Buitenlandsch Overzicht
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERD60 4 JANUARI 1919 TWEEDE BLAD
OM ONS HEEN-
NÓ. 2569
Brieven van het 34ste Raadslid.
kracht ls. Toelichting, nadere toe
lichting, Laatste toelichting, bewijzen
alleen, dat de rede in eersten termijn
verre van volledig is geweest.En wan
neer gij mij antwoordt: „jawel, maar
Ik moet verkeerde meeningen van
de oppositie toch bestrijden", dan wijs
ik u op den tuinman, die op alle
slakken zout wou leggen en nadat hij
doodmoe was door het dagenlang
rondspringen in den tuin, ontdekte,
dat tr nog altijd slakken over wa
ren.
Meent niet, Raadsbroeders, dat Ik
(pedant bon wanneer lk u aldus toe
spreek. Mijnerzijds ben ik bereid,
wanneer de evenredige kiezers mijn
leven mochten 6paren, h« volgende
Jaar de Nieuwjaarerede van een
uweraan te hooren. Men moet
wereld op zijn tijd zoowel een lij
dende als een bedrijvende rol weten
spelen. Maar wat lk u smeeken mag,
beperkt u bij de rondvraag. De wet
gever schiep de gelegenheid daar
voor niet -in de verwachting, dat de
staart soms langer zou zijn dan het
geheele beest. Hij wenschte alleen,
dat de gelegenheid om het woord te
voeren over andei-e punten dan die
op de agenda staan, bij uitzondering
zou worden geibruikt en alleen voor
belangrijke zaken; de rest, zoo vond
hij, kon wel ln de kamer van den
burgemeester of die van een der wet
houders worden afgedaan.
In deze Nieuwjaars-toespraak wil
ik geen details, slechts enkele begin
selen behandelen. Daarom stap lk nu
van u, Raadsbroeders af, met £cn
overstapje naar die andere offtcieele
personen in de zaal, weLke beschei
den diensten vericbten, maar dien
sten, die wij toch niet kunnen mie
een. Of pleegt het niet, koud te zijn
in de zaal na eeri zitting met geslo
ten deuren, omdat geen onzer de
kunst verstaat om het bakbeest van
een kachel te stoken. Ik neem het
u niet kwalijk, boden, wanneer gij
staat te 6taren met den afwezigen
biik, die aan uwe bediening bijzon
derlijk eigen k- Maar wilt ook in
1919 naarstig letten op onze behoef
ten aan frlsch water, op onzen nood
om amendementen naar de groent
tafel te laten brengen
Wat zal lk aan de journalisten zeg
gen? Zij smalen vaak op ons werk,
maar worden niettemin steeds talrij
ker. Het vrouwelijk element ie ook
onder hen soms aanwezig, maar ik
moet zeggen, niet geregeld. ZIJ be-
hoojnen bij ons, in zoover, dat w(j
one bet lidmaatschap van den Raad
niet zonder bun tegenwoordigheid
kunnen denken en zij behooren niet
bij ons, omdat zij tot bet publiek
moeten worden gerekend. „Bedenkt,
mijne heer en", zou lk hun wilden
zeggen, „bij het neerschrijven vian
uw critiek, dat die gemakkelijk, en
onze.... beslissing soms moeilijk
isl".
Tot het publiek op de tribune wil
ik niet met MultaluÜ zeggen, dat ik
het veracht Dat zou niet juist en
niet verstandig wezen. Want die wei
nige tientallen, die op den Woensdag
middag üun knieën en zichzelf op
deze smalle banken trachten te ber-1
gen, vertegenwoordigen onze lastge- j
vers, de B u r g e r ij en ofschoon de
wet het houden van rugge
spraak verbiedt, zijn waardeering en
ontzag ons niet ontzegd. „Publiek'
wil ik dus zeggen, „wees welkom bij
onze beraadslagingen zoo g'J u rus
tig houdt. Wij waardeeren u, waar-
fleer ook ons. En zoo gij straks bij
de 6tembus «enigen onzer het leve»
wilt benemen, doe h&t dan pijnloos.
Behandel de menschen met zacht
heid, spaar de Raadsleden!"
Mijnheer de voorzitter, ik heb ge-
HET ittSTE RAADSLID.
't Gaal tusschen de Duitschers en
Polen steeds meer spannen. De Polen
willen met geweld heel Posen bij hun
nieuwe rqpubiek ijnlijven, maar de
Duitschers zijn niet genegen daarin
zonder strijd te berusten.
Aan de grens en in Posen hebben
reeds vrij verwoede gevechten plaats
gehad.
Waarom deae Poolsche quaestie
niet aangehouden tot de vredesconfe
rentie?
Er ip tijdens den strijd wel een
koite wapenstilstand tusschen Duit
schers en Polen gesloten om verdere
overeenkomsten eJ te wachten, maar
al heel spoedig bleek dater toch
doorgevochten werd. De Duiischers
beschuldigen de Polen 't eerst den
wapenstilstand verbroken te hebben.
In verschillende steden ln Posen zijn
weer straatgevechten voorgekomen,
't Is een geweldige chaos ln Posen
door "t vechten van geregelde en on
geregelde troepenafdeelingen.
Heeft de groote oorlog den men
schen nog niets geleerd?
Vertegenwoordigers Jvan Dultsche
volksraden in de provincie Posen
ongeveer 180.000 meDschen vertegen
woordigend hebben een oproep aan
do Duilsche soldaten gepubliceerd om
het vaderland en de Duilsche moe
dertaal te /beschermen tegen den
Poolschen stortvloed en tot de te
vormen volksweer toe te treden.
In overweging wordt gegeven om
Duitsch West-Posen onder te bren
gen bij de provincies Brandenburg
en Silene.
De Duitschers blijven als op een
vulkaan leven. De regeeringstoe-
atanden blijven onzeker.
De Berlijnsche correspondent van
do „Kölnische Zeitung", zegt ln een
Oudejaarsavond-beschouwing, dat 't
wel lijkt alsof er aan het eind van
het jnar zoo iets als een lichtpunt
valt waar te nemen. Er ls nu ten
minste een eensgezinde, niet door
tw.eedracht bij de uitvoering van
haar gezag gebonden, jegeering. De
vorming van een gewapende macht
word; voorbereid. De zuiver radicale,
negatieve oppositie is in tweeen ge
spleten, en de beide helften moeten
nu natuurlijk tegen elkaar te keer
gaan, nu de Spartacus-menschen de
onafhonkelijken, niettegenstaande de
leiders van dezen ook de leiders van
de revolutie waren, een gevaar voor
de revolutie hebben genoemd. Men is
in Dultachland zoo bescheiden ge
worden. dab men dit alles nu al gaat
beschouwen, als een leek en van ver
betering ln den toestand. Het is alles
maar betrekkelijk en wanneer men
bedenkt, boe kort het nog maar ge
leden ls, dat men dezen ih&ns gunstig
tijkenden toestand met schrik zag
komen, kan men afleiden hoe diep
de orde en veiligheid zijn gevallen.
Het is al voldoende den blik te rich
ten op den toestand in Posen, op den
troosteloozen economischen en fl-
naiicieeleii toestand, om den ver-
scljrikkeiijken ernst te beseffen waar-
In Duitschiand staat aan het einde
ui het ongeluksjaar.
„Wekenlang" zegt de „Kölni
sche" „heeft het ongeluk van hel
vaderland een verlammenden Invloed
gehad op allen, wien bet er niet om
te doen was, daar revolutionnaire
munt uit te slaan.
„De irotsche herinneringen zijn
uitgewiecht aan de daden van de
Duitscho militaire kracht, aan weer
standsvermogen, aan organisatie-ta
lent, die het mogelijk hebben ge
maakt, dat Duitschiand vier Jaren
lang de zwaarste militaire en poli
tieke taak volhield en die bijna tot
uilvoering heeft gebracht, welke ooit
aan een volk werd opgelegd.
„Geen dieper smart is er, dan ln
het ongeluk de gelukkige tijden te ge
denken De herinnering aan de da
gen van roem ls uiterst pijnlijk bij
het begin van het nieuwe jaar, d;
over Dultschland's lot zal beslissen.
„De kracht, die zoo lang heeft ge
streden en zoo vaak heeft gezegevierd-
moe; vernieuwd worden en moet het
Dultsche volk tot het besluit brengen,
Verschillende kiezers hebben mij do
eer aangedaan, mijn Drieven gedu
rende eanigen tijd te missen, gelijk
mij uit briefjes gebleken is. De griep
zou een redelijke verontschuldiging
wezen, maar de waarheid bovenal,
zelfs boven de griep: ziek ben ik niet
geweest, oileen maar lui en bovendien
bevreesd. Ja, op mijn woord, Lk ben
bang geweest. Op een nacht heb lk
in mijn droom gezien, dat een ander
op mijn Raadszetol zat en lk zelf op
de publieke tribune, met een uit
drukking van verloren paradijs ln
mijn oogen. Is dat een voortoeken?
Zal lk Inderdaad behooren tot de
Raadsbroeders, die dit jaar bat veld
(de zaal) zuilen moeten ruimen voor
andere, het valt mij zwaar te zeggen
bolero vertegenwoordigers? Mie-
mand kan dat met zekerheid zeggen.
Manr wij, die bij de eerstvolgende
verkiezing ten doode opgeschreven
zijn, kunnen met een variant, op het
(trotsche woord van Mirabeau in de
kaatsbaan te Versailles zeggen: „Wij
zijn luer door den wil der kiezers en
wij zuilen nret wijken, aan voor het
geweld van de stembus!" Dat geweld
kan groot zijn, zooais weleer bat ge
raas van de dikke Bertha's in den
volmaakt verleden tijd, toen er nog
oorlog was. Maai1, niet waai-, broo
ders, wij vertragen niet!
Aanstaanden Woensdag wordt de
eerste Raadsvergadering gehouden.
Volgens do traditie moet dan de
waarnemend voorzitter met zijn ly-
rischen tenor een Nieuwjaarsrede
houden. Moot dat nu altijd zoo ljlij-
ven in onzen tot omwentelen zoo
grugen lijd? Zou het nu heusch zoo
verschrikkelijk wezen, wanneer een
lid van den Raad, bij wijze van ver-
ondering, het College van B en W.
eons toesprak en de medeleden van
den Raad en anderen, die tob nu toe
nooit voor een toespraak in aan
merking kwamen? Ik kan het niet
gelooveri en daarom heb ik een
Nieuwjaarsrede ontworpen, die ik
hier voordragen wil.
Mijne Heeren, waarnemend burge
meester weithouders en medeleden
van den Raad, aanvaardt. In de eierste
plants mijn gelukwensch bij do intre
de van dit nieuwe jaar. U, M. do
die door een droevig sterlgeval geroe
pen zijt om voor ettelijke weken, al
licht voor maanden, liet gdzag in
handen ie nemen, wensch Lk sterkte
en behoud van gezondheid bij dii
zware laak; u. mijnheer den wethou
der van financiën nieuwe bronnen
van inkomsten waarover- de burger
niet klaagt, u mijnheer den wethou
der van de bedrijven lage kolen-
pnizen, maar allereerst, om niet. te
veol te wenschen, aanwezigheid
van kolen en u, mijnheer den wethou
der van onderwijs geduld en wiishedd
en verhooging van den post school
gelden, omdat die van schooluitgaven
vanzelf wel stijgt.
Hiermee zou ik van de tafel van R
en W. kunnen afzien, wanneer daar
moi een vijfde figuur zat, wiens in
vloed waarlijk niet minder groot is
omdat hij voortdurend zwijgt. Er be
slaat een zwijgen, dat heldenmoed
beteekent Hoe vaak moet het ik i
secretaris met poperen, wanneer hij
redevoeringen moot aanliooren waar
van lnj weet, dat ze niet Juist zijn;
hoe uioet dun de tong hein kriebelen
om aan het debat, deel te nemen
terwijl het hem toch verboden is, te
spreken, anders dan bij zijn optreden
en bij zijn heengaan! Er zijn niet
alleen illems de Zwijger, die ont
zag verdienen, mijne heeren, maar
ook Johannen de Zwijger. Onze Se
cretaris bezit zelfs niet uo veiligheids
klep van do vertegenwoordigers dei-
pers en het publiek op de tribune.
Haarlemmer Halletjes
EEN Z ATE i. DAGAVONDPRAATJE.
Wij praatten 111 de krans over den
achturigen werkdag. Hopma had er
twaalf voordeelen van opgenoemd en
Hupstra twaaJf nadeelen. Zoo waren
we weer evenver. Wouter zweeg. Die
kon, als rentenier, wel niet veel an
ders doen. Juist was ik van plan, ook
het. mijne ervan te zeggen, toen uit
een donker hoekje bij den haard,
waar wij voor de gasbesparing zalen
te schemeren, een vrouwenstem werd
gehoord, die vroeg: „En wij?"
„Wie wij?" vroeg Hopma terug.
„Wij vrouwen", zei een stem. die
wij nu allemaal herkenden, ofschoon
de toon waarop zij sprak ongewoon
heftig klonk.
't Was tante Koosje. En nog vóór
dat iemand iets had kunnen zeggen,
ging zij opgewonden, zij die anders
de goedheid en zachtheid zelf was,
verder:
„Ja, wij vrouwen! Hoe staat het
roet onzen achturigen arbeidsdag?
Wordt- daar eindelijk eens aan ge
dacht?"
„Kom. kom, Koosje", zei Wouter
1ot zijn vrouw, op den beschermen.Ier
toon, die ons altijd zoo tureluursch
maakt
„Neen, niets van kom Koosje" ant
woordde ze tot ons aller verbazing.
„Er wordl jltijd maar over den acht
urigen arbeidsdag van den man ge
sproken, alsof de vrouw niemendal te
doen had. Wie staat er 's morgens
vroeg op, kijkt naar de kachel, zet
hiet, ontbijt klaar, maakt koffie,
schenkt ln, zorgt dat iedeir op tild
geroepen wordt en op lijd de deur uit
komt,, naar school en werk? Wie is
aansprakelijk voor het eten, in dezen
tijd nu er zoo weinig te eten is? ie
beef: altijd verstelwerk, omdat nieuw
goed niet te betalen zou zün? Wie
moet er 't oog op houden, dat de kin
deren hun lessen leeren? Wie moet
rondkomen met een beperkt loon of
salaris? Wie is steeds bezig met van
oud nieuw te maken? Wie past dc
zieken op? Wie ontvangt de bezoe
kers? Wie moet iets zoeken, als nie
mand anders het. vinden kan? Wie zit
•temt stil, den lieden dag niet? Wie'
die brommen, wanneer zij het
niet. met ons eens zijn. Mucius Scae-
vola stuk kloekmoedig, zondeir op de
pijn te letten, zijn hand in het vuur.
De Secretaris trotseert met lijf en
ziet Woensdags om de 14 dagen het
Raadsdebat, maar brandt er gelukkig
zijn vingers niet aan.
En nu. mijne Heeren, medeleden
van den Raad, gij en lk z-elfI Wat «tel
len wij ons Van Haarlems toekomst
voor? Vormen wij ons daarvan wel
een goed denkbeeld? Weten w.
waarheen we gaan? Of bepalen wij
ons er toe, de voorstellen die ons ge
daan worden, aan te nemen of te ver
werpen en bij een volgende Raads
vergadering wéér en bij een daarop
volgende opnieuw, zonder te zoeken
naar den samenhang en heit eind
doel? Groote sommen uitgeven is
gemakkelijk, aan de burgerij zware
lasten opleggen om die sommen te
verkrijgen, bijna even licht, Maar zien
wij waarheen ons dat alles voeren
moet? Dó Raad is geen rekenmachine,
die in de perfectie optellen, aftrek
ken, vermenigvuldigen en deelen kan,
hij moet ook een denkend wezen zijn
en beseffen, vóóruiit, onder welke
voorwaarden zij die na ons komen.,
zullen hebben te leven.
Gij zult antwoorden: wij trokken
breode lijnen naar de toekomst, wij
keurden Ln beginsel havenplannen
goed en verzochten om grenswijzi
ging. Maar, waarde Raadsbroeders,
hoe staat het met die plannen? Hebt
gij al iets vernomen van een onteige
ningswet voor de haven? Ik niet en ik
vrees zoo, dat Haagsche bureaux,
vermaard om hunne veelzijdigheid, er
weer meer kanten aan weten te vin
den, dan ze bezitten. Hebt gij wezen
lijk den indruk, dat er voortgang is
in do voorbereiding van de grensver
legging? lk weet het wei: wanneer
liet water in den ketel stil is, kan het
plotseling razen naar* kookhitte, maar
het kan ook wezen, dat liet vuur is
uitgegaan en dan gebeurt er niemen
dal. Brandt liet vuur nog, broeders,
in de Jansslraat, Ln den Haag en voor
al en allereerst: brandt het nog in ons
binnenste?
Binnenkort krijgen wij weer de
begraafplaats van het gemeentebe
stuur thuis: de lijst van onafgedane
stukken. Laat ons er tegen waken,
dat daarop ook niet een monument
wordt opgericht voor havenplannen
en grensregeling, die met den bloei
en de welvaart van onze gemeente
ln zoo nauw verband staan.
En dan: laat ons een oogenbük ver
wijlen bij de uiterlijke welsprekend"
beid. Ik zal niet herhalen wat Kant
zei van do redenaars, het is niet veel
vleiends ©n Kant is lang dood. Bo
vendien zoudt gij mij kunnen ant
woorden, dat Demosthenes kiezel-
eteenen in zijn mond nam en op het
strand tegen do branding redeneer
de, om zijn stem te versterken. Het
is mogelijk, dat or onder ons zijn,
zoo phi'.osophisch als Kant, lk ken
er geen zoo welsprekend als Demos
thenes. Wijsgeeren nu weten te
i zwijgen (lk sprak u al van den
Secretaris, dio zwijgend toch waar
lijk ntet zonder invloed ls) en de
uiterlijke welsprekendheid verliest
er niets bij, wanneer wij onze rede-
voeringen wat bekorten en boven-
dien wat minder vaak het woord
voeren. Elk vogeltje zingt zooais het
gebekt is en onze gezamenlijke bek
jes zijn van eenvoudige makelij.
Laat ons niet vergeten, dat drie-,
viermaal over eenzelfde 2aak het
woord voeren, lang geen bewijs van
werkt van 's morgens zeven tot des
avonds tien of elf? Wie heeft dus een
zeeüenurigen, inplaats van een acht
urigen werkdag? De huisvrouwl"
Tante Koosje had dit betoog met zoo
groote snelheid gehouden, dat nie
mand er een woord tusschen kon krij
gen. Vijf minuten nadat zij uitge
broken had, zweeg nog iedereen.
Toen zei Wouter:
„Maar Koos. dat heb j ij allemaal
toch niet te doen?"
„Ik niet, maar zooveel anderen,"
zei tante Koos.
„Goed. Anderen dus. Die hebben
het dus te druk. Laat eeris kijken wat
er af kan. Moet de huisvrouw "s raor-
gons laat opstaan?"
„Dat kan natuurlijk niet".
„Moet haar man koffie zetten en
boterhammen voor de kinderen snij
den?"
„Zeker niet. hoe zou de stumper
het kunnen!'
„Het eten zal zij dus aan anderen
moeten overlaten?"
„Dan komt er niets van terecht."
„Haar verstelwerk kan toch ook
niet blijven liggen?"
„Dat is een van de meest noodza
kelijke dingen."
„De lessen van de kinderen mogen
stellig niet verwaarloosd worden. De
zieken wil je zeker dadelijk de deur
uitsturen?"
„Dat nooit!' riep tante Koos. Die
gedachte kwqtsle haar het meest-
„Maar, me lieve kind, wat wil je
de huisvrouw dan eigenlijk afnemen?'
„Je hebt gelijkantwoordde tante
Koos en zonder bitterheid in haar
stem. „De vrouw heeft ei- behoefte
aan, altijd bezig te zijn voor anderen.
Ze doet niets ten halve. Van den
ochtend tot den avond is ze bezig,
zonder liet zelf op te merken. En ze is
nog zoo gesteld op dat zwoegerig be
staan. dat ze geen stukje van haar
werk missen wil."
Juist op dat oogfiiiLÜk vlamde een
brok hout op ln den haard, waarbij
lk zien kon, dat tante Koosje een hel
dere traan ln haar oog had voor hare
zusters, die werken zoolang het oog,
soms ook wel als het- nacht ls en die
niet anders zouden willen.
Wij spraken over den achturigen
arbeidsdag van de mannen niet meer.
Ook Wouter zweeg. Wij voelden al
len. dat er nog meer kanten aan dit
onderwerp zijn, dan wij gewoonlijk
bespreken.
De directeur van dit blad beeft een
briefje gekregen over p. f. en m. g.
ln Nieuwjaars-advertenties. Daar
staat eigenlijk een standje in omdat
hij niet gezorgd heeft, dat er bij al
de Nieuwjaars-advertenties in de cou-
ran van Dinsdag 31 December m. g.
stond, in plaats van p. f. Hij houdt
niet van standjes. Zoo ia hij. En mij
heeft hij dat briefje gegeven, om er
eon ernstig en bezadigy antwoord op
te geven. Zoo i9 hij ook. Dan hoeft
hij het zelf niet te doen.
Nu moet een mensch zich van op
drachten behoorlijk kwijten. Voor
al als 't jaar pas begonnen is. Verslof
je den boel dan al, wat komt er dan
in Juli of Augustus van terecht? M. g.
dan, dames en heeren, ls voor ver
schillende uitleggingen vatbaar. Ik
meest aannemelijke verklaring is,
dat hot beteekent mooi genoeg,
met andere woorden: lk had je wel
een bezoek kunnen brengen, om Je
persoonlijk mijn beste wenschen aan
te bieden, maar bij nadere overden
king vind lk dit kaartje mooi genoeg.
M. g.
M. g. kan ook beteekenen m ij n
g r o o t e 11 en dan is mei wel de een
voudigst denkbare manier om die u
sturen.
Verder kan M. g. beteekenen meer
geld, wanneer het voorkomt op h
kaartje van een ondergeschikte aan
zijn patroon. Dan is 't bedoeld als
een wenk, bij de intrede van he.
nieuwe Jaar.
Ziedaar du3 allemaal logische ver
klaringen van deze twee letters,
waaruit blijkt, dat we die, al naar
gelang van de heteekenis, die we aan
ons visitekaartje hechten, gebruiken
kunnen. Heel anders ls het evenwel
met de letters p. f. Perfide
false haard kan dat beteekenen,
vooral bij een afzender, die do 'Ne-
derlandsche taal niet goed machtig
ls. Plak farm la de wensch van
den eenen vriend aan den andere en
Ik kan alweer niet zeggen, dat het
een mooie wensch ls. En dan kon het
ook nog beduiden: per fantasie,
alsof het kaartje zoo heel ernstig
niet gemeend ls.
Alles samen genomen blijkt dus
duidelijk, dat ieder yerstamUg
mensch ver de voorkeur moet. geven
aan m. g. en p. f. niet meer mag ge
bruiken. Ik vertrouw, dat de direc
teur over mijn ernstig betoog in deze
quaestie voldaan en tevreden zal we
zen. Hij kan dat toonen, door mi.i
een kaartje te Bturen m. g., waaruit
lk dan lezen zal: mstgenoegen.
De lettere p. f. zou ik moeten
schouten als te beteekenen: plaag
zieke flauwert en ua zulk
een beleedïg'mg zou lk natuurlijk
geen seconde langer medewerker
voor deze rubriek willen wezen en
hein uitdagen op een tweegevecht met
Devemerkoeken.
Er hoeft trouwens niet zoo heel
veel meer te gebeuren, of lk raak Hal
letjesbakker af. De papierschaarste,
waarover we nu al jaren veel heb
ben gehoord, maar die we tot nu toe
in de couranten niet hebben kunnen
zien, die papiernood komt werkelijk
opzetten. Alle bladen hebben de
boodschap gekregen, dal zij niet meer
don zooveel pagina's per week mo
gen uitgeven.
Wie dat gebod overschrijdt, krijgt
geen papier- meer. Misschien denki
u, dat de redacties dat wel graag
zouden willen, omdat ze dan wat va
cantia krijgen, maar daarin zou u
zich toch vergissen. Ik heb althans
een redacteur gekend, die zei: „de
menschen beklagen ons altijd om de
inspanning, die iederen dag weer
noodig ls. Dat. beteekent niets, verge
leken bij den lezer. Wij redacteuren
hebben nog eens vacantia D e 1 e z e r
nooit! Die moet van 1 Januari tot
31 December als maur kranten lezen,
zonder ophouden, behalve op Zon- en
algemeen geldende feestdagen, Zelts
wanneer hij 's zomers op reis gaat,
s!eei>i hij zijn koten achter zich aan,
in den vorm van een reis n bon ne
men t".
Toegegeven dat deze man in een
sombere stemming verkeerde, toe,n
hij zooiets zei. Maar nu moet. men
de familie Knor hooren over de tij
ding. dat de couranten Ingekrompen
moesten worden wegens gebrek aan
papier.
„Het ls", zei papa Knor en hij trok
vervaarlijk aan zijn lange pijp „een
wijze maatregel, die al veel eerder
had moeten zijn Ingevoerd. Maar wij
ze maatregelen worden nu een-
hel meest voor de hand liggende met
volledige toewijding te doen. Aan
den -Ingang van Duitschland's don
kore en moeilijke toekomst moc-t een
nationale vergadering staan, "die
z.jódanig ls samengesteld, dat zij alle
produceerende krachten van het Dult
sche volk de vrije ontplooiing van
haar kracht waarborgt. Aan het ein
de van hel jaar der verschrikking
staan de smart, de vertwijfeling, het
zelfverwijt, de wanorde en de bin-
nenlandsche strijd. Bij liet begin van
het nieuwe jaar sla de daad, de
vruchtbare daad, van het geheele
volk, dat het nieuwe Dultscliland zal
opbouwen".
Vaz Dias meldt uit Berlijn
De Communistische partij (voorheen
Spartacus) heeft de p&rtijconferentie
gesloten nadat het voorstel tot sa
mengaan met den linkervleugel der
onafhankelijken, die onder leiding
van Richard Muller, Daumlg en Lede-
boud aansluiting hadden gezocht, waa
verworpen. De z.g. revolutionaire
voormannen der Berlijnsche arbeiders
hadden een samengaan met de nieuwe
partij voorgesteld, doch dit afhanke
lijk gemaakt van deelneming aan de
verkiezing voor de nationale vergade
ring, zoowel krachtige invloed op per»
en. vlugschriften als de verandering
van den naam Spartacusboud. De on
derhandelingen zijn door deze elschen
mislukt, ©n het congres heeft een re
solutie aangenomen, waarin het stre
ven van een deel der Berlijnsche ar
beiders wordt afgekeurd, daar dit ver
warring ln de rijen der Communisten
moet brengen. De onafhankelijken
keuren het optreden van hun linker
vleugel ten zeerste af. Het partij-or
gaan „De Freiheit" verlangt de uit
sluiting van Ledebour, die nog steeds
deel uitmaakt van het partijbestuur.
Een splitsing der onafhankelijken
sohiint nog slechte een kwestie van
dagen. Bovendien is het mogelijk dat
de nederlaag van Liebknecht en Rosa
Luxemburg op de Rijksconferentie we
derom aanleiding zal geven tot een
splitsing der Communisten. Er zou
den dan links van de meerderheids-
socialisten vier radicale groepen ont
staan de onafhankelijken onder lei
ding van Haase, de radicaal onafhan
kelijken onder leidinjr van Ledebour,
Spartacus onder leiding .van Lieb
knecht en Roea Luxemburg en de
Communisten "onder Rule. De )>osltie
van de meerderheldssocialisten is door
doze versplintering buitengewoon ver
sterkt, doch wordt nu meer van
rechts gedrukt.
De oDuiiidiiJielijke socialisten die
in bei Pruisische ministerie zitten,
hebben zich tlians solidair verklaard
met bun partijgenoolen in do rijke-
regeering en zijn ook afgetreden.
Er worden verschillende aanvallen
op 't Hongoarscbe gebied gedaan. De
correspondent van t Alg. Hbld. deelt
daarover mede:
„Da Raeiueniërs eischen 129.447
vierkanten K.M. met 6.841.000 Inwo
ners op, van wie evenwel 57 geen
Ruementérs zijn,
ln de door den Tsjecbischen slaat
verlangde gebieden in Noord-Houga-
nje bedraagt bet aantal Slowaken
76.5 terwijl de Serviërs op 33.72c
v.k. K.M. met 2.381.000 inwoners aan
spraak maken, op welk gebied slechts
18 Serviërs, 4.2 Kroaten, 26.8
Duitschers en 32.8 Hongaren wo
nen.
Wanneer de wenschen der Tsje
chen, Roemeniërs, Kroaten en Oos
tenrijkers ten opzichte van Hongarije
worden vervuld dan geraken 3.659.000
Hongaren, 1.180.000 Duitschers,
150.000 Slowaken, 2000 Roemenicrs,
250.000 Koethenen, 59.000 Kroaten,
22.000 Serviërs en 3UÜ.0UU andere na
tionaliteiten, te rainen dus 5.637.(XK)
menschen onder vreemde niet Hon-
gaarscbe heerschappij".
President Wilson ls Vrijdagmid
dag te Rome aangekomen. De stad
was versierd en de regeering en be
volking beeft den president hartelijk
begroet.
Uit Dultschgand.
De r-egeering.
Uit Berlijn wordt gemeld
Freiherr V'on dem Busche Hadden-
haus en Von Stumm, die als onder-
maal niet genomen- Ik voor mij, pf
pi... begrijp maar niet waarom zoo n
krant feuilletons opneemt AJsof we-
geen romannetjes genoeg beleven in
onze eigen omgeving! Alles eveai duin
en slecht en je weet nooit, of er nu
eigenlijk voorraad is of niet. Kan hei
romantischer?"
„Wat mij betreft", zei mevrouw
Knor men de scherpe stem, die zi.
een hooge sopraan en haar vriendin
nen een stoomfluit noemen, „zoo'n
krant zou nog zoo kwaad met wezen,
wanneer er maar niet zooveel saaie
dingen in stonden. Die zijn bestemd
voor de mannen. Manner, zijn een
maal dol op vervelende berichten. En
dan, als l k wat te zeggen had, gmg
do heele sportrubrlek er uit. Al die
voetbal houdt Jongens maar van hun
werk af".
Dit kon nu de jongeheer Knor weer
niet onder zich laten. Hij verklaarde
met don klank der waarheid in zijn
overslaande stem: ,,de sport ls 't eenig
frissche, de rest. kan er gerust alk-
maal uit". Hierop achtte de jonge
juffrouw den tijd gekomen voor de
verzekering, dat er mets boeiends in
zoo n krant ls behalve het gemengd
nieuws en de muziek- en tooneelver-
elagen.
„Er 6taat", zei pa Knor ten slotte
en onttrok zich door een rookwolk
conigen tijd geheel aan de afwijken
de inzichten zijner familieleden, ,er
staal veel te veel in zoo'n krant'
ur. bleek het. eenige te wezen,
waarin de geheele familie overeen
stemde.
Plotseling klonk het klepje van de
brievenbus in de gang. Jongeheer
Knor eb zijn zuster begonnen den ge
wonen wedloop, wie hot eerst de bus
zou bereiken on als gewoonlijk won
de jongeheer den ren, omdat hij duw
de, wat zijn zuster echt valsch vond.
Maar ook deze stonn luwde weer.
Binnen twee minuten zat pa Knor ver
diept in de buitenlandsche berichten,
ma Knor las met groote aandacht Let
feuilleton, de Jongeheer verslond de
sport rubriek en de Jongejuffrouw. <11
't bijvoegsel niet hem gedeeld had, de
gemengde berichten. Een uur lang
was cr stilte Sn den huize Knor.
Daarop zette pa Knor zijn lorgnet af,
vouwde zijn stuk van de krant dicht
en zei ln een bul van edelmoedigheid:
„Als er eene géén kranten waren.
staatssecretarissen verbonden wren
aan het departement van Buitenland
se ke Zaken, zijn niet verlof gegaan en
tullen niet terugkeeren.
In B r u n s w ij k
ls ook*een rcgeeringscrlsis uitgebro
ken. Alle regeerders zijn afgetreden
behalve de president der republiek
en één volksgemachtigde (een aan
hanger der .Spartaciis-parUji).
De B o 1 s j e w i k i-g e z 1 n -
den te Munch en
eischen dat het proletariaat gewa
pend wordt, de aartsbisschop van
Munchen aan 't klokkeiouw ojigehan-
gen en de minister Auer aan de re
volutionnaire rechtbank overgeleverd
wordt
't Bolsjewiki-
fe v a a r.
eeft Foch
verklaard, dat de Entente alle onder
handelingen zou afbreken. Indien de
Bolsjewiki In Duitschiand de over-
hana zouden krijgen. De voorloopige
vrede zou als geëindigd worden be
schouwd.
Spartacu s-a an hangers
ln den veiligheids
dienst.
Uit Berlijn wordt aan de „Rhei-
nlsch Westfalische Ztg." bericht, dat
er in den laatsten tijd Spartacus-iie-
den bij den Berlijnschen veiligheids
dienst werden binnengesmokkeld. Zij
kregen 20 mark per dag en bun taak
was den heelen dienst op de leest
van den Spartacusbond te schoeien.
De volkscommissaris Eichhorn zou
daarin do band hebben gehad en zou
-hebben welen te bewerken dal bij alle
opstootjes de mannen van den veilig
heidsdienst een half uur te laat kwa
men.
Tegen de et ij ging der
1 o o n e
De Pruisische regeering heeft een
verordening gemaakt tegen het al te
hoog opdrijven der arbeidersloonen,
omdat deze stijging de bestaansze
kerheid der bedrijven enjstig be
dreigt.
Hindenburg.
„Die Freiheit" meldt dat in een te-
legrain van Hindenburg aan het le~
gercommando in het Oosten vermeld
stond, dat hert leger, wat er ook be
sloten wordt, tor bescliikking van de
regeering-Ebert blijft en dat de tot
nu too gegeven bevelen alle van
kracht blijven.
Een oorlogsverkla
ring a a n Rusland?
Officieel wordt uit Berlijn gemeld:
De gewezen volkscommissaris Oarth
heeft, volgens de bladeu, op een ver
gadering gezegd, dat hij, toen hij nog
tot de regeering behoorde een oor
logsverklaring aan de Russische sov
jetrepubliek nad verhinderd. Het is
volkomen onverklaarbaar hoe Barth
aan deze bewering komt.. Nimmer
heeft liet plan tot eeu zoodanige oor
logsverklaring bestaan en er Is ook
nooit over gesprokdh.
De kellnersstaking te
B e r 1 Ij n
breidt zich nog steeds uit Tlians
zijn er ai 20.000 stakers.
De verkiezingen voor
de Constituante
Foeh heeft de bepalingen van af
sluiting van 't bezette Rijnland van
't overige DuitscUe gebied wat ver
zacht om 't den bewoners van Rijn
land mogelijk te maken aan de ver
kiezingen voor de Nationale Verga
dering deel te nemen.
Verspreid nieuws
Ds Vredesoonisrentia.
Uit Parijs wordt aan de Telegraaf
geseind
De voorloopige vredesbesprekingen
tusschen de geallieerden onderling,
tot inleiding van de vredesconferen
tie, zullen oinnenkort beginnen op
de Qua! d'Orsay. Wilson zal de a s.
week naar Parijs terugkeeren, en Cle-
ik beu weer op de hoogte".
'e Nachts droomde mama Knor,
dat alle courantlezers In NcJenand
op het strand stonden en uitkeken
naar de kolenschepen die kwamen
aanvaren uit Amerika, wel duizend
tegelijk. De zee zag cr zwart van!
Maar de regeering had bevolen, dat
de courantlezers die zelf moeeten
lossen, waartegen zij groot bezwaar
had, om haar blanke handjes. En
juist toen zij daartegen heftig wou
protesteeren, werd zij wakker en be
dacht, dat aanstonds de kachel aan
gelegd zou moeien worden, met een
beetje turf en wat hout. omdat de ko
len op waren en ln de komende
weken geen nieuwe aanvoer voor
huisbrand meer te verwachten was.
Wij leven weer in den tijd dor uit-
verkoopen. Vele winkelramen liggen
vol mei in prijs verminderde artike
len, waarvoor do belangstellenden el
kaar verdringen.
Wouter beweert, dat het woord
Uitverkoop eigenlek geen bij
zondere beifceekenis heeft. „Er wordt,
toch", zegt hij. „het heele jaar door
uitverkocht, dat wil zeggen: de bedoe
ling is om de goederen u i t den win
kel te verkoopen, naar buiten dus,
naar de woning van de verkoopers".
Maar onze neef Wouter maakt nu
eenmaal aanmerking op allee. Dezen
keer heb ik hem toch beet geluid,
'k Loop voorbij een winkel, waar uit
verkoop gehouden werd wie komt
er uit? Wouter, met een pakje onder
zijn arm.
„Aha", zeg Lk, „je vindt het w oord
uitverkoop niet. goed, maar profi
leert toch van de werkelijkheid".
„Dat doe ik, om Koos te plezieren",
26gt hij.
„Zoo! Wat zit er dan in dat pakje?"
„Een wSnterjekker".
„Die draagt je vrouw toch niet?"
„Neen, hij is voor mij. Maar ze
hield niet op, of ik zou hem koopen".
„Je bent een huichelaar", zol ik.
En toen stapte ik dadelijk verder,
want Wouter heeft de on meenam®
gewoonte om wanneer je hem een
kras woord zegt-, daarop dadelijk me!
oen nóg krasser te antwoorden.
FIDEI.IO