3aTsmsp» ^lema'
RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD.
Raadsels
Raadseloplossingen
Rüllruhriek
Uitslag van din wedstrijd
Woofden-wadstrljd.
Assehepoester.
Rubriek rooi' Vragen
't Kreng.
De Vonaeiing
26>
derde blad
ZATERDAG 11 M*l ISIS
(Deze raadsels zijn alle ingezonden
'door jongens en meisjes, die „Voor
Onze Jeugd" leizen. De namen der
kinderen, die mij vóór Woensdag
middag 4 uur goede oplos3iageu zen
den worden in liet volgende nummer
bekend gemaa'k.)
Iedere maand worden onder de bea
te oplossers twee boeken in praCht-
band verloot.
1. (Ingez. door Cyciame.)
Mijn 1ste ie niet zuur, mijn 2de is
'een verblijfplaats voor soldaten en
mijn geheel is een plaats in Gronin
gen.
8 (Ingezonden door Wilgenkatje
eat Duinviooltje.)
Ik ben een rivier iot Siberië, zet mijn
laatste Jetter achter mijn 2d'e letter
en ik toen iets, wat. ik u nooit
toewenscli.
8. (Ingez. dooi Klaproos.)
X
XXX
X X X X X
XXX
X
Zet op den eersten regel een mede
klinker.
Zet op den t-ujden regel iets, wat
op de wasohtafil staat.
Zet op der. darden regel een jon
genen aam
Zet op den vierden regel een voor
werp uit de gang.
Zet op den vijfden regel een mede
klinker.
Van linke naar rechts en van boven
naar benedxw zu'lt ge denzelfderi jon
gensnaam lezen.
4 (Ingea. door Meiklokje.)
Ik toen een jongensnaam en tegelijk
oen plaats in België. Welke?
6. ,lngez. door Waterjuffer.)
Ik ken een huisje net. en rond,
Waarin noch deur, noch veneter
stond,
Bewoond al is het rondom toe.
Door een, dio stil en weltemoe.
Daar zit te wachten op den tijd.
Dat zijn gesloten huisje splijt.
Dan wi.pt hij met wat hlijder zin.
De wijde, wijde wereld in.
En zoekt' ook bij het ruwste weer.
Naar de oude schuilplaats nimmer
meer.
6. Strikvragen.
a. (Ingez. door Dik Trom.)
Waarom gaat men eiken avond
naar bed?
b. Mijn lichaam ie van hout, breekt
zeer gemakkelijk en kan, zoolang
mijn hoofd niet is afgesneden, nergens,
toe dienen. Mijoi hart kan zonder stern
met u spreken.
c. (Ingez. door Meidoorn.)
Wanneer doen een haas de tanden
zeer?
ij.. (Ingez. door Zilverschoon.)
Wanneer een leeg vat 10 pond
weeg. waarmee moet men het dan
voi ma kon om het 7 pond te laten
wegen?
e. Ais de kapitein 50 jaar is, de
stuurman een pijp rookt en de wind
NoorU-cmst is, hoe lang is dan de
gro'- te mast?
I. (Ingez. door Truitje Goud.)
Twee is een paai Wat is drie?
g. Waarom ziet de haas om, als de
toonden hem achtervolgen?
De raadseloplossingen der vorige
week zijn
Gtóz gx;ts.
2. Knikker nikker.
3. Sedan Meden. I
4. Ai is de leugen nog zoo snel, de
waaüicid uchieiiiaalt naar wei.
Cornelia eeuwAdriaan Dres
den vVezer :elie ï^os nacto-
togua. achttien li.
j. 1' rans krans.
(i. j 8 V t> 5 4 a - 1 12 3 4 5 6 7 8 1
4s 45
Goede up.-oiiigcn an tv a ng en van
Oh rist. aan do Wet 3, Koza fitrweeJtje
3, Truus.e Bakker 2. Asscuepoester 3,
Ueloi-pje 3, Vv.itorjuKer 3. Onrust
Gerinania 3, Goudhaar 4, Blauwooirst-
jo 4, Op 't kantje af 4, Anemoon 4,
MootousjO 4, iiin '.i aai 3, Keizer fscru
4, bcliapentil'jeoi.pjo 4, Truitje Goud 2,
D. A. F. en C. L. J. den Hollander (i,
Winimie Komman» Arend 6, Goud-
reinet 5. Wi.lem Toll 5, Kwikstaartje
6, z..;,erscaoou 5. Lelietje van dalen 4,
lvrei-.c t;ê 5. J.i^imjn 5, Graüa, oer
aard en Marietjfe do Vrtes 5, Lelie 5.
l>iü Death 5, Watctniuii iio.-citfee 5,
i ilarincn de -Vries 4,
Dc tweeling li, Winterkoninkje 8. Are
de 4, üdina 4, Aait Overuieor (i, Theo
Oxenrecr 6, Conducteur 4, Duinroosjw
5, Engenna v. Essen Fauna 5. Ma
r.fe'tje Beu miers 2, Anmie Govaerts 1,
F.k o. aan Koelen 2, F. F. Geh! 5,
Juuus Gesar b, Goudsterretje 5, Dik
'Trom li, Rudolf Oschutz 6, Blody Fok
4, Amsterdammertje 5, G. Philippe C,
T.iekie en-FLene (i, Spiirfin 6 Horiu'sia
6, Ccsraio 5, Johanna Smit 2- Goud-'
ischje 4, Roodborstje 3. Roomhoorn-
tje 5, Ddndelion 4. America in Boy 4,
Jo en Teun Relmerink 4, Dora en Jopie
Fabel 4.
PAULA NOORDERMEERp/a. den
heer Sabel, Geslhuiseingel 34 z., heeft.
4 snoezige poesjes, 2 zwarte, 1 cyoer-
sohe en 1 witte. Wiie er een hébben
wil mag er bij haar eon konion halen.
T. MEYLBS, Parklaan 108 r, vraagt
van IJ sol nr. 34 on van Vecht m. 28.
Voor ieder plaatje geeft ze 10 IJsd- of
Vecht plaatjes.
WATERJUFFER, Kritzingerstraat
15, wou graag „Do Zoon van Dik
Trom leonem.
T1N1 WAAL, Gen. Cronjéstraat. 35,
vraagt Kwatta-soldaaljee. Voor 1 sol
daatje geeft zo 2 plaatjes, voor 10
soideatjes 25 plaatjes, 't zij IJeel,
Vecht, Maïzena of Geschiedenis.
MOSROOSJE, Koimemerslraai 42,
vraagt IJsco-weertjes. Ze geef? er
IJsei, Vecht, Zuiderzee, Boecto en
Heide. Bonte Wel voor terug.
ROOiDiöORS''J E, Spaansche vaart
straat 23, vraagt Kiwatta-sojdaaties in
ruil tegen Geseh.-, Maïzena- of Wa-
penplaatjcs. Zo wou ook graag „Do
Zoon van Dik Trom" hebben.
Nagekomen inzending van Zilver
schoon.
Aan' deaon wedstrijd hebben 21 kin
deren deelgenomen on daar de groo-
tcn. ook al door gemis van een goeden
atlas. voor eon groot deel met Af dee
ling 11 rato gedaan hebben, zal ik
slechts één toeoordjoeüwg geven en 2
eerste-, 2 tweede- en 2 derde-prijzen
toekennen
Het meeste aantal plaatsen vond
WILLEM TELL, n 1. 58, op hein volgt
TIEKIh, met 52 plaateen. Die kinde
ren krijgen een reismandje. Dan kom:
AART OVBRMEER, die 40 plaatsen
had en ASSCUEPOESTER met 34 pi.
Zij krijgen ieder een atlas. Wie reeds
een aüae heeft, raag daarvoor een
boek vragen. Vervolgens THEO VAN
ORDENmet 30 plaatsen. Albert Bei-
lingen en Germ ami hadden ieder 23
plaatsen. Tusectoen toen fiöb ik geloot.
ALBERT BEILTNGTON was de geluk
kige. Deze beide jongens ontvangen
elk een boeik.
Alle prijzen mogen Woensdag 15 Mei
tusachen 12 -en 2 uur bij nvij gehaald
worden.
(J u n i-w e d s t r ij d.)
Op verzoek van velen geef ik dit keer
eens een woorden-wedstrijd. Ik heb
gekozen het woord „Vredesonderhan
delingen". Hit dit woord moeten an
dere woorden gemaakt worden. Be
ginnen we mc-t de v. b.v. vrede, ver,
vee. enz. Dan krijgt de r een beurt.
b.v. red. reden, reeds enz. Dan de c-;
dan de d, venvolgens de s en zoo ver
der. Er mogen in de woorden geen an
dere letters voorkomen dan in vredes
onderhandelingen. Dus geen to, geen
c, gecm i ore/., gebruiken. Ook mag
een letter niet moer Leer en gebruikt
worden dan ze in vredesonderhande
lingen voorkomt. Do woorden rooa.
haan verver zijn fout, omdat de o. de
ii en de v maar eenmaal in het woont
staan. Eerst nadenken, dan opschrij
ven.
In Afd. 1 (kinderen van 12 jaar en
daarboven) loof ik uit als ls ten prijs
een boek naar keuze, als 2den prijs
een plantenbus óf veldflesoh óf brief
kaarten-album, als 3den prijs een
boek. In Afd. IT (kinderen beneden 12
jaar) zijn de prijzen dezelfde.
15 Juni moeten de inzendingen,
voorzien van naam en leeftijd, in mijn
bezit zijn.
Punt 1 van liet programma was af-
gehandetld of eigenlijk ook niet afge
handeld. Toen ze in hun gemeen
schappelijke eetkamer kwamen, stond
daar zoowaar de boulloir nog op het
copin ode-kastje.
„Wat zijn wij een uilskuikens," riep
Wim. „We felicrteeren en deiïkcn geen
van allen om het cadeau."
„Om de boclewaar," lachten To en
Lieu.
„Allemaal in optocht naar het
bruidspaar terug on dan geeift Nel. aLs
onze baby, het,cadeau," ounerde me
neer V reeburg.' Aldus word besloten.
Joelend, juichend en giebelend ging
het vropüjke troepje naar het kabi
netje, dat nu woonvertrek van de fa
milie Bolters wus, Met een ietwat, ver
legen, zacht stemmetje sprak Nel
„Een klein aandenken van ons allen."
Met bevc-nde hand ontdeed de boerin
haar cadeau van het' papieren omhul
sel. „Lieve deugd, oen tooelewaaa-,
zoo'n s'eedsche. Jonge, man, dat wij
zulk epu] nog rijk worden. Bcda&kt
allemaal, hoor! Duizendmaal be
dankt,"
„Maar u moet he:n gebruiken en
niet ha de pronkkamer zetten," sprak
mevrouw Vreeburg.
„Gebruuken? Och mensch nog toe,
daar is tie veuls te mooi voor,".
..Weineen. daar i« hij voor," ver
volgde mevrouw Lensiivg.
„Ja, maar U hod in Indië zeikea:
veul van zulk spul," sprak Trijntje.
„Hoor eens. vandaag moet hij ge
bruik;." riep Noor.
„Nou, dat mut dan maar," zuchtte
vrouw Bolters. En Mijntje, titijnije e.n
Ti ij ntje echoden „Dat mut dan
maar."'
De pensiongasten en gastjes bleven
dien dag zooveel mogelijk buiten.
,.Ue mensdien kunnen ons vandaag
smissen als kiespijn,' filosoieerde
Er net.
..Voorde gemakk'- ijkheid," zei de
bruid, toen ze 'e middags volle scho
tels pannekoeken innnciïbracht. De
lit'cle kmderscuaar kon niet nalaten
luide den wenoch te doen hooren, dat
er dan nog maar vele drukke dagen
mochten aanbreken, dan mozht de
boerin, wat hun betrof, nog meer
keertjes pannekoefcen bakken voor de
gemakkelijkheid. Al stelden de stede
lingen zich niet heel veel voor van
zoo'n boerenbruiloft, de'jongelui wa
ren toch toiij, toen do feestelijkheden
begonnen. In het bosch hadden ze nog
eens repetitie gehouden van Asscshc-
poèö. Op 'n enkele uitzondering.na, wa
ren allen flink rolvast. Precies om ze
ven uur kwam een jachtwagen aanrij
den, waarin een n wende boerin met
haar wederhelft zat.
„Dat. 's hou Nofeltje-buur," sprak
Mijntje, bij wijze van voorstelling-
„En uai 's Krelis, haar man/
„Neeltje-buur," prevelde Wim.
„Nou MS' sprak .Siijntje, „ze heit
naast vim gewoond, 't le de oudste van
vrouw Meuren die hier woont.'
(Word: vervolgd.)
Brievenbus
(Drieven aan de Redactie Yan de
Kinder-Afdeeling. moeten gezonden
worden aan Mevrouw BLOMBERG
ZEEMAN, Bloèmhofetraat 5.
In de bus gooien, zonder aan
schellen!)
ROZA-FLUWEELTJE. Je moogt
je brief niot meer framkecren met een
3 cents postzegel, or moet 5 cent op.
Nu moest ik port betalen. Jammer,
dat, je te laat was. Nu -l-
der er voortaan voor zorgt,, zal het
wel beter gaan. MAARTEN LL-
THER: lk krijg zoo den indruk, dat
je veel local. Heb ik dat goed? En
w at zijn je lievenngaboeken? Wie veel
houdt v au goede boeken, behoeft
zich eigenlijk nooit eenzaam te ge-
\o< iem Want er is zooveel en zooveel
goeds op dat gebied. Heb je Don
derdag een heerlijke wandeling ge.
maakt? GOUDHAAR en BLAUW-
liORBTJE; Jullie zijn een paar ver
standige kindertjes GBRMANIA
Dut was. op 't kantje af, hè? Een
volgend keertje nog een klein stapje
verder. Of ik eens aan kom wippen?
Laten we zeggen op oen vacanlie-
dag. lk ben er bcusch nieuwsgie
rig naar, of Gennanm een heusche
blondine ie. mot blauwe oogen.
ONRUST; lk vind het vriendelijk
I van je, dat je Jan zonder vreee hel-
]>cn wilt. Op Fauna zal liij wel klaar
komen. Dat is toch zoo iele prettigs
•d onze Ruil-Rubriek, dat we elkaar
met een kleinigheid van dienst kun
nen zijn. -- WATERJUFFER: Je
i aadsels krijgen wel eens een beurt
je. Ik noop, dat het verlangde hoek
bij grootmoeder aan zal laudeu.
GELDROFJE; Waar heeft de juffrouw
het zoo druk mee? ASSCHBPOES:
Jo raadsels zijn goed.- Ben je niet
erg blij? TRUL'SJE B: Hot zal wel
stcèds beter. gaan. Ze waren dit keer
ook niet zoo heel erg gemakkelijk.
CHKltiiTAAN DE WET; Wat heb jij
een gucdo zued COSMO Dat was
nog eens een prettige zanguitvoering,
hè? TIEKJE en P1ENE: Wel ge-
I liciteerd met vaders verjaardag. Ik
hoop, da; het voor jc allen een ge
zellig dagje zal zijn. Ia Boukje al
gebrild.' En gaat de hoofdpijn nu
over.' SOLDAAT en LOUitENS
COSTER: -Ais de courant weer fefens
weg is. mag je bij mij om een andere
komen GOUDSTERRETJE: Geluk
kig. dat broer-weer thuds is. Was
lnj niet blij? F. T. G Nu groeien
jc radijsjes zeker bij don dag en de
ionge konijntjes evenzoo. Vind je
het geen leuk gezicht om naar dae
kleine pretmakertjes te kijken?
H. K.; Ja jongen, toen alle inzendin
gen in mijn bezit waren, kwam voor
iniï het grootste werk nog. nl. na
kijken. Nu heb ik twee VMegen m een
klap gevangen en geef je metten den
nieuwen wedstrija. AlARiETJE B..
A\at heerlijk, om in zoon mooie
etreek te logeereu. Moest dat voor
jo gezondheid? Hap maar veel iek-
ketcv geurige denneiiiu.ht. Aardig
van moeder, om je geregeld de ru
briek te zeilden. Ais ha nu eens
ipimler goed weer is. schrijf je me ze
ker een grooten brief. ENGELI-
NA VAN E. Ja hoor, je moogt weer
meedoen. THEODOQE J. u.; Nu,
dat was een beste lijst. Bevalt het
je b'"cd in de nieuwe klas.' AART
0.: Jouw rapport was ook best. Een
jongen met 8 plus v oor Aardrijkskun
de wint natuurlijk oen prijs met een
Aa rdr ij kskunde-wedstri: dZWA
NEBLOEM: Harte, ij K gofelieiieerd
ree: den dag van morgen. Ik hoop,
dat het in alle opzichten een dag
vol zonneschijn zal zijn. GRADA.
BERNARD en MA BIETJE DÉ V..-
Zor.der adres vind ik lang zoo dom
niet, mIê zonder ondotteekenmg.
JASMIJN: liet doet me genoegen, dat
hef jullie op de nieuwe school zoo
best bevalt. Hebben jullie Donderdag
genóten in Groenend aal? Yindt tante
het Iraer niot prachtig? Groeten voor
Krekeltje en de zusjes. JAN R.:
Is de Aalsmeorsche reis doorgegaan?
ik geef je groot gelijk, dat. Je de mui
zen fokkerij Jnbt slojigezet. Wo kun
nen onze kruimel'jes zelf wel op.
Salamanders en hagedissen, dat gaat
bet er. Die eten niet. wat eens inen-
sclien is. Maar kom ik eens een muis
tegen niet een broodkaart om, dan
zal ik trachten haar voor je te van
gen. -.WILLEM IT. FA: Jij bent
nog eens een vluggertje, om half 6
opstaan en om half 7 brieven schrij
ven. Ik ben blij, dat zooii ijverige
jongen een prijs heeft Zou Pa boos
kunnen zijn over je vroeg opstaan,
omdat je wel e.ns wat meer alarm
maakt, dan noodig is? WIM'MJ'E
K,; Omdat ik je bandje al kc-n, wist
ik dat het briefje- van jou kwam.
Maar ik zocht tevergeefs naar je
naam. D. A. P. en C. L. J. den
li.: Wat zijn jullie in do lappen-
in and. Hoe i;- het uu met Corrie?
Is de keelpijn over? En heeft Dirkje
nog pijn met slikken? Wanneer is die
bruiloft? Voor dien tijd beter zijn,
hoor' SCHAPEN BLOEMPJE; Voor
je een brief in een vreemde taal
kunt schrijven, moet jc lied wat
Ufoordjes geleerd en heel wat thema's
gemaakt hebben .MOSROOSJE. Je
raadsel is gcfed. OP 't KANTJE
AF: Ben je nog met den vrienden
kring naar Artis geweest? Was moe
der niet blij, dat je weer heelhuids
thuis kwam en dat de leeuwen je
niet opgepeuzeld hadden? Je raad
sel is goed. KWIKSTAARTJE.
Vond je 'het niet prettig m zoo'n on
bekende etreek Ie wandelen? Me
dunkt, de plantenwereld was er ook
eenigszine anders dan bij ons. Is
het niet? DORA en JOPIE F.:
Hebben jullie Donderdag een pret
tig dagje gehad in Groenendaal? En
mooi gezongen ook? JO en TEUN
R.: Waar is Donderdag de rcas naar
to geweest? Heeft A. een mooieai
fietstocht gemaakt? AMERICA IN
BO\: Het is niets erg. ais jc alle
raadsels niet hebt. JJANDELION:
Ik hoop voor grootmoeder en voor
je allen, dat ze op haar zeventageton
rjaardag niet meer op bed behoeft
liggen. Ziek on jarig dat behoort
nu nieta bij elkaar. ROODBORST
JE: Iloe is Jic-t nu mot de oorpijn
en met de verkoudheid? Vervelend
hè, dat je zoo lang thuis moest blij
ven. Ben je erg achter gekomen?
JOHANNA S.: Als courant wear
eens weg is, kom bij mij dan maar
om een andere. Den gevrnagden
schuilnaam mag je lioudeiu. Nög wel
gefeliciteerd mei je verjaardag. Was
liet een, prettig dagje?
11 Mei 1918.
Mevr. BLOMBERG—ZEEMAN.
Bloemhofstraat 6.
VRAAG. Waar kuuneu wij ons
schriftelijk vervoegen betreffende een
verzoek aangaande de Hinderwet'
ANTWOORD Aan het Stadhuis'/
VRAAG: Ik bewoon een boven
woning van een perceel, dat door
iemand in zijn geheel ie verhuurd.
Nu kwam de oorspronkelijke eige
naar mij vertellen, dat ik de woning
over 14 dagen zou moeten verlaten,
omdat de persoon, die mij het. boven
huis verhuurd heeft, van het con
tract was afgeweken.. Heeft de eige
naar het recht, mij met doen ter
mijn de woning te doen verlatent
Zoo neen, hoe n.oet ik dan hande
len? ANTWOORD: U kan afwach
ten totdat de huurovereenkomst-, die
de huurder van het gelieele huis met
den eigenaar heeft- gesloten, is ont
bonden verklaard; u hoeft in ieder
geval bij algelieele, getrouwe nako
ming van uwe verplichtingen, het
recht op verhaal uwer schade tegen
over uwen verhuurder, als door zijn
wanprestatie u het bovenhuis zou
moeten verlaten. Opzegging met 14
Üagen lijkt ons voor oen huur van
een bovenhuis (toch zeker geen werk-
wouing?) niet rechtsgeldig.
Hij heette l'fetei.
Rare naamAinsterdamsche jon
gens heetcu Piet, of Taun, of Dit rek.
of Koarel, of Tienus, maar niet Pe
ter. In dienst noemden ze 'ni ook
nooit zoo toeii-ie er 'n'maand was,
heette hij al bij iedereen ,,'t Kreng".
Daar maakte-n-ie 't ook naar. Ik ge
loof wel, dat hij schuld had aan het
spoorloos verdwijnen van de „ège
schoene" van Tienus den Kankerpit,
en dat-ie wist waar de puttees waren
gebleven van den Dikke, die er nog
zoo'n spektakel over maakte, maar
niets kon bewijzen.
In 't depót dienden 't Kreng en ik
vier maanden als kameraden bij de
zelfde sectie, en dooi- *n speling van
't toeval werd-ie 'n jaar later, toen
ik als sergeant naar 't veldleger was
overgeplaatst, m'n mindere. Hij was
een kereltje, dat je als kameraad niet
vertrouwde en sis sectiecommandant
in de gaten hield D'r was iets met
'm hij bad ze achter de mouw
'k Was het bestaan van 't
Kreng «.bijna vergeten, toen ik hem
in het veldleger onverwachts terug
zag. Ze hadden me „gedirigeerd"
naai- 'n bataljon, dat in een iin-
burgsch dorpje lag, en ik kwam er
'b middags aan. 'n Echt mobilisatie-
dorp 1 Onder de stroodaken van de
boerenwoningen, die schot-s en scheef,
in twee lange, grillige rijen, langs
den hobbeligen keiweg lagen, woon
den nu al jaren-lang meer soldaten
dan burgers. Eu 's avonds op straat
zag je er haast ujets dan veldgrijs, en
hoorde alleen plat-Amsterdamsen.
l)e boerenmeiden, met drieën ea Nie
ren gearmd, liepen er te giegelen om
Jordaan-gijn en Zeedijk-schunnighe
den, die de piotten haar naschreeuw
den.
Het was een mooi dorpje, maar
onze tegenwoordigheid bedierf het.
Ik voelde liet dadelijk, toen een
hoornblazer het schelle appèlsignaal
door de dorpsruet liet schetteren, toen
'n luitenant met kletterende parade-
sabel kwam aanstappen en ,,de
troep" de manschappen kwamen
in de granwgroene werkpakken voor
„ongewapend appèl" als oen rest
roezige, jonge honden dooreen woelde
en met korte, nijdige aanroepen van
de onderofficieren tot de rust <?n orde
van twee lange gelederen werd ge
bracht.
'k Liep naar de derde sectie, waar
bij ik was ingedeeld, en monsterde
de beide rijen gezichten. Ze keken al
lemaal brutaal-vijandig terug, zooals
•en Hollandsch milicien dóet a!s-ie
'n nieuwen, sergeant krijgt, en nog
niet weet wat-ie eraan lieeft^.
De laatste man. van het achterste
gelid was 't Kreng,
't Eerste oogenblik herkende ik 'm
niet. 't Was al acht maanden geleden,
dat we samen recruut waren, en er
zijn zooveel kleine kerels met brutale
snuiten in 't leger. Hij trachtte ook
niet, m'n aandacht te trekken. Hij
lachte alleen maar'n vreemden,
onzekeren glimlach, en keek langs me
heen. Ineens schoot 't me te bin-
Waling!"....
Hij keck me even aan, maar toen
dadelijk weer 'n anderen kant op".
JaNou is u serzant, het.... nou
ken u mij n ook kommedeere!"
't Was de gewone vijandige toon.
De anderen grinnikten, en sjoot-te/; el
kaar aan.
,,'k Hoop, dat we 't samen goed
zullen kunnen vinden", zei ik., om
toch i e t 8 te zeggen.
„Ken me niet
Ik zweeg, en dacht eraan hoe en-
ze sectie-commandant in 't depót te
gen hem optrad. Rapportje op rap-
portje, douw op douwVaak was
't wegens brutaliteit: onhebbelijke
antwoorden, waar de kameraads om
j lachten, maar óók voor 't zich ont-
i trekken aan den dienst, verwaarioo-
zing van z'n geweer, lijdelijk verzet,
vechtpartijen met- kameraden
j 'k Herinnerde me, dat niemand
eigenlijk met 'm overweg kon, dat-ie
opvliegend en ruziezookcrig was, dat
ze 'n hekel an 'm hadden. Zou ik óók
dadelijk met „de bon" moeten begin
nen, om 't Kreug in bedwang te hou
den
'k Was 'u week of viei bij de coin-
pie, en de mauschappcu en ik waren
aan elkaar gewend. Er was geen
vijandigheid meer in hun optreden;
ze schikten zich in de aanwezigheid
van „den nieuwe", 't Kreng óok. Hij
viel me mee, bepaald was-ie veran
derd. Geen nijdige uitvallen meer,
geen „gekanker" Yn den troep. Een
maal was-ie weggebleven van 'a ap-_
pel, had ik 'm e nstandje gegeven en
't niet gerapporteerd. Hij deed on
verschillig, grinnikte, stak z'n hau-
den in z'n zakken en bromde: ,,U
ten ine straffe auk!.... gèift voor
mijn metIk ken met go noig
douw e hebbel"
„Da's maar opschepperij; je wil
dik-doen tegen de anderen", zei
ik.
„Keu me niet schele hoe u fc
noemt", volhardde-n-ie bot.
Met de kameraden had-ie nog altijd
ruzae. Moestal over kleinigheden. Op
'n goeien dag, toen we voetbalden in
diensttijd, waarbij ik als „opzichter"
fungeerde, kreeg-ie mot- met 'n groo
ten, pootigen landstormer. Er was
'n hevige „scrimmage"vijf of zes
man die om den bal streden, en d'r
werden natuurlijk geniepigheidjes uit
gehaald. De pootige werd „gehaakt",
viel met 'n smak, sprong woedend
op en stoof op 't Kreng af.
„Rotjong- rotjong 1 valsch
krengj"
't- Kreng was niet de schuldige, cn
de beleedigingeu van den ander deden
plots z'n wilde drift losbaraten.
Hij gooide zich op 'in en klemde
zich vast, krabbend, bijtend, schop
pend met 'n verwrongen-bleek ge
zicht. Het duurde maar 'n paar secon
den toen had ik de vechtenden ge
scheiden en zelf 'n groote bioeder.de
schram over m'n hand opgeloopcn.
Twee van de jongens hielden 't-
Kreng vast. Z'n oogen biikkerde-n
fel-nsjdig naar den ander, die d'r
zichtbaar genoeg van had, en hij
gend uitstootte: „Wat 'u vuil klein
kreng'.... Wat vecht dat gemeen!....
dat smeerlappie, die zwefvertl"
't Kreug vertrok z'n gezicht, z'n
lippen beelden....
D'r ging een gemompel door 't
groepje soldaten. „Laat 'm loei"
beval ik. Ze deden 't, en hij wankel
de even, hijgend en doodsbleek, nog
loerend met een woesten roofdier-
blik naar den 'ander....
„Waling I.... ga dadelijk naar Let
dorp terug, naar je kwartier, en blijf
vandaag binnen. Jo weet niet wat
je dóet
„Nee, sergeant", gaf-ie to«. plot
seling vreemd-gedwee. En bij sloop
weg, zonder om te kijken, als 'u af
geranselde houd.
Ik maakte geen melding van hc-t
geval, en deu volgenden dag scheen 't
vergelen. Maar hij blééf 'n „lastig
element". Z'n brutaliteit, z'n open
lijk verzet waren wèg, maar mij greep
nog altijd elke gelegenheid aau, om
zich stickum aan den dienst te ont
trekken.
Tweemaal moest ik 'in rapporteeren.
en werd-ie gestraft, 'k Sprak er niet
'm over, en een poosje ging het weer
goéd. Hij scheen voor rede vatbaar,
miaar 't had telkens maar voor 'n
week of een paar dagen effect.
Als iemand 'm 'n uitbrander gaf,
ale-ie ruzie met een kameraad had
gehad, was '1 weer mis. Altijd schol
den ze 'm uit, treiterden 'ni, „voer
den" 'ni met verhalen over 'n meisje,
dat 'm in den steek had gelaten, en
waarvan ze wisten
Dot bleef altijd 'n lolletje, om-
datrie niks hebben kou, omdat-ie
vast „hapte" op het gesar. Joen-ie
zich weer'cs een tijdje rustig had ge
houden, werd-ie op 'n goeien dag ge
rapporteerd omdat hij twee minuten
te laat was door iemand, die met-
uf n verkeerde been uit bed was
gestapt. Allee liep 'm tegen
„Hoeveel dagen arrest bob je nou
nog te goed t" vroeg ik den volgenden
dag.
„Drieënvijftig D'r zit tweemaal
verlof van me in, en 'k beu in geen
twéé maande in Amsterdam geweest
'k Zieu'et nóóit weer, geloof ikZe
pesto me, ze peete me allemaal... de
jonges, cu de kapteiu, en al m'n an-
i'dere niée-êerderen llij lachte
hoonend.
„Toen 'k hier kwam, hè, toen heb
'k geprobeerd me goed te houe.
Maar na 'n week had 'k die lange
serzant van de eerste coiupie niet- ge-
cieu, en 'k kreg veertien dage arrest
voor niet-groete.... en daarna acht
b euilleton
door
FAULT REN T.
Geautoriseerde vertaling).
Als je oo:i: s .;aubod afwijst, zul
len we jareu lang .moeten wachten
John, en ik smacht er naai- om
voor goed en voor altijd bij je te zijn.
Ik smeek je, denk er nog eons over.
misschien is 't beter, dat ik nu
heouga, zeide Southwodu en Lady
Cora knikte toestemmend, maar John
kwam buaechehbeide.
Ik hob hover, dat u blijft. Ik
heb mijn besluit genomen.
John! riep zij wanhopig uit en
de_ tranen scholen haar in de oogen.
Zij begreep, dat zijn weigering hen
jaren lang gescheiden zou houden.
Niet omdal zij bang was voor een ie-
van van armoeu© maar zij besefte
maar al te goed, dat John niet met
haar trouwen zou, terwijl hij zoo arm
was.
John! herhaalde zij en ze stak
haar armen naar hein uit, maar hij
bleef staan, waar hij stond.
Southwold sloeg hem met gespannen
aandacht gade maar hij bewoog zdcli
niet. Lady Corn sloeg nu haar ar
men om John Strand's hals.
Zou je dat kunnen doen. John
me willens en wetens op zijde schui
ven J Kijk me aan, lieveling. Kan jc
aan mijn lielde twijfelen? lk haat die
jwhtiek i Ik wil geen invloed op je
uitoefenen. Mijn holde is 't een-ge,
waarvoor ik leefKijk me aan liefste,
en haar innige liefde straalde uit
naar oogen.
Sou:... old zag. welk een strijd John
streed en er kwam een glimlach van
voldoening op zijn gezicht. Maar de
uitslag liet niet lang op zich wach
ten.
Ik heb mijn besluit genomen,
mijnheer Southwold, zeide hij ernslig
maai- beehst; ik kan uw aanbod
met aannemen.
Lady G'ura liet hem loe en ging een
stap achteruit.
Begrijp je wel, wat je doet
vroeg ze half fluisterend.
Ja.
Dan weet je niet, wat liefde is
zeide zij met trillende stem. Toen wis
zij zich met de uiterste wilsiiispanning
te beheerscheu en op vasten toon ver
volgde zijons engagement is ver
broken.
Maar nauwelijks had zij die woor
den geuit of ze trad weer op hem toe
met eon smeekenden blik in haar
oogen.
En er is vorder niets meer te
zeggen vaarwel. Eu John ging
naar de deur.
Ga hoen! Ik wil je nooit- meer
terugzien! Ik haat jo! riep ze hoi.
uit, maar intusschen hoopte zij, dat
hij terug zou" komen eu vergiffenis
zou vragen.
Maar de deur g«ng open en weer
dicht.
John! riep zij nog eens, maar
hij i kende geen aarzelen en zij was
alleen met haar oom.
Die man is totaal onmogelijk
zeide de minister. Je doet goed me;
jo van hem af te maken. En toch
toch voel ik sympathie voor hom. Hij
zwoeg bezorgd, want toen hij bij de
laatste woordeu zijn nichtje aankeek,
z;ig hij. dat zij doodsbleek was en
zien aau een stool vastgreep, Cora,
waar is je zolfboheorsching vroeg
hij streng.
Zij zonk neer in een stoel eu Bloeg
haar handen voor haar gezicht. Smart
en toorn overweldigenden haar,
Southwold wildo haar toorn prik
kelen.
Je hadt je -gevoel moeten weten
te bedwingen en moeten zorgen, dat
je dien man met hei' kreeg. Per slot
van rekv-aii-g spreekt toch ons arislo-
cratenbloed eu ss de kloof te diep.
Zijn oogen waren strak op haar
gevestigd en hij zag, hoe bitter zjj
leed.
Het zou me niot verwonderen,
als dat nichtje van Cobden er bij in
't spel was. Als er geen andere vrouw
is, die indruk op hem heeft gemaakt,
zou hij niet in staat zijn je te weer
staan.
- Hoe durft u dat t© zeggen I lk
zou hem liever vermoorden dan hem
met een ander laten trouwenriep zij
uit.
Melodrama, kindlief, eu dat past
nu lieelemaal niet bij jou. Neem een
voorbeeld aan mij, ia beu even te
leurgesteld eu woedend sis jij, maar
ik houd me in. En 't zonderlingst is,
dat ik 'toch geen hekel aan den man
heb.
Wat denkt u te doen vroeg zij.
Alles wat ik kan om hem te
verpletteren hij wordt to gevaar
lijk. Hij bezit eon persoonlijke aan
trekkingskracht en siuds Bright is
ar zoo'n aohiitvrend redenaar met ge
weest,
Ik heb hem lief, zeide zij uitda
gend.
- Het is zoo moeilijk op een man
mei een politiek geweten invloed uit
te oefenen. Als er veel zoo waren, als
hij, zou het partijwezen onmogelijk
zijn. Ik kan 'i me nog niet voorstea-
krii, dat hij mijn aanbod geweigerd
heeftIk vrees, dat ik op mijn ouden
dag nog een siecht menscbcukemier
word. Jaf er moet een andere vrouw
achter zitten, zeide hij op peinzen
de» toon.
Lady Cora begon le vermoeden, dat
er iets waars kon zijn in die gedachte
van haar oom en dat. denkbeeld bracht
haar bijna tot. razernij.
Ja verpletter hem ik zal
helpenriep zij uit
Zoo zie ik je liever. Als er
f;eou andere vrouw in 't sjx-1 is, komt
uj bij je terug, dat zal je zien eu dan
kan je probeeren, wat. je van hem ge
daan krijgt.
Maar nu moet ik aan 't werk. Ga
mee, kindlief, en lunch bij mij. vroeg
hij eu er lag eeu medelijden in zijn
stem, dat haar hinderde.
Zij antwoordde noot, maar bleef
voor zich uitstaren.
Sylvester komt ook bij me lun
chen. Ik denk er over om hem tegen
over Strand te stellen in Mid-Bam.
Maar zij beliooreu tot dezelfde
partij, merkte zij verbaasd op.
Strand behoort niet meer tob
mijn partij en als we nog een candi-
daat stellen zal hij waarschijnlijk ver
slagen worden.
Dan gaat. de zetel over naar den
anderen kantl
Daar is niets aau te doen. 't Ver
lies van een zetel zou ecu goedkoope
prijs ziju, als we ons daardoor van
zoo n onruststoker konden bevrijden,
merkte Southwold droog op.
HOOFDSTUK XV.
Strand voelde, dat hij niet anders
had kunnen handelen, maar de kna
gende pijn aan zijn hart zeide hem,
dat hij Lady Cora onherroepelijk ver
loren bad. Met langzamo schreden en
gebogen hoofd liep bij voort, in ge
dachten verdiept. Ja, hij zou diep el
lendig zijn geweest, als hij liet aan
bod van den minister had aangeno
men. Hij was er niet toe geschikt aan
de leiband te loopen, want de natuur
had hem tot leider der mensdien be
stemd. Ziju zelfvertrouwen vos groot
ja onbeperkt, waar bet zijn politieke
kracht gold. en het was alleen de
liefde, eb© hem een oogenblik aan 't
wankelen had gebracht. Maar nu was
de liefde uit zijn loven gobannen en
zou liij slechte leven voor het moei
lijke werk, dat voor hem lag.
Het Lagerhuis zou dien middag
voor 't laatst bijeenkomen en bijna
onmiddellijk daarop zou de verkie
zingscampagne beginnen. Er was uog
veel te doen voor Strand, voordat de
stembus geopend werd. Verscheidene
kostbare uren waren de laatste dagen
verloren gegaan en zijn kostbare cor
respondentie was verwaarloosd. Nu
voeide lnj voor het eerst, dat hij geld
noodig had. Een secretaris was onmis
baar voor hem en hij had do midde
len met om hem te betalen. Eu hoe
zou bij een groote politieke campag
ne kunnen voeren zonder finaucieeleu
steunt Ongelukkig zou ziju program
ma niet do sympathie hebben van de
kapitalisten xn den lande, o:i hij kon
weinig of ge*m geldelijke hulp verwach
ten van vermogende mannen van zijn
partij.
(Wordt vervolgd)