tgblfi
RJBR1EK VOOR ONZE JEUGD.
Assehepoeiter.
SLitiJTff «V.J 6™ |IU'° i™?ens liepen met <)111I),rt.cke1idI Prrtuf to, dat
De iweeiiagbroetiers
De Vondeling
DERSEBLAB
ZATERDAG 18 Mel 1918
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle ingebonden
door jongens en meiaJee, die „Voor
jprao Jeugd lezen. In- nwrten der
Wndoren, die mij vóór Woensdag
middag 4 uur goede oplossingen zen
den worden in het volgende nummer
bekend gemaakt.)
Iedere maand worden onder de bes-
Ie oplossen? twee boeken ln pracht
band verloot.
1. (Ingez. door Scbapenbloempje
en Keizer Nero.)
Ik ben een vloeistof, keer me ooi en
ik vang schadelijk gedierte.
t. (Ingez. door D. A P. en C. L. J.
dén iHoH*u4er.)
Ik bea een plaats in Overljeel. Mijn
$erste is een gewicht, mijai tweede is
ïen sisklank, mijn derde vindt ge in
Zwitserland
8. (Ingez. door Hondsdraf.)
Mijn geheel ls een spreekwoord van
84 letters *1 6 woorden.
18. 5. 16, 4 is er sohaarsch.
£4, 22, 17 ie een Wemal.
7, 19. 10 vindt mea onder konijnen
én schapen.
20, 23. S is een lichaamsdeel.
15, 8, 18, 21 is eern bewoner van een
Europeasch land.
12, 22, 18, 14, G, 9 is een spel.
1, 11, 12 i6 «en deel van eên huls.
2, 22: 12 is een boom.
4. (Ingez. door Goudhaar.)
Mijn geheel (bestaat uit 10 lettere en
is een si-ad in Friesland.
1. 2, 3, 4 5 is een verscheurend dier.
6, 7 worat 's winters gebruikt.
8, 9, 10 is een boom.
6. (Ingez. door Tortelduifje.)
Mijn eerste komt 's morgens, mijn
tweede in 't voorjaar en mijn geheel
kPmt bij den een op'dit, bij den ander
op dat "gedeelte vun den dag. En bij
sommigen i
mijn naam?
6. Strikvragen:
a. (Ingez. door Bleekneusje.)
!Bij welken meester, zeg dit even,
heeft, nooit een leerling school geble
ken?
b. (Ingez. door Lilliputtertje.)
Welke ketenen rammeien niet?
c. (Ingez. door Goud-Elsje.
Welk lood kan niet gesmolten?
d. Wat zit midden in een pijp?
e. Wat ie klein In Jerusalem en
groot in Samara?
Raadseloplossingen
De laodsel-oplossiugen der vor
Week zijn
1. Zoutkamp.
2 Amoc Anmoö.
K«i el
b e
1
4. Ha ii.
5. Vlinder.
Omdat het bed niet i
Rullrabrlek
WIM SPOOR, Westergracht 21,
vraagt 141 van Vechtipl. en geeft 3
Vecht-, 4 Maizenu-, 2 Weel- of Naar-
dermeerpl. er voor terug
[KRAM MISSET, Lourens COeterstr.
16, vraag c IJsco 4b e eitjes.' Hij geeft er
vreemde postzegels, Bosch en Heide,
He .-fat en Zomer voor terug. Ook
vraagt hij Paddeltje te leen ln ruil
voor Michael Strogoff, De reis naar de
Maan, Schipbreukelingen, Aan land
gespoeld óf Alleen op de wereld.
ROODBORSTJE Spaansche Vaart-
straat 22, vraagt Kwatta-sold. in ruil
voor Yad. Geech., Maïzena of Wapen-
plaatjes.
WILLEM VAN DER LINDEN, V-el-
eerstraat 42, wenscht oorlogscuriosa,
zooals censor-enveloppen, oorlogspeh-
ningen, «orlogspoetoegcls enz. Hij wil
die inruilen voor een jaargang van
het tijdschrift van „Jong Nederland".
Toen er wederom een tilbury met
gas tan kwam aanrollen, trokken de
stadsmeiischen zich terug op eigen
terrein. Ze gevoelden dat nun tegen-
vvoordigheiü iets gedrongens zou ge-, buiten?
ven bij de begroeting. Een kwartiert;*
daarna kwamen bruigom en bruid zó
noodigen dm in hun feestzaal, de
deel, ts verechijben. Een aardige.boe
renfamilie kwam hun eenigszins met
uitgestoken handen tegemoet. Het ijs
was echter spoedig gebroken. Meneer
Van Bergen Interesseerde zich-voor
het graan, mevrouw Lensing verge
leek de boekweitvelden bij de Indische
sawa's en meneer Vreeburg vroeg naar
volgenden keer mag je den gowenseb-
ten schuilnaam onder jo werk zetten.
Als je b.v. de e gehad hebt, kun je
die een volgend maal overslaan.
ALBERT BEHANGEN. Wou jij
graag een Tekenwedstrijd hebben. I)e
lieele wereld is aan liet rekenc-n, laten
we het iu de rubriek nu maar niet
doen. Maar (je krijgt er zeker op
school een mooi cijfer vcor, hè?
JEANNE D'ARC. Je raadsel is goed.
Leuk, dat ie weer meedoet. ZWA
NEBLOEM. Wat heb jij een besten
verjaardag gèliad Git ADA. BEN
NIE en MARIE DE V. Misschien
komen we elkaar met do Pinksterda
gen wel tegen. WILLEM TELL.
Hoe vond moeder je prijs? Ik wensch
je Maandag een lieol gezellig dagje
toe. Gelukkig, dat moedor nog wat te
picniccen lieeft- TIEKIE en
PIENE. Heb je hc-t koffertje al ge
bruikt: GOUDSTERRETJE. Jij
kunt wol een eersten prijs winnen in
het wandelen. KAKEL V en
HERFSTASTER. Hoe is het. nu met
broer Doet de vinger nog voel pijn T
Beterschap hoor! MAARTEN LU
THER. Dat wa« een reuze-brief Me
dunkt je bent iu jo vrijen tijd nu
meer aan het wandelen dan aan het
lezen. Of gaat het boek ook mee naar
Heb jo ook een fiets? Ik
wensch je succes met jo ruil-aauvraag
THEÜDOOR O. 'Met dozen wed
strijd doe jij zeker mee, hèA ABT
O. Is de atlas al in je beaat? ON
RUST. Wat schiet jij al op met den
wedstrijd. Dezelfde woorden met- ver
schillende be teekenissen mogen afzon
derlijk meetellen maar zot aan de be-
teokêiiissen tusschen haakjee, b.v. den
(boom), den (lidwoord) enz. PINK
STERBLOEMPJE en GOUDMU1L-
IWiM s. Ik dacht housen, dat je me
vergeten was. Gelukkig, dat hei. niet
zoo was. Red, redden, eend, eenden,
j egel. egels, roe, roede zijn allemaal
goed.' Mag ik ook niet eens komen
eten bij tante in Spaaruwoudc
BETSIE S. Ik ben maar wat blij dat
Jij ook weer voor den d?.g ben', ge-
loinen WATERLELIE en BEL
LEFLEUR. Als do courant weer weg
is, haal bij mij dan maar een ander,
lloo ia het mei zus? ls de arm ge
kneusd? Natuurlijk mogeu julli© ook
met d©n wedstrijd meedoen. -- JU
LIUS CESAR. Jo raadsel is goed. Ik
lieb er hartelijk om gelachen. -
TRUITJE G. Hot doet me genoe
gen, dat de prijs naar je jan is.
VIOOLTJE. Vertel het me eens stil
letjes hoeveel woorden heb je al
JU MA SHETAR mag zijn schuil
naam houden. HAN K. Voor 15
Juui moot. je werk klaar zijn. Je mag
beet. een woordenboek gebruiken.
Schrijf j© Engolschen brief maar, ais
je wat gevorderd bont want dat valt
niet mee. JAN R. Is het konijntje
al gearriveerd? Plunder je boompjes
maar niet. Ik hol) me suf zitten den
ken op H. N. H. N. E. maar kan het
niet ontcijferen. Help me eens Op
dreef. TMMTT'ï K. Was je op tijd
thuis? D. A. P, en C. L. J. DEN
H. Hoeft Dirkje al gezwommen en is
Corrie weer heelemaal beter F. F.
G. Hoe gaat hel met je colporieur-
sciiap i BLONDJE. Je mag je wed
strijd-werk onderteekenen met- je
eigen naam of met je schuilnaam, zoo-
als j© zelf wilt. Raden en geraden
zijn beide goed. Natuurlijk mag zus
meedoen met den wedstrijd. \VIL-
LBMIENTJE S. Je hebt al l'liuk
wat woorden. Hoe is. het met zus en
broei'? Je briefje was nog op tijd.
Mevr. BLOMBERG—ZEEMAN.
Bloemhofstraat 5.
Haarlem, 18 Mei 1918.
„..„„li. J» «CMj jf" «Jig j dm veestapel. De kinderen hielpen j jullie" brief de vorige mek
sommigen in t geheel niet. Hoe is etaiie.© krakelingen, de meisjes Pre-wedstriid naar ie rials fP?R
mtln naam? 1 fiAnVeemtee Ikonilte JmPfie F.,. We in o 'yvi u.iai jezi'I. is.
senteerden kopjes koffie. En kleine
Nel zul op echoot bij Needtje-buur, die
uit haar grooten. wijden zak ettelijke
goudgele pruimen to voorschijn
haalde.
Toen de inwendige menscli versterkt
was, gaven de pensiongastjes elkaar
een wenk 't Werd tijd. dat men zich
ging aankleeden. De drie heeren Im
proviseerden in dien tijd een toonee!-
t-je. Planken waren er ruim in voor
raad. Van kleine plankjes werd een
trapje gemaakt, dal in een klein por
taaltje uitkwam, 't geen nu dienst kon
doen bij wijze van coulissen. Een uit
roep van verwondering werd gehoord,
toen de meisjes ten tooneele versche
nen. Was dat To? En die met die
lange rekken, Ljen? Mensen, monscli,
hoe hadden ze het verzonnenEn toen
ze allemaal naar heb feest gingen en goed. LORD LISTER. Vil is goed.
Asschepoes alleen in de keuken erwten ook vilde, vilder, vilden on vilders!
moest lezen, begon die goede vrouw Dat valt mee is 't niet? WATER-
Bolters heuschelijk te schreien. Maar i JUFFER. Jo schreef me een gezelli-
de bruigom suste zijn bruidje mei een: J gen brief. Hoe is liet met je gymnas-
,,'t Is maar een apullegien, wiefke. tiek-ouderwijzerAJ woon je vér weg,
t is maar kemedie." Haar zakdoek pretjes schijnen je deur* toch niet
werd ecbtei pas opgeborgen, toen j voorbij k- gaan. Als jullie bootjes al-
peïemoei Assctiapoes omtooverdc »n tijd €eil pr;JS winnen, dau mag jij ook
een pracht-priMw. met achterblijven.
Lien Vreeburg had Tootje van Ber-raadsc)s
zijn goe<ï.
■gP|pieiOTipipeipp*ipipe
MANIA. Wie de meeste woorden
goed heeft, krijgt natuurlijk den lsteu
prijs. Was jij het maar, lie?GEL-
DROPJE. Al'heb je nog zoo weinig
raadsels, stuur- ze toch maar. AJle
beetjes helpen. En als de courant
weer eens weg is, kom bij mij dan
maar om een andere. PAL-JAS.
Namen van plaatsen, bergen en rivie
ren mogen gobrpikt- worden. JO en
TEUN R. Gaan jullie met de Pink
sterdagen nog uaar A msterdam
CHRISTLAAN DE WET. Vorder je
al met den wedstrijd? SYLVj
mag haar schuilnaam houden, evenals
SNEEUWKLOKJE. ROODKAP
JE. J© raadsels zijn goed. Was die
tante jarig die zoo mooi dichten kan
EEUW WIT J EJe raadsel ie
DA
ons 1 e-n aLl'tlp* "«a..e«.looMn O. tOtüNatooHij'k'Vu^' brocr meedoen met
een, „„ar die vrouw Bollenf te tijken, I d -eedltrijd. MADEUÏ
die MKWUI up haar renuntn hiul t 'riladsei )mwtal
Jo. Jiad-, wonder boven wonder, niet
doOr SlMON MOS.
gelachen, 't wae (maar goed. dal
niets behoefde* to zoggen, want, haar
gedachten gingen voor een wijl ver,
hem bijt. d. met-gaten. e. net zoo lani
als hij hoog is. f. drie te een getal,
g. omdat hij achter geen oogen heeft-.
Goede oplossingen ontvangen van
Lelie 6 Blondje 6, Zilverschoon 6, F. j ver weg. Ze zag een andere feestzaal,
F. Gehl 6. I) A. P. en C. L. J. den 2e huorde anucru iecslgmooten en ze
Hollander C, Blody Fok 6, Piot Hein dacht aan freule Van Biankeuheim,
5, Prins Maurils 5, Kwade Wouter 6, die Noor een Asschopoes genoemd
Wiawrtïe Ko'rnmann 6, iHeggewïnde 6, j had. 'tl-eek zoo lang geleden, en tocli
Juweeltje M H. Koelen 5 Amster- was er nog een bittere nasmaak ach-
danrnieitje 5 Julius Cesar 5, 0!d Shat- j tergebievcn.
terhar.d Kabouter 5, Anemoon 6.
Mosroosje 6, Viooltje 6, Truitje Goud
6, Kruidnoot 5 Rudolf Osch.itz 6, Dik
Trom 6, J. C. de Haan 6, Duinroosje
6, Johan Meeuwig C, Betsie Spoor 6,
wiim Spoor 6. Udina 5. Annie Go-
vaerts 0. Truusje Bakker 4, Boter
bloempje 5, Jan zonder Vrees 4, Elifje
6, Wiidroog.,1 6, Lelietje van Dalen 0,
Op i kantje af 6, Jasmijn 5, Krekeltje
5, Waternimf 4. iBoschfee 4, Ohl Death
4, Goudhaar 5, Blauwborstje Rood
borstje 6. Roza fluweeltje 6.'Dora en
Jopie Fabel 6, Theeroos 5, Klimop 5,
Doornroosje 5, Madeliefje 5. Dandelion
5, Americaïn Boy 5, Da Costa 6, Water
juffer 6, Lord Lieter 5, Sneeuwwitje
4, Roodkapje 4, Betsy v. d. Loos C,
Betsy Witkamp G. Christiana de Wet
6, Jo cn Teun Reimerink 6, Room
hoorn tje C. E. van Essen 4, Paljas b.
Conducteur 5. Geldropjo 6. Gemiania
6, Pinksterblocmpje 4, Goudimuiltje 4,
Onrust 6, Tik 6"7 Fauna G, Aart Over-
mser 6, Theo Overmeer C, Joost v. cl.
Vondel 4, Harmen de Vries C, De twee
ling 6, Kare; V 6, Herfsta^tcr 6, Vrede
6, Goudsterretje 6, Tiokie 6. Piene 6,
Philipp^i 6, WKlem Toil 5, Grada,
Benn;e en Marie de Vries 6, Zwane
bloem 6, Prctkboon 6, A. Beilingen 6,
Jeanne d'Arc 6. Hortensia 6, Spirea G.
Klaproos 6. Duinluat 5, Zondagskind
5, WiJiemientje en Tannetje Schut
ter 5.
(Wordt vervolgd.)
Brievenbus
(Blieven aan do Redactie van de
Kiuder-Afdeoling moeten gezonden
worden aan Mevrouw BLOMBERG
ZEEMAN, Bloemhofstraat 5.
In de bus gooien, zonder aan
schellen
Nieuwelingen z ij nCOR
RIE ASCHERMAN, Westergracht
97 z., oud 7 jaar. CO eu JAls
SLUITER, oud 12 en 8 jaar, Eiken
laan 3, Aerdenhout. BETSY WIT
KAMP. oud 12 jaar. Gasthuisstraat
9. BETSY v. d. LOOS, oud 13
jaar. Gasthuisetraat 3. NETTA
W'LLLEMSE, oud 11 jaar, Zuid Pol
derstraat 85. DUIN LUST. Geluk
kig hè dat alles in huis weer schoon
en knap is. Alle schuilnameu zijn bij
mij veilig, dus dat aardige Krekeltje
ook. Had je me maar, denkt liij als
hij dit leest. ZONDAGSKIND.
Zijn jullie heen en terug wezen loo-
pen naar Umuiden? Dat deed ik je
niet na, HORTENSIA en SPI
REA. Namen van plaatsen, rivieren
en diereu mogen ook gebruikt wor
den. Geen achternamen van personen
dat is niet te controleeren. Ik hoop
voor ons allen, dat we mooie zomer-
eche Pinksterdagen krijgen. COR
RIE A, Je schrijft al wat netjes. Den
Neem me niet kwalijk, zei de
majoor Zwaardman, tegen den ont
vanger, hij wicii hij op het kantoor
was voor een belastingreclame, toen
hij toevallig naar buiten ziende,
iemand zag passeeren, die hein bekend
voorkwam, ik kom dan nog wel
eens terug, want daar gaat iemand,
dien ik noodzakelijk spreken moet.
zoolang dan, adieu
In een oogwenk was de majoor op
straat en haastte zich dien persoon ie
achterhalen, in wien hij, zoo juist als
het vandaag Woensdag was, den lui-
tenant- Van Bergen meende te her
kennen; Van Bergen, dien hij pas
had moeten straffen, met vier dagen
kamerarrest, waarvan er slechte drie
om waren, naar hij zeker wist. Het
zou dus al verbazend brutaal zijn,
wanneer de luitenant het zou hebben
durven wagen zich nu al op straat te
begeven en nog wel in burgerkleeding,
om minder in de galen te loopen. na
tuurlijk. En hij verhaastte zijn tred
nog iets, want de luitenant, liep blijk-
baar ook vrij snel en bij had al een
DANDELION. - geduchten voorsprong.
Klikklakkend on rinkelend sloegen
de sabel en de sporen van den ma
joor op het asphalt door den Bnellen
pas, doch hij won op den vervolgde;
hij haalde hem blijkbaar in, en toen
de luitenant op het punt stond den
volgende weck of je het: nu snapt. h°ók eener straat om te slaan, riep
THEEROOS en KLIMOP. Dat de majoor met stentorstem
boodschappenmeisje van jullie zou ik j „Mijnheer Van Bergen!"
den dienst, maar opzeggen. Je raad- Het- was 't ongeluk van luitenant
f™,1?1!'™, DOHA en v»n BcrBen (want hij icaf het wel de-
JOHt 1- lAe toerende «it, »ns lljt) dat wj d onto,
zeker heel muzikaal aangelegd. Ge- Vj 4 J 1
loeven jullie dat ook niot f -BLOND- J1? er °P v«rdacfat geweest, dan
JE. Jouw boodschappenlooper is ook h&d ^1 ««der omm'n k,UUHt'11 bl,P
geen Pietje Secuur, ieder kind. dal J Xen doorIooPc» dan had hij al-
per maand meer dan de helft der I licht gelegenhend geliad, door zich nog
raadsels goed heeft mag moeloten. sneller te verplaatsen, om plots in een
RO/iA FLU VV EELT JE. Je raad- j zijstraat te verdwijnen. Doch het
Bel is goed. Zet maar een borstplaten- was p. laat en toen hij omkeek en den
winkel op, dan kom ik bij Jf koopen. majoor bemerkte, begreep hij. dat
FoR^K^ieriS'ia
OLD DEATH. Er is ai een Win-
netou Dus dien naam kun je niet i Maar de nood maakt vindingrijk en
meer'krijgen. KREKELToE. Nog subiet kreeg Van Bergen een inge-
we! gerebelleerd met jo verjaardag, i ving, die hem in een ondeelbaar
Was het een fijn dagjeEu heb je ae 1 oogeublik te binnen schoot, waarvan
foto al? Staat zus c-r ook op? Lu- I hij onmiddellijk de portee snapte,
BELLA. Jo mag dezen schuilnaam j waardoor hij- in staat gesteld werd de
houden. Ik wensch je een «malie te redden.
£e?xTfe°?.^?dv00.rt- 1 Nadat hij was blijven staan, vroeg
KANTJE Al'. Ja zeker, veer is een J 1
goed woord. - ELFJE en WILD- mofhJk'
ROOSJE. Ik kan me met begrijpen, gezicht, zoo koud als staal:
dat tweo zulke knappe meisjes de „Riep u mij mijnheer?
raadsels zoo moeilijk vonden. JAN 1 Wel potdorie! bruide de majoor,
ZONDER VREES. Is liet poesje al bent u niet- mijnheer Van Bergen?...
in je bezit-? BOTERLBOEMPJE. Ra u doet- ne'. of u mij niet. kent?-...
Wat hebben ze jou thuis weer ver- Ik heb inderdaad niet- de eer...
wend. Dat komt eir van als j© eenigst boewei Yan Bergen wel mijn naam
popje beul. TRUUSJE B. Hoe-
den wedstrijd meedoen. DOORN
ROOSJE. tea nu eens goed, wat ik
in de verschillende briefjes over den
wedstrijd gezegd heb en vertel me dan
de volgende weck of jo het nu
veel woordje heb je al J ij hebt maar
een goede tante.
ANNIE G. Helpen de zonnebaden?
Tk hoop heb zeer voor je. UDINA.
Ik verheug me nu al. op je plantje.
Dus dat ontkent u toch niet,
luitenaót Vau Bergen, 't Ia mooi, dat
moet ik zeggen.
O, nu begrijp ik u, weid geant
woord U bedoeld den luitenant
Van Borgen.... mijn broer, die hier
in garnizoen ligt
Uw broer? vroeg de majoor,
met ongeloovig gezicht
1 Ja, mijnheer! De luitenant Y;
Bergen is mijn tweelingbroeder
wij gelijken zóóveel op eikaar, dat
niemand ons goed uil elkaar kan
houden
Tweelingbroeder.... TTm
Vreemd!... Daar heb ik nooit
gehoord, bromde do majoor.
Nee, dat ken wel mijnheer I Mijn
broer zal u nooit over mij gesproken
hebben Wij sympathiseeren niet
erg. Ik ben architect en heb nooit
veel opgehad met de beroepskeuze
van mijn broer, eu dat zit hem
wat- dwars, hij is militair pur san^
Ik kom hier- wel eens méér voor za
ken, maar ik bezoek hem z-Jden
Zoo, hmzei de majoor, die er
geen snare van begreep... Werd hij
hier nu brutaal beetgenomen, of was
die mijnheer werkelijk de tweeling
broeder van den luitenant?
Nu dan c. dan spijt- het me,
dat- ik u heb lastig gevallen... Maar
u lijkt dan wel merkwaardig veel op'
uw broeder, dat moet ik zeggen, zóó
zelfs, dat ieder zich vergissen moet...
Enfin, u zuil me dan wel willen ex-
cuseere»
Mot genoegen, mijnbeer!... Ik
kan me de vergissing zeer goed begrij
pen, antwoordde Van Bergen,
Tegelijkertijd nam hij zijn hoed af
en vervolgde zijn weg. Doch niet zoo
dra was hij uit liet gezicht verdwe
nen, of hij rien een taxi aan en gaf
den chauffeur last hem onmiddellijk
naar zijn woning te rijden, voorgeven
de iets vergeten te hebben, doch in
werkelijkheid, om zoo spoedig moge
lijk thuis te zijn, daar hij we! be
greep, dat de majoor het er niet bij
zou laten, maar hem dadelijk zou
coutróleer^n, om zich te overtuigen
of hij good gezien, of zich werkelijk
vergist luid. Luitenant Van Bergen
trof het dan ook verduiveld onge
lukkig. Vandaag juist dat groote
fêest, met optocht eu vuurwerk in de
hoofdstad, waar hij zich al zooveel
van had voorgesteld, om met zijn ver
loofde de dochter van een koopman
aldaar, dat feest mee te kunnen
maken. Zijn Ellie had er al zoo
gerekend en nu had
hij voer enkele futiliteiten
zooals het in dienst dikwijls gaat, die
vier dagen kamerarrest gekregen en
op den laatsten dag van dat arrest,
zou liet feest in de hoofdstad plaats
hebben.
Daarom had hij hot gewaagd zijn
kamer te verlaten. Hij daclit onge
merkt naai' liet station to kunnen
gaan, langs een omweg dan, maar
juist die omweg had hem voorbij den
ontvanger en in het gezicht van den
majoor gebracht.
Hij had zijn hospita, een oud en
vertrouwd, meegaand menscli, in den
arm genomen eu gezegd, dat als e."
iemand kwam naar hem te informee-
ren, zij dan moest zeggen, dat mijn
heer ziek was geworden en niemand
bij zicli kon dulden. Nu, dat was
best goed gegaan dat dorst, hij gerust
aan haar over te laten. In de hoofd
stad zelf, zou hij natuurlijk in do
groote menigte verloren zijn gegaan
en het terugkeeren zou 's avonds heel
Iaat- geschieden. Zijn hospita vond het
dus heel verwonderlijk hem nu al
terug te zien, maar iu een oogwenk
had hij haar ingelicht en wist rij hoe
te handelen.
Luitenant Van Bergen trók snel
een huisjasje aan, stak zijn voeten in
pantoffels en nam toen, met een sta-
pel dienstreglementen voor zich, een
diepzinnige studiehouding aan voor
zijn lessenaar.
Niet lang daarna werd er vrij heftig
gescheld en zooals gedacht was. kwam
,heb uitde majoor diende rich a ali
en vroeg of do luitenant thuis was?
Wel zekerlijk, meneer, ant
woordde de hospita, de luitenant is
nog niet van z'n kamer af geweest...
Alsmaar thuis geweest, meneer!....
Meneer zit te stedeeren
Zoo, zoozei de majoor en
keek de hospita onderzoekend aan.
Dient u me dan even aan... Ik wou
den luitenant 6preken.
Best-ig, meneer, zei de hospita
en slofte naar de kamer.
Bonjour! groette de majoor, bij
het- binnenkomen werkelijk eenigsrins
verbaasd Van Bergen hier toch in
zeer huiselijk toilet aan te treffen.
Hij informeerde kwasi na3r een
kwestie betreffende een dieustaauge-"
legenheid en toon dit door Van Ber
gen was opgehelderdscheen hij toch
meer «ekeihoid te willen hebben cm-
f trent zijn ontmoeting met den ande
ren mijnheer Van Bergen, een kort
j oogeublik te voren.
Aproposzei hij. Ik kwam, toon
toen ik op weg hierheen was, iemand
tegen, die sprekend op u geleek.
kan dat soms een broer van u zijn?
Aha!, dacht Va-: Bergen, na'
komt het
Ja, majoor, zei hij, dat zal m'n
tweelingbroeder zijn geweest, die
komt hier wel eens meer voor za
ken.
Hó!.... Een tweelingbroeder!
Daar heeft u nooit iets van ver
teld.
Nee, majoor, wij sympathiseeren!
niet erg, en
O.' zei de majoor lakoniek, toen!
hij weer hetzelfde hoorde. Mair,
vroeg hij spitsvondig, heeft u hier
soms ook een portret van dien twee
lingbroeder?.... Ik heb zelden zoo'n
sprekende gelijkenis gezien.
Zeker, majoor! antwoordde de
luitenant, terwijl hij opstond om een
oud-portret-albuni in een kast op te
scharrelenHier heeft u m ij n
portret, zei hij, zijn eigen portret in
uniform aanwijzende. En toen een an
der portret- van hemzelf, dat in poli-
tieg genomen wasc gevende, vervólg
de hij en dat is mijn broer
Kolossaalzei de majoor, de bei
de portretten nauwkeurig bekijkende,
er is geen verschil in te ontdekken...
Leek u als kinderen ook al zoobeel op
elkaar 1
Toen was het nog erger, majoor 1
antwoordde de luitenant met effen
gezicht. Wij waren gewoonweg niet
uit elkaar te houden. Als zuigeling
hebben wij de baker voor de moelijk-
ete problemen geplaatst, wanneer er
gevraagd werd of ..Hansje" of
..Fransje" wat had gedaan. Zij wist
nooit recht wie reeds gewaaschen was.
„Hansje" of „Fransje". Elk oogeu
blik dreigde zij zich te vergissen. Ja,
het is nog volstrekt niet buitenge
sloten, dat zij zich inderdaad niet
vergist heeft. Mijn vader gelooft stel
lig, dat- ik mijn broer ben en mijn
broer ik. Later, toen wt loopen kon
den, kreeg mijn broer een rood en ik
een blauw bandje om den linker arm,
anders waren wij geregeld zoek. En
op school, waar we dezelfde capacitei
ten aan den dag legden, eu geregeld in
eenzelfde klas bleven, moest Ae on
derwijzer ons ver uit elkaar plaatsen,
om uit de vergissingen te blijven.
Mijn broer zat heel achteraan en ik
in de voorste bank en mijnbeer noem
de ons Van Bergen vóór en Van Ber
gen achter
Kolossaal! Kolossaal! riup de
majoor in de grootste verwondering,
dat is werkelijk iote zeer zeldzaams..
Nooit, zoo iets gehoord... Verbazendl
Nu, dan wil ik u groeten Eè-
wal ik zeggen wil... Het is vandaag
de laatste dag van uw arrest, niet
waiu"?-
Ja, majoor, knikie de luitenant.
Nu, dan lioop ik, da', ik voortaan
tot zoo iets uiei meer zal behoeven
over te gaan... llci corrigeeren van
I officieren vind ik altijd zeer onaan
genaam... Enfin u zult dat zelf
I begrijpen... Nil allons! Bonjour!
I' „Zie zoo!" dacht, luitenant vun
Bergen, toen de majoor weer vertrok
ken was, „die zal ik vandaag wel
niet meer terugmeu. want het zou
al to dwaas zijn om nu nog eens in
lichtingen te komen vragen over een
dienstaangelegonheidJn zooverre
heb ik dus geboft, dat ik den majoor
ben tegengekomen. Hoe gelukkig,
dat ik op dat lumineus© idee kwam
om mijn eigen tweelingbroeder 'o
rijn".
Hola!... Juffrouw Dikker! riep
hij naai' zijn lioepita. Laat Mientje
dit telegram wegbrengen. Spoedig
hoor! ID e» volgenden trein kan ik
nog nét halen... Eu luister nou eens
goed!. Mocht onverhoopt de niujoor
weer terugkomen, wat ik n et geloof,
of een ander naar me inforaeeren,
dan ben ik riek... ik Kg met schele
hoofdjujn te bed, begrepen!
Bes tig, meneer! Ik snap tor a'-
les van... Meneer het gelijk, hoor!.
'k Wou dat ik ter ok es van kon prof-
f©toeren, van zoo'n mooie optocht
en vuurwerkik zog maar een
mensch ia maar éénmaal jong cn
as..
Juist, juffer Dikker, viel dé lui
tenant in, om aan dc rêdeüeeriugen
vain de hospita een oiude te maken,
dus u weet het!... Ik ben riek gewor
den... Schele hoofdpijn... Lig te bed...
Niemand toelaatbaar!
Weer was luitenant Van Bergen
op weg naar hot station.
Ellie zou in elk geval gerustg< sleld
zijn door dat telegram.
Nu, voor don optocht zon hij toch
2eker mag niet te laat komen. Dat.
was toch de clou van het feest. F-n
het vuurwerk zou bijzónder mooi
zijn. Ook de verliohtïne in de stad.
Zonder bekenden Ie hebben ont
moet, arriveerde Van Bergen aan
Feuilleton
PAULTREN T.
i.itoriseerde vertaling).
82)
Apropos, Lady Cora heeft
.Vanmiddag een visite gebracht, ver
volgde Sylvia. Haar oom had haar
verteld, -dat u papa's compagnon was
geworden en dat scheen haar erg te
interesseert'u.
Heel veel eer voor me! Maar ik
weet eigenlijk niet of ik me wel on
der de keunisseu van Lady Cora kan
rekenenZij negeerde me gisteren
zeer iu 't oog vallend.
Mijnheer Stiauó ik vrees dat u
al heel weinig vrouwenkonnis beeft,
xeide Sylvia met een glimlach, dien
John niet begreep. Zij heeft me
ook verteld vau dat mooie nichtje,
dat•ijegvnwoordig bij .mijnheer tob
den woont, -- 't verwondert me, dat
u me daar niets van gezegd heeft,
viel zo zichzelf in de rede.
Ik dacht niet, dut het u zou in-
Ik zou graag kennis met haar
a.
Juffrouw Arnold heeft hier ab
soluut geen kennissen en als u zoo
vriendelijk zou willen zijn
Ik zal haar dadelijk schrijven
eu vragen of zij eons bij me komt-
lunchen, ze id© Sylvia terstond.
Haar vader had geluisterd met ©en
uitdrukking op rijn gericht, alsof hem
de wending van t gesprek niet recht
aanstondhij brak het nu af met de
vraag aan John hem naar de biblio
theek te vergezellen.
Denk je, dat je gekozen wordt
voor Mid-Ham vroeg hij plotseling.
't Is heel twijfelachtig, maar ik
doe al mijn bost, antwoordde Strand.
Sylvia's hart zal breken, zcide
Mason schertsend, als je er niet
komt. Ik heb haar nooit zoo warm
voor iets gezieu voegde hij er ern
stiger bij.
Ze helpt me ontzaglijkMijn
agent verteld© me, dat ze er zoo den
slag van heeft, propaganda te ma
ken.
l>e heer Mason begon nu over de
bijzonderheden te spreken van eon fï-
nancieele operatie, die hij op touw
wilue zetten en liet was al lang mid
dernacht, voordat John weg' kon ko
men.
Je hebt eon zeldzaam seherpon
blik op de zaken, zeide Mason, toen
zij afscheid namen, i je overtreft
mijn verwachtingen en die waren
hoog gespannen, dat verzeker ik je.
Er was ecu wederrijdsche genegen
heid tusscheu de twee -mannen ont
staan zij voelden beiden achting en
vriendschap voor elkaar. Maar hoe
bpenhartig Mason was, toch was er
nu en dan iets in zijn wijze van doen,
dat John niet begreep.
John wandelde van Groevonor Squa
re naar huis, want hij voelde behoef
te aan beweging en fris&che lucht. Het
was stormachtig weer en hij liep ste
vig door maar toen hij in de laan
kwam, waar - Cobden hem "©vonden
had, stond hij even stil. Een man
"kwam niet wankelende sohreden op
hem toe.
Houd je roer recht, zcide John
■waarschuwend want hij dacht, dat dc
man dronken was. Maar dat- denk
beeld verdween, toen hij het bleeke
gezicht eu de lijdende oogen zag.
Wat scheelt er nan, vroeg hi;
vriendelijk, toen hij de schamele klee
diug en liet algemeen voorkomen van
ontzaglijke armoede bemerkte.
Niels. Ik heb alleen maar hon
ger, luidde hei- met zwakke stem ge
geven antwoord. De stem klonk zeer
beschaafd en Strand keek den man
onderzoekend nan.
Een eind verder is een koffie-
stalletje,
Jawel, maar ik heb geen gc'J
geen cent meer.
Ga dan maar mee. zcide Strand
en voor zij eonigc meters hadden afge
legd, had hij zijn arm al door dien
van zijn metgezel gestoken, want Jhj
zag, dut deze zicli nauwelijks op de
beeuen kou houden.
Het koffieatalletie was weldra be
reikt, maar Strand liep door, boewei
zijn metgezel stil wilde blijven staan.
Zij kwamen aan de Temple en de
portier liet ben binnen.
Wat gaat u met me doen I vroeg
de man.
Ik-neem je mee naar mijn ka
mers om jo buik eens flink te vullen.
Maar vertel me eens waar heb je
schoolgelegen
Harrow, klonk het flauw en aar
zelend.
Jolm ging liem voor de trap op en
zijn gasi keek nieuwsgierig naar den
naam op dri deur, waarvoor ze
stonden.
Ik ben Joii?» Strand. Koin bin
nen. zeide Jolm eu zoodra ze in de
kamer waren, schoof bij een leunstoel
aau en ging naar 't buffet, maakte
een glas whisky én eoda klaar en zet
te dat voor den vreemde neer.
Ik geloof, dat 't beter is, als ik
eerst wat 'eet
Ja, dat is waar.
Een oogeublik later stond een pan
op hot gasoOmfoor in de keuken en
drong de geur en 't- geluid van 't bra
den van vleescli dc kamer binnen.
John dekte vlug de tafel. Daarna zot
te hij brood en een gebraden cotctet
voor zijn gast neer en keek toe c-r
maar slechts een Beconde, want hij
had den razenden honger in de oogen
van den man gerien eu begrepen dat
hij hem alleen ziju maal moest laten
doen.
Ik kom dadelijk terug; eet- in-
tusschen smakelijk.
Een kwartier later kwam hij weer
binnenallee was verdwenen.
Genoeg gehad?
Zooveel mijn maag maar bergen
kon! Maar bet is me, alsof ik nooit
meer genoeg zal eten.
Er was wat kleur op ziju gezicht
gekomen eu nu keek John verrast op
want hij zag, hoe jong zijn gast was
niet veel ouder dan twintig ft twee-
en-twintig jaar.
Wil je rookon?
Graag, en hij nam mei bevende
vingers een Bigaar uit den koker, dien
John hem voorhield. Ik heb de ta
bak bijna even zeer gemis; als bet
eten.
Strand streek een lucifer voor hem
af eu stak toen zelf ook een sigaar op.
Ik wil me niet in je vertrouwen
dringen, maar als je me iets over je
zelf vertellen wilt.
Hier hield hij op eu er kwam eon
glimlach op ziju gericht, die «.iet
sprak van medelijden maar van vrien
delijkheid en goedheid.
Ik heet Philip-Crauaton maar
ik kail u geen 'verhaal domi van o:i-
yerdienden tegeasjwd. Ik bon oen
zwakkeling en dat ik er zoo uitzie,
heb ik enkel en alleen, aan mezelf te
rijten. Hij keek hierbij naar zijn"
kloeren.
Ik beu blij, dat je zoo openhar
tig bent.
Ik beb een goede opvoeding ge
had Harrow en Cambridge en
dit is nu het resultaat.
Neen door den wijn is f niet.
zeide Strandvrouwen dunkt tr.e
ook niet- eu
U heeft gelijk. Hoi is mijn
vloek geweest, dat. ik geboren ben
zonder eenig besef vau de waarde van
't geld te hebben, ik heb nooit ge
weten hoeveel oen sovcrein waard
was, totdat, ik er geen meer had.
Mijn hemel't Is eenvoudig, dat. ik
met mijn geld rechts en links om me
heen heb gesmeten niet allecu veer
mezelf en ik ben er niet mee op
gehouden. voordat er geen cent meer
was. En toen.
Nuf
Toen heb ik een tijdlang van
mijn vrienden geleend. En toen be
gon ik te beseffen, waar ik heen ging
en hoe ver ik al gezonken was. Ik
zwoer mezelf te veranderen en pro-
boorde te werken. Dit is liet resul
taat. Vannacht had ik de grens bo
reikt
(Wordt vervolgd)