Dimileii's Dagblad Door het iot verbonden TWEEDE BLAD. Dlnsdig 1 Octobir 1918 Stadsnieuws De opening van den Stadsschouwburg. Dc trotse Schouwburgh heft zijn spitse kap Nu op, en gaet de starren naderen, Bn weilekomt met dertel Uantge- geklap Al 't Raëthuts en ons wijse Vade ren. Het heilig Raethuis wydt den Schouwburgh in En wacht met zyn aendachtige ooren Belust het droef verhael te hoorcn. De Vondeliaansche verzen stonden op het precieu8-vorzorgd programma, keurig in rood on zwart gedrukt met kostelijke Oud-Hollandsche letter, voor den openingsavond van den Stadsschouwburg vervaardigd en gra eci ijk den bezoekers aangeboden. Een toepasselijk lied, al is 'l ge- uchrevop, eeuwen geleden bij de ope ning van den toenmaals nieuwen Amsterdamschen schouwburg, die ook, als hier ruet een spel-vol-locale kleur, werd ingewijd: ,,de Gysbreght van Aemstel" toen daar, als ,,De Holts van Haarlem" thans. 't Was een feestelijke belangstel ling, al buiten. Hoewel in dezen rant- sotniomijd overduad van licht niet ge doogd kan worden, was er zooveel licht oui het gebouw, dat het goed uitkwam en je de voordeelen zaagt vuo zoo'n vrij op een plein staanden schouwburg. Ruiten al was de indruk groot- steedsch. De' in dicht gesloten reeks aanrollende, equipages, ataxen en huurrijtuigen reden over den glooien- den oprit vóór de drie witte deuren op en zetten daar hun lichte en zwuar- - dure lusten af, waarna de voertuigen lungs den afrit wegzwierden. lluitcn stonden rijen kijkers te zien uaur 't licht en 't gebouw en de bezoe kers, die in de ruime voorbal ver dwenen. Daar was met een tooverslug alle werkrommel van de laatste da gen verdwenen. De lichte tinten van wand en pilaar werden vroolijk ge broken en aangevuld door het vrien delijk gekleur van bloemenvrachten, die de bakken sierden, waarin de goede smaak van den Plantsoenen- directeur, den heer Bauer te herken nen viel. In do ruime wandelgangen beneden en boven een druk beweeg van bezoe kers, die op weg naar hun plaats al vast eens een kijkje namen en wel- VCituauu wareu, door hel ruime, luch- te cu lichte, Uul y.ij op hun rondwan- deling merkten. Door de {leurtjes schoof het gezel schap naar binnen toe. De zaai bood een fleur voor de oogen. Van 'l somber-groen van het voorloopige be&vcrteen was geen vier kanten centimeter meer te zien, zoo yol zat 't er met gasten. Avoudkleediug was verzocht en zoo n wat overbodig verzoek bij zulk ceu plechtigheid, geeft al aan, dat er een lietlijk costuum-spel te zien was, .waarin liet zwart van de heerenklee- ding het ernstig element bewaarde. Een schilderachtige toiletten-scha- keerlng zag je ook op de balcons, die de zaal, in 't halfrond omgeven, .als eon veeitintig kIeuren-{_ rondom de benedenzaal geboord. In de loges resideerden de Commissaris der Koningin, Jbr. mr. dr. A. Roell, de leden van 't dagelijksch bestuur der gemeente en de leden van de Schouwburg commissie met hun dames. Dr. Frederik van Eeden troonde op 't mooiste plaatsje van de fauteulls- de-balcon, midden vóór 't tooneel cu hij zat er zoo wel, dat 't hem niet aanstond, om naar beneden op 't tooneel te komen, toen Willem Royasrds bij 't kransen-aandragen door den directeur Van Gasteren 't gebeurde iets te vroeg, toen Estella van Bylandt net gestorven was en Royaards wat kortaf deed, omdat 't bloemen aanbrengen den indruk van het tafereel wat bedierf toen Wil lem Royaards dan, wat bijgekomen, aankondigde, dat er ook een krans .was voor Frederik van Eeden. l)ie knikte van boven-af, dat 't al goed was, toen 'l publiek hem huldi gend applaus schonk. Boven zaten ook Gedeputeerden. „Al 't Raethuis" dus boven gezeu „de wyse vaderen", volgens het ge dicht van Vondel, troonden op de eerste rij van de stalles, aan welke omstandigheid de Burgemeester, jong en lenig spreker, met een ietsje van bekoriug in z'n stem, de gelegenheid dankte, om. op de manier, waarop li in dorre Ruadsdebatten ons hart weet te verheugen door een schelmsche woordspeling, het ondeugendheidje los liet, dat hij nu helaas op den Raad moest neerzien Warm en vol was de toespraak van Burgemeester Sandberg, pittig hier- en-daar en aangenaam, om aan te hooren, zonder dat er effect-bejag in zat Z n woorden vonden herhaalde malen weerklank in applaus „bij open doek". Vóór zijn speech klonk 't plechtig Wilhelmus van 't Haarlem's Muziekkorps, daarna de sterk-beklem- toonde, zwaar dynamische, toespraak van den nooit met stil masker spre kend: want altijd beweeglijken Wet houder van Financiën Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, nu sprekend in zijn qualiteit van voorzitter van de Commissie van beheer van den Stads schouwburg. Zijn toespraak werd gevolgd door het rustig geluid van den heer M. Merens, wiens redevoering, als steeds, door citaten van veel belezenheid ge tuigde. Van de drie toespraken volgt hier het verhaal: Jhr. mr. W. B. Sandberg. Jhr, Sandberg vestigde er do aan dacht op, dat de oudo schouwburg van 1849 niet meer aan moderne ei- schen kon voldoen. Sedert 1864 is dikwijls geprobeerd het gebouw aan den Jansweg te verbeteren, maar dit baatte niet voldoende. Toen is nu Wj jaar gelederv de schenker, die ook thans onbekend moet blijven, met dit geschenk gekomen. In zijn onder houd, dat de schenker met den bur- gemeester had, zeide de gever: Er zal j nog heel wat moeten gebeuren, eer j u den schouwburg kunt openen. Ik j heb daar dan ook tegen opgezien, zeide de burgemeester, en ik moet het zeggen: de teleurstellingen, die er J zich voordeden, waren groofcer nog j dan ik gevreesd had. Maar op een avond als deze is dit alles vergeten en voor goed! (Applaus). De burgemeester dankte daarop den commissaris der Koningin voor zijn aanwezigheid. Dat is naar den geest van den schenker, die gehoopt heeft dat de hoogste auto- riteit der provincie vaak hier zou tegenwoordig zijn te midden van de i inwoners zijner hoofdstad. Op de le den van den raad (in de.stalles geze ten) moet ik helaas nu neerzien, ver volgde de heer Sandberg, maar lk zie tegen den raad op, nu hij met mij heeft medegewerkt om dit gebouw hier te doen verrijzen. De burge meester verwelkomde voorts allen, die krachtens ambt en waardigheid hier tegenwoordig waren. Ook die hier waren krachtens hun mildheid, door het geven van geschenken voor het optuigen van den schouwburg. Ook hen die, ais de contraprestatie, door het koopen van toegangsbewijs hier aanwezig zijn, want die zijn zoo welkom aan den penningmeester van de commissie van beheer. De burgemeester huldigde daarna den nobelen schenker. In 1914 heeft hij hem reeds hulde gebracht voor zijn milde gilt, maar thans nog meer dan toen ziet men, welk een schitte rend geschenk aan Haarlem is ten deel gevallen. Deze schouwburg is er tevens een eeremonument voor. On bekrompen dank werd gebracht aan den architect, Prof. van der Steur, die ook het financieele risico op zich heeft genomen. Haarlem is hem voor dit alles in hooge mate erkentelijk. Geroemd werd ook de arbeid van den aannemer, don heer Says en den op zichter, den heer Poldermans, die vele moeilijkheden hebben weten te - overwinnen, evenals den directeur j van openbare werken, den heer L. C. Dumont, die bij de inrichting van het gebouw slechts beperkte midde- len had. In 't algemeen dankte de burge-j meester al degenen die met hoofd e." J handen tot de samenstelling van het1 gebouw hebben meegewerkt, gelijk dit nu is geworden. De burgemeester sprak ten slotte de hoop uit dat allen die hier zijn en de duizenden die na ons hier zullen komen, hier uren van kunstgenot en amusement zullen mogen genieten, ook dat de volks- j voorstelingen hel nieuwe Instituut waarvan men zich zooveel voorstelt, succes zullen mogen hebben; dat men eerst, komende omdat het zoo goedkoop is, later zal komen, om- dat het zoo goed is. Thans is 't oogenblik gekomen be- sloot de beer Sandberg dat ik den schouwburg voor geopend kan ver- j klaren. Het gebouw zal worden in- gewijd met een stuk dat hier passend is: „De Heks van Haarlem", geschre ven door een oud-Haarlemmer, Fro-1 derilc van Eeden, voor wiens komst. is dankzeg. Thans draag ik den schouwburg over aan de commissie van beheer en ik doe dit met het vol ste vertrouwen. De verhouding tus- sclren deze commissie en B. en VV. is steeds zeer goed, en dat die in de toekomst zoo zat blijven, kan ik met de meeste gerustheid vertrouwen, daar de voorzitter van de commis- *6 is wethouder Mr. Heerkens Thijs- Bij de verhuizing 'uit het oude ge bouw met zijn vele gebreken zouden wij iets gemist hebben als de oude directeur niet mee verhuisd was. Ik dank den raad voor zijn besluit om den heer Van Gasteren tot directeur to benoemen. Met hem is een brok gezelligheid naar het nieuwe gebouw overgebracht. (Applaus). Moge het den heer Van Gusteren, den ouden directeur met het jonge hart, gege ven zijn om den nieuwen Stads schouwburg tot bloei te zien komen. (Applaus). Mr. J. N. J. E. Heerkens T li ij a s e n. De vorzitter der Icommis- ais sprak als volgt: Dames en Heeren, De Burgemeester van Haarlem heeft heden een zijner illusies mo gen verwezenlijkt zien. Toen de no bele schenker zijn aabbod heeft ge daan, is het plan om van gemeente wege een schouwburg in te richten en te exploiteeren met Idem van re denen door hem verdedigd in den Gementeraad, die tal van bezwaren deed hooren, waarvan lk de ge grondheid thans niet wil beoordee- len. En toen de Raad tot de aan vaarding van het geschenk besloten had, is het de Burgemeester ge weest, die den bouw heeft voorbe- i reid, die tot in kleine bijzonderhe den de voortschrijding van den bouw heeft nagegaan, die tallooze malen zich persoonlijk van de vordering van het werk is komen overtuigen, die heel wat bezwaren heeft weten op to lossen. Voor hem moet heb een -vreugde-dag zijn, nu zich de deuren voor een breede schare heb ben magen ontsluiten; hem moge het gegeven zijn menige schoone en zielsverheffende voorstelling van uit zijn frontloge bij te wonen en dan tevens te staren op een goed ge vulde zaal. Dat zal dan voor hem het beste loon zijn voor zijn volhar dend streven. Laat mij in afwach ting daarvan de tolk zijn xan de be volking van Huarlem en omstreken, wanneer ik hem van deze plaat» een woord van openlijke hulde breng voos hetgeen hij heeft gedaan ora de schenking to volmaken. Toen de Burgemeester mij aan wees, om als lid van het gemeen tebestuur het Voorzitterschap van de Commissie van Beheer te aan vaarden, heb ik gevoeld, welk een gewichtige en zware taak mij werd opgelegd, maar de Raad heeft een aautal deskundige en ijverige man nen om mij heen geplaatst en het zijn vooral dezen geweest, die in een korte, een haast at te korte spanne tijds, de voorbereiding hebben weten te voltooien un het mogelijk hebben gemaakt, dut we u hedenavond onze eerste voorstelling kunnen aanbie den. Behalve met den korten tijd, wel ke ons gegeven was, hebben we, be hoef lk het nog te zeggen, moeten kampen inet de tijdsomstandighe den. Daaronder heeft onze directeur van Openbare Werken gezucht, maar wij niet minder. De vinding rijke directeur heeft de joplossing moeten vinden voor heel wat vra gen, waarvoor hij in normale tijden nooit gesteld zou zijn, maar wij niet minder. En dan nog! Allicht zal de trouwe schouwburgbezoeker hier iets missen, en inderdaad er zou stof tot critiek te over zijn. Maar neemt de inrichting van het gebouw zooals die is, eu hoopt met mij, dat eerlang de omstandigheden zich zoodanig ten goede wenden, dat we in staat geraken het ontbrekende aan te vullen. De goede wil, dat verzeker ik u, bestaat bij het ge meentebestuur en niet minder bij de Commissie van Beheer. In af wachting daarvan verzoek ik het publiek zelf voor de aankleeding der zaal te wHlen zorgen, en dat kan op de allerbeste wijze geschieden door druk bezoek. Geen smaakvol ler bekleeding van een schouwburg zaal Is denkbaar, dun die, welke ge-, vormd wordt door fleurige en kleu rige dame3-toiletten, wanneer stoel aan stoel bezet wordt en men zich thuis gevoelt in den schouwburg. De besle kunstenaars van Neder land zijn uls het ware een wedstrijd aangegaan om in de openingsweek het beste wat ze geven kunnen op dit tooneel te vertoonen; mogen zij zooveel voldoening vinden in dezen élan, dat ze er naar hunkeren voor het Haarlemsche voetlicht te tre den. Moge hei hun vooral gegeven borden steeds kunst van hoog ge halte aan te bieden en moge, dat Voor ik echter eiudig. vermeld ik dankbaar ou gaarne nat buiten de gift voor den foyer, de heer Bunge, uit Aerdeuhout, door onzo tusachen- komst eon gif! ncliouk vóór een of an- gove God, hetgoen hier gezien ën "gé hoord wordt, strekken om betere ge voelens ln den mensch waker te ma ken en hem op te wekken tot goede en edele daden. Dan zal de schouw burg niet alleen een filaats van ver- maak en verpozing zijn, maar ook aan deze heerlijke bestemming beantwoorden, dat zc strekt fot ver edeling van de ingezetenen Haarlem en omstreken. M. Merens. De heer M. Merens hield daarop do volgende rede Burgemeester, Wethouders, leden van den Gemeenteraad! Namens het bestuur van de Afd. Haarlem en Omstreken van het Ned. Tooneelverbond, een afdeeling die slechte één jaar bestaat en waarvan voor de toekomst op tooneelgebied door hel Haar!, publiek nog veel ver wacht kan worden, kom ik voor een kort oogenblik Uw aandacht vragen. Toen een gulle gever de behoefte van Haarlem kennende, haar een nieuwen tempel der kunst schonk, waren zij die voor het Tooneel voelden, blijde, Haarlem, dat in alles zoo vooruitgaat, eindelijk ook op dat gebied de mo derne richting op wilde. En nü zijn we Uwe gasten op doez' jubelavond! De goede gezindheid der Haarlemmers toonde zich als voorbeeld door de gift van den heer Crommelin en eenige vrienden alB cadeau* in het scherm, en nu mocht het Ned. Tooneelverbond zeker niet achterweg» blijven en be sloot het bestuur een oproep aan de Haarlemmers te doen. zoowel als aan hen die in de omstreken wonen, en ziet, in overleg met Uwen Burgemees ter, komen wij U op deez' feestavond, vooral gesteund door den heer Bunge, uit den Aerdenhout, zoowel als Mevr. de Wed. Bunge, op den Kleinen Hout weg, mede door den heer Smidt van Gelder, te Bennebroek, en zeer vele anderen, vooral uit de omstreken wierven: noyaai de inrichting van den foyer aanbie- speelsters. Ook waren er drie kran- den, die door de goede zorgen van het sen voor den directeur, den heer Van bekende „Modelhuis Le Grand" to Gasteren, namelijk een van het Too- Amsterdam en van de firma Sabehs. neelverbond eu twee van particulie- voor de groote spiegels, luister aan ren tempél bijbrengt. j van belangstelling deden ook ve lde oant vnor 1 - het tragisch verloop dor handolino voor ©en feestelijkcn oponiugèftvoiia past, Onz© oogen genieten van do kleu renpracht zooals de zeventiende eeuw. sche schilders die op 't doek brachten der technisch voorwerp Achter het ©n waarbij de weelde van bet plooien- scherm. de damasten voordoek zich waardig Bovendien 9chonk de voorzitter van aansluit, het hoofdbestuur van het Tooueelver-| Het innerlijk der menschen. dio bond, Jhr. Van Riemsdijk, een afgiet- Van Eeden ons schildert, past minder sel van de in het Rijksmuseum aanwe-jdan hun uiterlijk in de zeventiende rig© buste, voorstellend© onzen groo- e©uw de onzekerheid waaronder deze ten Bouwmeester in de rol van Coreo- meuschen lijden, voelen wij meer ah lanus, en liet die gever de wanden van onzen tijd en do uitspraak van van.de promenoires ea.rookfoyer ver- j den geleorden professor Bontius, dat sieren met eenige hoogst interessante d zekerheid alleen is voor de gravures op schouwburggebied. Maarverdwaasdea, (waarvan de dweepende ook, en dit zal U zeker aangenaam I Baltens het levende voorboeld zijn, dat het portret van, zooals Henri ia), zullen wij. moderne men- Ter Hall hem zoo tercht noemde, den scheu, eerder onderschrijven dan do Grootmeester van de Ned. Tooneel- zeventiende-eeawerj, wier leven zoo- critici, wijlen den heer Róssing, ge-wel in geestelijk als in materiëel op- teekend door niemand minder dan zicht op vaster basis rustte dan 'net Thérèse van DuylSchwarze. op onze. oorstel van onzen secretaris De Kan- er, in deu foyer een welverdiende plaats heeft gekregen. Aan zijne nagedachtenis breng ik van deze plaats eerbiedige hulde. Straks, hoop ik, dat allen in de gelegenheid zijn -een en ander in oogènschouw te nemen en Haarlem op tooneelgebied verder waardig zal te voorschijn treden. Dankbetuiging. Mr. Heerkens Thijssen, die tijdens de redevoering van den lieer Merens op 't tooneel, d. w. z. in de kamer van den Schout van Haarlem was gebleven, nam nog even 't woord, om te danken voor al de fraaie geschen ken, in 't bijzonder voor de fraaie aankleeding van den groo ten foyer en den schitterenden voorhang van rood damast-fluweel, dat bij avond zoo welig kleurde en sombere voor spellingen van te fletsheid. Toen was 't woord aan de toonee- llsten, die er bloemstukken mee ver wierven: Royaards en de dames- Een woord van hulde en dank voor de aangename wijze waarop Uw se cretaris, Mr. Dr. Wijtema, zoowel als blijken, au. ui. ijiomii, in de pauze wandelde men en be de Directeur van de Gemeentewerken, zichligde men 't geheele gebouw van de heer Dumont, ons ter zijde hebben boven- tot jn den rookfo'yer. Die ziel gestaan, lijkt mij hier met overbodig. er niet zoo weelderig ingericht uit Eeu nieuwer wetscho schouwburg is j alg de groote foyer met zijn keurige nu eenmaal met compleet zonder aankleeding. Maar de rookfoyer had foyer en proroonoirea Men zoekt WJ» dit voor, dat er aan de buffetten vnonden op. hoort daar gaarne do wat 5emachtigen was, al was 't meening over üe genoten kunst en ge-er ZQQ drukt dat er ^ners wa- 35-e.er "f 'J,, 7**n li?!0 - ren die Ln vergissing gegeveu fooien toiletten, die v, mannen, nu oen -j js dat verboden op verzoek der maal zoo gaarne van de elegante da-vakorganisaUe „jf aanvaarden, mes zien. j Da natuur gaat boven de leer Gerst, smaak en oordeel ontmoeten >t Wa3 z£r geanimeerd. Het was elkaar m den foyer, want Wat go- dichte drom van bexoek- schiedt er al met in zoo n fovert Zon-bezoekers: Men ontmoette fc ln 'tril TSÏJSÏÏ? elkaar in wandelgang eu foyer, het- woord „foyer waarvoor menT drontr men o.,. het Duitscho woord..miheherd" geluUdï nicl ineen3 des„ „jt. schVvori'aï. tS'S,? Clémèht"'» e""B- ma'u g"' 'Icn w»'""'1'»1™ wal fflmjSwï? hete SïïSUE UUD 100W I.: danlebaar appl.u.Toen j len nog telegrafisch I tal van tooueel-artisten. tragédies zich soms in de foyere af speelden. D© foyers der Franscbe schouwbur gen hadden een Europeesche ver maardheid gedurende het Directoire-* eer men langs de zwaar gegalonneer de suppoosten op 't Wilsonsplein ge raakte- Als de vestiairisteu wat meer „ingespeeld" zijn, zal 't daarmee wel wat vlugger goun. Buiten had de E. Trouwens, Van Eeden heeft in moor oprichten zijn stuk actueel doen zijn kwesties van smokkelen en oor logswinst maken ziju ook van onzen t'jd en ook nu staan de vorsten mach teloos om te oorlogon, wanneer zij niet gesteund worden door geld. op de beurs gewonnen. Over den inhoud van hot stuk kan ik kort zijn die zal velen nog be kend zijn. Schout Cousaert, rechtschapen plichtsmensch. heeft tot schoonzoon den rijken koopman Arent van By landt. die er geen gewetenszaak van maakt, in 't geheim munitie te leve ren aan Spanje, waarvoor hij grof geld maakt Arenl's vrouw, ^Estella, weet van dien geheimen handel en bezwaard door dat geheim biecht zij het in een oogenblik van nerveusen angst aan haar vader. Cousaert staat nu voor de keuze Van Bylandt's wandaad aan den prins te berichten en daardoor zijn dochter ongelukkig te maken, of te zwijgen, waarmee hij zijn plicht als prinsge- riudo en vaderlandslievende schout verzinkt. Na eenigen tweestrijd do schrijver laat do beslissing wel zeer spoedig vallen besluit hij zijn plicht als burger te doen cn Van Bylandt Over to leveren. Als Van By-andt gearresteerd wordt, komt het tot eon gevechtEstella. wanhopig nu zij door haar schuld het leven van li3ar man bedreigd riot, werpt zich tusschen de vechtenden on wordt doode'.ijk getroffen door een degenstoot, Hiermede eindigt de twee de acte. En tevens de handeling van het stuk. Want. bet derde l>edriif, dat de onzekerheid brengt, kan ons niet meer boeien. Cousaert wordt ver scheurd door twijfel of wat hij deed. «*oe>.l wasdoor zijn daad werd zijn dochter vermoord, zijn schoonzoon tot bedelaar gemaakt en zijn vrouw tot zijn vijandinaL een zwijgende wraakgodin waart zij door het huis ;,aU Eousaert's geweten" zegt Hille Babbe, de heks. die telkens episo disch ten tooneeie komt om door nare toespelingen en voorspellingen do han deling verder te brengen. Het eind van Cousaert's weifelingen is, dat hij erkent, gocu zekerheid meer te hebben van wat goed is of kwaad en deze erkenning brengt hem de ver zoening met zijn stervende vrouw. Nu kunnen die weifelingen en twij felende redeneeringen van den schout ons niet anders dan vervelen, omdat maardbeid gedurende het Directoire- w^eofvoor deVe^chn" er voor de handeling van het stuk tijdperk. Het ging er rumoerig toe nmrninm ras politie trast, ritJlUngen klasr; wst gemak- er steeds in met gestreng uiterlijk, om kelllk was* de jeunesse fölatre in toom te hou-1 den. Ook was in den foyer vaq hot! Over t Tooneelstuk. bekende Palais Royal Madama Ca- I Onze medewerkster, mevrouw An ten is; het lange ten tooneeie zijn van de zwijgende, roerlooz© vrouw werkt bovendien irriteerend en haar eter ven met de zingende stem achter de coulissen blijft een tooneeleff-ect i i, I WUiWCU UUUl, «711 (.UUIIOC71C11-C-UO KVU- raugh, die daar met enorm succes als na van Gogh—Kaulbach schrijft ons der wezenlijke ontroering, hoe ook do boekverkoopster was geïnstalleerd en over de opvoering van de Heks van a- de nieuw gespeelde stukken verkocht, j Haarlem het volgende: Vooral bij bezoekers uit de provincie had zij groot succes en verkocht daar duizenden exemplaren aan. Misschien verdient dat hier als nieuwigheid overweging. lieer de Burgemeester, ik hoop spelenden trachtten inuigheid in de scène to brengenhet publiek werd er niet door gepakt- Wei door de twee eerste bedrijven het vesprek tusschen Bontius en Cou- aaerf. waarmede het stuk opent, is dadelijk belangwekkend en mooi van bouw, ea in de handeling komt span- „Do Heks van Haar lem". .Treurspel der On- aeekerheid", van Frederik van Eedendoor de N. V. „Het Tooneel". r i Wij voelen ons vandaag verheugd. en vermoed dat in onzen foyer een go- alsof wij een waardevol geschenk heb- ning. die tot het eind van de tweede strenge commissaris van politie wel ben gekregen. W ij, dat wil zeggen.1 acte wordt volgehouden, niet noodig zal zijn behalve als allen die de openingsvoorstelling in I Aan <ie opvoering was alto mogelij- welkome gast. Wij, Hollanders, ver- onzen nieuwen schouwburg bijwoon-ke zorg besteed; in de bezetting was talen immers het woord foyer liever den en allen, die hopen en verwach-eenige verandering gekomen. Roy als „naard", als laantrekkingspunt ten volgende voorstellingen bii te zul- aards, die vroeger <ïe rol van den voor een gezellig kwartiertje van kout. len wonen dus ieder Haarlemmer.schout had vervuld, speelde nu den Uw schouwburg heeft thans zulk ec-n die voelt voor het tooneel. Want door 1 brallenden, snoeverige» Van Bylandt haard, zulk een foyer en ik druk den het instituut der Volfavoorstellingenmet zwier en verve i.a -Roche, als de wensch hierbij uit, dat ook de acteurs kan we] haast iedereen tenminste en-schout, boeide door schoone evenviell en actrices die luer zullen optreden, kele malen een opvoering bijwonen, j tigheid van spel en dictie, zullen toonen .foyer" te bezitten. Dat die volksvoorstellingen succes Lief en innig als vroeger de Estella want „avoir du foyer" beteekent voor zullen hebben, betwijfel ik geen oogen- van Mevrouw Royaards dat was go den tooneelkunstenaar eeu krachtigen blik ten allen tijd© toch heeft het bee' het gevoelige,ietwat zwakke, indruk te kunnen maken op zijn of tooneel contact gehad met wat men aanhankelijke vrouwtje, dat de go- haar toehoorders, d. w. z. den sleutel j „het volk'1 noemt en dikwijls heeft volgen van haar daad niet vermag te te bezitten voor een mooi succes. juist dit contact niet wat leefde Want het tooneelspe!, dat in dit ge- menigte de tooneelkunst krachtig doen bouw ten beste gegeven zal worden bloeien. Terwijl vau zijn kant het too- onder deskundige hoofdleiding, blijve nee! weder opvoeder was der me- de hoofdzaak en de grootste attractie. I nigte. I Maar do gevers en geefsters van deze Daarom verheugt het ons dubbel, j inrichting van den foyer hopen toch dat het gemeentebestuur den schouw- ook een steentje te hebben bijgedragen burg in eigen exploitatie hield, waar- om bij het nuttige van dat tooneel- (loor juist de volksvoorstellingen mo- spel het aangename te hebben ge- gelijk worden. voegd, n.L een plek, waar men „na Dat de Commissi© van Bolleer aan inspanning genieten kan van out- Van Eeden's werk de eerste plaatsvrouw en bewonderden opnieuw Louie I s p a n n i n g". gunde op ons tooneel, valt tè roe-Saalboru's uitstekende creatie van Ik hoop a us dat ge ons geschenk,men niet alleen, en mi. niet t o o r- den in verdwaasdheid bevangen do- waarvoor het bestuur van het Too-1 n a m e 1 ij k zelfs, omdat het stuk in minoo. neolverbond allen nog eecs harte-1 Haarlem speelt on door een Haarlem- Natuurlijk was er geen plaats ou- I-lijk dank brengt, wel zult willen aau- j iner is geschreven, maar omdat het in bezet in de zaal vooral na het- twee vaarden.1 zijn kleurige aaukleeding, ondanks de bedrijf, toen de spelenden met Igen dragen. Do rol van de Heks werd vroeger door Musch gespeeld het leek mij goed gezien, ze nu door een vrouw te laten vervullen. Travesti houdt toch altijd iets onechts ons kon tenminste de creatie von Marie van Westerhoven meer boeien. Eli as vau Praag had zijn oude rol van Bontius; ook Mevrouw Sablairol- zageu wij weder als Cousaert's Feuilleton naar het Eugelsch van CHARLES GARVICE. 12) Op hetzelfde oogenblik had ze een vaag gevoel van spijt; zij miste den ring, nu ze hem af had gedaan en de vinger zag er zoo kaal uit. Maar ze waa to trotsch om hem weer aan te doen. Neen, ze wilde niet dat hij tel kens als hij toevallig haar hand zag, aan den ongewenschten iband her innerd zou worden. Het was reeds laat, toen Maunering langzaam over den heuvel naar de eetkamer kwam zooals Nina be sloten had de hut der mannen in het vervolg te noemen. Hij scheen erg vermoeid, vond ze. Zij had .zich juist zelf wat opgeknapt en zag er zoo frisch uit, dat Munnering de tegen stelling voelde eu zei: Als u een oogenblik wacht, ga ik me eerst wat opfris3chen. Zij vertelde hem van de verande ringen, die zij in de hutten had aan gebracht en eindigde: Maakt u dan gauw voort, want ik heb juist een nieuwe soep gepro beerd eu die zou ik niet graag zien bederven. Hij voldeed aan haar verzoek en zonk. daarna met een zucht in zijn stoel neer. Dat is een heerlijk soepje, zei hij, na een poos. O, vindt u? Ik dacht, dat u het niet lekker vond, omdat u niets zei. Neem me niet kwalijk. Ik was aan het peinzen over Belangrijke onderwerpen zeker. Zou ik ook mogen weten welke? Ik geloof er nu geiieel zeker van te zijn, dat het grootste van d? eilan dengroep zuid-westelijk van ons ligt en ik stel voor een boot te bouwen dat zal veiliger zijn dan een vlot waarmee we op onderzoek uit kun nen gaan. Zij luisterde zoo aandachtig, dal zij vergat hem te bedienen. Ik geloof ook, dat lk nog meer goud op het spoor ben. En ik geloof, dat er ook koper is, ik geloof dat er allerlei mineralen in den grond hier zitten. Ze zuchtte. We schijnen juist de dingen te vinden, die ons van geen nut zijn. Het gaat in boeken toch heel anders toe dan in de werkelijk heid. Wo zouden anders wel eens kun nen probeeren orfT leegc flesschen in zee lo gooien met een papier er in, met onze namen er op, en een bede om hulp, zei hij glimlachend. Ik heb maar drie leege flesschen en die kan ik niet missen, zei ze. Een ervan doet dienst als deegroi en is haar gewicht in goud waard. Ja, maar uw familie zal toch wel in angst over u zijn, zei hij ern stig. Ik heb geen familie, antwoordde zc. Mijn vader en ik stonden geheel alleen. We zullen vermoedelijk nog wei verwanten hebben, maar we heb ben nooit van hen gehoord. We leef den slechts voor elkaar. Na een poos je zei ze, met de oogen op de tafel gericht: Als u wilt trachten uw familie eenig bericht van u te doen toekomen, dan zal ik een van mijn flesschen er voor prijs geven. Ik zou niet weten aan wie het de moeite waard zou zijn bericht te zenden. Hebt u geen zuster, geen broer? Er is toch zeker wel iemand, die zich om u bekommert? Waarom zou ik wel familie heb ben? was-zijn wedervraag. lk heb vader, moeder, broer noch zuster en wat de rest betreft die zullen zich niet licht bezorgd over mij maken. Toen de maaltijd afgeloopen was ging hij bij het vuur zitten en staar de in de vlammen. Hij was vreese- lijk vermoeid, na een poosje zag zo zijn hoofd op zijp borat .vallen hij was ingedut. Hij zal in een erg on gemakkelijke houding en ze peinsde er over, wat ze tot steun achter hen kon zetten. Op haar teenen liep ze naar hem toe. Toen ze daar zoo over hem gebogen stond en haar oogen op hem rustten, drong het eerst recht tot haar door, dat hij eigentijk de knapste man was, dien zij ooit ont moet had. Maar wat zag hij er slecht uit! Het moederlijke gevoel in haar dal in iedere vrouw sluimert ojit waakte, en haar hart werd van me delijden met hem vervuld. Zij zette voorzichtig een kist tegen zijn rug. Maar hoe licht haar aanra king ook was, werd hij toch wakker in een seconde was hij op de been i had hij haar bij den urm gegrepen. Zij dacht, dat hij van plan was liaa te slaun, zoo vreemd koek hij haa- aan. Maar weldra was hij klaar wak ker en stamelde: lk vraag u wi. excuus! Ik moet in slaap gevallen zijn want ik droomde, dat de Indische matroos teruggekomen was. Ik dacht, dat ik hem bij den arm greep en u was het! Als u mijn arm nu los zou wil len laten? zei ze glimlachend. U doet ine heuscn pijn. Ik ben blij, dat ik die Indische matroos niet ben! llij liet haar arm los en zag tege lijkertijd dat zij zijn ring niet aan had. Hij toonde geen verwondering muai' het viel haar op, dat hij haar blik ontweck. Nu, ik ga naar mijn hut, zei ze. Geeft u me uw jas als het u blieft, mee. - Mijn jas? vroeg'hij- - Ja, ze is gescheurd; ik zal haar voor u maken. - O, doet u geen moeite, zei h: een beetje koel. Waarom had zij den ring afgedaan? Was zij bang voor hem bang dal hij zijn belofte ver geten zou? Geeft u haar mij, als 't u blieft, zei ze. Gehoorzaam trok hij zijn jas uit en deze over haar arm nemend, wensch- te zij hem goeden nacht en verliet hem. Hij zat nog een poosje bij het vuur. Daarop stond iiij op met het besluit zijn tegenzin om weer in de hut te slapen te overwinnen. Bij Nina's hut gekomen zag hij, dat er nog licht brandde. Toen hij bij het licht van een fak kel de zijne binnentrad, bleef hij op den drempel staan, getroffen door h..-; gansch andere aanzien van het ver trek. Zoo Wel zijn oog ook op de bloe men, die zij op tafel had gezet. 11 ij nam ze in de hand en snoof den geur ervan op. Waarom had zij al die moeite gedaan? Op dat hij niet voort durend nun zijn overleden vriend herinnerd zou worden'? Waarom had die bloemen daar neergezet? Even glansden zijn oogen, maar dadelijk daarop werden zij weer dof. Zij had zijn ring afgedaan! liet kon dus niets anders dun medelijden zijn, wat huur er toe gebracht hud zijn «hut op te knappen en alles anders te schikken. Met een zucht zette hij de flesch met bloemen weer neer cn begon zich te ontkleedeu. Nina hud inlusschun de jas mes naar haar hüt genomen, draud en naald voor den dag gebaald en de scheepslamp ontstoken. Met de jas op schoot bleef ze in gepeins verzonken zitten, toen stroopte zc baar mou wen op om haar arm tc bekijken. De afdrukken, van zijn vingers waren duidelijk zichtbaar op de blanke huid. Wat was hij sterk! En toch zoo zacht eu vol zorg voor haar. Echt ridder lijk en goed Was liijl Een blos steeg haar naar de wan gen. Waar leidden liaur dwaze go- dachten haar heen? Zij dwong zich tot nuchter denken cn begon dc erg ste scheuren in de jas te herstellen. Toen ze dc jas omkeerde, viel er let» uit den borstzak. Zij tastte op den grond en raapte eindelijk een klein plat loeren étui op en legde het op tafel. Maar ze kon ér de Oogen niet van afwenden. Misschien bevatte het bankpapier of brieven. Maar neen, daar was het niet dik genoeg voor. (Wordt vorvolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1918 | | pagina 5