HET ADVERTENTIEBUREAU VAN
(VAN 1883)
GROOTE HOUTSTRAAT 93 - TBLEPHOON 724
een internationale regeling
van de emigratiê.
De to Genèvo vergaderende Internationale
emicratiecommlssle van het Internationaal
Arbeidsbureau heef het vraagstuk onderzocht
van de kortngen op de loonen van emigranten
bil wijze van terugbetaling van voorgeschoten
reiskosten. De commissie heeft te dier wake een
motie aangenomen, waarin erop wordt aange
drongen, dat de contracten, die dergelijke be
palingen bevatten, door de bevoegde autoritei,
•en van het land, waarheen geëmigreerd is, zul-
I n worden vernietigd, wanneer deze bepalin
g-u r'. -trljd aijn met de wetten van dat land.
rnmissie behandelde vervolgens het
vraagstuk der bescherming van emïgreerende
-ouwen en "kinderen, en besloot, deze kwestie
•_a plaatsen op de agenda der conferentie van
1922.
Betreffende de kwestie der emigranten in de
haven van Inscheping werd een motie aange
nomen, waarin den rederingen der verschil
lende staten wordt aanbevolen, de emigranten
in de haven* van inscheping aan een afdoend
onderzoek te onderwerpen, als ook ln de voor
naamste plaatsen, waar de emigranten de gren
zen dezer landen passeeren. Deze maatregel
jou een tweeledig nut hebben: Eenereijds zou
bet den emigranten onmogeltik worden, zich in
te schepen, zonder te beantwoorden aan de
voorwaarden, welke door het land waarheen
wordt geëmigreerd zijn gesteld, en zouden rij
»r dus niet aan worden blootgesteld, te worden
teruggezonden, en anderzijds zou deze maatre
gel de verspreiding van besmettelijke ziekten
Onderweg tegengaan.
Een vlieger lerend verbrand.
Dezer dagen maakte een luitenant-vlieger
jan het vliegkamp te Manstou in Engeland een
proefvlucht boven het vliegterrein. Terwijl hij
boven het veld cirkelde, raakte de motor defect
en de bestuurder begon te dalen. Terwijl de
machine echter naar beneden kwam. zag men
rook ontsnappen. Het vliegtuig landde op
eenigen afstand van het vliegveld en onmiddel
lijk daarna sloegen de vlammen er uit. Assis
tentie was spoedig genoeg tér plaatse, doch
men stond machteloos en de avlateur kwam in
de vlammen om. Toen de vlammen waren ge
doofd, vond men zijn verkoold lijk onder hoi
wrak van de machine.
De groote bosehbrand in Sflezlë.
De grooto boseh
brand in net district Kszcyne bij Nikulowico,
Llota. Kiszowieg en Orki is ten deolo ge-
bluscht. Men heeft geconstateerd, dat de brand
gesticht was door de Orgesch. Twintig sol
daten van do Orgesch zijn gearresteerd en
bobben bekend, dat zij order hadden gekregen
boschbranden op den rechteroever van den
Oder te stichten. De Duitsche bladen „Volka-
wille" en „Oberschleslselier Kurier" erken-
aon, dat de brand is aangesticht. Er zijn on
geveer 2500 morgens afgebrand in do buurt
van Zawodzio en Rybnik. De brand maakt het
treinverkeer bij Rabownia onmogelijk. Er ia
oen dorp verwoest. De Duitsche bladen consta-
teeren, dat dit de grootste brand in Opper-
Silezid is in tien Jaren.
Hot drama eoner lichtzinnige vrouw.
Toen Sara Cambelina Cowen tien jaar gele
den op 22-jarigen leeftijd het fortuin van haar
vader, den president van de Baltimore and
Ohio Railway erfde, was zij niet alleen een der
rijkste, doch ook een der mooiste vrouwen
van do society van Baltimore. Twee jaar voor
den dood van haar vader huwde zij met Char
les Monson, doch nauwelijks was <le spoor-
'wegkoning overleden, of zijn dochter liet zich
van haar echtgenoot scheiden, om een leven
van verkwisting en losbandigheid to New York
'te beginnen. Prachtige feesten, kostbare ju-
]weeleu eu kleeden, en niet. het minst het
voortdurend gezelschap van een bende klap-
loopers, hielpen haar in betrekkelijk zoor
korten tijd door haar vermogen van meer dan
zes mlliioei) gulden boen. Toen baar geld op
was, en er van haar rijkdom aan juweelen
niets meer was overgebleven, lieten haar
„vrienden" haar weldra aan haar lot over. Zij
geraakte volkomen aan lager wal, on weldra
hoorde men niets moer van haar, totdat zij
eenigo dagen geleden door vergiftiging in een
obscuur hotelletje te New York een einde
maakte aan haar rampzalig leven.
Haar lijk is in de Morgue herkend door
haar neef, die het stoffelijk overschot van de
ongelukk'— naar haar geboortestad heeft la
ten overt (lUisen.
de kroning van emir feysau
De „Tlmes"-correspondent te Teheran ver
noemt, dat emir Feysal weldra als heerschef
over Mesopotamia zal worden gekroond, na
dat de stemming onder de steden en stam
hoofden algemeen te zijnen gunste is uitge
vallen.
Do methode, volgens welke men de bevol
king raadpleegde, schijnt vrijwel dezelfde als
twee jaar geledon. Toen Mesopotamia zlcb
met dozelfde eenstemmigheid tegen ieder lid
van do familie van ien sherif uitsprak en
voor rechtstreeksch Britsch bestuur onder
sir Percy Fox. Men stuurde door bemiddeling
van de politieke ambtenaren vragen aan no
tabelen, sjeiks en hoofden van verschillende
gemeenten, die vergaderingen van hun aan
hangers bijeenriepen.
Indertijd, in het voorjaar lag het in
de bedoeling een kieswet af te kondigen en
verkiezingen te houden voor een consli-
tueerende vergadering, die de daden van d«
voorloopige regeering zou goedkeuren, over-
den vorm van de oonstitutie beslissen en zich
over de kwestio van den nieuwen heerscher
zou uitspreken. Dit plan heeft men blijkbaar
laten varen.
HET DERDE EEUWFEEST DER
indianen.
Naar de „TImes"-correspondent te Toronto
aan zijn blad bericht, Is op 4 Augustus te Pe-
netanquishene (Ontario) het driehonderdjarig
feost der Indianen gevierd- De vereenigde raad
van Indianen van Ontario heeft op dien dag
een elsch opgesteld, betreffende de teruggave
van uitgestrekte gebieden aan de Couchiging-
en SImcoe-meren en aan de Georgian Bay,
welke den Indianen, zooals zij zeggen, zon
der een zweem van recht door de regeering
zijn afhandig gemaakt. Hun eischen strekken
zich uit over groote gedeelten van York en
Simcoc, en over de districten Muskoka en Par
ry Sound. Do eischers zeggen, dat deze ge
bieden, welke door de Chippewa-Indianen wa
ren bezet, nooit aan de kroon zijn overgedaan,
doch dat zij door de regeering zijn genaast,
zonder dat de bewoners eenige schadeloosstel
ling hebben gekregen.
Tijdens de feesten hebben de opperhoofden
van de Hurons en Irokeezen zich met elkaar
verzoend. Do veete tusschen beide stammen
bestond reeds bijna drie eeuwen, en dateerde
van den tijd, dat de verslagen Hurons door de
Irokeezen van hun jachtgronden verdreven
werden. De hoofden hebben thans de vredes
pijp gerookt, en den strijdbijl begraven, als
oen teeken, dat het verledene vergeven en ver
geten Ib, en voorlaan vrede tusschen de stam
men heerscht.
Er waren vijfduizend toeschouwers aanwe
zig, toen de belde stamhoofden uit hun kano.s
stapten en door een Huron 6n twee Irokeezen
begeleid hun zetels bij een tent van berken
schors innamen. De Irokeezen staken de vre
despijp aan, en gaven haar aan den Huron
onder de woorden: Er is vrede tusschen onze
volken. Er is vrede, antwoordde de Huron,
nam de pijp aan, en gaf haar door aan het
tweede stamhoofd, die haar teruggaf aan de
Irokeezen. De hoofden begroeven daarop den
strijdbijl en ten slotte wendde zich de Huron
tot do Irokeezen en zeide: Thans zullen wij
gezamenlijk een eland jagen.
Een pijnlijke verrassing.
Een in Tsjecho-Slowakije welbekend too-
aeelspeler trachtte in een hotel te Praag een
Kamer te vinden. Men deelde hem daar echter
mede, dat er geen enkele kamer meer vrij
was Terwijl hij evenwel met den gérant
sprak, viel zijn oog op een brief, geadresseerd
aan een vriend, die in dit hotel logeerde- Hij
had dien vriend langen tijd niet gezien en
verzooht daarom hem diens kamer te wijzen.
Er wachtte hem een pijnlijke verrassing. Bij
zijn binnenkomst in het veitfrek van zijn
vriend vond hij daair, behalve dezen, een
vrouw, in wie hij zijn verloofde herkende-
Het gevolg daarvan was, dat hij zijn revolver
Lrok en een schot loste, dat evenwel geen
doel tref.
Daarop trok ook de aangevallene eeil re
volver. H.t meisje plaatste zich uisschon do
bei.Ie mannen en trachtte de vechtenden ie
scheiden; de hotelhouder verklaarde later, dat
zoodra de een had gevuurd, zij gillende naar
don ander liep.
Beide mannen werden ernstig gewond; men
twijfelt er aan of men ooit te weten t\. kor
men, wie het eerst tot den aanval overging.
De vrouw is als door een wonder aan de kogels
ontsnapt.
oe oosten rij ksche politiek.
Do overdracht Tan West-Hongrijc.
WEENEN, De minister
president heeft voor de hoofd-commlssie va*
Buitonlandsche Aangelegenheden een uiteen
zetting gegeven van den politieleen toestand
I-Iij verklaarde, dat het onderhoud met dl
Tsjecho-Slowaltijsche politici hem had over
tuigd van do hrtelijklieid en vredelievendheid
tulgd van do hartelijkheid en den vredelieven-
den geest van dezen. Hij had de verzekering
ontvangen, dat de Kleine Entente in geenen
deele was gericht tegen een bepaald land. In
September a.s. zal een nieuw onderhoud plaats
hebben met den Tsjechischen minister van
Buitenlndsche Zaken, Dr. Bnesj, waar do
thans gevoerde besprekingen definitief tot
eon einde gebracht zullen worden.
Sprekende over de betrekkingen met Hon
garije verklaarde de premier, dat de over
dracht van West-Hongarije op 27 Augustus
moet bobben plaats gevonden. De onderhan
delingen met Hongrije worden voortgezet,
doch worden bemoeilijkt door het feit, dat
Hougaarije dikwijls van standpunt verandert
en onlangs nieuwe voorstellen heeft gedaan,
welke do minister ter kennis van de commis
sie bracht.
Na breedvoerige debatten nam de commis
sie oen resolutie aan, waarin wordt verklaard,
dat de Oostenrijksche regeering de onderhan
delingen moet voortzetten, opdat de overdracht
van West-Hongarije binneg den door de vre
desverdragen van St. Germain en Trianon
vastgestelden termijn, eindigende 27 Augus
ts, zal hebben plaats gevonden.
Vervolfl Binnenland.
liet telegrafisch Terteer tusschen Nederland
en Rusland.
Op de vrager
van het Tweede Kamerlid Kruyt betreffende
herstel van het telegrafisch verkeer tusscher
Nederland en Rusland luidt het antwoord vat.
den Minister van Waterstaat, mede namen*
zijn ambtgenoot van Buitenlandsche Zaken ai
volgt:
„Het telegrafisch verkeer tusschen Duitse'
land en Sovjet-Rusland is blijkens een as
köndlgTng ifi liét PSSf-Naihrichlenbraff, Eo'. SI),
uitgegeven door het Rijkspost-niinieterie te
Berlijn, hersteld en heeft plaats vla Konings-
bergen-Rlga.
Langs dezen weg kunnen (zooals is aange
kondigd ln de St. Crt. van 9 Mei 1921) op risico
van den afzender, van Nederland uit, telegram
men verzonden worden naar geheel Euro-
peesch Rusland, behalve de gouvernement-n
Bessarabië en Minsk, doch wel naar de stad i
Minsk; verder naar de Ukraine, Siberië. Noord"
Kaukasië, AserbHdschan en de Russische Re- I
publiek In het Verre Oos'.en, bevattende Je
gouvernementen Zabalkalskaja, Priamurskaja
en Primorskaja.
Bijzondere telegrammen moeten in verstaan-
bare taal gesteld zijn.
Het tarief bedraagt f 0.25 per woord."
gevaren bij het gebruik van
electrische toestellen.
De electro-
technisch adviseur bij de Arbeidsinspectie
schrijft
Uit het op j.l. Vrijdag te Deventer plaats
gehad hebbende en In de bladen vermelde
doodelijke ongeval door den electrischen
stroom bij het schoonbi'sken van een stoomke-
tel blijkt weer eens boe noodlottig de aanra
king van eenig. onder een electrische spanning
staand deel kan zijn en onder de hier aanwe
zige omstandigheden ook bijna steeds is. Deze
gevaren van den electrischen stroom voor het
menschelijk lichaam werden in den loop der
Jaren in de Centrale verslagen der Arbridsln-
spectle en in afzonderlijk uitgegeven brocbu- 1
res herhaaldelijk besproken. In de laatste ja
ren, nu de electrlciteit. en in het bijzonder de
wissel- of draaistroom In ae industrie een
steeds algemeer.er toepassing heeft gevonden,
valt echter een toeneming te constatceren van j
het aantal ongevallen, ook van de doodelijke i
ongevallen, door den electrischen stroom. Bij
het onderzoek dier ongevallen blijkt sleeds
weer, hoe weinig men van het gevaar van den
omgang met electrische toestellen op de boog- i
te is of daarmede rekening pleegt te houden. I
Het blijkt dan ook zeer gewenscht, om nog
eens op het een en ander te wijzen.
In het Mer bedoelde geval is de dood van
den getroffene veroorzaakt door de «aanraking
van den metalen voet eener gloeilamp, welke
aan het wisselstroomnet was aangesloten en
een spanning van 220 volt tegen de aarde hart.
Een dergelijke spanning komt in vele electri- I
eche huisinstallaties eveDeens voor. Zij ver-
oorzaakt daar echter hoogst zelden een era-
Btig, en wel haast nimmer een doodelijk on
geval, omdat de persoon, die een spanning
voerend deel aanraakt, zich bijna steeds op
een voldoend isoleerende onderlaag bevindt.
Van een noemenswaardigen stroomdoorgang
door bet lichaam is dan meestal geen sprake.
Geheel anders is dit echter gesteld met stroom
van dezelfde spanning, wanneer de persoon,
wien het betreft, zich bevindt 1n een vochtlgo
ruimte, b.v. een kelderruimte, of wanneer hij
natte kleeren .heeft, bezweet is, of ln aanra
king -Is met eenig met de aarde verbonden me
talen deel. In zulke gevallen zal de electrisc'io
stroom door het menschelijk lichaam een weg
naar de aarde nemen. Het allerongunstigst
zijn de omstandigheden wel bij werkzaamhe
den in een stoomketel waar de man s t e e d 8
een zeer goede aardverbinding maakt en bo
vendien de overgangsweerstand van de huid
door zweeten in den regel sterk is verminderd.
In zulke gevallen kan niet ernstig genoeg
worden gewaarschuwd tegen het gebruik van
electrische leidingen en toestellen van ondeug- 1
delijlte constructie of welke ln slechten toe-
Stand verkeeren In het bijzonder dient hier
te worden gewaarsohuw-d tegen het gebruik
van de ln den handel voorkomende metalen
handlampen, welke hij eo" gering defect In
het inwendige, ook uitwendig onder spanning
komen te staan Verder moeten allo metalen
deelen van gloeilamp en gloeilamp-
ik o u d e r tegen aanraking zijn beschermd. I
Bovendien moet dc Invoering der stroomtoe- 1
voerleldilng in rt6 handlamp zoodanig zijn, dat.
ook bij ruwe behandeling een beschadiging of
breuk der leidingen aan de invoeropening zoo
veel mogelijk is voorkomen.
Het dient goed te worden begrepen, dat bij
venvaarloozing der geboden veiligheidsmaat
regelen het gebruik van electrischen stroom
van de gewone netspanningen, de zoogenaam
de lage spanningen dus, hij werkzaamheden ln
stoomketels en dergelijke metalen vaten
hoogst gevaarlijk is. Een aanraking van een
spanning voerend deel onder dergelijke om
standigheden heeft met bijna wiskundige ze
kerheid den dood van den getroffene ten ge
volge.
De bovenbedoeld*» voorzorgsmaatregelen
hebben echter het nadeel, dat een goede uit
voering daarvan afhankelijk is van een voort
durende en nauwgezette controle van het ma
terieel. Beter is het daarom bij de hier be
doelde werkzaamheden uitsluitend gebruik te
maken van stroom van zeer lage
spanning, bijvoorbeeld van 20 volt tus
schen de leidingen (10 volt tegen de aarde).
In de meeste gevallen is «ulk een voor het
leven ongevaarlijke spanning gemakkelijk te
verkrijgen en wel met »en kleinen transforma
tor, welke op het aanwezige wisselstroomnet
tan worden aangesloten en waarmede de
stroom op de zooeven genoemde ongevaarlijke
spanning kan worden omgezet
Uit hunnen aard zijn deze transformatortjes
Blechts geschikt voor wisselstroom en niet voor
gelijkstroom. De ervaring heeft echter geleerd,
dat deze laatste stroomsoort in den regel niet
die noodlottige uitwerking heeft op het men
schelijk organisme als wisselstroom, al blijft
ook hierbij groote voorzichtigheid geboden.
Lichamelijke oefening voor
de jeugd.
Een ontwerp voor longen* on meisjes.
Geen oefen recht" voor 1419 jarigen.
De Telegraaf schrijft
Naar wij verne
men neeft hét Algemeen College van Advies
vuor de Lichamelijke Opvoeding (waarvan de
he oren F. W. C. H. van Tuyll van S e-
rooskerken en P. Otto resp. voorzitter
en secretaris zijn) don Minister van Onderwijs
een outwerp-regeling van de licaamt-lijke
oefening der rijpere Jeugd ter overweging aan
geboden.
Het voorstel, In den vorm van een wetsont
werp gevat, gaat uit van het beginsel dat zoo
wei mannelijke als vrouwelijke
jongelieden tusschen 14 en 19 jaar recht
beb'oen op onderwijs in lichamelijke oefening.
Tot het ontvangen daarvan moet in elke ge
meente gelegenheid worden geboden „voor
zooveel het verlangen naar dit onderwijs
blijkt."
De leiding behoort door bevoegden te wor
den gegeven, de kosten zijn te dragen c.oor
vereenlgir gefi of commissies die de leiders aan
wijzen, uan wel door de Gemeente. De sagaris
sen der leiders betaalt het Rijk. dat ook min
stens 75 'U der door de gemeente to maken
kosten voor zijn rekening neemt.
Voor leiders (leidsters) wordt een getuig
schrift ingesteld, voor deelnemers (deel
neemsters) aan het onderwijs een diploma
voor eik der belde seksen. Dit diploma kan in
verschillende graden worden verleend, naar
gelang van den duur der deelneming.
Het toezicht op de naleving der bepa
lingen worde opgedragen aan de_ Inspecteurs
van do Lichamelijke Opvoeding, dia gehouden
zijn de deelneming aan het onderwijs zooveel
mogelijk te bevorderen.
Bij algemeenen maatregel van bestuur wor
den nader de bijzonderheden vastgesteld om
trent de voorwaarden waaraan de oefeningen,
tc-rreinen, lokalen, moeten voldoen, de grootte
der rijksbijdragen in de gemeentelijke kosten,
de eiscben voor het getuigschrift. Je regeling
der cursussen tot verkrijging daarvan, do toe
kenning der diploma's enz.
Aan de aan het voorstel toegevoegde „Toe
lichting'' is het volgende ontleend:
Met de ontworpen wet werd de bevordering
van du o ontwikkeling beoogd op grond bier-
ven, gelijk ln genoemde toeliciulng werd ge
formuleerd, dat „door de lichamelijke oefe
ning paedagog'iscbe, hygiënische, sociale en
nationale winsten worden behaald." Het ont
werp ontleende echter zijn bijzondere belee-
kenis aan het streven om lot vermindering der
eigenlijke militaire lasten met ingrijpende ver
mindering van het staande leger te kunnen
geraken zonder verzwakking van aet weer
standsvermogen der natie, wat mogelijk
scheen, als van jongs af ons volk lichamelijk
sterker werd gemaakt. Daardoor moest het
ontwerp zich vooriooplg evenwel bepalen bij
de mannelijke jeugd doch bovendien de wette
lijke verplichting in zich opnemen.
Gereedelijk kan worden erkend, dat het ge
heel met den algemeenen grond voor deze
overheidsbemoeiing had gestrookt, indien ze
zich dadelijk ook had uitgestrekt tot de vrou
welijke jeugd. Het College meent, dat de li
chamelijke oefening ook voor de aanstaande
moeders van ons volk van het hoogste belang
is. Daarnaast valt niet te ontkennen, dat togen
de verplichting uit sociaal-peaoagogisch cog-
punt bezien ernstige bezwaren zijn in to bren
gen, die trouwens van verschillende zoor be
voegde zijden zijn aangevoerd.
Het bleek dus wenschelijk een andere rege
ling samen te stellen, waarbij ten volle met
do/.e twee overwegende bezwaren rekening
wordt gehouden.
Wil d-e regeling doel treffen dan moot een
zoo groot mogelijk aantal der jongelieden aan
de oefeningen willen en kunnen deelnemen.
Om het eerste te bereiken is het noodig de
belangstelling te wekken, wijl de deelneming
nu uitsluitend vrijwillig zal zijn. Voor een goed
deel mag men er wel op vertrouwen, dat de
oefeningen mits ln voldoende verscheidenheid
geboden, in zich zeiven aantrekkelijk genoeg
zullen zijn om do Jongelieden tot deelneming
aan te sporen. Doch or is meer te doen. Men
kan ook de mogelijkheid openen, dat aan bet
geregeld en inzonderheid aan het ten einde too
met voldoend succes volgen der oefeningen een
of ander maatschappelijk voordeel wordt ver
bonden.
Wanneer hijvoorbeeld later het legerbestuur
aan het bezit van een bewijs van geheel ge
volgd hebben der oefeningen voordeeliee be
palingen voor de jongelieden wil toekennon
ten aanzien der militaire verplichtingen, dan
zal dit zeker als een prikkel werken. Wel
wordt hierbij uitdrukkelijk vastgesteld, dat de
aard der oefeningen daarvan niet afhankelijk
mag worden gesteld. Het Iaat zich eve- k s
denken, dat in de gewone levenspractijk u.
werkgever aanleiding zal vinden om bij de
keuze van personeel rekening te houden met
het mogelijk bezit van bovenbedoeld bewijs. De
wetgever bepale echter deze voordeelen niet.
Hij opene slechts de gelegenheid door de in
stelling der bewijzen van geoefendheid..
Intusschen, naast het „willen" moet het'
„kunnen" staan. Het is de taak der overheid
om dit ten slotte ie verwezenlijken. Wel stelle
men het particulier initiatief hier op den voor
grond. In de eerste plaats reeds omdat het ge
toond heeft veel en goed tot stand te kunnen
brengen. In de tweede plaats, omdat de viij-
willlge deelneming zich het best daarbij aan
sluit. Vooral bij jongelieden tusschen dertien
en nisentien jaar speelt de voorkeur voor be
paalde leeraars en kameraden een zoo greote
rol, c-at men den steun der vrije vorming van
clubs en vcreenigingen niet kan missen. Doch
't ls mogelijk, da? deze nog niet !n voldoende
mate zich voordoen, terwijl de vraag er ls. Dan
dient de overheid op te treden.
Maar vooral wat betreft de voorziening in
lokalen en terreinen is de overheids-zorg on
ontbeerlijk. la beginsel logge de wetgever der
halve de verplichting let een en ander op de
gemeente. Juist op naar, omdat zij alleen do
'lokale behoeften en lokale mogelijkheden kan
b snor dealen. Dat evenwel het Rijk de gelde
lijke lasten van deze zorg voor het overgroote
deel vcor zijn rekening neemt is onvermijde
lijk. daar feitelijk een goede lichamelijke op
voeding van ons volk een eminent lands-be-
lang is.
De grondslag der regeling ls bijgevolg eener
zijds de wettelijke erkenning van het recht op
lichamelijke opvoeding voor ieder Nederlander
na den schoolplichtigen leeftijd tot bet einde
van den jongelingstijd, waarvan uiteraard kon
den uitgesloten worden allen, die een onder
wijs volgen, waarvan de lichamelijke opvoe
ding een verplicht vak is. Anderzijds rust op
de gemeenten de verplichting, de gelegenheid
te bieden aaa allen, die verlangen van hun
recht gebruik te maken. Het behoeft ge m be
toog, dat daaraan niet dadelijk en niet overal
op de juiste wijze zal worden voldaan.
Een moeilijk punt der regeling betreft de
voorziening met lokalen en ter
reinen. Zooara er een genoegzaam aantal
vcreenigingen zijn eik met een behoorlijk ter
rein. is de zaal: <--»>»• r-r-'» -
net, als vereenïgïngen niet nescniKuen over
voldoende gelegenheid noch de gemeente om
ze aan te bieden, terwijl er zeer goede lokalen
en terreinen aanwezig zijn, welker eigenaars
niet tot medewerking bereid zijn. Dan moet
de wetgever in het algemeen belang de be
voegdheid tot Ingrijpen verleenen. Di? mag
echter niet leiden tot een onteigening /.onder
meer. Er mag ten eerste pas sprake zijn van
zoodanigen maatregel als de gemeente niet
zelve terreinen kan doen aanleggen en dan
nog slechts voor zoolang ze daartoe niet bij
machte is. Voorts kunnen er zeer sterke argu
menten voor een eigenaar zijn om zijn terrein
periodiek ongebruikt te laten en ten slotte be
hoort overleg gepleegd te worden over de da
gen en uren, waarop de terreinen beschikbaar
moeten zijn en de voorwaarden waaronder.
Als dit alles in 't oog is gehouden dan volgt
nog de beslissing van Gedeputeerde Staten en
in hoogste instantie c.q. die der Kroon.
Langs dezen weg blijven de particuliere be-
laugen der eigenaars voldoende behartigd.
In overeenstemming met het vorige- int werp
Is de zorg voor de leiding uitsluitend opgedra
gen aan vereenigingen of den betrokken Minis
ter. Alleen zijn er de Commissies voor 'ie Lick.
Opv. bijgevoegd, die gaandeweg in meer plaat
sen worden ingesteld en die te beschouwen
zijn als plaatsvervangsters der gemeenten. Do
eigenlijke leiders der oefeningen treden niet
meer op als de finantieel verantwoordelijken.
Zij worden aangesteld door de genoemde licha
men of autoriteit, die slechts mogen kiezen uit
do bij de wet bevoegd verklaarden, doch jve-
rigens vrij 7,ijn in hun keuze. De leiders wor
den bezoldigd volgens het hezoldlgings-besluit,
wijl ook hierbij elke wedloop van vereenigin
gen en gemeenten behoort uitgesloten to zijn.
Aan de Toelichting op de artikelen ontlee
ncn we nog de opmerking dat, als deze wet in
werking komt met het te verwachten gunstig
gevolg, het aantal leiders en leidsters zeer
spoedig onvoldoende zal blijken. Aan den an
deren kant schijnt het niet twijfelachtig, of
de leiding mag slechts toevertrouwd worden
aan wie de wet bevoesd verklaart.
Daarentegen is het stellig niet 'noodig daar
voor alleen hen aan te wijzen, die als leeraren
en onderwijzers in de scholen kunnen optre
den. Hel zal ook voorkomen, dat voor bepaalde
soorten van oefeningen personen geschikt blij
ken te zijn om er onderwijs in te geven, die
riet als leeraren zijn gediplomeerd. Daarom
stelle de wetgever een bepaaldi getuigschrift
ln, dat uitsluitend bevoegdheid zal verleenen
voor het geven van onderwijs in verband met
de uitvoering dezer wet en dat aan eenvou
diger eischen zal kunnen beantwoorden, dan
de eigenlijke onderwijs-bevoegdheden.
Wat de toekenning der diploma's betreft
werd gedacht aan een regeling, waarbij men
na twee en na vier jaren een bewijs kon vor
krijgen van geregelde deelneming, terwijl o*a
hel eind-dip'.oma na de zes jaren kon woidca
behaald-. Er kan ook beslist worden, dat eerst
om de drie jaren en bewijs wordt gegeven.
Het kwam er alleen op aan in de wet vast to
leggen, dat er zoodanig diploma zal worden
ingesteld. Het is niet vooruit vast te stellen of
en zoo ja welke waarde de maatschappij aan
die diploma's hechten zal. Dat moe', afge
wacht worden, al zal het veel van de inrich
ting afhangen. Maar «_a paedagogische betee-
kenis, die er blijkens de alg. besch. in gezien
wordt, maakt het voorschrift der instelling bij
de wet wenschelijk.
belast zich met de plaatsing van Advertentiën in de Nieuwe Rotterdamsche Courant,
het Algemeen Handelsblad, De Telegraaf, Het Nieuws van den Dag en verder in alle
dag-, week- en maandbladen in Binnen- en Buitenland
Prijsopgaven worden gaarne verstrekt