Haarlem's Dasblad Stadsnieuws Onze LaGfihoak ten in de districten Teiuan. Ceuta en I/arach bevolen de vijandelijkiieden legen Raiaoeli le 6taken. Hiervooi worden twee redenen opgegeven: le. de erasure tegenslagen, .wel ke de troepen geleden hebben; 2e. de Sfiaansclie strijdkrachten en in bet bijzonder de irüandsche troe pen, zouden ongeneigd zijn tot den aanvat over le gaan. alvorens ver sterkingen uit Spanje zijn aangeko men. ONRUST EN RELLETJES IN ENGELAND. De onrust der ge moederen, ook in Engeland, uit zich 'daar in den laats ten tijd ook nog al eens in relletjes.Gewoonlijk zijn ze van weinig beteeken's. Er wordt eens een vergadering in de war gestuurd zooais bijv. te Grays plaats had, waar afgemonsterde soldaten de spre kers van een socialistische meeting, uit verontwaardiging over Bofejewi- kische uitingen, verdreven en zelf de menigte gingen toespreken, die daar op met het volkslied antwoordde. Minder onschuldig is het gebeurde te Swindon, w.aar afgemonsterde sol daten bii een betooging voor hel raadhuis de Brïtsche ylag verbrand den. Maar van bijzonder emstigen fiard is zeker, hetgeen Zaterdag te Luton plaats had .waar na de vredes- feestviering een woeste menigte het stadhuis binnendrong, den inboedel vernielde en ten slotte het gebouw in Ibrand stak, dat don ook geheel en al verloren ging en waar vervolgens ook nog verschillende winkels werden bestormd en vernield. Eerst laat in den middag, toen militaire verste:- kingen waren aangekomen, kon de orde worden hersteld. Echter om den volgenden dag alweer te worden ver stoord. De menigte trachtte Zondag avond de des Zaterdags in hechtenis genomen lieden te bevrijden. Maar de krachtig versterkte politie be Meld de overhand. Bii de ongere geldheden op Zaterdag werden niet minder dan honderd menschen ge wond. Zondagavond echter liepen slechte zeer enkelen kwetsuren op. Wat de eigenlijke oorzaak van de ontevredenheid in Luton is, blijkt niet duidelijk. Men spreekt van een verbod van een openluchtbijeenkomst van afgemonsterde militairen, maar dat verklaart tooh niet de vreeselijke tooneelen van wanorde. Trouwens ook in andere plaatsen komen in den laatsteen tijd ongeregeldheden v:an ernsrigen aard voor. Er heerseht overal een geest van onrust en onte vredenheid ia dezen overgangstijd van oorlogs- naar vredestoestanden. DE KOLEN EN DE HANDEL VAN ENGELAND. De president van don Board of Trade, sir Auckland Geddes, zeide in hot Lagerhuis in antwoord op een vraag, dat de invoe ren in hei Vereanigd Koninkrijk in de periode van twaalf maanden ein digende Mei 1919 een waarde hadden van ruim 1.363 miilioen p st., terwijl de uitvoeren een waarde hadden van 626. G miilioen p.st. De invoeren van de Vereenigde Staten bedroegen 538 miilioen p.st., de uitvoeren daaren tegen 1.415 miilioen p.st. De heer Houston vroeg daarop of het den minister bekend was, da,t de vrachtprijzen van üe Amerikaansche schepen naar Zuid-Amerikaansche havens ongeveer dubbel zoo hoog waren als die van Britsclie schepen en of de minisUjr meende, dat als de Amerikaansche vrachten gelijk worden aan de Britsche, de Britsche uitvoerhandel zou te niet gaan. Sir A. Geddes antwoordde: Ik vrees, dat we moeilijk onze uitvoe ren zuilen kunnen handhaven als we niet de kolenproductie kunnen doen toenemen. De heer Houston: Ais onze uitvoe ren niet toenemen en onze invoeren stigen, zullen we dan niet voor een bankroet komen te staan? Sir A. Geddes: Ik denk dat dit wel ieder duidelijk zal zijn. Tn een schriftelijk antwoord aan den heer Houston deelde sir Auck land Geddes nog mede, dat in het jaajr 1916 de productie van kolen in het Vereenigd Koninkrijk 165 ton per kolenuiijnarbalder en per jaar be droeg, tegen 800 in de Vereenigde Staten. In een rede te Abertillery heeft het parlementslid Brace den mijnwer kers bezworen toch de tegenwoordig" productie te verdubbelen, ten einde een nationaal bankroet te - voorko men. Kolen waren, zedde hij, van grooter waarde dan goud. DE AMER1K AANSOEE SENAAT EN MET VREDESVERDRAG.— De New-Yorksche correspondent van de Daily News zegt. dat een amendee- rïng van het Vredesverdrag piet meer wordt verwacht en dat zelfe nog twij felachtig is of dë Senaat wel eenigl voorbehoud zal maken. President Wilson, zegt hij, heeft blijkbaar de SenatoreD onder den diepen indruk «ebrachi van den ernst van den Eu roneeschen toestand UIT DUlTSCHLANtD. Uit Hamburg wordt aan de „Vossische Zeitung" geseind dat de directie van de Vulcan-werf heeft verklaard dat indien geen eind gemaakt wordt aan het door de radicale arbeiders inge voerde strijdmiddel van het passieve verzet, zij het bedrijf zal stilleggen, waardoor duizenden gezinnen broo deloos zullen worden. Er dreigt door dit conflict een al- Igemeene staking in de Duitsche me taalnijverheid. DE DUITSCHE VLOOT. De Dtiilsche kruiser „Graf Spc-e", die tijdens den oorlog op de Schiffschau- werf te Dantzig gebouwd werd, is voltooid naar Kiel gebracht om be wapend te worden. Daarna wordt het schip |aan ide geallieerden uitgele verd zoo meldt de Telegraaf. ONZE BRANDWEER. 40 Rotterdamsche brandmees ters, aldus was ons medegedeeld, zouden Donderdagmiddag om vier uur een bezoek komen brengen aan de Groote Kerk, den toren beklim men en daar de reservoirs en poxup- inrichtingen in oogenschouw nemen, die in geval van brand in de aloude St. Bavo onmiddellijk in werking kunnen gesteld worden. Daarop zou een demonstratie volgen van het kunnen van de Haarlemsciie brand weer: de Rotterdammers, die zoo veel goeds gehoord hadden van het Haarlemsciie alarmeeringssysteem, hadden den wensch uitgedrukt eens met eigen oogen te zien, hoe dit systeem werkt. Om vier uur zwierven wij dan ook in de buurt van de St. Bavo. Van 40 brandmeesters echter geen spoor! Juist wilden wij even bij den heer Luitingh aanbellen om te vragen, of de heeren misschien te vroeg waren gekomen en al binnen waren, toen wij de Jieeren Spaan en Martin in de armen liepen, die ons mededeei- den dat de Rotterdammers niet te vroeg waren, maar te laat zouden komen. Een gezellige boot-tocht en een goede lunch, schenen aan dit laat- komen niet vreemd te zijn. Hoe dit zij-: de 40 Rotterdamsche heeren had den getelegrapheerd, dat zij hun trein hadden gemist en om half 5 zouden aankomen. Fluks !de V. C. aarzelt nooi: lang?) werd nu besloten, de twee nummers van 't programma om te wisselen: de demonstratie was nu eenmaal be paald op 5 uur en dat moest zoo blij ven. Met de autoriteiten was over eengekomen, dat er om 5 uur een brand in de Handelsschool zou wor den geblusclh en stel je nu eens voor, dat eerst om 6 uur of nog later het beriaht kwam. „Brand in de Han delsschooll!" Iedereen zou gedacht hebben, dat het n u meenens was Dus het consigne was: om 5 uur bii de Handelsschool. Daar stond dan ook op dat uur een persman op zijn eenzamen post, beurtelings de Raaks en de Zijlvest af te staren, wachtende op de brand meesters, die komen zouden. Spoedig kwam een collega lustig aanpeddelen en toen staarden er twéé journalis ten. De Raaks af. En de Zijlvest af. Zouden, zoo vroegen wij ons af, de 40 heeren óók neg maar eens: een stevig diner... Maar neen, daar na derde op de Raaks de wakkere stoet met den commandant van de Haar lemsciie brandweer, den heer G. A. v. d. Steur en den heer van der Goes, voorzitter van de Vereeniging van Rotterdamsche brandspuitmeesters, aan 't hoofd. De heeren posteerden zich voor de Hoogere Handelsschool en toen liep alles verder van een leien dakje. De heer Spaan, vergezeld door een der Rotterdamsche brandmeesters, grng de brandweer alarmeeren om 7J minuut over 5 en 2} minuut later was de brandspuit van de politie op de plaats des onheils aanwezig, lil snelle vaart volgden toen de verschil lende wagens van de V. C. en de eenpaardsslangenwagen elkander op; zoodat men 3J minuut na het alarmeeren water had (één straal), een minuut later 2 en nog i minuut later 3 stralen. 16J minuut over vijf arriveerde de machinale ladder, zoo dat geconstateerd kon worden dat binnen 10 minuten al het brand- bluschmateriaal op het terrein aan wezig was. In IJ minuut werd1 de machinale ladder opgesteld, de spuitgasten klauterden or vlug op naar'boven en na 1 min. 40 sec. spoot een straal water lustig boven de Iioogere Han delsschool uit! - De Rotterdammers waren verrukt. Bent u tevreden 1 hoorden wij kapitein van der Vaart vragen. Dames en heeren, zei een buik spreker, die in een dorp in een ach terhoek een voorstelling gaf. Nu zal ik u een lied voorzingen en het /.al u toeschijnen, dat het geluid van bo ven uit de zaal komt. De man trok allerlei leelijke ge zichten, maar niemand hoorde iets. Plotseling kwam er een stem van de galerij: Doe maar geen moeite meer, baas, de naald van de gramofoon te zoek! 't Ls keurig in orde. hoor! was 't enthousiaste antwoord'. 'I Kan niet mooier! En wat gaat alles kalm en stil: je hoort geen woord! Nadat de brandweer weer was in gerukt begaven de heeren zich naar de Groote Markt om het voorgeno men bezoek aan de St. Bavo nog te brengen. Daarna zou een gemeen schappelijk diner volgen in Hütel Royal, waar de Rotterdammers dit zij volledigheidshalve vermeld bij hun komst door den heer van der Steur waren ontvangen en toegespro ken. Aan het diner in Royal werd nog door e enig en van de Rotterdamsche Sasten het woord gevoerd, die alien an bewondering uitdrukten vcor het geziene en zich dankbaar toon den voor de hun geschonken gcle- fenheïd, kennis te maken met de laarlemsche brandweer. DE ORGELBESPELING VAN DONDERDAGAVOND. Bij drommen tegelijk stroomden Donderdagavond de muzieklief lu-b bers weer de Groote Kerk binnen niet alleen om te luisteren naar de kunst van den heer Louis Robert, maar ook om zooveel mogelijk hun handteke ning te plaatsen op de lijsten, die on der leiding van den heer P. Visser, te. Spaarndam, gereed gelegd waren, om het adres te vergezellen, dat aan het gemeentebestuur gericht zal worden, teneinde te verkrijgen dat de avond- orgelbespelingen ock nog in de maar. den Augustus en September gegeven zullen worden. Een denkbeeld, dat wij natuurlijk gaarne ondersteunen en waarvan wij zelf de wenschelijk icid ook herhaaldelijk naar veren iiehhen gebrachteen denkbeeld, dat veel kans van slagen heeft, zooals wij Ifoorden van iemand die het weten kan. Onder de aanwezigen merkten wij o.a. op den burgemeester van Haar lem, den heer C. Maarschalk, tnet zijn familie de wethouders Joh. de Breuk Mr. J. N. J. E. Heerketr- Thijssen en Mr. A. Bruch voorts ver schillende raadsleden en hoofdambte naren. De belangstelling was zelfs zóó groot, dat de menschen, die tijdens de voordracht van het eerste nummer het gebouw waren binnengekomen niet eens allemaal, toen hel bekende schel letje weerklonk, een plaats konden krijgen. Het bleef maar stroomen!... Niettegenstaande den regen!... Het spreekt natuurlijk van ze!f, dat niet alle menschen gelegenheid von den, hun handteekening te plaatsen, daarvoor was de tijd te kort. Maar het is ook niet noodig, want de auto riteiten wéten het nu wel, dat het pu bliek van Haarlem en omstreken gaarne zoo lang mogelijk van deze concerten wil genieten. We twijfelen dan ook nicl, of liet te verzonden adres zal in ernstige overweging ge nomen worden. Met groote aandacht en welbeila gen werden de vier nummers aange hoord, waarvan vooral het laatste (Sonate e kl. t. op. 2 „Da Pacem Do mine" van Hendrik Andric-ssen, een machtigen indruk maakte. GERDESSEN FEEST. Donder dag werd hot jaarlijkseh kinddrfcest van de Schuurman Schimmel van Outeren-Stichting gevierd. Dank zij de buitengewone welwillendheid van „W. Bus' Stoomboot-Maatschappij" kon het ook dit jaar cey boottocht zijn. Hadden wij al eenige dagen met angstig hart deD barometer zien rijzen en dolen, gelukkig haast boven verwachting het weer bleef, gedurende de heele reis goed. Niels was er, da,t de feestelijke stemming van de 400 kinderen kon bedorven. De tocht na/ar Zaandam, de wande ling vandaar naai' Koog, de rond vaart door de havenwerken van Am sterdam, alles liep vlot van stapel, zoodat we ongeveer 4 uur onder ol- enthousiasAe tegenover de rkt konden ontschepen. Het te, als altijd, een heerlijk uitstapje geweest. JACOB VAN LENNEP. - Dt tooneelvereeniging „Jacob van Len- nep" hield dezer dagen haar jaarl. ale. vergadering in de bovenzaal van deKroon. Aanwezig 35 leden. De verslagen van den lsten secre:. en van den penningmeester werden met arm lans begroet. De ia-c rooting voor TWEEDE BLAD. VrjJSag 25 Juli 1119 Buiteniandscn livirzicfat Het Engelsche Hoogerkuis heeft zöoals natuurlijk ook verwacht werd t— het vredesverdrag en het Engeteoh- Eransclie verdrag .met algemeene, le temmen geratificeerd. In de groote rede, die de eerste minister van Engeland Maandag in het Lagerhuis heeft gehouden, ter verdediging en toelichting van het vredesverdrag, heeft hij ook in het bijzonder zijn aandacht gewijd aan de Iersche quaestie, naar aanleiding van de woorden van den heer Dev lin, die had verlangd, dat de begin selen van president Wilson ook op Ierland zouden worden toegepast. Lloyd George begon met een tegen vraag. Hij wilde n.l. weten of de heer Devlin bereid is om die begin selen op geheel Ierland van toepas- ging te verklaren. Want hierin ligt de geheele moeilijkheid van een re- Seling. De heer Devlin sprak van oor wapengeweld opgelegd gezag. Maar, zeide de minister, in begin sel is het hetzelfde of men ander half miilioen menschen of drie mii lioen gaat dwingen. De landslieden van den heer Devlin willen de fei ten niet zien. Zij willen niet alleen he:- zelfbeschikkingsrecht voor zich zeif, maar willen anderen dit ont houden. De minister wees op zijn po ging om de beginselen van president Wilson in Ierland toe te passen en hij herinnerde aan zijn denkbeeld van de lerscne conventie, waar de leren zelf een oplossing hadden kun nen vinden. Maar enkele partijen bleven van do conventie weg, ando ren toon run zóó groote verdeeldheid, dat geen enkel resultaat werd ver kregen. „Zoo ging het", zeide Lloyd George onder gelach en toejuichin gen, „met zijn poging om Wilson s Beginselen op Ierland toe te passen." Devlin interrompeerde hier en j riep: Die beginselen kunnen worden toegepast door een volksstemming uit te schrijven. Elke natie heeft het recht over haar Job te beschikken. Ierland is een natie. Verder kwam Devlin niet, men riep hem toe: twee natiënEn de heer .Lloyd George zeide: De groote moeüijkneid is, dat Ierland geen natie is. De geachte af gevaardigde moge dat oprecht mee- nen, zocdrr. men gaat pogen cm de quaestie op te lossen, ontdekt men dat Ierland geen natie is. Het feit, dat het één eiland is, bewijst nog niet, dat het één natie is. Groot- Brittanniö is een eiland, maar het omvat drie natiën. Als deze moei lijkheid in Ierland kon worden over brugd, zou er geen moeilijkheid meer zijn. Lloyd George betreurde diep de veete tusschen de twee natiën, de veete tusschen de Celtisclie katho lieke bevolking van Ierland en Groöt- Bribtannië, maar zij bemoeilijkte een oplossing, te moeilijker omdat men bad op Zuid-Afrika gewezen het. hier een regeling geldt in sen land dat „vlak voor onze deur ligt" en „deel uitmaakt van de organ! salie dezer eilanden". De „Times' publiceert een buiten gewoon belangrijk hoofdartikel van Tier kolom, waarin een mogelijke schikking der Iersche kwestie wordt voorgesteld. Het blad begint met re zeggen, dat de Home Ruie-wefc van 1914. niet aan Ierland kan worden opgelegd, en bijna overal impopulair is in Iarlaritl, welke financieels po sitie tengevolge van do oarlog-sbelas- tingen in. veel hoogor mate verbe terd is, dan in de wot van 1914 Voor zien werd. Deze wét dient dus ver vangen te worden door een andere, die op breederen grondslag berust, getuigend van meer staatsmanschap De „Times stelt dati voor dat in de eerste plaats in Ierland twee pro vinciale of sbaatswetgevende licha men in 't leven zullen worden ge- roepen, nl. één voor de heele provin cie Ulster en één voor het, overige Ierland. Deze wetgevende lichamen zouden dan volledige macht tot wetgeving erlangen in alle kwesties betreffende de binnen landsche zaken in de res pectieve gebieden, zooals Landbouw, Visscherij, vakonderwijs, gemeente belangen, plaatselijk bestuur, plajat- selijke ondernemingen, openbare wel ken, fabrieksvoorschriften, directe belastingen enz. Ieder der beide gebieden zou don een uitvoerend lichaam krijgen, be last met ahe provinciale diensten en aansprakelijk tegenover de res pectieve wetgevende lichamen. Dit zou dan de eerste stap zijn naar de verleening van zelfbestuur aan Ier- Feuilleton GILL, Detective door IVANS. 51) Houdt vanavond, op de soirée bij den Aartshertog, oogen en iooreti open, mijn beste vrienden zei hij. Berichten bereiken Giles Gerard het snelst, wanneer ge zo adresseert naar Kamer No. 50 in „Hungaria". Maar ik heb je nog een gewich tige mededeeling te doen zeide ik en vertelde hem, hoe wij den vorigen dag de kleine Mariska tegen hei lijf geloopen waren. Dat te werkelijk van groot be lang 2ei de detective. Het kan mij zeer goed té pas komen! Maar nu moeten we elk onzes weegs gaan, Willy! He hoop, dat mevrouw en jij vanavond van de muziek eens recht genieten zult. Dat is oen mooie af wisseling, nu alle agitatie van de laatste'dagen! Met een hoofdknik verliet hij ons en verdwveri in het gewoel der Rd- la/id, en den grondslag leveren voor de decentralisatie van de regeer in g van 't Vereenigd Koninkrijk. Later zou dan de instelling van twee Ier sche wetgevende lichamen ledden tot de stichting van een eernig lcjrsch parlement, hetwelk de Iersche Fede ratie zou omvatten, waarin beide Iersche staten (Ulster en de rest van Ierland) gelijke vertegenwoordiging zouden hebben onverschillig hoe groot hun bevolking te, zooals dit in Australië en Zuid-Afrika bestaat. Dit eenig Iersche parlement zou kunnen bestaan in delegaties van de twee afzonderlijke wetgevende licha men, zóó, dat hunne partijen en belangen daarin getrouwelijk worden afgespiegeld, zoodat de nationalisti sche minderheid van Ulster zoowei als de Unionistische minderheid in de rest van Ierland daarin naar i-eclxt en billijkheid zouden zijn ver tegenwoordigd. Het parlement, van liet Vereenigd Koninkrijk zou echter zijn gezag be houden wat betreft de kroon en lioar successie, de beslissing over oorlog en vrede, leger-, vloot- en lucht macht, verdragen, naturalisatie, scheepvaart, muntwezen, handels merken, patenten enz., maar het Ier sche parlement, zou de macht krij gen tot opleggen en innen van alle directe belastingen, liet afsluiten van leeaiingen, het vaststellen en innen van uit- en ingaande -rechten, het onderhandelen over handelsverdragen (dit wellicht met het oog op een vrij handelsverdrag met Gr.-Brittaiaiië, aankoop van land, rijksverzokering ouderdomspensioenen, posterijen, te legraaf en telefoon, spaarbanken en onderwijs. De thans bestaande departementen voor Ierland zouden worden overge bracht naar het uitvoerend lichaam verbonden aan het federatieve parle ment, waardoor de onderkoning gouverneur-generaal zou worden, met het recht van veto tegen alle Iersche wetten van de beide Iersche wetgevende lichamen, zoowel als te gen de wetten van het parlement van geheel Ierland. Tenslotte zou Ierland zijn verte genwoordiging in het parlement van Westminster behouden, doo'r geheel Ierland te kiezen. De „Times" biedt haar voorstel ter ernstige overweging aan, als zijnde een poging om het 700 jaren oude Iersche vraagstuk op te lossen. De Pruisische minister van onder wijs en e eredienst Hanisch ver klaarde in een onderhoud, dat de Duitsche i'egeering in de volgende dagen verdere stappen zal doen om de eenheid van het rijk hechter te maken. Dit zal niet geschieden door middel van de wetgeving, doch door economische middelen. Het rijk zal de spoorwegen maken, tot een rijksonderneming en ook de exploitatie van rivieren en kanalen lot een rijksexploitatie ma ken. Het te ook mogelijk dat bimien- kort alle justitieels macht op het rijk overgaat. Onderhandelingen in dezen geest zijn reeds met de bondsstaten aangeknoopt. Verspreid nieuwe EEN VREDESAANBOD VAN EN GELAND IN 19171 Lil Berlijn wordt aan de Telegraaf geseind: In kringen dei- Nationale Vergadering gaat het geruQht dat Erzberger in de groote rede, waarmede hij aan de debatten zal deelnemen, ook zal spreken over ear, in 1917 door Enge land aan Duitschland gericht vredes aanbod In verband hiermede verneemt de „B. Z." van een bevoegde persoon lijkheid, die in nauw contact stond met de toenmalige opperste legerlei ding, het volgende: Eind Augustus of begin September uitten zich de "toenmalige rijkskan selier dr. Michaelis en de staatsse cretaris van Buitenlandscho Zaken, van Kühlmann, tegenover de opper ste legelrleiding op geheimzinnige wij ze over een vredespoging dor En tente, zonder evenwel de opperste legerleiding nadere mededeelingen te doen omtrent den oorsprong, den vorm of den inhoud daarvan. Verschillende besprekingen hadden daarop plaats; onder anderen werd omstreeks 10 September 1917 een kroonraad te Berlijn gehouden. In verband 19et deze besprekingen werd overeenstemming bereikt be treffende een verklaring, welke om trent België zou worden gepubliceerd. Ludendorff wist daarop den Rijks kanselier te bewegen een oorlogsrede, die in de tweede helft van Septem ber zou worden uitgesproken, niet te houden. Hij hoopte dat KOhlmann de verklaring omtrent België zou dementeeren, welke verklaring de staatssecretaris mei, Oberst von Haf ten besproken had. Kühlmantn even wel publiceerde geen tegenspraak, De opperste legerleiding heeft nooit weer iets van de zaak géhoord. Dit was het eenige vredesaanbod dat gedurende den geheelen oorlog door den vijand gedaan is. Het ware gewenscht, aldus besluit koczi straat. Maud en ik dineerden in „Panno- nina" en namen daarop de tram naar het „Stadtswaldchen" om daar over alles nog eens rustiger te praten, dan wij dat in de rumoerige stad doen konden. Onwillekeurig richtten wij onze schreden naar het plantsoen, waar wij den vorigeo dag, ongeveer op 't zelfde uur, de kleine Marteko ge zien hadden. Opnieuw zetten wij ons op een bank en zagen naar hot spe len van de kinderen, waarvan wij er verscheidene van gisteren herken den. Maar noch Mariska, noch de borine, die haar begeleid had, kre gen wij te zien. Er wachtte ons ech ter oen andere verrassing. Toen wij ongeveer een half uur op onzo bank gezeten hadden, zagen wij rechts van ons een wandelaar aan komen, dien wij beiden op hetzelfde oogenbiik herkenden. Het was de blonde man met de donkere oogen, dien wij in den restauratie-wagen gezien hadden: Góza IIorv;Uh, de secretaris van Aartshertog Karei August. Ik kreeg hem 5n het oog, voordat hij ons ontdekt, had. Toen zijn blik een oogenbiik later op ons viel, meende ik een oogenbiik daarin een uitdrukking van herkennen te ont dekken. Maar hij passeerde ons, zon der dat die indruk bevestigd werd, want zijn oogen daalden dadelijk af de zegsman van 'de ,JB. Z." dat. tie toenmalige Rijkskanselier en Oberst von Haften rich omtrent dit vredes aanbod nader verklaarden. DE VLAMINGEN. Naar in het Handelsblad van Antwerpen te lezer- is, hebben vooraanstaande Vlamin gen, bij gelegenheid van het bezoek van president Poincaré aan Antwer pen, de volgende verklaring openbaar gemaakt Wij, Vlaamschgezinden, luidt het daarin, wenschen uitdrukkelijk te verklaren, dat wij van ganscher har te onze stem mengen in het gejuich van vereering, die naar den grooten nabuur oprijst. Wij willen niet, dat het opzettelijk, kwaadwillig in ue wereld verspreide misverstand, als zou de Vlaamsche be weging togen Frankrijk gericht zijn haar kwaad bedrijf voortzette wij willen niet, dat de Franschen zouden twijfelen aan de oprechtheid onzer genegenheid voor het Fransciie volk. Tusschen de genegenheid voor het Fransche volk en onze liefde voor on ze vlaamsche taal, ligt geen tegen strijdigheid alleen zij schaden den naam von Frankrijk, die hem gebrul ken om de ontwikkeling onzer eigen Vlaamsche beschaving te belemmeren. Het talenvraagstuk in België is een binnenlandsche aangelegenheid wij hebben diegenen van de straat ve jaagd die het wilden oplossen met Duitsche hulp al wie vreemde nulp daartoe inroept, heeten wij geen waardig dienaar van zijn land. De l-'ranschman mint zijn taal harts tochtelijk, en wij bewonderen beni voor dat gevoel welnu, wij ook heb ben onze taal lief, en daarom willen wij, dat zij meester weze in Vlaamscli iiugië en geen Asschepoester, ge tweede-rangstaal. DE ENGELSCHE SPOORWEG STAKING GEelNDIGD. Er is een schikking getrolfen in zake de sta king aan den North Eastern Rail way. Zondag had Sir Auckland Ged des een bespreking met de vertegen woordigers van do verschillende bij het geschil betrokken partijen en hij beloofde toen, dat binnen een maand een ulgeineene regeling zou worden getroffen voor de gezichlsproef van het spoorwegpersoneel. Men weet, dat deze spoorwegstaking, die in net noordoosten van Engeland zoo ern- stigen overlast aan 't publiek bracht, was geproclameerd uit ontevreden heid over de gezichtsproei die de spoorwegmaatschappij voor haar Per soneel had voorgeschreven. De maat schappij verklaarde zich bereid de geschorste beambten (geschorst wijl ze weigerden zich aan de proef 1e on derwerpen) weer in de oude positie tc herstellen, mits dan echter de sta king zou eindigen. Zoo kwam men tot overeenstem ming, maar niettemin is toch eerst Dinsdag de dienst hervat, al was er Maandag al een deel van het perso neel aan het werk gegaan, zoodat een zeer ongeregelde spoordienst tus schen verschillende plaatsen aan de Noordoostkust reeds Maandag kon worden geopend. DE AMNESTIEWET IN FRANK RIJK. Naai- men verneemt be helst het ingediende amnestie-ont werp kwijtschelding van straf o.a. voor bepaalde persdelicten en defai tistische geschriften. Verder wordt amnestie verleend aan deserteurs, wier afwezigheid de zes maanden niet overschrijdt, indien zij zich vrij willig weer gemeld hebben; wegens bepaalde in disciplinaire vergrijpen, verkoop of verpanding van equipe- mentstukken, hel onbevoegd dragen van decoraties enz. Uitgefloten van amnestie zijn degenen, die schuldig zijn aan verraad, verstandhouding, met den vijand, spionnage speculatie- en handel met den vijand. DE MOORD OP DEIN ONDER OFFICIER MANNHEIM. - U, Parijs wordt aan de N. R. Ct. ge seind: Do Duilsohers hebben aan de Fransche regeering een nota gezon den met juridische argumenten, om te trachten af te komen van de boete van een miL'ioen d>e Berlijn voc. den moord op den onderofficie: Mannheim is opgelegd. De juridischs raadslieden van de Fransche regeering bereiden een anl- woord voor; de militairen zullen er zich ongetwijfeld mee belasten het met beslissende aiwumenten te 011- ondersteunen. HET VREDESVERDRAG MET BULGARIJE. De Temps ver neemt da; de Italiaansche delegatie zich niet meer verzet tegen het stand punt van Frankrijk en Engeland, dat Bulgarije van de Egrische zee moet worden afgesloten, DE SPANJAARDEN IN MA ROKKO. Naar de correspondent van de Times te Tanger uit goede bron verneemt, heeft de regeering ie Mad.'"-1 den Spjanschen strijdkrach- en rustten, mei blijkbaar genoegen, op de spelende kinderen. Ik geloof, dat hij ons herkende zeide ik. Dat zou niet zoo verwonderlijk zijn antwoordde. Maud, met haar gewoon gezond verstand. Wij her kenden hèm wel; waarom hij ons niet? 't Is waai- zei ik. 'n Mooie vrouw, die men ééns gezien heeft Niet flauw worden, Willy! bestrafte Maud. Zul je nooit lee- ren, een ernstige zaak ernstig te be handelen? Maar ik ben ernstig en 't is een ernstige zaak, een mooie vrouw te zien! hield ik vol; doch een plot selinge verandering in de uitdruk king van Maud's gezichtje hield ver dere scherts op mijn lippen terug. De richting van haar oogen volgen de, zag ik, van denzelfden kant, van waar de secretaris gekomen was, G. G. naderen. Hij slenterde langzaam op ons toe, gaf ons uit de verte een knipoogje en passeerde alsof hij ons niet- kende. Zou hij dien meneer Ilorvéth volgen? vroeg Maud. Wie zal liet zeggen? was mijn wedervraag. II ij gaat in elk geval denzolfden kant uit. Maar hoe komt hij hier? 't Is nauwelijks twee uur geleden, sedert wij afscheid van hem namen. Zou hij direct naar het pa leis van den Aartshertog gegaan zijn, om diens secretaris in het oog te houden? Bedenk, Willy, dat de wegen van den detective onnaspeurlijk zijnl Maud zeide dit op den eenigszins do ceerenden toon, dien G. G. soms kon aannemen, en wij lachten beiden. Kort daarna stonden jwij op en wandelden langzaam in dë richting van de Andrassy-straat. Bij den vij ver ontmoetten wij een wat druk ge- kleede jonge dame, die ons in het voorbijgaan strak aankeek. Kérem szépen! 1) klonk hot een oogenbiik later achter ons. De jonge dame was omgekeerd en had ons aangesproken. Nu eerst her kenden wij haar: het was de bonne, die wij den vorigen dag in gezel schap van Mariska gezien hadden I De „Herrschaften" moeten mij vergeven, dat ik hen aanspreek zeide zij in het Duilsch. Hebt u gisterenmiddag hic-r 111 het „Stadts waldchen1' niet met een klein meisje gesproken? Wij antwoorden bevestigend. Ik meende u te herkennen hernam de jonge dame. Gisteren was ik hier- met de kleine Mariska: ik ben haar bonne of liever: ik was haar bonne. De genadige Ho. r heeft mij weggestuurd, omdat zij 1) Het Duitsche: Icü hitte schöu. met u gesproken had. Daarom wilde ik u vragen, of u niet een goed woordje voor mij doen wilt, dat ik mag blijven. Ik begrijp u niet goed zeide Maud. Heeft, men u uw betrek king opgezegd, alleen omdat het kind met ons gesproken heeft? Ja antwoordde het meisje, alleen daarom! Het gaat mij zou aan het hart, want ik liic-ld zooveel van Mariska en ook van den kleinen Mi- hélyl De kleine MihAly! Zou dan einde lijk het „zoontje" van Irare den Czi- guny ten tooneele verschijnen? Maar hoe was hel mogelijk, dat deze bonne, die toch blijkbaar gewoon was aan betrekkingen in de betere kringen, voor de kinderen van een gewonen Zigeuner zorgen moest? Hoe kwamen d»c kinderen te Budapest? Waar was hun vader? Bij wien woonden zij thans? Mijn vrouw, was even verbaasd als ik. Maai- hoe komt men er toe, u zoo hard le straffen voor iets, dat he&leanaai geen fout van u was? vroeg zij. Ach, nagysad 1), de genadige heer is soms zoo vreemd! Ik ben nog geen jaar in zijn dienst en ik zie 1) „Mevrouw.", letterlijk: „Uwe grootheid". hem niet dikwijls, daarom begr-jp ik liem zeker niet. Hij. wil nooit heb ben, dat de kinderen op straat door vreemden worden aangesproken: am heeft hij mij dikwijls genoeg gozegdl Maar u was toch geen vreemde: Ma riska noemde u „az angol Hé.csi'en vertelde, dat u zoo lief voor haar ge weest waart! En toch heeft de gena dige heer mij uitgemaakt voor aller lei i eel ijk® dingen en uiij de deur uit gezot! Er kwamen nu waterianqeips. Will u een goed woordje oor mij doen? liet was alles toch zoo onschuldig en natuurlijk! Zij droogde zich de oogen af en keel: on? vol verwachting aan. Maar wie is uw „genadige heer" eigenlijk? vroeg ik. En waar woont hij? Ik zag opeens een verandering over haar komen. De uitdrukking der oogen werd hard en er legde- zich eer- vastberaden plooi om den mond. Mijn vrouw, die dit niet opgemerkt had en die wat trouwens verklaar baar genoeg was! in groote span ning verkeerde tengevolge van de ontdekkingen, die schijnbaar voor de deur stonden, werd ongeduldig, toen het antwoord wat lang uitbleef. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1919 | | pagina 5