tgblfi RJBR1EK VOOR ONZE JEUGD. Assehepoeiter. SLitiJTff «V.J 6™ |IU'° i™?ens liepen met <)111I),rt.cke1idI Prrtuf to, dat De iweeiiagbroetiers De Vondeling DERSEBLAB ZATERDAG 18 Mel 1918 Raadsels (Deze raadsels zijn alle ingebonden door jongens en meiaJee, die „Voor jprao Jeugd lezen. In- nwrten der Wndoren, die mij vóór Woensdag middag 4 uur goede oplossingen zen den worden in het volgende nummer bekend gemaakt.) Iedere maand worden onder de bes- Ie oplossen? twee boeken ln pracht band verloot. 1. (Ingez. door Scbapenbloempje en Keizer Nero.) Ik ben een vloeistof, keer me ooi en ik vang schadelijk gedierte. t. (Ingez. door D. A P. en C. L. J. dén iHoH*u4er.) Ik bea een plaats in Overljeel. Mijn $erste is een gewicht, mijai tweede is ïen sisklank, mijn derde vindt ge in Zwitserland 8. (Ingez. door Hondsdraf.) Mijn geheel ls een spreekwoord van 84 letters *1 6 woorden. 18. 5. 16, 4 is er sohaarsch. £4, 22, 17 ie een Wemal. 7, 19. 10 vindt mea onder konijnen én schapen. 20, 23. S is een lichaamsdeel. 15, 8, 18, 21 is eern bewoner van een Europeasch land. 12, 22, 18, 14, G, 9 is een spel. 1, 11, 12 i6 «en deel van eên huls. 2, 22: 12 is een boom. 4. (Ingez. door Goudhaar.) Mijn geheel (bestaat uit 10 lettere en is een si-ad in Friesland. 1. 2, 3, 4 5 is een verscheurend dier. 6, 7 worat 's winters gebruikt. 8, 9, 10 is een boom. 6. (Ingez. door Tortelduifje.) Mijn eerste komt 's morgens, mijn tweede in 't voorjaar en mijn geheel kPmt bij den een op'dit, bij den ander op dat "gedeelte vun den dag. En bij sommigen i mijn naam? 6. Strikvragen: a. (Ingez. door Bleekneusje.) !Bij welken meester, zeg dit even, heeft, nooit een leerling school geble ken? b. (Ingez. door Lilliputtertje.) Welke ketenen rammeien niet? c. (Ingez. door Goud-Elsje. Welk lood kan niet gesmolten? d. Wat zit midden in een pijp? e. Wat ie klein In Jerusalem en groot in Samara? Raadseloplossingen De laodsel-oplossiugen der vor Week zijn 1. Zoutkamp. 2 Amoc Anmoö. K«i el b e 1 4. Ha ii. 5. Vlinder. Omdat het bed niet i Rullrabrlek WIM SPOOR, Westergracht 21, vraagt 141 van Vechtipl. en geeft 3 Vecht-, 4 Maizenu-, 2 Weel- of Naar- dermeerpl. er voor terug [KRAM MISSET, Lourens COeterstr. 16, vraag c IJsco 4b e eitjes.' Hij geeft er vreemde postzegels, Bosch en Heide, He .-fat en Zomer voor terug. Ook vraagt hij Paddeltje te leen ln ruil voor Michael Strogoff, De reis naar de Maan, Schipbreukelingen, Aan land gespoeld óf Alleen op de wereld. ROODBORSTJE Spaansche Vaart- straat 22, vraagt Kwatta-sold. in ruil voor Yad. Geech., Maïzena of Wapen- plaatjes. WILLEM VAN DER LINDEN, V-el- eerstraat 42, wenscht oorlogscuriosa, zooals censor-enveloppen, oorlogspeh- ningen, «orlogspoetoegcls enz. Hij wil die inruilen voor een jaargang van het tijdschrift van „Jong Nederland". Toen er wederom een tilbury met gas tan kwam aanrollen, trokken de stadsmeiischen zich terug op eigen terrein. Ze gevoelden dat nun tegen- vvoordigheiü iets gedrongens zou ge-, buiten? ven bij de begroeting. Een kwartiert;* daarna kwamen bruigom en bruid zó noodigen dm in hun feestzaal, de deel, ts verechijben. Een aardige.boe renfamilie kwam hun eenigszins met uitgestoken handen tegemoet. Het ijs was echter spoedig gebroken. Meneer Van Bergen Interesseerde zich-voor het graan, mevrouw Lensing verge leek de boekweitvelden bij de Indische sawa's en meneer Vreeburg vroeg naar volgenden keer mag je den gowenseb- ten schuilnaam onder jo werk zetten. Als je b.v. de e gehad hebt, kun je die een volgend maal overslaan. ALBERT BEHANGEN. Wou jij graag een Tekenwedstrijd hebben. I)e lieele wereld is aan liet rekenc-n, laten we het iu de rubriek nu maar niet doen. Maar (je krijgt er zeker op school een mooi cijfer vcor, hè? JEANNE D'ARC. Je raadsel is goed. Leuk, dat ie weer meedoet. ZWA NEBLOEM. Wat heb jij een besten verjaardag gèliad Git ADA. BEN NIE en MARIE DE V. Misschien komen we elkaar met do Pinksterda gen wel tegen. WILLEM TELL. Hoe vond moeder je prijs? Ik wensch je Maandag een lieol gezellig dagje toe. Gelukkig, dat moedor nog wat te picniccen lieeft- TIEKIE en PIENE. Heb je hc-t koffertje al ge bruikt: GOUDSTERRETJE. Jij kunt wol een eersten prijs winnen in het wandelen. KAKEL V en HERFSTASTER. Hoe is het. nu met broer Doet de vinger nog voel pijn T Beterschap hoor! MAARTEN LU THER. Dat wa« een reuze-brief Me dunkt je bent iu jo vrijen tijd nu meer aan het wandelen dan aan het lezen. Of gaat het boek ook mee naar Heb jo ook een fiets? Ik wensch je succes met jo ruil-aauvraag THEÜDOOR O. 'Met dozen wed strijd doe jij zeker mee, hèA ABT O. Is de atlas al in je beaat? ON RUST. Wat schiet jij al op met den wedstrijd. Dezelfde woorden met- ver schillende be teekenissen mogen afzon derlijk meetellen maar zot aan de be- teokêiiissen tusschen haakjee, b.v. den (boom), den (lidwoord) enz. PINK STERBLOEMPJE en GOUDMU1L- IWiM s. Ik dacht housen, dat je me vergeten was. Gelukkig, dat hei. niet zoo was. Red, redden, eend, eenden, j egel. egels, roe, roede zijn allemaal goed.' Mag ik ook niet eens komen eten bij tante in Spaaruwoudc BETSIE S. Ik ben maar wat blij dat Jij ook weer voor den d?.g ben', ge- loinen WATERLELIE en BEL LEFLEUR. Als do courant weer weg is, haal bij mij dan maar een ander, lloo ia het mei zus? ls de arm ge kneusd? Natuurlijk mogeu julli© ook met d©n wedstrijd meedoen. -- JU LIUS CESAR. Jo raadsel is goed. Ik lieb er hartelijk om gelachen. - TRUITJE G. Hot doet me genoe gen, dat de prijs naar je jan is. VIOOLTJE. Vertel het me eens stil letjes hoeveel woorden heb je al JU MA SHETAR mag zijn schuil naam houden. HAN K. Voor 15 Juui moot. je werk klaar zijn. Je mag beet. een woordenboek gebruiken. Schrijf j© Engolschen brief maar, ais je wat gevorderd bont want dat valt niet mee. JAN R. Is het konijntje al gearriveerd? Plunder je boompjes maar niet. Ik hol) me suf zitten den ken op H. N. H. N. E. maar kan het niet ontcijferen. Help me eens Op dreef. TMMTT'ï K. Was je op tijd thuis? D. A. P, en C. L. J. DEN H. Hoeft Dirkje al gezwommen en is Corrie weer heelemaal beter F. F. G. Hoe gaat hel met je colporieur- sciiap i BLONDJE. Je mag je wed strijd-werk onderteekenen met- je eigen naam of met je schuilnaam, zoo- als j© zelf wilt. Raden en geraden zijn beide goed. Natuurlijk mag zus meedoen met den wedstrijd. \VIL- LBMIENTJE S. Je hebt al l'liuk wat woorden. Hoe is. het met zus en broei'? Je briefje was nog op tijd. Mevr. BLOMBERG—ZEEMAN. Bloemhofstraat 5. Haarlem, 18 Mei 1918. „..„„li. J» «CMj jf" «Jig j dm veestapel. De kinderen hielpen j jullie" brief de vorige mek sommigen in t geheel niet. Hoe is etaiie.© krakelingen, de meisjes Pre-wedstriid naar ie rials fP?R mtln naam? 1 fiAnVeemtee Ikonilte JmPfie F.,. We in o 'yvi u.iai jezi'I. is. senteerden kopjes koffie. En kleine Nel zul op echoot bij Needtje-buur, die uit haar grooten. wijden zak ettelijke goudgele pruimen to voorschijn haalde. Toen de inwendige menscli versterkt was, gaven de pensiongastjes elkaar een wenk 't Werd tijd. dat men zich ging aankleeden. De drie heeren Im proviseerden in dien tijd een toonee!- t-je. Planken waren er ruim in voor raad. Van kleine plankjes werd een trapje gemaakt, dal in een klein por taaltje uitkwam, 't geen nu dienst kon doen bij wijze van coulissen. Een uit roep van verwondering werd gehoord, toen de meisjes ten tooneele versche nen. Was dat To? En die met die lange rekken, Ljen? Mensen, monscli, hoe hadden ze het verzonnenEn toen ze allemaal naar heb feest gingen en goed. LORD LISTER. Vil is goed. Asschepoes alleen in de keuken erwten ook vilde, vilder, vilden on vilders! moest lezen, begon die goede vrouw Dat valt mee is 't niet? WATER- Bolters heuschelijk te schreien. Maar i JUFFER. Jo schreef me een gezelli- de bruigom suste zijn bruidje mei een: J gen brief. Hoe is liet met je gymnas- ,,'t Is maar een apullegien, wiefke. tiek-ouderwijzerAJ woon je vér weg, t is maar kemedie." Haar zakdoek pretjes schijnen je deur* toch niet werd ecbtei pas opgeborgen, toen j voorbij k- gaan. Als jullie bootjes al- peïemoei Assctiapoes omtooverdc »n tijd €eil pr;JS winnen, dau mag jij ook een pracht-priMw. met achterblijven. Lien Vreeburg had Tootje van Ber-raadsc)s zijn goe<ï. ■gP|pieiOTipipeipp*ipipe MANIA. Wie de meeste woorden goed heeft, krijgt natuurlijk den lsteu prijs. Was jij het maar, lie?GEL- DROPJE. Al'heb je nog zoo weinig raadsels, stuur- ze toch maar. AJle beetjes helpen. En als de courant weer eens weg is, kom bij mij dan maar om een andere. PAL-JAS. Namen van plaatsen, bergen en rivie ren mogen gobrpikt- worden. JO en TEUN R. Gaan jullie met de Pink sterdagen nog uaar A msterdam CHRISTLAAN DE WET. Vorder je al met den wedstrijd? SYLVj mag haar schuilnaam houden, evenals SNEEUWKLOKJE. ROODKAP JE. J© raadsels zijn goed. Was die tante jarig die zoo mooi dichten kan EEUW WIT J EJe raadsel ie DA ons 1 e-n aLl'tlp* "«a..e«.looMn O. tOtüNatooHij'k'Vu^' brocr meedoen met een, „„ar die vrouw Bollenf te tijken, I d -eedltrijd. MADEUÏ die MKWUI up haar renuntn hiul t 'riladsei )mwtal Jo. Jiad-, wonder boven wonder, niet doOr SlMON MOS. gelachen, 't wae (maar goed. dal niets behoefde* to zoggen, want, haar gedachten gingen voor een wijl ver, hem bijt. d. met-gaten. e. net zoo lani als hij hoog is. f. drie te een getal, g. omdat hij achter geen oogen heeft-. Goede oplossingen ontvangen van Lelie 6 Blondje 6, Zilverschoon 6, F. j ver weg. Ze zag een andere feestzaal, F. Gehl 6. I) A. P. en C. L. J. den 2e huorde anucru iecslgmooten en ze Hollander C, Blody Fok 6, Piot Hein dacht aan freule Van Biankeuheim, 5, Prins Maurils 5, Kwade Wouter 6, die Noor een Asschopoes genoemd Wiawrtïe Ko'rnmann 6, iHeggewïnde 6, j had. 'tl-eek zoo lang geleden, en tocli Juweeltje M H. Koelen 5 Amster- was er nog een bittere nasmaak ach- danrnieitje 5 Julius Cesar 5, 0!d Shat- j tergebievcn. terhar.d Kabouter 5, Anemoon 6. Mosroosje 6, Viooltje 6, Truitje Goud 6, Kruidnoot 5 Rudolf Osch.itz 6, Dik Trom 6, J. C. de Haan 6, Duinroosje 6, Johan Meeuwig C, Betsie Spoor 6, wiim Spoor 6. Udina 5. Annie Go- vaerts 0. Truusje Bakker 4, Boter bloempje 5, Jan zonder Vrees 4, Elifje 6, Wiidroog.,1 6, Lelietje van Dalen 0, Op i kantje af 6, Jasmijn 5, Krekeltje 5, Waternimf 4. iBoschfee 4, Ohl Death 4, Goudhaar 5, Blauwborstje Rood borstje 6. Roza fluweeltje 6.'Dora en Jopie Fabel 6, Theeroos 5, Klimop 5, Doornroosje 5, Madeliefje 5. Dandelion 5, Americaïn Boy 5, Da Costa 6, Water juffer 6, Lord Lieter 5, Sneeuwwitje 4, Roodkapje 4, Betsy v. d. Loos C, Betsy Witkamp G. Christiana de Wet 6, Jo cn Teun Reimerink 6, Room hoorn tje C. E. van Essen 4, Paljas b. Conducteur 5. Geldropjo 6. Gemiania 6, Pinksterblocmpje 4, Goudimuiltje 4, Onrust 6, Tik 6"7 Fauna G, Aart Over- mser 6, Theo Overmeer C, Joost v. cl. Vondel 4, Harmen de Vries C, De twee ling 6, Kare; V 6, Herfsta^tcr 6, Vrede 6, Goudsterretje 6, Tiokie 6. Piene 6, Philipp^i 6, WKlem Toil 5, Grada, Benn;e en Marie de Vries 6, Zwane bloem 6, Prctkboon 6, A. Beilingen 6, Jeanne d'Arc 6. Hortensia 6, Spirea G. Klaproos 6. Duinluat 5, Zondagskind 5, WiJiemientje en Tannetje Schut ter 5. (Wordt vervolgd.) Brievenbus (Blieven aan do Redactie van de Kiuder-Afdeoling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG ZEEMAN, Bloemhofstraat 5. In de bus gooien, zonder aan schellen Nieuwelingen z ij nCOR RIE ASCHERMAN, Westergracht 97 z., oud 7 jaar. CO eu JAls SLUITER, oud 12 en 8 jaar, Eiken laan 3, Aerdenhout. BETSY WIT KAMP. oud 12 jaar. Gasthuisstraat 9. BETSY v. d. LOOS, oud 13 jaar. Gasthuisetraat 3. NETTA W'LLLEMSE, oud 11 jaar, Zuid Pol derstraat 85. DUIN LUST. Geluk kig hè dat alles in huis weer schoon en knap is. Alle schuilnameu zijn bij mij veilig, dus dat aardige Krekeltje ook. Had je me maar, denkt liij als hij dit leest. ZONDAGSKIND. Zijn jullie heen en terug wezen loo- pen naar Umuiden? Dat deed ik je niet na, HORTENSIA en SPI REA. Namen van plaatsen, rivieren en diereu mogen ook gebruikt wor den. Geen achternamen van personen dat is niet te controleeren. Ik hoop voor ons allen, dat we mooie zomer- eche Pinksterdagen krijgen. COR RIE A, Je schrijft al wat netjes. Den Neem me niet kwalijk, zei de majoor Zwaardman, tegen den ont vanger, hij wicii hij op het kantoor was voor een belastingreclame, toen hij toevallig naar buiten ziende, iemand zag passeeren, die hein bekend voorkwam, ik kom dan nog wel eens terug, want daar gaat iemand, dien ik noodzakelijk spreken moet. zoolang dan, adieu In een oogwenk was de majoor op straat en haastte zich dien persoon ie achterhalen, in wien hij, zoo juist als het vandaag Woensdag was, den lui- tenant- Van Bergen meende te her kennen; Van Bergen, dien hij pas had moeten straffen, met vier dagen kamerarrest, waarvan er slechte drie om waren, naar hij zeker wist. Het zou dus al verbazend brutaal zijn, wanneer de luitenant het zou hebben durven wagen zich nu al op straat te begeven en nog wel in burgerkleeding, om minder in de galen te loopen. na tuurlijk. En hij verhaastte zijn tred nog iets, want de luitenant, liep blijk- baar ook vrij snel en bij had al een DANDELION. - geduchten voorsprong. Klikklakkend on rinkelend sloegen de sabel en de sporen van den ma joor op het asphalt door den Bnellen pas, doch hij won op den vervolgde; hij haalde hem blijkbaar in, en toen de luitenant op het punt stond den volgende weck of je het: nu snapt. h°ók eener straat om te slaan, riep THEEROOS en KLIMOP. Dat de majoor met stentorstem boodschappenmeisje van jullie zou ik j „Mijnheer Van Bergen!" den dienst, maar opzeggen. Je raad- Het- was 't ongeluk van luitenant f™,1?1!'™, DOHA en v»n BcrBen (want hij icaf het wel de- JOHt 1- lAe toerende «it, »ns lljt) dat wj d onto, zeker heel muzikaal aangelegd. Ge- Vj 4 J 1 loeven jullie dat ook niot f -BLOND- J1? er °P v«rdacfat geweest, dan JE. Jouw boodschappenlooper is ook h&d ^1 ««der omm'n k,UUHt'11 bl,P geen Pietje Secuur, ieder kind. dal J Xen doorIooPc» dan had hij al- per maand meer dan de helft der I licht gelegenhend geliad, door zich nog raadsels goed heeft mag moeloten. sneller te verplaatsen, om plots in een RO/iA FLU VV EELT JE. Je raad- j zijstraat te verdwijnen. Doch het Bel is goed. Zet maar een borstplaten- was p. laat en toen hij omkeek en den winkel op, dan kom ik bij Jf koopen. majoor bemerkte, begreep hij. dat FoR^K^ieriS'ia OLD DEATH. Er is ai een Win- netou Dus dien naam kun je niet i Maar de nood maakt vindingrijk en meer'krijgen. KREKELToE. Nog subiet kreeg Van Bergen een inge- we! gerebelleerd met jo verjaardag, i ving, die hem in een ondeelbaar Was het een fijn dagjeEu heb je ae 1 oogeublik te binnen schoot, waarvan foto al? Staat zus c-r ook op? Lu- I hij onmiddellijk de portee snapte, BELLA. Jo mag dezen schuilnaam j waardoor hij- in staat gesteld werd de houden. Ik wensch je een «malie te redden. £e?xTfe°?.^?dv00.rt- 1 Nadat hij was blijven staan, vroeg KANTJE Al'. Ja zeker, veer is een J 1 goed woord. - ELFJE en WILD- mofhJk' ROOSJE. Ik kan me met begrijpen, gezicht, zoo koud als staal: dat tweo zulke knappe meisjes de „Riep u mij mijnheer? raadsels zoo moeilijk vonden. JAN 1 Wel potdorie! bruide de majoor, ZONDER VREES. Is liet poesje al bent u niet- mijnheer Van Bergen?... in je bezit-? BOTERLBOEMPJE. Ra u doet- ne'. of u mij niet. kent?-... Wat hebben ze jou thuis weer ver- Ik heb inderdaad niet- de eer... wend. Dat komt eir van als j© eenigst boewei Yan Bergen wel mijn naam popje beul. TRUUSJE B. Hoe- den wedstrijd meedoen. DOORN ROOSJE. tea nu eens goed, wat ik in de verschillende briefjes over den wedstrijd gezegd heb en vertel me dan de volgende weck of jo het nu veel woordje heb je al J ij hebt maar een goede tante. ANNIE G. Helpen de zonnebaden? Tk hoop heb zeer voor je. UDINA. Ik verheug me nu al. op je plantje. Dus dat ontkent u toch niet, luitenaót Vau Bergen, 't Ia mooi, dat moet ik zeggen. O, nu begrijp ik u, weid geant woord U bedoeld den luitenant Van Borgen.... mijn broer, die hier in garnizoen ligt Uw broer? vroeg de majoor, met ongeloovig gezicht 1 Ja, mijnheer! De luitenant Y; Bergen is mijn tweelingbroeder wij gelijken zóóveel op eikaar, dat niemand ons goed uil elkaar kan houden Tweelingbroeder.... TTm Vreemd!... Daar heb ik nooit gehoord, bromde do majoor. Nee, dat ken wel mijnheer I Mijn broer zal u nooit over mij gesproken hebben Wij sympathiseeren niet erg. Ik ben architect en heb nooit veel opgehad met de beroepskeuze van mijn broer, eu dat zit hem wat- dwars, hij is militair pur san^ Ik kom hier- wel eens méér voor za ken, maar ik bezoek hem z-Jden Zoo, hmzei de majoor, die er geen snare van begreep... Werd hij hier nu brutaal beetgenomen, of was die mijnheer werkelijk de tweeling broeder van den luitenant? Nu dan c. dan spijt- het me, dat- ik u heb lastig gevallen... Maar u lijkt dan wel merkwaardig veel op' uw broeder, dat moet ik zeggen, zóó zelfs, dat ieder zich vergissen moet... Enfin, u zuil me dan wel willen ex- cuseere» Mot genoegen, mijnbeer!... Ik kan me de vergissing zeer goed begrij pen, antwoordde Van Bergen, Tegelijkertijd nam hij zijn hoed af en vervolgde zijn weg. Doch niet zoo dra was hij uit liet gezicht verdwe nen, of hij rien een taxi aan en gaf den chauffeur last hem onmiddellijk naar zijn woning te rijden, voorgeven de iets vergeten te hebben, doch in werkelijkheid, om zoo spoedig moge lijk thuis te zijn, daar hij we! be greep, dat de majoor het er niet bij zou laten, maar hem dadelijk zou coutróleer^n, om zich te overtuigen of hij good gezien, of zich werkelijk vergist luid. Luitenant Van Bergen trof het dan ook verduiveld onge lukkig. Vandaag juist dat groote fêest, met optocht eu vuurwerk in de hoofdstad, waar hij zich al zooveel van had voorgesteld, om met zijn ver loofde de dochter van een koopman aldaar, dat feest mee te kunnen maken. Zijn Ellie had er al zoo gerekend en nu had hij voer enkele futiliteiten zooals het in dienst dikwijls gaat, die vier dagen kamerarrest gekregen en op den laatsten dag van dat arrest, zou liet feest in de hoofdstad plaats hebben. Daarom had hij hot gewaagd zijn kamer te verlaten. Hij daclit onge merkt naai' liet station to kunnen gaan, langs een omweg dan, maar juist die omweg had hem voorbij den ontvanger en in het gezicht van den majoor gebracht. Hij had zijn hospita, een oud en vertrouwd, meegaand menscli, in den arm genomen eu gezegd, dat als e." iemand kwam naar hem te informee- ren, zij dan moest zeggen, dat mijn heer ziek was geworden en niemand bij zicli kon dulden. Nu, dat was best goed gegaan dat dorst, hij gerust aan haar over te laten. In de hoofd stad zelf, zou hij natuurlijk in do groote menigte verloren zijn gegaan en het terugkeeren zou 's avonds heel Iaat- geschieden. Zijn hospita vond het dus heel verwonderlijk hem nu al terug te zien, maar iu een oogwenk had hij haar ingelicht en wist rij hoe te handelen. Luitenant Van Bergen trók snel een huisjasje aan, stak zijn voeten in pantoffels en nam toen, met een sta- pel dienstreglementen voor zich, een diepzinnige studiehouding aan voor zijn lessenaar. Niet lang daarna werd er vrij heftig gescheld en zooals gedacht was. kwam ,heb uitde majoor diende rich a ali en vroeg of do luitenant thuis was? Wel zekerlijk, meneer, ant woordde de hospita, de luitenant is nog niet van z'n kamer af geweest... Alsmaar thuis geweest, meneer!.... Meneer zit te stedeeren Zoo, zoozei de majoor en keek de hospita onderzoekend aan. Dient u me dan even aan... Ik wou den luitenant 6preken. Best-ig, meneer, zei de hospita en slofte naar de kamer. Bonjour! groette de majoor, bij het- binnenkomen werkelijk eenigsrins verbaasd Van Bergen hier toch in zeer huiselijk toilet aan te treffen. Hij informeerde kwasi na3r een kwestie betreffende een dieustaauge-" legenheid en toon dit door Van Ber gen was opgehelderdscheen hij toch meer «ekeihoid te willen hebben cm- f trent zijn ontmoeting met den ande ren mijnheer Van Bergen, een kort j oogeublik te voren. Aproposzei hij. Ik kwam, toon toen ik op weg hierheen was, iemand tegen, die sprekend op u geleek. kan dat soms een broer van u zijn? Aha!, dacht Va-: Bergen, na' komt het Ja, majoor, zei hij, dat zal m'n tweelingbroeder zijn geweest, die komt hier wel eens meer voor za ken. Hó!.... Een tweelingbroeder! Daar heeft u nooit iets van ver teld. Nee, majoor, wij sympathiseeren! niet erg, en O.' zei de majoor lakoniek, toen! hij weer hetzelfde hoorde. Mair, vroeg hij spitsvondig, heeft u hier soms ook een portret van dien twee lingbroeder?.... Ik heb zelden zoo'n sprekende gelijkenis gezien. Zeker, majoor! antwoordde de luitenant, terwijl hij opstond om een oud-portret-albuni in een kast op te scharrelenHier heeft u m ij n portret, zei hij, zijn eigen portret in uniform aanwijzende. En toen een an der portret- van hemzelf, dat in poli- tieg genomen wasc gevende, vervólg de hij en dat is mijn broer Kolossaalzei de majoor, de bei de portretten nauwkeurig bekijkende, er is geen verschil in te ontdekken... Leek u als kinderen ook al zoobeel op elkaar 1 Toen was het nog erger, majoor 1 antwoordde de luitenant met effen gezicht. Wij waren gewoonweg niet uit elkaar te houden. Als zuigeling hebben wij de baker voor de moelijk- ete problemen geplaatst, wanneer er gevraagd werd of ..Hansje" of ..Fransje" wat had gedaan. Zij wist nooit recht wie reeds gewaaschen was. „Hansje" of „Fransje". Elk oogeu blik dreigde zij zich te vergissen. Ja, het is nog volstrekt niet buitenge sloten, dat zij zich inderdaad niet vergist heeft. Mijn vader gelooft stel lig, dat- ik mijn broer ben en mijn broer ik. Later, toen wt loopen kon den, kreeg mijn broer een rood en ik een blauw bandje om den linker arm, anders waren wij geregeld zoek. En op school, waar we dezelfde capacitei ten aan den dag legden, eu geregeld in eenzelfde klas bleven, moest Ae on derwijzer ons ver uit elkaar plaatsen, om uit de vergissingen te blijven. Mijn broer zat heel achteraan en ik in de voorste bank en mijnbeer noem de ons Van Bergen vóór en Van Ber gen achter Kolossaal! Kolossaal! riup de majoor in de grootste verwondering, dat is werkelijk iote zeer zeldzaams.. Nooit, zoo iets gehoord... Verbazendl Nu, dan wil ik u groeten Eè- wal ik zeggen wil... Het is vandaag de laatste dag van uw arrest, niet waiu"?- Ja, majoor, knikie de luitenant. Nu, dan lioop ik, da', ik voortaan tot zoo iets uiei meer zal behoeven over te gaan... llci corrigeeren van I officieren vind ik altijd zeer onaan genaam... Enfin u zult dat zelf I begrijpen... Nil allons! Bonjour! I' „Zie zoo!" dacht, luitenant vun Bergen, toen de majoor weer vertrok ken was, „die zal ik vandaag wel niet meer terugmeu. want het zou al to dwaas zijn om nu nog eens in lichtingen te komen vragen over een dienstaangelegonheidJn zooverre heb ik dus geboft, dat ik den majoor ben tegengekomen. Hoe gelukkig, dat ik op dat lumineus© idee kwam om mijn eigen tweelingbroeder 'o rijn". Hola!... Juffrouw Dikker! riep hij naai' zijn lioepita. Laat Mientje dit telegram wegbrengen. Spoedig hoor! ID e» volgenden trein kan ik nog nét halen... Eu luister nou eens goed!. Mocht onverhoopt de niujoor weer terugkomen, wat ik n et geloof, of een ander naar me inforaeeren, dan ben ik riek... ik Kg met schele hoofdjujn te bed, begrepen! Bes tig, meneer! Ik snap tor a'- les van... Meneer het gelijk, hoor!. 'k Wou dat ik ter ok es van kon prof- f©toeren, van zoo'n mooie optocht en vuurwerkik zog maar een mensch ia maar éénmaal jong cn as.. Juist, juffer Dikker, viel dé lui tenant in, om aan dc rêdeüeeriugen vain de hospita een oiude te maken, dus u weet het!... Ik ben riek gewor den... Schele hoofdpijn... Lig te bed... Niemand toelaatbaar! Weer was luitenant Van Bergen op weg naar hot station. Ellie zou in elk geval gerustg< sleld zijn door dat telegram. Nu, voor don optocht zon hij toch 2eker mag niet te laat komen. Dat. was toch de clou van het feest. F-n het vuurwerk zou bijzónder mooi zijn. Ook de verliohtïne in de stad. Zonder bekenden Ie hebben ont moet, arriveerde Van Bergen aan Feuilleton PAULTREN T. i.itoriseerde vertaling). 82) Apropos, Lady Cora heeft .Vanmiddag een visite gebracht, ver volgde Sylvia. Haar oom had haar verteld, -dat u papa's compagnon was geworden en dat scheen haar erg te interesseert'u. Heel veel eer voor me! Maar ik weet eigenlijk niet of ik me wel on der de keunisseu van Lady Cora kan rekenenZij negeerde me gisteren zeer iu 't oog vallend. Mijnheer Stiauó ik vrees dat u al heel weinig vrouwenkonnis beeft, xeide Sylvia met een glimlach, dien John niet begreep. Zij heeft me ook verteld vau dat mooie nichtje, dat•ijegvnwoordig bij .mijnheer tob den woont, -- 't verwondert me, dat u me daar niets van gezegd heeft, viel zo zichzelf in de rede. Ik dacht niet, dut het u zou in- Ik zou graag kennis met haar a. Juffrouw Arnold heeft hier ab soluut geen kennissen en als u zoo vriendelijk zou willen zijn Ik zal haar dadelijk schrijven eu vragen of zij eons bij me komt- lunchen, ze id© Sylvia terstond. Haar vader had geluisterd met ©en uitdrukking op rijn gericht, alsof hem de wending van t gesprek niet recht aanstondhij brak het nu af met de vraag aan John hem naar de biblio theek te vergezellen. Denk je, dat je gekozen wordt voor Mid-Ham vroeg hij plotseling. 't Is heel twijfelachtig, maar ik doe al mijn bost, antwoordde Strand. Sylvia's hart zal breken, zcide Mason schertsend, als je er niet komt. Ik heb haar nooit zoo warm voor iets gezieu voegde hij er ern stiger bij. Ze helpt me ontzaglijkMijn agent verteld© me, dat ze er zoo den slag van heeft, propaganda te ma ken. l>e heer Mason begon nu over de bijzonderheden te spreken van eon fï- nancieele operatie, die hij op touw wilue zetten en liet was al lang mid dernacht, voordat John weg' kon ko men. Je hebt eon zeldzaam seherpon blik op de zaken, zeide Mason, toen zij afscheid namen, i je overtreft mijn verwachtingen en die waren hoog gespannen, dat verzeker ik je. Er was ecu wederrijdsche genegen heid tusscheu de twee -mannen ont staan zij voelden beiden achting en vriendschap voor elkaar. Maar hoe bpenhartig Mason was, toch was er nu en dan iets in zijn wijze van doen, dat John niet begreep. John wandelde van Groevonor Squa re naar huis, want hij voelde behoef te aan beweging en fris&che lucht. Het was stormachtig weer en hij liep ste vig door maar toen hij in de laan kwam, waar - Cobden hem "©vonden had, stond hij even stil. Een man "kwam niet wankelende sohreden op hem toe. Houd je roer recht, zcide John ■waarschuwend want hij dacht, dat dc man dronken was. Maar dat- denk beeld verdween, toen hij het bleeke gezicht eu de lijdende oogen zag. Wat scheelt er nan, vroeg hi; vriendelijk, toen hij de schamele klee diug en liet algemeen voorkomen van ontzaglijke armoede bemerkte. Niels. Ik heb alleen maar hon ger, luidde hei- met zwakke stem ge geven antwoord. De stem klonk zeer beschaafd en Strand keek den man onderzoekend nan. Een eind verder is een koffie- stalletje, Jawel, maar ik heb geen gc'J geen cent meer. Ga dan maar mee. zcide Strand en voor zij eonigc meters hadden afge legd, had hij zijn arm al door dien van zijn metgezel gestoken, want Jhj zag, dut deze zicli nauwelijks op de beeuen kou houden. Het koffieatalletie was weldra be reikt, maar Strand liep door, boewei zijn metgezel stil wilde blijven staan. Zij kwamen aan de Temple en de portier liet ben binnen. Wat gaat u met me doen I vroeg de man. Ik-neem je mee naar mijn ka mers om jo buik eens flink te vullen. Maar vertel me eens waar heb je schoolgelegen Harrow, klonk het flauw en aar zelend. Jolm ging liem voor de trap op en zijn gasi keek nieuwsgierig naar den naam op dri deur, waarvoor ze stonden. Ik ben Joii?» Strand. Koin bin nen. zeide Jolm eu zoodra ze in de kamer waren, schoof bij een leunstoel aau en ging naar 't buffet, maakte een glas whisky én eoda klaar en zet te dat voor den vreemde neer. Ik geloof, dat 't beter is, als ik eerst wat 'eet Ja, dat is waar. Een oogeublik later stond een pan op hot gasoOmfoor in de keuken en drong de geur en 't- geluid van 't bra den van vleescli dc kamer binnen. John dekte vlug de tafel. Daarna zot te hij brood en een gebraden cotctet voor zijn gast neer en keek toe c-r maar slechts een Beconde, want hij had den razenden honger in de oogen van den man gerien eu begrepen dat hij hem alleen ziju maal moest laten doen. Ik kom dadelijk terug; eet- in- tusschen smakelijk. Een kwartier later kwam hij weer binnenallee was verdwenen. Genoeg gehad? Zooveel mijn maag maar bergen kon! Maar bet is me, alsof ik nooit meer genoeg zal eten. Er was wat kleur op ziju gezicht gekomen eu nu keek John verrast op want hij zag, hoe jong zijn gast was niet veel ouder dan twintig ft twee- en-twintig jaar. Wil je rookon? Graag, en hij nam mei bevende vingers een Bigaar uit den koker, dien John hem voorhield. Ik heb de ta bak bijna even zeer gemis; als bet eten. Strand streek een lucifer voor hem af eu stak toen zelf ook een sigaar op. Ik wil me niet in je vertrouwen dringen, maar als je me iets over je zelf vertellen wilt. Hier hield hij op eu er kwam eon glimlach op ziju gericht, die «.iet sprak van medelijden maar van vrien delijkheid en goedheid. Ik heet Philip-Crauaton maar ik kail u geen 'verhaal domi van o:i- yerdienden tegeasjwd. Ik bon oen zwakkeling en dat ik er zoo uitzie, heb ik enkel en alleen, aan mezelf te rijten. Hij keek hierbij naar zijn" kloeren. Ik beu blij, dat je zoo openhar tig bent. Ik beb een goede opvoeding ge had Harrow en Cambridge en dit is nu het resultaat. Neen door den wijn is f niet. zeide Strandvrouwen dunkt tr.e ook niet- eu U heeft gelijk. Hoi is mijn vloek geweest, dat. ik geboren ben zonder eenig besef vau de waarde van 't geld te hebben, ik heb nooit ge weten hoeveel oen sovcrein waard was, totdat, ik er geen meer had. Mijn hemel't Is eenvoudig, dat. ik met mijn geld rechts en links om me heen heb gesmeten niet allecu veer mezelf en ik ben er niet mee op gehouden. voordat er geen cent meer was. En toen. Nuf Toen heb ik een tijdlang van mijn vrienden geleend. En toen be gon ik te beseffen, waar ik heen ging en hoe ver ik al gezonken was. Ik zwoer mezelf te veranderen en pro- boorde te werken. Dit is liet resul taat. Vannacht had ik de grens bo reikt (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1918 | | pagina 9