Hums Dn
Te booi en te gras.
De Oorlog.
S
TWEEDE BLAD.
Dlntdag 8 September 1918
X.
Jaren ec jaren geleden, toen ik nog
in Amsterdam woonde, beleefde ik
eens een gevalletje, dat mij de vorige
.week, bij bot lessen van een couran
ten-berichtje, weer te binnen schoot.
Ik was ,,en pension" bij een eerza
me weduwe en had tot naasten buur
man een kruidenier een koineuijs-
man, noemde men dit soort leden der
maatschappij toon noe die behalve
een goed beklanten winkel, een omiifc-
itaanbaar humeur had.
Dit humeur was hoofdzakelijk een
uitvloeisel van 'smana ontevredenheid
en vitzucht. Van alles zag s hij den
slechten kant. behalve vau zich zelf.
en op iedereen en nog wat had hij 't
een of ander aan te mc-rken. uitgezon
derd natuurlijk oi> datgene wat hij
zelf dacht, zei of deed. Hit bemoeide
zich met alles. waarmee bii niets te
insken had en stak zijn neus in zaken,
waarvan hij go"n sikkepitje verstand
had. Hat hij dit. lichaamsdeel fi
guurlijk gesproken dan wel tens
brandde of anderszins beschadigde,
bwchouwde hij natuurlijk als een fout
in de inrichting der maatschappij,
maar geenszins als een gevolg van zijn
-eigen karakter-gebreken.
Zijn meest sprekende karakter-trek
was een glo'iende hekel aan de politie.
Ik bedoel hiermee niet een zekere
vrees oin met dit onderdeel der open- J
bare mach. in aanraking te komen.;
•maar eeu onuitroeibare zucht om de
agent n tegen te werken, in de wielen
ts rijden, lastig te vallen en zoo mo
gelijk te plagen en te tergen.
Kon h.j op de een of andere wijze
(ie arrestatie van een booedoener ver
hinderen of bemoeilijken, dan zou hij
dit nooit nalaten en in het opstoken
van de altijd aanwezige straatslijpers,
om de agenten een ,,loe>r te dreaien".
was hij een eerste baas.
Tot hii eiudrl'jk zelf tegen de lamp
liep.
Op een Zaterdag ;i vond bad baas
Pietersen een paar bestellingen bij
lijn klanten rondgebracht, terwijl zijn
vrouw, oudergewoonte, op den win
kel paste, 't Was najaar, laat, nieu
we maan en dus donker op straat,
went de verlichting liet toen. zelfs in j
de groote steden, nog wel wat. te wen-
scben over.
In een nauwe straat eeu paar hon- i
dtrd meter van zijn woning verwij- j
ifrrd, zag onze baas een oploop en
tusschen de hoofden der nieuwsgieri-1
gen glansde de helm van oen agent, j
Daarop vloog de heer Pietersen na-
tuurlijk af ais een mot op het kaars
licht en met zijn stevige armen, gehol
pen door zijn winkelmand, baande hfj
zich een weg door den drom omstaan-
ders en kwam dus midden in den
kring.
Daa,r zag hij een opgeschoten straat-
lummel met behuild gelaat, die juist
door den agent bij den kraag werd ge
pakt.
„Wat is hier te doen?" vroeg baas'
Pietersen. j
De agent antwoordde niet. maar een j
slagersknecht zei grinnikend: ..Hij
'hob gestolen 1"
„Och," riep Püterscn op ironischen
toou, .x-ker bij een bankier op de
Heereugracht!" En zich pardoes voor
don beklaagde plaatsend, zei hij
,,Hob jij gestolen, vriud?"
,,Neohuilde do jongen. ,.7* lie-»
geu het!"
„Nou," hernam onze kruidenier uu
op quasi goed moedigen toou tegen den
ftgent. ..au hoor je het zelf! Hij zegt.
dat hij het niet gedaan heeftWaar-1
oin moet je dien jongen dan meo ne
men? Ik zou zeggen, laat hem los en
ais er gesto'en is. zoek dan den
iccfctc."
Als eeuig antwoord pakte de agent
zijn arrestant nog wat steviger in den
kraag en zei..Allo. menschen, gaat
ecu beetje op zij en laat mij door!"
Maar dut »\*s niet de bedoeling van
onzen baas! Hij knipoogde eens tegen
do omstanders, k'.bpte den agent
altijd nog schijnbaar vriendelijk-
oyerredeud, muar tamelijk hardhan
dig op de borst en zei..Maar als
die jongen nou niks gedaan heeft I 1 k
Mg, laat. hom Ioopen 1 D© politie is
er toch niet, om het ons, burgers, las
tig te maken
..Hoor een?." zei de agent drei-
Soud, bemoei jij je met. je eigen za-
en en hinder mij nietl... Kom. voor-
uit iij
En nij trok zijn arroStant achter
zich aan.
„Nou, nou," riep Pietersen giftig,
„jij heb wel zoo'n mes op zij, vader,
maar als 't er op aan komt. doe jij
nog nikai"
En spottend stak hij de hand uit
n?ar de sabel van den agent, alsof hij
die wilde afnemen.
Om zijn wapen te verdedigen, moeet
de agent nu even zijn arrestant los
laten. In minder dan geen tijd had de
slungel zich op den grond l&teu val
len en kroop door de beenen der ora-
slanders uit den kring. En toen hij
zich verderop in veiligheid zag.
schreeuwde hij den agent spottend toe:
„Adjuusl'' en holde den hoek om.
Natuurlijk ontstond er nu een ge
weldig gedrang. De agent zag geen
kans, om den vluchteling in te halen.
Baas Pietersen had 'm natuurlijk ook
gesmeerd en liep grinnikend van pret
naar huis en het publiek verstrooide
óch langzamerhand, behalve een paar
menschen uit de buurt die door den
agent schenen te worden ondervraagd.
Even later stapte Pietersen zijn
winkel binnen, maar... dat was me
daar een herrie I
Zijn vrouw A"Mtd tegen oen paar
buurvrouwen met rood gezicht en op
gewonden gebaren te oreeren. te ver
klaren, te wijzen en uit te leggen over
iets, dat haar zoo even was overko
menZoodru ze haar man zag,
schreeuwde zij
„Arie, wij zijn bestolen!"
..Bestolen!" echode onze baas.
,,Ja, voor 50 of 60 gulden op zijn
minsti" En voor de vierde of vijfde
maal herhaalde de vrouw: „Zie j'e,
daar kwam zoo'n slungel den winkel
in en vroeg een half ons pruimtabak.
En net dat ik boven op het trapje
sta om het van de plank te krijgen,
iioor ik wat. Ik kijk om en zie dat
lange mirakel dwars over de toon
bank liggen. Hij had de winkelia
opengetrokken en stak er net zijn
hand in En toen hij merkte, dat ik
hem in de gaten had, greep hij, wat
hij pakken kon en holde den winkel
uit. Ik hem na! Maar ja, haal zoo'n
langbeenige mug maar eens in! En
bovendien, ik kon den winkel niet
aJleen laten! Ik schreeuwde nog:
„Houd den dlefl" en toen voelde ik
mijn beenen niet meer. Al ons bank-
p.ipfc-r is uit de la en zeker nog wat
zilvergeld ook! 't Is schandel Zoo'n
schurk! Je verdienste van een heele
week weg! Zestig gulden!
„Was het een lange lummel, met
oeri blauwe boezeroen aan?" vroeg
baos Pietersen op benepen toon.
„Precies", antwoordde zijn vrouw,
„en een groezelige pet op met een
stukkende klep! Dat heb ik in de gau
wigheid nog gezien!"
Onze kruidenier viel op een stoel
neer en vloekte.
Het kwam hem hoogstwaarschijn
lijk voor, dat hij zelf den dief, die
hem bestolen had, uit de handen der
politie had verlost, en bij nader on
derzoek werd du- veronderstelling ze
kerheid!
Wal onze i-uas nu het land had!
En wat kreeg hij den wind van voren
van zijn vrouw! Wat moest hij hoo-
ren over zijn domheid, koppigheid en
dwarsdrijverijl
Maar daarmee was de zaak nog
niet uit!
De agent bad onderzoek gedaan en
niet lang daarna kreeg de heer Pie
tersen eeu proces-verbaal thuis we
gens het hinderen van de politie ln
de uitoefening van haar ambt- 1
Van den kantonrechter kreeg hij I
eveneens 'n ongemakkelijken uilhran
der plus honderd gulden boete, bene J
vens de belofte, dat hij, bij herhaling
van het feit, vast en zeker op gevan
genisstraf kon rekenen.
Honderd zeetig gulden scha; onge
noegen met zijn vróuw; de spot der
buren de les was duur geweest'
Maar geholpen heeft die ook!
Dit oude gevalletje schoot mij weer
te binnen, toen tk las, dat in Amster- I
dam een rijwleldief op heeterdaad
was betrapt.
En waarlijk terwijl de arrestant
nuar het politiebureau werd overge-
bracht, koos een zeker deel van het
publiek zijn partij, bemoeilijkte de
agenten, verloste den dief en liep
er zelf in!
in Engeland veel practischer gewerkt
wordt! Veel minder paperassen; kort
recht en onmiddellijke bestraffing
van de overtreding!
E. T. GROEN.
Een paar personen, die den dief
hadden helpen ontvluchten, werden
zelf gearresteerd. Eén van hen was
een zeevarende.
Nu vraag ik in gemoede: „Wat be- J
zielt toch zulke menschen?" Zij heb- J
ben met de zaak niets te maken! Zij I
welen niet, wat de arrestant heeft uit-j
gevoerd! Maar toch tégen ie po
litie! Als zij nu later hooien, dat zij
een rijwieldief hebben geholpen' Als
zij zélf de gevangenis indraaien of
een flinke boete moeten betalen
wat dén?Zou dan hot naberouw
komen?
Ik twijfel er aan! 't Is zekeren men
schen aangeboren, om tégen de poli- f
Ue, tegen alle gezag in te gaan* Raak
niet aan hun eigen heilig huisjel Of
laat de politie het niet wagen, hen te
negeeren als zij zelf bescherming noo-
dig hebben! Lieve hemel, dan zijn zij
ineens belastingbetalende burgers, die
recht hebben op dit en recht op
dat, kortom, dan hangen zij van
rechten aan elkaar! Maar plichten
ho maar!
Moe zou het toch komen, dat een
Londensche politic-agent, de bekende
Bobby, het publiek zoo in zijn hand
heeft, zoo stipt de orde op straat weet
te handhaven en zoo weinig in zijn
ambt wordt gehinderd?
Ik geloof te mogen zeggen: „Omdat
Fe uiileiors
"DE RIDDER KNOL
F. DE SINCLAIR.
34)
O zoo ging Knol voort,
nut eten zou u niet lusten. En nou
hoeven ze volstrekt niet eiken dag
oesters en sjampie op derlui tafel te
hebben en geen biefstukjes en kalfs-
aotterletjes ook. muar een flink s^uk
•pek en op z'n tijd 'n bonk koeie-
rleesch en volop brood en piepers, dat
bomt eiken werkman toe en daur lij
kent, het hier nog niks op.
Voor u hier kwam, meneer Knol,
•prak de graaf, heb ik nooit één
klucht over slechte levensvoorwaar
den in de gemeente vernomen, maar
sedert u zich hier gevestigd heeft,
schijnt het wel, dat de grootste ln
yun de ingezetenen van Olmhoven
ontevreden is met zijn lot, vooral ook,
sedert de tram er is gekomen. Die
ontevredenheid is uw werk, en die
ontevredenheid is tot heden het eenl-
«e zichtbare resultaat van uw be
moeiingen. (I zult me ten goede hou
den. dat ik voor zoo'n resultaat niet
61 vee' waardeering kan hebben.
We leven nog in eentiid-
Qv«rzi«ht.
Vrijwel over 't gebeele front Ype
renSoissona hebben de Entente-le
gers nieuwe, vorderingen gemaakt.
Dorp op dorp wordt bevrijd!
De belangrijkste terreinwinst ia be
haald tusschen de Sonxme en de' Scar
pa, waar de Engelschen weer ge
steund door drommen tanks bij Jen
weg naar Kamerijk een aanval deden.
Op eeu breed front werd een gedeelte
van 't krachtig georganiseerde verde-
digingssyateem bij DrocourtQuéant
genomen.
Deze Duitsche stelling stond be
kend als de nieuwe Hinden
burg-linie. Zij moest sterk zijn
aangelegd, met een doolweg van ver
sterkte loopgraven enz. en móest die
nen om Douai en Kamorijk te be
schermen.
Dit Eugelsche wapensucoes is be
vochten door de Canadeeze®. die hun
linie daar ter plaatse over een front
van 5 mijlen vooruilbrachten, waar
van 2 ra ijl deel uitmaakten van de
nieuwe Hinden-burg^linia
Door 't succes van den Engelscben
aanval rijs' opnieuw de vraag die
we ook al eerder stelden of de tanks
nog zullen toelaben, dat de beweging3-
oorlog in een loopgruven-krijg ver
start. Er zijn nu aanwijzingen van 't
tegendeel.
Zullen de Duitechers 't op de echte
Hindenburg-linie wel kunnen bolwer
ken? Op de kaart~is te Óen, dat de
Duitse hers steeds meer daarheen ge
drongen worden.
Uit het Briteche hoofdkwartier
wordt gemeld
„Er gaat een gerucht, dat onze
voorposten het Canal du Nord, vijf
mijlen ten O. van de veroverde lime
bereikt hebben."
Reuter meldt nog. dat de Britten
bij dr-aen aanval een 3000 k 4000
Duitscners gevangen namen.
De Duitsche staf erkent, dat de En-
gelschen ten Z.O. van Atrecht en ten
N. van Péronne terrein wonnen. ,,D«
Duitsclie reserves vingen den stoot
op" zoo vervolgt Ludendorff, di
plomatiek de nederlaag verzachtend.
Van liet Engelsche front wordt ge
meld, dat achter de Duitsche linie
bij Armentlères branden worden
waargenomen, waaruit wordt afge
leid, dat de Duitschere ook op dit
deel van het front willen terugtrek
ken.
De Times bericht, dat de Eugel-
schen ook ln Festubert, een voor
stad van Lens, zijn binnengedron
gen.
Bij Y'peren maakten de Engelschen
ook weer vorderingen. In den Leie
sector werd Estaires bezet. De Engel
sche linie loopt nu over VormezeeFc—
W. vau Wulverghem Neuve Eglise
Steenwc-rck—EstairesLacoutur,
Op unze kaart is te zien hoe de
Duitschers ook op dit frontdee! terug
trokken. 't Front is daardoor wel ver
kort en gemakkelijker verdedigbaar-
geworden, maar zoo geven de Duit
schers alle in 't voorjaar me» zooveel
offers gekochte aanvais-voordeelen op.
De Franschen blijven tusschen de
Oise on de Aisne krachtig aanvallen.
Nu i9 weer eeu nieuwe stoot gaande.
Van-Duitsche zijde wordt medege
deeld, dat de ontruimde steden en
dorpen bij Ypereu ook niets meor dan
puinhoopen zijn. In Bailleul staat blj-
i geen heel huis meer.
In Augustus hebben de Engelschen
aan 't Westelijk front 57.318 gevan
genen gemaakt, waaronder 1283 offi
cieren. Zij veroverden 657 stukken ge
schut en 5750 machinegeweren.
Naar schatting van den correspon
dent van Havas uun het Fransche
fiont hebben de Franschen sedert den
18den Juli 75.900 gevangenen gemaakt
en 700 kanonnen genomen.
Aan de Telegraaf wordt van 't En
gelsche front gemeld:
Verklaringen van Duitsche krijgs
gevangenen eu documenten, die in
handen van de Engelschen zijn ge- j
vallen, toonen aan. dat liet moreel in
een deel van het Duitsche leger ern
stig is geschokt. De arUllerievoorbe-
reiding en het versperringsvuur der
Engelschen bij Péronne hebben een
graad van volmaaktheid bereikt. In
een Duitsche legerorder wordt ge
meld, dat een groot aantai gevallen
voor den krijgsraad zijn behandeld,
waaruit blijkt, dat de soldaten weige
ren met hun afdeeling naar de vuur
linie op te rukken. „De officieren
verzuimen gehoorzaamheid van de
lafaards te eischen. Zij moeten hen
zonder aarzelen met revoh erscl'Otcii
neerschieten".
De militaire deskundige van het
N. v. d. D. merkt op:
„Men wachte zich echter aan het
begrip „verslagen" een al te groote
beteekenis toe te schrijven. De Duit
schers hebben een slag verloren en
gaan terug, maar hun legers zijn
I
I
S
IJPBREN 0
KEMMELBERG
HAZEBROUCK
i
t
I
ARMENTIèRES
'o
1+
-v
BAPAL'MR
I ALBBRT
V MONTDIDIER
X
X
X
X
PBRONN1
CHAULNB9
ST. QUBNTIN
-V
-V
NOYON
V
X 601SS0N8
m h hd Hult voor 't offensief der Entente-leger»,
XXX front heden.
O O O De Hindenburg-linie.
4- +- De nieuwe Hlndenburgllnle van Drocourt naar Quednt,
niet vernietigd, niet gedecimeerd.
Het aantal gevangenen, door de Ge
allieerden gemaakt, 13 niet bijzonder
groot. De terugtocht van Hindenburg
geschiedt in goede orde. En waar de
Franschen en Engelschen bewezen
hebben dat het verlies van een slag,
van tienduizenden manschappen en
honderden kanonnen en van zeer uit
gebreide gebiedsstrooken geenszins
de mogelijkheid uitsluit van een te
genoffensief, kon men iets dergelijks
ook van Duitsche zijde verwachten.
De Geallieerden zijn alleen in zoo
verre In het voordeel, dat zij hun
gelederen iedere maand met een
honderdduizend geestdriftige Ameri
kanen kunnen aanvullen, ongere
kend hun vermoedelijk grootere
voorraden materiaal".
De Duitsche Keizer verliest den
moed nog niet
Hij seinde aan den gemeenteraad
van Berlijn o.a.: ..Rotsvast ben ook
ik overtuigd, dat geen vijand het hei
lig gebouw van het Duitsche rijk
zal kunnen schokken. Nooit zijn de
Duitschers te overwinnen geweest
wanneer zij eensgezind zijn. Ik weet,
dat heel het dappere, offervaardige
Duitsche volk met mij één van zin
is in krachtig volharden tot een
eervolle vrede is bereikt. Hetgeen
de Duitschers aan het front en in
het eigen land aan offervaardigheid,
kracht van daden, trouw tot in den
dood hebben verricht, ter verdedi
ging van ons bestaan en van ortze
heilige rechten, heeft geen ander
volk vermogen te doen. Onvervaard,
moedig en hard als staal zien wij
eensgezind de toekomst tegemoet.
Wij zullen alle stormen goed en
roemrijk weerstaan. Dat geve God-"
j De rijkskanselier heeft van maar
schalk Hindenburg een telegram ont
vangen waarin o.a. staat: „Dankbaar
de volkomen overeenstemming bij on
zen gemeenschappelijken arbeid ge
denkend, uit ik de hoop dat U nog
lang als kanselier van het Duitsche
rijk moge werken. Duitschland heeft
een zwaren strijd te bestaan; de
vijand tracht telkens opnieuw de be
slissende doorbraak te forceeren, die
hem tot dusver is mislukt. Wij heb
ben nog zwaren strijd voor ons, maar
het Duitsche volk weet, waar het om
gaat; het weet dat het op de slagvel
den van Frankrijk en Vlaanderen den
heiligen grond van het vaderland ver
dedigt De jongste uitingen van de
vijandelijke staatslieden hebben ons
opnieuw bewezen welk lot Duitach-
land wacht als het dezen strijd niet
zegevierend doorstaat. Het sterke ver
trouwen dat het vaderland in de na-
tionnla eendracht onzer strijdende
troepen stelt om den overmoed onzer
Onza Laehbosk
Twea kantoorbedienden werden
op zekeren dog verrast door bun
patroon, die hen bezig vond met
kaartspelen.
Hoe komt het toch, dat lk
jullie nooit aan het werk vind?
vroeg de patroon.
Ik weet het heusch niet, mijn
heer, antwoordde een van hen.
Misschien komt het wel, doordat u
rubber hakken aan uw, laarzen
hebt!
A.: Je kun* niet eens meer een
goeie vijfcentssigaar koopenl
B.: Jawel, its je er een dubbeltje
voor betaaltl
vijanden een zekere nederlaag toe te
brengeji is echter volkomen gegrond."
Het Briteche vakvereenigingscon-
gres i9 te Derby geopend; 4.531.985
werklieden waren er vertegenwoor
digd.
De voorzitter bepleitte een inter
nationale arbeiders- en socialisten-
congres, al veroordeelde hij da
Duitsche misdaden.
„Het is de plicht der arbeiders el
ke gelegenheid aan te grijpen, om
aan den vreeselijken oorlog een ein
de te maken. Hiermede bedoel ik
niet, dat een oneervolle vrede tot el-
ken prijs moet worden aanvaard,
maar een vrede, die volgende ge
slachten tegen de verschrikkingen
van een oorlog zou vrijwaren." Hij
verklaarde, dat een interutionaal
arbeiders- eu socialistisch congres
van groot nut kan zijn voor het
sluiten van een duurzamen demo-
cratischen vrede. Men kon slecht*
zijn verachting uitspreken wegens
wreede daden als het torpedeeren
van de „Lusitania". van het hospi-
taalschip „Llanovery Castle", -1*
executie van rniss Cavell en kapitein
Fryatt, maar het doel moest zijn
een bijeenkomst te houden, om d®
geschillen op te lossen. Daarom be
pleitte spreker het internationalisme
der arbeiders.
Maar het congres zelf is niet zoo
vredesgezind als de voorzitter! Al»
voorlooper van het congres werd na
melijk een anti-pacifistische bijeen
komst gehouden. Daar werd een mo
tie aangenomen, waarin de geal
lieerde legers en vloten met bun
schitterende overwinningen geluk
gewenscht worden, en waarin verzet
wordt aangeteekend tegen eenlga
vredesonderhandeling met de cen
trale mogendheden, alvorens da
autocratische dynastieën der Ho-
henzollerns en der Habsburgers onj-
•ver zijn geworpen en het ruw ge
wold van het militarisme volkomen
is vernietigd.
Voorts wordt in deze motie de be
lofte afgelegd, dat men de zaak
der geallieerden zal steunen totdaü'
de overwinning verzekerd is.
Kolonel Will Thome, Labour-lid
van het Parlement, verklaarde dut
90 pcL van de menschen in Enge
land zouden weigereD, de regeering
toe te ataaa vrede te sluiten alvo
rens de geallieerden een volledig®
overwinning hadden behaald.
Het parlementslid Thomas xeide te
gelooven dat Duitschland op dit
oogenblik niet alleen gaarne status
quo ante zou aanbieden, maar ook
den Elzas aan Frankrijk zou willen
terug geven in ruil voor een vrije
hand In het Oosten, maar liever dan
een vrede van dien aard te aanvaar-
&en, zou hij geheel het Engelsche
ras uitgeroeid willen zien. (Toejui
chingen). Hij bepleit een vrede, dl®
niet alleen het militarisme doodt,
maar die aan alle volkeren het
volstrekte zelfbeschikkingsrecht ver
leent. (Toejuichingen).
Uil Rusland.
Deaanslag op
Lenln en Oeritzkya
Uit Berlijn wordt gemeld: Ten
opzichte van den aanslag op I-enin
wordt gemeld, dat de daderes aan
gehouden is. Zij heet Dora Kaplan,
er. is utt Kièf geboortig. Zij is een
bekend aanhangster van de terroris
tische partij. In 1917 pleegde zij
reeds een aanslag op het hoofd van
de politie te Kief. Zij werd daarvoor
tot 13 Jaren kerker veroordeeld.
De toestand van Lenln is betèr go-
worden. De geneesheeren hopen op
een goeden afloop.
Uit Petersburg wordt geseind, dat
de moordenaar van Oeritzky 'n stu-
dent van de polytechnische school
is. Als mottef gaf hij ideëele over
wegingen op.
perk van noemt het es
van overgang, zei Knol, wat uit het
veld geslagen.
O, zooo antwoordde de graaf
op langgerekten toon. Het nuttige
elfect van uw beginselen zal het volk
óus pas in de toekomst waardeeren.
Dat is edn schrale troost voor de
thans levenden. Maar afgescheiden
daarvan, meneer Knol, ging hij op
anderen toon voort, we zullen maar
geen onvruchtbaar debat openen over
de sociaal-democratische utopiën, die
u blijkbaar voor verwezenlijking vat
baar acht Trouwens u, zoomin als
ik, wij zullen zeker niet lang genoeg
leven om van de verwezenlijking van
die fantastische idealen nog getuige
te zijn. Laten we dus dichter bij huis
lil ij ven, laten we ons bepalen bij het
tegenwoordige en bij de meest nabije
toekomst. Wat stelt u zich daar van
voor, voor uw eigen persoon? Laten
we daar eens over spreken. Met welk
doel is u bijvoorbeeld hier in Olmho
ven komen wonen?
Knol keek verbaasd op, bij die plot
selinge wending van het gesprek.
Ja, sprak de graaf, u vind
die vraag blijkbaar wat vreemd, maar
toch beheerscht ze voor een belang
rijk deel ook wel degelijk de kwesties,
die we reeds aanroerden. Ik geloof,
meneer Knol, dat ik het niet mis heb,
wanneer ik beweer, dat de Illusie, die
u koesterde, toen u de Ridderhofstad
de Slruysenhof kocht, op een groote
misrekening, op een groote teleurstel
ling is uitgeloopen en ik geloof ook,
dat die teleurstelling, meer dan uw
beginselen, u gebracht hebben, tot
het voeren van zoo'n felle oppositie
tegen liet bestaande régime in Olm
hoven.
En de oogen van den graaf van
Tienen staarden ijskoud in die van
Knol.
Nou sprak de laatete na een
oogenblik, op een wat heeschen toon,
'n beetje Is daar van an dat wii
ik weten als jullie me anders
hadden behandeld dan zou ik mis
schien
Wij hebben u niets in den weg
gelegd sprak de graaf, do on
welwillendheden begonnen dadeli,
van uw kant; u liet freule Dumacr en
mevrouw Dubour wegjagen, toen die
dames op uw landgoed volkomen tn
goeder trouw, champignon» zochten
en mij verbood u zonder eentge aan
leiding, den overgang over uw ter
rein, terwijl u dadelijk begonnen is,
met door ten hooge afrastering onz>-
beide goederen te scheiden.
Dat was toch mijn recht, ant
woordde Knol, die hoe langer hoe
meer van zijn stuk raakte. - Ieder
ls toch baas op z'n eigen terrein?
Ongetwijfeld, gaf de graaf toe,
maar was volmaakt overbodig op
zoo'n onheusche en onbeleefde wijze
een recht te verdedigen, dat niemand
u betwistte. Daarmee heeft u die da
mes en mij beleedigd. En verwachtte
u werkelijk, dat wij na dat gebeurde
onze deuren gastvrij voor u zouden
openen, zoodra u zich maar aanmeld
de?
Knol antwoordde niet
Bovendien vervolgde de graaf,
ik zal eerlijk zijn. Ook zonder die
Incidenten, zouden we u toch nooit
ontvangep hebben. Die illusie, ik heb
daar straks al op gezinspeeld, heeft
u gekoesterd, toen u de Ridderhof
stad kocht, muar die illusie zal nooit
verwezenlijkt worden.
Dat 1$ onmogelijk. U en tk, w:
zijn geen menschen die bij elkaar hoj
ren, die elkaar kunnen begrijpen; uw
levenswijs, uw taal, uw gedachten,
uw beginselen, zijn de mijne niet: wij
aristocraten leven, spreken, denken
en handelen in een sfeer, die nooit de
uwe zal worden, die voor u onbereik
baar is. Een voorbeeld, meneer Knol.
Die afrastering tusschen uw bezitting
en de mijne. Kijk, sedert ecuwen heb-
ben onze landgoederen aan elkaar ge
grensd cn noch de leden van mijn ge
slacht, noch de Tronck's hebben er
ooit ove r gedacht op die grens een af-
rastering te plaateen. Dat hebben
menschen uit mijn kring niet noodlg;
die eerbiedigen dl.anders eigendom
ook zondc-r dat. Maar dat begrijpt u
niet, dat is een opvatting, die voor u
t« ruim is. Ik kies dat voorbeeld, om
dat het zoo frappant is. Dit hekwerk...
Maar begon Knol, die on
rustig op zijn stoel zat te draaien.
Pardon onderbrak de graaf
de interruptie met een handbewe
ging ik zeg, dit hekwerk sym
boliseert als het ware den slagboom,
die uw beginselen daar hebben opge
richt, als een voortdurend beletsel
voor de wederzijdsche families om
ooit met elkaar in aanraking te ko
men.
Als ik geweten had, dat u dat
zoo zou opvatten sprak Knol op
verdrietigen toon, 't kost m« 'n
schep geld, maar als 't u hinden go- i
ik 't er uit, laat lk er 'n hoenderpark
mee afzetten.
O nee, 't hindert me heelcraaal
niet, antwoordde dc graaf met een
lachje en een licht schouderophalen,
't zou me nu zelfs spijten als hei
weg ging. 't Staat daar zeer wel op
zijn plaats. Maar om nu weer op ons
punt van uitgang terug tekomen, me
neer Knol; 1U wil u waarschuwen,
denkt, dat u met uw geld alles zult
kunnen verwerven, wat u begeerli
toeschijnt, bovenal de positie van
een landedelman, lk leg den kleu-tooa
op dat laatste woord. Maar daarin
vergist u zich. U kunt een Ridderhof
stad koopen met heerlijke rechten,
maar u blijft altijd de plebejer, a kunt
'de bevolking hier nog tienmaal groo
tere voordeelen bezorgen, dan u nu
al doet, ze zullen u altijd blijven bo
schouwen als hun gelijke in-beter-
doen; ze zullen opzien tegen uw geld,
niet tegen uw persoon en dat kan ik
ii met absolute zekerheid zeggen, van
mij en de mijnen, ik bedoel de aristo
cratie van Olmhoven, zult u steeds
verder af komen te staan.
Meneer Knol, u merkt, dat lk
even oprecht mijn meening zeg als u
de uwe en ik vertrouw, dat on^
gesprek geen van beiden zal berou
wen. Ik behoef u niet te zeggen: we
zijn beiden menschen, menschen met
deugden en gebreken, en wellicht is
onze waarde als mensch dezelfde
Waarom niet? We kunnen elkaar ook
wederzijds achten, en misschien
waardeeren, doch we hebben, ieder
voor zicü, iels, wat ons altijd zal go-
scheiden houden. U uw plebejer-
schap en ik, mijn aristocratie.
De graaf van Tienen zweeg.
Knol stond op, hij zag bleek; er
trok iets langs zijn mond en door zijn
kaken of hij op 't jiunt was utt tc bar
sten ln woede, maar hij bedwong
zich, zei alleen wat hecschig:
't Is goednou weten we pre
cies wat wo aan mekaar - hebben
Hij boog. Meneer de graaf.
Graaf van Tienen had gebeld, stond
op cn opende de deur voor Knol.
Meneer Knol
(Wordt vervolgd.)