HAARLEM'S DAGBLAD Van onzen reizenden Redacteur Weenen en de Muziek. Het FllinkUkspei Onze LaGhhoek taarlüïMiBr Hallo tl as ZATERDAG 8 OCTOBER 1921 TWEEDE BLAD (Nieuwe reeke.) No. 36 Weenen moge een stervende stad zijn, op het gebied van de kunst en speciaal van muziek, zal het ook in de toekomst blijvon leven en ons een lichtend voor beeld zijn. De Duïtschcrs mogen vele gebreken hebben, in de liefde voor de kunst staan zij ver boven ons, Hollan ders. Altijd vreer, wanneer ik in Duitsck- land reis «11 ik reken Oostenrijk en Duitschland in dit opzicht één treft mij die grooto liefde voor toonecl en muziek bij de Duitschers. Het is voor een in Duitschland reizend Nederlander lichtelijk beschamend, wan neer hij ziet, dat bijna elke stad van beteckenis haar eigen opera, haar eigen orkest en haai eigen looneelgezelschap- pen heeft.- Is het eigenlijk niet bedroe trend, dat ons heele land slechts één Nationale Opera bezit en dat die ééne, onkcle opera nog steeds een zeer kwij nend bestaan moet leiden. Is het niet je, ik kan het niet anders zeggen be nepen klein burgerlijk, dat wij, Neder landers de staat, zoowel als het individu met onze bezuinigingen al tijd het eerst beginnen met de kunst? Is het niet een teekenend feit, dat de qlgcmeene malaise bij de gegoede stan den in den togenwoordigen tijd zich in Nederland het sterkst afspiegelt in het bezoek aan schouwburgen en concert zalen? Bestaat er één land op de wereld, waar het de muzikale en dramatische kunst zoo zwaar en zoo moeilijk wondt gemaakt, als het onze? Stadsbesturen lenken er bijna alleen aan de kunst die in Holland immers uitsluitend als vermaak wordt beschouwd te „belas ten". Millioenen en millioenen worden jaarlijks uitgegeven voor het onderwijs de paar duizend guldens, die kunst instellingen in heel enkele steden van ons land als subsidie ontvangen, wor den door zeer velen als de meest on nutte en improductieve uitgaven 'be schouwd. Alsof waarachtige kunst niet een even groote levensbehoefte voor een volk is als het onderwijs, alsof een volk niet juist zijn hoogste, zijn meest inner lijke waarde krijgt door zijn kunste naars! In Holland wordt elke gulden, aan kunst besteed, door velen nog beschouwd als een onnutte, een weelde-uitgaaf. Hoever zijn de Duitschers ons in dat opzicht vooruitl In Duitschland heeft men geleerd, dat na den godsdienst de kunst een volk in druk de grootste troost kan geven, dat boven het mate- rieele nog iets hoogers, het ideëelo staat. Zelfs in de moeilijkste lijden is in Duitschland en Oostenrijk die liefde voor de kunst gebleven* Las ik verleden week niet, dat men in Duisbuitg pas een nieuwe opera had gesticht en de stad hiervoor 3.000.000 Mark had gegevent Drie mïllioen Mark voor een opera en dat in een tijd, waarin de grootste zui nigheid is geboden! Ik vermoed, dat vele Haarlemmers er zijn er immers nog, die een subsidie van f 30.000 aan een orkest, dat aan duizenden en duizenden artistieke vreugde en dus geestelijk voedsel verschaft, in dezen tijd reeds een Toekelooze uitgave noemen dit een schandelijke lichtzinnigheid zullen vin den. Maar voor de Duitschers b de kunst nu eenmaal een eerste levens behoefte. „Wanneer ons land geen muzikale en dramatische kunst meer had, dan zou bet eerst recht geheel te gronde zijn!" zoo zei mij een Duitscher, professor in de pathologische aïiftsirzob, dus geen artist, geen kunstenaar. Integendeel, de man deed zelfs in het geheel niet aan muziek of aan andere kunst. Maar hij toonde volkomen te beseffen, wat de mu zikale en dramatische kunst voor zijn land beteekende.- „A1 zou heel Duitschland niet meer bestaan, dan zouden Goethe, Beethoven en Wagner toch nog blijven levenl" zei bij me. „De eerste Duitscher, dien men in Far ijs weer feestelijk heeft inge haald, was Richard WagnerI Do kunste- naars zijn onze grootste, onze meest universcele roem!" Cornelie van Oosterzee, do bekende in Berlijn wonende Hollandsche compo niste, die ik in Beieren ontmoette, ver telde mij, dat zelfs op de ergste revo lutiedagen in de opera's en de theaters te Berlijn gewoon door was gespeeld. Persoonlijk had 2ij gezien, dat voor het Opernhaus in Unter den Linden op een avond een lange queue van menschen stond, terwijl even verder, op het Domplein en b ij h e t S c h 1 o s z hevig gevochten werd! Op den avond, dat het keizerlijk slot door artil lerie beschoten werd, woonde zij een opvoering bij van Carmen en hoorde zij nu en dan het springen van granaten en het gerikketik der mitrailleurs boven de muziek uit. „Het was" zoo zei' ze me uof de dondermachine achter de coulisses aan het werk was!" Toen mevr. Van Oosterzee na afloop der voor stelling met de beroemde zangeres Emma Lcisner, die de rol van Carmen had gespeeld naar huis ging, moes ten zij op last van de politie rakelings Langs de huizen loopen van een rij tuig of taxi was natuurlijk in het geheel geen sprake omdat het middengedeel te van Unler den Linden door troepen was afgezet en er nu en dan nog ge schoten werd. Die liefde voor de muzikaal-dramaii- sche kunst is te Weenen even groot zoo niet grooter als te Berlijn. Heeft Jac. C. Meijerink in zijn VVeensche brieven niet beschreven, hoe hij in Ja nuari '20 dus nog in de moeilijkste tijden voor Weenen uren lang in de queue moest staan om een slechte plaats in een loge van de Staats-Opera te bemachtigen. £n zoo is het gebleven tot op heden. Eiken avond, als er ge speeld wordt, zijn de opera's stamp vol. De Staats-Opcr de vroegere Hof- Oper onder Richard Strauss en de Volksoper onder Felix Weingartner, heb ben nog steeds denzelfden goeden naam als in den tijd, toen Guslav Mahler er de directie voerde; maar het zijn nu niet meer de Weeuers, die er heengaan, het zijn voornamelijk de vreemdelingen, voor wie de hooge prijzen geen beletsel vormen, die thans de voor de Weenere te dure plaatsen innemen* Toch behoeft de Weener zich niet het genot van muziek te ontzeggen. Weenen is ook nu nog acn centrum van het mu zikale leven gebleven. De stad, waar Mozart, Haydn, Beethoven, Schubert. Brahms, Bruckner en Mahler geleefd en gewerkt hebben, beeft nog steeds zijn groote aantrekkingskracht op do muzikale wereld behouden. De atlerbe- roemdsteu komen naar" hier, omdat z.j weten, dat er geen voor muziek ontvan kelijker publiek is dan de Weeners. Het Wiener Konzcrthaus en het Kunstler- lxaus, waar de concerten worden gege ven, zijn avond aan avond stampvol* Voor deze concerten worden de prijzen opzettelijk zoo laag mogelijk gehouden, en het is naar hier, dat de besten onder de Weeners in massa's heentrekken om er in goede muziek troost en opbeuring te vinden en er voor enkele uren hun materieele zorg en ellende te vergeten* Zijn muziek, dat is het mooiste en het meest waardevolle, wat hij in deze dagen van droefenis nog heeft overgehouden* In dezen tijd, nu alles hem dreigt ,e ontvallen, heeft de Weener geleerd, dat de kunst niets van haar eeuwige schoon heid heeft verloren. En in dat opzicht is hij verder dan zeer vele Hollanders, die er alleen nog maareen „belasting object" in zien. Weenen cn de muziek, ze bchooren bij elkander. Overal in Weenen word' je cr aan herinnerd. Het Ilaydu- en het Schu bert-museum, de standbeelden van Beet hoven op de Beethovenplatz van Mozart achter de opera van Ja. hannes Brahms op de Katlsplatz van Tïaydri fn de Mariahilfestrasse van Schubert en Bruckner in het Stadtpark ze spreken van de dank baarheid, die do Weeners deze genieën nog altijd toedragen. Maar niet minder groot is hun vereering voor Johann Strausz; ja, misschien voelt ce echte Weener nog het meeste eerbied root dezen „Walskoning" en zeer zeker vindt hij zijn monument het mooist en het meest „Weensch" van alle monumenten in de stad* Karakteristiek is het ongetwijfeld, zooals de Walskoning, met zijn viool tegen zijn schouder gedrukt, elegant, als walsend daar staat te midden van de marmergroep der „Donauwellen"» Misschien zou ook een vreemdeling dit monument kunnen waardeeren, als zo Johann Strauss maar niet in een ver guld bronzen pakje hadden gestoken* Nu is [het geheel zoo wansmakrg, dat het doet denken aan een verguld schoor- steengarnituur uit een twee guldeos- bazar. Maar de Weener vindt het „wun- derschön" en het is dan ook het eenige monument in het Stadtpark, waarvoor men altijd vast een groep bewonderaars met open monden kan zien staan. Maar onvergetelijk zal voor ons de herinnering blijven aan de oogenblik- ken, die wij verwijld hebben bij de gra ven van deze groote mannen* Het was op een moaien zomermiddag, toen mijn vrouw en ik daar samen, geheel alleen, tusschen die „eeregraven" op het Cen tral Friedhof bij Weenen stondenin het midden een monument voor Mozart en daar omheen in kleineren kring de gedenkteekens voor Beethoven, Schu bert, Brahms, Hugo Wolff, Johann Strauss, Millocker en Suppc* (t) Vol eerbied en ontroerd hebben wij heel lang daar gestaan. Het was, of die namen Mozart, Beethoven, Brahms, Schubert en Wolff tot ons spraken. Welk een schat van vreugde hadden deze man nen ons in ons leven geschonken. Het bezoek aan de eeregraven op het Cen tral Friedhof was een pelgrimstocht van dankbaarheid, waaraan wij nog heel dik wijls terug zullen denken* J. B. SCHUIL* (1) Mozart ligt niet op het Central Friedhof begraven. Zijn graf, dat op het armenkerkhof was, is niet teruggevon- Stadsnieuws VRIJHEIDSBOND. In een der zalen van de Nijverheid vergaderde Vrijdagmiddag de afde ling Haarlem van de Vrouwengroep uit den Vrijheidsbond onder leiding van mevrouw Van Roasuinvan dm- Voort. Deze opende de vergadering met een korte toespraak, waarin de na druk er op weild gelegd, dat de posi tie van de vrouw in den Vrijheids bond zoo inooi is en dat het pro gram van den Bond voorstaat een gelijkgerechtigdheid van man en vrouw in den Bond. Spr. verdedigde het vormen van een afzonderlijke vrouwengroep in den Vrouwenfbond. Nadat daarna was overgegaan tot de samenstelling van een bestuur, werd mevrouw Willekes MacdonaldRcynvaan onder applaus benoemd tot eere-presidénte van de afdecding. Vorvolgens hield douairière gravin Van Tleerdt tot EverebergQuarles van Dfford een rede over bet onder werp „Propaganda". Spr. begon haar rede met uileen te zetten dat in ons land een zedelijke en een economische achteruitgang is ontstaan en dat de Staatsbemoeiing te veel wordt opgedreven. Tegenover dit alles dient te worden gezorgd, dat een zedelijk hoogstaande geeat in ons volk gaat leven en dat gaal heerschen een economisch begin sel gezonder dlan dat van staatssocia lisme, dat het praetischc idealisme gaat veldwinnen, aldus spr. De Vrijheichlbond wenscht door een gezamenlijk optreden toenadering tus schen de standen tot stand te bren gen een politiek van den gulden mi/Menweg, een van de tering naai de nering zetten, en eon van de ware vrijheid volgen. Aan 'n partij van den gulden mid denweg, aan een van practisch idea lisme beeft ons land behoefte, aan een partij van bezuiniging. De strlj'd- goest dient voor een van samenwer king plaats te maken. Dc vrouw kan veel doen voor dc politiek van gematigdheid van den Vrijheidabond door In haar omgeving wie daar voor in aanmerking komen, op te wekken rich bij den Vrijheids bond aan te sluiten. Danige punten van het Bondspro- gram lioktto epr. daarna toe. Tenslotte wekte spr. op om aan te pakken om door de politiek en de opvoeding ten goede van ons land werkzaam te zijn. Indien men den weg tot het hart en het geweten van de vrouw weet te vinden, dan ligt voor den vrijheids bond een mooie toekomst open con cludeerde spr. Zij wekte op dc kleine geschriften van den vrouwengroep uit den Vrijheidsbond te lezen. Maar dan is het werk nog niet uit.Dan dient men ook te trachten den kennissen sympathie voor den Bond hij te brengen en hen te nooden naar kleine tea's die overal 2mllen worden georganiseerd- De eenmaal als lid geworvenen die nen op hun heurt weder anderen als Md te gaan werven. Onder alle krin gen van de maatschappij moet op werving worden uitgegaan. Spr. eindigde met allen uit te noo- dieen de k.v>« van bereidverklaring to onderteekciien. Op deze kaart worden do volgende vragen gesteld. Mag het plaatselijk bestuur op u rekenen voor: Het organiseeren van kleine bijeen komsten Het werven van kennissen daarna? Het schrijven van brieven met be geleiding van geachiftjes naar an dere gemeenten? Weet ge nog iets anders waarmee ge ons helpen kunt Nadat de presidente aan de epreelc- eter dank had geaogd, werd do verga dering gesloten. UITVAART MGR. J. J. THUNNISSEN. Vrijdag had onder buitengewoon grote belangstelling de begrafenis plaats van den hoogcerw. heer Mgr. J. J. Thunissen, in leven pastoor van de parochie van bet H. Hart van Je zus te Amsterdam. Nadat Donderdagavond de Metten waren gezongen vingen Vrijdagmor gen te half tien de Lauden aan, zoo meldt de Tijd., waarna do plechtige IL Mils van Requiem werd opgedra gen door den hoogeerw deken Mgr. Th. J. A. Bosman, geassisteerd door de kapelaans der parochie, de weleer waarde hoeren G. H. J. Goes en Th. W. Loomans. Het hoogaltaar was in een stijlvol- Icn rouwtooi gehuld en ontelbare waslichten verspreidden hun zachten 6chijn door het kunstvolle kerkge bouw, een der meesterwerken van wijlen dr. Cuypers. De kerk was tot in de uierste hoeken gevuld' met een groote schare. Te ongeveer half twaalf vertrok de lijkstoet, terwijl zich inmiddels tal- rke personen vóór het kerkgdbouw hadden vereeni om getuigen te wezen van het uitdragen van het stof felijk overschot naar het kerkhof „St.-Barbara". In de acht volgriituigen hadden be halve de familieleden plaats geno men >IVr Bosman. Mgr. Bvgenraam, enkele heeren pastoors, de kapelaans «Ier parochie en leden van het kerk bestuur. Onder de vele belangstellenden op het kerkhof waren o.a. aanwezig bur gemeester \V. de Vlugt en wethouder F. J. A. M. Wier dels. De plechtigheid der beaarding werd verricht. <h Mgr. Bosman met as sistentie der beide- kapelaans. HET GELWEZEN. Op uitnoo- diging der Haarlenische Jongemau- nenvereeniging aal op Zaterdag 8 en Zaterdag 15 October a.s. or haar optreden de heer J. J. Delios alhier, die dan een causerie zal houden over „het geldwezen". NED. HERV. KERK. Haarl. Predibld. .meldt 1 De oollectie aan de deuren der ker ken gehouden op Zondag 2 October voor het Godsienstonderwijs heeft op gebracht f 208.69. Het 8cala-Thoater. ZooaU altijd Ito dit theater opent hei programma ook deze week weer met ,een prachtige weekrevue, waarvan vooral de aandacht trekken de bergstroomen in Californië (gekleurd). Dit is werkelijk mooi* Daarna de klucht„Kareltje en de waariegsier", waarbij Kareltje wel veel mbo0is wordt voorgespiegeld, maar als het er op aankomt, komt er van al de voorspellingen niets terecht* Eddie Polo vervolgt in „Liberty" zijn avonturen* Vooral in deze serie komt goed uit wat een onversaagde artist deze m?n is. Niets ia hen. te gevaarlijk, terwijl men hem in zijn volle kracht aanschouwt bij de worsteling met de Mexicanen. Als kegels tilt hij hen op, werpt ze van de trappen enz. Ook nu weer woeste rennen en schietpartijen tusschen Amerikanen en Mexicanen. Het eind is dat Eddie Polo en Liberty met een vliegmachine gered worden. Als 2de hoofdnummer gaat t „Donna Carnien, of de bende van het Uilen- nest"* Fred Barlow is een jong million- nair; om hét mejsje zijner keuze te ver overen, gaat hij een malle weddenschap aan, n.l. in zekeren tijd een reis om de wereld te maken, zonder een cent op zak, zonder zelfs bij zijn vertrek kleeren te mogen dragen. Hoe hij eerst aan klee ren komt, ziet men op de film; bij hel bemachtigen van een jas komt hij in moeilijkheden. In de voering van dien jas is n.l* een testament verborgen* Wat al avonturen hij daardoor beleeft, is enorm. Het blijkt echter dat Fred iemand is die zijn mannetje wel slaat en voor geen klein geruchtje vervaard ■5. Menige vechtpartij kan men aan schouwen. Deze week eindigt de serie met de gevangenschap van Fred en Donna Carmen bij den rooverhoofdman „De Uil". De xoovers staan op het punt hem dood te schieten, wat natuur lijk niet gebeurt. Het geheel vormt een mooi programma. Muziek en explicatie uitstekend. A_s. Dinsdag als hoofdnummer „Ma dame Recamier". De heer Van Heel, de explicateur van dit theater, zal dan ook een hypnotische séance geven. In ed Vereenlglntg. In de groote zaai van de „Vereeni- ging" genoot Vrijdagavond eesn flink aantal bezoekers van de mooie Dui- zervl-en-óén-nacht-film „De SuHttne der Liefde", waarover In ons blad reeds uitvoerig en prijzend geschreven is. Vooraf gingen eenige zeer mooie gekleurde lichtbeelden uit het verre Oosten en een grappige Fransohc- film. waarin oen onder do plak zit tend echtgenoot de hoofdrol vervulde. Men kan de Sultane nog bewonde ren tot Woensdag en zal zich zeker de kennismaking niet beklagen. R.K. VF.PEEN1GING VOOR GROO TE GEZINNEN. In de groote zaal van St. Buy 0 hield de Haarlenische R.K. vereemging voor groote gezin nen Vrijdag een propaganda-avond. die druk bezocht was on geleid werd door den voorzitter nir. J. N. J. E. Hoorkems Thijssen. Mr.Hearkens Thijssen sprak eon kort openingswoord, waarin betoogd werd, welk een zegen is gelegen in een groot geiin, al brengt dat dan ook zorgen mede. Na dan de vergadering met den Christel ijken groet te hebben geopend, gaf spreker- het woord aan den spreker van den avand tot het houden van een propagandared>\ In deze rede werd de vraag onder de oogen gezien; waarom de groote gezinnen? In de eerste plaats omdat God het wil, zei Je spr. In de tweede pla&ie om de vrouwmoeder, het middelpunt van elk gezin. In de derde plaats omdat de tegenpartij atheist is. Godiastenaar, en een leer verkon digt, die rooit leidein tot onheil der maatschappij. Indien men een wereld zonder God wil hebben, dan kan geluk nimmer des menschen dect zijn, dan is geen menschelijke samenleving, geen in standhouding der maatschappelijke orde mogelijk. Zndeir God alleen do wet van het ge- not en de weelde. Zonder Hem be handelt men elkander niet als mede- menschen, maar als doodsvijanden. Indien men God niet aanneemt als ANNIE'S VERJAARDAGEN. De e eiste twee of drie beteekendeo mete in haar jong leven. Toen begon rij ze op te merken. Daarna begon rij ze te vieren. Daarna vierde rij ze niet- alleen, maar vertelde iedereen ervan. Toen besloot zij dat het wijzer was, ze alleen maar op te merken. Daarna begon zij te wenschen, dat rij ze niet opgemerkt had. Daarna deed zij of ze niet beston den. Tenslotte ontkende rij ze. Maar er zijn altijd nog wel harte lijke vrienden, die er haar aan helpen herinneren en het totaal voor haar bijhouden. GEWOONTEN VERANDEREN. Een aoteur van een filmonderrio- mirig werd door den regisseur aange wezen om in een sofcne met een leeuw op te treden. ..Ga iii hier ln bed liggen," beval de regisseur, „dan leggen wij den leeuw naast je. Dan kan een grappig toon eelt je worden." „Met een leeuw samen in een bed schreeuwde de acteur. „Neen. me neer, dat doe ik niet. Dan vraag ik op siaanden voet ontslag." „Maar", protesteerde de ander, „deze leeuw zal je geen kwaad doen. Hij is met melk groot gebracht." ,.Ja^ ik ook," was het antwoord. „Maar ik eet nu vleeech." ulleenheerscher va; het Heelal, dan b'ij't niets van de beschaving over. Spr. concludeerde, dat groote go- zinnen noodzakelijk zijn en dat 'n kin derbeperking met geoorloofd is. wil men den wil van God nakomen en de maatschappij eteik doen zijn door d« handhaving van Gods wetten. Het ie etp core vader cn moeder over zeer vele kindoren te zijn. oindnt God het wil en om de maatschappij in stand te kunnen houden. Ten slotte deed spr. opmerken, dat het ver- eenigd zijn in een vereenlging als deze sterkte geeft tegen den vloedgoll van onge'oof, die zich in het neo- malthuslanlsme openbaart. Op de rede van den spreker volgde een krachtig applaus. De voorzitter bracht den spr. dank voor de gloed volle taal, waarmede hij hen mooie van de veneeniging heeft uiteengezet. Na do pauze, waarin weder eenigen ti Is lid tot de vereenigin.g toetraden, vergastte mej. Louise Wijngaarden, le violiste van het concertgebouw orkest te Amsterdam, de aan-.vezïa-en óp heerlijk vioolspel en zong mej. Rie van Liemt een drietal liederen, waarbij opnieuw haar schoon stem geluid tot uiting kwam. De piano begeleiding werd door mej. Annie Seveke goed verzorgd. PERSON A LIA Voor benoeming van een leeraar in ae Nederiandschc taal en letter kunde aan de Hoogere Burgerschool 5-j. c. te Arnhem wordt door B. en W. aanbevolen de heer J. C. de Joo- dc to Haarlem. Uit de tastMen IJMUIDEN* Ned. Herv. Kerk. Op het drietal voor predikant bij de N'ed, Herv. Kerk »c IJmuiden zijn geplaatst: ds. H. E. Beker, te Gorsselds. P. A, i Tichelaar, te Beilcn en ds. G. W. Ober man, te Bovensniilde. SÜHOTEN. Gcvoiii.tn voorworpen. - Terug te bekomen by: J. Veen Inga, Oranje boomstraat S3 d, «en «lameshariuiasely-.F d* N'ijs, G«n. Both&s treat 87, «cn po-; duif; J. Nijbolt, Reitzstr. 81, een rozen kruis; W. BicEmeijer, God. Sébalkbargcr gruobt 117, een steekbeitelM. Bosnia, Ver- gierden weg 28, een portemoiuiaie met in houd; P. Spijker, Dr. Leytlsstnut -34, oen ijveren gewicht; M. Egger*. Gen. Cronjé straal 117, een koralen halsketting; B. v. Veen, Gen. Creojéstra&t 11, «en heeren- Y0«; J. Boom-, Javastraat 10, kota len halsketting; B. Termeer. Velserstraat 12. een jKtrteinonnaie met inhoud; H. I'lanjer, Javasiraai 45. een zilrreen .um- bandje; F. Orauwclman, Kritznngorsirnnt S3, een zijden das; A. Prent, Ged. Sch ui;- burgergT. 1, «enige sleutels; W. Keesmoot, Dr. Leydsstraat 18, een rozenkrans. Aan hel politiebureau een rozenkrans. EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE. Op kransuAouden is het gesprek ge woonlijk algemeen, maar den la&tsten koer, bij mij aan huis, waren dc dtu mes zoo vervuld van de heifsi- en wintermodes, dat liet onmogelijk bleek, een verstandig woord u zoggen. Ik weet niet precies meer, waarover zij zich zoo warm maakten: of in Parijs de japonnen kort of lang vet deu godrugen, muur dat de ge- «prekktn daarover lang duurden, is zeker en zoo kwamen wij mannen op liet 011 dei werp sigaren, waarvan de doctoren zeggen, dat zij het hart be- nadeuleai, maar die dan toch het saaiste mannenhart, wil ik muur zeg gen, sneller doen kloppen. De kans, dul de zoogenaamde bandea'olle-wet, Laatste misbaksel van het departe ment van financiën, zoodanig wordt veranderd, dat ze zich zelf niet meer hei kent, stemde ons tot dankbaarheid jegens Minister de Goer, die eenpa rig als een man \an bekwaamheid word geprezen. Neef Wouter, die al tijd roet in 't eton gooien moet, was het daajuice natuurlijk wear niet eens. „De gelukkigste periode van e«n Minister van financiën zei hij, „is het eerste kwartaal van zijn op treden, dan verbetert hij namelijk de •fouten van zijn voorganger, \oor zoo zoover ze nog geen wet geworden en dus nog niet onherstelbaar zijn; daar na gaat hij een half jaar latig zitten bloeden op eigen eieren en als die uitkomen, roept iedereen: „wat zijn ial voor misvormde kuikens!" en vjndt lieau net zoo slecht als zijn voorganger En toen wij daartegen protesteerden, voegde Wouter er kt ach tig aan toe: „een deurwaarder, een eleelrische piano en een minister van linancieti zijn veroordeeld om het leven zonder vrienden door te gaaoi". Dut is 11 u altijd zoo ongelukkig in Wouter: hij is zoo zwartgallig van opvatting. E11 onze vriend llupetra, anders werkelijk een brave kerel, lijdt aan een andere fout: hij neemt uit een betoog één woord eai gaat uaurop dooi-, zoodat je opeens een heel ander onderworp te pakken hebt, zonder te weten hoe, Ais wij hem op onze kransavondem niet stuiten, dan gaat het gesprok ,acliterctinvolg(i[is laat ik maai- zeggen over de slrautbe- Iastïng en de Eskimo's (omdat die geen straatbelasting kennen) en over de ix-irciding van dierlijk vet (waar mee de Eskimo's zich immers insme ren) en over vermageringskuren (de lezen- bespeurt zelf den overgang en over den prijs van kieereu op- maal, omdat Hupstra magerder ge worden is en ziju pakken moest laten innemen. Na zoo'n krnilsavond, als wij Hupstra niet hebben kunnen tem men, zijn de meestcn van ons ver moeid, zelfs kunnen sommigen er niet van slapen. Het is allemaal goed en wel, om te spreken van vlug be grip c-n algemeene ontwikkeling, maar als je aan den verkeerden kant van de vijftig gekomen bent., geldt de spreuk: „behandel je gedachten met zachtheid, spaar je hersenkronkols". Hupstra spr o tig dus weer van. den nieuwen Ministdv van financiën op si garen en van de sigaren op zijn vriend Janmuntui, G. 11. Jann«nan Rzn., een oud-Indischman, die for tuin gemaakt schijnt te hebben in den handel in gopersto tabaksstelen. Mij Ls het goed, van die tubakssk-len bedoel ik, maar dc nua£i van dien heer maakt mij altijd een beetje krie belig etn als hij dan over dien Janne- uian nog onbeduidende dingen ver telt, is het heelemaal niet te harden. Jantieaian zat dan in de stoomtram naai- Velsen en werd aan de bordjes gewaar, dat hij er niet rooken mocht, behalve op de bnlcons en wie gaat er au op het bal con van een stoomtram staan! Janneman niet die had een vriend gehad an deze vriend had twee uur lang op zoo n balkon gestaan en toen hij er afstapte, was zijn milt gaan zitten op de plaats van zijn le ver, wat hij nooit te boven gekomen was. Dit is nu do verhaaltrant van Hupstra en wij vreesden allemaal, dat hij een verhandeling zou gaan hou den over lovers en milten, toe>n liij gelukkig weer terugkeerde tot zijn vriend Janneman, die in de stoom tram zat. „Er mocht dan al niet ge rookt worden", had de tabakasteler verteld (ik bedoel natuurlijk den han delaar in tabakssteJem) maar des al- niettemtn en oyonwel nochtans was de atmosfeer er buitengewoon slecht. Geen enkel raampje stond er open. „Conducteur", had hij gevraagd, „kan hier niets open?" „Jawel me neer", zoi de conducteur, „maar al leen met een sleutel em die liel) ik op 't oogeiiiblUt kasuwed niet Ln mijn zak". Janneman had daarover wat zittui brommen en zei, dat hij de di rectie er over schrijven zon, want, verbeeld je, de deur van den voor sten wagen was opengezet en daar door kwam de leeiijkc rook van de machine naai' binnen, alleen omdat do conducteur den sleutel vergeten had. Waar dit gezeur van Janneman (hu, wat een naam!) ons onder de leiding van Hupstra nog had kunnen he nvt. ren, is niet te zeggen. Gelukkig bracht Hopma met een handigen zwaai het gesprek op den eenmans- wagen, die Donderdag voor liet eerst op ile lijn Station-Overveem geloopen heeft. Natuurlijk had Hopma den eer sten rit meegemaakt. Zoo is hij: over al met zijn neus bij, als haantje de voorste. Wie was het eerst na de ope ning in 't bassin van Stoops Bad, ter wijl kij ternauwernood zwemmen kun? Hopma. Wie kum je altijd in een nieuwen taartjeswinkel vinden'.' Hop ma. Wie zal straks de eerste wozen, dio deftig binnenstapt 111 't nieu we poetkantoor? Ilopma. Reken maar van yes. 't ls een ziekte bij iiem ge worden, overal de eerste te zijn, ik geloof zeker, dat wanneer het gemeen tebestuur van Haarlem de doodstraf invoerde, hij het eelst op do Groote Markt zou willen hangen, ,,'t Zal jo nog slocibt vergaan", heb ik hem wel gezegd, maar hij bepveert. d t. 111 af gunstig ben. Afgunstig? W as ik inder tijd met de oersto, die ongelukkig spe culeerde in marken en was ik inder tijd niet de eerste, die bij do aordap- pelrelletjee van de marechaussee een sabelslag op mijn schouder kreeg, wa-.ii' ik drie dagen krom van geloo p-en heb (omdat Ik nuar den zin van dc heeren niet gauw genoeg uit den weg ging!) Zou ik dun Hopma Iets te benijden hebben? Maar om tot den eenmanswagen te rug te keeren: Hopma was vol bewon dering voor den bestuurder, die tege lijk conducteur moet wezen, opletten of er menschen in en uit willen stap pen, klctiie kindertjes in en oude menschen uit den wagen helpen. IIij vond het lijfsloopend, „want zei hij deftig, „e'ën mensch gaat maar één gang Wouter kon dat gevoelen niet deeicn. „De lijn Station-Overween", zoi hij, „heeft geen passagiers, de be stuur du- kan dus volstaan met zijn goeie voornemens en 't zal niet lai:g duren, oi bij meid; zich bij de di rectie aan, om overplaatsing, omdat liij niet langer in eenzaamheid wenscht te le-.en. „Moet ik zal iuj zeggen, „;p dien eenmanswagen de eenige man zijn en blijven'? Vroeger had 11; ten minste nog een aansprakie aan den conducteur. Voor kluizenaar heen my» moeder mij niet opge bracht". De utuiies hooiden hier het woord moeder en mengden zich in 't ge sprek.- te waren liet er namelijk 1.11 slotte over een6 geworden, dat de Pa- rijsche japonnen dezen winter niet meer zoo heel kort, maar toch ook nog niet zoo hooi lang zouden worden, dus laat or.s 7-cggen halflang zouden zijn. „Praten jelui", zei Suze Hopma, „over conducteurs, die meteen con tramwagon besturen'? Pali, wat ia dat nog, vergeleken bij wat een huis vrouw doet? Die is tegelijk vrouw, moeder, als ze geen hulp lieeft keu kenmeid, verder engel van gcedhc;u in hour gezin, assistent bij de som men vat» Rietje en de aardrijkskunde les van Blaartje, badvrouw voor Suus op Zaterdagmiddag, penning meester.® van de huishouding, p... culicre secreturas van haar man als er uan de familie moet worden ge 6chrcvtn „Hou op", zet Hopma, „ik begin in te zien, dat ik je nooit genoeg ge- ■woardcvjd bei/'. Hupstra probeei de grappig te zijn, maar t lukte licm niet. „Ik heb ge hoord van iemand zei hij. die vier dingen deed in tien seconden, toen hij lang.v oen landhuis kwam, waar de serre openstond. Hij nam de om geving op, een sprong, een horloge weg en de vlucht". „Een vriend van je?" vroeg Wou ter. M.iar zonder op jyitwoord te wachten, vertelde hij van iemand, die nog veel knapper was, dan alle an dere menschen bij elkaar. Die woon de tn Potsdam, was tegelijk opper ste oorlogsheer, connms voyageur in Duitsohe belangen, gepunteerde vuist, componist, teefcenaar en redenaar. Dat is nog wat anders, dan een een- manswagen. Maar hij hee-ft het niet kunnen volhouden. Vermoeid van al die veelzijdigheid, woont hij nu als rentenier in Doorn". „Liever limonade", zei tante Koos- je op eens hardop U-gen mijn vrouw, want Koos houdt nut van politiek. Do rampzalige Hupstra wist niet he ter te doen, dan te zeggen, „onlangs kreeg ik een heerlijke limonade bij mijn vriend Janneman maar toen werd liet me te machtig. „Hou op", zei ik, „met Janneman, anders doe ik verhalen van mijn vriend Broekeman en Ik vraag aan Hopma, of hij nog eems vertollen wil over zijn vriend Leuterkous Hupstra koek. kwaad als een spin en wie weet, wat er gebeurd zou zijn, wanneer mijn vrouw, niet op het zelfde oogonblik de vrienden had uil- genoodigd tot een partijtje whist, „omdat we er den heelem zomer niets aan gedaan hebben Zoo werd het go va ar afgewend, maar het beeld van Janneman vergezelde mij tot in mijn droomen, want ik kroeg een nacht merrie, waarin die vreesdijke man mij een sigaar voorhield, gemaakt van tabakssielen en die smaakte naar den rook van een stoomtramlocomo- tlef. Nog een halfuur nadut ik wak ker werd. had ik cr den «na;, van in mijn mond! Er is al lang een strijd gaande over de vraag, of een doctor in do heide rechten moet voortgaan zich to schrijven Mr. (magister) of Dr. zoo als het eigenlijk toch behoort te we- zen. Wouter beweert, dat onze krans daar niets mee te maken heelt, om- dut e1" geen enkele doctor of magister in is, maar dat ben ik niet met hem ©ons en nu de Hooge Raad op een aanbeveling al de heeren Dr. noemt, due den meestertitel wog wil hebben, vrees ik, dat de verwarring nog groo ter zal worden, dan die nu al is. Stel je bent op reis en loopt laat ons zeggen ln Groningen met een zeeren duim. Je kent de menschen niet en loopt dus te zoeken naar een deur, waarop doctor staat. Eindelijk heb je er een gevonden, Je belt aan, vraagt of de doctor thuis is, wordt ln een kamer griatcn met tiea kaarten aan den wand en zes aardglobes op d® tafels; de heer des huizes komt. je laat heira je zeeren duim zien en hij zegt: „neem mij niet kwalijk, maar ik ben dx'tor ln de aardrijkskunde. Als ik u soms dienen kan me» een lijst van de rivieren in Rusland Je neemt de vlucht, komt terecht bij een tweeden doctor, wiens kamer vol staat met kolven, balansen en rea geerbuisjes en die bij 'Lzieti van jc roe ren duim, teai antwoord geeft: „ik ben doctor in de chemie, als ik u een gouoegen kan doen piet, een aard e kleine ontploffing..." Jo brengt jo duim eon etruut verder, bij een der den doctor, die een kamer heeft vol groote boekenkasten en er aan twij felt, of hij jc zeeren duim genezen kan, omdat hij doctor is bi oude ta len, maar je graag wat afleiding van de pijn wil govon door je voor te le zen wat er pas in 't Assyrisch gevon den is in een aarcophaag van wel drieduizend jaar oud Opnieuw keer jo ook hem den rug toe cn be landt bij een doctor in de tandheel kunde, die zegt „aan zeere duimen waag ik me niet, muur ik zk- een paan* kiezen in uw mond, die cr 1100- dig uitmoeten als dat u aange naam wezen kun Hier vlucht je met extra snelheid, om waarom pel ten slotte bij een vijfden doctor te recht te komen, d;e oen kamer vol dikke wetboeken liee(t en je verze kert: „jurisprudentie over een zeeten duim, daumus dolorus, ken ik niet, ra aar voor 't geval, dat u ©en prettig langdurig procesje wil voeren over uw door een liartelcozon buurman doodgeschoten kat Neen, Ik behoor niet tot degenen, die vinden dat wij te weinig dragers van don titel „doctor hebben. Eer te vod. En als nu de „Meesters" ook al „Doctor" gaan heeten, dan heb ban wij nóg meer moeite om in vreemde iteden onze zeere duimen aan den man te brengen, aan den rechten man, bodocl tic, op dc rechte plaats. F1DELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1921 | | pagina 5