ren te verbleekcn en do lucht werd witdat was de dageraad weidra zou het licht worden. Maar met het aanbreken van den dag werd de koude scherperde lucht, die door dc deur binnendrong, was ijzig koud. Als wij Joli-Coeur terugvonden, zou hij dan nog leven 7 Maar welk© redelijk© grond bestond er voor de hoop, dat wij hem terug zouden vinden? Wie wist of met het aanbreken van den dag ook niet dc sneeuwbuien zouden terugkooren Ho© zouden wij hem dan zoeken'? Gelukkig was dit niet het geval inpJauts dat wolken weder den he mel verduisterden, nam hij een licht- rooden gloed aan, dio een mooien dag voorspelde. Zoodra het koude morgenlicht aan boomen en struiken hun gewoon v.oor komen had gegeven, gingen wij naar buiten. Vitalis had zich met een dikken knuppel gewapend en ik volgde zijn voorbeeld. Capi echeen niet meer onder den indruk van do vrees die hem .des nachts bevangen had met de oogen op zijn meester gericht wachtte hij op diens wenk om vooruit te gaan. Terwijl wij nog op den grond de sporen van Joli-Coeur zochten, hief Capi den kop omhoog en begon vroo- iijk te blaffen dit deed ons aanstonds begrijpen, dat wij boven ons eu n:et op den grond moesten zoeken. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1915 | | pagina 5