3LAD Van onzen reizenden Redacteur Uiize LaciiiKLi Het ïooneci DeVoorvadervan den iliaijfl Pimpernel .V a u aüii T6TJRDAG 12 MAART 1321 DERDE BLAD (Vierde reeks.) No. 14/ Naar tiet nieuwe Pandgebled der Geallieerden. Düsaeldoj' f, .Donderdag. Mijn brief kan 'k beginnen, waar 'k gister geëindigd wna: Do verstand houding tussclien bevolking en vreem- de troepen. Want wij hebben straf, tiin gisteravond plotseling enn 10 uur naar bid gestuurd en voorioopig zul 't 200 blijven. Van 10 tot -1 uur des nachts is het straatverkeer verboden. „In beginsel, zoo etond er in de eer- gister uitgovaardigdo plakkaten te le ze", zal het verkeer des nachts niet belemmerd worden, tenzij incidenten dezen maatregel noodig maken." Ken onplezierig voorval moet dus den maatregel noodig gemaakt heb ben. omdat ons anders vrijheid van betwégina ook in de nachturen, ver oorloofd was Politie en Frunsohe mi litairen vertéllen, dat gistermiddag een rransch officier, verbolgen over liet feit. dat een Duitseli ordebewa ker hem'niet groette, den man met een rijzweep in liet gazicht heeft ge- sI jlt-h, waarop de Duitschers op den Fnxnscïiman hebben „eingehauen". Wat er precLes van aan ls, valt hier niet zoo licht te controleoren. Wel licht weet. men or in Holland, langs andere wegen, al meer van, dan hier. Dat er verband bestaat met het ver bod van nachtverkeer bewijst niet al leen de bovenaangehaalde zin het bewijst ook het feit, dat, zoodra 'k ■vanochtend m'11 neus buiten de stak, op <le 1 Ir af Adolphplatz bij do Lu- demiorffstrasse voor een plakkaat stond, waarop naast eem bevel, dat alle soorten van politie, brandweer lieden. douanebeambten enz. unter allen Umstfinden die Offiziere der Be- satzungstruppen grüsz-n moeten, maar ook op datzelfde biljet het ver bod van nachtverkeer was vermeld. De combinatie ligt dus voor de hand: groeten en niet na 10 uut op straat! „Elke daad die daarmee strijdig is en ieder'gebrek aan achting" worden gestraft, zoodat het maai' zaak is voor de n-mnlformden om te groeten Tmussi li. ltui <ut gisteravond om 8 uur 1 as afgekomen bove! een heele consternatie, 'k Zat bij negeoien in een van de gezellige eHgel e genlied on van Rnmnelmaver aan het Abend es sen, toen de kellner me kwam ver rassen met de mededeel! ng: 9 uur Schlusz van de restaurants en café's en om 10 uur niemand meer op straat. Het werd een algemeene vlucht da-ar menigeen in zulk een groote Stad lange afstanden heeft af te leu gen. ongerekend no? de menschen, die van huiten gekomen niet vóór des avonds tont met dc treinen huiswaarts konden Was 't waar? Niemand had het nog ,.;inv--pohlasren" gezien en bniten in de dichte groepen op de Kónigsallee wisf de politie ook niets meer dan va.ee gea-ncMen. Groene ordonnanzen gingen tokens- ten politleburcele nieuws halen en pap na 9 uur kwam het uit. dat het werkeliik waar was. Toen draafde men huiswaarts. Velen moesten zich inderdaad repnen. dn.ar de frn.m na 9 uur ook al niet meer mocht riiden. Giroenen menschen sto« den nnn de „Haltestellen", tot e-on Sehutzmnnn hen kwam inlichten: „F'ektrische fahrt nicht mehr!" Goedmoedig als de menschen hier me^st zün, monperden ze weinig en zoïden alleen maar. dut Tiet erg las tig was. Tn den omtrek van m'n hotel bleef *k op het plein ronddrentelen, om te rien, hoe het af zou Toonen. daar de zen e.-rsten avond zek-w niet elkeen om 10 uur thuis kon zün. Maar toen iïe klok m slopg wnp ik nl enw hö m'n jasje gevat, door een Po!lz©lH*- emfe en geen heroen op m'n pas, ï»orh or» m'n joumoHri-zlin hieln, 'k moest hef hotel in Veel aanleiding tof tegcnsnartelen had 'k niet, omdat 'k voor m'in onen raam in het hotel, 'on dezen lente-nchtlcren Maart-avond, rustig alles kon zten, wat er op de drukke Graf Ado'fuhnlatz en njuv grcn-TAnde verke-rswegien zon gebeu ren. Het wa<? in het, hotel een merkwaar dig gezicht. Het Hotel „Euron&ischer Dof" hooft nis vele hotels, die zich zelf reanecteeren, een „Weinrestan- rant", dat den heelen nacht gponend is. Dat moest nu ook om 9 uur dicht wat eon gronten schadepost oplever de. „Aher Krieg 1st Krieg" is vaak door de Duitschers verkondigd en dus konden zij weinig tegenwerpin gen maken. Dat deden ze ook niet en trokken zich maar in hun kamers terug. Het was van buiten een gran dioos gezicht alle vensters op alle ver diepingen van de groote hotel verlicht te zien; velen hielden in hun kamer open hof, waar Je In kon loopen, om een praatje te maken. Je gaat te Diisselilorf toch uiet om 10 uur naar Deel. Anderen namen een genoeglijk kijkje voor de open ramen, waar je in aJlc richtingen de belangstellenden zag. En 't ook vroeg naar huls ge dreven personeel van kamermeisjes kweelde op de balcons van de boven verdieping een smachtend Duitsch lied. Beneden op het asphalt repten zich nog te late menschen over het plein naar de Kónigsallee, de Ludendorf- straszie, Graf Adolphstrasze, Frie- dxich-, Herold- en H lndenburgstrae- ze. Optreden hoefde noch de gemeen telijke politie, noch de troepenmacht der bezetters. De Duitschers hier zijn gedisciplineerd genoeg, om te doen wat nu'eenmaal moet worden gedaan. Dus ging iedereen zoo snel mogelijk naar huis. En om half elf waren de menschen op 't plein te tellen. Tussohen elf en twaalf uur zag 'k patrouilles van verschillende natio naliteit rondgaan. Maar alles was rustig en ook de ochtendbladen, die de stopzetting van het nachtelijk ver keer zonder beschouwing, ook zonder verklaring vermeldden, hebben ook geen berichten omtrent incidenten. Aansluitende aan liet groetbervel is vanochtend ook nog oen waarschu wing verschenen, dat het verboden is tegenover de leder» van de geallieer de bezetting, over hun vaandels en over hun militaire emblemen woor den of uitdrukkingen te bezigen van beleedigende of onbehoorlijke strek king. Ook is het uitsteken van natio nale en andere vlaggen verboden, mitsgaders het dragon de nationale kleuren. Men ziet het, de strengen worden wet sterker aangehaald. Al deze zaken hebben betrekking op de militaire bezetting, Daarnaast staat het eigenluke doel der .sanc ties", door de Dnftschem vertaald als ..dwangmaatregelen/", de economi sche hcBfitt.Ink. Gister heeft. na. die Dflsseldorf, Duisburg en Ruhrort, ook de bezettin? van TTamborn plaats ctehnd en men snrerkt er over. dat Dbcrhausen vandaag in dat lot zal ''eclen. Hiermede kriigen de Geel- 'ieerden de gcbe.ele rreiks van bmerge- hoofden van den Biin in handen, hw.z. de steden, geleven aan de b© 'eavrrijka Riinovergengou. Keulen, MsItw. en verder zuidelük geleven R'tnsteden waren al in hun ro°xüt Nu wordt de ril langzamTh-ud w bet noorden, waar orw Nede»- fandpche grens verlengd. Aldus krü- ven de Geailieerden in hun lxv.it de voornaamste middelpunten, toegan gen en havens van het dichtstbevolk- rie en uit eon handels- en industrieel ooenuTit ook bedriiviffste deel ven Duttschland. De bedoeling schijnt te zün, om een tolgrens ie schennen tus- scben linker- en rechter Rüncrbifvl. roodat ellce overgang van goederen over en weer halen zal pobrenowi, die in mindering komen van de Dnit- whe schnld aan de Geallieerden. Die tolgrens ls dan uit. te breiden door de griieele douanestronk langs Neder 'and. BelglP en Frankrijk ook in te nalmen, zoodat, als de Duitschers veen f.rncjea toepassen, om de gove- deren langs een andere 7. fide er uit te krügwi, h.v via de havens aan Noord- en Gosfaoe nna.r Nederland nn SeaTvdlna.vlÓ ter verdere vertinnde- 'ing ?een stuk goed in of uit ken. dat "iet zün In of uitvoerrecht nan de Geallieerden heeft opgebracht. Men wil deze maatregelen, die nog niet in werking zün er wordt hier gezegd, dat Engeland nog niet zijn toestem ming heeft geweven tot dew© door Frankrijk bsgeerde economische be zetting handhaven tot Berlün hp rit toegegeven aan de e'schen der Entente voortvloeiend uit de bepalin gen van het door Duitsohland onder- 'eekonde Vredesverdrag van Versail les. Hoe dit z'i, c-n feit is, d'"t oók de bergwerken, de il zere ris en kolen- miinen in hot Ruhrliekken door de Geallieerden bezet zün, zoodnt ook tc dezen opzichte economische maatre gelen kunnen getroffen worden De uit Berlijn bier komende be richten geven eehter grond voor de hoop. dal Duitschland spoedig nieu we voorstellen zal doen, om te gera ken tot een overeenkomst, waardoor dan ook de bezetting der Rijnsteden kan opgeheven worden. JAC. C. M. Jr. Op Straat door CONST. DE RAYMOND. Het had den geheelen morgen al geregend. Een druilerige, grijegrau- we lucht hing benauwend laag xus- scheu de huizen. Gestadig druppelde dreinend de miezerige regen. Aan houdend. Al maar door. Zonder op houden. En op straat stond in die natte om geving een inboedel. Des morgens vroeg reeds naar bul ten gebracht door mannen van het gerecht, op verzoek van den eigenaar van het huis. Daar stonden de meubeltjes in si nister aanzien, leunend tegen elkaar en op elkander gestapeld, zóó al6 ze waren uitgedragen. Een geschilder de en een mahoniehouten tafel, een linnenkast, stoelen, met rieten zittin gen en met pluche bekleed een kachel tje roet nikkel beslag, een rieten leunstoel met sluimerrol en zitkussen, manden met keukengerei, kisten met kleine snuisterijen, op de tafels klee- ren en beddegoed, daarover uitge spreid 6tukken vloerzeil; er waren ook hoedendoozen, waschtciien. tob ben esi emmers en een ledige vogel kool aan een standaard, alles kris en kras door on over elkander en onvol doende gedekt, voor het steeds maar ueerplensende regenwater. Langs de meubelen, besmeurd met opspattend si k, droop het vocht stralend tot op de straat. Manden en doozen waren doorweekt. De roods en blauwe stro pen van de overtrekken der bedden, kleurden het tusschenliggend wit met vies-gelen regen In omslagdoeken ge wikkeld, do armen daar kouwelijk onder verborgen, stonden in de vocht-kille atmosfeer vrouwen uit de buurt en uit de aangrenzende stra ten, dicht tegen de huizen gedrukt, te bespreken dit treurige geval. Heftig gaiven zij van hun ontstemming blijk. Wat 'n manier, zóó'n behandeling. Zulke prachtige meubeltjes. In zulk weer. Alles verregende en verrotte, 'n Gruwel wa6 het. 'n Groot schan daal! Vroeger kon je zoo iets meermalen zien in achterbuurten, waar sjofele bewoners de huizen verwaarloosden, of de huur niet betaalden. Die wer/len dan ten slotte uitgezet, omdat het niet langer ging. En wat er dan voor den dag kwam aan meubeltjes, kon ge woonlijk wel tegen 'n stootje, daar zou de regen niets aan hebben kun nen bederven. Maar hier was het geen jammer en zonde van die koste lijke spullen? Jaren hadden de men schen gespaard en beknibbeld op het allemoodigste, om het bij elkaar le krijgen. En nu, in één morgen etond alles te verpieteren en te bederven. „O, 't was 'n schande, 'n Behandel" gilden rle vrouwen dooreen. Waar henn* die oudjes nou? vroeg een hunner. 'k Zou t uwes niet pereies kenne zegge, antwoordde de vrouw uit den groentewinkel, maar 'k me>en aed it- feze hier achter henne bij die lui, die hier cfk in deuze straat ge woond hebbe, uwe weet wel de man is an 't spoor hoe hiet-ie ook weer O. van Vlier, hedoel-ie?. Persiesdie is t.... nou, dat benne nog al goeie kennisse van der- lui en daar benne ze na toe ge gaan, zei de juffrouw die hier naast woont. 't Benne ouwe mense, niet? vroeg een ander. Over de zeventig, roe lieve mens, allebei ja, la 't geen grof schan daal? Zukke stumpers! meelijde een andere juffrouw. Hadde die die van Vilei het boeltje ok niet zoo lang kenne op- berge? Och juffrouw die oudjes had- de der heelemaal niet op gerekend van morrege kwam do deurwaarder met 'n paar lui zoo maar eens opzet te 'n Mooie boel. zoo zond' waarschouwe Nee, dat nietZe hadde van te wren gowa&rechou/wd maar m'n goeie mens, waar mot je naaa- toe?dat vraag 'k je? Zoo is 't maar nèt, lcrokte er een, der benne ommers geen huizo te huur. Nerges me lieve ziel nerges Wat 'n schoelies heb-le toch in de wereld. Och juffrouw, praat sr niet van .t u i g is 'trejnnl t u i gl 't T.ijkent wol offe der geen fe- soenlike mense meer beun©. Van wie was 't huls? Ja eerst van eene Droel maar die had 't verkocht an van der Grijp en Halen Och goeie genade I an die beunhaze 0, dan wil 'k 't wel gelooven die koopen hier zoowat allee, ora het direk weer voor 'n zoet wlnsie over te doen. Och mens voor vijf en twin tig gulden winst, verkoopen ze het soms weer, maar as 't leeg is, make meer. Wat 'n sjiiggelaars toch! Zeit u dat wel. 's Is teuge6woardig maar 'n mooie boel, dat mó 'k zoggen. Och m'n lieve juffrouw, je heb kompleei niks meer te vertellen. Wel nee asse ze je te graze wille neme, doe je niks. 't Benne gewiekste gladakkers, dat zeg i k Ze hadde na de huurkeroni.ssie motte gaan, opporde er een. Zeile ze wel gedaan hebbe. O ja, natuurlik! Ze hebbe wel uitstel gebod, meen 'k. Nou ja, dan krijg-ie wat uitstel maai' 't slot is toch, dat je 't afloit. Zoo is *t, bevestigd© de groenta- Cbut menB, :k mot der niet an denke, dat 't mijn ok boven m'n hoofd kan hange. Me sta au e der allemaal voor bloot, wat zeit uwe? Ja! Da'6 de volie waarheid, 'k Ken ze niet die heeren 'hoe hïette ze ok weer? 0, van der Grijp en Hale! Ju&tement 1Wat benne 't voor lui? Och uwe ken ze wel Ze loope hier dikkels same vooiibij Wees maar voorztohtig a je zo in de buurt zietwant dan loere ww erges op. En meelij kenne ze niet. - Zukke arme mer.ee herbegon een andere juffrouw weer te Jamme ren, over de uitgezette bewoners. Och zukke beste, brave lui Hadde ze 't zelf niet kenne koo- pe? opperde er een. Daar hadde ze geen sente voor ze rootte van 'n pensioentje leven dus uwe begrijpt Hu! rilde een Juffrouw wat heb-:e toch een hoop narigheid in de wereld. We most© elk maar wat in cms eige huis berge, stelde een voor. Nee juffrouw, wees daar verzich- tig mee dat gaat zoo maar niet, dan zou-ie last met do policie krijge. Dat is zoonee, we motte der af blijveas de oudjes 't van mor- rige gevraagd hadde - dan met ple zier Uwe het gelijk je brandt zoo gauw je vingers. Kom 't lijkent toch wel of H wat ophoudt met regenen 't Zal een droog buitje weze. Zeit u datde inch staat an ders heelemaal na regen Slaat-!e daar geen elf uur? Lieve tijd is me dat kleide .ik mot nog aardappels hebbe. Wacht, dan koop 'k zoover moe Juffrouw, 'k zal es kijke na 'n rood kooltje je weet hnast niet wat je eten motnare tijd toch t Is al weer tijd voor de koffie. Hè ja!nou 'n bakkie zal best srnake. Zeit u dat! Met bedrijvig© dribbelpasjes, ver dwenen de kakelende juffrouwen naar venscliillende kanten, nu de regen een oogenblik scheen opgehouden. Doch schijnbaar slechts weldra druppelde bet weer geettadig, at maar in eentonig- cadane. Een verdichtend uevelgordijn van Jror rel-fijne waterdruppels omhulde meer en meer het vereenzaamde inbooltjc, dat daar versiepeld en doorweekt stond in triestig aspeot. De inspecteur van politie sprak hem moed ln, den armen, ouden man, die met moee gelaatstrekken, absent te luisteren stond. Straks zon de toestemming komen. Do burgeme - zou geen bezwaar hebben dat z'n boeit 1 zoolang word opgeborgen op het stadhuis, of in een der lokalen van de distributie afkomstig. Zoolang moest-ie wachten. Had-io eerder gesproken, was 't in orde geweest. Had 't vanmorgen al ge borgen knnnen worden. Nou stond de boel te verwaarloozen. Eeuwig jammer toch I Maar ja!,., je had niet gedacht, dat 't zoo'n vaart zou loopen, hè f vroeg de in specteur. Nee meneer I sohudde do oude het be verige hoofd, clat had 'k zeker niet.... >k 'oen dom geweest.... erg dom.... Nou ja, dom... u bent wat al te goed van vertrouwen geweest, dat kan ieder ge beuren. Ja, juist I... mar 'k had niet motte tee kenen. Had u dan iets geteekend, dat betrek king had op 't ontruimen? Ja, maar dat wist ik niet... Toen m'n huis verkocht werd an die twee nette hee ren... sareasle do oude man. Van der Grijp en Halen? onderbrak de inspecteur. Precies!... Toen zeit ze tege me: kijk erres ouwe baas, je kan gerust blijven wo nen....- mair asse me 'l huis kenne ver koopen met 'n klein winstje, dan doenne met hel... je begrijpt, zeié zo, me houö der geen filantropische instelling op na-., maar we benne niet onmenschelik... ja, meneer, dat zeié ze, dus de eerste zes maanden den ken we der niet over.... nou, don heb ie toch alle tijd, om erres uit te kijken na wat anders.... Teeken nou maar dit pe- piertje, dat je der over zes maanden uit -tal 1 gaan... dan worrio al die tijd niet lastig gevallen... dat ia tooh mooi, niet? vroegen ze.», nou, en toen dacht *k zes maanden 'n heelen lijd.... wie weet komt er niet gens wat open.... on toon heb 'k dat pepier tje maar geteekend, om van bet gezanik a' te wezen.... en dat was dom, meneer!... Ja, dat begrijp 'k nu, vie! de inspec Want, och, lieve hemel.... de ie* maanden waicn gauw om... en boe of 'k gezocht heli... der was nergens lelt, xeifs geen zolderkamertje te vinden... En toen hebben d§ buren nie aangeraje om aan i'e huurkemmlcaie te vragen, om nog te Wij ven wonen—, au dat hem 'k toen ook gc daan.. Ja, èn had dat gcon resultaat? -Wat zal 'k uwe zeggen, meneer... -lie meeneoieu van de kcuuuieeie konden .Ier ook niks an doen... omdat 'k geteekeu had, zeië ik had ommers zc-ivers ver kiaard, asdat 'k er over «es maanden uit zou gaan... daarom konne ze dor niks meer ji veranderen.... Deksels nee!... Dat was verduivel-J umdig ir.eepiki door die heeren Van dar Grijp en Halen. Eti 'k l ad alsmaar nog gehoopt, daltc ie der toch niet uil zone zetten... as 'k niks anders had... want. niewaar? as Je altijd netjes en fatsoenlijk jo huisje be nl hebt en elke wclc do cenle voor de huur klaar léje.... nooit gemankeerd, eer... goen halve cent... der is nooit zie dat op ons te zeggen geweest, roeneer... vrouw en ik hebben altijd hard go- ;t, om 'n ieder 't zijne te kenne ge en as je dan op je ouwe dag z66 iets moet beleven... dan is dat hard en w;l ver schrikkelijk, meneer.... ik was ter ook hnc lemaal vc-rritreerd van, toen ze daar van- jen pardoes, m'n boeltje naar bniten gingen dragen... buiten op straat... in regen..- mot je gebeuren, meneer.... daar heb-ie nou je leven lang voor geploeterd gesloofd.... om 'n paar nette spullen oij mekaar te krijgen... en non staal het daar te verslensen arme, afgetobde man schudde be droef 't hoofd daarna zakte het met een «mik, moede voorover, tot op de borst; de nuen vielen lusteloos lange het lichaam; 11 knieën knikten. Dooh plots richtte Mi zich weer 111 volle legte op; in de moeë in kwam schittering; de hpichtige •bleeke handen balden zich tot vuis ten. Meneer, 'k bon 'n ouwe man,., maar j m'n vrouw van morgen niet wijzer was geweest... en me niet tegen had gehouwe... wel, zoowaar meneer, as 'k hier voor je sla... ik had die koereis, met de kolen schop... Do oude beefde van emoiie; z'n lichaam doorschokte van de opwinding, bij de herinnering aan die vreesebjke belee diging, hem en z'n vrouw aangedaan. Hij haalde een rooden zakdoek uit de borst zak van z'n colbert jasje on veegde de oogen af. 'n Diepe zucht onsnapte id bor6t. J&, 't ie wel treurig... maar komaan, •roostte de ir.vpeeteur, den ouden mar. op den schouder kloppend; 't is nou eenmaal niet anders... 'k zou me nou maar goed houden... zoodra we de toestemming heb ben. zorgen wij er voor, dat alles «00 spoedig mogelijke netjes wordt opgelxn gen, hoor I 'k Hoop 't meneer berustte de man, aan z'n pet tikkend. Tegen den avond was door de politie. net fcahulp van lui van de stadsreiniging de inboedel veüig opgeborgen ln een lo kaal door den burgemeester beschikbaar gesteld. Doch do meubeltjes hadden lnwl veel geleden, enkele voorwerpen waren voor goed onbruikbaar geworden. En dc vrouwen uit de buurt en van elders ston den weer in de nab»)heid van het lediee huis. Het bordje niet x.Te koop" was aan geslagen. Een buis, dat onbewoond ie, brengt heel wat op. Daarom dachten -Ie makelaars Van der Grijp cn Halen een mooie winst met dit perceel te kunnen maken. Maar hel was niet gemakkelijk gegaan, de luidjns er uit te krijgen. Die oude stijf kop was maar blijven zitten. Wal drom mei'. Hij had tooh zelf de verklaring getee kend, dal-ie er over zes maanden zou uit gaan. 'l Was maar goed, dat zo die truc gebruikt hadden; met dat gezanik van de buurcommiesie was-io er nog niet uit ge vreest. Hot lied ze nou wel ia waar 'n paar gulden gekost, maar dat hadden ze er graas voor over.Zoo'n onbewoond huis dood opgeld, kon je bijna voor vragen wilde. Er waren Immers altijd lieden die tot koopen genoodzaakt werden, en we! om zelf een dak boven het hoofd te heo ben. Die keken niet op een paar honderd gulden, ook niet of hot huis ietwat voch tig was, of gebreken had. Kijk! d i 0 lui moesten ze hebben, not deed er niet toe, als het, wat lang zou duren. Het huis kon cerust 1102 wat leeg staan. Die paar weken huur-verlies, bracht het toch maar dubbel en dwars weer op. Dat gezwam van niet- netjes en immoreel... kom, kom! Zaken zijn zaken. Nou ja, 't was stom ongeluk kig geweest, dat zo nu juist vanmorgen dien. beroerden regen haddon getroffen, maar het moest nu eenmaal z'n loop heb ben. Uitstellen ging niet meer. En dan. ze waren gouoeg gewaarschuwd. Als je op al die verzoeken ora uitstel moest ingaan, stel je voor... of op het gelamenteer... neen. sentimantalieit komt in ons vak niet tc pas..., waar zou dat heen moeten... We die nen nu onzen slag te slaan. Binnenkort is het weer uit.,.. Vroeger, Ja!... toen had je 't. dat iemand ook wel voor 'n ander zorg de, en daarmede waren d/ui allen se baai. Maar tegenwoordig zorgt ieder voor zich.... welnu, dan zijn tensJoUe ook alle menschen geholpen, lachten de heeren Van der Grijp cn Halen, toen rij op dun avond van dezen gedenkwoardigen dag wolgemoed op hun privékantoor, ecu fijne sigaar met 'n bandje rookten. Ze wilden TE VEEL VERLANGD. De beroemde schilder M liad voortdurend izie mei zijn huisbaas wanneer de buur betaald moest worden. Op een dag zit bij in zijn atelier en de lisbaas komt binnen. „Mijnheer Jd u heeft uw buur nog niet betaald" „Neen." „Heeft u dc bedoeling tc betalen?" „Natuurlijk." „En wanneer; als ik vragen mag?" ..Mjjn goede ui.ni." zegt M boos, „je weet toen dat ik bunvtenaar ben en geen pro feet." HET DL'RE LEVEN. ICiae; tos kleermaker, die bent een eo*- tuum aanmeet ..Wilt u vooral geen zakken in inljn pak maken." „Waarom niet?" „Omdat ik ze niet noodig zal bobbeu. AM nw rekening betaald zal bobben, heb Ik niets meer op te bergen." („Tel.".) achten met naar huis gaAii totdal duisternis voldoende was ingevallen, om hun aftocht to dekken. Met daglicht door de straat te gaan waar het inboedcltje vaa do oudjes zoo jammerlijk verregend was, 'ilden «e liever niet. Hel was nog erg ru moerig in die buurt. De buurvrouwon zou den vermoedelijk heftig zijn gaan uitvaren hoogstwaarschijnlijk zouden de beide heeren er niet zonder kleerscheuren zijD afgekomen. Stadsnieuws „Dolle Hans" door Het Hotrio* Tooneel. Van alle werken van Jan l'ahricius heeft Dolle Hans" het meeste succes gehad. Wanneer ©en tooneelstuk het tot ver over de 600 opvoeringen breugt, moet het ivol bijzondere kwaliteiten hebben. Dolle Hans heeft die zeer zeker; cJ-t Indo drama beril de gebreken en de deugden van Fabri- cius' oeuvre in het kvldrul. Het is sen timenteel in hooge male, hol en op het effect, maar nel ;s zeer kra--htig tooneel an een meca.cepende actie- Dolle i is het voorbeeld van een volksstuk. Fabricius werkt in dit uielo-dvaraa zeer sterk op het grove sentiment van hot pu bliek. Hans Hartman is het- type van ilea held. Hij is van een edelaardigheid, dat hij alle vrouwen met een ontvanke lijk gemoed in verrukking brengt. lln daartegenover stelt Fabricius majoor d« Weert, een ploert van zoo grove makelij, dat hij zelfs bij Alexander Dumss pèro geen slech; figuur zou maten. In den strijd tussohen deze twee mannon ib bet geen vraag meer, wie er gehjk heeft. Do sympathie van heel het publiek gaat naar den verongelijkten held en sis in dolle drift zijn atille in het gelaat van den gahalen majoor werpt, dan geeft die daad van opstandigheid vol doening aan alien, die int'. adetnloozo spanning he: conflict tusichc-r. deze man nen hebben gevolgd. En wanneer hij later in rijn kerker het doodvonnis afwacht, dan Ï6 al het medelijden cn al de ver ontwaardiging van het publiek daar tus sohen die drie muren van zijn ccl. Als beekjes stroomen de tranen lang» j wrangen van mannen en vrouwen niemand komt op do gedachte, dat Fa bricius nu ja, eigenlijk met paarden middelen op de traanklieren van zijn pu bliek werki. Ik heb eens bij Dolie Haiu achter ecu dame gezeten, die het bij het derde be drijf tóó te kwaad kroeg, dat haar man om haar te kalmetrcn groote ver ontwaardiging van een andere hevig aan gedane juffrouw om de drie minutes tot haar moer: zeggen: Toe^nou^vrouw, Teen het ai :c erg werd lie*, war. ge loof ik, bij de kointt van Jolanie, en bij zich blijkbaar ongerust ging maken, dat zij een zenuwtoeval zon krijgen, kwam hij met hot. voorstel: ..Wil je misschien liever weg?" maar rij verkoos heftig hoofdschuddend Hans' lijdensbeker tot den lastrien druppel mee uit te drinken, en zoodra het schem. v:e1, riop zij ia «dele woede uit: „Sch&udc! SehnmieF er nog zulke toesUrdc: i-. Indii Het goede mensch had geen oogen blik aan gedacht, dat zulke toestanden 10 Indiê niet bestaan en eigenlijk ook nooit bestaan hebben, liet is alles „valsch effect" maar door de weergaloozo handig heid van den knappen tooneelscbrijver, die Fabricius is. liemsrkl het publiek dit niet. Het gelooft tijdens de hande ling aar. rijn personen en heef: geheel en me; hen mee. Vooral, wanneer hij gesi" ld wordt als door Henri Brondgeest. Hij geeft !cn sinjo luitenant al liet temperament, al het edelaardige en al het sentimenteels mee. waarop hij volgens Fabricius recht heeft. Maar waarom laai men Hans Hartman eindelijk nor. eens promotie maken? Hij word; werkelijk te oud voor 2e luitenant. Het ls hem beusch aaii tc zien, da', hij al bijna IQ jaar ais t-.vcede luitenant mee loopt. Fabricius moss: hein nu eindelijk maar eens bij sehrijverabesluit extra- bevorderen. E11 mot het klimmen der jaren begint het Hollandsch van dezen lndo-luitenanl ok niet beter op tc worden. Wat sprak Brondgeest som? tussciu :i zijn tanden. Zelfs op de eerste rij stalles had ik moei te hern te verstaan, ofschoon hij tod» waarlijk hard genoeg schreeuwde. Heiman Schwab trachtte majoor De Weert zoo correct mogelijk te spelen, maar een menseh kon ook hij yan dezen alleronmogelijksien officier niet maken. Gerard Vrolik had zijn oude rol van Does weer opgenomen. Vroeger was hij in deze rol soberder w.it mij meer in de lijn van dezen controleur toeiijki. Nek» Hillebrand was een lieve, nu en dan nog wat onhandige Jolanie. Het Indo drama deed liet weer ais al tijd. Hoeveel emmers tranen zouden er al om Dolle Hans geweend rijn? J. B. SCHUIL. Feuilleton (Een avontuur vim dun Lachenden Kavalier). Naar hel Engeisch van BARONESS ORCZY. Nog een paai- minuten en de rivier kwam in 't zicht; ver weg aiam den an deren oever zag hij Brummen, aan den voet van dc heuvels, den ingang van de Veluwe vormend. Met her nieuwde kracht re^l Diogenes door, aangevuurd door de wilde jacht, ge nietend van het gevaar van een rit op leven en dood - dingen waarnaar hij in de drie maanden van zsjn luie luxe leventje meor verlangd liad dan hij had beseft. Daar was eindelijk de rivierdrie windmolens vlak hij elkaar aan den oever, hij herkend© het punt. Twee honderd passen verder was de ondiepe plaats die de avonturier z#k<yr vinden zou, ook al lag dc rivier vol ijs. Reeds was hij op een paar meier alstartd van den oever en zocht hij naar de ondiepe plek, toen plotseling een an dere ruiter opdook, dezen keer vlak voor hem die ham den weg naar de rivier trachtte af to snijden. Hij had geen tijd om zijn golaat te herken nen; net een enkele t/econde om te besluiten wat hij hot beste doen kon, niet alleen om zijn leven te redden maar ook om d© hevelen die hij naar Wageningen moest brengen, ten koste van alles in veiligheid te brengen. Toen draaide zijn vijand zich een se conde lang om in het zadel, om zijn metgeaellen die door deui mist neg onzichtbaar waren wat toe te roepen. Een seconde, zeide ik? Het was niet meer dan een deol or van. Het volgen de oogenblik had Diogenes zójni pistool gegrepen on met vaste hand op zijn vijand geschoten. D© soldaat wan kelde in het zadel en viel, juist toon een stuk of zes andoren met e©?> schreeaiw uit den mist te voorschijn kwamen en zijn vervolgers htm paar den opnieuw de sporen gaven. liet zou dwaasheid zijn om nu te trachten de doorwaadbare plaats te bereiken. De jonge soldaat zou bo ren! zijn geweest zijn leven duur te verkoopen maar dun zou Nijmegen verloren zijn gewoeel en van de plan nen van den Stadhouder kon dan mets komen. In «ijn owontuuriijko leven had hij zich al meermalen in zulke moeilijkheden bevonden, meer malen wa» liet ecu kwestie vmn leven en dood gewcost, maar nog nooit was hij zoo bereid geweest om te vluch ten. Hij kon nu niet vertrouwen op zijn zwaard, op zijn behendigheid in een gevecht tegen de overmacht. Neon! Hij moest vluchten vluchten zoo snel zijn paard hem dragen kon en desnoods loopen als do krachten liet arme dier begaven. Eern korte galop langs den oever der rivier; de soldaten aiJitei hem kwamen steeds dichter hij; hij bleef vlak bij den IJsr eel rijden tot teil slotte het paard diep in het moerus zonk. De ondiepe plaats was hij nu al lang voorbij. Do LJssel stroomde hier weer met vernieuwde snelheid. Groo te ijsblokken dreven met den stroom in de richting van de zee. De voor ste van zijn vervolgers was nog geen vijftig meter achter hem en meer dan een kogel was langs den vluchteling gegaan, een had zijn hoed doorboord, een ander was langs zijn beem ge schaafd. Maar gewond was hij nog niet. Zijn vervolgers hieven al een triomfkreet aan toen de oistand tus- schen hen en hun prooi kleiner werd en op hetzelfde oogenblik rukte Dio genes aan de teugels en sprong met paard en al de rivier ln. a Op dit punt is de IJasel ongeveer een kwartmijl breed, de stroom is ta melijk sterk en de drijvende ijsblok ken leverden nu veel gevaar op. Maar de mist, die dik over de rivier hing, was de trouwste bondgenoot van den waaghals. Vreemd genoeg was de eorste ge dachte van Diogenes, toen zijn paard eindelijk vosten grond verloor en be gon te zwemuien, aan Gilde, en aan den tocht, waarvan hij zich zooveel had voorgesteld met haar tn zijn ar men,' haar blonde haar tegen zijn wang aan. Het was een van die zoe te, treurige droombeoiden die de een of andere spotgeest soms op zulke oogenblikken oproept, als ons leven en onze eor gevaar loopen. Treurig etn kort! Het beeld verdween bijna even vlug als het gekomen was en maakte plaats voor gedachten aan de Keysere die zich nog van niets bewust was er» zonder argwaan te Wagenin gen bleef e*i aan Marquet die mis schien al op weg was. Zou hij ook in een val loopen? Was dit alleen een voorpost van de Berg's leger en warezi zij werkelijk op een geheim zinnige manier gewaarschuwd door een verrader of eqn spion, zooals Diogeues^geneigd was te golooveii? Maar wat gaven al die bespiegelin gen? Ai zijn aandacht moest hij aan zijn strijd besteden, zijn strijd tegen d«n dood. De avonturier vocht met den stroom en met het ijs, leidde zijn pbaxd zoo goed hij kon naar het midden van de rivier, waar de 6troum heel sterk was. Zijn vervolgers wa ren aan den oever tot staan geko- nöii. Geen van hen had liet plan hun ijand bij dit gevaarlijke avontuur te volgen. Zij stonden daar niet zijn 7- s- sen bij elkaar te beraadslagen; hun oogen tuurden dooi' den mist en zoch ten '11 zwarten stip ruiter en paard die nu eens duidelijk afstak tegen het zilverkleurige wate? en dan ivcer verdween achter do ijsschotser». Toen nam een van hen zijn muskei en mik te zoo nauwkeurig mogelijk op den dapperen zwemmer, die er eindelijk in geslaagd was het midden van den stroom te bereiken. De kogel floot door de lucht. Het paard van Diogenes in dien nek ge troffen, brieste cn snoof, spartelde nog eem oogenblik wild rond en uitte toen die hartvei^cheurende kreet die voor alle dierenliefhebbers zoo vree set ijk is om aan te hooren. Maai reeds had de ruhsr zijn voe ten uit den stijgbeugel gewerkt en ter wijl het water zich voor goed sloot boven den kop van het arme beest, gleed hij uit liet zadel en zwom naar den tegenovergostelden oever toe. HOOFDSTUK VI. 1. Over de gebeurtenissen die den 21en Maart van hot jaar 1C'2A eon van de belangrijkste dagen van de Nederland sche geschiedenis zouden hebben kun nen maken, weten wij niet veel bij- zonde riteden. De voornaamste feiten weten wij voornamelijk dooi- «k. nauwkeurige en zware verhandeling van Van Aitzaina over „Sakcn van Staotterwijl dc Yooc-ht ons c-.-n paar intiemere bijzonderheden geeft in zijai interessante „Brieven". De Voocht was ec-n huisvriend va.11 de fa milie Beresteyn en als ik het goed begrepen heb bevond hij zich i» hun huis te Anirsfoort toen de vreeseiijke catastrophe op zulk een geheimzumige en afdoende wijzo werd afgewend. Het eenige wat noch hij, noch van Aitzema ons geheel duidelijk hebben kunnen maken is de reden waarom de Stadhouder in eigen persoon naar Amersfoort ging. Hij had oen groot aantal heeren in zijn omgeving aan wie hij de gewichtig© boodschap en de uitgebreide bevelen, die hij naar de stad wilde zenden, had kunnen toe vertrouwen. Volgens de Voocht had Nicolaes Beresteyn hem overgehaald om te gaan; deze l/oweorde dat ten gevolg© van de stijfhoofdigheid van zijn vader en van de burgers der stad de wenschen van den Stadhou der, die Nicolaes zelf over had moeten brengen, nog niet ten uitvoer waren gebracht. (Wordt ycrvolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1921 | | pagina 9