Uit de Wereld.
Van onzen reizenden Redacteur
üuze Lasimosü
uaaiUiuiuer haiisUst
HAARLEM'S DAGBLAD
zatesdas 16 JULI 1021 TWEEDE BLAD
(Van een bijzonderen medewerker).
IOT8 OVER SNELHEID VAN BEWEGING.
t,„ de whiltercndslc triomfen der
nioderne wetenschap is zeker wel do uit
vinding en de siceds toenemende volmaking
d« vliegmachines. De ongelooflijkste rcsult.v
zijn reeds bereikt en wat zul er nog be-
reikt worden 1
Door de luchtpost wordt de afstand van
Amsterdam naar l'arus, ongeveer 500 K.M.
jiemelshreed. afgejegd in den t'jd van 3 uur,
derhalve een kleino 1<0 K.M. per uur. In
dien een vliegtuig uict deze snelheid onaf
gebroken de reis om de aarde kon maken
langs den equator, zou het daarvoor noodig
hebben (40000 500) X 3 uur, dus 240 uur
of 10 etmalen.
t>n bewoner van den equator legt denrtif-
den we" at in 1 ctuiaa). daar de aarde in
2» uur om baar as draait. Gelukkig draait
de dampkring mee. anders zou een groot
deel dor aarde onbewoonbaar zijn, alleen
reeds door de geweldige orkanen, die aan
de oppervlakte zouden waaienaan den
equator bij voorbeeld met een snelheid van
ruim 400 Meter per seconde.
Wel neemt de snelheid af naarmate men
zich van den evenaar verwijdert. Iemand,
die aan dn Noord- of Zuidpool kon staan,
zou in 12 unr rechtsomkeer maken en in 21
nren met hef gezicht weer naar denzelf-
den kant gekeerd staan als in het begin. Deze
beweging is dus langzaam genoeg. Maar op
5U graden ten Noorden of ten Zuiden van
den evenaar. dn? o.a. te St. Petersburg, zou
de snelheid, waarmee een voorwerp aan dc
oppervlakte der aarde tegen dc lucht zon
•tootcn, toch nog de helft van4 63 Meter, dus
Tuim £30 Meter por seconde bedragen, wat
hetzelfde is also! daar een orkaan woei van
gelijke snelheid.
Nu oefent een wind met een snelheid van
ecu huiven Meier per seconde een drukking
van '24 gram uer vierkanten Meter uit. Een
wind, die twee, drie, viermaal grooter snel
heid heeft, oefent oen druk uil, dio niet
2 maal ,3 maal, 4 maal grooter is, maar
I maal, 9 maal, 16 maal. Een orkaan met
con snelheid van 50 Meter per seconde, dus
100 maul zooveel als een halvo Meter, heeft
dus een stootkracht van 100 X 100 er
1(1000 X 24 gram, dus 210 K.G. per Meter.
De kracht v3n de orkaan, die te St. Peters-
burg zou waaien als de lucht niet meedraaide,
zou derhalve met zijn snelheid van 230 Meter
per seconde, ongeveer 20 maal 240 K.G. of
4600 Kilogram per vierkanten Meter bedra
gen. Het behoeft wel niet gezegd te worden,
dat onder die omstandigheden mcnscb. dier
noch plant aan do oppervlakte van het
grootste deel der aarde zou kunnen bestaan.
Dat de geweldige luchizee, die de aarde
omgeeft, met dc aarde meedraait, lijkt onge
looflijk, maar is toch wel te verklaren.
Hel is bekend, dat dc ons omringendo
lucht op iederen vierkanten centimeter
denzclfden druk uitoefent als een kwikkolom
niet een grondvlak van een vierkanten centi
meter en een hoogte van 76 centimeter, of
een waterkolom met hetzelfde grondvlak en
ceu hoogte van ruim 10 Meter. Nu weegt de
lucht aan de oppervlakte der aarde $00 maal
minder dan water. We kunnen dus zeggen,
dat do luchtmassa, die de aarde omringt,
gelijk is aan oen 6000 meier hooge laag be
staande nit incbl van hetzelfde gewicht al,
de lucht aan de oppervlakte der aarde. Daur
echter dc luchtlagen, naarmate zij verder van
het aardoppervlak verwijderd zijn in dicht
heid Afnemen, dus steeds ijler worden, is de
hoogte van den dampkring ontzaglijk veel
grooter. De fijne veervvolken zweven op cc.n
hoogte van 10 tot 20 K.M., dc zoogenaamde
„lichtende nachtwolken" neemt men waar
np een hoogte van 70 it 90 K.M.. terwijl val
lende sterren door do wrijving der lucht ont
gloeien op een paar honderd IC.M. afstand van
onze narde. Maar wiskunstige berekeningen
bobben aangetoond, dat do helft der gchccle
Iuehtuiassa zich bevindt in dal gedeelte van
den dampkring, dat zich van het oppervlak
der aarde uitstrekt tol op een hoogte van
6 a 7 Kilometer d. i. een tweeduizendste deel
van de middellijn dor aarde. Dit geeft uns
dezelfde verhouding, alsof om een bol van
1 Meter middellijn zich een laagje bevond van
ecu halven millimeter dikte. Van dien kant
bezien, is het niet meer zoo onverklaarbaar
als bet eerst scheen, dat dn naar verhouding
dunne luchtlaag met de aarde meedraait.
Zeker ontdekkingsreiziger, zoo vertelde
no iemand onlangs, kwam eens bij een volks-
itam, die druk handel dreef met Europeanen
en waarvan de knappe lui goed konden op
tellen en aftrekken, maar van vermenigvuldi
ging en dccling zoo goed als geen notie had
den. Wel konden ze vermenigvuldigen met en
dooien door 2. En dat was hun voldoende om
iedere vermenigvuldiging volkomen correct
uil te voeren. Een keer, ging hij verder,
was ik er bij hoe 137 olifantstanden verkocht
werden tegen 78 frank bet stuk. De -inland-
sclie koopman nam een stuk krijt en schreef
op een plank
137 78
Het eerste getal deelde bij door 2, het
tweede vermenigvuldigde hij met 2. En dat
zoo telkens tot het eerale getal geworden
was 1. Ik kroeg dus do volgende bereke
ning te zien.
137
78
166
Halt, riep ik, dat gaat niet opde helft
van 187 is in oer dan 68. het is 68 en een
half." „Dat kan me niets schelen," zei de
nikker, „ik zie op geen kleintje," cn ging
ongestoord verder. En zoo kreeg Ik het vol
gende to zien
78
166
312
8 1248
4 2496
2 4992
1 9934
Daarop zette hij een stroep onder do
tweede rij om op to tellen, maar begon eerst
door te schrappen allo getalleD, die achter
even getal stonden, dus 150, 312, 1248,
2196, 4992.
„Waarom schrap je die weg!" riep ik.
„Ik heb toch gezegd, dat ik niet op een
kleinigheid zie."
Zoodat niet doorgeschrapt waren 78
624
0984
En teldo die op met een in zoo'n wild
individu bewonderenswaardige snelheid.
„Ziezoo." zei hij. „10686."
„Dat kan niet goed zijn," riep ik, nam een
potlood en rekende na. En ja wol
137 X 78 10688
De wiklc had dus gelijk!
De lozer begrijpt, dat de heele volksstam
behoort tot hot rijk der fictie toch in het
geen onaardige rekeupuzzle. In een volgend
nummer van deze rubriek de oplossing.
Van IngMondsn stnkkan, geplaatst of
Bist geplaatst, wordt de kopie den Iniendsr
niet teraggegnven
Voor den inhoud dezer rubriek «telt de
Redaetie aieh niet aansprakelijk.
HONDERDEN KINDEREN MOETEN NOG
GEHOLPEN WORDEN
TIENDUIZENDEN NEDERLANDSS
LIJDEN NOGI
Helpt mee ben in het leven to houden 1
Wilt gij allen datT Steunt dan den ,,8peM-
jesdag".
Morgen, Zondag 17 Juli, wordt u aanjic-
bodon een „Speldje" door opofferende da
meshand, getooid met herkenningsteek*»
„Herwonnen Levenskracht".
Weiger dit speldje dan niet! Integen
deel, volsta zelfs ditmaal niet met liet
traditioneele dubbeltje, doch laaf, uw soli
dariteit en naastonliefdo zich dozen keer
uiten door het geven van een kwartje... een
gulden.... indien ge kuni, nog meer!
Onthoudt ons dien steun niet, die
titans dubbel noodig is.
Wij zulien u hiervoor zeer dankbaar
zijn
Tuberculosefonds „Herwonnen Ie
venskracht".
W. MOLENKAMP. voorzitter.
J. Tn. ELLTGENS, secretaris,
Emnj
raai 1
Kerk en School
EEN PREDIKANT, DIE MET STA
KING DREIGT. De predikant der
Ned. Harv. Gem. in een dorp der ge
meente Schoterland, wiens traktement
nog geen j 30 per week bedraagt, heeft
ar ij li c. gemeente te verstaan gegeven,
dat, wanneer zijn traktement niet
spoedig afdoende wordt verhoogd, mj
het ambt gaat neerleggen, zoo meldt
Het Volk.
De
(Nwuwo reeks.)
Ho. 22
Herman Groenendaal-zaak
voor den Krijgsraad.
Wanneer ik mijn hoofdindrukken over
de krijgeratuhiUutg in Den ilaag
heden in enkele woorden mot-v. v
goven, dan zou ik allereerst r.cggon, dal
zij in tegenstelling met do reiictjeo,
aio om dezo zaak op straat zijn voorge
komen lioogbt waardig was. Waardig
v/as zij door de houding van den Krijgs
raad, het publiek en den beklaagde, waar
dig ook door het hoogstaand pu-nlooi van
Mr. Tideman, die geen pogen blik tot de
publieke tribune sprak maar ven rede
hield, welke behalve dan enkele ongeino
tiveerde uitvallen tegen de aanwezigen
pers 1) geheel op de hoogte stond van
do belangrijkheid dezer si ralzaak. En
mijn twee-de indruk is, dat lierman Grot
uenda&l een eerlijke, jonge man is var
waarachtige, diepe overtuiging. De audi-
teur-miliuir zei, dat Hennai. Groenen
daal geen onsympathieke» indruk op hein
had gemaakt; de verdediger ging uit den
aard der zaak verder en sprak van zijn
groeien eerbied voor dezen beklaagde,
die ondanks zijn „oiigeleerdlieid" ge
toond had een man te zijn, die precies
t, wat hij wilde. Zeker is het, dat lier
n Groenendoal zooals Mr. Tidemao
ook hij zelf met nadruk zeiden niets
te maken hebben met do relletjes, die
om hem plaats hebben geliatf, dat .nj
niet is ecni po6eur of een „aan■steller'*
integendeel den indruk inmikt van
.vel zeer enthousiast en dwepend maar
tegelijk eenvoudig en oprecht jong
mensen.
Deze heele Krijgsraadszitting luid iets
gemoedelijks. Het publiek, waaronder wij
eenigo bekende Haarlems; he communis
ten opmerkten, hield zich gedurende en
a de ziitmg bijzonder kalm, wal zeker
ak voor een belangrijk need te danken
as aan het ernstig, hoogstaand pleidooi
ar. Mr. Tide-man en aan de verstandje
i. belangrijke uitspraak van den Knj^s
raad. Hier viel niv-is te juichen en uok
te Luiten; hei was geueei ue
waardige beuandeling van een hoogst
ernstige zaag. Tijdens het requisnoir van
den auditeurmilitair klonken er builen
alleen xevoiutionnane liedeien; dit was
het eoinge, waaraan men -bemerkte, dat m
de zaal een geruchtmakende zaak behan
deld werd.
de voorste gereserveerde bonk zat
t Clara Wicliman en mevr. Ligt
Hossein de eohtgenoote van Ds.
B. de Ligt en zuster van den tooneei
schrijver Van Kossem de moeder van
Heiman GroenendaaJ. Tegen den wand,
viak achter de lieklaagde-oauk stond
zijn verloofde. Er heersento lil het kit;
Krijgsraadzaaltje een vredige, ge
moedelijke rust, die wel sterk contrasteer
de met het gerucht, dat deze zaak in den
lap do buiten had gemaakt.
Toen do beklaagde -binnenkwam waren
'en alle oogen op liem gericht. Hij zag
physiok niet sleoht uit en hij maakte,
zooals Ihi] eenvoudig, zonder eenige pose
ging zitten, eon zachten, bepaald sytnpa-
tkiekeii indruk. Zijn optreden tegenover
den Krijgsraad was voortdurend zelfbe
wust, maar hoogst correct. Men voelde
onmiddellijk, dat deze jonge man wist,
wat hij wilde. Hij dwong boo moa
dan ook over principieel© dienstweigering
mocht denken, door zijn optreden voor
den Krijgsraad bij ieder reepte; af.
Nadat aan den beklaagde do gewone
ragen waren gedaan, was onmiddellijk
bet wooid «?:i den auditeur militair Mr.
G. M. PalU.cn Wesentiageii. Stukken
werden n:et voorgelezen, en getuigen wor-
dus niet als bij gewone rechtzit
tingen evenmin gehoord. Dit alles was
reeds tevoren door officieren-oom mi ssa-
n geschied. De auditeur-militair van
den Krijgsraad in het 1ste Militaire Ar
rondissement is allerminst een redenaar
n Gottea Gnaden" I Integendeel. In
zijn spreken deed hij denken aan den
bekenden resident uit Multutuli's Max
Havelaar. En een hooge vluoht nan
auditeur in zijn requisitoir dan ook
Mr. Pal then Wesenhagen bleef geheel
afgezien natuurlijk van do prineipieele
kwestie in zijn rede ver beneden den
verdediger. Mr. Tidemaa. Do auditeur
■ensohte de zaak „nuchter" |e liesclioti-
•en en werkelijk, het was als geheel wel
•at erg nuchter.
Opmerkelijk wns alleen zijn kritiek op
het woord ..hongerstaking", welk woord
zooals hij terecht opmerkte liier ab
soluut verkeerd was. en Groenendaal fei
telijk een „cetstaker" moest worden ge
noemd.
Welk staatsgezag zoo vroeg Mr. Tal-
then Wesenhagen zou voor zulk een
optreden als van Herman Groenendaal
kunnen wijken. Geen enkele staat zou
aan zulke dwangmiddelen kunnen toe
geven. In een communistische staat zou
een jonge man ais Groenendaal al lang
meer onder de levenden behooren.
In Rusland zou hij zeker gefusilleerd
zijn. Een toegeven zou straffeloosheid
beteekenen voor do misdadigere van alle
soort. Daarop kwam hij tot den per
soon van beklaagde. Dezo jonge man,
tuinman van beroep, is .lauwelijks 2D
jaar oud; bij heelt niet nioer dan ge
woon lager onderwijs genoten. Etn be
paalde studio van de zaak, waarvoor hij
zich volgens zijn zeggen cn zijn daden
wl opoliereu, heeft hij nooit gemaakt. Hij
beweert to handelen volgens zijn „on
wrikbare overtuiging"; maar wat betee-
kent do onwrikbare ovcriutging van een
jongmensen van 20 jaarI Hoeveel groote
mannen hebben op 20-jarigen immjci niet
onwrikbare overtuiging gcliivl. waar
op rijperen leeftijd niet» meer over
bleef. Vol', deze beklaagde, zoo vroeg de
auditeur, onder artikel 40 van 't Wetboek
au Strafrecht t
Kan hier sprake zijn van overmacht I
Nooit is «t: beroep op dit artikel in een
dergelijk geval aanvaard cn het kan voor
dezen tieklaagde ook niet worden aange
nomen. Een andere vraag is, of beklaag
de voldoende m staat is do portée van
zijn daad te begrijpen, met andere woor
den, of hij toerekenbaar isf nier zou
twijfel mogelijk wezen en er zou aanlei
ding kunnen zijn door psychiaters te la
ten onderzoeken, of hij wellicht ontoe
rekonbanr moet worden verklaard wagens
ziekelijke xtoring van zijn verstandelijke
vermogens. Is hij echter will toereken
baar, dan ziet de auditeur voor dezen
beklaagde geen enkele verzachtende om
standigheid. Indien men hier toegaf, zou
den wij komen op het Jiellend vlak naar
de anarchie en hij zag zich dan ook ge
noodzaakt zijn gewonen eiseh voor prin
eipieele dienstweigering te stellen, name
lijk 10 maanden gevangenisstraf met af
trek van de preventieve hechtenis en
met vervallen verklaring van liet reehl
om bij de gewapende macht te dienen voor
den tijd van 5 jaar.
Hierna kwant bet woord aan den verde
diger, Mr. P. Tidenian, uil Bloemendaal.
Als een roode draad, zoo begon Mr. Tide-
man, moge door mijn betoog loopen een op
merking van De Savigny „Het reclit gaat
uit van do werkelijkheid des levens!" En
bierora slingert zioh een andore draad, n.l.
de gedachte, dat het recht in voortdurende
wording, in voortdurende ontwikkeling is.
Allereerst besprak dc verdediger eenige
.kleine zaken". Waarom, zoo vroeg iiij,
s liet arrc-U pas ingegaan op 25 Juni. ter
wijl Groenendaal feitelijk reeds op 6 Juni
dienst geweigerd beeft en op dien datum in ar
rest is gesteld? Eerst op 24 Juni is hem gelast,
terwijl hij op zijn ziekbed lag. militaire
Meeding aan te trekken, enkel en alleen
om bet feil dor dienstweigering officieel te
constateereii. Ik vraag, hoe is de toe
stand van beklaagde gc woest in den tijd
van 6 Juni lot 24 Juni. toen hij k la merci
stond van de militaire uiacbt? Hy heeft
met zyn standpunt, zijn hongeren willen
aautoonen, dat de gevangenis niet de
plaats is, waar dienstweigeraars moeten
worden opgesloten. Men weet, dat bij oen
hongerkuur de 5de en do 6de dag de zwaar-
sten zijn, dat dan door den patient pliysiek
vrocselyk geleden wordt. Dien zwaren tijd
heeft Groenendaal doorgemaakt in de periode
vóór 21 Juni en hiermede liebbe de krijgs
raad iu ieder geval bij zijn uitspraak reke
ning lo houden. Mr. Tidcman wees er op,
boe" verouderd en verstard de militaire
rechtspleging is. In art. 29-1 van de Rechts
pleging win den Landmacht staat o.a., dat
alle procedures in naam van den souve
nen vorst plaats hebben. Zoo stond
U, Jexcii in een exemplaar van 1917 dat
- - - «I© cadetten op de K. M. A. wordt ge
bruikt. Er wordt dus vervolgd in naam van
den souvereiiien vorst, dien Nederland niet
heeft. In dc Grondwet komt immers de
son ver cine vorst niet meer voor!
Met nadruk wees Mr. Tidenian er op, dat
bij de behandcliDg dezer zaak do krijggsraad
zich los moet maken van alios, wat buiten
de zaak om geschied was. Met de relletji
en do politieke actie van zekere zijde, war.
Groenendaal geheel builen stond, heeft dc
zaak van de dienstweigering niets te ma
ken. Wjj staan bier, zoo zei de verdediger,
voor een persoonlijke zaak!
Daarna behandelde hij uitvoerig het rap
port van Dr. G. Versleuvcu. De auditeur
militair bad een reeks vragen gesteld, die
tot strekking hadden te doen vaststellen, of
de kunstmatige voeding, vpolke omdat
Groenendaal minderjarig was met toe
slemming van de moeder geschiedde, «ogen
blikkelijk of blijvend nadeel kon opleveren
en of zij 10 maanden kon worden toegepast.
De laatste vTaag wees dus al op den eisch
van 10 maanden, welke was te verwachten.
Hot rapport zegt, dat de gezondheidstoe
stand gunstig is. H ij gaat vooruit! Dat
wil dus zeggen, dat do gezondheidstoestand
slecht was. Groenendaal was 30 pond
afgevallen. Op de vraag, of de kunstmatige
voeding kon worden voortgezet, was 1
antwoord „Voorloopig wel! noe lang
niet te zeggen. Hij reageert op alles gun-
stigl" Als wij lezen, dat nij physiek zich niet
togen de kunstmatige voeding verzet, dan had
daar moeten slaan: niet meer, want
eerst had hij dit wel degelijk 2 maal krachtig
gedaan, maar vastgehouden door 11 man.
1 had ht| tenslotte moeten toegeven. En mo
reel ondervindt hij iederen dag dc kwel
ling van deze voeding, omdat bij vegetariër ia
en hem dierlijk voedsel wordt toegediend.
„Dc voeding is thans geheel pijnloosl"
slant er in het rapport. Vroeger dus niet. Dc
genees beer heeft Mr. Tideman 10 dagen ge
leden verzekerd, dat GroCbendaal zenuwach
tige. opwindende rechtszittingen op andere
plaatsen niet kan doorstaan, een bewijs dar
van groote zwakte. Voorts staat er in bet
rapport, dat deze kunstmatige voeding
1 a 2 jaar kan duren. Eiken dai neeiut men
dezen jongen- man do? 1 MO deel van bet
leven af. En dan wilde de verdediger er op
wyzen, dal er zich gisteren bczwarc-n aan
dc maag hebben voorgedaan, die nog niocUn
orden onderzocht.
De auditeur, zoo vervolgt Mr. Tidenian,
hoeft gezegd, dat beklaagde geen studie
heeft gemaakt van dc zaak, waarvoor hij
zieb opoffert. Hoe weet de auditeur dat?
Herman Groenendaal leest niet dc Nieuwe
Roti. Courant, zelfs niot bet Nieuws van
den Dag. dat is waar, maar liy heeft de
werken van Ds. De Ligt en Van denBergli
Eysinga bestudeerd, bij heeft ze ge
lezen cn begrepen. De auditeur meent, dat
beklaagde een politiek anarchist is, maar dat
is Groenendaal niet. „Ik erken," heeft Oroe-
ncudaal gezegd, „mijn menseholijkc plichten
tegenover dc Maatschappij, maar ik ga niet 1
zoo ver, dat afs de Staat van mij daden
eisclit, die recht tegen mijn geweten in
gaan, ik daaraan voldoe!' Dat ia geen poli
tiek anarchisme, maar dat is, wal mannen
als Thomas a Kemp». I.utbor en Calvijn ons
al hebben geleerd.
Het conflict, zegt dc verdediger, was on
vermijdelijk en daarom is hier noodtoestand,
als bedoeld in art. 40 van bot Wetboek van
Strafrecht aanwezig. Uitvoerig liobt pleiter
dit dan toe. Beklaagde's vader is iemand,
die zijn leven geofferd heeft voor den strijd
van liet proletariaat. Hij is gestorven aan
een longontsteking, opgedaan bij een sU-
kiugsvergadering. Zijn zuster is in dagen va»
ccrkloosncid gestorven. Die jongen is in
mraking gekomen met do wereld, terwijl
hij inwendig in opstand was. Na komt do
oproeping om zelf mee te doen aan wat bij
verafschuwt. Waarom? Omdat de wet hei
zegt! Welke wet? Dc wet, die precies zwart
noemt, wat voor hem wit is, die lijnrecht in
gaat logen zijn geweten. Hij sou tijdelijk een
vak moeten opnemen, dat door de» «ud-go-
nor.xal Snijders, broedervan den oud-comman
dant van het Leger, omnenscbelijk en weer
zinwekkend werd genoemd. Men moet een
feit zien in bet raam van den tijd. Deze be
klaagde verkeerde in de zedelijke noodza
kelijkheid om te zeggen: Neen, ik kun niet!
Ik mag niet! Er was voor hem geen ander
middel. Hjj kon niet, zooals hem was voor
gesteld, bij dc hospitaaltroepen overgaan, en
dat strekt hem tot eer, want dan zou een
ander zijn laak, die hij weigerde, hebben
moeten opnemen. Dc rechter mag niet zeg
gen Waar gaan wjj naar toe, als ieder zoo
handelde! Dat is een kwestie van politiek!
Do drong, bedoeld bij art. 40 kan zoowel
van buiten als van binnen komen, zegt Wüp-
perrnan. De krijgsraad beeft alleen maar
noodig deskundige beoordeeling van art. 40.
Ik zeil, zegt nlr. l'ulciuoii, heb lil 1514
dienst genomen als vrijwilliger, omdat ik
toen meende, dat dit plicht was. na illcs.
wat er in België was gebeurd. Later zig ik
in, dat rr">n met wapens moet strijden van
lioogcr, nobeler ordo. Ik wil niot liet mlll-
tainsme aanvallen, maar hot confict aan
wijzen. Deze jonge man las revolutionaire
lectuur, dio de meesten niet eens kennen.
Zulke lectuur lezen ;lie „onontwikkeMen
Toen ik zelf in aanraking kwazn met di
revolutionnaire jongeren, toen heb ;k mij
verbaasd over de zachtmrx-dige kern, over
de ontwikkeling van geeel en geestesgïvcn,
waarover zij beschikken, cn ik heb nel ge
roemd, dat c-r zulke beloften voor do toe
komst uit de maatschappij voortkomen.
Uit zulke kringen komen de werkelijk prtr..
cipieele dienstweigeraars voort. Brettner
heeft eens tot verdediger gezegd: Hei wor
ken van een kunstenaar ts niet anders aan
hel uitwerken van hel ïdsaal, dal 'tij cp
23-jarigen leeftijd heeft gevoeld!"
Deze beklaagde kon volgens zijn natuur
niot anders handelen. De rechter mag
niot generaliseeren, maar moet elk geval
apart beoordeelen. Deze beklaagde heeft
gehandeld onder geestelijke overmacht.
Maar zelfs als de krijgsraad uanneemt, dat
or geen overmacht is. nis bedoeld in art.
40 Wetboek van Strafrecht, dan blijft tr
nog do schuldvraag en zal men moeten zeg
gen: doze beklaagde is r et schuldig nan
eon strafbaar feit. „Ik" roept pleiter niet
stemverheffing uit, „kan geen zondo aan
hern vindon!" Wit is de reden, dat deze
zaak zooveel beroering hooft gewekt, '-'iet
dat hij weigert te eten. Neen. mior omdat
men hein niet schuldig vindt. Groenen
daal heeft, hem bij herhaling gezegd, dot
allen, die met hem in ont.rotting kwamen,
zoo humaan mogelijk tegen hem zijn opge
(reden I Het volgens do wet strafbare feit
lieeft hij geploegd, maar schuld, zegt
ploltor nogmaals is er nictl
ik begrijp, gaat pleiter voort, dat bij
een krijgsraad een andere nteening niet
onmogelijk is. Maar den wijst hij op do
motie Drion, die door de Tweede Kamer
zonder hoofdelijke stemming is aangeno
men en op het wetsontweip, dal gereed 'ïgt
en dat tegemoet wil konteti aan de bczwa
WIE KAATST
Een gezelschap voetreizigers dwaal
de door Gelderlands achterhoek en
ontmoette op een der schoonste pun
ten een eenvoudig boertje. Men b©
sloot eens een aardigheid met hen
te hebben en begon met te wagen o
hij het lnadschap ook mooi vond. Ii
vermoed, zet een uit het gieoelscliap
dat je een heel eind ver kunt zien oj
een helderen dag.
Jao, 'eeren, 'u 'iel eind.
Me dunkt, op oen helderen dag
als vandaag moet je Arnhem wol
kunnen zien liggen.
Jao. antwoordde liet boertje
,,en veul varder as Aorem.
'ik denk wel tot Amsterdam ol
Maastricht zei een ander met een
knipoogje tot zijn tochtg-wiootan.
Jao vast en nog wel varder.
Verder dan Amsterdam en Maas
tricht! Wel baas, zeg dan eens, tot
;ver je wel kunt zien?
- Wel eeren, os 'et 'n klaore
nacht is, dan kun je van 'ier tot an
de maan kieken.
van do prineipieele (iienslvreigcrtii?.
Dil ie voor den krijgsraad een aanwijzing
te zeggen: wij weten, wat er achter onj
leeft. Dat kan van invloed zijn op den
dienstweigeraar, dio om zedelijke red :nen
heeft geweigerd. En als gij, zegt pleit'r,
toch verontrust zijt. ligt er dan niet in de
Blfcttl van het volle een teeken, dat >.r aan
de hoginselen vau de samenleving iets ont
breekt T Br leeft onder den drempel van
de bestaande rechtsorde iets nieuw» 1 Eu
het Is door de daad van dezen jongen
rniLD, waarvoor ik hem roet duizenden dank
baar ben. dal l.iervon iels kan doordringen
tot de mcnschhcid.
Nadat bekl.iagdo zelf nog iets to rij oer
verdediging had gezegd, ging de krijgsraad
tn de raadkamer orn het vonnis te vellen.
De zaal werd tiidrns deze beraadslagingen
niet ontruimd en Herman Groenendaal zot
toon rustig cn bedaard tussehen zijn moe
der en verloofde op do beklaagdenbank.
Wel had ik recht van een gemoedelijke
stemming te spreken; zolden zag men in
oen rechtzaal een rueor tegemoetkomende
houding tegenover een beklaagde dan bij
dezo zitting. Het was in alles merkha;
w ij t r
c e 1 e
der
rpun
staa
Dit bleek
ook volkom
krijgsraad.
De conclusie, dot cr bij den beklaagde
geen schuld was. kon de krijgsraad niet
aanvaarden, omdat dit indirect een vernie
tiging van de weermacht zou beduiden.
Het borocp op art. <0 van het Wetboek van
Strafrecht wilde de krijgsraad echter niet
geheel verwerpen, maar daarover kon
thans nog geen beslissing worden geno
men. Eerst zouden psychiaters moeten on
derzoeken, in hoeverre hier werkelijk van
geestelijke overmacht gesprokén kon wor
den. Om dit onderzoek mogelijk te maken,
zal Herman Groenendaal naar 'n hospitaal
worden overgebracht. Hij zal daar bclion.
deld worden sla patient, niet als govange
nc. Van censuur op zijn correspond mli>
zal daar geen sprake meer zijn en hij zai
cr gewoon bezoek mogen ontvangen, terwijl
toch de tijd, in het hospitaal doorgebracht,
bij een eventueel later volgend vcroor-
doelend vonnis van den straftijd ld wot-
den afgetTokker
Wij kunnen-dit niet anders dan een zeer
wijs cn zeer verstandig vonnis noemen, enn
vonnis, dat den V.rlig?rond te 'a-Qrarinliag-
en zijn knappen, huntonen voorzitter, Mr.
G van Slooten, tot eer strekt. Het slaat h'i
ons vast, dat deze beslissing is genomen
in verhand met da wet, die thans door de
Regcoring is ingediend. Deze uitsprunn zal
een eind maken aan de Groenedaal agitatie
in het land en Is te beschouwen als een
voorbode van een nieuwen tijd. Daarom
mogen wij dezen krijgsraad ziting ongetwij
feld een der belangrijkste noemen, die ooit
in Nederland heeft plaats gehad. En wan.
neer de moeilijke kwestie der princip.eele
dienstweigeraars tpoedig tot een werkvujkj
oplossing mocht komen, dan zou de 'Jroe-
nr-tidaal zaak, die door velenblijkbaar
builen de schuld van Herman Groen end aal
zolt vertroebeld is, toch nog haar goede
2ijde hebben gehad.
J. B. SCHUIL.
1) Mr. Tideman kwam blijkbaar tot
zijn onbillijke» uitvul uit verontwaardi
ging over het feit, dat een teeken aar tij
dens de zitting schetsen van den be
klaagde nam. wij konden ons deze ver
ontwaardiging volkomen hegrijpen, maar
was het daarom noodig de andere jour
nalisten, die op d« zitting aanwezig wa
ren om een zoo zuiver mogelijk vers lag ta
geven van zijn pleidooi, dat in zijn h«-
teekenis tooit ver over dit indrvtdueeie
ei uitging, zoo onheusedt te bejegenen
EEN ZAT Jilt 1 )AG WüNDRiL» i i J ii.
J. van Roekeren, voiull Jacobus vau
Roekeren, was til zeventien jaar boek
houder bij de firma Vaui Vliet, lias
pels &j Co., vóórdat hij ook nog maar
een dag zomervacaauie genoten liati.
hij zen had zich duar al lai>e in go-
scnikt. Zonder er bepauid over to te-
aextcercn, ïeevc liet nem toe, dat zo-
uiervacantie oen instelling was voor
bepaalde personen, terwijl die voor
andere personen niet zoozeer bestemd
was en tot die laatste categorie bc-
hourue hij dan zelï. overigens was dc
uuiktuijkscne Zouuag voor hem vol
doende en in do dti.lo plaats zuu van
Roekeren tocli geen geld hebben ge-
hau om eon vacanueiotsje te malven,
omdat zijn gezin zijn heele salaris
wel aan kon,
Waataoitiiiilijk zou do man ook
juur nog geen vacantia hebben go-
ktegen, waaneer er geeui nieuwe as-
sisteut-boeidiouder op het kantoor ge-
k cm an was. Een niet moderne deniv-
beeldeii voji geen avondwerk moer cn
pensioen ais je 65 jaar was en in
dc allereerste plaat-? zomervacantie.
Toen deze jonge man er in de maand
December over Uigon, hagelde het
buiten hevig. Van Koekeren keek dus
ïuar do luiten, vervolgens naar zijn
uoc-i'Ui, zei daarna; ,,zoo!'' en werk-
I. «lom. Maar de ander gal het niet
Ui .,..._-ns on telkens weer kwam lnj
op do vacantie terug an ten slotte
zei lnj ('t was in Januari;: „meneer
van Bofikoren, uit naam van het lieolo
kantoor moet ik u verzoeken, om den
patroon vacantie te vragen".
„Vacantie? zei van Roekeren.
„Man, waar denk je aan?" En lnj
keek vol ontzetting naar do ruiten,
die juist door eon flinke regenbui
ivercen beklettoi'-l. „Ik hen veei lo blij
dat ik warm cn droog binnen zit!"
..Och nee", zei do assistent, „ik
bedoel niet nu, maar van den zo
mer".
vVan don zomer dat is nog
..Ja, maar als we zomorvacantie
wiilen hebben, moeten we er nu over
beginnen".
Van Boeleoren keek op en zag, dat
de oogen van het heele kantoor op
hem gericht waren. Om van onderen
af te beginnen: twee van den joug-
sten bediende, waarvan één scheel,
dan twee van die jongste typiste, lieel
mooi bruin en waarvoor de assistent-
boekhouder blijkbaar al groote be
wondering had, twee van de oudste
typiste, onverschillig grijs en teu
slotte twee van den assistent zolf, die
zich onderscheidden duur vrijmoedig
heid. Van Boekeren voelde, dat er
een antwoord van hem verwacht
werd. „Dus", zei liij, afgemeten,
„jaHie zou willen, dat ik den pa
troon ga vragen om zomervacantie
voor ons allemaal?"
„Ja", riepen ze alle vier.
„Luister dan goed; ik doe het niet".
En toen uit vier monden teleurge
stelde uitroepen kwamen: „daar ko
men ongelukken vaul"
Want hij dacht aan mijnheer Has
pels (mijnheer van Vliet was al ja
ren dood en de Co. was maar fraaiig
heid) die de stuipen kreeg van iedere
nieuwigheid op het kantoor. En daar
mijnheer Haspels al wat ouder werd
tn in de laatste jaren erg zwaarlij
vig, zag Van Boekeren in gedachten
al, dat de patroon zich bij een ver
zoek om zomervacantie tzoo zou op
winden, dat hij or wat van krijgen
kon, eon beroerte of zoo. En er was
geen opvolger, wat zou er dan van
do onderneming terecht komen? Mis
schien werd ze wel heelemaal geli
quideerd en dan stond het heele kan
toorpersoneel op straat. Zoo herhaal
de van Boekoren tegenover de ande
ren: „daar komen ongelukken van.."
cn voegde er eenigszins raadselach
tig, omdat luj zijn gedachtengang
achterwege liet, bij: „dat kon wel op
vacantie voor goed uitloopenl"
De assistent-boekhouder zei alleen
maar; „ik heb u de eer "willen laten,
maar als u niet wil, doe ik hot zelf!
En geon twee dagen later hoorde liij,
rustig over zijn boeken gebogen, het
welbekende stemgeluid van den pa
troon in het prlvékantoor, maar veel
luider don anders en blijkbaar lieel
boos en daarop verscheen de patroon
zelf op den drempel en vroeg, met
zichtbare inspanning zich bedvungin-
de: „Van Boekeren, wil je even nier
komen?" En binnen gaande vond var.
Boekeren zijn assistent, bleek maar
vastberaden, achter een stoel staan.
„Stel je voor", zei de patroon, op hem
wijzende, „deze lieer vraagten
daaroij waeutifa luj even cn gooide
toen het woord er uit, alsof 't oem
Kanonskogel was, zomervacan
tie. Ha, lm, zomervacantie! llab je 't
ooit gehoord? Bijna iederen avond
\nj en altijd den heelcn Zondag vrij
en dan ook nogzomervacantie!
Wat zeg jij van die" driemaal overge-
ïmasoe ma.ivgneid?"
Later wist van Boekeren zelf met,
wat hem overkomen was, maar hij
zói het op dat oogenblik, lnj zei het
kalm cu vastberaden: „meneer, de
tijden veranderen, de moderne op- -
vatting is, dat er vacantie moet we
zen ooit voor kantoorpersoneel: ieder
een wil wel eens een poosje vrij we
zen en heclcinaal doen, waar hij lust
in hcoft".
't Was er uit en toen hij den pa
troon werkelijk wat blauw in zijn ge
zicht zag worden, wensohtc hij het
niet gezegd te hebben. Maar toch,
wonderlijk genoeg, toen de heer Has
pels daarna wat schor, alsof lnj heel
boos was, zin: „nooit, nooit van mijn
leven!'' en de heeren beduidde, dut
ze wel konden gaan, had hij er geen
spiit meer van, was zelfs over zich-
zeh voldaan, niet omdat de twee
oogen van den jong sten bediende,
waarvan één scheel en de twee mooie
bruine oogen en de twee onverschil
lige grijze, gezamenlijk dankbaar
keken (want ze hadden in het bedien
denkantoor olies woord voor woord
verstaan) en ook niet omdat de assis-
ten hartelijk zei: „ik dank u wel",
maar omdat het moderne begrip hem
plotseling bevangen had en hij voel
de, dat het goed was.
Bovendien kende hij den heer Has
pels. Die had wel vaker „nooit van
mijn leven" gezegd en het toch, bi;
nader overweging, gedaan. En zoo
ging het nu ook. Er wa« nog menige
bespreking noodig, de blauve kleur
,kw,aiR daarbij nog wel eens terug,
maar in April kwam de zaak voor el
kaar. lei Ier zou veertien dagen va-
anlie hebben, om beurten, ze moes
te» het onderling maai regelen, als
het kantoorwerk er niet onder leed
en de maand Augustus vrij bleef,
want dan moest mijnheer Haspels
zeil' uit. „Niet voor zomervacantie",
had hij uitdrukkelijk gezeul, „maar
op last van zijn dokter, die hem ner
veus en overspannen gevonden had".
Niemand glimlachte bij dit bericht
en do vacantie werd verdeeld. Hei
kwam zoo uit, dat van Boekeren de
eerste helft van Juni zou knjgc-n, „het
komt u éérlijk toe om de eerste te we
zen", hiul de assistent gezegd en de
jongste bediende de tweede nellt, de
oudste typiste de eerste helft van
Juli en de andere typiste en lnj zelf
de tweede helft van Juli dan bleef
Augustus vrij. De regeling voldeed
van Boekeren niet lieelemaal. Zijn
kinderen kregen pas in Juli vacan
tie. Maai' och, geld om uit te gaan
had hij toch met zoodat hot er nice
•p aan kwiun. En ook dat samen-
atlen van de vacantie van dc mooie
bruine oogen en zijn asisstent-boek-
houdcr icck hem niet liij liield niet
van verloofde paartjes op een en het
zelfde kantoor. Maar ofschoon hij
scherp naar hun handen keek, van
ringetjes was nog niets to bespeuren.
Dus was op ©en Maandagochtend van
Boekeren met vacantie thuis. De rest
va® '1 verhaal moet hij zelf maar in
zijn eigen woorden doen.
„Mijn vrouw zei: „zoo, zoo, jij hebt
dus vacantie. Wat doe je er mee, toch
geen veertien dagen niets uitvoeren,
donk ik?" „Nee", zeg ik, „dan zou
'k me dood vervelen. Wat wandelen,
denk ik, eon beetje hengelen en zoo".
„Komaan", zei mijn vrouw, „voor
wandelcu is 't geen weer en wat heb
ben die onnooz£le visechen je voor
kwaad gedaan. Er zijn eon paar kar
weitjes. die kon je juist zoo goed op
knappen!" Ik zeg: „dat is beet,
wat heb je, geef maar op!"
En daar komt ze me aandragen met
ons halve meubilair. Je weet niet,
boe slecht de boel in mekaar zit,"
vóórdat je vacantie hebt: alle stoelen
hadden wrakke pooten, alle houtwerk
n de keukon was verveloos, het kip-
peidiok viel haast in mekaar, de
scharnieren van de poort waren los,
ik woet eigenlijk niet wat er In huis
nog goed was. En als ze met meubi
lair kwam aaaidragen, dan was het:
,,'t arbeidsloon is tegenwoordig zoo
duur, je kunt liet makkelijk verdie
nen", en als er aan 't huis wat gebeu-
ren moest zei zo: „de huisheer doet
er niets aan en we mooten toch net
jes wonen". Vier dagen lang heb ik
getimmerd en gevertel, twee dagen
tng IxJiamgen. Toen was mijn eerste
vacantieweek om. Ik zaï tegen mij
zelf: „veel rust heb ik wel niet ge>
bad, maar dat komt de volgende
eek wel".
Maandagochtend van de tweede
ook zegt mijn vrouw: „Mientje ia
met vacantie". Mientje is ons dionsl-
meisje „Zoo, zoo", z g ik is Mien
tje met vacantie.'"' Dadelijk bekroop
in ij een bang voorgevoel. „Natuur
lijk", zégt mijn vrouw, „dienstmeis
jes moeten vacantia hebben, jij m
ook vacantie, iedereen heeft vacantie,
alleen een huismoeder niet. Ik dacht
zoo nu jij toch thuis bent, kun je me
wei wat helpen, want ik kan alles
alleen niet al!" lk wou me nog
verzetten, ik zei: „ju, maar hoor es
hier, zoo gaat mijn heele vacantie
naar den „Ik hoop toch
niet, dat je tegen mij gaat vloeken?"
zei zo. „Ik wou nman zeggen be
toogde ik. „Nee, dat wou je nieL
Maar laten we er verder niet over
spreken: c«-.n man, die dezon naam
waard is, helpt zijn vrouw en wil
niet. dat ze zich doodzwoegf". Ja, hou
kon ik dat dan willen? Dus begou ik
met de Zondagsche schoenen van dc
kinderen te poetsen, driemaal tweo
is zes stuks en flink vol Blik, want 't
had Zondags geregend. Toen werd ik
eclielleineisje. Naar de deur loopen
voor bakker, slager, melkman, van
alles. Daarna eou beetje stof afne
men, dat wil zegg.ii: van den eenen
kant van de kamer Daar den ande
re,! kant jagen. Je kon-de stofdeeltjes
in du zou zién dansen, van louter
plezier, denk ik ik vond het minder
leuk. 's Middags heb ik gtJiolpeu
groente schoonmaken, aardappelen
schillen, maar je verklapt me met
hoor, want dat wil ik niet weten.
Nooit had ik kunnen beseffen, dal eon
huisvrouw het zoo diuk heeft en zoo
veel werk aan een ander !t;ui af
staan.
Dat ging zoo deu eersten dag. Op
Dinsdag boodschappendag. „Ik J'.an
niet uit", zei mijn vróuw, „baal
jij eon en ander voor me'Ik ben
naar tien winkels geweest. 's Mid
dags dingen terugbrengen naar zee
rinkels, omdat wat ii; gekocht had
niet goed was en naai- zes nieuwe
winkels toe. 's Avonds doodop.
Woensdag kamerdug Mijn protest
werd beantwoord met de opmerking:
„de boel in mijn huis mag niet ver
vuilen". Donderdag eniin laat ik
naar uitscheiden. De heele week lieb
k me „nuttig gemaakt', zoo neemt
mijn vrouw uat, in het huishouden
eu Maandag ben ik weer op 't kan-
toor' gekomen met blaren in mijn
handen, een schram op mijn neus
au een ruit waar ik doorheen go-
ailen ben en stijve spieren van 't
ongewone werk.
Maar op 't kantoor werd ik met go-
juich ontvangen. „Is u goed ultge-
ust?" vroeg «Ie assistent-boekhouder.
.Prachtig", zul ik. „Heeft u veel go-
i.zngold?" vroeg de typiste rai-t de
bruine oogen. „Tweehonderd zei
ik. En mUnlioor Haspels kwam, wal
hij anders nooit doet, in 't bedienden-
kardoor en ging naast mijn tesscnaai
-;.uin en vroeg, of ik plezier had ge
had van mijn vacantie. Ik antwoord
de, dat ik een ander en beter menscb
geworden was.
Maar ais ik alles goed Indenk,
dan is vacantie hebben ook een kunst.
Misschien zal ik die leoren 't volgend
jaar. Misschien ook niet. En les kun
Je er niet in nemen. Want do assis
tent en de typiste met de bruine oog«u
schijnen al precies te weten, boe ze
hun vacantie gaan doorbrengen.
Maar die manier past mij waarschijn
lijk wöèr minder".
FIDELIO.