3LAD
Van onzen reizenden Redacteur
Uiize LaciiiKLi
Het ïooneci
DeVoorvadervan den
iliaijfl Pimpernel
.V a u aüii
T6TJRDAG 12 MAART 1321
DERDE BLAD
(Vierde reeks.)
No. 14/
Naar tiet nieuwe Pandgebled der
Geallieerden.
Düsaeldoj' f, .Donderdag.
Mijn brief kan 'k beginnen, waar
'k gister geëindigd wna: Do verstand
houding tussclien bevolking en vreem-
de troepen. Want wij hebben straf,
tiin gisteravond plotseling enn 10 uur
naar bid gestuurd en voorioopig zul
't 200 blijven. Van 10 tot -1 uur des
nachts is het straatverkeer verboden.
„In beginsel, zoo etond er in de eer-
gister uitgovaardigdo plakkaten te le
ze", zal het verkeer des nachts niet
belemmerd worden, tenzij incidenten
dezen maatregel noodig maken."
Ken onplezierig voorval moet dus
den maatregel noodig gemaakt heb
ben. omdat ons anders vrijheid van
betwégina ook in de nachturen, ver
oorloofd was Politie en Frunsohe mi
litairen vertéllen, dat gistermiddag
een rransch officier, verbolgen over
liet feit. dat een Duitseli ordebewa
ker hem'niet groette, den man met
een rijzweep in liet gazicht heeft ge-
sI jlt-h, waarop de Duitschers op den
Fnxnscïiman hebben „eingehauen".
Wat er precLes van aan ls, valt hier
niet zoo licht te controleoren. Wel
licht weet. men or in Holland, langs
andere wegen, al meer van, dan hier.
Dat er verband bestaat met het ver
bod van nachtverkeer bewijst niet al
leen de bovenaangehaalde zin het
bewijst ook het feit, dat, zoodra 'k
■vanochtend m'11 neus buiten de stak,
op <le 1 Ir af Adolphplatz bij do Lu-
demiorffstrasse voor een plakkaat
stond, waarop naast eem bevel, dat
alle soorten van politie, brandweer
lieden. douanebeambten enz. unter
allen Umstfinden die Offiziere der Be-
satzungstruppen grüsz-n moeten,
maar ook op datzelfde biljet het ver
bod van nachtverkeer was vermeld.
De combinatie ligt dus voor de hand:
groeten en niet na 10 uut op straat!
„Elke daad die daarmee strijdig is
en ieder'gebrek aan achting" worden
gestraft, zoodat het maai' zaak is
voor de n-mnlformden om te groeten
Tmussi li. ltui <ut gisteravond om
8 uur 1 as afgekomen bove! een heele
consternatie, 'k Zat bij negeoien in
een van de gezellige eHgel e genlied on
van Rnmnelmaver aan het Abend es
sen, toen de kellner me kwam ver
rassen met de mededeel! ng: 9 uur
Schlusz van de restaurants en café's
en om 10 uur niemand meer op
straat. Het werd een algemeene vlucht
da-ar menigeen in zulk een groote
Stad lange afstanden heeft af te leu
gen. ongerekend no? de menschen, die
van huiten gekomen niet vóór des
avonds tont met dc treinen huiswaarts
konden
Was 't waar? Niemand had het nog
,.;inv--pohlasren" gezien en bniten in
de dichte groepen op de Kónigsallee
wisf de politie ook niets meer dan
va.ee gea-ncMen. Groene ordonnanzen
gingen tokens- ten politleburcele
nieuws halen en pap na 9 uur kwam
het uit. dat het werkeliik waar was.
Toen draafde men huiswaarts. Velen
moesten zich inderdaad repnen. dn.ar
de frn.m na 9 uur ook al niet meer
mocht riiden. Giroenen menschen sto«
den nnn de „Haltestellen", tot e-on
Sehutzmnnn hen kwam inlichten:
„F'ektrische fahrt nicht mehr!"
Goedmoedig als de menschen hier
me^st zün, monperden ze weinig en
zoïden alleen maar. dut Tiet erg las
tig was.
Tn den omtrek van m'n hotel bleef
*k op het plein ronddrentelen, om te
rien, hoe het af zou Toonen. daar de
zen e.-rsten avond zek-w niet elkeen
om 10 uur thuis kon zün. Maar toen
iïe klok m slopg wnp ik nl enw hö
m'n jasje gevat, door een Po!lz©lH*-
emfe en geen heroen op m'n pas,
ï»orh or» m'n joumoHri-zlin hieln, 'k
moest hef hotel in Veel aanleiding tof
tegcnsnartelen had 'k niet, omdat 'k
voor m'in onen raam in het hotel,
'on dezen lente-nchtlcren Maart-avond,
rustig alles kon zten, wat er op de
drukke Graf Ado'fuhnlatz en njuv
grcn-TAnde verke-rswegien zon gebeu
ren.
Het wa<? in het, hotel een merkwaar
dig gezicht. Het Hotel „Euron&ischer
Dof" hooft nis vele hotels, die zich
zelf reanecteeren, een „Weinrestan-
rant", dat den heelen nacht gponend
is. Dat moest nu ook om 9 uur dicht
wat eon gronten schadepost oplever
de. „Aher Krieg 1st Krieg" is vaak
door de Duitschers verkondigd en
dus konden zij weinig tegenwerpin
gen maken. Dat deden ze ook niet en
trokken zich maar in hun kamers
terug. Het was van buiten een gran
dioos gezicht alle vensters op alle ver
diepingen van de groote hotel verlicht
te zien; velen hielden in hun kamer
open hof, waar Je In kon loopen, om
een praatje te maken. Je gaat te
Diisselilorf toch uiet om 10 uur naar
Deel. Anderen namen een genoeglijk
kijkje voor de open ramen, waar je
in aJlc richtingen de belangstellenden
zag. En 't ook vroeg naar huls ge
dreven personeel van kamermeisjes
kweelde op de balcons van de boven
verdieping een smachtend Duitsch
lied.
Beneden op het asphalt repten zich
nog te late menschen over het plein
naar de Kónigsallee, de Ludendorf-
straszie, Graf Adolphstrasze, Frie-
dxich-, Herold- en H lndenburgstrae-
ze. Optreden hoefde noch de gemeen
telijke politie, noch de troepenmacht
der bezetters. De Duitschers hier zijn
gedisciplineerd genoeg, om te doen
wat nu'eenmaal moet worden gedaan.
Dus ging iedereen zoo snel mogelijk
naar huis. En om half elf waren de
menschen op 't plein te tellen.
Tussohen elf en twaalf uur zag 'k
patrouilles van verschillende natio
naliteit rondgaan. Maar alles was
rustig en ook de ochtendbladen, die
de stopzetting van het nachtelijk ver
keer zonder beschouwing, ook zonder
verklaring vermeldden, hebben ook
geen berichten omtrent incidenten.
Aansluitende aan liet groetbervel is
vanochtend ook nog oen waarschu
wing verschenen, dat het verboden is
tegenover de leder» van de geallieer
de bezetting, over hun vaandels en
over hun militaire emblemen woor
den of uitdrukkingen te bezigen van
beleedigende of onbehoorlijke strek
king. Ook is het uitsteken van natio
nale en andere vlaggen verboden,
mitsgaders het dragon de nationale
kleuren.
Men ziet het, de strengen worden
wet sterker aangehaald.
Al deze zaken hebben betrekking op
de militaire bezetting, Daarnaast
staat het eigenluke doel der .sanc
ties", door de Dnftschem vertaald als
..dwangmaatregelen/", de economi
sche hcBfitt.Ink. Gister heeft. na. die
Dflsseldorf, Duisburg en Ruhrort,
ook de bezettin? van TTamborn plaats
ctehnd en men snrerkt er over. dat
Dbcrhausen vandaag in dat lot zal
''eclen. Hiermede kriigen de Geel-
'ieerden de gcbe.ele rreiks van bmerge-
hoofden van den Biin in handen,
hw.z. de steden, geleven aan de b©
'eavrrijka Riinovergengou. Keulen,
MsItw. en verder zuidelük geleven
R'tnsteden waren al in hun ro°xüt
Nu wordt de ril langzamTh-ud
w bet noorden, waar orw Nede»-
fandpche grens verlengd. Aldus krü-
ven de Geailieerden in hun lxv.it de
voornaamste middelpunten, toegan
gen en havens van het dichtstbevolk-
rie en uit eon handels- en industrieel
ooenuTit ook bedriiviffste deel ven
Duttschland. De bedoeling schijnt te
zün, om een tolgrens ie schennen tus-
scben linker- en rechter Rüncrbifvl.
roodat ellce overgang van goederen
over en weer halen zal pobrenowi,
die in mindering komen van de Dnit-
whe schnld aan de Geallieerden. Die
tolgrens ls dan uit. te breiden door de
griieele douanestronk langs Neder
'and. BelglP en Frankrijk ook in te
nalmen, zoodat, als de Duitschers
veen f.rncjea toepassen, om de gove-
deren langs een andere 7. fide er uit
te krügwi, h.v via de havens aan
Noord- en Gosfaoe nna.r Nederland
nn SeaTvdlna.vlÓ ter verdere vertinnde-
'ing ?een stuk goed in of uit ken. dat
"iet zün In of uitvoerrecht nan de
Geallieerden heeft opgebracht. Men
wil deze maatregelen, die nog niet in
werking zün er wordt hier gezegd,
dat Engeland nog niet zijn toestem
ming heeft geweven tot dew© door
Frankrijk bsgeerde economische be
zetting handhaven tot Berlün
hp rit toegegeven aan de e'schen der
Entente voortvloeiend uit de bepalin
gen van het door Duitsohland onder-
'eekonde Vredesverdrag van Versail
les. Hoe dit z'i, c-n feit is, d'"t oók de
bergwerken, de il zere ris en kolen-
miinen in hot Ruhrliekken door de
Geallieerden bezet zün, zoodnt ook tc
dezen opzichte economische maatre
gelen kunnen getroffen worden
De uit Berlijn bier komende be
richten geven eehter grond voor de
hoop. dal Duitschland spoedig nieu
we voorstellen zal doen, om te gera
ken tot een overeenkomst, waardoor
dan ook de bezetting der Rijnsteden
kan opgeheven worden.
JAC. C. M. Jr.
Op Straat
door CONST. DE RAYMOND.
Het had den geheelen morgen al
geregend. Een druilerige, grijegrau-
we lucht hing benauwend laag xus-
scheu de huizen. Gestadig druppelde
dreinend de miezerige regen. Aan
houdend. Al maar door. Zonder op
houden.
En op straat stond in die natte om
geving een inboedel.
Des morgens vroeg reeds naar bul
ten gebracht door mannen van het
gerecht, op verzoek van den eigenaar
van het huis.
Daar stonden de meubeltjes in si
nister aanzien, leunend tegen elkaar
en op elkander gestapeld, zóó al6 ze
waren uitgedragen. Een geschilder
de en een mahoniehouten tafel, een
linnenkast, stoelen, met rieten zittin
gen en met pluche bekleed een kachel
tje roet nikkel beslag, een rieten
leunstoel met sluimerrol en zitkussen,
manden met keukengerei, kisten met
kleine snuisterijen, op de tafels klee-
ren en beddegoed, daarover uitge
spreid 6tukken vloerzeil; er waren
ook hoedendoozen, waschtciien. tob
ben esi emmers en een ledige vogel
kool aan een standaard, alles kris en
kras door on over elkander en onvol
doende gedekt, voor het steeds maar
ueerplensende regenwater. Langs de
meubelen, besmeurd met opspattend
si k, droop het vocht stralend tot op
de straat. Manden en doozen waren
doorweekt. De roods en blauwe stro
pen van de overtrekken der bedden,
kleurden het tusschenliggend wit met
vies-gelen regen In omslagdoeken ge
wikkeld, do armen daar kouwelijk
onder verborgen, stonden in de
vocht-kille atmosfeer vrouwen uit de
buurt en uit de aangrenzende stra
ten, dicht tegen de huizen gedrukt,
te bespreken dit treurige geval. Heftig
gaiven zij van hun ontstemming blijk.
Wat 'n manier, zóó'n behandeling.
Zulke prachtige meubeltjes. In zulk
weer. Alles verregende en verrotte,
'n Gruwel wa6 het. 'n Groot schan
daal!
Vroeger kon je zoo iets meermalen
zien in achterbuurten, waar sjofele
bewoners de huizen verwaarloosden,
of de huur niet betaalden. Die wer/len
dan ten slotte uitgezet, omdat het niet
langer ging. En wat er dan voor den
dag kwam aan meubeltjes, kon ge
woonlijk wel tegen 'n stootje, daar
zou de regen niets aan hebben kun
nen bederven. Maar hier was het
geen jammer en zonde van die koste
lijke spullen? Jaren hadden de men
schen gespaard en beknibbeld op het
allemoodigste, om het bij elkaar le
krijgen. En nu, in één morgen etond
alles te verpieteren en te bederven.
„O, 't was 'n schande, 'n Behandel"
gilden rle vrouwen dooreen.
Waar henn* die oudjes nou?
vroeg een hunner.
'k Zou t uwes niet pereies kenne
zegge, antwoordde de vrouw uit den
groentewinkel, maar 'k me>en aed it-
feze hier achter henne bij die
lui, die hier cfk in deuze straat ge
woond hebbe, uwe weet wel de man
is an 't spoor hoe hiet-ie ook
weer
O. van Vlier, hedoel-ie?.
Persiesdie is t.... nou, dat
benne nog al goeie kennisse van der-
lui en daar benne ze na toe ge
gaan, zei de juffrouw die hier naast
woont.
't Benne ouwe mense, niet? vroeg
een ander.
Over de zeventig, roe lieve mens,
allebei ja, la 't geen grof schan
daal?
Zukke stumpers! meelijde een
andere juffrouw.
Hadde die die van Vilei
het boeltje ok niet zoo lang kenne op-
berge?
Och juffrouw die oudjes had-
de der heelemaal niet op gerekend
van morrege kwam do deurwaarder
met 'n paar lui zoo maar eens opzet
te
'n Mooie boel. zoo zond'
waarschouwe
Nee, dat nietZe hadde
van te wren gowa&rechou/wd
maar m'n goeie mens, waar mot je
naaa- toe?dat vraag 'k je?
Zoo is 't maar nèt, lcrokte er een,
der benne ommers geen huizo te huur.
Nerges me lieve ziel nerges
Wat 'n schoelies heb-le toch in
de wereld.
Och juffrouw, praat sr niet van
.t u i g is 'trejnnl t u i gl
't T.ijkent wol offe der geen fe-
soenlike mense meer beun©.
Van wie was 't huls?
Ja eerst van eene Droel
maar die had 't verkocht an van der
Grijp en Halen
Och goeie genade I an die
beunhaze
0, dan wil 'k 't wel gelooven
die koopen hier zoowat allee, ora het
direk weer voor 'n zoet wlnsie over te
doen.
Och mens voor vijf en twin
tig gulden winst, verkoopen ze het
soms weer, maar as 't leeg is, make
meer.
Wat 'n sjiiggelaars toch!
Zeit u dat wel.
's Is teuge6woardig maar 'n
mooie boel, dat mó 'k zoggen.
Och m'n lieve juffrouw, je heb
kompleei niks meer te vertellen.
Wel nee asse ze je te graze
wille neme, doe je niks.
't Benne gewiekste gladakkers,
dat zeg i k
Ze hadde na de huurkeroni.ssie
motte gaan, opporde er een.
Zeile ze wel gedaan hebbe.
O ja, natuurlik!
Ze hebbe wel uitstel gebod,
meen 'k.
Nou ja, dan krijg-ie wat uitstel
maai' 't slot is toch, dat je 't afloit.
Zoo is *t, bevestigd© de groenta-
Cbut menB, :k mot der niet an
denke, dat 't mijn ok boven m'n
hoofd kan hange.
Me sta au e der allemaal voor
bloot, wat zeit uwe?
Ja! Da'6 de volie waarheid,
'k Ken ze niet die heeren 'hoe
hïette ze ok weer?
0, van der Grijp en Hale!
Ju&tement 1Wat benne 't
voor lui?
Och uwe ken ze wel Ze loope
hier dikkels same vooiibij
Wees maar voorztohtig a je zo
in de buurt zietwant dan loere
ww erges op.
En meelij kenne ze niet.
- Zukke arme mer.ee herbegon
een andere juffrouw weer te Jamme
ren, over de uitgezette bewoners.
Och zukke beste, brave lui
Hadde ze 't zelf niet kenne koo-
pe? opperde er een.
Daar hadde ze geen sente voor
ze rootte van 'n pensioentje leven
dus uwe begrijpt
Hu! rilde een Juffrouw wat
heb-:e toch een hoop narigheid in de
wereld.
We most© elk maar wat in cms
eige huis berge, stelde een voor.
Nee juffrouw, wees daar verzich-
tig mee dat gaat zoo maar niet,
dan zou-ie last met do policie krijge.
Dat is zoonee, we motte der
af blijveas de oudjes 't van mor-
rige gevraagd hadde - dan met ple
zier
Uwe het gelijk je brandt zoo
gauw je vingers.
Kom 't lijkent toch wel of
H wat ophoudt met regenen
't Zal een droog buitje weze.
Zeit u datde inch staat an
ders heelemaal na regen
Slaat-!e daar geen elf uur?
Lieve tijd is me dat kleide
.ik mot nog aardappels hebbe.
Wacht, dan koop 'k zoover moe
Juffrouw, 'k zal es kijke na 'n rood
kooltje je weet hnast niet wat je
eten motnare tijd toch
t Is al weer tijd voor de koffie.
Hè ja!nou 'n bakkie zal
best srnake.
Zeit u dat!
Met bedrijvig© dribbelpasjes, ver
dwenen de kakelende juffrouwen naar
venscliillende kanten, nu de regen een
oogenblik scheen opgehouden.
Doch schijnbaar slechts weldra
druppelde bet weer geettadig, at maar
in eentonig- cadane.
Een verdichtend uevelgordijn van Jror
rel-fijne waterdruppels omhulde meer en
meer het vereenzaamde inbooltjc, dat daar
versiepeld en doorweekt stond in triestig
aspeot.
De inspecteur van politie sprak hem
moed ln, den armen, ouden man, die met
moee gelaatstrekken, absent te luisteren
stond. Straks zon de toestemming komen.
Do burgeme - zou geen bezwaar hebben
dat z'n boeit 1 zoolang word opgeborgen
op het stadhuis, of in een der lokalen van
de distributie afkomstig. Zoolang moest-ie
wachten. Had-io eerder gesproken, was 't
in orde geweest. Had 't vanmorgen al ge
borgen knnnen worden. Nou stond de
boel te verwaarloozen. Eeuwig jammer
toch I
Maar ja!,., je had niet gedacht, dat
't zoo'n vaart zou loopen, hè f vroeg de in
specteur.
Nee meneer I sohudde do oude het be
verige hoofd, clat had 'k zeker niet.... >k
'oen dom geweest.... erg dom....
Nou ja, dom... u bent wat al te goed
van vertrouwen geweest, dat kan ieder ge
beuren.
Ja, juist I... mar 'k had niet motte tee
kenen.
Had u dan iets geteekend, dat betrek
king had op 't ontruimen?
Ja, maar dat wist ik niet... Toen m'n
huis verkocht werd an die twee nette hee
ren... sareasle do oude man.
Van der Grijp en Halen? onderbrak
de inspecteur.
Precies!... Toen zeit ze tege me: kijk
erres ouwe baas, je kan gerust blijven wo
nen....- mair asse me 'l huis kenne ver
koopen met 'n klein winstje, dan doenne
met hel... je begrijpt, zeié zo, me houö der
geen filantropische instelling op na-., maar
we benne niet onmenschelik... ja, meneer,
dat zeié ze, dus de eerste zes maanden den
ken we der niet over.... nou, don heb ie
toch alle tijd, om erres uit te kijken na
wat anders.... Teeken nou maar dit pe-
piertje, dat je der over zes maanden uit -tal
1 gaan... dan worrio al die tijd niet lastig
gevallen... dat ia tooh mooi, niet? vroegen
ze.», nou, en toen dacht *k zes maanden
'n heelen lijd.... wie weet komt er niet
gens wat open.... on toon heb 'k dat pepier
tje maar geteekend, om van bet gezanik a'
te wezen.... en dat was dom, meneer!...
Ja, dat begrijp 'k nu, vie! de inspec
Want, och, lieve hemel.... de ie*
maanden waicn gauw om... en boe of 'k
gezocht heli... der was nergens lelt, xeifs
geen zolderkamertje te vinden... En toen
hebben d§ buren nie aangeraje om aan i'e
huurkemmlcaie te vragen, om nog te Wij
ven wonen—, au dat hem 'k toen ook gc
daan..
Ja, èn had dat gcon resultaat?
-Wat zal 'k uwe zeggen, meneer... -lie
meeneoieu van de kcuuuieeie konden .Ier
ook niks an doen... omdat 'k geteekeu
had, zeië ik had ommers zc-ivers ver
kiaard, asdat 'k er over «es maanden uit
zou gaan... daarom konne ze dor niks meer
ji veranderen....
Deksels nee!... Dat was verduivel-J
umdig ir.eepiki door die heeren Van dar
Grijp en Halen.
Eti 'k l ad alsmaar nog gehoopt, daltc
ie der toch niet uil zone zetten... as 'k
niks anders had... want. niewaar? as Je
altijd netjes en fatsoenlijk jo huisje be
nl hebt en elke wclc do cenle voor
de huur klaar léje.... nooit gemankeerd,
eer... goen halve cent... der is nooit zie
dat op ons te zeggen geweest, roeneer...
vrouw en ik hebben altijd hard go-
;t, om 'n ieder 't zijne te kenne ge
en as je dan op je ouwe dag z66 iets
moet beleven... dan is dat hard en w;l ver
schrikkelijk, meneer.... ik was ter ook hnc
lemaal vc-rritreerd van, toen ze daar van-
jen pardoes, m'n boeltje naar bniten
gingen dragen... buiten op straat... in
regen..- mot je gebeuren, meneer.... daar
heb-ie nou je leven lang voor geploeterd
gesloofd.... om 'n paar nette spullen oij
mekaar te krijgen... en non staal het daar
te verslensen
arme, afgetobde man schudde be
droef 't hoofd daarna zakte het met een
«mik, moede voorover, tot op de borst; de
nuen vielen lusteloos lange het lichaam;
11 knieën knikten. Dooh plots richtte Mi
zich weer 111 volle legte op; in de moeë
in kwam schittering; de hpichtige
•bleeke handen balden zich tot vuis
ten.
Meneer, 'k bon 'n ouwe man,., maar
j m'n vrouw van morgen niet wijzer was
geweest... en me niet tegen had gehouwe...
wel, zoowaar meneer, as 'k hier voor je
sla... ik had die koereis, met de kolen
schop... Do oude beefde van emoiie; z'n
lichaam doorschokte van de opwinding, bij
de herinnering aan die vreesebjke belee
diging, hem en z'n vrouw aangedaan. Hij
haalde een rooden zakdoek uit de borst
zak van z'n colbert jasje on veegde de
oogen af. 'n Diepe zucht onsnapte id
bor6t.
J&, 't ie wel treurig... maar komaan,
•roostte de ir.vpeeteur, den ouden mar. op
den schouder kloppend; 't is nou eenmaal
niet anders... 'k zou me nou maar goed
houden... zoodra we de toestemming heb
ben. zorgen wij er voor, dat alles «00
spoedig mogelijke netjes wordt opgelxn
gen, hoor I
'k Hoop 't meneer berustte de man,
aan z'n pet tikkend.
Tegen den avond was door de politie.
net fcahulp van lui van de stadsreiniging
de inboedel veüig opgeborgen ln een lo
kaal door den burgemeester beschikbaar
gesteld. Doch do meubeltjes hadden lnwl
veel geleden, enkele voorwerpen waren
voor goed onbruikbaar geworden. En dc
vrouwen uit de buurt en van elders ston
den weer in de nab»)heid van het lediee
huis. Het bordje niet x.Te koop" was aan
geslagen. Een buis, dat onbewoond ie,
brengt heel wat op. Daarom dachten -Ie
makelaars Van der Grijp cn Halen een
mooie winst met dit perceel te kunnen
maken.
Maar hel was niet gemakkelijk gegaan,
de luidjns er uit te krijgen. Die oude stijf
kop was maar blijven zitten. Wal drom
mei'. Hij had tooh zelf de verklaring getee
kend, dal-ie er over zes maanden zou uit
gaan. 'l Was maar goed, dat zo die truc
gebruikt hadden; met dat gezanik van de
buurcommiesie was-io er nog niet uit ge
vreest. Hot lied ze nou wel ia waar 'n paar
gulden gekost, maar dat hadden ze er
graas voor over.Zoo'n onbewoond huis dood
opgeld, kon je bijna voor vragen
wilde. Er waren Immers altijd lieden die
tot koopen genoodzaakt werden, en we!
om zelf een dak boven het hoofd te heo
ben. Die keken niet op een paar honderd
gulden, ook niet of hot huis ietwat voch
tig was, of gebreken had. Kijk! d i 0 lui
moesten ze hebben, not deed er niet toe,
als het, wat lang zou duren. Het huis kon
cerust 1102 wat leeg staan. Die paar weken
huur-verlies, bracht het toch maar dubbel
en dwars weer op. Dat gezwam van niet-
netjes en immoreel... kom, kom! Zaken
zijn zaken. Nou ja, 't was stom ongeluk
kig geweest, dat zo nu juist vanmorgen
dien. beroerden regen haddon getroffen,
maar het moest nu eenmaal z'n loop heb
ben. Uitstellen ging niet meer. En dan.
ze waren gouoeg gewaarschuwd. Als je op
al die verzoeken ora uitstel moest ingaan,
stel je voor... of op het gelamenteer... neen.
sentimantalieit komt in ons vak niet tc
pas..., waar zou dat heen moeten... We die
nen nu onzen slag te slaan. Binnenkort is
het weer uit.,.. Vroeger, Ja!... toen had je
't. dat iemand ook wel voor 'n ander zorg
de, en daarmede waren d/ui allen se
baai. Maar tegenwoordig zorgt ieder voor
zich.... welnu, dan zijn tensJoUe ook
alle menschen geholpen, lachten de heeren
Van der Grijp cn Halen, toen rij op dun
avond van dezen gedenkwoardigen dag
wolgemoed op hun privékantoor, ecu fijne
sigaar met 'n bandje rookten. Ze wilden
TE VEEL VERLANGD.
De beroemde schilder M liad voortdurend
izie mei zijn huisbaas wanneer de buur
betaald moest worden.
Op een dag zit bij in zijn atelier en de
lisbaas komt binnen.
„Mijnheer Jd u heeft uw buur nog niet
betaald"
„Neen."
„Heeft u dc bedoeling tc betalen?"
„Natuurlijk."
„En wanneer; als ik vragen mag?"
..Mjjn goede ui.ni." zegt M boos, „je weet
toen dat ik bunvtenaar ben en geen pro
feet."
HET DL'RE LEVEN.
ICiae; tos kleermaker, die bent een eo*-
tuum aanmeet
..Wilt u vooral geen zakken in inljn pak
maken."
„Waarom niet?"
„Omdat ik ze niet noodig zal bobbeu. AM
nw rekening betaald zal bobben, heb Ik
niets meer op te bergen."
(„Tel.".)
achten met naar huis gaAii totdal
duisternis voldoende was ingevallen, om
hun aftocht to dekken. Met daglicht door
de straat te gaan waar het inboedcltje vaa
do oudjes zoo jammerlijk verregend was,
'ilden «e liever niet. Hel was nog erg ru
moerig in die buurt. De buurvrouwon zou
den vermoedelijk heftig zijn gaan uitvaren
hoogstwaarschijnlijk zouden de beide
heeren er niet zonder kleerscheuren zijD
afgekomen.
Stadsnieuws
„Dolle Hans" door Het Hotrio*
Tooneel.
Van alle werken van Jan l'ahricius heeft
Dolle Hans" het meeste succes gehad.
Wanneer ©en tooneelstuk het tot ver over
de 600 opvoeringen breugt, moet het ivol
bijzondere kwaliteiten hebben. Dolle Hans
heeft die zeer zeker; cJ-t Indo drama beril
de gebreken en de deugden van Fabri-
cius' oeuvre in het kvldrul. Het is sen
timenteel in hooge male, hol en op het
effect, maar nel ;s zeer kra--htig tooneel
an een meca.cepende actie- Dolle
i is het voorbeeld van een volksstuk.
Fabricius werkt in dit uielo-dvaraa zeer
sterk op het grove sentiment van hot pu
bliek. Hans Hartman is het- type van ilea
held. Hij is van een edelaardigheid,
dat hij alle vrouwen met een ontvanke
lijk gemoed in verrukking brengt. lln
daartegenover stelt Fabricius majoor d«
Weert, een ploert van zoo grove makelij,
dat hij zelfs bij Alexander Dumss pèro
geen slech; figuur zou maten. In den
strijd tussohen deze twee mannon ib bet
geen vraag meer, wie er gehjk heeft. Do
sympathie van heel het publiek gaat
naar den verongelijkten held en sis
in dolle drift zijn atille in het
gelaat van den gahalen majoor werpt,
dan geeft die daad van opstandigheid vol
doening aan alien, die int'. adetnloozo
spanning he: conflict tusichc-r. deze man
nen hebben gevolgd. En wanneer hij later
in rijn kerker het doodvonnis afwacht,
dan Ï6 al het medelijden cn al de ver
ontwaardiging van het publiek daar tus
sohen die drie muren van zijn ccl.
Als beekjes stroomen de tranen lang»
j wrangen van mannen en vrouwen
niemand komt op do gedachte, dat Fa
bricius nu ja, eigenlijk met paarden
middelen op de traanklieren van zijn pu
bliek werki.
Ik heb eens bij Dolie Haiu achter ecu
dame gezeten, die het bij het derde be
drijf tóó te kwaad kroeg, dat haar man
om haar te kalmetrcn groote ver
ontwaardiging van een andere hevig aan
gedane juffrouw om de drie minutes
tot haar moer: zeggen: Toe^nou^vrouw,
Teen het ai :c erg werd lie*, war. ge
loof ik, bij de kointt van Jolanie, en bij
zich blijkbaar ongerust ging maken, dat
zij een zenuwtoeval zon krijgen, kwam
hij met hot. voorstel: ..Wil je misschien
liever weg?" maar rij verkoos heftig
hoofdschuddend Hans' lijdensbeker tot
den lastrien druppel mee uit te drinken,
en zoodra het schem. v:e1, riop zij ia
«dele woede uit: „Sch&udc! SehnmieF
er nog zulke toesUrdc: i-. Indii
Het goede mensch had geen oogen
blik aan gedacht, dat zulke toestanden 10
Indiê niet bestaan en eigenlijk ook
nooit bestaan hebben, liet is alles „valsch
effect" maar door de weergaloozo handig
heid van den knappen tooneelscbrijver,
die Fabricius is. liemsrkl het publiek
dit niet. Het gelooft tijdens de hande
ling aar. rijn personen en heef: geheel en
me; hen mee.
Vooral, wanneer hij gesi" ld wordt als
door Henri Brondgeest. Hij geeft !cn
sinjo luitenant al liet temperament, al
het edelaardige en al het sentimenteels
mee. waarop hij volgens Fabricius
recht heeft.
Maar waarom laai men Hans Hartman
eindelijk nor. eens promotie maken? Hij
word; werkelijk te oud voor 2e luitenant.
Het ls hem beusch aaii tc zien, da', hij
al bijna IQ jaar ais t-.vcede luitenant mee
loopt. Fabricius moss: hein nu eindelijk
maar eens bij sehrijverabesluit extra-
bevorderen.
E11 mot het klimmen der jaren begint
het Hollandsch van dezen lndo-luitenanl
ok niet beter op tc worden. Wat sprak
Brondgeest som? tussciu :i zijn tanden.
Zelfs op de eerste rij stalles had ik moei
te hern te verstaan, ofschoon hij tod»
waarlijk hard genoeg schreeuwde.
Heiman Schwab trachtte majoor De
Weert zoo correct mogelijk te spelen,
maar een menseh kon ook hij yan dezen
alleronmogelijksien officier niet maken.
Gerard Vrolik had zijn oude rol van
Does weer opgenomen. Vroeger was hij
in deze rol soberder w.it mij meer in
de lijn van dezen controleur toeiijki. Nek»
Hillebrand was een lieve, nu en dan nog
wat onhandige Jolanie.
Het Indo drama deed liet weer ais al
tijd. Hoeveel emmers tranen zouden er al
om Dolle Hans geweend rijn?
J. B. SCHUIL.
Feuilleton
(Een avontuur vim dun Lachenden
Kavalier).
Naar hel Engeisch van
BARONESS ORCZY.
Nog een paai- minuten en de rivier
kwam in 't zicht; ver weg aiam den an
deren oever zag hij Brummen, aan
den voet van dc heuvels, den ingang
van de Veluwe vormend. Met her
nieuwde kracht re^l Diogenes door,
aangevuurd door de wilde jacht, ge
nietend van het gevaar van een rit
op leven en dood - dingen waarnaar
hij in de drie maanden van zsjn luie
luxe leventje meor verlangd liad
dan hij had beseft.
Daar was eindelijk de rivierdrie
windmolens vlak hij elkaar aan den
oever, hij herkend© het punt. Twee
honderd passen verder was de ondiepe
plaats die de avonturier z#k<yr vinden
zou, ook al lag dc rivier vol ijs. Reeds
was hij op een paar meier alstartd
van den oever en zocht hij naar de
ondiepe plek, toen plotseling een an
dere ruiter opdook, dezen keer vlak
voor hem die ham den weg naar de
rivier trachtte af to snijden. Hij had
geen tijd om zijn golaat te herken
nen; net een enkele t/econde om te
besluiten wat hij hot beste doen kon,
niet alleen om zijn leven te redden
maar ook om d© hevelen die hij naar
Wageningen moest brengen, ten koste
van alles in veiligheid te brengen.
Toen draaide zijn vijand zich een se
conde lang om in het zadel, om zijn
metgeaellen die door deui mist neg
onzichtbaar waren wat toe te roepen.
Een seconde, zeide ik? Het was niet
meer dan een deol or van. Het volgen
de oogenblik had Diogenes zójni pistool
gegrepen on met vaste hand op zijn
vijand geschoten. D© soldaat wan
kelde in het zadel en viel, juist toon
een stuk of zes andoren met e©?>
schreeaiw uit den mist te voorschijn
kwamen en zijn vervolgers htm paar
den opnieuw de sporen gaven.
liet zou dwaasheid zijn om nu te
trachten de doorwaadbare plaats te
bereiken. De jonge soldaat zou bo
ren! zijn geweest zijn leven duur te
verkoopen maar dun zou Nijmegen
verloren zijn gewoeel en van de plan
nen van den Stadhouder kon dan
mets komen. In «ijn owontuuriijko
leven had hij zich al meermalen in
zulke moeilijkheden bevonden, meer
malen wa» liet ecu kwestie vmn leven
en dood gewcost, maar nog nooit was
hij zoo bereid geweest om te vluch
ten. Hij kon nu niet vertrouwen op
zijn zwaard, op zijn behendigheid in
een gevecht tegen de overmacht.
Neon! Hij moest vluchten vluchten
zoo snel zijn paard hem dragen kon
en desnoods loopen als do krachten
liet arme dier begaven. Eern korte
galop langs den oever der rivier; de
soldaten aiJitei hem kwamen steeds
dichter hij; hij bleef vlak bij den IJsr
eel rijden tot teil slotte het paard
diep in het moerus zonk.
De ondiepe plaats was hij nu al
lang voorbij. Do LJssel stroomde hier
weer met vernieuwde snelheid. Groo
te ijsblokken dreven met den stroom
in de richting van de zee. De voor
ste van zijn vervolgers was nog geen
vijftig meter achter hem en meer dan
een kogel was langs den vluchteling
gegaan, een had zijn hoed doorboord,
een ander was langs zijn beem ge
schaafd. Maar gewond was hij nog
niet. Zijn vervolgers hieven al een
triomfkreet aan toen de oistand tus-
schen hen en hun prooi kleiner werd
en op hetzelfde oogenblik rukte Dio
genes aan de teugels en sprong met
paard en al de rivier ln.
a
Op dit punt is de IJasel ongeveer
een kwartmijl breed, de stroom is ta
melijk sterk en de drijvende ijsblok
ken leverden nu veel gevaar op. Maar
de mist, die dik over de rivier hing,
was de trouwste bondgenoot van den
waaghals.
Vreemd genoeg was de eorste ge
dachte van Diogenes, toen zijn paard
eindelijk vosten grond verloor en be
gon te zwemuien, aan Gilde, en aan
den tocht, waarvan hij zich zooveel
had voorgesteld met haar tn zijn ar
men,' haar blonde haar tegen zijn
wang aan. Het was een van die zoe
te, treurige droombeoiden die de een
of andere spotgeest soms op zulke
oogenblikken oproept, als ons leven
en onze eor gevaar loopen. Treurig
etn kort! Het beeld verdween bijna
even vlug als het gekomen was en
maakte plaats voor gedachten aan de
Keysere die zich nog van niets bewust
was er» zonder argwaan te Wagenin
gen bleef e*i aan Marquet die mis
schien al op weg was. Zou hij ook
in een val loopen? Was dit alleen
een voorpost van de Berg's leger en
warezi zij werkelijk op een geheim
zinnige manier gewaarschuwd door
een verrader of eqn spion, zooals
Diogeues^geneigd was te golooveii?
Maar wat gaven al die bespiegelin
gen? Ai zijn aandacht moest hij aan
zijn strijd besteden, zijn strijd tegen
d«n dood. De avonturier vocht met
den stroom en met het ijs, leidde zijn
pbaxd zoo goed hij kon naar het
midden van de rivier, waar de 6troum
heel sterk was. Zijn vervolgers wa
ren aan den oever tot staan geko-
nöii. Geen van hen had liet plan hun
ijand bij dit gevaarlijke avontuur te
volgen. Zij stonden daar niet zijn 7- s-
sen bij elkaar te beraadslagen; hun
oogen tuurden dooi' den mist en zoch
ten '11 zwarten stip ruiter en paard
die nu eens duidelijk afstak tegen
het zilverkleurige wate? en dan ivcer
verdween achter do ijsschotser». Toen
nam een van hen zijn muskei en mik
te zoo nauwkeurig mogelijk op den
dapperen zwemmer, die er eindelijk
in geslaagd was het midden van den
stroom te bereiken.
De kogel floot door de lucht. Het
paard van Diogenes in dien nek ge
troffen, brieste cn snoof, spartelde
nog eem oogenblik wild rond en uitte
toen die hartvei^cheurende kreet die
voor alle dierenliefhebbers zoo vree
set ijk is om aan te hooren.
Maai reeds had de ruhsr zijn voe
ten uit den stijgbeugel gewerkt en ter
wijl het water zich voor goed sloot
boven den kop van het arme beest,
gleed hij uit liet zadel en zwom naar
den tegenovergostelden oever toe.
HOOFDSTUK VI.
1.
Over de gebeurtenissen die den 21en
Maart van hot jaar 1C'2A eon van de
belangrijkste dagen van de Nederland
sche geschiedenis zouden hebben kun
nen maken, weten wij niet veel bij-
zonde riteden. De voornaamste feiten
weten wij voornamelijk dooi- «k.
nauwkeurige en zware verhandeling
van Van Aitzaina over „Sakcn van
Staotterwijl dc Yooc-ht ons c-.-n paar
intiemere bijzonderheden geeft in
zijai interessante „Brieven". De
Voocht was ec-n huisvriend va.11 de fa
milie Beresteyn en als ik het goed
begrepen heb bevond hij zich i» hun
huis te Anirsfoort toen de vreeseiijke
catastrophe op zulk een geheimzumige
en afdoende wijzo werd afgewend.
Het eenige wat noch hij, noch van
Aitzema ons geheel duidelijk hebben
kunnen maken is de reden waarom
de Stadhouder in eigen persoon naar
Amersfoort ging. Hij had oen groot
aantal heeren in zijn omgeving aan
wie hij de gewichtig© boodschap en
de uitgebreide bevelen, die hij naar de
stad wilde zenden, had kunnen toe
vertrouwen. Volgens de Voocht had
Nicolaes Beresteyn hem overgehaald
om te gaan; deze l/oweorde dat ten
gevolg© van de stijfhoofdigheid van
zijn vader en van de burgers der
stad de wenschen van den Stadhou
der, die Nicolaes zelf over had moeten
brengen, nog niet ten uitvoer waren
gebracht.
(Wordt ycrvolgd.)