Biiiienlankii Overzicht HAARLEM'S DAGBLAD OM ONS HEEN Rubriek, voor Vrouwen. DIWSDAG 7 MAART 1922 TWEEDE BLAD No. 3017 Begraven Fakirs. iDdl.chs loocbsltoeren Delesge plaat levend bjgrm»faklri PiSr-itn tü ïfriiaring Hst bllakscda potlood. Onlangs heeft een fakir, die te Am- Sterdam voorstellingen geven zou, op het platte dak van ©en bazar voor ge- noodigden, ach onder zand laten be graven en in dat geïmproviseerde graf enigen tijd doorgebracht, waarna hij weer frisch en monter te voorschijn kwam. Er is natuurlijk geen reden, om te veronderstellen, dat de man het eeno of andere kunstje toepaste, waar op do aanwezigen niet voorbereid waren, ofschoon knappe goochelaars ons wel gewend hebben aan de listig heden van hun trucs en aan de ont stellende onmacht van ons og. Ieder die in Indié geweest is, kent hunne bekwaamheid in liet snel laten groeien van planten en vruchten, a lcen ver borgen onder een witten doek, terwijl mon zeggen zou, dat zij onmogelijk een goochelkunst kunnen toepassen, omdat zij hunne vertooning geven in een kring van belangstellenden, die hen op de vingers zien en alleen ge kleed zijn met een lendendoek, die niet toelaat iets weg te stoppen, dat voor do toeren moet dienen. En toch herinner ik mij het ver haal van twee sceptisch gestemde Europeanen, die bij zoo'n gelegenheid stilletjes hun kodak meenamen; de goochelaar had aangekondigd, dat hij een los touw in de lucht zou wer pen, dat zijn kleine helper daarin klimmen en aan het bovenste uitein de gekomen, plotseling verdwijnen zou. Aldus geschiedde. Een van de Europeanen keek scherp toe, zag 1' de toer volkomen naar de voorspel ling volbracht werd; intusschen nam de andere de photo, maar toen de plaat ontwikkeld werd, bevatte ij niets: geen touw, geen naar boven klimmende jongen, niets. Was de goo chelaar alleen maar een uiterst be kwaam hypnotiseur geweest, die aan de toeschouwers had weten te sugge- reereu wat in werkelijkheid niet ge beurde? Dit zou op zichzelf al buiten gewoon knap zijn, maar natuurlijk niet in strijd met de wetten der na tuur, of wat wij daarvoor houden, zooais tlo klimpartij in een los om hoog geworpen touw zou zijn ge weest. Dat onze gave tot opmerken zeer gebrekkig is, hebben wij nu langza merhand wel ervaren. Waarschijnlijk Is dat minder aan do constructie van ons oog te wijten, dan aan de inspan ning, die het ons kost, om onze aan dacht geheel en al op één. punt, op één gebeurtenis te coaioentreeren. De weinige menschen, die dat kunnen doen (of moet ik zeggen: de kracht be zitten om zichzelf daartoe te noodza ken) zijn juist diegenen, die in het le ven op verschillend gebied groote din gen weten te bereiken, omdat bi;na allo menschen toelaten, dat hun ge dachten tegelijkertijd dwalen over verschillende onderwerpen, zocdat hun herseninspanning slechts tot ge brekkige resultaten leidt. Maar laat ons terugkeeren tot de begraven fakirs. Dr. Karl du Prei zegt in zijn Studiën, dat een Duitsche medicus, die arts is geweest aan de hoven van Indische vorsten, in zijn boek „Früchte aus dem Morgenlan- dc" over hun ver mogen om zich te laten begraven en daarna levend weer te voorschijn te komen merkwaardige dingen verteld heeft. Honigbergcr was naar Duitschland geweest en keerde weer naar Lahore (Britsch Indie) te rug, waar hij generaal Ventura ont moette, die hem vertelde, wat er in zijn afwezigheid met den fakir Hari- das gebeurd was. Een Indisch vorst had dezen, met zijn geheele instem ming, laten begraven. Hij werd in tegenwoordigheid van den vorst en de rijksgrooten genaaid in het linnen, waarop hij gezeten had, deze zak in een kist gelegd, waaraan de vorst zelf een slot hing. De kist werd daar op begraven in den tuin van een der ministers, buiten de stad, over het graf werd gerst gezaaid, er om heen een muur gemetseld an bij het graf plaatste men wachtposten, die gere geld werden afgelost. Veertig dagen na de begrafenis werd de kist weer opgegraven, in tegenwoordigheid v:> don vorst en zijn ministers, generaal Ventura t-n eenige Engelschen: de fakir lag er koud en stijf in. Daarop werd het hoofd verwarmd, lucht in den mond geblazen en het lichaam ge wreven, waarna de fakir weer in het leven terugkeerde. Ilonigborg^r maakt van nog meer gevallen melding, o.a. van een, waar bij de inlandsche vorst, die de proef neming bevolen had, in den tusschen- tijd tweemaal onverwachts de kist li opgraiven en openmaken en daarbij telken» den fakir aantrof in de hou ding, waarin men hem begraven ha Blijkbaar was deze gefodedetr, Hun- jeet Singh, vorst van Lahore, ten op zichte van zulke proefnemingen zeer wan trouwend. Natuurlijk zijn er van het stand punt der Europeesche wetenschap verklaringen beproefd. Du Prei zegt o.a. dat reeds ia den Dab is tan, oen werk over'de godsdienstige cectén i. Indié, gesproken wordt over men schen, die uren, dagen en weken den adem inhouden kunnen. James Braid, de Engelsche chirurg, die vrij alge meen erkend wordt als de ontdekker van het hypnotisme, wijst in een van zijn geschriften op net voorkomen van den eigenaordigen toestand van het menschelijk lichaam, die „schijn dood" genoemd wordt evenwel, t; deze mmder toepasselijk op het be- graven van fakirs, omdat de schijn dood hoogst zelden voorkomt en bo vendien niet opzettelijk veroorzaakt wordt. Tevens gewaagt hij van den winterslaap van verschillende dieren, maar ook deze is geheel anders, om dat die toestand van bewusteloosheid van natnr,» behoort bij deze die ren, dus niet aangeleerd of geoefend is, terwijl er bovendien nog ecn gro u verschil bestaat tusschen den beer in wiens hol altijd de buitenlucht nog kan toetreden on het totaal gesloten graf van den fakir. De fakirs zelf 2eggen, dat er voor dit levend laten begraven een langdu rige voorbereiding noodig is. Eigenaardig is het, dat de Brah manen, een orde, waarvan deze fa kirs laagstaande leden zijn, met min achting neerzien op deze practijken van begraven, die zij onwaardige kunstjes noemen. Prof. Prijer, die juistheid van deze begrafenisgevalien ambtelijk geconstateerd acht, wil de verklaring hierin zoeken, dat er tus schen leven en docd, nog een derde toestand zou bestaan, die van a n a- b i o s e (levenloosheid) welke, in le ven kan veranderd worden. Hij her innert daarbij aan de omstandigheid, dat er dieretn zijn, die zonder adem te halen ter neer liggen met een uiterst geringen hartslag, een toestand waarin men ze zelfs onder water of in gevaarlijke gassen kan leggen. „Ook heelt men reeds vaak", zegt du Prei, „in gesteenten dieren aang. troffen, padden bijvoorbeeld, die naar be trouwbare berekeningen daar eeuwen latog in gesluimerd moestem hebben, dioch bevrijd weer tot het leven ont waakten". Men gewaagt ook van verschijnselen in cle dieren- en plantenwereld. Zand korrels uit Romeins che, Egyptische en Peruaansche graven zijn weer gezaaid en nieuw opgekomen zaad kan dus, zoo concludeert du Prei, duizende ja ren zijn kiemkraeht behouden. Men heeft verder totaal iui elkaar gedroog de en bevroren georganiseerde we zens door-toevoer van water of van warmte weer in het leven teruggeroe pen. Henry Backer zag er na 27 jaar door vochtig maken weer opleven en Spallanzami maakte dezelfde rotlferen elfmaal levenloos door indroging on liet ze weer opleven door ze vochtig to maken. En hij gebruikte daartoe het boerdiertje, dat zenuwen, spiereu en oogen heeft en dus reeds vrij hoog georganiseerd is. Met al deze vergelijkingen komt men natuurlijk niet tot de rechtstreek- sclio verklaring van wat de anabiose genoemd wordt, de tusschen vorm tus schen leven en dood, waarin dan de begraven fakirs zouden verkoeren. Du Prei doet een poging de zaak te belichten uit hypnotisme en somnam bulisme. Volgens Berniur wordt bij de Brahmanen dikwijls gebruik gemaakt, van do willekeurige extase, dat wil zeggen van een door zelf-suggestie toegepast somnambulisme. Als een middel daartoe, dat al duizendje jaren bekend moet zijn, wordt opgegeven het strak kijken naar het topje van den eigen neus, terwijl men inmiddels den adem inhoudt. In de wachtka mers van onze Europeesche artsen, die hun patiënten met hypnose en suggestie trachten te genezen, kan men iets dergelijks opmerken, zonder het inhouden van den adem. Ik herin ner mij heel goed, dat toen ik meer dan dertig jaar geleden behoorde tot de patiënten van Dr. Frederik van Eeden, die luen de psycho-therapie beoefende, mij meermalen als ik wach ten moest, een gewoon potlood met een glimmende stalen punt gegeven werd, met opdracht die zoo sterk mo gelijk te fixeeren. De bedoeling was, ons patientesn daarbij als 't ware voor fo bcrefden tot den toestand van hyp nose, waarin wij straks door den be handel enden modieus gebracht zouden worden. Dit eenvoudige hulpmiddel miste dan ook zijn uitwerking niet. In hoeverre nu deze hypnotische toestand zou kunnen leiden tot een tijdelijke bewusteloosheid van uren, dagen of weken, is zeker een geheel andere zaak. Stellig een, die dient te worden overgelaten aan wetenschap pelijke onderzoekers, bekend met dej groote gevaren. Voor hun eigen vei ligheid behooren leeken zich daarvan evenzeer te ontliouden; als van het spelen met de messen van den chirurg, waarvan zij de scherpte niet beseffen. Er ie ook alle redem om ons af te vragen, waartoe, buiten 'dé kringen der geleerden, proefnemingen dienen, waarvan men de beteekenis der resul taten (zoo zij die hadden) niet zou kunnen overzien of beoordeel en. Deze andorzoekingen beliooren te geschie den enkel en alleen om nieuwe na tuurwetten te ontdekken, niet om er kunstjes mee uit te halen. Alleen dus op do wijze, zooals Newton, Marconi, Edison en anderen studeerden. En uit dit oogpunt bezien is de af keer der Brahmanen van hun lagere klassegenooten, die zich laten begra ven voor geld, logisch en verklaar baar. J. C. P. DE MODERNE HUISKAMER. Do nleuwa Inrichting in het oudere hols. Raambedek- king. het gezellige bookjo. bloemen. Nu het voorjaar zjjn glorieuion intocht weer heeft gedaan, niettegenstaande som bere luchten cn aanhoudende regenbuien, beginnen wjj ook woor te denken over de nieuwe dingen, die ons huis zoo noodig heeft, en nienigo huisvrouw, die oan ver huizen gaat denken, moet eeo kamer zelfs geheel nieuw inrichten. En als er <lan toch nieuw moet worden aangeschaft, is bet veel aardiger om het wat modern te doen. Nu ia bet niet moeilijk, om een nieuw huis een aardig aanzien to geven mot moderne meubeltjee. Do lago kamers lecnon zich by uitstek voor c donker- gobeitste voorwerpen erin ra de kleine ramen zjjn voldoende bedekt door de vToolyke, katoenen gordyntjes. Maar ook in een minder ruodern huis kan dezo nieuwo inrichting heel good ge bruikt wordon, wanneer niatir enkele din gen als al te ongeschikt eruit verbannen worden. Door de moderne huizenbouwer wordt nogal to veldo getrokken togon de witto vitrages, en cr is veel van waar dit eigenlyk een koude en stugge nui is, om mogelijke onbescheiden blikken te weren. Vooral wanneer zy dan nog heelo maul dichtgetrokken zyn ook, ziet het huis er niets vriendelijk uit van buiten. Nu is het echter wel moeilijk om by do groote ramen, die nog in Je oudore hui zen zijn, deze witte vitrage te verbannen, want.dan wordt hot wel wat aV to gemak kelijk om naar binnen te zien en wordt het werken daarbi'nnon onrnstig. By do veel kleinere ramen in do moder ne hulzen is do bedekking gemakkelijk genoeg: eenige potten met roodo geia- niums op do vensterbanken, sluiten de buitenwereld voldocndo ut en do v roodo bloemen goven daarbij nog iots fleurigs in huis. Vooral wanueer de ra uit kloiuo ruitjes bustaau, zjju die gera niums zeer gezellig, en oen paar o\ c-r- gordijnen, die tot do vensterbank reiken, sluiten 's avonds voldoende do donkere werold buiten. io overgordijntjos zjjn ook meestal niet moor van de een of andere meubel stof, maar vaa cretonne of rips-stof. Willon wy dus hot oudqro huis wat mo- dorn inrichten, dan zal er toch begonnen mooten worden mot de ramen als vanouds bckleoden, ook al reiken do overgor dijnen dan niet heolmanl tot den grond. Want waarvoor zouden wy die overbo dige lajipen nog nomenf Do kamer zelf kan echter wel gezol- lig-modem worden ingericht, en dan is zeker wel een van de oorsto aantrekke lijkheden do boekenplank boven oen bank in don hoek. Dozo plank wordt iu do kleur der meubelen gebeitst en in een hook eon eindjo langs beide muren opgo- hangen vlak hieronder wordt do een of andere aardigo dook ojigehangen ou oen eenvoudige houten bank, die eveneens in oen rechten hoek staat voltooit het geheel. Is do doek nog al bont, dan worden er tamelijk eenvoudig geklourdo kussens op do bank gelegd, maar is do doek stil van kleur, dan kun- •n do kussens wel fel afstoken in tinten. Het moderne huis kenmerkt zich in hoofdzaak door een zekere gozolligo non chalance, die echter ook welooiis voor slordigheid wordt aangezien. Mot die non chalance bedoelen wy echter wat anders: in oudcro huishoudens heeft bijvoorbeeld de pendule mot coupes op den schoorsteen mantel een burgerrecht verkregen, dat oor velen onafscheidelijk verwant ïb niet het begrip van het oudorljjk huis, mnar in oen modern, jong huishoudeu, doet dat toch niet aardig meer aan; hier verwach ten wij wat nieuwers. Precies zoo is het het ook met do ouderwetsehe boekenkas ten, waarin do mooie bandjes achter glas oen ryk bezit vormden. Do moderne boe kenplank echter stoort zich hier uiet aan: genoegelijk door elkaar staan daar do bandjes iu verschillende kleur cn grootto naast elkaar, en zelfs een ingenaaid boek kan or best tusschen. Wy spraken echter over den schoor steenmantel, dio ook een moderne aan- kl ceding vraagt. Om te beginnen raag cr geen groote spiegel bovenhaagen, n oen klein, langwerpig of ovaal. Maar dio groote spiegels waren wel practiseh, omdat zy het gescheurde behang er achter verborgen, het behang dat door het bran den van de kachel zoo licht au den wand loslaat, bobbelt en eindelijk uvliourt. Ook daar is echter by de kleine spiegel wel raad op: een schoorsteendoek is toch misbaar, en waarom zouden wy dan niet oen flinke lap nemen, die bovenaan den wand wordt vastgemaakt en tot o-er den rand van den schoorsteenmantel loopt! Het spiegeltje komt hierboven te hangen en op den mantel zelf zetten we de klok, een enkel aardig, kleurig vaasje, een tin nen kandelaar of iets dergelijks. Tin leent zich trouwens by uitstek voor het moderne huis: de donker gebeitste meubelen en de veelkleurigheid van kus sens en dergelyke vormen een mooicn ach tergrond voor tin. Het dressoir bijvoor beeld krijgt er dadelijk een voornaam aan zien door, en zyn wy niet in het geluk kige bezit van zoo'n meubeltje, dan kan eeu gebeitst, eenvoudig kastje ex even goed dienst voor doen. Wy weten zelfs vaD jonge menschen, die er een ouderwetsehe bruidskist voor gebruikten, wat natuur lijk het nadeel had, dat de kist alleen gebruikt kon worden voor het bewaren van weinig gebruikte voorwerpen. Dat er in een moderne kamer gecz groote tafel mag zyn, lykt wel aardig, maar is toch te la.ig, want waar moeten wy dan met het schrijfwerk heen. Van do bankx die in een hoek staat, kan heel goed een gezellig hoekje met een kleine tafel worden gemaakt, en wanneer de schemerlamp op die plaats kan worden aangestoken, is dat een echt leuk hoekje om te gaan zitten naaien of lezen: wan neer do lamp maar een goede hoeveelheid licht geeft, behoeft het groote midden licht boven de tafel hoelemaal niet te branden. En dan is nog een vereischte voor het moderne huis, dat gelukkig mee overge komen is uit het oudere, ja zelfs miss* kien nog wel grooter is geworden: het zetten van bloemen waar het mogelijk is. „Te duur", noemen velen dat, maar waarom kunnen wy ons in het voorjaar niet ver heugen over zelfgeplante bollen, 's zo mers iu den overvloed van veld- en 6iiy- bloemeu, in het najaar ook over diezelfde, en in den winter, wanneer er geen bloe men moer zyn buiten, over een gember pot met de zoogenaamde lampions, die zoo'n zonnige kleur fibbbenl En als deze stoffig zyn geworden, kunnen wy oua toch nog wel wat andere aanschaffen. E. E. PEEREBOOM, Letteren en Kunst GQETHES GEBOORTEHUIS. President Ebea-t, aldus meldt de Vor- w&rts, hooft voor de restauratie en liet blijvend behoud van het geiboorte- Imiis-van Goetho le Frankfort, ©en bedrag van, 10.000 Mark ten- besdiMc- king gestold. VIRGÏNiE LOVEILING Na in- liojhtlaigeoi te bevoegden plaeY-so te hitibhon ingewonnen, lean de Ant- ,wc)rpsche -oqrrespondont van de Maasbode nader med©de*ile>n, dat Ivoor alanmeeremdé beric.hten inznfce den 'gieszo-raihe'iidistoeetaxid van de Vlaaimscha schrijfster Virgjlnie le veling, geen grond aanwezig ie. Wel is zij needs 86 Jaar oud, doch baar gestel blijft sterlk cm haai' geest is wakker en werkzaam. IN NEDERLAND NEDERLANDSCH. Dit geldt ook voor muziek en zang, al kan men het vreemde op dit gebied moei lijk weren, schrijft Neerlaudia, orgaan van het Algemeen Nederlandsch Verbond. Voor hot minst mag men den eisch stel len, dat aan Nederlandscho composities ook eeu plaats op do programma's worde ingeruimd. Een beschamend voorbeeld heeft do Rotterdamseko Koninklijke Or- kest-Vereeniging Symphonia, directeur Georg Ryken, gegeven. Do heer Tyssens, secretaris onzer nfdoeling Rotterdam en bibliothecaris van dezo Orkest- Vereeni- ging zond ons het programma van 6 Fe bruari j.l., dat uitsluitend Nederlandscho werken bevatto van Kerrebyu, Sohreu- der, Siej» eu Wagenaar. Hulde I Keik en School NED. HERV. KERK. Beroepen te Stavemsse, da. A. Feenstra, te Oudenhoorn. CHR. GEREFORMEERDE KEEK Bedankt voorl het beroep to Rozen burg ds. II. Sluiter te Assen— Smilde. NIEUWE ONRUST IN IERLAND. Lloyd Coor-go heeft een zware verkoudheid opgedaan i moest Maandag zijn kamer houden. Men verwacht, dat hij in den Joop van ceze wede nog naar zijn familie in Wales zal vertrekken om eenigen tijd rust to nemen. Wat de crisis In de Engelsche regeerlngsooalltle betreft, dezo schijnt nog niet geheel te zijn opgelost. Van verschillende zijden werd verzekerd, dat Lloyd George na de redevoeringen van Chamberlain en Wor- thington Evans, nog niet geheel over tuigd is ten volle op den steun van de conservatieven te kunnen rekenen en dat hij nog geen definitief besluit zou heb ben genomen omtrent zijn al of niet af treden. Dezelfde Londensche bladen, die Vrij dag j.l. verzekerden, dat het aftreden van den premier zoo goed als zeker was, verklaren thans, dat de zaak voorloo- pig is gesust en wel Zondagavond op een diner, door den lord-kanselier aan den premier te zijnen huize aangeboden, waaraan verschillende liberale en con servatieve ministers hebben deelgeno men. Daarentegen wordt nu door den poli- tieken medewerker van de JDaily Chro nicle", het liberale orgaan van Lloyd George, beweerd, dat de onverwachte te rugkeer van den premier van diens bui tengoed te Chequers naar Londen, op :n hoogst ernstïgen toestand duidt. Men verwacht thans belangrijke ver klaringen in een rede, welke heden, Dinsdag, door Balfour in de Londensche City Club zal worden gehouden. De „Press Association" meldt dat Balfour in zijn rede de kwestie van het al of niet aanblijven van Lloyd George zal bespreken. Inmiddels doen tal van geruchten de ronde. Ook wordt gezegd, dat Lloyd George door Balfour zou zijn overge haald, zijn aftreden nog uit te stellen a de oonferentie van Genua, terwijl Balfour den premier tevens zou hebben aangeraden om, met het oog op de vele •erkzaamlheden, welke die conferentie van hem zal eischen, eenigen tijd rust gaan nemen. Er wordt in dit verband op gewezen, dat de premier in het najaar zijn va- 'e, die hij in Schotland dacht door te brengen, moest onderbreken vanwege de Iersche kwestie en dat hij sinds dat oogenblik voortdurend hard heeft ge- ■erkt aan de verschillende binnen- en buitenlandsche vraagstukken. De liberale „Daily Chronicle' schrijft over de politieke crisis in En geland, dat er geen verdere wijziging m den toestand i8 ingetreden. Het is echter duidelijk, zegt het blad, dat het nadeel, dat aan de Coalitie is be rokkend, thans zoover is voortgeschre den, dat het door redevoeringen al leen niet meer kan worden hersteld. Het eenige middel om de oud0 een heid te herstellen zou zijn, de onto vredenen uit de conservatieve partij te zetten, maar dit ter zijde gelaten, waarvoor bovendien weinig kans be staat, kan de kwestie samengevat worden in de vraag: Zal er de een of andero regeling worden getroffen, welke de wond zal kunnen verzachten en de regeering in de gelegenheid stellen om aan net bewind te blijven tot na de behandeling der begroo ting in de conferentie van Genua, of is de knoop zoodanig, dat zij niet kan worden ontward en doorgesnedeu moet worden door het aftreden van Lloyd George? De beslissing zal ernstig zijn. Voot zoover er partybelangen zijn betrok ken, zou het den liheralen tot voor deel strekken, indien het aftreden spoedig plaats heeft, terwijl het voor de conservatieven gewenscht is, dat het aftreden wordt uitgesteld. Een krachtig argument voor uitstel is, dat niemand andera dan Lloyd George de Engelsche vredespolitiek te Genua kan voortzetten. De idee van Genua is een der grootste in onze geheelo geschiedenis en hoewel de conferen tie kan worden uitgesteld, is daarme de een ontzaglijk risico verbonden. Genua raakt de drie voornaamste vraagstukken der Engelsche politiek werkloosheid, financien en vrede. Iu dien Llovd George besluit heen te gaan, zalhet niet zijn wegens gebrek aan consideratie, hetzij ten opzichte van de vraagstukken, welke door het woord Genua worden aangeduid U9t- zij tegenover zijn conservatieve col lega's, die hem loyaal steunen, maat omdat hij van meening is, dat de zaak van persoonlijke vriendschap en zijn politieke trouw daardoor hot best Zul worden gediend. Wellicht kan het resultaat wordefl beslist door nog een andere overwe ging. Vooropgesteld, dat de onmid dellijke moeilijkheden zullen 'manen worden overwonnen en een breuk kan worden vermeden, bestaat er kans dat het uitstel meer dan oen uit stel zal het niet kunnen zijn nuttig kan worden besteed om opnieuw -le grondslagen te leggen voor een -artij- eenheid? Het is duidelijk, dat -.vcti enkele partij bij da komende verkie zingen een absolute meerderheid zal behalen. Kunnen wij ons daarom voor bereiden voor het nieuwe systeem van groepenregeering, welke noodzakelijk schijnt en ons kiesstelsel, dat, naar wordt toegegeven, onvoldoende is, te organiseeren, vraagt het blad. In dien daartoe eenige kans bestaat, zal uitstel nuttig kunnen zijn, Maar voo* uitstel zonder meer, dat tot niets an ders zou dienen dan tegemoet te ko men aan de nooden van het oogenblik, 'en wij geen afdoende reden. Reuter seint: In de wandelgangen van het Lagerhuis wordt van gezag hebbende zijde medegedeeld, dat de politieke crisis is geëindigd door de beslisisng van Lloyd Qeorge om aan 't bewind te blijven in verband met het dringende beroep der conserva tieve ministers. Da revoluttoonaJre be wa ging In Flume. die eenige dagen geleden begon, ia snel ln omvang toegenomen. De voor naamste bijzonderheden zijn reeds te legrafisch medegedeeld. Aan een uit voeriger overzicht in de Fransche bla den wordt nog ontleend, dat de te Fiume aanwezige politiemacht abso luut onvoldoende was om weerstand te bieden aan de fascisten, die onder de zwakke leiding van gouverneur Za- neiia in de stad hadden kunnen blij ven en die nooit ontwapend waren. In den nacht van Donderdag op Vrijdag maakten zij zich meester van het post kantoor en van alle openbare gebou wen. Daarna belegerden zij het regee- riii-gspaleis, waar een troep van vier honderd man van de garde van Fiu me een toevlucht hadden gezocht, die zich echter na een hevig gevecht, wuar bij van handgranaten een mitrailleu ses gebruik gemaakt werd, genood zaakt zagen zich over te geven. Na zich aldus meester te hebben ge maakt van de stad, dwongen de fas cisten Zanella om atf te treden cn het gezag over te dragen aan hel nationa le comité van verdediging. Daarna kreeg Zanella verlof om zich niet eeni ge van zijn medewerkers naar Bacari te begeven. Ht „comité van nationale verdedi ging" vaardigde vervolgens een pro clamatie uit, waarin oan de bevolking werd bekend gemaakt, flat na verwoe den strijd de voorloopige regeeiing wfis afgetreden, on hot comité thans het gezag had aanvaard. Het droeg daarbij het handhaven van do orde op aan de carabinièri en oan de konin klijke troepen en deed een beroep op dc Italiaansche regeering om zich met het bestuur van do stad Fiuime to be lasten, door liet zenden van een offi- ck-el en vertegenwoordiger. De fascisten werden bij hun staats greep ijverig geholpen door den afge vaardigde voor Triëet. Mr. Giunta, een FJorentijnsche advocaat, die zich te Abazizia had weten meester te m.i- keu varn een bewapend wrkennings- vaartuig van de Italiaan ache marine. Met dat vaartuig had hij zich naar Fiume hegeven, waar het echter door Italiaansche torpedolxxiten werd inge rekend. Omtrent de houding van d'Annun- aio in deze aangelegenheidi doc-It do correspondent van het „Journal des Döbats" to Rome mede. dat de dich- ter-patriot, door de ioidtórs der bewe ging op de höOffle was g-istold van de plannen en dat hij aelfa de uitvoering daarvan had ontraden. Volgens hen» moest men niet op gemaakte overeen komsten terugkomen, maar de fascis ten kopan i¥»ir hem tot and ai- inzicht to brengen. AL D'Annunzio bij zijn hou dine mocht blijven volharden, zouden de nationalisten te Fiume rtoh willen wenden tot Museolino, hoewel deze al te kennen heeft gegeven dat zijn aan wezigheid tlians te Rome noodaiikelijk is, waar deze nationalistische bewe ging zijn terugslag in parlementaire kringen Boet gevoelen. Men maakt zich daar wel wat ongerust over het geval, omdat man bedenkt, dat F mme een vrijstaat ia en dus het recht heeft over zijn eigen lot te beoclrikkenzon der tuecbenkomst van anderen, maar tevens meent men, dat te Fiume beid* partijen ernstige fouten hebben go- maakt. Men betreurt de gewelddadig- Feuilleton De Avonturen van iSarnabas (geautoriseerde vertaling, nadruk streng verboden). „Ik vrees dat ik geen citroen heb", begou Barnabas. „Dan zeil© me d'r niet verder over spreke, meneer, geen woord meer. Om eon citroen sou ik geen ruzie met Uwes wile krijge maar ik ben een beetje in do war van wege die arme juffrouw Peil". „Wie is juffrouw Poll?!" „Wie was ze mot u segge", want ze is er nio meer", acïwoordde juf frouw Snummitt; ze kr.5kre met een somber gezicht, dronk de cognac in drie slokken op, sloot de oogen en zuchtte, en knikte toen weer. „Juffer Peil, meneer, woonde op 'n solderka- mertje, drie deuren hier vandaan, me neer, en juffrouw Peil nou die heit- 'et gedaan meneer. En ik wist wel dnt ze nog os zoover sou komrae". „Wat gedaan?" vroeg Barnabas. „Al -vijf lange jare ken ik juffrouw Peil en ze was wel klein, maar een echte dame alleen erg eenzaam. Gisteravond nog kom ik 'r op de trap tege en ik 'ad een boender in me eene hand en een emmer in de ander, want ik 'ad op de eerete verdieping ge werkt, bij een knappe heer met bakke baard© as een baron en „o juf frouw Snummitt" zeit ze, „ik gaan op reis", zei ze, „maai- voor ik ga", zeit Zb, „mot ik u eerst nog een soen geve, ik ben zoo eenzaam en verla te", zeit ze. En toen guf zo me een soen, meneer en builde dikke trane, de stumper en toen liep ze na d'r ka mertje en dee de deur op slot cn toen heit ze 't gedaan!" „Maar wat heeft ze dan gedaan?" „D'r eige opgehange in de kast, me neer. Gisteravond gaf ze ine nog <*ii soen en toen 'uilde ze en nou is ze koud en stijf, de stunyier!" „Maar, waarom heeft ze dat dan ge daan?" vroeg Barnabas ontzet. „Och ze was zoo alleen en zo had de laatste paar doge niks gegete, en.." „Leed ze dan howrer?" „Meestal wel, meneer, maar de laatste tijd werd het steeds erger om dat 'r ooge soo swak wiero. „juffrouw Snummitt", zee ze altijd, „me oosre worde steeds erger, zeit ze, „maar ik sel werke zoo lang lk de stek© zien ken as ik zoovel* ben, juffrouw Snum mitt, dan mot lk maar erges anders heen gaan", zee ze dan. En ik dacht er wel es over waar ze dan heen sou gaan maar nou weet Lk liet en de polisie is net naar bove om dc stumper los te snije". „En heeft ze een eind aan haar le ven gemaakt onulat ze honger had", zei Barnabas, die met wijd open oogen voor zich uitstaarde. „O, Ja, dat «loeno d'r zoo veul, ik 'eb het nou al drie of vier maal mee gemaakt en meestal komt het van de honger. Daar 'eb u nou meneer Bïm- by, een goeio ouwe man, maar net soa treurig as z'n fluit die heb altijd honger, dat weet ik zeker en 't sou me niks verbas» as hij ook de eén of andere dag nog eens zoover kwam. En nou mot Ik gaan, meneer, cn ik dank uwes wel". „Hoort u eeui", zei Barnabaa, ter wijl ze weer voor hem boog, „wilt u aan meneer Bimby vragen of hij mij liet genoegen wil doen hier hii mij te komen eten „Ik zei 't doen, meneer, maar ik ken u niks belave, want meneer Bim by 'eb het nogal druk mot die arme jonge waar ie gistere mee thuis ge- kome is voor die most ik ook dc kejac haton. Ziet uwes, meneer, me neer Bimby Is wel somber maar toch erg vrindelijk en hij is altijd an 't zorge voor iemand of iets de vori ge keer was 'et een hond met een g<- broke poot o, ik heb wel gesien dal ie katte van de straat meebracht en een keer een rnusch, Maar ik sel 't 'm zegge, meneer, dank u wel". En toïn -juffrouw Snummitt einde lijk verdwenen was, zuchtte Barna bas en koerde zich weer oin, om over de dak n en schoorstecnen naar den zonsondergang te staren. Maar toen dacht hij weer aan de kleine juffrouw Peil. die zich had opgehangen omdat zo geen vrienden had cn honger en aan meneer Bimby, die altijd hon ger had cn op de fluit speelde en hij onderdrukte zijn heftige verlangen naar bosch eri veld en de lekkere fris- sehe buitenlucht en dacht niet meer aan de herberg van zijn vader die zoo heel ver weg stond van liet vuil en de ellende van Gilles' Rents bij de ri vier; hij zette zijn ketel op het vuur, liet zich in eeu stoel neervallen, stak zijn lange been en uit en raakte ge heel in zijn gedachten verdiept. Hij werd gestoord doordat dc deur open ging em toen hij opkeek zag hij John Peterby. Dtze zag er nu heel anders uit dan de keurige welverzorg de Peterby van een week geleden; hij droeg nu grove, slecht zittende klee- ren en had een soort bonten muts diep over zijn hoofd getrokken. De ,.hee- renkneeht" was totaal verdwenen en in zijn plaats was er nu iemand spo ols men zo daar in de buurt overal vond, Hij had een pak onder zijn eene arm en koek even vlug de kamer rond voor. hij de deur acliter zich dicht deed. „Zoo", zei Barnaabs, terwijl hij te gen hem knikte, „ik ben blij dat je terug bent, Jolin, en ik hoop dat jo flink wat eten hebt meegebracht, want ik rammel van den honger en boven dien heb ik een heer gevraagd om b. me te komen eten". Peterby legde het pak neer, liep naar den haard, nam de ketel er at die kookte als een zee en zei, terwijl hij zijn muts afnam: „Een heer, meneer?" „Een buurman, John". „Meneer", zei hij, terwijl hij op de hem eigen kalme manier thee begon te zetten, „wanneer denkt u hier van daan te gaan?" „Nu, om je de waarheid te zeggen, Jolin, was ik bijna besloten om van avond al naar buiten to gaan, maar tenslotte lijkt het me toch beter <i ik hier nog wat blijf. We zijn hier tenslotte toch nog maar een week". „Ja, meneer, het is net een weck geleden dat Jasper Gaunl vermoord werd", zei Peterby rustig, terwijl hij zijn pak open begon te maken. Toen hij dit zeide keek Barnabas hem weer aan en het viel hem op dat Petqrby er bezorgd uit zag. „John", zei hij. „ik wou dat je er nu eens aan daclit dat wij niet meer meester en knecht zijn". „Oude gewoonten verliest men niet gauw, meneer". „En dat ik ja naar deze buurt diee genomen licb als mijn vriend." „Maar men kun zijn vriend toch wel zijn vertrouwen schenken?" „Wat bcdo.-l je toch, John Peterby?" „Meneer", zei Peterby, terwijl hij den trekpot neerzette ik ben me neer Slirig tegengekomen, die mniet tegenstaande ni'n vermomming her kende, en hij zei dat ik u moest» - waarschuwen „Waarvoor, John". „Dat u w<j eens gevangen geno men kon worden. „Ja, John?" „In verband met den moord op Jasper Gaunt. O, m«'.c*r, waarom hoeft u argwaan opgewekt, door net op dien tijd te verdwijnen?" „Argwaan?" zei Barnabas en hij stond op, legde zijn handen op Pe- terby's schoudsrs en keek hem in de oogen. Toen hij dat gedaan had glim lachte en 6chudde het hoofd: „,0 John", zei hij, „wat doet hi.-t er toe als jij maar weet dat ik onschul dig ben?" „Maar meneer, als u gearresteerd wordt „Dan moeten ze toch eerst bewij zen dat lk schuldig bon, Jolin," zei Barnabas terwijl hij aan do tafel ging zitten. „Of dit ii medeplichtig is geweest na het plegen van den mpord!" tlim!" zei Barnabas „daar hob

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1922 | | pagina 5