HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
De Ooriog.
lATERDAQ 27 JULI 1918 - TWEEDE BLAD
No. 2498
Overzicht.
Wanneer de Duitschers een neder- ia tegenover het Amerikaausche: de
laag lijden, houdt hel persbureau Duitscuer kan niet leer en, zien niet-
Woiff zich aanvankelijk van den Duitscne begrippen voor le stellen,
domme. Het maakt wel melding van
de gedane aanvallen, maar borduurt i Wij leven snel. Hoe steekt de op-
er zoo'n mooien staart aan, dat de merking van uen Duitschen Kijkskan-
menschen tliuis niet anders kunnen selier on 1-Iertling nu af tegen de
denken of het onoverwinnelijke leger Duitscho nederlaag in Noorü-r runk-
heeft den vijand tocii maar weer met rijk. Hij sprat van BeJgie als van
bebloede koppen doen afdeinzen en een vuistpand, dat Dunsehlanu to
de positie behouden. zijner liju, uat wil dus zeggen bij de
Loopt zoo'n aanval spoedig dood, vreuescoiuerentie, zal laten geiuen.
dan kan dat wel. Maar duurt die wat Maar daarvoor moet men m ue eer
langer, wordt hij met succes doorge- ste plaats een pand stevig in de
zet, dan moet langzamerhand de vuist hebben en na den slag aan de
waarlieid wordeü meegedeeld. De bla- Marne is die sievigiieul niet grooter
den der Entente worden in Duitscli- geworden.
land. noch gelezen, noch geloofd, die Het vuistpand moest dienen om
leveren dus geen gevaar op, maar de waarborgen te krijgen, dat BCigie
correspondentie van de mannen aan een oorlog niet meer het opinarsch-
•t front kan niet zoo worden gecen- gebied zou zijn. Maar tegen wie ver-
Sureerd, of de waarlieid wordt toch langde dé kanselier die waarborgen?
bekend. En zoo hebben we dan deze Niet tegen de Duitschers, want
week ook weer gezien, hoe allengs de die-spruit was zelf een Duitscher. Te-
Duilsche bladen bericht gegeven neb- geil jingelscnen en E rans enen der
ben van den tegenslag, zij het dan nalve. Maar de legende dat Fransche
ook omwonden met allerlei troosten- officieren, vermomd, per auto in Hel
de verzekeringen: de schitterende ël,. zouden zijn gekomen voordat de
toestand aan het front kon dezen te- vijandelijkheuen waren geopend, uoor
genspoed zeer wel lijden, de verlie- V011 Eminich bij zijn inval in Visé
zen van de aanvallers waren ontzag verspreid, liet verJiaal over een ver-
lijk groot on zoo meer, van die ver- bond met Engeland, voor den oorlog
zekeringen, waarvan ik den Duit- en dat andere over levering van am-
i niet ken, maar die in *-
waar ik hen heb zien schieten op on-j
schadelijke burgers, belet ons voor al I
toos, eenige relatie te hebben met 11
of met eenigen anderen Duitscher,
wie hij persoonlijk ook zijn moge. ik
verzoek u dus, mijnheer, u te bepalen
tot de kamer, die wij slecnts gedwon
gen en tegen onzen zin tot uwe be
schikking stellen".
Dat is taai, zooals de droeve pro
fessoren van de zoogenaamde Vl&am
sche Universiteit nooit meer kunnen
evenaren.
De officier, na te hebben willen te
genspreken, kreeg een hevige kleur en
draaide zich om, zeer beschaamd.
Eenige dagen later vertrok hij naar
een ander kwartier.
Dit is geen op zichzelf staand ver
haaltje. Het is een staaltje van gees
tesgesteldheid. De man begreep niet,
dat zijn vriendelijkheid aan deze fa
milie nog afschuwelijker moest toe
schijnen, dan de woestheid van zijn
soldaten. Het kan zijn, dat hij liet
goed bedoeld heeft, maar het ontbrak
hem weer aan inzicht van de stem
ming van zijn gastvrouw tegen wil
en dank. En zoo zien wij, dat altijd
en altijd weer de tekortkoming zich
herhaalt: de Duitscher kan zich in den
geest van een ander niet verplaatsen.
Hij is te veel van zichzelf en van zijn
deugden vervuld, hij meent, dat de
wereld niet gelukkig kan worden,
dan wanneer ze wordt als hij.
Hiermee is voldoende verklaard,
waarom de Duitscher, in weerwil van
zijn eigenschappen als organisator,
geen goede kolonisatie tot stand kan
brengen en waarom na een inwendige
zending van bijna een halve eeuw,
Elzas-Lotharingen npg altijd niet
Duitsch geworden is.
Na den oorlog zal de Duitscher nog
altiid een belangrijke plaats in Eu
ropa beklecden. Om zijn ijver, zijn lust
tot studie en orde. Maar hij zal begre-
bcuen naam niet ken, maar die int munitie door Frankrijk, jaren vroe- pen hebben, dat andere" volkeren Tart
Nederlandsch „doekjes voor t bloe- ger> 13 onder anderen door Ennle zün betmrmen en inzichten diA hii
dm" genoemd worden.Koe dd zaak luMer i„ commandant de tier- samenvatten onder den weidjehei
ook gewenteld wordt ot gekeerd, ze laone weerlegd. naam „Kultur" niet gediend is. De
Komt mei op neer, dat een üuiteui liet Zljn niel de Entente-mogendhe- oorlog zal niet uit zijn vóórdat hij de-
oifensief in een F ransch-Ameri- deu geweest Helgiê hebben ge- ze les geleerd heeft.
K&anscli offensief verloopen is. In lracht in nallnen maar de D(?lt_
r i:„. tracht in te palmen, maai uu uuu-
plaats van vooruit moest hel Duitsche 5cller3. V(Wr u iorl industrieel
leger achteruit en ofschoon het of- „n nrcioei vl
ieger achteruit en ofschoon
J. C. P;
en commercieel, nu, tijdens den oor-
fensïef op dit oogenblik totstaan ge-l0g_ intellectueel. De treurige historie
komeu schijnt te zijn. de naaste toe- yan de vlaamscha Hoogescuool, waar-
kouist zal eerst ieeren, o( daarmee bj Vlamingen een geschenk aan-
ook de Dmtsche terugtocht geëindigd vaar(ldc„ ml de hund van dcn 0,lder.
is. Veelbeleekeneud ia ue opmeiking drukker, is daar om liet te bewijzen.
»an den militairen medewerker vau En wejnis hei eigenlijke Vlaam
sche volk daarvan geüiend is, blijkt
uit het pas aangekomen bericht, dat
de Antwerpenaren de Vlaamsche ac
tivisten afgeranseld hebben. Natuur -
't Berliner ïageblalt, Von Arcienne,
dat liet Duitsche front zal moeten
worden ingekort, omdat ~Tle vijande
lijke legers een numerieke meerder- navoa uujuiiu.
heid hebben. Zulk 'n erkenning is van jaar straf op gevolgd: de bur-
een Pruisischen militairist met spoe
dig te verwachten; hel zou mij daar
om niet verwonderen, wanneer
Overzioht.
't Spant nu fel op het Westelijk
front.
*t Is vooral een quaestie van man
nen. Een der Duitsche pers-gene
raais heeft reeds erkend, dat de
gemeester van Antwerpen is afgezet Entente nu de meerderheid aan sol
en de stad moet in al haar ellende nog daten heeft, waardoor hij een ver-
iranschjAmerikaansch-ItaliaanBche Sn^Mau al w"rt"dtToo£ vTuem ïonl"s van '7' D"l,lscho ,r0"t aan"
aanval grootere gevolgen had, dan voudigd( zij zou geeu titlel ot jotu bevelenswaard achtte,
die te zien zijn in een opsomming docn aan het feitj dat de aclivis-ten in En gedurig komen er meer Amen-
van het aantal gewonnen kilometers, Vlaanderen een klein troepje vormen, kanen! 't Troepentransport gaat ook
van liet aantal gevangenen en geno- die jiet voyj njet achter zich hebben, op z'n Amerikaansch. Snell
men kanonnen. Neen, dan staat ver boven deze Vla
Met dezen slag xs ook een legende mingen, die zich prettig en frisch voe-
omgevallen en wel een in dx'ie dee- jeil on(]er Let juk, de huisvrouw te
len. Toen Amerika den ooriog ver- Bergen in Henegouwen. Duitsche
klaarde, spotte men 111 Duitscnland: troepen waren daar ingekwartierd.
„och, ze komen niet eens den Oceaan Men had haar een officier toebedeeld
In zekere haven in Frankrijk zijn
de vorige weck 52.000 Amerikanen
aan land gebracht en in een andere
haven zijn transportschepen aange
komen, die 20.000 man overbrach-
Toen het ernst werd met en zij wiicte niets met hem te maken ,en- y uren lat.er ziJn deze schepen,
transport en geen enkel transport- hebben, dan door middel van bood-
flehip getorpedeerd kon worden, heet- öChappen door het dienstmeisje. Hij
te liet; „mensclien zijn nog geen le- zug ^at anders in, nam de gewoonte
ger", en eindelijk, toen do iiouding aaB om des avonds aan de familieta
en de uitrusting, kortom liet geheelo fei "te komen zitten; hij liet de por-
optreden van de Amerikanen in tretten van zijn vrouw en kinderen
Frankrijk geroemd werd, was de zien en speelde de rol van den vrien-
laatste troostgrond: „zij hebben geen del ijken oom.
geoefende oliicieren Het blijkt nu, Eindelijk, na een dag of wat, hield
boe flink de Amerikanen zich gehou- dg vrouw des huizes het niet meer uit
den hebben in het gevecht. en, al haar Duitsch bijeen garende,
De Duitschers kunnen zich eenmaal zeide zij tot den indringer:
geen leger voorstellen anders dan be- „Mijnheer, nu gij er een gewoonte
staande uit langdurig in massa ge- van wilt maken door te dringen in
oefende menschcn, het ouderweiscne onzen familiekring, ben ik gedwongen
legerbegrip; dat een democratisch le- te zeggen waar het op staat Wij on-
ger, een volksleger, veel spoeuiger dergaan u, wij ontvangen u niet. Uw
dienst kan doen omdat daarbij met biljet van inkwartiering schrijft voor,
zoozeer gebouwd wordt op de forma- dat wij u moeten huisvesten, meer
tie, als wel op het individu, wil er niet. Gelieve u daartoe te beperken,
bij hen niet in. liet is de fout, inder- De manier, waarop uwe landgenooten
tijd gemaakt ten opzichte van het En- zich hebben gedragen in ons land, in
gelsclie leger, die nu weer herhaald deze stad en zelfs voor deze ramen,
na gelost te zijn, weder vertrokken.
In Frankrijk zijn maatregelen ge
nomen om de lichting 1920 reeds nu
in Augustus onder de wapenen te
laten komen.
Steeds meer strijders!
De rustpoos in 't offensief der geal
lieerden is al weer voorbij!
De Franschen hebben opnieuw op
't front aan de Marne belangrijke
vorderingen gemaakt. Zij hebben Vil-
le Montoire en Ourchy-le-Chèteau be
zet, waarbij 700 Duitschers gevangen
genomen werden. De Duitschers zijn
teruggeworpen tot aan den Z.-rand
vau BinsonOrguignyVillers-sous-
Chatillon.
Ook in Champagne maakten de
Franschen vorderingen. Ten O. van
de Suippes werd over een front van
20 K.M. terrein ter diepte van 1500
M. gewonnen.
Ten N. van de linie St. Hilairè—Ie
Grand—Souain—Mesnil-les-Hurles
heroverden de Franschen La Main
de Masslges en bezetten in die streek
weer hun oorspronkelijke linies. 1100
Duitschers werden gevangen geno
men, 200 machinegeweren en 7 ka
nonnen veroverd.
De Amerikaansche staf meldt de
bezetting van Le Charme!, tusschen
de Ourcq en de Marne.
De Duitsche staf stelde 't Vrijdag
middag voor of alle aanvallen der
geallieerden mislukten. Vrijdagavond
werd ook „geen verandering" gemeld.
De nieuwe tegenslagen worden dus
voorloopig verzwegen. Hopen de
Duitschers 't verlies nog te herstel
len?
Reuter merkt op:DeDuitschers
hebben thans zoo goed als
niets meer over van 't ter
rein dat zij voorden groo-
ten aanval den 15 en dezer
veroverden.
Ville-Montoire ligt even ten Z. O.
van Soissous. 't Bezit van Soissons
wordt dus voor de Duitschers al erg
bedreigd.
De militaire medewerker van de
„Vossisphe Zeitunggelooft, dat de
slag in Frankrijk met een beslissing,
zij het dan ook een voorbeslissing,
'eindigen zal. „Door den nieuw ge
schapen toestand van een bewegings
slag in den loopgraafoorlog kan een
wijd perspectief geopend worden. Een
bewegingsoorlog kan niet met een
remise eindigen; er moeten een over
winnaar en een overwonnene zijn.
Beide partijen verkeeren onder on
geveer gelijkwaardige omstandighe
den. De Duitschers hebben het voor
deel van nationale eenheid, betere lei
ders en onvoorwaardelijke discipline;
daarentegen heeft Foch het voordeel
van betere verbinding en van onuit-
puttelijkn aanvoer van dood mate
riaal, in 't bijzonder voor den bewe
gingsoorlog. Op bet oogenblik heeft de
strijd het karakter van een afbrokke-
Jingsslag, niet zijn aanvallen en te
genaanvallen, en hierbij komt het er
op aan, wie de grootste reserves heeft
en ze het best aanwendt.
De thans geschapen toestand is de
bekroning van de door Hindenburg en
Luuenuorif gewiocnteu gebeur lenis-
seii ih ltflö. Hindenburg wiicte üe be
slissing. mans ziet hy ueze voor zicu
en meiover kunnen wij ons, ondanüs
allen rouw over üe verliezen, verheu
gen. Hei kan mei in ons belang zijn
uen oorlog tot 1919—'2u te laten
voortduren, zooals vooral de Engel-
scuen, met 't oog op den troepenuan-
voer uil Amerika, wenschen. Deze
Amerikanen moeien door hei geweld
van hun aantal, volgens liet stelsel
van Broessilof, een doorbraak bewerk
stelligen. Dit is het gevaar, dal ons
van üe Amerikanen dreigt.
Hindenburg en Foch zoeken de be
slissing. Twee onwrikbare, harde wil
len komen thans in botsing. Tol dus
ver badden zij elkaar ontwenen. Zoo
staan wij voor een geheel nieuwen
toestand. Terugtrekken geeft blijk
van den uitgesproken wil, een beslis
sing te vermijden. Daarentegen
brengt het inzetten van reserves tot
den aanval op het kritieke oogenblik
de beslissing.
De gebeurtenissen tusschen Aisne
en Marne kunnen derhalve een voor
beslissing brengen, welke het uitzicht
op 't einde van de vreeselijke wereld
worsteling opent".
In de „Berliner Lokal Anzeiger"
geeft de oorlogscorrespondent Karl
Rosner de volgende woorden weer,
die Hindenburg in het groote hoofd
kwartier tot hem gesproken heeft:
„Thans wordt er weer gevochten
en het is te hopen ,dat degenen, die
thuis zitten, nu vol vertrouwen zijn,
maar het wachten hebben zij nog
niet geleerd. Zij moesten echter we
ten, dat in den oorlog niets zich
zoozeer wreekt als overijling, waar
bij men zich niet den tijd geeft vaste
grondslagen te leggen. Pauzen tus
schen de veldslagen zijn noodig
evenais periodes van concentralia
tusschen de laatste prestaties noo
dig zijn.
Een goede voorbereiding is- het hal
ve resultaat en er is een ding, dat de
ongeauldigen nooit moesten vergeten:
Wij werken hier niet als machines,
waarvan men zeggen kan, dat zij aan
het inde kapot zijn, als wij er slechts
in geslaagd zijn, de geweldige presta
tie er mee te verrichten. Wij wei-ken
met het heiligste wat er is, met het
bloed en met het leven van het Duit
scne volk. Onze laatste reserves zul
len de krachtige mannen zijn met lust
tot den arbeid, die uit het veld te
rugkeren en devredesdoeleinden weer
op hun schouders nemen. Hen moeten
we behouden. Ten slotte zullen wij
daar staan, niet als kapotte machines,
maar als een krachtig onverzwakt
voIk, dat heden de wapens neerlegt en
morgen werkt aan den opbouw".
Bij deze zelfde gelegenheid merkte
de keizer op, dat het zwaarste werk
nog voor de Duitschers ligt. De tegen
stander weet, dat deze oorlog thans
I op het punt van beslissing zal komen
en spant nog eenmaal al zijne krach
ten in tot afweer en tot een tegenslag.
De voedsel-regelaar in Engeland
heeft verklaard, dat de levensmid- j
delenvoorzicning der Entente-landen
voor twee jaar verzekerd is en voor
dien tijd zou de overwinning be
haald zijn zoo oordeelde hij.
In den Amerikaanschen Senaat is
gewaarschuwd tegen de laatste vie- I
despropaganda vau Duitschland.
„De centrale mogendheden moeten
totaal verslagen zijn, voordat men
aan vredesonderhandelingen kan
denken", zoo werd verklaard.
De nieuwe Oostenrijksche minis
ter-president heeft in het Oosten-
lijksche Huis van Afgevaardigden
zijn regeeringsverklaring afgelegd. I
Hij verzekerde in overleg met de
volksvertegenwoordiging de oplos-
sing van het nationaliteitenvraag-
stuk ter hand te zullen nemen en te
vertrouwen op hen, die vroeger de
regeering in moeilijke oogenblikken
gesteund hebben. Hij noemde recht
vaardigheid voor allen, daarbij zijn
devies.
De verklaringen wekten over het
algemeen instemming.
De discussies zijn thans aangevan
gen.
Volgens een Reuter-bericht, moet
de ojistand der boeren in Oekraine
een grooten omvang hebben aange
nomen; 75.000 welbewapende boeren
rukken, onder leiding van officieren,
tegen de Duitschers op, die naar Kieff
zijn teruggetrokken.
Varspr«id nieuws
UIT RUSLAND. Het eovjet-or-
gaau „Prawda" geeft een uitvoerig
verslag van de terechtstelling van den
Tsaar. Hij werd doodgeschoten in de
manege buiten Jekaterinnenburg door
de soldaten, die hein bewaakten, na
dat zij aan do plaatselijke sovjet hun
besluit liadden medegedeeld den ge
vangene.te fusilleeren, teneinde te be
letten dat hij in handen der contra
revolutionairen viel, die tegou de
stad oprukten.
Den 4en Juli 's morgens te vijf uur.
werd de es-Tsaar gewekt. Een pa
trouille van zes man, onder leiding
van ©en onder-officier, verzocht hem
zich te kleeden en bracht hem naar
een virtrek, waar hem het besluit der
Koode Garde, zijn doodvonnis behel
zend, werd meegedeeld. Drie uren
werden hem gegeven om zijn zaken te
regelen en afscheid van de zijnen te
nemer. Do ex-tsaar bleef zeer kalm.
maar toen hij in zijn kamer terugge
bracht was, zonk hij ineen en vroeg
oni ©en geestelijke. Nadat hij van zijn
gezin afscheid genomen had. bleef hij
Or?e
't Spijt m i, ze le een redacteui
tot een dit .'er, a h' n Son vers ter
plaatsing aangJ-V n lui, maar ik
kan dit gedicht ni.t a..i.« nen. Maar
laat uw adres achter, m sscltien heb
ik later nog eens ie s vtjr u te doen.
Meneer, an t woo re Ie de dichter,
als u dit vers r^et plaatst, zal ik geen
adres meer hebben!
met den priester in gebed verzonken
en schreef ten slotte eenigo brieven.
Om 9 nur werd hij gehaald": hij poog
de op te staan, maar k»n zich van uit-
putting en schrik niet meer bewegen,
zoodat de priester en een soldaat hem
steunen moesten. Met moeite liep hij
de trap af. onderweg zakte hij nog
maals iDeen. Daar hij niet meer recht
op kon staan, liet men hem tegen do
execut;e-paal steunen bij poogde nog
iets te zeggen of te roepen en nief de
handen omhoog, toen reeds het salvo
kraakte en het ontzielde lichaam ter
aarde stortte
De Teleeraaf meldt uit Petersburg:
De Bolsjewiki, die na den
moord op den Duitschen gezant Von
Mirbach, oen waar bloedbad hebben
aangericht onder de sociaal-revoluti-
or-nairen. hebben than9 ook eeni»e
bekende leiders dezer groep gefusil
leerd, u.l Katz Kamkow. die den 5den
Juli ©er. rede hield, waarin tot den
oorlog met Duitschland werd aange
spoord, en Maria Spiridinowa. een
bekend leidster.
Een telegram uit Moskou meldt, dat
het verhoor van de ex-ministers Pro-
fcopoppoff en Maglahoff is begonnen.
Alle ambtenaren van de Tsaristische
regeering. die in Petersburg onder ar
rest verblijven, zullen naar Moskou
worden overgebracht, teneinde ver
hoord te worden.
DE EX-TSARIN VAN RUSLAND
met haar dochters hebben verlof ge
vraagd om zich in een klooster te
mogen begeven.
TURKESTAN. Uit Moskou wordt
gemeld Het 5de Sovjet-congres heeft
Turkestan tot republiek in bondge
nootschap met- Rusland verklaard.
OVER BELGIë. De Neder!. Anti-
Oorlog-Raad zond aan de Duitsche so
cialisten 't verzoek om mede te deelen
welke beteekenis gehecht moet wor
den aan do verklaringen van dec
Duitschen rijkskanselier op 12 Juli
over België.
DE VLAAMSCHE QUAESTIE. Dl
Duitsche rijkskanselier vertoefde de
zer dagen te Brussel om met den gou
verneur-generaal de Belgische quaes-
tics te besjireken. Do rijkskanselier
verzocht eenige leden van den Raad
van Vlaanderen tot hem le zenden,
om met hen de Vlaamsche politiek
AAN DE MOERMANSKÜSÏ.
Volgens berichten uit Moskou aan
Duitsche bladen is de Russische ge
neraal Goeiko benoemd tot comman
dant der verbonden Entente-troepen
in het Moernxangebied.
GERUCHTEN OVER HINDEN
BURG. In verband met de geruch
ten over een ziekte, waaraan Hinden
burg zou lijden (men sprak zelfs van
zijn dood) waarschuwt ae „Berliner
Lokal-Anzeiger" het publiek, aan zul
ke praatjes geen geloof le schenken.
„Het is een opvallend, maar voor de
hoofdstad zeker niel vleiend feit",
zegt het blad, „dat in Berlijn veront
rustende geruchten een dankbaar ge
hoor vinden; in cafe's en winkels, ja
op straat zelfs kan men sedert weken
allerlei dwaas gepraat hooren, dat
zich in de eerste plaats met den per
soon van onzen door allen vereerden
veldmaarschalk Hindenburg bezig
houdt. Men zou deze praters, die
zich, waarschijnlijk zonder het te
weten, tot verspreiders der door de
Entente gekweekte verontrustings-
ziektekicmen maken, met stille ver
achting kunnen laten praten, als zij
niet reeds werkelijk verstandige men
sclien hadden aangestoken. Daarom
Haarlemmer Halletjes
EEN" ZATERDAGAVONDPiLuV JlJ
Er was ereis een roofridder. Die
zat iederen dag in den toren van zijn
kasteel, dat boven op een rots lag
en keek met een scherpen verrekij
ker den weg af, of er ook zwaar be
laden marskramers of kooplieden
met groote wagens goederen nader
den, ik erken, dat in dien tijd nog
geen vcrekijkers bestonden, maar
dat was voor mijn roofridder geen
beletsel om er een te bezitten, daar
bij een vooruitstrevend man was.
Als er nu een koopman of mars
kramer aankwam, dan verzamelde
de roofridder zijn mannen van wa
penen, die in de zon zalen te dut
ten en daalde met hen de steile
rotspaden af, om den naderende
vriendelijk tegemoet te gaan
en hem mede te deelen, dat
Hij het recht had tol van den
man te vorderen.
„Waarvoor heer?" vroeg dan al
licht zoo'n koopman.
„Voor onderhoud van den weg".
Als de koopman wat bang was
uitgevallen, betaalde hij maar da
delijk en zonder verdere praatjes.
Maar was hij wat boozig gewordpn,
M met zijn verkeerde been het bed
uitgestapt, dan keek hij zoo eens om
rich heen en antwoordde: „ik zie
Piet veel van onderhoud. De weg ligt
er in één woord schandelijk bij."
„Wat zal ik je zeggen," antwoord-
<lo dan de ridder weer, „Waalstraat
klinkers zijn duur, granietkeien
haast niet te krijgen en dc arbeiders
ln de asphaltgroeven staken."
Ik weet wel, dat al die dingen in
den tijd van de roofridders niet be
stonden, maar ik heb toch gezegd,
dat mijn roofridder een zeer modern
en vooruitstrevend man was.
De koopman mopperde. „Een half
«ur geleden heb ik ook al tol moe
ten betalen aan uw buurban, Rid
der Kuno van Bergenburgen".
„Wat! die schelm, die oplichter!
Waarom ben je ook zoo dom ge-
Veest? Die heeft niet eens het recht
van tolheffing. Had liever gewei-
8erd!"
„Jawel," zei de koopman zuch
tend, daar zijn wil om te weigeren
goed genoeg zou zijn geweest, als hij
maar kans had gezien om een zwaar
geharnasten ridder en tien lans
knechten heel alleen en ongewa
pend tegen den grond te slaan.
Intusschen werd mijn roofdridder
wat ongeduldig. „Hoe is het vriend,
ben je van plan om te betalen of
niet? Ik heb weinig tijd. Over vijf
minuten moet ik in den slottuin op
treden als scheidsrechter ip een
voetbalwedstrijd."
Ofschoonvoetbal in den roofrid-
dertijd nog onbekend was, liet mijn
roofridder als vooruitstrevend man
al matches spelen.
Zoo hard zuchtend, dat de lans
knechten hun schilden voor zich uit
hielden om niet door den sterken
winddruk om te waaien, haalde de
koopman zijn beurs te voorschijn,
waarop de ridder de snaaksche op
merking maakte: „als je liever geen
geld geeft, dan wil ik de goederen
ook wel in betaling aannemen."
„Volstrekt niet" zei de koopman,
wel begrijpende, dat hem dan geen
stuk van zijn handelswaar zou wor
den gelaten. „Wat is het tarief van
Uwe Edelheid?"
,,'k Schat je goederen op een
waarde van twee duizend gulden;
vijf procent tol is honderd gulden!"
„Vijf procent!" riep de koopman
en trok zich van wanhoop de haren
uit zijn bontmuts. „Uw collega heeft
niet meer dan twee en een half pro
cent gevorderd".
De ridder maakte een geruststel
lende beweging met de gemaliede
hand. „Het zal niet gezegd worden
dat ik minder edelmoedig ben dan
een..." (hij spuwde minachtend op
den grond) clan een Kuno van Ber
genburgen.. Ik verminder dus het
percentage tot 2J .maar daar 't mij
voorkomt, dat de taxatie van Je
goederen veel te laag is, wordt die
bij deze verdubbeld!"
Aandoenlijk waren de smartkreten
van den armen koopman, toen hij
met de vulpen, die de roofridder
hem vriendelijk aanbood, had uitge
rekend, dat hij zoodoende toch hon
derd gulden moest betalen. Eerst na
dat op bevel van den ridder dë man
nen van wapenen het uiteinde van
hun lansen dreigend hadden neerge
zet vlak bij zijn jichtigen grooten
leen, trok hij de beurs en betaalde in
Nederlandsche zilverbons wel had
bij gepoogd den ridder met een Rus
sisch stukje af te schepen, maar
daar wou deze met zijn ver vooruit-
zienden blik niet van weten. „Dank
je wel", had hij hartelijk
lachend gezegd, „ik zie al aankomen
dat die Russische kerels in den groo
ten Europecsclien oorlog hun cou
pons niet zullen betalen. neen,
neen mijn nazaten moeten niet kun-
,nen schimpen op de domheid van
htm voorvaderl"
En terwijl de koopman, na een
diepen groet die de zuivecste hui
chelarij was, verder trok naar den
derden burcht (aan een stofwolk op
den weg begreep hij dat ook deze
ridder hem stond op te wachten) ging
mijn roofridder langs den stellen
rotswand in zijn electrische lift, die
nog lang niet uitgevonden was, naar
boven, terwijl zijn mannen van wa
penen langzaam, op hun lansen atcu-
nende, het steile rotspad beklom
men.
Dit verhaal Is geenszins een toe
speling op den oorlog, hoewel die
ook van roofridders weet mee te
,p rate li. Het slaat ook niet op de
mannen van den hedendaagschen
kettingliandel, ofschoon daar ook
wel nazaten van mijn roofridder on
der moeten huizen neen, het ver
haal kwam mij in de gedachten, toen
een belasting betaler in een van de
laatste nummers van deze courant er
over klaagde, dat bet percentage van
de plaatselijke directe Belasting wel
verminderd, maar het bedrag waar
naar bij was aangeslagen, nu ver
hoogd was, zoodat hij ten slotte toch
meer betalen moest
Laat ons elkaar nu goed begrij
pen: ik denk er niet aan den fiscus
met een roofridder te vergelijken.
In de eerste plaats: als hij veel van
ons hebben wil, dan is dat niet tot
zijn eigen voordeel, maar in het al
gemeen belang, in de tweede plaats;
wanneer .wij geen goede opgaaf
doen, dan krijgen we geen lansein
den op onze jichtige teenen, maar
worden in de gevangenis gestopt
Zoo er plaats is! Anders maken we
queue voor de gevangenisdeur.
En tenslotte: de fiscus is ook
daarom niet met mijn roofridder te
vergelijken, omdat de eerste van zijn
beslissingen geen hooger beroep toe
liet. Hij placht tezeggen: „je beura
of je leven!" De fiscus heeft een tu9-
schenschakel ingesteld, als volgt:
„je beurs hooger beroep je
beurs!" Ik wil niet zeggen, dat elk
hooger beroep zonder resultaat
blijft. Ook niet, dat elk hooger be
roep behoorlijk vaststaat, rechtvaar
dig en gegrond is. Wanneer de In
zender in de courant nu den tus-
schentermijn verzuimd mocht heb
ben, dan heeft hij nog geen reden tot
klagen. De tijd om een bezwaar
schrift in te dienen is nog ruim ge
noeg.
Wij klagen over de moeilijke tij
den. Ze zijn niet gemakkelijk. Maar
zoo moeilijk nog niet, of er kunnen
twee Zaterdagen en twee Zondagen
achter elkaar zangwedstrijdan ge
houden worden, door duizende
menschen bezocht. Daar wordt ge
zongen van zonneschijn en lente
lucht, van liefde, haat, van Tra
nen en Op uit de tent el maar
die tranen zijn geen echte tranen en
het Nederland.sche leger is Goddank
nog altijd i n de tente gebleven.
Dat is wel wat anders dan wat
België en Frankrijk al sinds jaren
to lijden hebben. Gezwegen van Ser
vië, Montenegro, Roemenië, 'k Her
inner me een man, die zich zelf en
zijn toestand altijd vergeleek met die
van anderen en dan strijk en zet tot
de conclusie kwam, dat hij veel be
ter af was dan menig ander.
„Hoe doe je dat zoo?" vroegen zijn
vrienden.
„Och, heel gemakkelijk", zei hij,
„Als me wat plezierigs gebeurt, dan
denk ik aan allerlei menschen, die
zooiets nooit gehad hebben en dan
voel ik me gelukkig!"
„Dat is heel mooi, maar wanneer
je wat onplezierigs overkomt?"
„Dan weet ik een heeleboel men
schen, die er nog slechter aan toe
zijn."
Hij had zich dat eenmaal aange
wend en was daarin even vast ge
groeid ais een ander in voortdurend
mopperen en zelfbeklag. En het was
maar niet alleen zeggen, hij deed
er ook naar.
Stel, üat je hem op een bitter kou
den dag tegenkwam en zei: „wat af
grijselijk koud weer vandaag!k>au
antwoordde üy: „ja, 'i is frisch,
maar ik heb ae overwintering op
Nova-Zembla nog eens nagelezen,
•diaar kouden ze onder een heele la
ding kleeren nog niet warm wor
den!" Was het waiin, zoo gloeiend
.•warm, dat de mussciien op straat
vielen, dan dacüt hy aan axidden-
Alriku, waar een met-inboornug
niet leven kan, van lxitte.
Sommige menschen konden hem
niet uitstaan, om zijn eeuwige te-
vredenueid. Moppergespre&keu kon
je ook niet met hem voeren, die wa
ren van zyn kant dadelijk uit. Me
nigeen vlaste er letterlijk op, dat hy
eindelijk ook eens zou pruttelen over
zijn lot, maar daarop heeft nooit
iemand hem kunnen betrappen.
Zelfs niet toen zijn engagement af
raakte, omdat zijn meisje aan die
voortdurende tevredenheid niet kon
fluisterde tot de anderen: „hij was
zoo levenslustig, hoe graag had hij
nog wat willen blijven leven", 't Was
voor zijn ooren niet bestemd, maar hij
hoorde het toch en zei met brekende
stem: „ja, maar denk uan die arme
menschen, die al lang geleden gestor
ven zijn!" Toen gaf hij den geest.
Zoodat ik maar zeggen wil, dat wan
neer er nog zangeressen en zangers
zijn, die lust in zingen hebben en
spoorwegmaatschappijen. die hen
naar een wedstrijd to Haarlem ver
voeren en zangliefhebbers, die naar
dat concours gaan luisteren dat
dan onze toestand in Nederland nog
zoo heel beklagenswaardig niet is.
In weerwil van Regeeringsbrood en
eenheidsworst!
We kennen de Aziatische cholera, do
Engelsche ziekte, de Spaansclxe griep
en de Nederlandsche zindelijkheid.
De eerste hebben we gelukkig in
lang niet meegemaakt. De tweede
blijft, in den vorm van vele kromme
beentjes van menigen jongen wereld
burger, zoowat op hetzelfde pu"t en
de derde, de Spaansche griep, schijnt
op öns te loeren. Moge zc u en mij
niet te pakken krijgen! Daartoe moet
dan de Hollandsche.zindelijkheid me©
helpen.
Ja, hm! Zal ïk twee staaltjes ver
tellen, zelf gezien?
Ken jongen ontmoet een melkbezor
ger, vraagt een fleschje malk, drinkt
xenue levreuenuemi «wt da{ tm be.liaU eil geefl het fleschje
prut! D' "Klkman l,el
terug.
,0 zonder het eerst schoon te maken en
tetei. inet do pratte oir», do» dot se tusscten de andere gevuld»
bi., eijn met de Wijdena Uenidag a- W]i, nUl en met en
nat zijn meisje luxu bedankt luid, ont- l onfrissche jon
moette ik hein en daar wy elkaar goe4
kenden, achtte ik me verplicht ecu I b
woord van deelneming te spreken.
„Och", zei hij, „een verbroken enga
gement is altijd beter, dan een on-
eenig huwelijk". Toen een jaar of wat
later om allerlei tegenspoed zijn zaak
moest worden geliquideerd en hij ver
plicht was, tijdelijk een ondergeschik
te positie te zoeken, troostte hij zich
zelf en anderen met de verzekering:
„in tegenspoed wordt een mensch
sterker". En dat bleek ook zoo te we
zen, want twee jaar later deed hij
weer eigen zaken.
Tot op zijn sterfbed bleef die eigen
schap hem bij. Ik heb het niet bijge
woond, maar 't is me naderhand ver
teld. Vrij plotseling was hij ernstig
ziek geworden. Verschillende vrien
den stonden aan zijn bed, een hunner}
Tweede feit. Een groentenboer ont
moet ccn melkman, houdt hem staan
de en vraagt om melk. Deze beeft
geen flesclijes, alleen een groote kan
op zijn wagen. Hij vult de melkmaat
en geeft die aan den groentenman.
Deze drinkt De melkman hangt do
maat, zonder die schoon te maken,
kalm weer aan zijn wagen. Ze nemen
afscheid.
Ik heb niel opgemerkt, of de groen
tenman misschien pruimde. In dat ga
val...
FIDELIO.